weede Blad gas «gS> sdag 28 Augustus 1923 jTflDSÜiEUWS GEMEENTERAAD. (Vervolg.) Voorstel tot onbewoonbaarverklaring Mt Heemskerk heeft in het al- n bezwaar, maar zou in verband d» voorgedragen woningen in de Meis- ü(l m vraag willen doen. Hij meent a woningen nog wel bewoonbaar vraagt, of het feit, dat de ingang iuff is, do reden is tot dit voorstel, of |r andere gebreken zijn. Dubbeldern an vraagt naar van de Gezondheidscommissie, injj ||~ar 'de Voorz. meedeelt met het J tel van B. en W. accoord gaat. heer Mulder, weth., zegt, dat er te licht en lucht is. De eigenaar is het ooi iee niet eens. waarom de weth. hem gS riseerd heeft bij Ged. Staten in hoo- 'Go: ieroep te gaan. Huurman ondersteunt de op ing van den heer Heemskerk.'Op die r is geen antwoord gegeven. Moeten [keuren op grond van de aangegeven dan moeten veel meer woningen afgekeurd.' Spreker vraagt of het lijk is deze woningen uit te lichten, heer Dubbeldeman beeft daarte- lez.waar. Hij wil vertrouwen stellen in advies van de Gezondheidscommissie jt Woningtoezicht. Nieuwe adviezen naar spreker meent hetzelfde resul- ïebben. heer Mulder, weth., zegt, dat het ,'Tjiiet gaat om het entree, maar om de J- toetreding van daglicht en do g van lucht, heer Huurman Hebt u dat. gezien. Jieer Mulder: Neen, persoonlijk ben 'niet geweest. heer Huurman: O, daar gaat het heer Mulder zegt, dat de bezwaar ij Ged. Staten in hooger beroep kun- ie dan wel een onderzoek zul- itellen. voorstel Huurman, deze woningen schakelen, wordt verworpen met 14 10 stemmen. voorstel wordt goedgekeurd. Voorstel tot verlenging van iden van ontruiming van een aantal oonbaar verklaarde woingen. Voorstel om den eigenaren van de isschen de Rijnzichtstraat on de de raat te gelasten, die sloot te dempen oor oen riool te vervangen, gekeurd. Voorstel om goed te keuren, dat 1922 voor normale uitbreiding der briek f 54000.— der Electriciteits- k f 72000.is besteed, dgekeurd. Voorstel tot het aangaan van een inkomst, betreffende de levering van in de gemeente Voorhout door de ijke Gasfabriek te Leiden. Voorstel tot liet verleenen van toe ing aan het Gemeentebestuur van lout tot het doen leggen en hebben en gasleiding in die gemeente en het nor leveren van gas door de Gas- Ie Lisse aan de firma G. J. Spoel- B en Zonen. Igekeurd. Voorstel tot goedkeuring van de aannemers getroffen nadere rege- in zake de uitvoering van de riolee- ophooging van een terreiïi benoor Maresingel. neer v. Hamel mist bij de stukken port van den Directeur van Ge- pwerken en van de Comm. van Fa- Be. Is bij hen geen advies gevraagd? Voorz. zegt dat het advies van den leor zeer gunstig luidt. Het werk was on nu is dit de eenige manier om nraster van werkverschaffing te be keer M u l d e r weth. zegt dat deze «n met zijn bijgevoegd omdat er i) dezo zaak was. Er was geen ge- F Comm. van Fabricage te el$n. De gewone gang kon hier 'orden gevolgd. m i\ Stralen raadt aan in het o bestekken met meer nauwkeu- Bamen te stellen. Bij den bouw van tOeiderswoningen is dat ook niet ge- ze zaa,k betreft, zou spr. lie- TOi gezien, dat B. en W. zelf de ontdekt en dat ze er niet van \r opmei'hzaam waren gemaakt. Mulder zal op die opmerkingen ,J; Cyerigens merkt spr. op, dat, "st is, dat hierop van buitenaf en i ,ul^eoe^nd. Gemeentewerken nn4 i e, f0"'' ont<iekt.> toen de heer v. en opbelde. ban? r n ze®fc dat 90000 be- v 18 ëesteld op welke som het vaniA Was' wat geschiedde op een V918'' SP" °P dit 8e"e\lze begrootingen aan, op de houding van den Raad van J zijn. foorstel wordt goedgekeurd. 