weede BSad
laterdag 28 r«1ei 6923
ff7u^au^^siistssrs^^ss^»iiiu^sxi^-'am
UIT PE PEKS
AAN WIE DE SCHULD?
let Huisgezin schrijft:
fanneer bij een bespreking van de hui-
malaise en haar oorzaken, de schuld-
l aan do orde komt, is men van ze-
zijde zoo spoedig gereed met het
iroord en even spoedig met de con-
c.
i 8-urige arbeidsdag, de liooge loo-
de hooge belastingen, ze zijn de oor-
in van de economische ontreddering
het parool is dan, terug naar 't vrije
rijf, de sociale wetgeving afgeschaft,
loonen naar beneden,
leze denkbeelden worden niet alleen
iondigd in de brochures van den heer
son A. Maas, maar ook door politici,
ils bij do behandeling der Arbeidsge-
illenwet in de Eerste Kamer bleek,
eenzijdig, onjuist en onrechtvaardig
dergelijk standpunt is, toont ons een
port, dezer dagen verschenen, over de
loitatie van een der groote Rolterdam-
i machinefabrieken en scheepswerven,
de firma v. d. Kuy en v. d. Ree, en
houding hierbij van een onzer grootste
instellingen Marx en Co.
en lezing van dit rapport doet ons
lelijk versteld staan over de wijze,
£0 rop hier in een onderneming op de
it schandelijke wijze millioenen zijn
peeld en een kapitaalsvernietiging
!t plaats gehad, welke eenvoudig te-
iver do gemeenschap misdadig is.
ilen wij, om slechts één voorbeeld te
oen, mededeelen, dat de hoofdboeken
het jaar 19191920 in het geheel
waren bijgewerkt, zoodat de winst-
verliesrekening over dat jaar en de
ns per einde Febr. 1920 welke in
der door de directie onderteekende
ipectussen werden gepubliceerd als
lucten van de fantasie der vervaardi-
zijn te beschouwen. Volgens het ac
ts?! utantsrapport komen dan ook de ac-
B en voor vele millioenen te hoog voor.
m boekhouder, die deze stukken onder
ES/ mtwoordelijkheid zijner directie op-
'Ito, bevoordeelde zich bovendien op
echtmatige wijze ten koste der ven-
Ischap. En dit alles geschiedde on-
iks liet toezicht van den Raad van
imissarissen en van een zoogenaam-
accountant", die, naar het heette,
hoeken geregeld controleerde.
1001 Iet resultaat van dit beheer was, dat
sn Marx en Co.'s bank bij het faillis-
1 1 lent een vordering had van 8 millioen,
van de andere schuldeischers niet te
leken.
directie van Marx en Go's bank
;t iutusschen een niet gering deel van
schuld aan dit financieel treurspel,
fdat zij, zonder zich voldoende van de
Iheid der haar verstrekte gegevens op
te hebben gesteld, een crediet
eenige millioenen verstrekte aan een
liijf, dat door de oorlogsconjunctuur
Ir korten tijd begunstigd werd, maar
JUI «van noch de organisatie, noch de
g, noch de levensvatbaarheid den
dor critiek konden doorstaan,
trouwens uit de geschiedenis van -Marx
Co.'s bank is wel gebleken, dat dit
eurca jjet nj0t jiet eenige "lichtvaardige en
50.' «rantwoordelijke geweest is, door deze
iacieele onderneming verstrekt, waar-
lal van spaarders hun vermogen ver-
rld hebben.
h hebben hier de geschiedenis van
fabriek, waarvan de ondernemers mil-
ren van het nationaal vermogen heb-
verbrast.
lar de firma v. d. Kuy en Van de
is niet de eenige, zij is er slechts een
een lange lijst van ondernemingen en
«schappijen, waarover eenzelfde rap-
kon worden uitgebracht.
