I [eiisÉ fan!"
Tweede Blad
0 A:
12 October 1923
ret? hieri
n,lc
cli
i'gei
ü1*
Iniernationale Vredes-Kovene;
24ste October, de dag, waarop de
(ionale Novene voor het verkrijgen
n den wereld-wede zal beginnen, na
if". cq dus moet een aanvang gemaakt
ilefi den met do voorbereiding, welke noo-
is om de novene te doen slagen. Welk
Llingsbestuur van den R.-K. Vrouwen-
1 m hieraan niet haar beste krachten
iden? \Vio zou willen achterblijven en
niet vereenigen met de millioenen,
over geheel de wereld verspreid, in de
Swtoivan 24 October tot 1 November bun
feekingon om vrede tot voor den troon
God zullen doen opstijgen? Wie zou
niet willen aansluiten bij de onaf-
jre rijen, die op 1 November zullen
rgM: iaa tot de Tafel des Heeren?
minors heeft Hij niet gezegd: waar
aderen in mijn naam zijn vergaderd,
beu Ik iu hun midden? In die dagen
,deren wij met duizenden en nog
duizenden; zij, die met ons zullen
[den, zullen zijn uit alle stam, en taal
volk, en er zal uit die groote verzame-
één kreet opgaan: Heer, geef vrede
ive dagen, want er is geen andere, die
ons strijdt, tenzij Gij, o Heer!
•en, het is wel gebleken, dat alleen de
van God ons den vrede kan brengen,
de wereld, de wereldsche machten,
leiders der volkeren kunnen dezen niet
Ociöj, rffi. Is de chaos der verwarring ooit
rtQni o groot geweest? Neemt de nood der
Ikercn, de kommer en ellende niet
ieds toe? En toch heeft men voortdurend
:onfereerd, ja, het aantal grootere en
inere conferenties is niet meer te tel—
En er waren groote politici bij tegen-
ordig, mannen met groote macht! Welk
i armzalig resultaat hebben zij echter
legei ;eleverd!
logia Eet was dus een prachtig voorstel,
t. Ike de Ned. R.-K. Vrouwenbond gedaan
j eft aan het Bestuur van de „Union
eiDa^ona^0 ^es Rigues Gatholiques Fé-
oines" om een internationale novene te
[aniseeren. Niet te verwonderen dan
dat het met algemeene stemmen werd
en, en de tijding, die zoo spoe-
ijk naar de 43 bij de „Union"
igcsloten Bonden werd gezonden, in
landen met vreugde werd ontvangen,
e Nederlandsche Katholieke Vrouwen
ibeJi begrepen, dat de wereldvrede al
fa verkrijgen is bij Hem, aan Wien
macht gegeven is in Hemel en op
de. Ook de Christenvrouwen sluiten
in deze geheel bij ons aan. In het
mdblad voor Christenvrouwen, geti-
„Ons Vrouwenblad", schrijft men in
jlioofdartikeL.van No. 7:.„Wij kunnen,
als Christenvrouwen, zoo veel doen
den vrede en wij doen zoo weinig,
lamnen bovenal gezamenlijk bidden
den vrede, iets, waarin de Roomsch-
Iholieko Vrouwen ons reeds vóór gin-
'h
.enk
i pi'
'lu
ie i
wij hebben er aan gedacht, dat
het gebed zooveel verkregen kan
m, en waar God reeds zoo menig-
op zichtbare wijze Zijn macht heeft
nd bij het beslechten van een oorlog,
n wij dan niet vertrouwen, dat ons
gebed verhooring zal vinden?
Meen door het gebed van Mozes, die
met uitgestrekte armen verrichtte,
uien de Israëlieten. Wanneer hij ech-
in liet gebed verslapte, werden zij
do Amelekieten teruggeslagen.
inval in Italië der Hunnen, die
land dreigden te doen onder-
"h ging Paus Leo do Groote, na vele
!®d in vasten en gebed te hebben door
rilt, Atila, bijgenaamd de Geesel
n wiens horden niemand be
nd was, in vol ornaat tegemoet. Deze
hoven den. Paus den aartsengel
met een groot zwaard gewapend,
":ende het leven te benemen. De
nooit gevreesd had, werd door
3 angst overvallen en trok zich
Z1JQ henden terug.
hos Pius V had een kruistocht geor-
Sl tp°en hurken, die geheel
Europa bedreigden. En waardoor behaal
den de Christenen in dezen strijd de over
winning, die de vrede in Europa voor
eeuwen bevestigde? Alleen door het
hidden van den Rozenkrans.
