Tweede Blad
donderdag 7 December 1922
STADSNIEUWS.
isssi gemeenteraad.
(Vervolg).
Derde zitting.
De Voorz. komt dan tot de moties.
Men vraagt nogal niet weinig.
Gemeentelijke voortbrenging. We zullen
dus zelf aardappelen en boon en moeten
telen.
Spr. erkent dat het tegenwoordige dis
tributieproces c:et altijd voordcelig isi
maar hot is wel het goedkoopste. En wat
wil men dan met de tegenwoordige hande
laren?
Een stem: Naar het Burger!. Armlbe-
sluur.
De Voorz. zegt dat Mevr. D. hare
risclien bij hare toelichting belangrijk
beeft verminderd. Maar ook dan heeft spr
ernstige bezwaren.
In den distributief ijd hadden we hier
goede ambtenaren, en toch waren er al
lerlei klachten.
Nu zondert men zelf verschillende arti
kelen ni: a. bet brood, omdat er hier
ooöpera;. zijn. Maar laten die dan ook
andere artikel: n verhandelen.
Do heer Dubbeldeman heeft een motie
ingediend om spoedig voorstellen in te
dienen inzake woningbouw, om krotwo
ningen op to ruimen. Als de motie andera
geredigeerd was. n.l. dat de Raad de wen-
schelijkhcïd uitsprak woningen van een
bepaald type te bouwen, zouden B. en W.
geen bezwaar hebben.
Toch is ook zulk een motie overbodig,
daar B. cn W. reeds de volgend© week
bc.uwvoorschotten zullen aanvragen en bin
nenkort voorstellen inzake exploitatie aan
hangig zullen maken.
Spreker wijst er dan op, dat de laatste
jaren veel gebouwd is. Over het geheel
gaat men echter spoediger trouwen, terwijl
aan het samenwonen meer aandacht wordt
geschonken. B. en "W. zijn diligent, maar
ze zijn hierbij ook afhankelijk van de acti
viteit der bouwverenigingen.
Den heer Kooistra antwoordt spreker dat
rijn opmerkingen niet ad rem waren, en
Bovendien voorbarig.
Tenslotte zegt spreker, dat deze begroo-
t ting niet in wanhoopsstemming is gemaakt..
Maar men moet de werkelijkheid onder de
oogen zien.
De kans bestaat dat voor 1925 het ver-
menïgvoldigiogscïjfer weer op 1.2 gebracht
moet worden. Dit is echter niet zeker. Mis
schien geven de bedrijven en uitkomsten
van vorige jaren meevallers.
Van de ambtenaren zal niet meer ge
vraagd worden, dan in verband met don
economischen toestand billijk is.
Thans komt de heer Pera, wethouder,
aan het woord.
De heer Pera zegt. dat men bij de be
oordeeling rekening moet houden met
eikaars standpunt. De heer Van Eek wil
het bestaande vernietigen, terwijl spreker
de bestaande orde wil handhaven.
't Is duidelijk dat het op die wijze heel
moeilijk is, het met elkaar eens te worden.
Ook spreker wijst er óp, dat de Soc.
Dem. hier geheel anders optreden dan in
andere plaatsen.
De heer Loopuït bijv. heeft gezegd dat
men de nieuwe maatschappij niet kan
vestigen op de ruines van het kapitalisme.
Hij wil dus handhaving. De heer Hoogland
wilde peen vacantie-toeslagen en de heer
v. d. Tempel wees op de onaandoenlijke
economische derde, waarom hij aandrong
op vermeerdering van productie.
Spreker wijst dan op uitspraken van den
arbeidersleider Thomas in Engeland.
De heer Knuttel? Maar dat is geen
Soc. Dem.
De heer Pera wijst nog op den Haag
sehen wethouder Albarda, die sprak van
dc noodlottige bedrijfspolitïek van den heer
Van Eek.
Dc heer Eerdmans, zegt spreker, heeft
het zich wel wat gemakkelijk gemaakt
daar hij geen bewijzen heeft bijgebracht.