Het loopt in de milliarden, het bedrag,
op deze wijze aan ons nationaal ver-
sn is onttrokken en waardoor het ver-
ïwen der bezitters in onze banken en
irdif
Bij
44
jes
industrie is geschokt, zoodat ze geen cre-
dieten meer kunnen krijgen en waaruit
voor een zeer groot deel de huidige ma
laise is voortgesproten.
Om al deze redenen zeggen wij, dat 't in
hooge mate onrechtvaardig is, om nu de
gevolgen van dit financieel en economisch
wanbeheer op de allereerste plaats af te
wentelen op de arbeiders en ambtenaren.
En aan hen de schuld te geven van de
malaise, welke nu in handel en industrie
lieerscht.
DE NIJMEEGSCHE KATHOLIEKEN.
De Maasbode schrijft:
Do Nijmeegsche kiezers hadden gisteren
gelegenheid him oordeel uit te spreken
over den gemeenteraad, die Nijmegen ver
kocht aan de Roomsche Universiteit.
De burgerij kon nu eens toonen, hoe
weinig zij ingenomen was met de gestie
der Katholieken in den raad, die haar zulk
een hooge belasting oplegde ten gerieve
van de Roomsche Universiteit, welke de
burgerij heette niet te willen.
Was de machtige heer A. B. Kleereko-
pcr niot in eigen persoon overgekomen om
dit scheeve zaakje eens recht te zetten?
Welnu, de burgerij van Nijmegen heeft
gisteren aan de stembus gesproken.
Was haar oordeel vernietigend voor de
Katholieken?
Men weet,, dat in den ouden raad 16
Katholieken "zitting hadden, en dat het
eerste raadsbesluit in zake de stichting
van de Universiteit slechts met één stem
meerderheid werd heslist.
Heeft de burgerij thans gezorgd dat den
Katholieken deze meerderheid werd ont
nomen?
Er is geen quaestie van.
Integendeel, de burgerij heeft gezorgd,
dat aan deze meerderheid nog een drie
tal zetels worden toegevoegd.
De Katholieken hebben in den nieuwen
raad 19 in plaats van 16 zetels.
Dat is het antwoord van Nijmegen's
burgerij op de anti-Roomsche actie.
A. B. K. kan daar ook tevreden mee zijn
Nedsrl. arbeiders bij den Paus.
Henri Hermans schrijft in de ..Volks
krant" over de bedevaart der Federatie
naar Rome en spreekt met warmte over
het enthousiasme der pelgrims.
Zijn indruk van het groote moment, dat
de Taus sprak, geeft hij als volgt weer:
..De H. Vader sprak.
Wie is in staat, dit precies weer te
geven? Wat er in de couranten van ver
meld is, kan zelfs geen zwakke weerklank
Lee ten.
Zijn eerste woord was een woord van
warmen lof voor de katholieken van Ne
derland en voor het ..groote Holland" in
het algemeen.
„Gij zegt: uw land is klein", zoo sprak
do Paus, „maar weet wel, dat het groot
is in zijne vredelievendheid, in den trouw
zijner katholieken aan- de II. Kerk, groot
in zijn katholieke organisaties."
„In het groote Vaderhuis," zoo hoorden
wij later den H. Vader nog verldaren,
„zijn vele vertrekken, groote en kleine,
maar een der schoonste is in mijn oog
het kleine. Holland."
Eerst persoonlijk aan den Federatie
voorzitter en later ook ih Zijne toespra
ken tot alle deelnemers, gaf de Paus ook
Zijne bijzondere voldoening te kennen
over onze Standsorganisaties, wier doel
en wezen wij den H. Vader hadden uit
eengezet. „Dit schoone vereenigingsleven,
'en het succes, hiermede bereikt, hoorden
wij uit Zijn mond, is ongetwijfeld te dan
ken aan uw trouw aan de beginselen,
welke u door de Kerkelijke Overheid zijn
onderwezen, en aan uw aller medewer
king, waarvoor gij dank verdient. Moge
de toekomst aan dit vereenigingsleven 't
verleden nog verre overtreffen, dit is
mijn Vaderlijke wensch."
