scHoonneiD: VOOR DE VROUWEN, f sss\S3ccfflsnsiKï.vi m>$Aï&:ttz&mi&iioijmft ONS TOEKOME UW RIJK. Christelijk© moeder en kinderjuffrouw! Ik mag veronderstellen, dat het katholiek of ware geloof u do schat is der schatten, voor u en do kinderen. Welnu helpt dan ernstig de bede van het Onzo Vader verwezenlijken: Ons t-ockome Uw Rijk! Het Rijk van Christus op aarde is de H. Kerk. Dat deze overal gevestigd, worde en opgebouwd d. i. dat de grondstellingen en gedachten, de leer van Christus, over al ingang vinden en allen brengen tot een katholieke lever.swij'o. Doch tot de levenswijze behoort ook dc meisjes zich Christelijk leeren kleed-en, door zo van jongs-af aan zedige Heeding te gewennen en zelf daarin een mooi voorbeeld to geven. Tijdschrift voor R.-K. Ouders en Opvoeders. EEN SCHERP WOORD. (Historisch.) Aan een der drukke stations in een van onze grootste steden was het zooge naamde Stations werk in vollen gang. Bij aankomst en vertrek van eiken trein stonden of wandelden daar de Dames, die een oogje hielden op alle jonge meisjes, welke uitstapten, om de stad in te gaan, of welke instapten, ten einde elders heen te trekken. Reeds gernimen tijd was o.a. een deftig dametje daar te vinden en zij smaakte de voldoen'ng, meermalen een argeloos deerntje voor een ongelukkig 'lot te hebben bewaard. Schertsend noemden de andere leden van het Stationswerk haar: juffrouw Speurder, want zij scheen werkelijk speurders-feigensoha'ppen te be zitten en haar allengs geoefend oog ont dekte veelal, wie zij moest aanspreken en onder haar bescherming nemenJuf frouw Speurder was van onschatbaar nut voor de verdienstelijke vejreenigingJam mer, dat op één punt deze waarlijk edel moedige dame als verblind was. nl. op haar eigen alles behalve zedigs kleeding, de errenis van velen, die haar anders be wonderden! Juffrouw Speurder droeg de kortste rokken, de meest doorschijnende kousen, de laagst uitgesneden blouses en daaraan mouwtjes, die dezen naam niet eens verdienden. Zij was meermalen ge waarschuwd, dat het zóó toch eigenlijk geen pas gaf, als een soort van zeden meesteres op te treden, in het openbaar nog wel. doch jrr?rouw Speurder stoorde zich nergens aan en wees triomfantelijk op de vele welgeslaagde pogingen, door haar te werk gesteld. Op zekeren avend in het hartje van den heeten zomer, cenigo jaren geleden, stapten er twee buitenmeisjes' uit 'den trein en werden in ontvangst genomen door een deftig uitziende dame, die met de kinderen naar den uitging wandelde. Maar juffrouw Speurder had het drietal in de gaten en trad onvervaard, op. Met een paar woorden lichtte zij de buiten meisjes in over het vermoedelijke .doel der dame, die z'e had afgehaald, en deze, zich ontdekt ziende, verdween haastig tussehen de menigte. Juffrouw Speurder begeleidde nu de kinderen, want méér waren hei. nog niet, buiten het station en meende, met haar de stad rn tc gaan. doch nadat de meis jes even samen gepraat hadden, zeide een dezer: 't is best mogelijk, dat die an dere dame 't niet goed met- ons voorhad, maar ze was toch veel fatsoenlijker ge kleed dan uweson als uwes dien band niet cm uw arm had, zouden we stellig uwes cok niet vertrouwen". t Kwam er zóó eenvoudig uit, dat juffrouw Speu-rder zirh onmogelijk be leed igd kon gevoelen. Zij bracht de meis jes in veilige haven, ging naar huis en.... sedert dien ds.g laan niemand zich meer ergercp aan haar lichte kleeding; het scherpe woord van 't boerinnetje heeft haar de oogen