Wat betreft de gezondheidstoestand van
don heer v, Kesteren, zegt spreker, dat hij
zich alleen over het uiterlijke van dien
sollicitant heeft uitgesproken. Nu zegt de
heer E. dat de heer v. K. langen tijd ziek
was, maar volgens sprekers inlichtingen is
dat niet juist. Wel is hij indertijd geope
reerd. terwijl hij een tijdlang leed aan
ïischias. Spreker handhaaft zijne verkla
ringen. Als alle uitspraken van den heer
Eerdmans zoo betrouwbaar zijn, dan kan
hij fier het hoofd opheffen.
Mevrouw van Itallie heeft, naar spreker
meent, niet genoeg onderscheiden tusscheu
theorie en practijk. Productieve werkver
schaffing is een mooie zaak, maar do moei
lijkheid is om geschikt werk te vinden.
De heer Wilmer heeft gesproken over het
georganiseerd overleg. Spreker heeft zich
over diens uitdrukkingen verbaasd. Daar
achter deze zaak hier binnenkort ter spra
ke komt. zal spreker hierop thans niet in
dc-n brecde ingaan.
Het overleg is gekomen tot een critipk
punt. Dc kwestie gaat over de vraag of de
organisaties al dan niet medezeggenschap
zullen hebben. Het is bij het overieg niet
gemakkelijk tot overeenstemming te
komen. De eischen zijn vaak van dien
aard, dat spreker zo niot kan verdedigen.
Zoo hebben wc nu het medezeggenschap,
dat door mannen van naam niet toelaat
baar wordt geacht.
Dc hoer v. Stralen 'In Amsterdam
gaat het toch maar.
De heer Pera, weth., zal het echter tot
het uiterste bestrijden. Hij acht het in
strijd met de economische orde en mot
de Christelijke grondslagen van ons volks
leven. De bedoeling is den Raad zijno rech
ten te ontnemen. Hij zal slechts hebben
goed- of af te keuren. Op die wijze wordt
aan den Baad de macht ontnomen. En
daartoe zal spreker nooit meewerken.
Maar Amsterdam dan, zegt incn. Spr.
acht wat daar gebeurt in strijd met de
wet. En dan is hij in goed gezelschap. Er
is geïnformeerd bij do hoeren Diepenhorst,
Kranenburg, Struijcken, Oppenhcim en
Mendels.
Op de wijze zooa-ls het hior gaat schiet
er voor spreker niets anders over dan dat
hij de boodschappen overbrengt. En vindt
men dat niet goed, dan moet men maar
een ander aanwijzen.
Mevr. Dubbeldeman heeft gesproken over
de Icvensmiddelenvóorziening en maakte
daarbij een vergelijking met Groningen.
Spr. is een Groninger van geboorte.
De heer Dubbeldeman: "Was er
maar gebleven.
De heer Pera zegt, dat. als men iets
doen wil, men maar een particuliere verse-
uiging moet oprichten. Dan kan Mevr.
Dubbeldeman voorzitster worden cn Mevr.
van Itallie- tweede voorzitster. (Gelach).
Spreker wijst er dan nog op, dat dc heer
v. Stralen heeft gezegd, dat de afgevaar
digden van de organisaties alleen het be
lang van de ambtenaren behandelen. De
afgevaardigden van de gemeenten hebben
echter én het belang deT gemeente én dat
der ambtenaren te behartigen.
Spreker wijst dan in verband met het
gesprokene over den woningbouw op een
uitdrukking van Wibaut, die sprak van de
arbeïdsmoehcid der bouwvakarbeiders en
op een uitspraak van een TTaagsche Com
missie waarin twee S. D. zitting had
den omtrent de hooge eischen van de
arbeiders.
Tenslotte zegt spreker aan het adres van
den heer Kooistra, die verwees naar de
kosten van het leger, dat in België de Soc.
Dem. liet leger verdedigen.
De heer Mulder, weth., zegt-, dat ge
sproken is over de gemoenteproductio en
het vrije bedrijf. Spt. zal daarop niet diep
ingaan. Alleen merkt hij op, dat we maar
heel nuchter behoeven te kijken naar lan
den waar de S. D. A. P. de lakens uit
deelt of het helpt doen. De uitkomst is
overal treurig.
