HËTM IS SEE I MMIR L Missie-A 153 Jaargang DINSDAG 9 OCTOBER 1923 No. 4277 UITGEGEVEN TER ©ELEGEigHESD OER LGEMEENE mm lü lEIDSCHE CÏIE DOOR ..DE LE1HSCHE COURmV' SU É5^l (gtt® Schrijven van Z.Em. Kardinaal VAN ROSSUM. fSEdKaaKcJi k-V Aan den Voorzitter van de Leid- ju sclio Missieweek te Leiden. r' Zeereerw. heer! Weldra, zoo vernemen Wij met vreug- le zal Katholiek Leiden, het voorbeeld andere steden volgend, op zijne beurt loor eene Missieweek uiting geven aan de iroofte van zijn geloof en aan den over bed zijner liefde. tijding is Ons ook, dat alle mis- ioneèrende Orden en Congregaties in Ne- lerland aan deze Missieweek zullen deel den. Wat Ons echter het meest van al- verblijdt, is do opzet, die week vooral loen dienen, om de Algemeene Pauselij- Liefdewerken te verspreiden hunne or ganisatie te bevestigen, ze te doen intreden n die Parochies waar ze nog niet zijn pgericht en ze overvloedig vruchten te oen dragen daar, waar tengevolge van C'ndere sympathie of nalatigheid het ge- cht ervan nog niet zóó is begrepen dat jr voelbare resultaten zijn. Door aldus te handelen, treedt het Be- iitur der Missieweek ten volle in de in- ichten van den H. Stoel. Niet zonder re en en niet zonder doel toch heeft de H. [ader die drie liefdewerken do Zijne ge en ze innig aan den H. Stoel ver- onden, zoodat zij do oenige officieele [issieliefdewerken der H. Kerk zijn ge- orden. Deze wil van den H. Vader is zoo uidelijk en klaar, en bij herhaling, uit sproken, dat niemand die onbevooroor- 'ïeld is, daarover twijfel kan hebben, iWanneer allen meewerken om bet or- iaisatieplan der Algemeene Werken door voeren, zal de EL Stoel binnen korten jd in staat zijn de Missies van bet noo- te voorzien. De particuliere Liefdewcr ju worden niet ten doodo gedoemd, maar igen natuurlijk nergens op de eerste laats treden, en een hinderpaal zijn, dat Algemeene Missiewerken in alle paró- es goed worden georganiseerd. Het eekt dus van zelf, dat ook, waar mis- oneerende Orden of Congregaties, Paro- of openbare Kerken hebben, dezer geestelijken de Algemeene Liefdewerken vóór hunne eigene particuliere dienen te organiseeren en te bevorderen. Het zou inderdaad te betreuren zijn, zoo dit niet overal geschiedde. De wenscb en het verlangen van den H. Stoel zijn overduidelijk en op het beantwoorden daarvan en daarop bovenal zal Gods ze gen rusten. Het is Ons daarom zoo groot een troost, dat de in Nederland georganiseerde Mis- sieweken, gelijk ook nu weer do Leidsche, zich erop toeleggen, om het verlangen van den H. Vader met zachtheid en liefde, maar krachtig door te voeren. Wij ver wachten zeer veel van die actie, en sporen de Bestuurders van den Priestermissie er toe aan krachtig en onverpoosd er mee door te gaan. Daardoor toch zullen zij de missieactie onafhankelijk maken van per soonlijke inzichten, van persoonlijke ver langens, van persoonlijke sympathieën. De Missie actie krijgt aldus een soliede, bo vennatuurlijke basis, zij wordt voor het geloovige volk een bron van zuivere ver diensten, een middel om het geloof te be waren en te versterken, om apostel te zijn in den vollen zin van het woord. Dan, maar ook dan alleen is de Missieactie wat zij zijn moet, en, wat meer is, zij zal het blijven. Anders vreezen Wij dat na korten tijd de ijver zal verflauwen cn de vruch ten zullen uitblijven. Wij zegenen daarom U Zeereerwaarde en al degenen die zich met de organisatie dezer week hebben belast of cok op eenige wijze hebben hijgedragen om haar wel te doen slagen. Wij zijn er U cn hen dankbaar voor, en er blijft Ons niets anders over dan tot God te bidden, dat Hij Zijne on misbare hulp geve aan het begonnen werk opdat alle deelnemers te volle de vruchten der week mogen plukken Rome, Paleis der Propaganda, - 27 September 1023. W. M. Kard. VAN ROSSUM. Wereld-Apostolaat R.