fi
weed© Blad
baandag 7 Mei 1923
srfen Baron-Bandiet.
-jo:
V4
Door
gliliEEHLËIO
Inaugurale rede
prof. pater Welschen O. P.
•jntinuï t ei t en W e t e n s c li a'p-
'pclijke zelfstandigheid in
de Thomistische Wijs-
begeerte.
Hedenmiddag aanvaardde pater R. R.
jfelsciien 0. P. het Kerkelijk Hoogleeraars
in de Wijsbegeerte van den H. Tho-
van Aquino aan de Universiteit te
^sterdam, met het uitspreken van een
getiteld: Continuïteit en Wetenschap-
Zelfstandigheid in de Thomistische
Kbegeerte.
dc rede ontleenen wij het volgende:
wording van geen enkele weten-
lijkt op het plotseling ontstaan van
volwassen Minerva. Het ligt in den
der menschelijke kennis, zegt de
Iquinor", om stap voor stap van Het on-
lonicne tot het volmaakte voort te
arijden. Vandaar zien wij in de bespie-
diende wetenschappen, dat zij, die het
gefilosofeerd hebben, slechts onvol-
resultaten hebben bereikt, welke
door hun opvolgers vervolledigd zijn.
eigen onafhankelijk nadenken,
;te St. Thomas de wijsgeerige weten
der voorgeslachten tot zijn ziols-
geestesbezit en met een gewetensvolle
lettend beid keurde hij haar op het
gehalte aan waarheid. De groote en
dolste problemen, die aan het uitspansel
liet wijsgeering denken als 't waro
riodiek weerkeeren, hij heeft ze door-
At, principieel, in de grondslagen,
kan één enkele wijsgeer gelden voor
indien hij door onbevangen zelfstan
denken hun alles wijsheid in zich op-
Een zoodanig wijsgeer was de Aqui
in wiens leer de omvangrijke arbeid
voorgeslachten op weergaloos vol-
idle wijze voortleeft, bekroond door zijn
vele geniale, nieuwe inzichten. Zijp
dan ook niet een systeem in den
;ren zin, niet het stelsel van een enke-
mensch, noch van een enkel geslacht,
zwak gegrondvest op slechts enkele
inselen, maar de beginselrijke, diep
irfachte en veelzijdig vervolledigde,
:he samenvatting der ware uitkomsten
nagenoeg achttien eeuwen wjisgeerig
bp
':-C
1; iuwI
ehl
leeld
ich
ièn.
iet i:
is, naar het mij voorkomt, een over-
ramp geweest voor den voortgang
wijsbegeerte, dat die heerlijke, vrucht-
5 continuïteit der denkers verbroken is
orden. Er ligt een geweldig breede en
kloof tusschen het Thomïsche en de
fgers der nieuwere filosofie. Nu is
nieuwere filosofie onder meer opge-
uit een reactie, niet tegen het Tho-
doch tegen veelal decadente vor-
nwoordigers eener vervallen Scholas-
die onder menig opzicht verworden
tot een caricatuur van ware wijsbe-
De eminente geesten, die do grond-
's waren der nieuwere wijsbegeerte,'
Descartes, Bacon, Locke, Berkeley
me hebben het eigenlijk Thomisme
het geheel niet of slechts uiterst op-
ilakkig gekend. De werken van den
ler en der groote commentatenen uit
gegf lós en 16e eeuw, die het Thomisme
fflj nnnig verklaarden en veelzijdig uit-
'm, bleven voor hen een gesloten boek
evenwel mijn eerlijke overtuiging
mot bescheiden vrijmoedigheid meen
igcn uitspreken, dat die buitengewoon
JP- en diepzinnige donkers, indien zij
"""omas' rijke wijsbegeerte waren ver-
geweest, aan vele ernstige moeilijk-
a on uiterst zware problemen wellicht
geheel andere oplossing zouden heb*
gegeven.