De heer Dubbeldman De Voorzit
ter zegt zulke rare dingen niet-
De heer Mulder: Neen, ik begrijp wel
dat de heeren het niet prettig vinden.
De heer Dubbeldeman: Noem dan
eens feiten.
De heer Mulder zal niet dc geschiede
nis herhalen.
Spreker acht het zeer normaal dat tel
kens aanvullingsbegrootingen noodig zijn.
Werden ze niet ingediend, dan zon de
Baad niets kunnen doen.
De lieer Eerdmans heeft gewezen op zi.
onpractisch uitgevoerd werken. Spreker
toont echter aan, dat op de meest practi-
sehe wijze is gewerkt.
Den heer Eikerbout, die gewezen had op
de weinige meegaandheid van B. en W. in-
zako bezuiniging, antwoordt spreker, dat
B. en W. zich absoluut niet over de hand
having van het directeurschap van markt
en havendienst hebben uitgesproken.
Er is gewezen, op de vuile straten. Dat
is juist, maar moeten we daarvoor nu per
soneel aanschaffen?
De heer Dubbelde m-a n Spuit ze af.
De heer Mulder: Als ik dat zei. zou u
zeggen bouw er huizen voor. Spreker wijst
er dan op, dat de grondsoort hier een groot
bezwaar ia.
Voorts zegt spreker dat werkverschaf
fing noodig is, maar dat we, door do uit
voering, van werken maar steeds te be
spoedigen per se doodloopen.
«Spreker heeft nog geen afdoende aan
wijzingen gekregen voor werkverschaffing.
Het is een hoogst moeilijk vraagstuk, dat
niet gemakkelijk is op te lossen.
Spreker komt dan tot het -duro speelter
rein en de dure wagens. Dat wordt een
kapstok voor de heeren. Als echter toen het
ging vriezen het werk vas stop gezet, dan
zou men zeggen: nu was het juist een mooie
gelegenheid geweest om werk te ver
schaffen.
Men moest wol wagens huren, wilde
men iets doen.
Samensmelting van politio en brandweer
acht spreker niet gewenscht. Als we hier
eens een groote brand kregen, zou de brand
weer ongetwijfeld hier meer gewaardeerd
werden.
De heer v. d. L i p, weth.: Dat is de eenige
uitkomst.
Do scheiding van publieke werken en
reiniging is door den Baad gewild. Samen
voeging moet spreker ontraden. Hij merkt
nog op dat door Fabricage f 30.000 bezui
nigd wordt.
Wat dc woningbouw betreft, do heer Ei
kerbout heeft, terecht gezegd, dat er veel
gedaan is de laatste jaren.
Er moet. ongetwijfeld nog meer gedaan
worden. Met name de burgemeester heeft
dan ook veel moeite gedaan om voor '23
de noodige voorschotten te krijgen. Spre
ker brengt daarvoor hulde aan den voor
zitter.
Spreker bejammert, het, dat de groote
fabrikanten hier niets doen.
De lieer Dubbeldeman: Zeg het
eens aan Drïe3sen.
De heer Pitaar Wat zouden zo de
arbeiders vast hebben.
De heer M u 1 d e r: Noen 't is natuurlijk
weer niet goed.
Spreker meent dat de heer Dubbeldeman
wel wat dubbelhartig is.
De heer v. d. Lip 't Ts ook een dub
belde man. (Daverend gelach).
De heer Mulder zegt dan, dat de heer
Dubbeldeman onlangs op het bouwen van
sobere woningen aandrong en het nu weer
afkeurt. Een bewijs dat hij heen en weer
geslingerd wordt.
Spreker zegt dan dat. er iets gedaan
moot worden om de krotwoningen te ver
vangen. Het vraagstuk is echter moeilijk.
Hij wist er dan op, dat in andere plaat-,
sen de S. D. A. P.'ers veel moer practisch
zijn, dan hier, terwijl ze toch lirm beginsel
vasthouden.