'ot beschikbaarstelling van K f1 behoeve van de doortrek- asirJ hoofdriool van de Maria W\naaS het Galgewater, net b f6F vraagt hoe het algemeen plan van riolee- °rz' dat dit hier buiten tot beschikbaarstelling °°r het doen drukken van oen nieuwen catalogus van de verzameling in het Stedelijk Museum ,,De Lakenhal". Hierbij komt aan de orde een amende ment van den heer Heemskerk om den catalogus tegen kostprijs te verstrekken] Hij ziet niet in, waarom op zulk een zaak door de Gemeente geld moet worden toe gelegd. Er zal wel niemand zijn die tegen het betalen van'den kostprijs bezwaar zal maken. Spreker acht dit een uitgaaf, v die niet tot de hoognoodzakelijke kan worden gerekend. Tegen het voorstel zelf heeft spr. geen bezwaar. De"heer Wilmcr wijst op het groote prijsverschil tusschen hier en in Wasse naar. Is er zekerheid, dat het werk behoor lijk wordt uitgevoerd? De heer Eikerbout wijst er op, dat een vergelijking tusschen de aangegeven drukkers niet juist is. Spreker meent, dat bij kleinere drukkers hier ook een lagere prijs zou zijn geoffreerd, terwijl het niet zeker is, dat het werk evengoed wordt uit gevoerd. De heer Eerdmans is ook getroffen door het feit dat hier slechts drie drukkers zijn gevraagd. Hier zijrt naar spr. meent ook wel firma's die buiten de organisatie staan. Spreker zou alsnog een poging wil len doen, het werk hier uitgevoerd tc krij gen. Hier moet toch de zekerheid zijn dat het werk goed wordt uitgevoerd. De heer v. Stralen onderschrijft 't ge sprokene door da heeren Eikerbout cn Eerd mans. De Voorz. zegt, dat effen kwaad tref fen is. Het is van veel belang, dat de cata- lpgussen van opvoedkundig nut zijn, zoodat er wel reden is, hier een klein be drag op toe te leggen. Vorts.wijst spr. er op, dat de prijzen in Leiden elkaar niet veel ontloopen. Hij acht het niet gewenscht voor zulk een ordertje aHe drukkers hier af te loopen. Wat de uitvoering betreft, het zal misschien niet zoo mooi worden, maar daar is niets aan te doen. Overigens kunnen we, naar spreker meent, dit gerust aan den heer y. Overvoorde overlaten. In uitstel ziet spreker geen heil evenmin als in de motie. De "heer Eerdmans dient nu een voor stel in om de behandeling van dit punt uit te houden teneinde een nadere prijsopgaaf mogelijk te maken. Dit voorstel wordt verworpen met 13 te gen 12 stemmen. 'De motie Heemskerk wordt verworpen met 21 tegen 4 stemmen. Het voorstel wordt goedgekeurd. 33e. Verordening op Woonwagens. Goedgekeurd. 34e. Verordening, regelende de heffing van een belasting onder den naam van „Staangeld voor woonwagens" in de ge*- nieente Leiden. De verordening wordt goedgekeurd. 35e. Verordening, regelende de invorde ring van de belasting onder den naam van „Staangeld voor woonwagens" in de ge meente Leiden. Goedgekeurd. 36e. I. Vaststelling van: a. de verordening, regelende de heffing van eene belasting, onder den naam van „Havengeld" in de gemeente Leiden, Bij art. 1 is een amendement ingediend door den heer Wilbrink strekkende om do grens van het belastinggebied te doen sa menvallen met de gemeentegrens. De heer Wilbrink zegt, dat zijne be zwaren niet zijn weggenomen. De Directeur zegt, dat controle volgens dit amendement niet wel mogelijk is. Spreker meent echter, .dat de controle geen moeiljkheden zal op leveren, als bij sommige posten even aan- teekening wordt gehouden van de schip pers die passeeeren en die zeggen de ge meente niet te zullen verlaten. Practische moeilijkheden zal dit, naar spr. meent, niet opleveren. Een goede controle