En toen de behartigenswaardige woor
den: „Wie gehoorzaam is aan de bisschop
pen, is gehoorzaam°aan den Paus, en wie
gehoorzaam is aan den Paus, die is ge
hoorzaam aan Jezus Christus!"
Hierin ligt inderdaad het geheim van
onze eenheid, van onze kracht en van
ons succes, zooals namens de katholieke
arbeidersbeweging aan den Paus was ver
klaard: Nooit is dit zóó begrepen en ge
voeld! Geen meeningsverschil kan ons ver
zwakken, wanneer wij deze woorden van
den H. Vader steeds indachtig zijn en
daaraan trouw blijven.
In verband met die laatste woorden
wees de Paus ook nog op de groote een
heids des geloofs, die allo katholieken, bo
ven verschil van stand, tot gelijke kinde
ren maakt van het ééne Vaderhuis. En
Zijn afscheidswoorden waren: „Gij gaat
terug naar Holland, in geest en hart ga
ik met u en blijven wij één als Vader en
kinderen."
Deze treffende momenten blijven onver
getelijk en ieder pelgrim, die er getuige
van was, zal daaruit talloos nieuwe geest
drift putten voor de naleving en de verde
diging van onze beginselen in den kring
zijner familie en in het volle openbare
leven."
En zoo is deze bedevaart naar Rome een
winst voor het „groote Holland", voor
de goede zaak, voor onze ééne katholieke
arbeidsbeweging!
De Tabakswet
A.s. Dinsdag zullen de organisaties in
de tabak- en sigaren-industrie gehoord
worden door de commissie van deskundi
gen, betreffende een ander systeem van
banderolleeren, n.l. de banderolle om de
kist te leggen.
Z.E.A. Coremans.
De candidaat van de Rapaille-Partij, die
met September deel van den Rotterdam-
schen Raad gaat uitmaken, geniet uit den
aard der zaak als sensatie-object veler be
langstelling. Verschillende bladen hebben
den heer L. G. A. Coremans, van huis uit
Katholiek en geboortig uit Ginneken, thans
werkloos meubelmakersgezel, geïnter
viewd.
Uit wat het nieuwe raadslid zcoal ver
telde, aldus de „Msbd.", valt de conclusie
te trekken, dat hij eigenlijk niet goed weet
wat hij wil. Althans, z'n verklaringen han
gen aan elkaar als droog zand en spreken
elkander tegen.
Aan een blad vertelde hij, dat hij niet
met kerkelijke menschen „heulde". Ja, *k
heb pater Hendriks wel eens ontmoet en
dominé Krop, nou, dat mag toch zeker
wel, want ik verwerp den godsdienst niet;
ik hen Roomsch met een vrijen blik in het
leven en met een religieuzen ondergrond,
'k Behoor tot Tolstoï, aldus vertelde Co
remans.
Ja, ik sympathiseer erg met de Vrijzin
nig-Democraten, zoo vervolgde hij.
Maar ik verafschuw de communisten en
de syndicalisten. Daar leven geen begin
selen. daar leeft hartstocht.
Ik plaats me op den bodem van de rea
liteit; de veiligheid van ieder individu
moet worden gewaarborgd. In Rusland bij
voorbeeld is geen plaats voor het indivi
du. Wie zich verzet tegen de sovjet, moet
onverbiddelijk bengelen. Wij moeten ons
houden aan wcdcrzijdsch hulpbetoon en
daarom ben ik maar blij, dat hier de ma-
rinierskazeme bestaat. De geest moet het
stof heheerschen, niet het stof de
geest
-Vele grapjassen, -die u gestemd heb
ben, verwachten van u, dat u af en toe
in don Raad genoeglijke opstootjes zult
maken, merkte men op.
Maar dat maakte Coremans boos. Zoo'n
veronderstelling!"