De heor KnuttelNou, nou.
De heer Mulder, weth., zegt, dat
het thans niet de tijd is op groote schaal
wellingen op te ruimen.
Do hoer Da I/belde man Ah, nu zijn
wc er.
Do lieer Wilbrink: Er moet toch ook
wat voor jullie overblijven.
De heer Mulder dringt er dan op aan,
dat do S. D. A. P.'ers niet alleen zullen
critiseeren, maar cok zelf iets doen.
Do heor Dubbeldeman En later
slaan jullie je slag net als bij de Christe
lijke SchooL
Do heer Mulder wijst dan op wat de
Geref. Diaconie doet. Daar neemt spreker
z'n hoed diep voor af. Men helpt in vele
gevallen don menschen aan werk, terwijl
men hoogere uitkeeringen doet dan an
deren.
Laten de heeren daar een voorbeeld
aan nemen.
De beer Bots. weth-, is nu aan de beurt.
Spreker maakt enkele opmerkingen aan
het adres van den heer Van Eek. Deze
heeft Pierson geciteerd, maar dat
beteekeat niet veel, wel als men hem als
leiddraad neemt.
Er is gesproken over de lichtfabrieken.
Vroeger heeft men de fabrieken aan de
gemeente gebracht on nu is het een pri
vaatrechtelijke zaak, die hier en in andere
plaatsen haar afnemers heeft en die te
gen de petroleum moet concurreeren.
De gemeente draagt de zorg en do risi
co cn nu is er zeker niots tegen dat daar
eenige winst tegenover staat. Die winst is
hier zeer matig, veel geringer dan in
andere plaatsen, w.o. Zaandam, waar op
een winst van f 50.000 gerekend wordt.
Spr. wijst er dan op dat Leiden circa
40 pCfc. van het geëleetrificcerde gebied
in Zuid-Holland bedient. Toch is hier de
winst, zeer matig.
Bij het opmaken der begroo
ting is gore kond op een ver
laging van den prijs van het
gas met 1 cent en van de elee-
triciteït met 3 ce nt.
Spr. begrijpt niet, waarom hier niet
eenige winst gemaakt zou mogen worden.
Oprichting van een Icvens-niddelenbe-
drijf acht spr. ongewenscht. De mensehen
moeten het aan huis bezorgd hebben.
Spr. zegt dan, dat men door den tus-
schenhandel uit te schakelen weer nieuwe
werkloozen maakt.
Spreker meent dat Mevr. Van Itallie de
gevolgen van de werkloosheid overdreven
heeft-. Op dit gebied wordt toch veel over
dreven.
Zoo sprak de heer Van Stralen over het
aantal werkloozen. Toen riep de heer Knut
tel: en krijgen die f 0000.1 Wat de kassen
doen, werd eenvoudig niet gerekend. Boven
dien werd jl. Maandag f '7600.door het
Burg. Armbestuur uitgekeerd.
Er is hier gesproken over de hardheid
van de Christenen. Men moet echter spre
ken over de hardheid van de feiten. Er
zijn nu eenmaal normen waaraan we ons
hebben te houden.
De heer Dubbeldeman: TJ laat ze
dus liever verrekken van den honger.
De heer Bots: Neen mijnheer. IJ ver
geet ook dat er velen zijn die 's zomers
voor den winter zorgen.
Wat betreft de werkverschaffing zegt spr.
dat de Baad vaak weinig waardeering
toont, en soms weinig meewerkt. Spreker
wijst o. a. op do aanbesteding van de
bruggen, die hier niet gemaakt mochten
worden en op de tewerkstelling van de si
garenmakers. wat-hier zoo fel mogelijk be
streden werd. De heer Van Stralen zegt,
dat er maar 3 weken gewerkt is.
Do heer v. Stralen: Hoe lang dan?
Do heer Bots Ja, zoo is het nu altijd.
TT moest het precies weten, maar n praat
er maar op los.
De heer v. Stralen: Maar hoe lang
dan?
De heer Bots: 7 weken.