geocend. Vr. A. GODSDIENST IN DE KAMER. In ..Do Kath. Vrouw" vinden we eene opwekking, die we ook voer do huismoe ders, die ens blad lezen, zee? geschikt achten en hier gaarne overnam u In de huiskamer, moet alles godsdienst ademen. Hce jammer is hot toch en hoe betreu renswaardig, dat er nog zoovele katho lieke moeders zijn, die er andere idees, 'op na houden. In haar woonkamer ziet men grillige fantasiebeelden genoeg, waarvoor de kinderen eerder hang zullen worden; dan mist men natuurlijk in zul ke modern ingerichte woonkamers kruis en heiligenbeelden, want die stopt men weg in 't slaapvertrek. Hoogstens hangt er in de huiskamer 'n crucifix op een niet in rt oog vallend plaatsje; 't zou ook zoo'ri raar gezicht zijn voor andersden kende vrienden of vriendinnen die soms ee .s op bezoek komen zouden. Laten wc eerlijk zijn; zulke praktijken verdienen 'n brandmerk. Gelukkig zijn die moeders, welke den godsdienstzin niet uit liaar kamers verbannen; de ze geningen van Boven zullen altijd gestadig in overvloed op 't godsdienstige huisgezin neerdalen. Maar vooral ook zullen de kin doren den godsdienstzin van vader of moeder als 'n groot geschenk erven. Daar komt nog meer bij. Moeders houdt toch dc oude Roomsche gebruiken in stand. Een met bloemen versierd en door licht omgeven Mariabeeld in de Mei maand werkt zooveel goeds uit op 't teere kindergemoed. Laat dit niet na uit vees voor anderen. Als anders-denkenden bin nenkomen en 't niet zien willen, dan moe ten zo maar naar 'n anderen kant kij ken. HUISHOUDELIJKE PRAATJES. Wollen Mousselien wasschen. Wollen mousselien stoffen worden het beste gewasschen in salmiakzecp van lauw water. Dan n°sr" elm in lauw water en stevig uitdrukken, niet wringen. Vervolgens rolt men bet gewasschen goed in warme droge doeken en laat 't daarin strijledroog worden. Strijken met een niet te heele bout. Het schoonmaken van ramen en spiegels. Daarvoor lieeft men noodig soda-vrije sop, een zachten borstel of in plaats daar van een flanellen lap, (een afgesneden wol len kous kan hiervoor ook uitstekend dienst doen), spons en zeem en een sclioo- nen doek om na tc drogen. Eerst wordt het houtwerk van raam of spiegel schoon gemaakt, waarbij vopral op de boeken gelet moet. worden. Dan neemt men het glas voorzichtig met een in schoon water uitgeknepen spons af en droogt met het zeem na. Zijn er doffe vlekken achter ge bleven, dan maakt men die nog eens voch tig met verdunden spiritus of met salmiak en wrijft ze tot ze verdwenen zijn. Men moet geen ramen wasschen of voch tig maken als de zon erop schijnt, omdat het glas dan dof wordt. Oolc niet, als het vriest. De ruiten worden bijzender helder als men ze afwrijft met wat krijt, dat in spiritus is opgelost. Glas, dat door de zon verbrand is, wordt dikwijls wzcr helder, als men het afwrijft met brandnetels. Spiegels kan men ook met salmiak of verdunden spiritus afwrijven, maar men moet er vooral op letten, dat het vocht niet tussehen den rand en het glas komt. Men maakt dus een wollen lapje een beetje vochtig, wrijft daarmede ever do vlekken en poetst het geheclo spiegelglas* zoolang na met een door zeem tot het „spiegel glad" is. VOOR DE KEUKEN. Visch. In den Vastentijd maakt de visch dik wijls een niet onbelangrijk deel van den maaltijd uit, en waar de Hollandsehe tafel meestal rijk voorzien is, willen we er hier een en ander over vertellen. Iedere huisvrouw weet, welke visch goed is en welke niet. Versche visch heeft