het gevoelen van een onzer Nedor-
-=che wijsgeeren, vervolgde spr., heeft
Ruiling van den themist in verband
m dogma wel recht op volstrekte eer-
«sing, doch hij meent de scholastieke
lieale6 m eenigermate als vreemd gebied te
tai beschouwen.
nu deze meeni.ng 't gevoelen weer
der!
nek:'
lie.
kis'
tabSls
l.
ik
de
li»i
ling
(Naar het Duilsch.)
w0 ?.at. mij gerust, bovendien zal
immers veroorloofd zijn, de mo-
-r a 11 ',9 beoordeelen?
di' Wel zeker, en graaf Eallcrsleben zal
f!V ?aar zijn' wanneer gij open en vrij
7 l Uff 00r^cef omtrent deze motieven
'Kwis betreft de versiering van
j paviljoen. De graaf wenscht een
l,V tj ^"ike decoratie; op den prijs
r$ aan, indien er slechts iets
i Jlê vcr(l wordt, wat blijvende waar-
w aiL
i in 2ele6enheid, mij nog
jj j *Uür to kunnen vergezellen dan zou
di-ve"? ^'n vr'end en mij zeer aangenaam
igheiï 'de aangelegenheid kon dan nog
n a'o°daan worden. Gij eet dan heden
spreke® en hebben tijd genoeg om te
el 3lj j!a°en en 1© overleggen.
rjjk'. z1 een oogenbbk draalde Rudolf;
0.11 hij het voorstel aan; do op-
eervol; zij mocht niet zonder
de hand worden gewezen.
f r®mon verzocht den schilder een
laten halen, en tot de komst
,i 8Prak hij met hem als met een
,alor. '^aen vriend over de meesters tuk-
jj Milder- en beeldhouwkunst iie
i°.p:u-; ,ersc billende museums gezien had.
"kek 5 j.Dam Rudolf afscheid van zijne
r16 sprakeloos was vau vreugde
®:'ric >0* aangedane eer, en stapten de
'J het rijtuig, dat hen naar het
geeft van vele moderne denkers, belicht
spr. vervolgens do betrekking der Thomisti
sch filosofie lot het dogma en haar waren
aard als wijsgeerige wetenschap.
Onredelijk, lichtvaardig gelooven is. vol
gens de Katholieke Geloofsleer zelf,, den
mensch onwaardig en verwerpelijk.
Gelooven is dan ook voor den Thomist
een alleszins redelijke daad, omdat hij op
hechte wijsgeerige gronden, die eiken
voorzichtigen twijfel uitsluiten, vermag te
bewijzen, dat God, Die de Waarheid zelf is,
tot de wereld gesproken heeft.
Dientengevolge verwerpt de Thomist de
mogelijkheid van een tegenspraak tusschen
geloof en rede.
Over den aard der wijsbegeerte leert de
Aquiner, dat zij èn in haar grondslagen èn
in haar opbouw een'volstrekt natuurlijke
wetenschap is. Vandaar dat hij in zijn
werken bij herhaling het wezenlijke ver
schil onderstreept tusschen wijsbegeerte
en eigenlijke theologie.
De eigenlijke godgeleeerdheid gaat in
haar bewijzen uit van geopenbaarde waar
heden, aanvaard op goddelijk gezag; de
wijsbegeerte steunt in haar betoogen enkel
en alleen op gegevens, verkregen door do
natuurlijke kracht onzer levensvermogens
en mag zelfs niet steunen op wat aan men
schelijke of Goddelijke autoriteiten ont
leend zou zijn.
Het tegendeel is voor den Thomistischon
wijsgeer innerlijk onmogelijk, daar liij
metterdaad zijn aard als filosoof zou ver
loochenen, zoodra hij in zijn betoog een
op gezag aanvaarde stelling zou inschake
len. In dat geval zou hij ophouden wijs-
geerig te denken.
Het is wel teekenend, dat de Aquiner,
toen hij de voornaamste fundamenten leg
de van zijn wijsgeerigen bouw, die niet
vond bij en geloovig Katholiek denker als
Augustinus, doch bij den heiden Aristo-
teles.