Spreker zegt dan dat de inrichting zeer
sober is geweest en slechts f 1300 heeft
gekost. Het nadeel voor de gemeente is
gering.
Dat de ambtenaren hunne zaken gaarne
in orde hebben 13 juist, maar spreker acht
dit heel prijznawaard.
Wat de volkshuisvesting betreft, zegt
spreker, dat voor den oorlog aan de oprui
ming van krotten ia gewerkt. In den oor-
Icgstijd kregen we echter een toevloed
van inwoners.
De heeren Dubbeldeman enKnnt-
t e 1 ontkennen dit.
De heer Bots zegt dat in dien tijd de
aanwas der bevolking begonnen is. Toen
werd het onmogelijk de krotten op te rui
men. De bouwverecnicnngen hadden een
ander doel.
De heer v. d. Lip, weth., zegt, dat over
zijne afcl. weinig gesproken is.
De heer Knuttel: U bent filiaalhou
der van het Rrk.
De heer v. d. L i p heeft er niet op tegen dat
men hem met rust laat. Gewoonlijk krijgt
men hier toch de gart-
De heer Eerdmans was slecht te spreken
over de ranstell'ng van ambtenaren bij
Onderwijs.
Hij was echt-er niet geheel op de hoogte.
De stichting van een afd. betrof meer de
loealiteit. Het aantal ambtenaren werd
daardoor niet grooter, hoewel toch de werk
zaamheden belangrijk zijn uitgebreid. We
hebben nn ook te maken met het Bijz. On
derwijs, er zijn meer scholen. Spreker be
treurt nil het Nijverheidsonderwijs. Hij be
grijpt dan ook niet hoe tegen aanstelling
vsn dezen ambtenaar bezwaar wordt ge
maakt. En hoe bestrijdt do heor Eerd
mans dat? Hij spreekt op minachtende
wijze over het- opbergen van papieren.
B. en W. hebben deze zaak ernstig over
wogen. Mnr.T het ging zoo niet langer. Spre
ker was niet meer verantwoord. Deze amb
tenaar was beslist noodzakelijk. Spreker
wijst op Haarlem waar men acht ambte
naren heeft, cn Arnhem waar er eveneens
acht. zijn. Spreker had dan ook niet deze
klakkeloozè criliek verwacht.
De heer Eikerbout heeft gesproken over
den geneeskundigen dienst. Hij was over
den Eersten Hulpdienst niet to spreken.
Spreker wil erkennen dat hier wcleens iets
gehaperd heeft. De inrichting ia zeer be
scheiden. We hebben hier geen vaste wacht
bijv. Maar waarom, zegt spreker, zoekt
men alleen dc schaduwzijden op. Weet de
heer Eikerbout niet, dat er ook veel nut
gedaan wordt.
Spreker meent dat het publiek niet be
grijpt hoedeze dienst is ingericht. De
bedoeling is niet patiënten te vervoeren.
Dat is van secundair belang. Het gaat om
do noodige geneeskundige hulp. Wil men
ock de zieken vervoeren, dan moeten we
een ziekenauto hebben.
Er is gesproken over heb ongeval van Dr.
van Rhijn, en daar is in de pers door Dr.
Yan Es over geschreven.
Daar waren direct drie doktoren ter
plaatse, waarvan een een snelverband aan
legde. Toen is de Hulpdienst opgebeld. Het
antwoord was ccliter zeer correct, daar men
zelf voor vervoer kon zorgen.
Spreker begrijpt niet hoe een man als
Dr. van Es zich, zonder zich op de hoogt$
te stellen, op deze wijze uitliet.
Dat vindt spreker heel treurig!
De heer Oostdam: Jalouzie de metier.
De heer v. d. Lip Dat versta ik niet.
Over de schoolartsen enz. zal spreker
niet in den breedo spreken. We hebben die
zaak pas uitvoerig behandeld.
De heer Wilbrink scheen uitbreiding van
dezen dienst te vreezen. Die vrees is ech
ter niet gegrond. In elk geval moet de raad
daarin worden gekend. Overigens meent
spreker dat deze dienst wordt onderschat.