helder roode kieuwen, de oogen zijn glan zend en doorschijnend; zijn^zij dof of lig gen zij ingezonken, dat is de visch zeker niet verscïi meer. Het vleesch van ver sche visch is vast en elastisch. Visch, die verseh is, zinkt in het water. Is zij niet friscn meer, dan blijft zij drijven. Zoutevisch mag geen ranzigen reuk hebben, niet gevlekt zijn en meet gemak kelijk verbrokkelen. Stokvisoli moet inwendig wit zijn, niet roodachtig, zij mag geen vlekken vertoo rnen, noch week zijn. Visch heeft groote voedigswaarde, vooral do gedroogde soor ten; een stokvischgevocht is daarom goed en goedkoop te noemen. Het water waarin visch gekookt wordt moet, flink gezouten zijn. Op een liter wa ter kan men 10 gram zout toevoegen. Zalm maakt hierop een uitzondering; veelal wordt beweerd, dat de zalm smakelijker is, wanneer zij wordt gekookt m water zonder zout. Kookt men visch met week vleesch. b.v. schol en bot, dan bevordert men het hard worden der visch door aan het water wat azijn toe te voegen. Het schoonmaken, der visch vormt een belangrijk deel van een goede bereiding. De kieuwen en de inwendige dcolen wor den verwijderd door een opening te ma ken in den buik, zoo klein mogelijk. De visch wordt daarna eenige keeren flink afgewasssben, zoowel van binnen als van birHen. Bezitten de visselien schubben, dan worden deze verwijderd voordat de inge wanden zijn weggenomen. Tong, aal en paling bezitten een huid, die men moet verwijderen. Dit gaat het gemakkelijkst door bij tong aan den staart te beginnen. Bij paling en aal kan men beter aan den kop beginnen. Vischsocp. - Voor een vischsocp voor acht personen heeft men het volgende noodig: 1 sehel- visck of 2 baarzen. 1 ni, selderij, peterse lie, witte peper, 3 eieren, 1 laurierblad, notemuskaat. Bereiding: De visch wordt in koud wa ter opgezet en gaar gekookt met den ui, de selderij, de peper, het laurierblad en het zout. De helft van de visch wordt van do graten ontdaan, fijngehakt en ver mengd met zout, peper, nootmuskaat, fijngehakte peterselie en ee nei; daarna worden van deze massa balletjes ge maakt. De andere helft Van de visch wordt eveneens van de graten ontdaan en in kleine stukken gesneden, de vischbouil- lon door een zoef gegoten, de balletjes en het vleesch van de visch een kwartier in do bouillon gekookt en daarna twee eier dooiers, iliuk geklopt, toegevoegd. - Palingsoep. Voor deze soep heeft men voor vier personen noodig: 500 gram paling, 50 gr. kervel, 25 gr. zuring, 30 gr. bloem, 30 gr. boter en 1 L. water. Bereiding: Dc paling in stukkon van 4 c.M. snijden en gaarkoken met het water en zout gedurende 15 minuten; bloem en boter door elkaar'roeren; daarbij voe gen bet water, waarin de paling kookte met de schoongemaakte en fijngehakte groenten; 10 minuten roerende laten ko ken en de stukken paling bij de soep voe gen. Mosselen. Voor een mosselen-hors d'oeuvre heeft men het volgende noodig: 40 mosselen, 1 d.L. witte wijn of 1 eetlepel azijn. 