„Be Irifak Cflurani"
Tweede Blad
Vrijdag 28 Maart 1924
BINNENLAND
MUZIEK EN ZANG BIJ HET
INTERN. EUCHARISTISCH CONGRES.
(Officieel)
Ter aanvulling van vroegere mededee-
lingen maakt het Comité voor muziek en
zang, voorzitter pastoor H. N. Colla en
secretaris kapelaan P. L. Ch. v. d. Meer,
bekend, dat de muziek en zang tijdens de
Godsdienstoefeningen en Algemeene Ver
gaderingen als volgt geregeld zijn:
Onder de Pontificale H. Mis van den
Kardinaal-Legaat in het Stadion zullen de
■wisselende gezangen worden uitgevoerd
'door een koor van Studenten der Groot-
Seminaria van Utrecht, Haarlem en
's-Hertogenbosch, en van Eerw. Broeders;
de vaste gezangen door een koor van on
geveer 3000 jongens der R.-K. Scholen
dor stad. Beide koren staan onder leiding
van den ZeerEerw. Pater v. d. Geest O.P.
Tijdens het Pontificaal sluitingslof zal
een koor van ruim 500 jongens en 700
herren de Lofgezangen uitvoeren onder
leiding van Huh. Cuypers.
Onder de processie wordt ook gezon
gen het „Rex clementissime" waarvan het
refrein: „Lauda Jeruzalem" door allen
moet worden meegezongen.
Voor de algemeene vergaderingen op
Donderdag, Vrijdag en Zaterdag in het
Concertgebouw is uitgenoodigd het koor
der Vereen igdo Kerkzangers „Voci et
Amicitiae" (Dir. Antoon ter Stege). Voor
de parallel-vergaderingen op diezelfde
avonden in de Willibrordus b. d. m. het
gemengd koor „Schola Cantorum" (dir.
Hub. Cuypers) en voor de vergaderingen
in het Stadion op Woensdag (opening)
Donderdag en Vrijdag de R.-K. Oratorium
Vereeniging (dir. Louis van Tulder).
Alle vergaderingen beginnen met het
„Adoremus" door alle aanwezigen te zin
gen.
Uit het canfertr'-^rijf.
Amsterdam.
De Ned. Bond in de Kledingindustrie
bericht, dat tusschen den Bond van Con-
fectiefabrikanten en de Bonden van Werk-"
nemers in de Kleeding-industrie, ten aan
zien van de arbeidsvoorwaarden overeen
stemming is bereikt.
In de nieuwe arbeidsovereenkomst is do
48-urige .werkweek gehandhaafd. De voor
stellen omtrent het halveeren van de ver
goedingen tijdens vacantie en voor de
feestdagen, zijn door de werkgevers terug
genomen.
De loonsverlaging, aanvankelijk voorge
steld op 10 pet., is. thans op 5 pet. bepaald.
Zij zal voor het eerst op den eersten be
taaldag in de maand "April"''wórden toe
gepast.
De loonen voor de mannen (grootwerk-
persers) varieeren thans van 81 tot 76 ct.
per uur, voor kleinwerk-persers van 71 Vi
tof 66J4 cent per uur.
Voor de vrouwelijke werkkrachten (ma-
chinestiksters) varieeren de loonen van 57
tot 42 ets. per uur. Voor rijgsters en
handwerksters van 43 tot 3014 ets. per
uur.
Aan een commissie uit werkgevers en
werknemers is opdracht gegeven na te gaan
in hoeverre' de tarieven (tijdsduur en uur-
loonen) een wijziging ten gunste van de
arbeiderspers) behoeven. Deze commis
sie dient 30 April a.s. met hare taak ge
reed te zijn.
Voor zoover dit echter niet het geval
zou zijn, wordt indien de wijzigingen
loonsverhoogingen ten gevolge zouden
hebben, terugwerkende kracht, verleend tot
30 April.
Uit het Bakkersbedrijf
Te Rotterdam.
In een gecombineerde hesturenvergade-
ring van de arbeiders-organisaties in de
bakkersbedrijven, t.w. den Alg. Ned. Bond
van Arbeiders in het Bakkersbedrijf, den
R.-K. Bakkersgezellenbond, den Bond van
Chr. Arbeiders in het Bakkersbedrijg, den
Neutralen Bond van Rotterdamsche bak
kersgezellen „Bijstand zij ons doel", is er
op gewezen dat. do arbeidersorganisaties
steeds tot beter overleg bereid waren. Met
do werkgevers kon nog geen overeenstem
ming worden bereikt.