Het dogma is voor den Thomist geen
constitutief element van zijn wijsbegeerte.
Geloof noch ongeloof constitueeren als zoo
danig wetenschappelijk inzicht.
De bron der wetenschappelijkheid, van
het wijsgerig gehalte eener argumentatie,
is en blijft voor den Thomist het verstand.
Hiervan liet spr. eenige voorbeelden volgen.
Dc enkele gedachten, zoo besloot spr.,
eischen voorzeker naar vele zijden nadere
belichting. Toch vermeent spr. te hebben
getoond, dat de Thomistische filosofie een
zelfstandige wetenschap is, welke door
haar redelijk vasthouden aan den om
vangrijken geestesarbeid der vroegere en
vroegste tijden op uitstekende wijze een der
noodzakelijkste voorwaarden ter geleide-
lijke^ gezonde ontwikkeling der wijsbegeer
te heeft vervuld en daarom niet het minst
in onze dagen nog geroepen is tot een ze
genrijke taak in den dienst der waarheid,
die volgens den Aquiner het laatste doel
moet zijn der gehecle wereld.
Ceniraal-Bureau K. S. A.
Verslag van het Congres over
het Bevolkingsvraagstu'k.
Zoo spoedig mogelijk zal het nitvoeng
verslag van het congres het licht zien; de
prijs kan nog niet met stelligheid worden
vastgesteld, doch zal zoo laag blijven als
slechts eenigszins mogelijk is. Wie cr ze
ker van wil zijn, bij aanvrage van dit be
langwekkend geschrift niet ten antwoord te
zullen ontvangen „uitverkocht", bes telle
het reeds nu, hetzij bij het Centraal Bu
reau der K. S. A., Steenschuur 17, Leiden,
hetzij bij den uitgeefster, de firma Ars
Catholica, Nieuwe Mare 21, Leiden.
Men blijve gewaarschuwd!
Uit talrijke, door het Centraal Bureau
der K. S. A. ontvangen mededeelingen
blijkt ons, dat de heer Van Zeist zonder
ophouden zijn pogingen voortzet tot het
plaatsen van premieloten voor de z.g.n.
vereeniging „St. Nicolaas".
Eveneeens blijkt ons uit die ontvangen
mededeelingen, dat er nog tal van weife
laars gevonden worden, die ondanks de bij
herhaling door ons geplaatste waarschu
wing tegen de praktijken van genoemden
heer, tot ons -de vraag richten, of de be
wuste onderneming nu eigenlijk hun ver
trouwen verdient of niet.
Hoewel wij meenen, dat onze vorige
waarschuwingen niets aan duidelijkheid te
wenselien overlieten, achten wij ons in het
algemeen belang verplicht nog eenmaal
doch thans voor het laatst uitdrukke
lijk verklaren, dat onze vorige waar
schuwingen onveranderd van kracht blij
ven ondanks hetgeen daartegen van de zij
de van den heer Van Z. word aangevoerd.
kasteel Fallersleben moest brengen.
Rudolf gevoelde zich tot den beschaaf
den kunsili even den edelman aangetrokken;
hij had hem al hetgeen hem bezwaar!e,
kunnen toevertrouwen; want hij meende
immers nu reeds de vaste overtuiging te
kunnen koesteren, dat hij bij diea man
eene warme, hartelijke deelneming en ook
een juist oordeel zou aantreffen.
Gij moest een jaar in Rome vertoeven
zeide von Bremen, toen het rijtuig de stad
had verlaten en op den stoffigeu straat
weg voortrolde.
Wanneer allo wenschen zich ver
wezenlijkten was ik cr reeds lang, zuchtte
Rudolf.
Wellicht ontbreekt u alleen den moei
om een besluit te nemen; zoo kostbaar is
de reis niet, en in dc stad der mooie heu
velen kan men, met bescheiden eisc'icn,
zeer goedkoop leven.