is naar spr. uitvoerig betoogt zeer wel mogelijk. Het is niet noodig hiervoor meer personeel aan te stellen. Het eenige verschil is, dat de re chercheurs iets verdeo zullen moeten fiet sen. Wordt deze maatregel niet ingevoerd, dan wordt naar spreker meent oen groote onbillijkheid begaan. Men schermt hier met den heer Boot, maar dat kan niet den doorslag geven. Tegenover dit eene geval staan meerdere andere gevallen, waarin ha vengeld moet worden betaald, zonder dat men de gemeentewateren heeft verlaten. Spreker wijst er dan op, dat de Directeur zich niet behoorlijk op de hoogte heeft ge steld. In Rotterdam bijv. heeft men den- zelfden toestand en daar worden toch ook de bezwaren ondervangen. Het zelfde schijnsel ziet. men ook in Amsterdam. Spr. hoopt dan ook dat de oude redactie van het havenreglement zal worden gehand haafd. De heer Per a, weth., zegt, dat het voor. stel zeer eenvoudig is, en dat het verschil tusschen dat voorstel en dat van den heer Wilbrink niet groot is. Spr. wijst er op, dat men vroeger het water kon overzien tot aan de grenzen van de gemeente. Dat is nu niet meer het geval. He' is nu onmogelijk controle te oefenen zonder grensposten te plaatsen. Ontduiking is nu al zeer gemak kelijk. Met deze practische ervaring van den Directeur moet, naar spr. meent, wel degelijk rekening worden gehouden. Hij férklaart toch, dat grensposten beslist on ontbeerlijk ziijn. Spr. meent, dat het wel gewenscht zou zijn geweest indien de heer Wilbrink zijn voorstel nader had toegelicht. Spreker kan niet anders doen, dan op aanvaarding van het voorstel van B. en W. aan te dringen. De heer Kooistra zegt, dat nu blijkt, dat een vierde havenrechercheur torii wel gewenscht i?. De heer Wilbrink betwist ten sferkste dat vroeger vanaf de posten de gemeente- wateren waren te overzien. De tegen zijn voorstel aangevoerde argumenten acht spr. niet steekhoudend. Hij hoeft gedurende een 20 jaren den Directeur nog nooit op controle gezien. Diens deskundigheid meent spreker dus te mogen betwijfelen. Spreker betoogt dat de verordening in wezen onrechtvaardig is. De uitvoering zal het dus zeker ook zijn. De heer Pera, weth., zegt, dat de toe lichting die de heer Wilbrink geeft veel meer beteekent; dan uit;'het voorstel was op te maken. 'ifig? Stemmen': Maar weer uitstellen! De heer Pera zegt, dat aan de te berde gebrachte zaken nu geen aandacht kan worden geschonken. Wordt een onrecht vaardigheid begaan dan is herstel altijd mogelijk. Den heer Kooistra merkt spr. op, dat voor het aanstellen van een vierden rechercheur geen aanleiding bestond. De heer Wilbrink merkt op, dat hij persoonlijk ten stadhuize de meest uitvoe rige toelichting heeft gegeven. De Voorz. meent dat dit niet terzake doet. Wij hebben, om groote kosten te voor komen, een kunstmatige grens vastgesteld. Deze belastinggrens moet in al zijn con sequenties worden doorgevoerd, anders komt men voor allerlei practische en juridi sche moeilijkheden. Dit kan soms tot na doelen leiden, al staan daartegenover ook voordeelen. Wordt het voorstel Wil brink aangenomen, dan zal een dubbele controle mogelijk zijn, Gewezesn is op iemand die in het middengebied woont en die nu moet "betalen, maar men vergeet, dat men in die wateren volkomen vrij is. Volgens het voorstel Wilbrink zal men er toe moeten komen de haVengrcnzen met de gemeentegrenzen te doen samenvallen. Dit zal echter duizenden guldens kosten voor de controle. De heer Knuttel meent, dat zij die in het tussehengebied wonen, in niets achter uitgaan. Zij missen