Nee, nee, 'k zal me zeker in "den
Raad zoo beschaafd gedragen als wie dan
ook. 'k Ben niks minder as Mos of Kie
vit. Laat commissaris Van der Pol me
maar vertellen, hoe 'k me in den Raad
liou'en moet, en zóó zal het gebeuren. De
autoriteiten zullen van mij niet zóó veel
te vertellen hebben. Verbeeld je, 'kzal me
daar schunnig gedragen. Nee', dan die
halve aap van een
Zijn rhetoriek kwam nu 'n poosje aan
een, óók eergisteren gekozen nieuweling
ten goede.
Maar weer wat rustiger kwam hij tot
z'n maatschappelijke omstandigheden.
Hem is sinds 3 April de werkloosheid-
uitkeering van Maatschappelijk Hulpbe
toon afgenomen, 'k Had f 18.75 in de
week en nou heb ik geen cent meer. Een
gezin met vijf kinderen.
En als hij naar den raad gaat, hoopt
hij, dat de kleermaker 't hem beloofdo
nieuwe pak z^J „poffen".
Eigenlijk wekt hij medelij, een derge
lijk zoo uit zijn doen geraakt, wellicht
in den grond niet aanlegloos mensch, zich
hier. „netjes" houdend, vooral „netjes",
maar die wel weet dat hij vooropgescho-
HBBS
FEUILLETON
en Baron-Bandiet.
(Naar het Duitsch.)
- Je'schijnt zeer nauwkeurige" inlich
ten to hebben ingewonnen, Schmallfuss;
bedenk wel, dat vele vragen met
koevele leugens worden beantwoord,
tet mijne positie kan niemand je de
ophelderingen verschaffen; ik
*ii ken haar en omtrent mijne betrek-
3 lot de rijke dame wordt ook veel on-
i, waar of niet. Ik ben met de
erg bevriend en heb in een onaange-
zaak haar als vriend trouw ter Jiijde
je zoudt dus een moeilijke taak
'wn, mij bij baar in ongenade te bren-
Ik deel haar slechts feiten mede
En duid ik ze aan als boosaardige
®nsels van een lasteraar, dan zal de
niet jou, maar mij gelooven. Daar-
alleen zult ge uw doel niet bereiken,
^allfus, en bewijzen heb je niet.
Men zou ze kunnen vin-
"Waar en hoe?
Ik kon vroegere kameraden hierheen
komen; zij zullen je weer herkennen,
boordde Schmallfuss knorrig. Al heb
in dien tusschentijd een baard laten
^n. herkennen moet men je toch. En
*ijn wij het ook niet vergeten, hoe jo
.Plotseling verlaten heb. Toen je zoo
««aps verdwenen waart, heeft de graaf
*ulen nazien en toen heb ik ook aan-
de ontdekking gedaan, dat het geld
in de speeltafel ontbrak. Jij wist dat de
graaf het geld, waarmede hij speelde,
steeds in de schuiflade zijner speeltafel
liet liggen; en zijne zuster deed het oven
eens; jij wist ook, dat beiden den avond
te voren eene som hadden gewonnen, on
dat men de sloten der schuiflade zonder
moeite kon openen.
Dat zijn vermoedens, die ik met ver
ontwaardiging terugwijs, riep Born, maar
zijn gezicht was bleek geworden en voor
den blik van zijn voormaligen vriend sloeg
hij de oogen neer.
Waarom heeft men mij niet vervolgd,
indien men mij van zulke leelijkee dingen
verdacht? vroeg hij.
Waarom? Omdat do graaf het niet
wilde. Hij haatte alles wat opzien baarde;
het verlies kon hij zich getroosten en hij
wilde dat liever doen, dan de wereld ge
legenheid geven, zich met zijn naam bezig
te houden. Wij moesten beloven te zwijgen
en sedert werd er niet meer van je ge
sproken. Maar dit alles kon weer ter
sprake komen en al mocht mevrouw Blote
ook niet ieder woord gelooven, het zal
toch voldoende zijn om je aanwezigheid
hier onmogelijk te maken.