1 uitje, peterselie, knoflook, zout, peper, 2 kruid nagelen, 25 gr. boter en 25 gr. bloem. Bereiding: Kook do mosselen gaar in water met de verschillende bovengenoem de kruiden Als uo «vulpen zich openen zijn de mossolen gaar. Maak een saus van het water, waarin de mosselen kook ten. met boter, bloem, witten wijn of azijn en wat gebakte peterselie. Verwij der de baarden van de mosselen en doe er do saus overheen. Do slaapkamer. Deze meet aan eenigo cisclien voldoen, wil ze niet, inplaats van voordeelig, nadee- lig zijn voor de lichjjjnclijke gezondheid. Vooreerst moet een slaapkamer z:n- delijk mogelijk worden gehouden. We ver toeven er uren achtereen, en halen in dien tijd diep adem, zoodat iedereen begrijpt, hoe nadeelig bedorven of stoffige RioT>f zou kunnen werken op de longen. Daarom dient cle frissche luclit den gan- scben-dag to kunnen toetreden. Geen dik ke wollen gordijnen dus, waardoor het licht niet kan boren en die echte ver-;'mei- plaatsen zijn van stof. Maar waschbare gordijnen, die het overtollig licht van den vroegen morgen temperen cn verder den geheclen dag open staan. Sommige menschen sluiten de zon buiten de slaapkamer, uit vrees dat de dekens of de matjes verkleuren zullen. Beter de de kens verkleurd, dan uw gelaat verbleekt! Bij regenachtig «weer moet. men evenzeer luchten. Regent 't in, dan kan men tus sehen de buien door even ramen en deuren tegen elkaar open zetten. De vloer worde bedekt met een zeil, dat met een vocktigen doek gereinigd dient te worden. Onderhoudt men. het zeil met wrijfwas, dan meet. dit toch nu en dan met n lauw sopje worden opgenomen. Met. matten zij men in de slaapkamer hoogst zuinig. Hoe minder, hce beter. Voor het bed, cm uit tc stappen, een zachte mat, maar verder zoo weinig mogelijk stofnes ten. Het ledikant kan van hout of ijzer zijn; in beide gevallen is liet slapen op matras sen aan te bevelen. Dit is veel gezonder en friss cher dan de ouderwetscho bedden, die maar moeilijk tc schudden zijn, om hun te groote warmte. Vooral a-oor kinderen z.'jn voeren bedden slecht. Men vuile hun matrasjes met zeegras en de kussens met varen. Hot verdient aanbeveling voor het proper houden van liet bed, dat men de jonge kinderen cp een zeiltje laat slapen, dat direct op de matras is gelegd. Matrassen moeten eiken dag gekeerd worden cn niet alleen in de breedte, maar ook in de lengte. Practisch zijn cle nieuwc-rwetsche 2-per- soons-matrassen, clic dric-deelig zijn. Men a_erwisselt nu* geregeld dc deelen en heeft nu niet- zoo spo'edig las.t van het slap wor den van het gedeelte, dat aan 't voeteneind ligt. Waar men nog bedsteden gebruikt, sluite mon toch a'coral niet den ganscben dag de deuren dicht, en- verberge zich des» nachts niet achter gordijnen. Men zorge althans,' dat gedurende, den slaap de lucht, dio u'tgeademd wordt, kan verfrischt wordciiv V/aar mogelijk, late men een klein raampje maken, waardoor op den dag~de buitenlucht in de bedstede kan kernen. Zoodra des morgens, dadelijk na het op staan, cle bedden worden afgehaald, opene men ook* het raam. Dekens en lakens zette men op stoelen te luchten. Bij zonnig Aredcr kunnen de dekens buiten gehangen worden. Wollen dekens zijn niet zoo zAvaar als goAvatteerde. maar a*eel gezonder. Doordat de Avollen deken poreus is, kan de uitwa seming van het lichaam er door heen, maar blijft- achter een moltonnen en gestikte deken gCA-angon. Voor personen met een aanleg a-oor rhcumatiek zijn moltonnen en gestikte dekens bepaald af te raden. Sommige mensehen denken, dat avoI niet genccg vei-Avaruit. Ze hebben dat erg mis en zullen het moeten toegCA-en na het ge probeerd tc hebben. Zieken geve men nooit ZAvare dekens, maar bij voorkeur Avollen. In de slaapkamer mogen geen sterk rie kende bloemen of groot o bladplanten ge zet worden, dat is nadeelig voor de ge zondheid. Het Avaschstel en het nachtstel moeten iederen dag met schoon water worden uitgespoeld en met een daarvoor te gebrui ken doek Avorden