De vergadering besloot, dat het bren
gen van arbeidsvoorwaarden op een lager
peil niét toegelaten zal worden. Alle vier
organisaties zullen tegen eventueele po-
FEUILLETON
Carsten Carstens.
Naverteld door
V. W.
.12)
Carsten was in bet achterhuis bezig, hij
pakte uit een kast alle boeken en rekenin
gen, en bracht ze naar boven, want het was
springvloed en beneden zou het huis zeker
onder water komen.
Met een brandende kaars bleef hij rus
tig, ondanks de bulderende storm en het
geroep der menschen, zijn werk verrioh-
ten; de kaars stond op de vensterbank en
de in lood gezette vensters bogen naar bin
nen, of zij mede wilden doen. Het huis
was van steen, dat viel niet, maar hij dacht
aan een ander huis, dat binnen korten tijd
zou vallen
Des morgens was Anna bij hem geweest
óm hem te smeeken hare effecten te ge
ven. als laatste hulp, en weer had hij ge
weigerd.
..Klaag mij aan", zeide hij, „dan kun
nen ze gerechtelijk afgenomen worden".
Hij herhaalde hij zichzelf do woorden, die
'hij toen gesproken had, en .dacht aan het
gelaat van Anna, dat hij nooit zoo droef en
gram gezien bad.
gingen 'daartoe 'gezamenlijk optreden. In
de te houden ledenvergaderingen zal men
er de arbeiders op wijzen, dat zij van elke
afwijking van de geldende regelingen de
organisaties kennis dienen te geven. De
patroons zijn schriftelijk van een en an
der op de hoogte gesteld.
De loonsverlaging bij Sfork.
Men meldt ons uit Hengelo:
De gecombineerde hoofd- en afdelings
besturen der metaalbewerkersbonden heb
ben besloten geen ultimatum to stellen
aan de directie der machinefabriek van
de Gebrs. Stork en Go. De organisaties
zullen echter geen poging onbeproefd
laten, zoo wordt gemeld, om de tweede
5 pCt. loonsverlaging in Augustus a.s. on
gedaan te maken.
De vooroefeningen van den Vrijwiliigen
Landstorm.
De leden van het comité tot instandhou
ding en uitbreiding van het voor oef enings-
instituut van den Vrijwiliigen Landstorm
hebben aan den minister van oorlog ge
schreven:
dat zij van meening zijn, dat de weer
kracht van het Nederlandsche volk ver
hoogd wordt door vrijwillige weerbaar-
making, die de sympathie heeft van het
volk in al zijne geledingen;
dat de vooroefeningen in groote mate
bijdragen tot die vrijwillige wcerbaarma-
king en dus een stap nader zijn tot de ver
wezenlijking v^m den reeds zoo lang ge-
koesterden wensch, het volk nader tot do
weermacht te- brengen, waardoor tegelijk
de belangstelling en de medewerking wordt
verkregen van alle standen van het Neder
landsche volk;
redenen, waarom zij den minister eer
biedig verzoeken:
le. de vooroefeningen niet af te schaf
fen;
2e noch zoodanige maatregelen te ne
men. die het instituut der vooroefeningen
zullen brengen in een andere sfeer of on
der andere leiding;
3e. aan het instituut der vooroefenin
gen de rust tot groei en bloei te verschaf
fen, die het zoo dringend behoeft.
Bij dit adres is een uitvoerige memorie
van toelichting gevoegd.
Verzouiing van Delflands boezeniv/aier.
De Telegraaf van 20 Maart j.l. Ochtend
blad bevatte het volgende middel tegen
verzou ting van Delf lands boezem:
„De deuren van de Oranjehuitensluis
worden dagelijks 5 a 10 minuten openge-
gezet tegen den tijd, dat het water door
den vloed gaat wassen, zoodat het bin
nenwater nog hooger staat en dus kan
afvloeien. Indien dit dagelijks plaats
heeft zal verzouting in beteekenende
mate niet plaats hebben. Want zout,
dat door het lekwater binnen is ge
komen, zal niet zoover in den boezem
doorgedrongen zijn, of het kan door
een korte dagelijksche afstrooming nog
wel verwijderd worden".