Daar hebben we het, spotte Born.
Komt men er met de waarheid niet door,
dan beproeft men het met boosaardigen
laster. De menschen zijn lichtgeloovig en
niets blijft men dan voor waarheid hou
den. Maar voordeel zoudt gij er niet mede
behalen, Schmallfuss.
Verval je weder in den ouden toon?
Wat heb ik van je te verwachten,
wanneer ik je de een of andere goede be
trekking verschaf? Zult ge ook dan nog
vijandig tegen mij optreden?
Neen, ik ben nooit ondankbaar ge
weest.
En hoe zou onze wederzij dsche ver
houding dan worden? Ik vrees dat ge dan
vergeten zoudt, dat ge u naar mijne beve
len te schikken had.
Schmallfuss schudde ontkennend het
hoofd.
Ik kan mij in alle omstandigheden
schikken, zeide hij, ook daarin, dat een
gewezen kameraad» mijn meester wordt.
Wie het geluk heeft, moet het genieten;
voor ieder kan het niet bloeien en wat had
ik er aan, indien ik dit geluk aan een mij
ner beste vrienden zou misgunnen?
Is dat je oprechte meening?
Ja.
Dan zult ge ook inzien, dat ge voor
taan op een andere wijze met mij moet
omgaan.
Ja zeker, zoodra wij beiden ten
huizo van mevrouw Blote
Van nu af, viel Born op barschen
toon hem in de rede, moeten alle herinne
ringen vergeten worden; slechts onder do-
ze voorwaarden wil ik je mijn hijstand
toezeggen. Neemt ge met deze voorwaar
den geen genoegen, zie dan hoe gij er door
komt; die bedreigingen, :k herhaal het,
vrees ik niet.
Schmallfuss zag bom doordringend
aan; de vastberadenheid in Bora's trekken
liet hem zien, dat het raadzaam was, hem
niet nog meer t9 sarren en zich in de
voorwaarden te schikken.
Goed, ik neem het aan, zeide hij.
Dan wil ik zien, wat ik voor je doen
kan. Wanneer men zegt dat ik reeds met
mevrouw Blote verloofd ben, dan is dat
wel wat te veel beweerd; zoo spoedig gaat
ven is door gijntjcslicvende lui om
een lolletje. Ofschoon zij begrijpen, dal
daar in den raad toch niets van komen zal.
De stadshuissleer temt menschen als
Coremans wel.
Want zij hebben nog de eerzucht van
niet tot Jan-Rap-en-zijn-maat te willen
behooren, als ze in „net" gezelschap zijn,
aldus gaf één der interviewers z'n indruk
weer.
Gistermorgen is Coremans opgebracht.
Hij veroorzaakte op den Coolsingel een
oploop, toen hij daar met een hord rond
liep, waarop eenige opschriften, als:
„Waakt tegen laster" en „Togen troon en
altaar".
De politio heeft hem een tijdje op den
post in het raadhuis gehouden en hem
toen zonder bord laten gaan.
STflPSWIEUWS
HET NIEUWE ACADEMISCH
ZIEKENHUIS.
„Het Vaderland" geeft de volgende be
schouwing over bet mooie(') Leidsche
Ziekenhuis.
Wie te Leiden wat daar heet het nieu
we academisch ziekenhuis bezoekt, weet
eerst niet of hij huilen dan wel lachen
moet, maar gedachtig aan den staat on
zer schatkist, kan hij de waterlanders, ja
zelfs bittere waterlanders niet binnenhou
den.
't Is een toppunt van geldvermorsing,
een toppunt van architectonische onmacht,
een toppunt van dure dwaasheid.
Neen, de lezer gelooft het niet en nooit
kan hem een Thomas-stemming beter ver
geven worden dan hier.