Zoo zouden nog vele feiten kunnen wor
den opgesomd cfri de geschiedenis van,
het oude testament is een. doorloopende
aaneenschakeling van zulk soort gebeur
tenissen.
Naar het voorbeeld van zoo velen, die
ons hierin zijn voorgegaan, laten wij dus
in de dagen der novene aan den Heer dér
Heeren, den Leider der Regeerders en vol
keren een smeekschrift aanbieden, getee-
lcend door een ontelbaar aantal haiul-
teekeningen.
Mocht God echter in Zijn ondoorgron
delijke raadsbesluiten den tijd voor het
herstel van den vrede nog niet gekomen
achten, dat dan" de vrucht dezer novene
moge zijn den vrede des harten door de
onderwerping aan flods' H. Wil, vooral
voor hen, die op het oogenblik zoo diep
onder de treurige gevolgen van deze
vreeseïijke tijden gebukt gaan.
Mannen en vrouwen van geheel Neder
land vereenigt u dus van 24 October tot
1 November in gebed, en dat niemand
achterblijve! G. B.
BiMHEMLftSaP
Het R.-K. Vakbureau en da Arbeidswet.
Bedrij fscommissies
g e w e n s c h t.
Woensdag j.I. vergaderde het R.-K.
Vakbureau met de hoofdbesturen van zijn
aangesloten bonden ter bespreking van
het vraagstuk van den Arbeidsduur, als
mede om zijne houding te bepalen ten
aanzien van het streven veler werkgevers,
dat zich richt tegen de sociale wetgeving
in het algemeen en de Arbeidswet in het
hij zonder.
De" vergadering bepaalde baar stand
punt door met algemeene stemmen de vol
gende motie aan te nemen:
„De besturen van de bij het Bureau
voor de R.-K. Vakorganisatie aangesloten
Vakbonxen, op 10 October te Utrecht bij
een o.m. ter bespreking van de positie
waarin de Wettelijke 48-urenweek ver
keert,
eonstateerende eenerzijds de actie
in de kringen der werkgevers om voorloo-
pig te komen tot een 56~urige werkweek,
anderzijds Eet standpunt, hetwelk door de
Regeering*'wordt ingenomen, daarbij voor
gelicht door het hoofd der arbeidsinspec
tie, met betrekking tot het op zeer ruime
schaal verleenen van overwerkverguimin-
gen;
overwegende:
dat de actie der bedoelde werkgevers
blijkbaar voortspruit uit een zeer sterk
verlangen nas r, een verkeerde reactie, ge
richt tegen de sociale wetgeving in het al
gemeen en tegen de arbeidswet in het hij
zonder;
dat de sociale wetgeving in heb alge
meen-en de arbeidswet in het .bijzonder
een groot goed is voor de gezonde ontwik
keling van ons volk en met alle kracht
moet worden beschermd tegen het streven
veler werkgevers om de „oude vrijheid"
te herwinnen;
'dat het van algemeen belang is, dat ook
do" arbeidswet in haar tegenwoordigen
vorm behouden blijft;
dat art. 28 der arbeidswet evenals
de -artikelen 25, 26 en 27 - voldoende
gelegenheid biedt om de industrie door de
moeilijkheden van dezen tijd heen te
helpen;
spr ek en ui t:
le. dat de Arbeidswet onverzwakt dient
gehandhaafd te blijven;
2e. dat de uitvoering der Arbeidswet
voor kantören, winkels, apotheken, koffie
huizen en hotels urgent is, evenals de tot
standkoming van de Landhouwarbeids-
we t
3e. dat in o vereens teemming met het be
paalde in art. 28 der Arbeidswet de Ka
tholieke Vakbeweging ook thans nog be
reid gevonden wordt in ernstig overleg
met de werkgevers na te gaan, wat met
betrekking tot den arbeidstijd in het be
lang der industrie dient te geschieden;
4e. dat het onder het 3e. genoemde het
best ware te bereiken, wanneer desnoods
onder drang van bovenaf opgelegd, wer-
de gevormd met behoorlijke bevoegdhe
den toegeruste „Bedrijfscommissies",
waarin' zföffng ïïebben vertegenwoordigers
der Regeering, werkgevers en werkne
mers, waaraan gegevens dienen te wor
den verstrekt, waaruit duidelijk blijkt, de
gronden, waarop van den wettelijlcen
werktijd onder bepaalde voorwaarden
eventueel zou kunnen worden afgeweken
en dio naast de vraag van den arbeids
duur eveneens zouden kunnen nagaan met
welke verdere middelen do industrie ware
te helpen;
besluiten: in deze rich ting pogin
gen aan te wenden en gaan over töt de
orde van den dag."