Een inzender schrijft nu in genoemd
blad:
11 aangegeven middel zou helpen, in
dien zeewater hetzelfde soortelijk ge
wicht had als zoet water. Dat dit niet het
geval is maakt het verwijderen van het
eenmaal in den boezem gedrongen zee
water zoo moeilijk.
Bij vloed loopt het zoute water langs
den bodem als een klein riviertje diep het
land in; dus onder het zoete water door;
spuit men weer bij eb dan kan men wel
veel zoet, maar slechts weinig zout water
kwijt raken.
De zoogenaamde „Pekeleommissie" (tot
onderzoek naar de verzouting der boezem
wateren van Delfland) heeft hierop in
haar verslag de aandacht gevestigd".
Meikleyering naar Duitschiand.
Het officieel orgaan van den F. N. Z.
meldt, dat hij besprekingen met.de verte
genwoordigers der Vereinigte Milchversor-
gungen te Essen is overeengekomen, dat
na de afneming van het Maart-kwantum
(waartoe nog wel een 10 dagen in April
noodig zullen zijn) met de levering van
melk zal worden door"^n tegen nieuw
overeengekomen voorwaarden en met een
termijn van opzegging van weerszijden)
van gemiddeld vier dagen.
Vervoer van suiker.
Collectieve Geleidbiljetten
Bij K. B. van 13 dezer zijn nadere be
palingen vastgesteld, omtrent het. vervoer
van accijnsgoederen op het terrein van toe
zicht langs de grenzen.
Art. 1 van het K.B. van 18 Febr. 1905
(Stsbl. 78, laatstelijk gewijzigd bij dat van
11 Oct. 1923 (Stfcl. 477)" wordt, in verhand
hiermede, voortaan gelezen als volgt:
Do inspecteurs der invoerrechten én ac
cijnzen kunnen, ieder voor zooveel zijne
inspectie betreft, op verzoek van nering
doenden tot wederopzeggens vergunnen,
dat aan hen collectieve geleibiljetten wor
den afgegeven tot vervoer van aan ver
schillende personen af te leveren hoeveel
heden suiker (waaronder kandij) of ge
raffineerd zout, voor eiken ontbieder 5 ki
logram niet te boven gaande.
Van elke aflevering stelt de vervoerder
onmiddellijk aanteekening op het geleid-
biljet. Dit blijft geldig voor de hoeveelhe
den, die blijkens de daarop gestelde aan-
teekeningen nog niet zijn afgeleverd.
J
De Bossche Hanzebank.
De directeur doet afstand van
rechten uit het pensioen
contract.
Do Curatoren in het faillissement der
Hanzebank te 's-Hertogenbosch deelen ons
mede, dat de heer M. Verberk, gewezen
Algemeen-Directeur der Hanzebank, hen,
thans nu de toestand beter is te overzien,
in kennis gesteld heeft met zijn besluit om
uit VTije beweging en zonder eenig ad-vies
ten behoeve van de crediteuren een voor
hem groot financieel offer te brengen door
onvoorwaardelijk afstand te doen van de
rechten uit zijn pensioencontract (waarvan
do taxatie varieert van f 60.000 tot ruim
f 100.000. Red.) met de Hanzebank.
Daar de deskundigen in het eerste ge
deelte van hun rapport het bovenbedoeld
contract ter sprake brachten en een af
schrift als bijlage hij het rapport voegden,
achten Curatoren zich geroepen en stellen
zij er prijs op openhaar te maken, dat door
den heer -'Verberk van de veel besproken
overeenkomst vrijwillig afstand is gedaan,
welken afstand Curatoren in het belang
van de crediteuren hebben aanvaard.
De Belgische Locdsdienst te Vlissingen.
Verplaatsing naar Zeebrugge?
Men meldt uit Brussel aan de „Tel":
Er is zeer ernstig sprake van, dat het in
stituut van den Belgischen loodsdienst,
thans te Vlissingen gevestigd, binnenkort
zal worden overgebracht naar Zeebrugge.
De overbrenging zal geleidelijk geschie
den. terwijl men geenszins den indruk wil
vestigen als zoude zij een onvriendelijk
heid jegens Nederland beteekenen.