In den jare 1912 maakte de heer Vrij
man, de Rijksbouwkundige voor. de ge
bouwen vanonderwijs, die, meenen we,
ook het gebouwenmonstrum te Delft neer
zet, een groot ontwerp voor een academisch
ziekenhuis met kostenberekening. Er zou
komen een ziekenhuis met leslokalen, la
boratorium enz. enz. voor f 5.081.574.
Had men nu de zaak maar aanbesteed,
doch nee, het Rijk wou eens extra zuinig
uit zijn voor den belastingbetaler en be
sloot in eigen beheer te bouwen.
Resultaat: er staat te Leiden voor een
fS.00O.000 boven den grond, maar voor
de affaire af en bruikbaar is, zal er nog
zeker oen f 7.000.000 bijkomen.
Is het te verwonderen, dat de Bezuini-
gingscommissie in wanhoop: Stop'^ in
vredesnaam, stop' heeft uitgekreten-
Wat staat er nu overeind? Wie het
bouwterrein van ruim 10 H.A. betreedt,
begrijpt het eerste half uur eigenlijk niet
waar hij gekomen is: bii een gepleisterde
ruimte? op een slagveld? iets opgegra-
vens en bijgewerkt als Pompeji? een door
aardbeving geteisterd en van bewoners
verlaten streek Doodsche stilte ligt over
het" haveloos, schots on scheef door elkaar
staand gebouwen-comnlcx. De meeste zijn
nog niet eens glas dicht; planken zitten
hier en daar voor de ingangpn_ gespijkerd.
Het gras schiet welig en woest op tus-
sclicn de gebouwen en sprieten er schraal
uit de straten, welke langs de gebouwen
zijn gelegd. Regen en wind hebben vrij
siiel om de verrotting en tering te brengen
over hetgeen wij met de 8.000.000 hebben
gewrocht. Eenzaam en zielig zucht hier en
daar een motornompje om de gebouwen
het water uit de ontzaglijke kelders te
houden. Overigens prijken de gebouwen
wat het inwendige betreft, gelukkig nog in
absolute maagdelijkheid. Er is nog geen
verfje op de kozijnen, geen stukje plafond
aan do zoldering, en geen pleistertje aan
de muren. Overal ontbreken nog de deu
ren. Heusch, men denkt door ruïnen te
loopen. Bij nadere beschouwing groeit
echter nog de wanhoop. Aan deze bou
werij ontbreekt elke centrale en elke eco
nomische gedachte. De gekste dingen zijn
hier uitgehaald. Men wilde bouwen voor
600 patiënten en men heeft maar aan een
zusterhuis voor 150 verpleegsters ge
dacht. Men bouwde een wasscherij, waar
heen heel Leiden wel zijn wasch zou kun
nen brengen, maar de ontsmettingsruim
te bestaat uit een paar pietluttige zaaltjes.
Maar ruim is het machinehuis en reeds
jaren liggen de reusachtige ketels er in,
zoodat men een extra-mannetje heeft moe
ten aanstellen, om de dingen roestvrij te
houden. De keuken is centraal gedacht,
mnar zij liet aan aen uithoek en-er zullen
dat niet, en ik heb nog meidgen hinder
paal uit den weg te ruimen, alvorens ik
tot mijn doel geraken kan. Ik zeg je dit
opdat je onderricht zijt en niet aanstonds
w.eder dreigt, wanneer ik mijne belofte
niet heden of morgen vervullen kan. En
gelukt het mij, je in het huis te brengen,
dan verlang ik niet slechts den noodigen
eerbied, maar ook dankbaarheid en trouw
ik hoop, dat je mij zult begrijpen.
In allen deele, zeide Schmallfuss. Ik
moet u dus van heden af' als mijn heer en
meester beschouwen? Nu, indien het dan
niet anders kan in 's hemels naam, en
wanneer gij mij van den zegen, waarme
de de fortuin u schijnt te willen overla
den, nu cn dan een klein gedeelte wilt la
ten deelachtig worden, dan zult gij geen
getrouwer dienaar kunnen vinden.