Bedrijfsorganisatie.
Een bespreking.
Gelijk bekend, heeft de Hooge RaacI van
Arbeid in meerderheid als zijn oordeel
uitgesproken, dat de Overheid thans ge
roepen is tot het nemen van een aantal
maatregelen, die bevorderlijk kunnen zijn
voor den vrede in het bedrijfsleven en die
kunnen dienen om de zoo gewenschte de
centralisatie hij opbouw en uitvoering der
sociale wetgeving te verkrijgen. Bij de
wgt zou thans kunnen worden voorbereid
de instelling van bedrijfsraden in de -tak
ken van handél, nijverheid, transport en
landbouw, waar rèeds geruimen tijd spra
ke is van reirelmatio- overleg tusschen de
organisaties van werkgevers en werkne
mers.
De besturen van het Christelijk Natio
naal Vakverbond en het Bureau voor de
R.-K. Vakorganisatie hebben in deze
uitspraak aanleiding gevonden zich te
wenden tot de R.-K. en Christelijke orga
nisaties van werkgever^ en landbouwers,
met het verzoek door een gezamenlijke
bespreking na te gaan of de Christelijke
Vakorganisaties van patroons en arbei
ders het standpunt van den H. R. v. A.
als basis zouden willen nemen voor een
vruchtbare samenwerking.
Alle bedoelde organisaties, te weten het
R.-K. Verb, van Werkgevers-Vakvereeni-
gingen; de Vereeniging van Christelijke
Werkgevers en Groothandelaren in Neder
land, de R.-K. Middenstandsbond, de
Vereeniging van den Ckristelijken Handel-
drijvenden en Industrieelen Middenstand
in Nederland, de. Nederlandsche -Boeren
bond en de Christelijke Boeren- en Tuin-
dersbond hebben geantwoord, aan de be
spreking, welke op Dinsdag 16 October te
Utrecht gehouden wordt, ie zullen deel
nemen.
Accijns cp tabak.
Een adres van de vereeni
ging van tabaksfabrikan
ten aan den Minister
van Financiën.
De „Vereeniging van Tabaksfabrikanten
in Nederland" heeft aan den Minister van
Financiën een adres gericht, waarin ge
zegd wordt, dat zij met leedwezen uit de
dagbladen heeft kennis genomen, van de
plannen, welke bestaan om den bestaan-
den accijns op gefabriceerde tabak te ver-
hoogen.
De tabaksindustrie, aldus heet het in
het artikel heeft zich nog steeds niet
hersteld van -do schokken, veroorzaakt
door de invoering van deze accijns en het
artikel tabak ondervindt in eersto instan
tie den terugslag van de groote werkloos
heid en de daling der loonen.
Het gevolg van den verhoogden, accijns
•zal ongetwijfeld weer zijn ontslag van
werkkrachten en daling der loonen.
Om deze redenen verzoekt het bestuur
der genoemde vereeniging den minister
ten minste nog twee jaar te wachten, met
verhooging van den tabaksaccijns.
De ambtenarensalarissen.
Het Georganiseerd Overleg.
De Centrale Commissie voor georgani
seerd overleg in ambtnaarszaken, beeft
een eind-advies uitgebracht, waaraan de
„Tel." het volgende ontleent:
Wat de juridische zijde betreft van de
voorgenomen intrekking van artikel 40
deelt de centrale commissie de meening
der regeering, dat haar bevoegdheid daar
toe!, formeel juridisch bezien, niet betwist
baar is, wijl een Koninklijk Besluit door
een ander Koninklijk Besluit kan worden
vervangen. Echter is de commissie van
oordeel, dat eenmaal toegekende salarissen
ook buiten art. 40 om, gewaarborgd zijn.
De commissie betwist, dat de regeering
de bevoegdheid zou bezitten om in die
eenmaal toegekende salarissen eenzijdig
verandering te brengen.