alleen een voordeel. De heer Wilbrink zegt dat zijne be zwaren niet zijn vervallen. De lieer Eerdmans vraagt nadere inlichtingen omtrent de bedoeling van den heer Wilbrink. De Voorz. zet de za%k nog nader uit een. Het hoofdbezwaar is, dat iemand, die binnen de gemeentelijke grens is, bij het binnenkomen van een havengrens betalen moet. Het voorstel-Wilbrink in stemming ge bracht wordt verworpen met 22 tegen 4 stemmen. Voor do heeren Meijnen, Dub beldeman, Wilbrink en mevr. Dubbelde man. De verordening wordt goedgekeurd. b. de verordening, regelende de heffing van eene belasting onder den naam van „Liggeld" in de gemeente Leiden; Goedgekeurd. c. de verordening, houdende wijziging van de verordening van 17 Mei 1920 (Ge meenteblad no. 24), regelende de invorde ring van de belasting onder den naam van „Liggeld" in de gemeente Leiden; Goedgekeurd. d. de verordening, houdende wijziging vn de- verordening van 3 Mei 1920 (Ge meenteblad no. 19), regelende de heffing van eene belasting onder den naam van „Bruggeld" in de gemeente Leiden. II. Voorstel om de desbetreffende adres sen als afgedaan te beschouwen. Hierbij komt aan de orde een wijzi gingsvoorstel van den heer Wilbrink om het tarief eenigszins te verlagen. De lieer Wilbrink trekt zijn voorstel in, daar B. en W. er gedeeltelijk aan tege moet zijn gekomen. De verordening wordt goedgekeurd. 37e. Verordening, regelende het Open baar Vervolgonderwijs te Leiden. De heer Knuttel heeft met leedwezen gezien, dat hier een voorstel wordt ge daan om het onderwijs af te breken. Het verwondert hem dat het initiatief is uit gegaan van den her Baak, die toch meer voor het onderwijsdan voor de gemeente- financiën heeft te zorgen. Spr. betreurt dit voorste], waarvoor te minder reden is nu 1922 zulk een groot overschot gaf. Het heer S ij t s m a sluit zich hierbij aan. Het vervolgonderwijs is van groot belang. In Den Haag heeft men er Nijver heidsonderwijs van gemaakt, dan betaalt het Rijk de kosten. Kunnen wij dat ook niet doen? De heer Meijnen is het hiermee niet eens. Hij dankt B. en W. dat zij de zaak niet eenvoudig afschaffen, zooals andere gemeenten. Do heer- Knuttel: Wat voor gemeen ten? De heer M e ij n e n juicht het voorstel toe. Nu het 7e leerjaar" in al zijne conse- cpienlies wordt toegepast is het verschil betrekkelijk gering. De heer Van der Lip, weth., zegt, dat het niet do schuld is van B. en W. dat het vervolgonderwijs in 't gedrang komt. Men kan toch niet eischen van de gemeen te dat zij alle kosten, die vroeger het Rijk droeg, voor hare rekening neemt. B. en W. hebben advies gevraagd aan den In specteur en de Plaatselijke Schoolcom missie. Hoe de heer Knuttel nu kan zeg gen dat bet initiatief is uitgegaan van den heer Baak is spr. onbegrijpelijk. Niet de heer Baak, maar de heer Brand is inspec teur en de Inspectie heeft niets anders ge daan dan antwoorden op een verzoek van B. en W. Spr. had verwacht een pluimpje te krij gen, dat niet het voorbeeld van andere ge meenten, die lot afschaffing overgaan, is gevolgd. Den heer Sijtsma antwoordt, spr. dat door de meeste leerlingen geen nijverheids onderwijs wordt begeerd. De heer Knuttel zegt dat hier het vervolgonderwijs toch wordt afgebroken. Voor een pluimpje is hier zeker geen re den. Bij de artikelen dient de heer Knut- t e 1 verschillende amendementen in. Het eerste Heeft ton doel het aantal leerjaren op drie te blijven bepalen. De heer v. d. L i p, weth., zegt dat de zaak voldoende besproken is. Het amendement wordt verworpen.' Voor de heeren Knuttel, Sijtsma, Dubbel deman, Mevr. Dubbeldeman en Groene- veld. Ook de andere argumenten die bedoe len den bestaanden toestand te handhaven, worden verworpen. De verordening wordt goedgekeurd. 