Daarop meen ik dan ook te mogen
bouwen.
Als een rots. Ondankbaarheid is nim
mer mijn vak geweest; een dienst ver
geet ik niet, en voor mijne vrienden ga ik
door het vuur. En zoo go een goed woord
voor mij wilt doen, zal mevrouw Blote mij
zonder twijfel in haar dienst nemen.
Verlaat je daar'niet al te zeer op,
antwoordde Born, die nu tegenover zijn
voormaligen kameraad zat, op gedempten
toon, ik heb vele vijanden; zij benijden
mij de gunst der rijke dame en laten
niets onbeproefd mij te belasteren.
En dit is zooveel le erger voor mij,
omdat die menschen oude VTÏenden der
dame zijn, on velen van hen zichzelven
rriSt dc hoop gevleid hadden, haar man te
worden. Daarbij komt nog, dat er eene
volwassen dochter in huis is, die natuur
lijk iedereen wantrouwt, van wie zij moet
motorwagens met bijzondere warmtebe-
waring-installaties nooóig zijn, om de ki
lometerlange distributie-bochten n*ar de
gebouwen te ondernemen.
Naast deze minder geslaagde ccn.rali-
seering staat overal een mot Alle oscono-
mie spottende •decentralisatie. Elke afdcc-
ling heeft haar eigen assistcnt*nkam»r8 («n
welke!) sommigo afdeelingtn nog met
aparte eetzaal, recreatiezaal enz. enz., 1
is heusch of 't niet óp kan. Zoo zijn er
ook maar eventjes drie di*r»nstallen (go-
bouwen op zichzelf). Natuurlijk, elko af-
deeling, die dieren gebruikt, moet haar
eigen stal hebbenZoo krijgt ook elke af-
deeling naast do centrale bibliotheek een
eigen bibliotheek (kleine repetities van de
Delftsche bibliotheek-bedoeling), eigen fo
tografie-installatie met den aankleve van
dien. De collegezalen hebben 't schitte
rendst vallicht, maar daarentegen heeft
men b.v. in de chirurgische afdecling een
operatiekamer met enkel zijlicht gemaakt
Er zijn meer verrassingen. Zoo ligt b.v. 1
we gelooven in de gynaecologische afdce-
ling, maar het kan ook ergens anders zijn
de operatiekamer op een afstand van 60
en meer meter van de ziekenzaal. Over
ontzaggelijk breedo gangen moeten do pa
tiënten worden vervoerd. Schrikbarend
zijn de ruimten en de gangen, portalen
enz., welke de architect ter verwarming
heeft aangeboden.
't Kan dan ook niet verwonderen, dat,
toen men eenige jaren geleden een direc
teur voor het ziekenhuis benoemde mer
begrijpe goed, 'het embryon-koloszieken-
huis heeft al vier jaren lang een direc
teur, die in een heel mooie villa naast hef
bouwterrein woont (het oorspronkelijk
plan had in een woning van f 20.000 op
het terrein van het ziekenhuis voorzien)
geen enkelen patiënt heeft, uit tijdver
drijf en ter besparing van f 1200 het per
soneel van het oude ziekenhuis cureert 1
deze directeur het ziekenhuis in vele op^
zichten voor onexploiteerbaar hield en dat
sindsdien een titanisch duel wordt ge
streden tusschen directeur en bouwmees
ter, die schijnt le denken: pereat mun-
dus, als ik mijn hectaren maar vol krijg.
Wie weet wat er nog gebeurd zou zijn, in
dien niet Bezui n i g i n"scom missie een balt
had geroepen en indien niet allerlei ande
re commissies zich gezet hadden om de
vraag: hoe is er van al die fraaiigheden
nog een bruikbaar en betaalbaar zieken
huis te maken?