Indien de regèeering ook moraliter de
intrekking van art. 4-0 gerechtigd neb
dan boude zij ons aldus do commissie
ten goede, indien wij ons afvragen, se
dert wanneer plechtig afgelegde beloften
moreel, hem die ze aflegde, niet racer
hinden. De belofte aan de op 1 Juli 1922
in dienst zijnde ambtenaren gedaaD, werd
zeer positief namens de regeering dGor
den toenmaligen minister van financiën
afgelegd en door de Koningin van haar
handteekening voorzien. De commissie
acht het wel zeer bedenkelijk voor de
mentaliteit der ambtenaren, indien zij de
overtuiging in zich moeten omdragen, dat
zij geen absoluut vertrouwen kimnen heb
ben in de beloften der regeering.
Indien van de zijde der regeering wordt
gewezen op do gevolgen, welke een een
zijdige aantasting van de verplichtingen
tegenover de schuldeischers van den staat
voor het staatscrediet ten gevolge zou
hebben, dan moge de commissie vragen,
of door de regeering wel is overwogen,
welke moreele gevolgen de intrekking van
de. door de regeering plechtiggedanp be
loften zou opleveren.
Indien de regeering der commissie de
overtuiging had willen bijbrengen, dat in
derdaad alle middelen, welke kunnen
worden aangewend tot dekking van het
tekort, zijn uitg-eput, dan zou de com
missie het op prijs gesteld hebben, indien
haar een financieel exposé was gegeven
betreffende den financieel en toestand van
ons land. Indien dit bewijs was geleverd,
dan zou daarmede tevens zijn aangetoond,
dat inderdaad, gelijk do commissie reeds
betoogde, de ambtenaren-salarissen in den
gedachiengang der regeering den sluit
post (Ier begrooting vormen.
De commissie "besluit aldus: „Het zal n
na het bovenstaande niet verwonderen,
dat onze commissie, welke zich derhalve
op het_ standpunt blijft stellen, dat een
eenzijdige^ aantasting der salarissen niet
mogelijk is, afwijzend meent te moeten
adviseeren ten opzichte van het haar toe
gezonden ontwerpbesluit, strekkende toi
een algemeene salarissenverlaging van 10
percent."
STflDSMIEUWfS
GEMEENTERAAD.
Vergadering van den Raad der gemeen
te Leiden op Maandag 15 October 1923,
des namiddags te twee uur.
Te behandelen onderwerpen:
1. Benoeming van een tij delijk leer aar
in de Natuurkunde aan het Gymnasium,
voor het tijdvak 1 September 19231 Sep
tember 1924.
Voorgedragen wordt de heer Dr. T.
van Lohuyzen.
2. Benoeming van een tijdelijk leerares
in het Duifcsch aan de Hoogere Burger
school met 5-jarigjen .cursus, votor den
cursus 19231924.
Voorgedragen wordt Mej. E. A. W.
Broes.
3. Idem als voren van een tijdelijk
leerares in het Nederlamdsch.
Voorgedragen wordt Mej. Dr. S. Hofkes.
4. Praeadvies op het verzoek van Mej.
J. J. A. Longepee, om eervol ontslag als
leerares in geschiedenis en aardrijkskun
de aan de afd. A der Kweekschool voor
onderwijzers en onderwijzeressen.
5. Praeadvies op het verzoek van Mej.
A. S. A. van Kaathoven, om eervol ont
slag als leerares in zang en spraakvorming
aan de afd. A. en B der Kweekschool voor
onderwijzers en onderwijzeressen.
6. Praeadvies op het verzoek van L.
van Prooijen, om eervol ontslag' als on
derwijzer aan de school in de Paul-Kru-
gerstraat A.
7. Suppleboire begroeting, dientsb 1922,
van het Geref. Minne- of Anne Oude Man
nen- en Vrouwenhuis.
S. Rekening, dienst 1922, van het Geref.
Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrou
wenhuis.
9. Staat van af- en overschrijving op de
begroeting, dienst 1922, %an het College
van Vrouw-Kraarumoeders.
10. Rekening, dien&fc 1922, van het Col
lege van Vroluwien-Kraanimoeders.
11. Begrooting, dienst 1924, van het
College van Vrouwen-Kraammoeders.
12. Rekening, dienst 1922, van heb
Leidsch Muziekcorps.
13. Staat van af- en overschrijving op
do begrooting, dienst 1922, van heb H. G.
of Arme W.ees- en Kinderhuis.
H. Rekening, dierst 1922, van liet H.
of Arme Wees- en Kinderhuis.
