I Uitab taut". Tweede Blad De BINNENLAND. KieüÉ Slaatspartij. Zaterdag 13 Mei 1922 Po heer Mr. A. Baron van Wijnbergen heeft heden ter Algemeen© Bonds vergade ring te U'tredhit, de volgende rede nitge- eproiken De verkiezing s- arbeid. Slechte weinige weken nog scheiden ons ran de verkiezingen, waarbij ook hett Ka- Ihölieke kiezersikerpa zal wonden opgeroe pen, teneinde een aan zijn getal-sterkte evenredig aantal leden aan te wijzen voor de Tweede Earner der Stolen-Generaal. Met het oog daarop wend maandenlang reeds door zoo velen vendiensibedijikie arbeid verricht, en wel met goed resultaat: de lijsten werden vastgesteld, de propaganda fcrachtig ter hand genomen, aam het pro gram gaat aanstfxndis de laatste hand wor den gelegd. Blijft derhalve nog slechte de taak: al ign. tot de laatste vrouw en tot den laat- 6teoi man tee, te overtuigen, dat het plicht is zijn stem straks uit te brengen op de katholieke lijst, ern, naar de regelen van goede partij-discipline, op No. één van die lijst. Zal ik daartoe wijzen op al hetgeen on der reolitseh bewind gedurende de laatste vier jaren is verkregen of behouden? 0 zeker, reden te over blijkt, bij de overweging daarvan, aanwezig te zijn, om met hart en ziel er naar te streven, dat een rechtsch bewind ook in de toe komst kunnen blijven gehandhaafd. Wft t te danken is aan het Reihtsch bewind. Laat mij uit het vele slechts twee zaken in uw geheugen terugroepen. Naast God is het ongetwijfeld te don- kon aan - het kraohtig, energiek, beleidvol handelen onzer Begeering, dat ons vader land voor den ramp der revolutie bleef bewaard, dimt wij gespaard bleven, niet alleen voor de materieelc, maar bo venal voor dé moreele ellende, daaraan verbonden, dat ook hier niet talloozen in lijden en rouw gedompeld zijn. Wordt het op heden niet al te zeer ver geten? Er is grond te meenen van" wél, En bandelen degenen, die zich het recht meenen te mogen aanmatigen destijds ge- - nomen maatregelen thans scherp te A becnitiseeren. en ze blijkbaar niet wen- J (when te bezien in het licht der toenma- lige omstondiaheden, niet even onbillijk als hij. die in stede van dankbaar te we ren, later verwijten ging lichten wegens aangebrachte waterschade tegen hen, die, kor hem zelf geroepen, met de 'grootste moeite en met de grootste opofferiraig juist zijn perceeien tegen dreigend brandge vaar hadden beschermd? In de tweede plaats zij gewezen op het vertragen in deze vierjarige periode van datgene, wat tientallen jaren lang vóór alles op politiek terrein door ons werd nagestreefd zij gewezen op de beëin diging van den schoolstrijd, wat het Lager Onderwijs betreft, op eene beëindiging mot. volkomen zegepraal, op eene beëindi ging, waarbij het ideaal, dat ons steeds voor den geest zweefde: „het katholieke Jdrnd op de katholjeke^ school"; ten volle verwezenlijkt is. Ik vraag het u nogmaalsIs er, wan neer wij slechts Iet-ten op deze beide za- fcert, niet red-en tob groote dankbaarheid 1 Toch zal ik op dezen weg niet voort gaan, want, al zoude ik, oja. door ver rijzing maar hetgeen van liet in 1918 sa mengestelde program werd ten uitvoer ge legd, u aamtoonen, hoeveel goeds de zoo zeer te prijzen werkzaamheid onzer Regee- ftnig ons heeft gebracht-, daartegenover Boud en 'anderen stellig een a anbal al of niet gegronde grieven en tekortkomingen meenen te mogen aanvoeren. Ook ditmaal teek blijft ons volk, ook ons katholieke volk, der traditie getrouw, om aan het eind een er vierjarig periode -gemakshalve a-lle kwade posten te stellen op rekening- der Begee-ring. Maar ook om andere re-den zal ik niet in de. eers-te plaats, teneinde u te overtui gen, katholiek te «temmen, u wijzen op hetgeen daarvoor onmiddellijk zou kun nen worden terugontvangen, en. wil hier om niet-, wijl wij steeds, maak zeker nu, onze actie hebben te brengen op hooger plan, ons zelf hebben in herinnering te brengen, dat we op principieel© gronden hebben te streven naar een. rechts che meerderheid en daardoor naar een redhtsoh kabinet. De Christel ij ke Staat- k un d e. Plicht is het voor ons, nu op heden in onze moe-gestreden, afgetobde wereld, de internationale bijeenkomsten telkens too rnen, dat de Christelijke gedachte nog niet vermag te zegevieren nu telkens blijkt, dat de geest van menschel ijken hoogmoed de overhand behoudt op dien van Christelijke berusting en onderwer ping te trachten althans bier te lande op openbaar terrein te d-orn beleven, het practisch Christendom. Plicht is het voor ons, voor zoover z-ulks in dezen tijd nog mogelijk is, te trachten zoo dicht mogelijk tebenaderen het ideaal van den Ghraetelij-ken