Spreker meent te kunnen zeggen dat. hier
in Leiden allo ongerechtigheid van de hoof
den der schoolkinderen is verdwenen. In
principe is spreker het raêt den heer Wil
brink eens. Maar hij kan niet toegeven dat
hier in de eerste plaats bezuinigd moet
werden. Een goede gezondheidsdienst is
van groote beteekenis voor de gemeente.
De replieken.
Do V oorz. dringt op kortheid aan.
De heer Oostdam vraagt nadere in
lichtingen omtrent de vak-handwerkonder-
wijzeressen, waarop z. i. belangrijk bezui
nigd kon worden. Sprekor heeft een voor
stel bij zich, om deze onderwijzeressen af
te schaffen.
De heer v. d. Lip, weth.,: Ik dacht dat
dit bij dc artikelen aan de orde kwam.
Do heer Wilmer zegt, aan het voorstel
Dubbeldeman inzake dc woningbouw zijn
steun niet te zullen geven, daar dezer da
gen een prac-advies te verwachten is. Spr.
juicht het ook toe. dat de ambtenaren hun
diensten zoo goed mogelijk doen, maar
e- moet gerekend worden met het bereik
bare. We zullen wat van de volmaaktheid
in de diensten moeten opofferen.
Spreker zegt dat hij den heer Pera niet
onvriendelijk heeft bejegend. Uit de harts
tochtelijke wijze waarop de heer Pera hot
georganiseerd overleg besprak, heeft hij
naar spreker meent, getoond, deze zaak
geen goed hart toe te dragen.
Spreker meent dat de heer v. Stralen
door zijn uitspraak in de vorige vergade
ring inzake georganiseerd overleg voel
kwaad heeft gedaan.
Zal het overleg gunstig werken, dan
moeten ook de belangen van het. bedrijf in
het oog worden gehouden.
Den Voorz. vraagt- spreker, wat hij be
doelde met zijn uitspraak betreffende de
positie van het personeel.
De Y o o r z. zegt, dat alleen verlenging
van den werktijd en een pensioenstorting
overwogen wordt.
Do heer Dubbeldeman Yoor of na
<le verkiezingen.
De Voorz.: Daar heb ik niets mee te
maken.
De heeT S ij t s m a Maar Dubbeldeman
wel.
De vergadering wordt nn geschorst tot
des avonds kwart over acht.
Avondvergadering.
Vierde zitting.
Do heor Eerdmans wijst ea- op dat
ook v-oigena de rede van don voorzitter dó
finandeele toestand, der gemeente ver van
gunstig ia. Yankgmg van de belasting is
•dringend noodig en al was de rode van
dien voorzitter in dit opzicht niet bemoedi
gend, spr. hoopt toch dat het gelukken
aal de diensten te vers oberen. Maar dian
moet worden doorgetapt en moet men
niot, zooaüü do watih. van onderwijs deed,
vergelijkingen maken met andere gemeen
ten.
In Haarlem heeft men een geooï tekort
Do Voorz.: Da/t was een kasrekening.
De hear Knuttel: U moet boedhoad-
ies nemen.
D© heer Eerdmans keurt liet ver
der af. dat. B. en W. bekmgrijbe zaken
aan heit a-fdec-langsondcrzoek onttrekken.
Do opvatting ran den burgemeester om
trent hot karakter van d© begroeting ocfet
spr. niet in overeenstemming met de wet.
Spr. büajft er bij, dat de heor Pera 5n een
vorige vergadering den Baad verkeerd
heeft ingelicht. Hij betreurt het dat de
heer Pera nu opnieuw een verkeerde voor
stelling geeft.
Hij wijst or nog op, dat is overeenge
komen dat do hoer v. Kosberen heen cn
weer aal reizen tot hij oen va-ste aanstel
ling heeft. Ook in dSt opzicht waren de
inlichtingen onjuist.
De heer Pera heeft gezegd dat de heer
v. Kets teren geneeskundig is onderzocht.
Wanneer heeft dat onderzoek p-Laats gc
bod'? Spr. stelt e>r prijs op, het rapport
daarvan, behoorlijk ond'crteeskend', in to
zien.