12. Begroeting, dienst 1924, vrm hefc F.
G. of Arme Wees- en Kinderhuis. V
16. Praeadvies op het verzoek van J. j
W. Bcynevcld, om do te bouwen' schuur"
tjes op do terreinen aan de Cobetstraat,
nos 45 en 47,van hout to mogen maken; s
17. Praeadvies op hefc verzoek van* den
Staat dor Nederlanden, om twee to bou-
wen rijwiolloodsen op het terrein van dal
Morschpoortkazernef van hout te mogen
maken.
18. Praeadvies op hefc verzoek van G.
Schaap, om do te bouwen schuur in den'
tuin van perceel Hc-ogo Morschweg No.
10, van hc-ut te mogen maken.
19. Voorstel tot overneming in eigendom
en onderhoud bij de gemeente van de
halve sloot voor perceel Morschweg Sectie
L no. 14, benevens een aangrenzende
strook grond.
20. Voorstel:
a. tot wijziging van art. 3 der op 27
Augustus 1923 vastgestelde verordening,
regelende het Openbaar Vervolgonderwijs
te Leiden;
b. tot opnieuw vaststelling dor aldus
gewijzigde verordening.
21. Voorstel:
a. tot nadere vaorloopigo vaststelling
van do subsidie over 1S23 aan de Vcrceni-
oing „Vakschool voor Meisjes voor Lei
den en Omstreken", ten behoeve van hare
vakschool
b. tot vaststelling van den dc-sbetref-
fenden begrootingsstaat.
22. Verordening, houdende wijziging van
de verordening van 3 December 1393 (Ge
meenteblad no. 15), houdende voorwaaiv
den van opneming en verpleging van lij
ders in heb Krankzinnigengesticht „En-
degeeSb" en de afdeeling voor jeugdige
idioten .Voorgeest" tp Oegstgecst, nabij
Leiden.
23. Praeadvies op het verzoek van do
Vereeniging voor Christelijk Middelbaar.
Onderwijs en van de Naaml. Venn. Maat
schappij tot Exploitatie van Onroerende
Goederen „Beperkt Bezit", in zako heb
verleenen van medewerking tot den aan
leg van eene straat, ter verbinding van'
den Rijnsburgerwog met den Maredijk.
24. Nader praeadvies op hefc verzoek
van W. de Rooy, om vrijstelling .van de
verplichting tot betaling van do bijdrage
voor weduwen- en weezen pensioen.
25. Voorstel in zake de afsluiting van
de Kennewegsteeg.
26. Praeadvies op het verzoek van do
Chemische en Mechanische Stofbestrij-
dings-onderneming te Amsterdam, om. be
last te worden met het schocnhouden van
de gemeentescholen eni/cf andere gemeen-
tegebouwen eni met het verrichten van
daarmede samenhangende werkzaamhe
den.
27. Voorstel:
a-. tot verkoop aan de Woningbouw ver-
eeniging „Tuinstadwijk" van oen terrein,
gen ten oosten van do Heerensfcrat,
Sectio M no, 3841 ged., fcenoodigd voor
den bouw van 71 beneden- en 71 boven
woningen
b. tot het verstrekken van voorschotten
aan die vereeniging ten behoeve van do
kosten van uitvoering van het sub a be
doeld bouwplan;
c. tot vaststelling van den desbetreffen-
den suppletoiren begrootingsstaat.
28. Praeadvies op hefc verzoek van de
af deelingen Leiden van den Centrale iv
Bond van Transportarbeiders en van de.oj
R. K. Bond van Transportarbeiders ,,St.
Bonifacius", om vaststelling van oen ver
ordening, waarbij heb venten en verkoo-
pen van melk op den openbaren weg op
Zondag wordt verboden.
29. Praeadvies op het verzoek der Cen1-
trale Commissie voor Arbeidersontwikke
ling, in zake hefc toekennen van eene sub
sidie in de kopten van heb houden van!
ontspanningsavonden voor werkloozen en
heb kosteloos gebruik van de groote zaal
der S-tads-Gehoorzaal,
30. Praeadvies op heb vcorstel-van Stra
len, in zake beschikbaarstelling van een
onfcspanningslokaal ten behoeve van werk-
looze arbeiders.