-K. Kerk is een wereldkerk, die He volkeren en naties omvat en zich uit rekt over alle tijden en geslachten. Zij een goddelijk werk, dat voor de luwen gemaakt is, en immer dien verhe- •U oorsprong naar buiten draagt door aar goddelijke kenmerken van. boven- ïenschelijke eenheid, heiligheid, alge- leenheid en apostoliciteit. Daardoor is de ironische Kerk die imposante verschij nt, welke zelfs door hare tegenstanders bestrijders niet kan genegeerd worden zich telkens opnieuw aan allen op- •higt als een werk, dat niet door men senhanden gebouwd, noch door men selijke krachten alleen kon in stand worden. Als ooit dit bovennatuurlijke karakter ror den eenvoudigen toeschouwer spreekt, au is het voorzeker bij een georganiseer- Missieweek en Missietentoonstelling, •als er in deze dagen te Leiden zal ge- óuden worden. De aloude sleutelstad 'igt straks binnen haar muren een we- Idkerk zij 't dan ook in miniatuur- |rm want daar zullen wij loeren: dat Roomsche kerk inderdaad een algo- J0one (Katholieke) kerk is. Immers uit He werelddeelen en alle volkeren vinden bijeengebracht en gedemonstreerd wat 'or den noesten vlijt in brandenden zie- Njver van duizenden missionarissen is t stand gekomen; hoe het woord vair bristus is opgevolgd in zijn vollen om- „Predikt het Evangelie aan alle Eu ondanks alle verscheidenheid van 011 taal en geloofsverkondigers zien "ih al die wereld-volkeren een en de- leer belijden, een. en dezelfde orga- r- vormen, onder een en hetzelfde ®uselijk gezag staan. Die schitterende beid, welke gedurende meer dan 19 SV* R0 Katholieke wereldkerk hjeengehouden, gaat alle mcnscho- bunnen te hoven en vindt haar volle- li ^klaring slechts in de belofte van Lnïistus: „Zie, Ik hen met u tot bet einde der wereld". ook de heiligheid van Chris- wordt hier in klare heelden uit- aad, Want onder die geloofsverkon- waren vanaf het beslaan der Kerk ■jbP °nze dagen helden, die hun liefde ban Jezus verpandden, die hun teer- 01 ste relaties op aarde verbraken, om heen te trekken naar de verre wildernissen en woeste heidenvolkeren, en zelfs hun kost baar leven als heerlijke bloedofferande in navolging van Christus zelf den Hemel- sclien Vader aanboden tot verzoening der volkeren. Welke Kerk kan zich op deze heroïeke heiligheid beroepen, tenzij alleen de Katholieke Kerk, die door dit wonder het zegel der waarheid draagt' Apostolisch ook is deze Kerk. Of demonstreert deze Missieweek niet duide lijk, dat nog steeds door de Ka tholieke Kerk Christus' opdracht ter we- reldprediking, aan de Apostelen gegeven, nauwkeurig wordt opgevolgd? Vraagt het aan die talrijke Missionarissen, luistert naar hunne voordrachten, aanschouwt het in do verschillende „stands", leest.'het in de vele geschriften't is overal dezelf de taal, die ons het apostolisch karakter van do Roomsche Kerk en van haar alléén zonneklaar openbaar/. Zoo wordt Leiden's Missieweek een su blieme apologie van de waarachtigheid en het goddelijk karakter der R.-K. Kerk. Zoo wordt in woord en beeld het antwoord ons opgedrongen op de beslissende gewetens vraag: „Waar is do Kerk van Christus?" Dit is de eerste beteekenis van deze Missie-demonstratie' Evenwel nog een ander doel heeft deze Missieweek. Niet zij alleen, die alles ver laten om heel do wereld voor Christus te winnen, moeten het zware wereldaposto laat dragen; ook wij, die blijven in de rus tige landen, waar hot Christendom bloeit, moeten met al onzo krachten het werk on zer Missionarissen steunen. Immers de Katholieke Kerk is geen Kerk van op-zich- zelf-staande individuen, neen zij is een organisatie, waarin de leden onderling door gouden handen van liefde zijn ver honden. En het goddelijke liefdegebod maakt geen uitzondering tussclien rijk en arm, hoog en laag, Europeaan of Aziaat, zelfs niet tussclien vriend en vijand, neen, allen, zonder uitzondering, moeten wij beminnen met een waarlijk universeele liefde. En die liefde mag niet alleen i« woorden bestaan, „de klare daad moet spreken", vooral echter ten opzichte van hen, die in diepen nood, in-brandende el lende zijn. Wie nu verkeeren in grooter nood, wier toestand is beklagenswaardiger,.dan van die millioenen armo heidenen, die verzonken liggen in den duisteren afgrond van het ongeloof; die nog zuchten onder de slavernij der hel, die helaas do eerste ochtendschemering 'van liet licht der lie- rnelsche