De kesten der Belgische geïnterneerden.
Do regeling der terugbetaling.
In haar zitting van gistermiddag keurde
de Belgische Kamer met algemeene stem
men het door de Regeering voorgelegde
wetsontwerp goed, betreffende de regeling
der interneeringskosten van de Belgische
militairen in Nederland tijdens den ooriog
Wijziging der wachtgeldregeling.
Bezuiniging op den
Pensioenlast.
Naar de „Tel." verneemt, zal de wacht
geldregeling voor het militaire personeel
r.iiuii iii;j, worden gewijzigd, dal van 1 Oc
tober a.s. af de wachtgeld jaren niet meer
met pensioen zullen worden vergolden.
Weerzinwekkende vertooning.
In New-York worden tegenwoordig vol
gens de dagbladherichten van daar „gods
dienstige" rhythmische dansen gehou
den in de St. Marcus-kerk, de kerk der
Methodisten.
Zondag werden in die kerk tijdens de
„godsdienstoefening" dansen uitgevoerd
door een aantal meisjes, wier kleedij
naar liberale bladen melden in menig
opzicht te wenschen overliet.
De toeloop van de „geloovigen" was
zoo groot, dat honderden moesten worden
teruggestuurd.
Voor het altaar kan men zich groo-
tere profanatie denken verrichtten dan
seressen in dunne gewaden en blootvoets
haar „ritueele" dansen. Zoeklichten be
schenen de meisjesfiguren. En de leider
van deze „godsdienstoefening", rector dr.
Gunthrie zong ten slotte Rosetti's „ave"!
Den volgende dag werd deze weerzin
wekkende vertooning herhaald en weer
was do anders leege kerk vol met bezoe
kers.
Het is wel Amerikaanseh, maar het tee
kent het droevig verval der godsdienstige
secten, die zich van Rome hebben afge
scheiden.
Als men dergelijke middelen moet aan
wenden, om de menschen naar de kerk te
krijgen, doet men heter, hen er maar uit
te houden.
Een kerkgebouw verlaagt men niet tol
een eafó-chantant of danszaal.
„Hsgz."
RECHTZAKEN
HAAGSCHE RECHTBANK.
Terecht heeft gestaan de 22-jarige reizi
ger F. A. ;L. S., zonder vaste woonplaats,
gedetineerd, ter zake van oplichting. In
December van het vorige jaar was hij bij
een juffr. te Leiden gekomen, zich voor
doende als gemachtigde van een firma te
Utrecht, die nog f 5.50 van de juffrouw te
vorderen had. De juffrouw stelde bekl. het
geld ter hand. Bekl. gaf toe, dat hij meer
dergelijke feiten heeft gepleegd.
Eisch 8 maanden gevangenisstraf.
BELEEDIGING VAN EEN
BURGEMEESTER.
De landbouwer J. A. D. uit Zoete r-
m e e r stond terecht wegens heleediging
van den burgemeester dier gemeente. In
het tweemaal per week verschijnende
„Nieuws voor Zoetermeer-Zegwaart en
Omstreken" had hij een ingezonden stuk
doen opnemen, waarin hij zich afvroeg of
het wonder was, dat men ontevreden was
over het gemeentebestuur, waar „de voor
zitter zichtbaar niets anders uitvoert dan
autorijden en hazen vangen, terwijl deze
beestjes weer dienen kunnen om goedgun
stige objecten te kweeken in Den Haag,
terwijl aan hem voor deze geweldige pres
taties een slordige vier mille wordt toebe
deeld".
Bekl. erkende het stuk te hebben inge
zonden.
De burgemeester, als getuige gehoord,
verklaarde in hooge mate door het stuk be-
leedigd te zijn. Het wekt den indruk alsof
hij zou trachten door het geven van hazen
do boven hem staande autoriteiten, als
Commissaris der Koningin en leden van
Ged. Staten, gunstig voor hem te stemmen
Het O.M. achtte het bewijs voor het ten
laste gelegde geleverd. De bekl. behoort tot
die personen, die achter de schermen wer
ken en vanuit het duister anderen ernstige
beleedigingen naar het hoofd gooien.
De heleediging zelfs is van zeer ernstigen
aard. Eisch 14 dagen gevangenisstraf.