31. Praeadvies op het verzoek van den
Leidschen Bestuurdesbond, om aan daar
voor in aanmerking komende werkloóze
hoofden van gezinnen een wekelijksche
uitkeering te verleenlsn voor de aanschaf
fing van brandstoffen, subsidiair brand
stoffen in nature te verstrekken.
d <s;
lielt
FgyiLLETÖM
en Kind der Smarte.
het Duitsch naverteld door V. ,W.
(Nadruk verboden).
85 het wonder, dat ik na het eten in
gelagkamer van „Den Beer", in-
R011 geheelen morgen had ik
aan' streken doorwandeld, praatjes ma-
fflet de boeren, en 't was snikheet.
k zoo graag in mijn vacantia voet-
teert land en volk beter ken-
It; O'il-l 1 soms aarclige ontmoetingen,
uidom t0en ik gewekt werd door Gen
n6jj stem, en mijn oogen openend,
pperhoutvester met een leerling-
Wr aaU de tafel za2 zittwi. Hij gaf
Jln? nog vele vermaningen, o.a.:
ÏVf3an' ken*; eerL beetje een droo-
,0 aj.[ ',s' ea höbt zelfs een gedicht ge-
su5' troo' °p aat niet meer bij je nieuwen
6d on ga nu' keste jongen, past
na' j(enUw nieuwen meester van
teil Mr, *k R1 najaar, met de
E0 0U(jS naar ie kom kijken",
ardo ,i! kij bet venster, staan, en
,aü! -\[ s[ V0rtrekkenden na.
ik Mn °i?ien toen kij zich omkeerde
t6 Wo( en(i gezicht, zonder dade-
RookV- keett:0' Rt groette
«tend ,keek verwonderd aan,
i i'J, hartelijk de hand schud-
oude T1J: "Z0°' moet ik J® hier vin-
i»r nop ameraa<I. "Weet je niet dat wij
^en ontmoet en de hergen be-
p 3kj"0'rg0ns Yraurt
al vroeg vertrokken, dus kon ik je niet
meer vaarwel zeggen".
Nu herinnerde ik mij dat ik vijf jaar
geleden hom ontmoette bij het hestijgen
van een borg, en wij heiden des avonds
den moeien zonsondergang hadden be
wonderd.
Ik woonde toen in een vlak land en in
mijn vacantie wilde ik do hergen zien.
Nu was ik weer in mijn geboorteplaats
teruggekeerd; sedert twee jaar woonde ik
er als advocaat. Wijzetten ons weder aan
tafel en waren weldra in een druk ge
sprek. Lachend vroeg ik hem of het hem
ernst was geweest met de waarschuwing,
en of dichters bij hem niet in de gunst
stonden, daar hij den jongen, zoo ernstig
gewaarschuwd had.
„Neen", zeide hij, „integendeel. Ik ben
do zoon van. een dorpsdominé; mijn vader
was zelf een soort dichter en op mijn ge
boortedorp worden nog de gezangen ge
zongen die hij gemaakt heeft; en ik zelf,
toen ik nog jong was, kende de halve
Uhland van huiten. En in den zomer,
toen de kamperfoelie zoo geurig was als
nooit te voren. En een reebok, nu dat
ging nog, maar zoo'n zeldzame buit, een
trapgans, onij ontsnapteMaar 't was
niet erg, mijnheer, dat had ik er voor
over".
„Was de kamperfoelie andere jaren
ook zoo geurig?" vroeg ik zachtjes.
Hij nam mijn hand, drukte zo zóó, dat
ik het bijna uitschreeuwde van pijn, en
zeide: „dat was iets bijzonders, de geur is
onvergankelijkzoolang zij leeft", voeg
de hij er zacht hij, schonk zijn glas vol
en dronk het in één teug leug.
Wij zaten nog lang hij elkaar en spran
ken veel over zijn beroep en de landstreek
Hij bleek iemand te zijn met een open,
matig karakter, ,en niet zonder humor.
Toen het licht werd aangestoken en er
meerdere menschen kwamen stond bij op
en zeide: j(Het spijt me te moeten vertrek
ken, maar ik wil mijn vrouw niet langer
laten wachten. Wij zijn nu.maar met ons
beidjes nu onze jongen in RühLa op de
houtvestersschool is". Hij stak zijn pijp
bij zich, floot zijn mooien bruinen jacht
hond, en reikte mij de hand.
„Wanneer vertrekt gij?"
„Ik weet nog niet"
Hij keek mij aan en zeide: „Denk je
niet dat wij elkaar beter moeten leeren
kennen?"