-- Maar er worden niettemin middelen
toe vereischt waarover ik nu nc" niet zou
kunnen beschikken.
Toen gij in Zwitserland waart, hadt
gij reeds een goed gedeelte der reis achter
den rug; ik in uw plaats zou vorder zijn
Weder overtoog een donkere gloed dos
jongelings wangen.
Dat wilde ik ook, zeide liij, maar
daar mijne middelen niet toereikend
waren, zocht ik - gezelschap, waarbij ik
mij kon aansluiten, en dit heb ik helaas
niet gevonden.
Welnu, wat niet is kan nog komen,
troostte von Bremen; wellicht verschaffen
de orders van mijn vriend u de noodige
middelen; ik help het u van harte wen-
S'c h r i f t e 1 ij k e cursus n
Staatsinrichting.
Naast zijn beide reeds bestaande schrif
telijke cursussen, heeft het Centraal Bu
reau voor de K. S. A. te Leiden thans nog
op veler aandrang een derde georgani
seerd, n.l. in staatsinrichting. Deze cursus
zal aanvangen 15 Sept. 1923 en is gesteld
onder leiding van een ervaren leeraar, n.l.
den heer J. M. van Sas, hoofdcommies ter
secretarie van Maastricht en docent aan
de R.-K. Leergangen. Ook deze cux3U9
duurt 16 maanden en na afloop zal er ge
legenheid zijn om een mondeling examen
af te leggen en een diploma te behalen
Vanaf 20 Mei a.s. verstrekt voornoemd
Bureau, Steenschuur 17, Leidon, op aan
vrage gaarne het prospectus.
Mededeelingen betreffend'e
de reis naarRome.
I. Met het oog op de definitieve vast
stelling der plannen zullen zich deelne
mers aan de reis bij het Centraal Bureau,
Steenschuur 17, Leiden, moeten aanmel
den zoo spoedig mogelijk, doch uiterlijk
vóór 1 Juni e.k.
De aanmelding moet gepaard gaan met:
a. aanduiding van de reis, die men
wenscht te maken; tegen vergoeding van
fO.10 voor portokosten worden prospectus
en voorloopig reisplan door het Centraal
Bureau gratis verkrijgbaar gesteld.
b. Toezending van een waarborgsom van
f25 voor eiken reiziger; deze som wordt,
indien degene, die haar gestort heeft, de
reis niet mocht kunnen medemaken, te
rugbetaald, onder aftrek evenwel van de
onkosten, die reeds mochten gemaakt zijn;
slechts indien op het allerlaatste oogen-
blik voor den aanvang der reis, waaronder
ook verstaan wordt daags te voren, een
deelnemer zich mocht terugtrekken, kan de
waarborgsom niet worden terugbetaald.
II. De reis zal aanvangen in de eerste
helft van September en wel op een dag,
die zoo spoedig mogelijk zal worden be
kend gemaakt.
in. Al degenen, die lid zijn eener orga
nisatie, welke deel uitmaakt, hetzij van
den Centralen Raad der K. S. A., hetzij
van een diocesaan of plaatselijk Comité
der K. S. A., zullen de reis kunnen mede
maken voor do prijzen, berekend bij deel
name van een zeker aantal personen; bet
juiste bedrag door iederen zoodanigen deel
nemer verschuldigd, zal derhalve eerst
kunnen worden vastgesteld, wanneer vast
staat, hoe groot het aantal deelnemers zal
zijn.
Zij, die niet op eenige wijze, gelijk hier
boven bedoeld, bij de K S. A. zijn aange
sloten, kunnen op bovengenoemde reduc
tie geen aanspraak maken.
Bij aanmelding tot deelname aan de rci3
vermelde men derhalve van welke organi
satie, op cenigerlei wijze aangesloten bij
de K. S. A., men lid is.
Het half percent Registratierecht.