Bekl.'s raadsman, mr. James, wees er
op, dat, wat het eerste gedeelte van den
aangehaalden zin betreft, de bekl. gezegd
heeft, dat de burgemeester zichtbaar niet
anders doet, enz. De mogelijkheid wordt
dus opengelaten, dat de burgemeester bin
nenskamer wel de belangen der gemeente
behartigt. Ten aanzien van het tweede ge
deelte, wees pl. er op, dat de bekl. het
woord „kunnen" heeft gebruikt, en hier
dus ten hoogste van een insinuatie sprake
kan zijn.
Nadat pl. nog betoogd had, dat de op
zet van den bekl. om te beleedigen absoluut
niet is komen vast te staan, en er op ge
wezen had, dat hij zich er op beroepen kan
dat hij handelde in het algemeen belang,
concludeerde hij tot vrijspraak.
Re- en dupliek volgden.
Onbesuisde motorrijder.
De 40-jarige Liljcrrtmeester-M. H. G. v.
N. uit Den Haag heeft voor de rechtbank
aldaar terecht gestaan wegens het veroor
zaken van zwaar lichamelijk letsel door
schuld. In den avond van Zondag 10 Juni
1923 omstreeks 8 uur heeft bekl. op den
Leidschen straatweg onder Wasse
naar op een motorrijwiel met zijspan ge
reden. Hij zou onder den invloed van
sterken drank- hebben verkeerd en door
het niet uitwijken naar rechts een aanrij
ding hebben veroorzaakt met een autobus.
Teu gevolge hiervan bekwam de man die
in de zijspan zat, een, hersenschudding en
kon gedurende geruimen tijd zijn zijn
beroepsbezigheden niet verrichten.
Bekl. ontkende dat hij dronken zou zijn
geweest, wel gaf hij toe, dat hij eenige bor
rels had gebruikt. Hij kon zich niet voor
stellen wat de oorzaak van de aanrijding
s geweest: misschien dat hij over een steen
of zoo iets gereden is.
Volgens de getuigenverklaringen heeft
de bekl. met groote snelheid op het mid
den van den weg gereden en slingerde hij.
Toen de autobus en het motorrijwiel elkaar
moesten passeeren, gaf de chauffeur van
de bus een signaal. In plaats van rechts
uit te wijken, ging bekl. toen naar links
met het gevolg, dat een aanrijding plaats
had. Zoowel de bekl. als zijn metgezel ble
ven bewusteloos op den weg liggen. Een
agent van politie had bemerkt dat de bekl.
naar sterken drank rook.
Het O.M., waargenomen door mr. Bau-
duin, meendo dat de oorzaak van de aan
rijding niet is komen vast te staan; voor
het ten laste gelegde schuld-misdrijf zal
dan ook vrijspraak moeten volgen. Spr.
achtte bekl. echter schuldig aan overLre-
ding der Motor- en Rijwielwet (het zooda
nig rijden, dat do veiligheid van verkeer
staarden 'hem aan. „Bedronken", gilde hij
wankelend ging hij, de kaars voor
zich houdend, naar de deur van de ach
terkeuken; het was of iemand zijn jas aan
raakte, hij lette er niet op, draaide de
sleutel om en deed de grendel op de deur.
Do dronkaard was opeens ontnuchterd.
Als. uit oen droom ontwaakte hij en zag
zich in het donker achterhuisHij be
greep nu wat zijn vader gezegd had
Hij rammelde aan de gesloten deur en
riep: „Vader, vader, luister toch, vader
help mij voor den laatsten keer, vader,
vader!
En hij bleef maar kloppen, rammelen en
roepen, doch de storm overtrof al zijn
bidden en. smeeken; de deur werd niet ge
opend. men hoorde slechts het razen en
zuchten van den storm.
Hij drukte zijn oor tegen de deur, hoor
de niets en verwijderde zich. Misschien
de achterdeur: ook gesloten.
Hij slapte over de schotten, die ook al
voor do deur van het achterhuis aange
bracht waren en al half onder water ston
den. De maan scheen, doch wolken vlogen
door do lucht, telkens het maanlicht ver
duisterend. Hij zag de sluis, do straten
die al vol water stonden en vol schuim,
steeds meerder water dat verder vloeide.
Hij dacht de doodskreet der dieren te
In gevaar wordt gebracht)' en èïschte dew
wege 7 dagen hechtenis. j
Veroorzaken van dood door schuld.