uitgedroogd. Bij aanslag reinige men de voorwerpen met wat soda. Waterkraffen kunnen goed gereinigd worden met wat scherp zand of stuk ge- stooten eierschalen. De leam dient nu en dan met wat soda water, ammoniak of water cn zeep afge borsteld te worden. Haarborstels zijn in enkele minuten ge reinigd door ze in wat water met ammo niak te kloppen. Men droge ze met de- ha ren naar beneden. Het mooiste meisje van Engeland. Eenigen tijd geleden organiseerde de Londenscho „Daily Mirror" een schoon heidswed-strijd, waaraan alle jonge meis jes uit Engeland konden deelnemen. Veel bewondering voor dergelijke wedstrijden, die sommige volksbladen uitschrijven bij wijze van reclame, maa.r die overigens niet bet minste nut hebben, voelen we niet, doch ditmaal maken we er melding van om den eigena-ardigen uitslag van dezen wedkamp. Dertig duizend portretten werden uit gezonden. Als eerste prijs Averd een be drag van 500 pond, als tweede prijs 300 pond, als derde prijs 200 pond uitgeloofd. Den eersten prijs kree-g een zekere miss Winnefred Mackintosh, die zelf niet Avist, dat ze aan den wedstrijd deelnam. Haar vador had n.l. het portret ingezonden. Zij heeft een allerliefst meisjesprofiel en prachtige blonde vlechten, zij is echter verlamd. Zij kan zich sleehls in een rol stoel of door middel van krukken voort bewegen, daar zij sinds haar AToegstc kinderjaren aan ruggegraatsverlamming lijdt. Wel hoopt ze nog steeds van deze ziekte te zullen genezen. Zij is miniatuur- schilderes van beroep en dankt den prijs voor niet gering deel aan de fijne ver geestelijking, die zich in haan* trokken weerspiegelt. II. Vondels zoon, Joost Jr., miste geheel het geestkrachtige en scherpzinnige van zijn vader. Hij Avas goedhartig, maar zwak a'an karakter. De eenige eigenschap, welke hij van den vader had geërfd, was de zin voor decorum en uiterlijke pracht. Maar juist deze eigenschappen werden hem noodlottig, daar hij de noodige zelftucht miste, om te bepalen hoe ver hij in deze mocht gaan met liet oog op zijn middelen. Daarbij lcAvam, dat hij, toen hij reeds over de a'eertig was, huwde met de Avedu- •we van Dirck Hooft-, Baertgen, een erken de Amsterdamsche schoonheid. Voor zijn eersto huAvelijk had Joost Jr. Baertgen reeds tot vrouw begeerd, maar zijn moe der had dit weten tc verhinderen. Intussclien had Vader Vondel Baertgen reeds in gloeiendo verzen bezongen; maar op dit huwelijk Avas ook hij nu niet erg gerust. Het kwam er evenwel van. Het zeer gelukkig huwelijksleven van Joost Jr. en Baertgen verhinderde niet, dat. de spil zucht en praehtlievendhcid van beide en gepaard aan en absol. gemis aan door zicht in zaken, zoo hoog liep, dat Joost naar de Oost. moest om zich een nieuAve toekomst tc bouAven en Vader Vondel op *73-jarigen leeftijd zich ruineeren moest cm de schulden van het onbedachtzame echt paar te delgen. En ten oAervloede moest hij zelf een matig bezoldigd postje aan de Bank van Leening innemen om schamel te kunnen leven. Onder alle omstandighe den Avas er één zeldzaam edele vi-ouav, Anna a*an Hoorn, de vroivw van Burge meester Van Vlocswijk, die zich het lot van den dochter en diens in Holland ach tergebleven schoondochter aantrek. In onderstaand fragment vinden we Baertgen Hooft in cc-n weelderig uitgaans-- toilet Avachtend op Vrouwe Van Vloos- wijk, die haar geiuviieerd heeft, de uitvoe ring van Vondels „Joseph Herstelt" in den Schouwburg bij te Avonen. Vondel heeft pas het overlijdensbericht van zijn zoon