De hoer v. Eek wijst er op dot hij dit
jaar korter heeft gespreken dan andere
jaren en dat ook zijn partij ge&oo ten kori
waren.
Spr. vecriodigt dan nader de oprichting
van een levxnsaniddil'enbedirijf. Hier is nu
een concreet voorstel en een uitspraak
dat de gemeente zich met ,d© levemmid-
de-fonvoorzienïng moet bemoeien.
De heer Pera heeft mei citatien ge
werkt. Hij moet daarbij echter en beetje
voorzichtig zijn. Als hij bijv. op v. d, Tem
pel wijst, dae gezegd hoeft diat de produc
tie vermeerderd moei wooden, dan m ®pr.
het daanne eena,
De heer Knuttel: wie aou hot daar
niet mee eens zijn.
De hear v. Eek blijft or bij, dat voor
hen die in nood verkeeren gen perapoctief
in de l>egrooting rit.
De Voorz.: Maar dat heb ik zoo juist
duidelijk gemaakt.
De heer v. Eek: Maar- zoo komen we
niet verder.
De Voor®.: Dot is een. formecle
kwestie.
Do hoor v. E ck: Neen, M. do V. ér ia
bij de fcogreotiiig op geen gr o oio week»*
gerekend. Spr. is geen tegenstander van
sparen. Afllcen jammer diait or gespaard
wcrdJb dóór hen, die niet verdienen. En
daarom moot men t halen waar t zit.
De heor Oostdam: diat. hoorei» we «Jk
jaar. i
De heer t. Eek zegt. dat rijn bcroe^J^
Pierson juist was.
De heer v. dl Lap: Daar heb je Pieraon
weer.
De heer v. fi efc betoogt dat het houwen
van arbeiderswoningen productief werk is.
Waarom is men niet eerder begonnen.. Spr. I
doet een beroep op Pierreen.
De heer v. d. Lip: Pieroon vervult hier
een voorname nod.
De heer v. Eek: ja, maar 't ia cok een:
autoriteit.
Spr. erkent diait de gemeentelijke bedrij
ven oorspronkelijk zijn opgericht om de
bedrijfswinst in bandon te krijgen. Hij is
er echter voor de prijzen zoo laag mogelijk
te houden, omdlat de belasting, zelfs hier,
meer progressief geregeiLd is.
Vervolgens betoogt spr. dat er geen ver
schil is tussehen het optreden ran Chris
telijke regeeringspensonen en anderen. Het
college van B. en W. onderscheidt rich ia
niets ran een liberaal ooilege, b. v. van
den Vrijheidsbond.
De hear v. d. Lip: Dan kwamen we drie
man tekort. (Gelach.)
De heer v. E c k zegt diat in dc practijk
van de mooie beginselen der Oh rist enen
niets blijkt.
De lieer Knuttel bespreekt de werk
loosheid. Hij keurt het af dbt do ^-strek
king van goedkooper koilen naar -ie S teun-
cemsnissae wordt verweren. Hij vrrest niet
dat bespoediging van werken in de toe
komst tot werkloosheid zal leiden. De heer
Mulder heeft gevraagd een praotdsoh plan
voor werkverschaffing. Dit is echter do
taak vian de Comm. en ran B, cn W. Spr.
meent voorts dat. een wandelpark zou kun
nen worden aangelegd.
Overigens bepleit spr. d© uitkeering van
vol Joon bij werkloosheid.
De cijfers die de Voorzitter omtrent de
woningbouw heeft gee*ven acht spr. nies
geheel juist.
Do heer Mulder walde d© fabrikanten
laten bouwen. Daarmee is spr. het niet
eens, omdat de. arbeiders afhankelijk wor
den. Om het woniitgpeil niet te doen dalei»
zal epa*. alleen bij hooge uitzondering aan
het bouwen van kleine woningen meewer
ken.
Dc opmerking ran dón Voorzitter dot
de spaarder» dó kern der maatschappij
vormen acht spr. een economisch© ketterij
Spr. erkent dat Nederland niet zelf n»
zijn voeding kan voorzien. Misschien .komt
de tijd' diat er een afvloeiing moet plaats
hebben.