waarheid niet kennen' Ja, waar lijk' hen moeten wij allereerst daadwer kelijk liefhebben, en medezwoegen om hun het hemelgeluk te verzekeren. Daarom moet. door onze Missieaotie een heerlijk enthousiasme vele jonge zielen doorgloeien, om onder Gods genade zich aan te melden als jonge onversaagde re- cruten voor het apostolisch leger onzer missionarissen. Daarom moeten wij iederen dag opnieuw den hemel een heilig geweld aandoen om stroomen van genaden af te smeeken voor de hekeering. der ongelukkige hcidenvol- kercu, moeten wij hidden zonder ophou den, dat God het energieke werlc der missiehelden op wondervolle wijze moge steunen en vruchtbaar maken. Dagelijks, ja, meerdere malen per dag, bidden wij het sublieme: „Onze Vader"; laten wij vooral met liefde-aandrong die heerlijke Missiebede uitspreken: „Laat toekomen, Uw rijk", opdathet weldra worde één schaapstal cn één herder. Vooral de klei ne kinderen, de lievelingen van Jezus, moeten hun lelie-blanke zielen als oen heerlijke offerande aanbieden aan hun goddelijk ca Kindervriend in een dagclijk- scha heilige Communie, want hun gebed is voor God onweerstaanbaar. Daarom moeten wij ook bijdragen, door onze wcrkkracf t, door geldelijke gaven en 'anderszins, om het werk onzer missiona rissen mogelijk te maken, volgens het woord van Tctbias: „Hebt gij veel, geeft dan veel; hebt gij weinig, geeft dan ook van het weinige wat gij bezit", want de waarde van de gaven tier armen kennen wij uit het oordeel van Christus over het penningske der arme weduwe. En hoe kunnen wij dit tweede doel be reiken?. Zeker, door de Leidsche Missie week te bezoeken, maar' levens en vooral door lid te worden van de drie groote Pauselijke Missiegemmtoehappen, n.l. de Broederschap van den II. Geest (Genoot schap tot voortplanting des Gcioofs), het Genootschap der H. Kindsheid, en het Liefdewerk van den H. Petrus. Op die wijze steunen we alle Missies tegelijk, want deze Genootschappen zijn de groote Centrale te Rome, welke onder leiding van onzen Opperherder alle Missies en Missionarissen helpt. En vandaar dan cok, dat reeds Paus Benedictus XV zg. er allerkrachtigst op aandrong: dat deze drie Missiegenootschap pen hoven alle andore moeten ge steund worden. En de groote Hollandselie Missie-kardinaal schreef deze belangrijke woorden: „Hoe eerder de 3 al ge me e- n e Missiegenootschappen. over geheel de Katholieke bevolking verspreid zijn, en daar ingang en steun en medewerking hebben gevonden, des te eerder zullen ook de andere b ij z o n d e r e Missiewer ken 'ondervinden, dat zij geen schade lij den, maar integendeel door de algemee ne opvoedende kracht der drie algemeene Genootschappen rijke vruchten plukken". En in een speciaal schrijven aan het Leidsch Missiebestuur wordt dit nog krachtiger door den Kardinaal herhaald. Daarom: in alle Parochies en onder geheel de Katholieke bevolking moeten vanaf heden die drie Pauselijke Missie- genootschappen bloeien' Moge de Leidsche Missieweek daartoe een krachtïgen stoot geven' Warmond. J. P. VERHAAR, Pr. Secretaris van het Dioc. Missie-Comité. Het opschrift hoven dit artikel heeft duidelijk de bedoeling als stelling uit te spreken: Mi s si e-wer k is bescha vingswerk. Vèr strekkend is de be teekenis dezer stelling, wijl het begrip cultuur of beschaving zoo rijk is aan in houd. Voorop daarom de, vraag: wat is cul tuur of beschaving? In liet algemeen be- teekent beschaving, als tegenstelling van verwildering en barbaarschheid, verhef fing, veredeling van den menscli als gees telijk-stoffelijk wezen in zijn zelfstandige en maatschappelijke waarde.. Zij is de harmonische ontwikkeling van de vermo gens in den mensch naar ziel en lichaam, waarhij het geestelijke de leiding neemt over het stoffelijke in individu en ge meenschap. Zij is de volledige ontplooiing van het menschelijke in mensch ca menschheid. Tor nadere verduidelijking kan men in de menschelijke beschaving meerdere op zichten onderscheiden, die, hoezeer ook van elkander verschillend, toch onderling ten nauwste samenhangen. Men spreekt van godsdienstig-zedelijke, van