vernomen en de ZAvaarbe- proefde grijsaard treed binnen, om zijn schoondochter de droevige tijding mede te deden. Meesterlijk heeft Albcrdink Thijns in dit fragment uit de „Vondelportret-ten" Vondels cn Baertgcns wisselende ziele- stemming geschilderd. Eerst is Vondel de strenge rechter over de luchthartige schoondochter. Dan beseft hij, dat hijzelf ook niet zonder schuld is, en hij herinnert zich, hoe Baertgen hem eens tot model is geweest, toeii hij zeer sohoone verzen heeft ge maakt, o.a. op een in Avas geboetseerde beeltenis dezer, ondanks, al haar fouten, zoo beminnelijke en reine vrouw. En hoe juist merkt de schrij\'er op, dat deze ZAvaar beproefde menschen bij al bun smart toch nog gelukkige menschen wa ren, gevoelsmenschen, die, gaande door een nacht a'an smarten, toch altijd nog hoop en geloof in 't hart hebben. DICHTER EN MODEL. „Wel zoo Baertje," luidde liet streng: „is er te A'eel geluk in de Avercld, dat geen uitweg Aveet, of men moet er van zingen en tuiten." Buitengewoon droevig stond Vondels oog. „Vaderriep Baertgen blozend en trad op hem toe om hem te kussen; maar hij Avecs haar af, „Nu niet, dat is te veel", zei hij. „Aan Avie heeft mijn arm kind zijn ongeluk te danken gehad, en wie heeft nog geen gevoel van betamelijkheid ge noeg, om zich te onthouden van Avat ik hier zie?" Baertgen bracht een stoel naderbij, want de krachtige grijsaard begon to be ven op zijn wandelstok. Hij hief zijn oogen en handen ten hemel. „God A-ergeve mij," riep hij uit, „dat ik ooit in dat hu welijk heb toegestemd: wat zeg ik! Just heb aangemoedigd „Vader, vergevingfluisterde Baert gen. „Laat mij u alles uitleggen". „Noen," zei Vondel, „ik Avil niets hoeren! Verdedig u niet! Gij hebt ons al len ongelukkig gemaakt.... cn nu krijg ik een tijding't is verschrikkelijk! Baertgen scheen dit laatsto niet to hoo- ren; zij wierp zich A'oor vaders knieën, nam zijn handen en zeide „Vader, wil mij hoovenHelaas, het verleden neemt geen keer.maar heden.deze luit. ;t Is Mevroinv Van Hoorn, die mij ge vraagd heeft, ze voor Margenette in orde te maken; Mevrouw Van Hoorn, die U zoo liefheeft, en die ik niets weigeren mag Vondel sloot de oogen on hoorde. „Maar die kleeding dan," zei hij. „Ts waar vader, ik had naar den schouwburg denken te gaan". „Naar den schouwburg?" „Ja, Vader, 't is Mevrouw Van Hoorn.... hier heb ik haar briefjezij zou mij komen halen, gij weet wel, Va der't is vandaag do 10eze geven uwe David HersteltIk bad zoon groot verlangen met dien ongelukkigen DaA-id eens te schreien." Zij lag nog altijd geknield voor Vondel, bezwoer hem met haar handen en staarde vol angst hem aan totdat ook hij haar in bet aangezicht zag en den open, gCA'oeligen, oprechten blik ontmoette barer blamve oogenBoven baar, tegen den muur, hing het gedicht van Vondel, dat Just in plano had laten drukken en Avaarin de dichter de deugden zoowel als do bekoorlijkheden dcrzelfde Baertgen Hooft met zulke reine en gloei ende kleuren schildert. Hij werd ook nu getroffen. Hij legde n J3! zijn handen op heur haren, hij kus op het voorhooft, en zeide: „Ik ben den, kindIk dank God, dat het zooi want wij hebben kracht noodig en niet wijken van elkaarIk heb vreeselijke tijding mede te deelen.,, Baertgen verschoot, de schrik sic; haar Avijdgeopendo oogen. „Wat j Vader," riep zij snel„Avat Avat? het gauw! Tijding van Just? Is bei goed met hem? Het duurde ook lang eer wij bericht hadden." „Ik heb een brief van den Rijckhof van Goens; die