38e. Verordening, houdende regelin^ van de jaarwedden der leeraren aan het Gymnasium, de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus en de Hoogere Burger school voor meisjes, te Leiden. Bij artikel 2 vraagt de heer de Lange of het niet beter is de uitdrukking die ge bruikt wordt bij de salarisregeling niet te doen varieeren. De heer v. d. Lip, weth., zegt, dat de Rijksregeling is gevolgd. De lieer De Lange; 't Is van mij slechts een vraag. Besloten wordt, de door den heer de Lange bedoelde wijziging aan te brengen De verordening wordt- goedgekeurd. 39e. Voorstel in zake de beschikbaar stelling van gelden op de begTOoting, dienst 1924, ten behoeve van het verleenen van maatschappelijke hulp bij ziekte en de verpleging van kinderen van on- en min vermogenden in de Leidsche Buitenschool De heer de Lange had liever gezien dat dit voorstel niet aan de orde was ge komen. Daar omtrent het tweede gedeelte in principe reeds is beslist, zal hij alleen van het eerste gedeelte van dit voorstel iets zeggen. Het vei wondert spr. zeer, dat B. cn W. met dit voorstel zijn gekomen. Nog niet iacg geleden kwam hier aan do cidd een voorstel tot het insteken van een kraairi- v rouwen dienst welk voor stel toen op ad vies van B. en W. werd verworpen. Her haaldelijk is ook beraadslaagd over hel in stellen van een Steunb >:mfé voor weiiloo- zen. en W. verklaardjn ziclt daar una niem tegen en tegen hun wil werd dit voorstel aangenomen. En nog kori geleden weid door een der wethouder? op weinig w.iardi ei en de wijze over dit Steuncomité ger-pi ken. Wij hebben hier destijds gekregen het Burgerlijk Armbestuur. De Ra td was l.-c-t mot R en W. eens, dat dit noodzakelijk Maar nu komen B on W. alsof goen B. A.- bestaat met een voorstel dat heel simpel lijkt, tot opiucnliug van een zelf standig filiaal, of een tweede instelling naast het B. A. tot het verleenen van onderstand. Spr. begrijpt dit niet. B. en W. motivee- ren de noodzakelijkheid van dit instituut niet, maar zeggen alleen dat zij de be zwaren van het B. A. niet deelen. Het principe wordt met geen vinger aange raakt. Als dit voorstel na 6 Sept. gedaan was, dan zou spr. zeggen: hier hebben we den invloed van den nieuwen Raad. De heer Groeneveld: Die is nog conservatiever dan deze! De heer Knuttel: De wethouders al thans zeker. De heer de Lange begrijpt niet, dat op deze wijze een wettelijk instituut ge negeerd wordt, en aan een ambtenaar wiens functie ligt op geneeskundig terrein, philantropie te beoefenen. Deze ambtenaar heeft van philantropische zaken geen verstand en hij is er ook niet voor aangesteld.Toch wordt hem het recht gegeven het raet moeite opgebracht belas tinggeld uit te geven, waar dit naar zijn oordeel noodig is. Spr. betreurt dit voorstel. Niet om het geld, maar om het principe. Hij acht het ongewenscht desorganiseerend t<^ werk te gaan en het B. A. dat ter zake kundig is, te passeeren. Hoe moet, vraagt spr., een geneesheer een onderzoek instellen? We bederven op deze wijze de positie van dezen ambtenaar en van den genees^- kundigen dienst tevens. Spr. hoopt, dat de Raad het verkeerde van dit voorstel zal inzien en dat hij het zal verwerpen. De her Wilbrink sluit zich in hoofd zaak bij den heer de Lange aan. Spr. ziet hier een pogen om te komen tot een in richting van Maatschappelijk Hulpbetoon, waar B. en