Do Kring van Veiling vereenigingen
Loosduinen-Borkel-Rodenrijs heeft een
vergadering gehouden van de aangesloten
vereenigingen. Waar deze in 't algemeen
de vroege groetenteelt onder glas vertegen-
tegenwoordigsn, hebben eenige sprekers
hun ernstige ontevredenheid uitgesproken
dat het wetsontwerp tot opheffing van het
Y.pGt. registratierecht nog steeds niet
door de Eerste Kamer in behandeling is
genomen, vooral doordat de toestand in 't
bedrijf nog aanmerkelijk slechter is dan
die van het voorjaar 1922. Aan het be
stuur werd opgedragen te onderzoeken of
spoedige behandeling door de Eerste Ka
mer kan verwacht worden. Mocht dit niet
het geval zijn, dan dient het zich tot den
Minister van Financiën te wenden met
het verzoek de behandeling te willen
bespoedigen, aangezien thans met groote
verliezen wordt gewerkt en bovengenoemd
bedrijf juist in den voorzomer de grootste
bedragen aan de veilingen omzet. Wan
neer de definitieve afschaffing nog eenigen
tijd op zich zou laten wachten, gaat het
effect voor dit jaar voor het grootste deel
verloren.
Bezoek van den koning van Noorwegen.
Naar wij vernemen, zal de koning van
Noorwegen, Haakon VII, in het eerste ge
deelte van Juni een bezoek aan ons land
brengen. Omtrent den duur van het ver
blijf hier te lande, dat in de eerste plaats
do bedoeling van een tegenbezoek aan
Koninging Wilhelmina heeft, kon men ons
pog niet inlichten, doch men verwachtte,
dat de koning zeker ook enkele dagen te
's-Gravenhage zal vertoeven.
Gemengde Etoröchfen.
Een avo«!urier.
Eenige dagen geleden kwam een barbier
bij de politie aan het bureau Singel te
Amsterdam aangiftn doen, dat zijn be
diende door een vraemdeliug, die zich
noemden Due de Maqueda, vermoedelijk
wa^s opgelicht vo<4 circa f 400. De vreem
deling had gezegd rijk te zijn, maar op liet
oogenblik aan gebrek aan contanten te
lijden. De jongeling gaf zijn spaarduitjes.
De politie stelde een onderzoek in en
arresteerde den vreemdeling, wiens adres
bekend was, in diens hotel.
Na de arrestatie zijn belangrijke feiten
aan het licht gekomen.
De vreemdeling bleek te zijn een Belg.
die heette Leopold Danco, zich ook wel
noemde Danco de Keizer, maar bij voor
keur zich uitgaf voor een Spaanschon
hertog, Due Paul de Maqueda. Het is ge
bleken, dat de „hertog" te Amsterdam in
tal van hotels heeft gelogeerd zonder te
betalen. In de laatste twee weken had hij
ook een aantal particulieren geld af weten
te zetten. De „hertog" blijkt vroeger rela
ties te hebben gehad in Spanje. Daar zou
de MadridValencia-spoorweg worden aan
gelegd door een mijnstreek. Een bankcon-
sortium was gevormd om het plan te
financieeren. Danco, die gestudeerd had
aan de Technische Hoogeschool te Luik en
daar was gediplomeerd, zou met de uit
voering van het werk worden belast. Do
plannen zijn evenwel afgesprongen. Hot
bank-consortium beschikte over een kapi
taal van 900 millioen peseta's. Het zou
bereid zijn dit bedrag voor te schieten,
als de Spaansche Cortez zou besluiten, dat
de Staat de rente zou garandeeren.
De „hertog" heeft nu te Amsterdam ge
bruik gemaakt van oude relaties, indertijd
in Luik gekweekt, om geld to krijgen. Hij
zeide nl. dat de plannen voor de Madrid-
Valencia-spoorweg opnieuw waren ter hand
genomen. Danco zou opnieuw met de uit
voering van de werken worden belast. Hem
was een goede bestrekking toegewezen op
een salaris van 2000 peseta's per maand
en een som ineens te betalen. De vooruit
zichten waren dus mooi, maar op het oogen
blik waa het geld er nog niet. Onder deze
mooie voorspiegelingen slaagde Danco erin
sommen geld op korten termijn tor leen
te krijgen. Tot nu toe is oplichting voor
f 2200 bekend, maar vermoedelijk zijn er
meer slachtoffers, die nog geen aangifte
hebben gedaan en wellicht op het oogen
blik nog niet weten, dat zij er zijn invlo
gen.