woont Ion. Er is dus A'eel tijd mcc heen® om dat bericht tc krijgen Baertgen zag Vondel steeds groote angst op het gelaat. „Maajj ga zitten, kindlief"! O, hoe zoet klonk Baertgen dat zoo zoet, dat zij er haar A'rces en gen een oogenblik om vergat en ded Vondel zei. „Zie hier', ging do Vader met den boezem voort, „Avat do heer Goens mij schrijft: Geleerde, hooghgcachte Heer, Mj Heer en Vriendt, „Het heeft lang'u aengehoüden van Schipper Aert Portengen verna- UEd. welstandt, r.aer, zoo was, A'ast klimmende jaren zoo was vrienden dit gcCrne sien. Sedert n Rijcklof mij het schilderij van den delertijt ook al OA-erleden meester vaert Flinck heeft overgebracht, w LTed. gelieft licoft sulck een fra: dicht te schrijven, woon ik op Cejl mijn GouA-crnement, en öntvangh di geregeld de Iaelste on naeste tijdig T0 uyt het lieve Vaderlant. UEd. rei is mij evenwel door Schipper Aert ter handt gekomen „Door den Schipperriojp Bae en zag met schrik den Vader aan. Vondel vervolgde: „Hoe treurigb, UEd. niet veel goeds te melden heb „Wat is het dan, Vaderriep I gen, en ha?r hart klonto of het zou. „Giiij suit u-ven ei noyt ut sien. „Dood! God!" riep Baertgen, ten zich zelve, sloeg zich het hoofd de gesloten hand en rukte het haar 't Is verschrikkelijkriep den brief in zijn -hand samenknijpen Maar in hetzelfde oogenblik hield et ten een zwaar rijtuig stjl. Er Verd kracht tegen dc huisdeur geklopt. Door een spel van den geest, dal «oo a'aak in de roerendstc oogenbli nog toelaat de onbeduidendste zake te merken, kwam Baertgen bij dit g« terstond tot zich zelve, zij rees op, wel als Vondel, en met de kreet: Vader! wil mij alles vergeven, ik ba diep ongelukkigwierp zij zich m armen en schreide en snikto borst. „O vader zonder zoon stamelde Vondel zuchtend, door zn nen, zijn eigen treurspelheld Kenia; vid, waarin hij zich uitgebeeld had. De kamerdeur opende zich ten t« male en MeA'rouw Van Ylooswiji Hoorn lcAvam binnen. Zij sloot oogt kelijk de deur achter zich, na een aan haar dienaar gegeven tc hebba „Wat is het?" vroeg zij dcclm „Vondel! vriend! wat is u oA'erkonis „O Mevrouwriep Baertgen. wijl zij de hand van Anna van jj vastgreep en er haar voorhoofd op „Ik heb den vromen, grooten Vader zijn eenigen zoon beroofd. O, het verdriet, dat hem gedood heeft.. „Helaas," zei Vondel hoofi^' dend.„en geen -eerlijke begrafeou Ik had een voorgevoel." „Waer legt ghe, o Absolon? Avaer dat schoonc lijck?" iU Waér anders dan in 't hart des ys- „In het mijne, vaderkreet- 6 gen. „O, wij zullen ons best doen,' zijn zoon, aan Joost goed te'ttia^' de vader__ te kort is gekomen aan p geluk „Hoe treurig,"' zei Mevrouw Hoorn, „hoe treurig, goede vriend, ramp u ook nog treffen moet! weet, niet waar? de goede God wer het niet voor alles best is „Voor allen, voor alles bcst!^ gene u dat woord, MevrouwIlt!' dichter „Kom", zei Mevrouw van Ecort- was gekomen om het Baerig® treurtafreei tc gaan zien, dat gij nen marr hebt opgedragen: maar 1^ nu samen naar mijn huis gaan. "'J alleen zijn; VloosAvijck is in Dcl1 Wij kunnen dan nog eens vcimg 1^ over wat u en ook mij ter harte g» Mevrouw van Hoorn deed !pel. handen Baertgen dc kap om, djo »b droeg, ten einde haar beschrcid ge verbergen, nam Vondel bij den af voerde vader en schoondochter, en model, toch altijd neg weer dan rampzalige gevoelsmenschen, in haren karos. j Zacht dreunend, rolde het rij-uk do Heerengracht. gel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1923 | | pagina 10