Na de schorsing heeft nog terecht "geV
staan H. C. B.,' boterhandelaar te Z e g«
waart, ter zake van het veroorzaken van-
dood door schuld. In den avond van den
4en Dec. 1923 heeft bekl. met zijn automoe
biel op den Haagweg onder de gemeente
Rijswijk den student Carp aangereden*
die daar liep met een motorrijwiel aan de
hand. C. kreeg zoodanige verwondingen,
dat hij kort daarop is overleden. BekL
zou door te snel te hebben gereden en niet
voldoende acht te hebben geslagen op het
geen zich voor hem op den weg bevond,
do aanrijding hebben veroorzaakt.
Bekl. deelde mede, met een snelheid
van pl.m. 25 K.M. gereden te hebben. Hij
wist toen niet, dat de maximum-snelheid
voor dien weg 15 K.M. bedroeg. Do weg
was onvoldoende verlicht, waardoor bekl.
den voor hem uitloopenden persoon niet
heeft bemerkt voordat de aanrijding
plaats had. Bekl. had de klefne lichten
van zijn auto ontstoken, omdat hij in de
meening verkeerde dat daar binnen de
bebouwde kom de groote lichten niet
mochten branden.
Enkele getuigen bevestigden in hoofd
zaak bekl.'s verklaringen. Geen hunner
had het slachtoffer echter zien loopen; de
hoofdgetuige, die hem wel zou hebben ge
zien, was niet verschenen. In verhand
hiermede werd de verdere behandeling
uitgesteld tot 24- April.
Diefstal.
De arbeider J. van D., uit Katwijk
aan Zee, stond terecht wegens diefstal
van schelpen ten nadeele van den Staat,
welke schelpen zich bevonden tusschen do
hoog- en laagwaterlijn op het strand to
Katwijk.
Het O.M. was. overeenkomstig een vroe
ger door de rechtbank gr wezen vonnis, van
meening, dat de Sta-at op de schelpen, dis
zich in het water bevinden of wel op het
strand worden geworpen en later weer
door het water mee terug kunnen worden
genomen, geen eigendomsrecht kan laten
gelden. Spr. vroeg dan ook vrijspraak.
Uitspraken 10 April.
Den veldwachter opgesloten.
Een landbouwer te Borculo heeft voor de
rechtbank te Zutphen terecht gestaan om
dat hij den veldwachter W. H van zijn
stadje had opgesloten in een schuur, na een
ruzie.
Beklaagde verklaarde dat hij de schuur
deur gesloten had uit angst, dat zijn veC
kou zou vatten.
Eisch 10 darren ,c-v
Gemen**rH ierichten.
Te Kieuwerkcik nan de IJsel is Donder
dagmorgen een ongeval geschied, dat be
trekkelijk goed is afgeloopen. Toen de melk
rijder De Bruin met zijn met twee paarden
bespannen wagen den onbewaakten over
weg in den Zuidplaspolder passeerde, wer
den de paarden door een juist aankomen
den goederentrein gegrepen.
Een der dieren werd een eindweegs mee
gesleurd en onmiddellijk godoéd, het ande
re werd ernstig verminkt
De voerman bleef ongeleerd.
Het ongeluk is waarschijnlijk te wijten
aan onoplettendheid van De B., daar men
bij den overweg een ruim uitzicht heeft.
De moordaanslag te 's-Gravenhage.
De aangehouden G.. die verdacht wordt
in den nacht van Dinsdag on Woensdag een
bewoner van de Nieuwe Haven te 's-Gra
venhage met een mes in den buik te heb
ben gestoken, blijft hardnekkig volhouden,
da-t hij zich van het voorgevallene niets
meer herinnert. Op zijn hand zijn bloed
sporen gevonden. Den geheelen ochtend èn
ook in den middag heeft, commissaris Kra
mer het verhoor voortgezet. Naar het mes,
waarmede dit misdrijf gepleegd is, wordt
nog steeds in het water langs den Z. O.
Buitensingel gedregd
Een paniek in den schouwburg te
Rotterdam.
Vele bezoekers van den Rotterdainsehen
schouwburg, die Teirlinok's bewerking der
Beatrijs-legende „Ik dien" door de Kon,
Ver. ,,Het Nederlandsch Tooneel" bijwoon
den, hebben eenige angstige oogenblikken
doorleefd.