W. vroeger tegen waren. De Directeur van den Geneesk. Dienst zal straks hebben te beoordeelen waar en tot welk bedrag bulp moet worden verleend. Spr. meent dat een geneesheer absoluut niet in staat is te beoordeelen of hulp in een bepaalde gezin noodig is. Er is geen enkele reden, waarom zij bet B. A. niet op do hoogte zullen stellen. Spr. voorziet van een besluit als dit allerlei verkeerde gevolgen. Spr. begrijpt niet, hoe B. en W. met dit voorstel zijn gekomen. Hij ziet hier de expansiezuebt van den Directeur van den Geneesk. Dienst. De heer Oostdam is bet met beide vorige sprekers eens. Het doet hem genoe gen dat er bij B. en W. blijkens de stukken sterke aarzeling is. De heer Heemskerk is het met dezo sprekers niet eens. Spr. wijst er op, dat het hier is een. geneeskundige kwestie. De geneeskundige dienst kan uitmaken, waar en inhoeverre hulp, van medisch standpunt bezien, noo dig is, en moet dan onmiddellijk kunnen ingrijpen. De heer Bots weth., zegt dat het B. A. afwijzend heeft geadviseerd. Spr. was toen niet aanwezig, maar spr. meent, dat het B. A. uit het oog heeft verloren, dat het gaat om de eerste hulp. De heer v. d. L i p weth., zegt dat de heer de Lange sterk overdreven heeft. Het is hier heelemaa-1 een geneeskundige zaak, en het gaat alleen om het belang van den patiënt, met inbegrip van de kraamvrou wen. Er kunnen zich dringende gevallen voor doen en de bedoeling is, daarin te voor zien. Het gaat om een zeer klein bedrag, slechts 2800. Vergeten wordt dat het gaat cm medische hulp en tegen uitgaven op dat gebied is nooit bezwaar gemaakt. De Geneesk. Dienst dit in antwoord aan den heer Wilbrink is dus in de eerste plaats in staat dit te beoordeelen. Spr. ziet niet in, hoe hiertegen bezwaar kan worden gemaakt. De heer Pera weth., zegt dat hij aan vankelijk bezwaren had. Hij heeft er zich echter bij neergelegd omdat het hier gaat alleen om directe hulp en dan nog alleen bij wijze van proef. De heer Eerdmans vraagt of het werk van een Vereen., die jaren met goed succes heeft gewerkt, nu geen beteekenis meer heeft. Op deze wijze wordt het par ticulier initiatief vermoord en. aHt.-5 in handen van de Overheid gebracht. De heer de Lange zegt dat do heer Pera den nadruk heeft gelegd op de bulp die noodig is op een bepaald oogenblik. Dit staat echter niet in het voorstel. Er is zelfs sprake van chronische geval len, van hetuitbesteden van de was ch, van een maand voor cn na de bevalling. Hieruit blijkt dat de zaak een ander karakter draagt. Gaat men dezen kant op, dan meet ieder der stadsgeneesheeren kunnen beschikken over de Gemeentekas. De Geneesk. Dienst meet uitmaken of hulp noodig is, maar niet wie die hulp moet betalen. Do heer Groeneveld zegt dat de bezwaren sterk worden overdreven. De Armbesturen werken te straf. Spr. geeft toe, dat het kan voorkomen dat ten on rechte gesteund wordt, maar is dat dan zoo erg? De heer Wd 1 b r i n k zegt dat in de stukken juist voorbeelden worden ge- noem, die niet onder de directe hulp kun nen worden gerekend. Is dat wel de be doeling dan is zulk een bedrag niet noo dig. De heer van der Lip weth., zegt dat er gevallen zijn waarbij hulp als hier be doeld noodig is. Daarvoor moet een zeker bedrag beschikbaar zijn. Het voorstel van B. en W. wordt hierna aangenomen met 27 tegen 7 stemmen, die van de heeren de Lange, Meijnen, San ders, Wilbrink, Oostdam, Eerdmans en Eikerbout. De heer Huurman was bij de stemming afwezig. 40e. Bezwaarschriften tegen aanslagen in het Vergunningsrecht, dienst 1922—' 1923. Goedgekeurd. 