Eenige dagen geleden heeft Danco zijn
zoon laten overkomen, een innemendo jon
gen van circa 20 jaar, met een vriendelijk
onschuldig gezicht, die alles bevestigt, wat
papa weet op te disschen. Vermoedelijk i?
de jongen alleen naar hier entboden om
zijns vaders verklaringen te bevestigen.
Danco en zijn zoon zijn verleden jaar in
Nizaa gearresteerd geweest op verzoek van
de Belgische autoriteiten. De oude heer
zeide thans, dat deze arrestatie op een
vergissing berustte, op een wrok van de
Belgische militaire overheid. Hij is toen
inderdaad na twee dagen weer vrij gelaten
Verder had Danco nog een vonnis in
Belgic, terzake van oplichting, achter den
rug. Ook in andere landen schijnt hij zich
aan oplichting te hebben schuldig ge
maakt.
Dc oude heer Danco had, naar is geble
ken, relaties met veel vroolijke vrouwtjes
on. bezocht tal van bars. Hij droeg kleercn,
die een van ziin slachtoffers hem had ge
schonken. In zijn manieren was hij uiterst
correct. Hij spreekt gemoedelijk Vlaamsch
on zeer vloeiond Fransch. Uitermate wel
bespraakt is do „hertog" en ook schijat
hij op technisch gebied zeer goed ontwik
keld to zijn.
Hij is thans ter beschikking gesteld van
de justitie, evenals de zoon, Eméric Danco.
Het is evenwel nog niet gebleken of deze
jongen een bewust handlanger dan wel
een slachtoffer van den vader is.
Do politie zet het onderzeek naar even-
tueelo verdere oplichtingen voort. Een
der slachtoffers heeft dc politie veel mede
werking verleend bij het inwinnen van in
formaties, o.a. in Londen. Uit die infor
maties is reeds komen vast te staan, dat
Danco geen relaties in Londen had, zooals
schen.
Hij sprak thans over de kunstschatten
van het Vatieaan, over de keuken van
Rome en de particuliere verzamelingen,
over het leven in Rome, de zeden en ge
woonten der bewoners, kortom, hij ont-
vouwdo een zoo levendig, aantrekkelijk en
kleurrijk beeld, dat Rudolf onwillekeurig
zijn leedwezen te kennen gaf, toen het rij
tuig voor het portaal van het slot Fallers
leben stilhield.
Nu zijn we aan onze bestemming,
sprak von Bremen op vroolijken toon, na
dat bij den koetsier betaald had. Op bouw
kundige schoonheid kan het oude kasteel
ternauwernood aanspraak maken en de
nieuwe gebouwen, welke in den loop dezer
eeuw uit het niet zijn verrezen, laten in
dit opzicht ook veel te wenschen ovei;
maar de kunstschatten van binnen en de
nette en gemakkelijke inrichting der ver
trekken zoudt gij wellicht in menig paleis
van nieuweren stijl tevergeefs zoeken.
En voor de bewoners heeft die in
richting meer waarde, dan de uiterlijke
schoonheid van het gebouw, antwoordde
Rudolf, terwijl bij aan de zijde van zijn
begeleider de breede trap beklom en de
rijk bewerkte leuningen beschouwde, die
van grooten kunstzin getuigden.
Niet ieder denkt zoo, zeide von
Bremen, de meesten leggen aan uiterlijken
pronk meer ten koste dan aan den inner-
lijken. De familie Fallerslebei* was echter
van ouds hier als bevorderaarster van
kunst en nijverheid.