Nauw was het scherm voor het derde en
l&ats'te bedrijf opgehaald en het «pel inge
zet, of een dich'te rookkolom werd op d«
planken waargenomen, terwijl een door
dringende brandlucht in de zaal merkbaar
hoor en, die in dien vreeselijken stroom
worden meegesleept en verdronken.
Hij luisterde; wat hoorde hij; wat deod
hij hier
„Jens", riep hij plotseling, toen hij langs
do huizen een boot zag voorbijgaan.
Hij kendo de oesterschipper van vroeger
„Mag ik die boot Jens? Waar wil je
heen, heb je werk?"
„Nu niet. Maar, mijnheer, waar wilt u
heen?"
„Waarheen anders dan naar huis?"
De klein boot kwam nader.
„Kom maar, mijnheel*, maar zet mij
eerst af hij den slager".
Toen hij achter do schotten in het huis
stoud, zag hij dat Heinrich niet door do
straat ging.
„Mijnheer, waar gaat u heen, u bent
verkeerd!"
„Ik ga achterom naar huis".
„Maar, mijnheer, dat kan niet, de boot
kentert voor u aan do sluis bent!"
,,'t Moet gaan!" en de boot werd met
woes ten vaart naar buiten gedreven. Nog
een oogenblik scheen zij als een schaduw
op de schuimende golven te drijven, toe-s
sloeg zij om.
Jcns liet een angstkreet hooren, de boot
was uit het gezicht.
Toen hij zich weer hukte om de onder
ste papieren uit de kast te nemen, hoorde
'hij het poortje van den tuin opengaan en
snelle schreden op het plaatsje, en, als
door den storm voortgedreven, stond in het
donker een gestalte.
„Heinrich", zeide hij.
Maar Heinrich sprak niet, en d,eed ook
gen moeite, de deur. waardoor de sitorm
binnendrong, le sluiten; eerst, toen zijn
vader het hem beval, deed hij het.
„Je hebt me nog goen goeden avond ge-
wenscht, Heinrich
„Goeden avond, vader".
Carsten verschrok toen hij den loon van
deze slem hoordeeens in een nacht
had hij denzelfden toon vernomen.
„Wat wilt ge, waarom hen je niet hij
vrouw en kind. het water zal reeds aan de
deur zijn".
Wat Heinrich er op antwoordde was,
door het huideren van den storm, niet te
verstaan.
„Ik versta je niet, wat zeg je", riep
Carsten. „Het geld? Kom-jo om de effec
ten van je vrouw; die geef Ik niet".
„Maar ik hen bankroet, morgen vroeg
al!De woorden kwamen als een angst
kreet van zijn lippen.
„Bankroet'" Als in gedachte herhaalde
Carsten dat woord.
Hij ging naar zijn zoon, legde zijne ma
gere hand op zijn arm, en zeide rustig:
„Ik heb jo lang genoeg geholpen, Heinrich,
nu kan ik niet meer. God en je arme vrouw
zullen het mij vergeven. En wat morgen
komt is een boete voor ons beide".
„Vader, o vader!" riep Heihrich. Hij
schoen niet te begrijpen, wat Carsten ge
zegd had.
In liefdevolle droefheid stak hij zijuo
beide armen naar den zoon uit, en, had
Heinrich het gelaat van zijn vader kunnen
zien, hij zou geschrokken zijn over de
zwakte, die men er op las.
„Je vader", zeide hij en sprak driftig;
„ja Heinrich, ik had nog een anderen
naam, waarmede hulpbehoevenden mij
noemden. Slechts één stuk heb ik ong ou
der mijn beheer, maar je krijgt het niet
uit mijn oude hauden. Moet je vrouw
gaan bedelen, omdat haar zaakwaarnemer
haar geld aan zijn slechten zoon heeft ge
geven?
Hij hield snikkend stil, en de kreet: wa
ter! water! klonk tol. hen door.
„Hoort gij", riep de oude man, „de sluis
is stuk, waarom blijf'je staan, ik kan je
niet meer helpen".
Maar Heinrich antwoordde niet, hij ging
ook niet, hij stond als aan den grond ge
nageld.
Carsten nam de kaars en hield ze zijn
zoon hij het gelaat, twee glazcrige oogon