geeste lijke en van uiterlijke beschaving. De godsdienstig-zedelijke beschaving der menschheid bestaat hierin, dat het leven van individu en volk gedragen wordt door een godsdienstige levensbe schouwing, welke tevens den grondslag biedt voor een zedelijke regeling van 's mensch en doen en laten. De erkenning van God als Hocgsten Wetgever, en de beleving van Diens heilige zedenwetten, in natuur of openbaring ons gegeven, is vcor den mensch het meest eigen ken merk, zet de menschheid tegenover het reöeloozo in haar hoogste waarde. Onder geestelijke Cultuur verstaat men den groei cn de ontwikkeling van 's men- schen geest door de beoefening van kunst en wetenschap. De uitdrukking, dat de mensch waard is, wat liij weet,.zegt ons reeds, dat een behoorlijke ontwikkeling van het verstandelijk leven mede behoort tot de edelste vruchten der beschaving. Op de derde plaats noemden wij de uiterlijke cultuur, welke uit den aard der zaak ziet op het uiterlijke leven van den mensch "en tot taak heeft een zoodanigen toestand te scheppen, .waarhij ook het uiterlijk leven van volk cn individu in voldoende mate zijn verzorging en ver edeling kan vinden, Daartoe behoort een zekere mate van sociale en economische ontwikkeling. Soeiale of maatschappelij ke beschaving vraagt, dat, do isamenle- ving der individuen behoorlijk zij gere geld, zoodat ieder in het genot zijner na tuurlijke of rechtmatig verworven rech ten hijzonder wat betreft de veiligheid van leven en tijdelijk bezit, verzekerd zij tegenover mogelijken willekeur van ande ren, die in macht hem overtreffen. Eén geheel als het ware vormt hiermede de economische of stoffelijke welvaart, hier in gelogen, dat in de samenleving gun- stigo condities aanwezig zijn voor het iuaterieele welzijn der menschen vooral door de gunstige, ontwikkeling van handel, nijverheid, landbouw, scheepvaart cn an dere factoren van stoffelijken bloei. Daar bij v/orde een redelijke verdeeling der goederen nagestreefd, zoodat het voor ieder individu mogelijk z^j in de samen leving oen passende mate van welstand zich te verwerven. Wanneer wij zoo de menschelijke cul tuur in haar verschillende vertakkingen beschouwen, dan is het aanstonds dui delijk, dat de godsdienstig-zedelijke be schaving de kern vormt in het cultuur proces. Zij is de voornaamste bron van menschelijke grootheid, het punt van uit gang van alle ware ontwikkeling. Het overwicht der godsdienstig-zedelij ko beschaving hoven de andere onderdee- len van het cultuurleven is zoo groot, dat zij tot zekere hoogte dezen vervangen kan. AI is iemand niet in staat door de beoefening van wetenschap zijn geest tot voldoende wasdom te 'brengen, al moet hij maatschappelijk misdeeld en misschien tot do armen gerekend worden, wanneer zijn leven echter bezield wordt in ge dachte en practijk door een godsdienstig- zedelijke overtuiging, dan neemt hij een eervolle plaats in onder de dragers der cultuur en vormt hij een gulden schakel in de keten der menschelijke beschaving. Daartegenover kan hot zijn, dat iemand, dio behoort tot de maatschappelijk wei gesitueerden en -misschien door rijkdom van geestes-ontwikkeling uitmunt, toch het volle licht der beschaving mist, wijl hij wandelt in de duisternis der godloo chening of op het donker pad der zede lijke verwildering. Verder is het hij eenig nadenken dui delijk, dat de verschillende uitingen der cultuur aan de godsdienstig-zedelijke ontwikkeling van individu en volk haar waarde en beteekenis ontleenen. Weten-, schap- en kunst zullen slechts zoolanghaar veredelenden invloed op den mensch uit oefenen, als zij geïnspireerd worden door zedelijk en godsdienstig levensbesef. Zon der dit zullen zij gemakkelijk ontaarden en in dienst komen van naturalisme en zingenot. Ditzelfde geldt nog in hoogere mate ten aanzien der uiterlijke bescha ving in de sociale- en economische ver houdingen der gemeenschap. De algemeen door christelijke sociologen aanvaarde stelling, dat de sociale questie in haar diepste wezen is een godsdienstig-zedèlijk vraagstuk, komt dit bevestigen. Deze beknopte uiteenzetting