Intusschen staat de bouwerij zoo goed
als stop. Bij den ineane van het terrein'
zit elkerudag in zijn hokb een no-rWer-eer
berus, opdat SQ£ weinig -Ttógelf^
landsche onderdanen bhnVéThJnJB?
onder het oog krijgen. On bet terrefif'wis
gen we een paar mannen aan hef" r. to-
geitjes tegen een serrelijst plakken en
ja dat is waar ook een groepje werklie*
den hield zich onledig met het afdekkeoC
van het laboratorium voor prof. de Jong;
Er staan namelijk op of naast het zieken-*
huis-terrein nog drie laboratoria (20 hein
ben feitelijk met den ziekenhuisbouw niöl
te maken, behooren ook niet tot 't macht»*
gebied van den directeur). Ze zijn zoê
goed als klaar en, naar men ons verzeker
de, komen ze dit jaar klaar. Voor prof. dn
Jong, prof. Barge en prof. Tendeïoo, eït
een laboratorium.
Er gaan allerlei geruchten 'over hefgeetf
er verder gebeuren zal. De een stelde voor,
zoo spoedig pjogelijk af te maken waf er
staat en door andere indeeling alle takbefi
van dienst order te brengen. Men zon b.v.
van de psychiatrische afdeeling tevens
nog een tweede zusterhuis maken enz. Eeï
ander plan is, de indeeling ongerent te
laten, doch slechts een gedeelte der ge
bouwen voorloopig te gebruiken en
rest in reserve te houden. We .zullen over
een jaartje wel hooren hoe de beslissing
uitvalt, 't Is te hopen, dat men niet W
lang talmt,want wind en reeen zi.in af-«
Iesbehalve talmachtig als _ze ter snel ee*
vraafd worden in nog niet eens glasdich-
le gebouwen.
Een andere misschien wel do pijn
lijkste vraag drong zich voortdurend
aan ons op, namoliik deze: hoe zal men
in Leiden ooit deze geweldige zieken af aa
gevuld krijgen? Wrnr moeten de pat>ënj
ten vandaan komen? In Amsterdam, Den
Haag al houden we'niet van die groot*
ziekenhuizen en zijn we zoo blii. dat dr.
Koch tot dusver een niouv^n. i-nnr««Mï--
een ziekenhui.«bouw v*nr-
vreezen dat deze haar stiefvader kan wor
den.
Foei, als de moeder wil, moet de
dochter zwijgen en gehoorzamen.
Dat is eene spreekwijze, die hier
kwalijk is aangebracht, zeide Born, maar
ik zou je daarop met een ander spreek*
woord kunnen antwoorden, namelijk daf
vele druppels den steen uithollen. Ge
weet nu Schmallfuss hoe de zakenstaan
en je eigen belang gebiedt je, mij in den
strijd tegen deze vijanden bij te staan.
1 Wanneer ik dat kan, zal het gcschic
den, zeide Schmallfuss, zorg maar, dat ik
in het huis kom.
En waarop moet ik mijn aanbeveling
steunen' Ik mag niet zeggen, dat ik j«
reeds vroeger gekend heb.
Waarom niet? viel Schmallfuss hem
lachend in de rede. Kan de Silezische
graaf niet uwe vriend geweest zijn? Wan
neer gij dat beweert zal mevrouw er niet
aan twijfelen en gij zeiven kunt ot
slechts bij winnen.
En gij zult het natuurlijk bevestigen?
vroeg Born, in wiens oogen een straal
van blijdschap glinsterde.
Dat spreekt van zelf.
1 Is goeddan zullen wij dit plan tod
uitvoer brengen, en het moest al hod
slecht loopen wanneer jij de betrekking
niet zoudt krijgen. Dat het een zeer goe*
de post is, behoef ik je waarschijnlijk
niet te zeggen; hij wordt nog beter won-
neer ik hem* des huizes ben geworden.
Born was opgestaan; hij ging lany*
zaam naar zijn secretaire, voer wwlke bi|
dralend bleef staan.
(Wordt vatvelgd).