41e. Voorstel tot overbrenging van het dienstjaar 1922 op dat van 1923 van de benoodigde gelden voor de voldoening van eenige onbetaald gebleven vorderingen en tot voldoening van geiden uil den post voor „Onvoorziene Uitgaven" voor 1923. Goedgekeurd. 42e. Rekening van de Ontvangsten en Uitgaven.der gemeente over het jaar 1922 met inbegrip van die der Haarlemmer trekvaart. Bij art. 73a, Bijdrage van bet Rijk in de kosten van stichting eener openbare school op het Schuttersveld, constateert de heer de Lange, dat blijkens deze post (er werd ontvangen f 8147.721 of f 49887421 minder dan waai op gerekend was) lang durige beraadslagingen zeer kostbaar kun nen zijn. De Voorz. zegt dat deze v pop stelling overdreven is, daar dan op andere wijze ongeveer eenzelfde bedrag bezuinigd werd. De heer de Lange: door toevallige omstandigheden. De beer Knuttel merkt naar aanlei ding van bet bedrag dat geleend moet worden op, dat men de gunstige tijd, wat betreft de rente, voorbij lieeft laten gaan. De V o o r z. zegt, dat een leening nog niet noodig is. Mevr. Dubbeldeman vraagt naar de resultaten van het Vischbedrijf en heb Waschbedrijf. De beer Pera, wetli., antwoordt dat de voordeelige saldi bedragen resp. f 1306.411 en f 928.07. De heer Huurman: Hoeveel rente van bet gebouw Pasteurstraat is berekend. En hoeveel huur en afschrijving? De Voorz. zegt dat deze zaak niet aan de orde is. De beer Huurman zou dit niet ge zegd hebben, als geen verkeerde voorstel ling omtrent de resultaten was gewekt. De lieer Pera wil toch constateeren dat dezo bedrijven aan de gemeente geen geld kosten. Afccheid scheidende Raadsleden. Na afhandeling van de agenda, hield de Voorzitter in de Raadsvergade ring van gisteren de laatste van den ouden Raad, de volgende rede: - Dames en Heeren. Wij zijn thans aan 't einde van onze werkzaamheden van dezen dag gekomen en daarmede is afge^ sloten de zittingsperiode van den buidi-i gen Raad. Alvorens we uit elkaar gaan, kan ik niet nalaten een enkel woord van afscheid tot ben te spreken, die uit vrijen wil of genoodzaakt door don uitslag, dien de verkiezingen hebben aangewezen, niet meer in den Raad, die met den eer sten Dinsdag van de a.s. September-- maand een aanvang zal neinen, zullen zit ting hebben. En dan wil ik in de eerste plaats ccn afscheidswoord spreken tct den oudsten hunner, den hoer J. A. Bots, sedert 1901 Raadslid en sedert September 1911 Wethouder dezer gemeente, dus res-* pectievelijk gedurende 22 en 12 jaar. De heer Bots heeft zich steeds in don Raad leeren kennen als een ijverig en nauwgezet lid, die door zijn humaan karakter aller achting afdwong, s.!s Wcte houder heeft hij het beheer gehad over vele takken van bedrijf, daar hij beurten lings Wethouder van financiën, Wcthou-' der van fabricage en wederom Wethouder van financiën is geweest. Speciaal heeft hij zich voel moeite g«H geven voor 't organiseoren van het open-* bare Armwezen en ook van de zorg voor de werkloozen. De 4 laatste jaren zijn voor den heer Bots wel dé meest inspannende gowoest en die waarin hij het meest op den voor grond is gelreden. Een hartelijk woord van dank breng ik hem hier voor alles, wat hij èn als Raads^ lid èn als Wethouder voor de gemoenta( heeft ^edaan met inspanning van zijne beste krachten. (Applaus). Na den heer Bots in volgorde van, ouderdom als Raadslid noem ik thana! Mr. J. G. van der Li*p, raadslid aedailQ Februari. 4903 on Wethouder aedart bruari 1909, dus 20^ jaar lang raadslid

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 3