Zij traden in een breede, hooggewelfde
kamer, wier muren van den grond tot den
zolder slechte van boeken waren voorzien,
boeken in elk formaat, van den grooten,
onkundigen foliant, tot de sierlijkste en
kleinste uitgave.
In het midden van het vertrek stond
een breede, massieve tafel; zij was be
dekt met kaarten, brochures en tijdschrif
ten, in wier midden een kostbare globe op
een zwaar voetstuk stond.
Een schrijftafel en enkele stoelen vorm
den het eenige ameublement, en van een
dier stoelen stond graaf Willem op, om
zijn gasten te ontvangen.
Von Bremen stelde den schilder voor;
de graaf bood met eenige woorden van
dank hem de hand en bracht hem spoedig
in het paviljoen, met welks versiering hij
Rudolf wilde belasten.
Bij een glas wijn wérden de ontwerpen
doorgezien en besproken; zij waren
slechts vluchtig geschetst en Rudolf vond
er veel bij, dat den toets der kunstcritiek
niet geheel kon doorstaan.
Zonder omwegen gaf hij zijn oordeel te
kennen; eenige zaken kon hij prijzen,
maar evenals zijne goedkeuring Bprak hij
ook openlijk zijne afkeuring uit en de
graaf was verblijd over deze rondborstig
heid, van welke hij voor do uitvoering
zijner bevelen zich voel goeds voorstelde.
Reeds in de eerste dagen zou Rudolf
met zijn arbeid aanvangen; onbekrompen
had de graaf aan den gestelden prijs zijn
goedkeuring gehecht en reeds nu dacht
Rudolf met innerlijke geestdrift eraan dat
dit honorarium hem na volbrachten ar
beid in staat zou stellen de reis naar Ita
lië te ondernemen.
Gedurende de beraadslaging was da
tijd schielijk voorbijgegaan; omtTent en-
hij eerst had beweerd. Hij heeft ook al
bekend, die relaties valschelijk te hebben
genoemd. Nu blijven nog over zijn relatie»
in Madrid. Valencia en Brussel. Het feit,
dat Danco hier geen geld had, schreef hij
toe aan de „onvergeeflijke stommiteit".om
zijn gel<l, dat op een bank in Brussel stond
naar een bank in Madrid inplaats van naar
een Amsterdamscke instelling te hebben
doen overschrijven. (Hbld.)
Ongelukken.
Te Nijmegen is Vrijdagmorgen een droe
vig ongeluk gebeurd in de oude Stad bij
den Ganzcnheuvel; op dit drukke ver
keerspunt geraakteeen moeder met twee
kindertjes tusschen een vrachtwagen en
een motorfiets met het treurig gevolg, dat
het meisje van zes jaar met een hoofdwond
naar huis werd gebracht, en het jongetje
van vier jaar een uur na aankomst in het
Ziekenhuis overleed.
Vrijdagmiddag is in de verf fabriek
van Doel en Fray in de 3e' van den Kim-
straat te 's-Gravenhage een ernstig onge
luk gebeurd.
De 15-jarige werkjongen M. van der K.
uit de Zeezwaluwstraat kwam te dich bij
een verfmachine en werd door een as ge
grepen. De jongen werd eenige maler,
rondgeslingerd en viel toen bewustelooc
neer. Het bleek dat beide beenen boven
de knie gebroken waren. De geneeskundi
ge dienst heeft den armen jongen per auto
naar het ziekenhuis gebracht.
Naar het Corx*. Bureau verneemt, was
de jongen Zaterdagmorgen buiten levens
gevaar en zijn toestand vrij gunstig.
Te Helmond is de arbeider J. Bos bij
de textiel-firma Rnymaker3 en Co tusschen
oen auto en muur bekneld geraakt en
doodgedrukt.
Te Hazen bij Me gen- ia een 2-jarig kind
van den landbouwer L. G., in een sloot ge
vallen en verdronken.