Dat waren ook mijn gedachten; hij was
de eerste man, die mij op deze reis aan
trok. En dan zijn heerlijke beschrijving
van huis en woud' Ik wist niet wat te
antwoorden, doch hij vervolgde: „Ik zal
het jo ronduit zeggen. Het is niet alleen
je persoon, maar liever gezegd je stem, de
toon van je spreken. Het is juist of wij al
heel oude vrienden zijn, of familie".
Plotseling ,nam hij onijne heide handen
en zeide: „Toe, doe het voor mijn pleizier,
kom morgen op de houtvesterij.. Zij ligt
mooi tusschen 'eiken en dennen, en het is
maar een uurtje loopen. Mag ik mijn
vrouw zeggen dat er een lieve gast komt?"
De oude hoer zag mij zoo trouwhartig
aan, dat ik het hem gaarne beloofde.
Hij schudde mijn hand en zeide:
„Prachtig hoor, tot morgen voor het ont
bijt".
Hij sprong te paard, riep zijn hond en
galoppeerde vroolijk naar huis.
Toen ik mij omkeerde stond de waard
achter mij: „Een brave man de opperhout
vester, ik dacht wel dat gij elkaar zoudt
bevallen".
„En waarom?" v
De waard lachte: „Nu, dat weet mijn
heer ook wol".
„Wat zou ik weten?"
„Nu, dat de vrouw van den opperhout
vester uit dezelfde 6tad is als mijnheer."
„Mevrouw uit dezelfde stad als ik, daar
weet ik niets van, dat is het eersto wat ik
hoor!"
„Dan is liet dat niet. U schreef uw naaim
int vreemdelingenboek en ik dacht: zoo,
die komt van dezelfde plaats als de
vrouw van den opperhoutvester, en toen
ik u beiden samen zag"
Dus dat was het wat hem aantrok; en
ik die er zoo trotsch op was ,dat men het
dialect van mijn geboorteplaats niet
merkte. Ik daoht na, ,maar kon geen enkel
meisje vinden dat uit mijn stad, zoover
het Zuiden in, gehuwd was. i
„Je zult je vergissen, waard-; hoe heet
zij dan met haar. meisjesnaam?"
„Dat weet ik colc niet, maar 't is of 't
gis teren gebeurde, dat de oude dominé en
zijn vrouw, de ouders, van den opperhout
vester met het achtjarig meisje hier kwa
men".
Ik wilde niet verder vragen, en liet het
er dus bij; ik vroeg alleen den weg naar
de houtvesterij en hoe vèr het ^as.
Do dauwdruppels lagen nog op de bla
deren, de vogels zongen hun morgenlied
in bosck en struik, toen ik den volgenden
morgen de reis aanvaardde. Na een klein
uur loopen kwam ik bij een eikenbosch en
volgde, volgens aanwijzing, den breeden
landweg, die door het schaduwrijke bosch
liep. Nog een kwartiertje en het bosch
werd ijler en hoorde ik reeds van verre
het gerucht dat een huishouden altijd
meebrengt. Na een paar schreden za.g ik
ook het huis van mijn nieuwen vriend,
een groot oud gobouw met oen .mooien.
vijver er voor, omringd door gras en bloo
men. Boven de deur,, die men met een trap
bereikte, was een groot hertengewei. Alles
werd verguld door de morgenzon en terug
gekaatst door den blanken vijver. Een
woedend geblaf van een dozijn groote en
kleine jachthonden verwelkomde mij,
doch het blaffen hield dadelijk op, toen
er gefloten werd.
„Welkom, welkom!", riep do mij be
kende stem, en toen kwam de man zelf de_
trap af en liep om den vijver. Maar niet
alleen; een tengere vrouw, in de ver to leek
zij een jong meisje, was bij hem. Zij ver
welkomde mij even hartelijk als haar man
het gedaan had, en een goedige trek om,
haar mond liet geen twijfel of haar wel
kom was even hartelijk gemeend.
Bij het ontbijt in de eenvoudige ka^,
mer, leunde de opperhoutvester met oen!
vergenoegd gelaat in zijn stoel en zol(
lachend: „Christientje, ik heb je oen lieré
gast gebracht, ik weet hoe hij heet en waf
hij doet, maar nu moet hij ons zeggen,
waar hij woont opdat wij hem kunnen to*
rugvinden als hij weggaat. Het ifl heer*
lijk eens met een mensoh en niet met een
professor of luitenant oan te gaan h
(Wordt vervolgd.)',