TM beer Huurman Rusland.
De heer K nutte 1: Ja, Rusland
De Voorz.: Och, mijnbeer Knuttel,
u bent eergisteren ook al op reis geweest.
Do heer Knuttol zegt dat. de toestand!
in oudere landen voel erger is dan hier.
Hij bepleit vervolgens oen betere werkloo-
zenzorg al heeft bij van dit college van
B. en W. niet veel verwachting.
De heer Heemskerk brengt mede
hulde aan de Geref. Diaconie, 't Is voor
haar eoliler b&trdkkolijk gemakkelijk daar
zij niet een groot aanhol werkloozen heeft
Do Voorz. heeft er op aangedrongen,
diat de bonden iets zouden doen. wat spr.
niot wel mogelijk adhfc. Met genoegen heeft
spr. gehoord dat er plannen zijn tot ver
laging van de prijzen van gas cn elcctricii-
teifc. Hij juicht dit toe can dat de belasting
alleen, progressief is.
Dc heer Wilbrink is door het ant
woord van den "Weth. van Onderwijs niet'
tevreden gesteld. De Woth. wil zijn afd.
pértectioncearen, vrat spr. niot- in dere om
standigheden gewenscht acht. De resul
taten van den Geneesk. Dienst, acht spr.
minder gunstig dan de wethiytder meent.
Hij bestrijdt vervolgens de hoeren wbl
Eek en Kmitiui, die wefl in de laatst»
plaats het recht hebben ■optimistische toe-
komstbosdhouwingen t© bonden-
De heor Heemskerk acht de finan
cieel© toestond nog niot zoo slecht. Spr.
had gedacht, diat de beer H. toch ook wel
iet» wist van. de verliezen van wirikriiuis
enz.
Do keer Heemskerk: Ja, dat weet
ik wek
De heor Wilbrink: Maar waar moet
do gemeente dan de bekistingen, vandaan
kalen.
«Spr. wijst dan nogcer.s op de dure vo*k-
Torachaffing op bet Reamkiwl.
De heer S .ij tsma: krijgon we allemaal
een beurt.
De hear Wilbrink: be-halve Sijisma.
Spr. wijst er dan op. dat. de heer c.
Stralen het. opnam voer den heer v. Hintc."
Ais nu de leiders de opvoeders van het
volk zoo optreden als deze deed wat
snoet or dan ran de volgelingen terecht
komen.
Spr. bespreekt ra-rralgens nog de op
merkingen van don heer v. Eek. die het
gcid wil halen waar er te halen is. Maar
wat. zou men zoggen als 'b dtan gehaald
wordt bij dc arbeidtere die wal- veel ver
dienen.
Mevr. Dubbeldeman verdedigt
het levensmiddóilenbedrijf. Een beroep op
den distribntietajd gaat niet op, daar d®
leidóndo ambtenaar goen handelaren wa re»
Het brood kan hier uitgeschakeld worden^
daar hier dó arbcidcrelastellingon prij*-
regelend optreden. (Gelach.)
Spr. herhaalt dat de distributie-ambtena
ren niet voor hun taak berekend waren.
Het spijt spr. dat d© heer Sijtsma be
zwaren m.aakte. Do heer Sijtsma gaat met
zijn tijd niot mee.
De hoer Huurman: Sla nu je bajonet
maar af. (Daverend gelach.)
De heer Dubbeldeman komt op te
gen do wijze waarop de Voorz. vanmiddag
den heer v. Stralen behandelde. Dat is
niet netjes.
De Voorz,: Dat moogt u niot zoggen.
Dat zeg ik ook niet.
De heer Dubbeldeman: U heeft ge
zegd dat bij een betaald® kracht is.
Do Voorz.: Dat heb ik niet gezegd.
De heer Dubbeldeman: Ik heb bel
zoo gevoeld.
De Voor z.Maar daar Leb ik niets me®
te maken. U hebt. trouwens ook gezegd dal