Het 4-jarig kind van den landbouwer
K., te Lierop had het ongeluk bij het spe
len zijn 2-jarig zusje zoo ernstig met een
hak aan het hoofd te treffen, dat de ldcino
na eenige uren overleed.
Tragisch.
Vrijdagmiddag is dc 2jï-jarige Gcrritje
J. K. uit de Pastoorswarantla te 's-Gra
venhage, terwijl de moeder even naar hot
ziekenhuis was om haar man te bezoeken
en het toezicht over dat meisje aan een 17-
jarig nichtje had toevertrouwd, in een
rioolput gevallen en gestikt. Het nichtje
was even naar buiten geloopen toen hel
ongeval geschiedde.
In brand geraakt.
Te Zwolle kreeg bij het schoonmaken de
38-jarige vrouw van H. J. Smidt, brieven
besteller, een hoeveelheid petroleum over
haar kleeren, waarna deze op onverklaar
bare wijze met vuur in aanraking kwamen.
Geheel in brand staande vluchtte zij van
de bovenwoning en viel van de trap bene
den op den vloer, waar baar moeder poog
de het vuur te blusschen waarbij deze
laatste ernstige brandwonden bekwam.
Vrouw S. is in hopeloozen toestand naar
het ziekenhuis overgebracht. De brandweer
slaagde er in den onistanen brand tot do
bovenwoning te beperken.
Een meisje in c?e vlammen omgekomen.
Zaterdagavond brak een brand uit in
de boerderij en de stallen van den land
bouwer J. te Ell (Hunsel) Limburg.
De 27-jarige dochter, die eenige sieraden
wilde redden, werd levenloos uit do vlam
men gehaald. Twee broeders, die haar
wilden redden, werden bewusteloos naar
buiten gedragen.
De materieclc schade is aanzienlijk.
Geheime distilleerderij ontdekt.
Vrijdag heeft de inspecteur der directö
belastingen te Bergen op Zoom aldaar een
geheime likeurstokerij ontdekt.
Reeds lang bestond het vermoeden, dat
bij den handelaar in gedistilleerd M„ wo
nende in de Kettingstraat een inrichting
was tot het distiïleeren van alcoholische
dranken. Reeds vroeger had een onderzoek
hiernaar plaats gehad doch het mocht da
politie niet gelukken de inrichting te ont
dekken. Ditmaal slaagde zij daarin beter
Achter een planken afscheiding werd de
inrichting gevonden. De inrichting was
echter niet in bedrijf en de eigenaar ent-
kelo punten was wen het nog niet geheel
eens geworden, toen een bediende bericht
te, dat de heeren in de eetzaal gewacht
werden.
De graaf bracht zijn gasten daarheen?
hier trad hij met Von Bremen in eeno
vensternis, en thans eerst bemerk to laatst;
genoemde de innerlijke gejaagdheid zijns
vriends, welke hem tot dusver ontgaan
was.
1 Hebt gij mij niets mede te deelent
vroeg Wilhelm zacht?'
Ecne mededeeling? Waaromtrent? ante
woorddo von Bremen, verwonderd over
den koortsigen blik, die deze vraag ver-»
gezelde.
Ja, wanneer gij liet zelf niet weet, dart
weet ik het ook niet, zeide de majoraats
heer, in wiens trekken zich teleurstelling
spiegelde. Gij zult het nog wel heden-ve*
nemen, en ik verzoek u, mij daar aaiw
stonds kennis van te geven.'
Haastig keerde hy zijn vriend den ri^
toe en begaf zich naar den schilder, dijf
peinzend het buffet, een mode van eaijh
werk. beschouwde. Het korte oogenblflK
van alleen-zajn had in RudolPs ziel ern*
stige bezorgdheid doen ontstaan.
De heeren, die hem eene zoo groote e®
vereerade welwillendheid bewezen hadfcf
den, wisten vermoedelijk niet, wat hen},
te Luzern was overkomen. Stelde die w<C
willendheid het hem niet tot plicht, haÜ
die gebeurtenis niet mede te deelen" f*
(Wórdt ver volgaaf