van het cultuur-begrip is voldoende om aanstonds het verhand te erkennen tussclien missie werk en beschaving. Het eerste en voor naamste doel toch, hetwelk de Missiona ris bij zijn moeizamen arbeid nastreeft, is do godsdienstig-zedelijke verheffing van liet arme heidenvolk, dat neerzit in duis ternis van ongeloof en vaak ook van ze denbederf. Men mag omtrent de waarheid Voor verslagen, berichten, enz. betreffende de Missie week leze men iederen dag „De Leidsche Courant" Men zie dan eerst onder ,,Het Voornaamste Nieuws" op 'bladzijde 1 van het Eerste blad. van Christendom en Katholicisme oor delen wat men wil, in ieder geval zal men moeten erkennen, dat het Christelijk le vensbesef verheffend en veredelend werkt. Hier ligt trouwens reeds een kenmerk van innerlijke waarheid. Het kleine heiden kind, dat onderwezen door den Missio naris, 'God heeft leeren kennen als den Algoeden Vader, van Wien alle goede gave afkomstig is, en in kinderlijken eenvoud de handen vouwt cn de knieën buigt con dien Vader to danken en te smeeken, staat honger in beschaving dan menige geleerde, die verblind door eenzijdige we tenschap uit do dingen der natuur, niet vermag te kennen Dengene, die zo ge maakt heeft. De Missionaris is echter niet alleen ais prediker der Christelijke levensbeschou wing een bevorderaar der cultuur, ook nog op andere wijze werkt hij mede aan' de beschaving van het heidendom. Ook al neemt men beschaving in de profane be teekenis van het woord, ook dan vindt deze in de Missie een zegenrijke draag kracht. Mien déiike hier aan het onderwijs der jeugd, en de talrijke scholen op de ver schillende missie-staties opgericht, waar het kind, zij het dan ook elementair, toch behoorlijk onderric-ht ontvangt, noodig voor een menschwaardig bestaan. Door gestadige volharding is het reeds hier en daar mogen gelukken de zonen van het heidendom in te leiden in de hoogere stu dies en te bekwamen voor liet priester schap. Wat een heerlijk werk van gees tesbeschaving. Verder komt de invloed der Missie niet weinig de maatschappelijke verhoudingen ten goede. Hoeveel misbruiken werden bestreden en weggenomen, die in strijd waren met do veiligheid van leven, het recht van privaatbezit, de heiligheid van het huwelijk, en den eerbied, aan da vrouw verschuldigd. Positief werd do maatschappelijke saamhoorigheid versterkt door de prediking der Christelijke liefde en de éénheid van alle 'gedoopton in Christus, den Verlosser. Ten slotte ook het economisch leven der bekeerde heidenen vond in den Missio naris zijn stuwende kracljl- Tot nu onge kende bronnen van welvaart werden onder zijn leiding in het Missie-land aangeboord Landontginning en akkerbouw, veeteelt en zuivelproductie en andere vormen van nijverheid kwamen tot ontwikkeling en bloei. Zoo heeft het Missie-werk ook hij gedragen tot den stoffelijken welvaart der volken. Echter naast deze behartiging der meer stoffelijke en uiterlijke cultuur blijft de Missie prediken als de voornaamste en hoogste beschaving: God te kennen en te dienen in het leven. Al wat verder door den Missionaris gedaan wordt voor de ontwikkeling van het geestesleven, voor de verbetering der maatschappelijke ver houdingen, voor den uitbouw van het eco nomisch leven, het is alles ondergeschikt' aan het perste en eenige doel van allo Missie-werk, God te doen kennen en die nen door de heidenen en zoo hun zielen zalig te maken. Niettemin blijft het waar, dat ook voor degenen, die staan op zuiver naturalistisch en ongeloovig standpunt, d<J Misiso een buitengewoon zegenrijke fac tor is van vooruitgang en beschaving. En' de historicus, die in de toekomst het cul-' tuur-proces beschrijven zal der thans nog onbeschaafde Volkeren, zal tevens ons do geschiedenis ontvouwen der Katholieke Missiën. ,j A. Th. SEIJSENER, Warmond Pr, BRIEF VAN REV. FATHER P. J. TIMP OVER ZIJN MISSIEWERK Vele lezers stellen zich den missionaris voor als iemand, die veel en yèr reist en daarom, zooals het spreekwoord zegt, veel vreet te verhalen. En terecht! In dc mis-'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 7