Staat, waaraan waar geluk en welvaart zoo nauw verbonden zij-n, gelijk het ons zoo met nadruk ia herinnering werd gebracht in de Vredes-Encycliek van Paus Benedictus XV, waar immers juist het- loslaten der Christelijke beginselen in het Staats-be stuur als een der grondoorzaken der hui dige wereld-ellende wordt genoemd. Met d-at doel voor oogeai gaan wij te gemoet- den verkiezingsstrijd, om -te hand haven en steeds tot verdere ontwikkeling te brengen de Christelijke Staatkunde, een doel, na-ar het verleden leerde, voor ons be reikbaar in samenwerking met- de Anti-Be- voiutionaire en Ohristelijk-Hast-orisehe Pa-r tij, een samenwerking, ook door het hui dig Kabinet meermalen verklaard te we zen in 's lands belang, en derhalve door ons, als goede vaderlanders, volgaarne ia stond- gehouden. En in 't bijzonder in de komende jaren waarin, naar verwacht moet worden, zulke groote problemen zich zullen op dringen, is meer dan ooit noodig, wil de orde niet verst-oord worden, d-at- èn Begee- ring én Volksvertegenwoordiging èn Volk zich klaar voor den geest brengen en hou den, wat de Christelijke beginselen hen voorschrijven te doen en te verdragen. De afgevaardigd en. Zeker, het zij volkomen toegegeven, wij hebben noodig in onze vertegenwoordi- - geïnde lichamen personen, opgewassen te gen de vele en velerlei gewichtige vraag stukken, daar a-an de orde komend, op he- eco-n-omischen aard. De op-merking, nu van verschillende zijden gemaakt, dat wij dan verschillede zijden gemaakt, dat wij dan toch in onze rijen mensehen. hebben, heel wat meer geschikt voor die taak dan en kelen dergenen, door de kiezers thans op de lijsten gebracht, kan niet als ten ©enen male onjuist worden terzijde gesteld. "Maar" wanneer dan straks een beroep gedaan zal worden op aller medewerking, teneinde de juiste methode te vinden, die waarborg biedt, dat ook in d© toekomst de Katho lieke Staatspartij ia het Parlement haar prestige zal handhaven, z-al kunnen blij ven volbrengen de gewichtige taak, haar daar toevertrouwd, dan mag nu reeds ge vraagd, dat die medewerking dan ook door allen zal worden geschonken, in 't bijzonder door hen die thans het luidst hun woord van kritiek meenen te. moeten doen hoornen. Bij voorbaat zij er echter reeds nu met na-druk op gewezen, dat ook van de meest bekwamen, van de in finanoieele en economische vraagstukken het mees b dioorkmeeden, de arbeid vruchteloos, ja zelfs schadelijk zou Wijken te wezen, in dien zij, zoekend de oplossing di-er pro blemen, nagaand cl© eisch-en der econo mische wetten, zich onttrokken aan de leiding der Christelijke beginsel-en, uit 't oog verloren, wat. gevorderd wordt door de webben van Christelijke liefde en Chris telijke rechtvaardigheid Of is heb ver metel te stellen, dat alle pogingen, tot dusverre onder de natiën aangewend, om tot vrede en rust te koon en, vrijwel schip breuk leden. hierom, wij-1 vergeten werd, dat vóór alles de mens-eh zichzelf moet verbeteren, zich weer moet richten aiaar de lessen van hot Evangelie, weer moet worden, niet slechts schijnbaar, maar in werkelijkheid van goeden wil? Is heb ver metel te stellen, dat van de verschillende intemation/ale bijeenkomsten en conferen ties het resultaat tot dusverre zoozeer be neden de verwachting bleef, hierom, wijl de Christelijke geest die beraadslagingen! niet bezielde, wijl de menschen zelf alleen de wereld meende to kunnen herstellen, en niet wilde erkennen daarvoor vóór alles hulp, steun en voorlichting van Boven te behoeven, doe dan ook nederig behoorde te worden afgesmeekt? Welnu, waar zóó de zaloen staan, heb- l>e>n wij met .groote zorg te wia-lceai, dot ia ons vaderland onze Katholieke Partij, op getrokken op prmcdpdoeleu, religieus en grondslag, zich daarop ook haudrave. De eenheid der Katholieke Part ij. Ging men -o-p katholiek terrein zich splitsen naar verschil van opvatting over finianeieele en economische vraagstukken, onze eenheid was gebroken, verloren was een kostbaar stuk apologie; het was ge daan met onze eenheid, op het behoud waarvan onze Kerkelijke Overheid zoo herhaaldelijk heeft aangedrongen, en die wif aken ook ongetwijfeld als duren plicht 'beschouwen in het belan-g van de Kerk en in het belang van het Vaderland, onge rept, te bewaren. Of dan niet het zal kunnen voorkomen, dat, staande op d enz elfden princdpieelen bodem, men verschillend antwoord zal kunnen, cn zal meenen te moeben geven op vragen van financieelen en eco- nomischen aard, en of zulks niet vooral in onze verarmde wereld, in de. komende ja-ren ook binnen onze partij tot scherpe tegenstellingen zal kunnen leiden? Zeker, -die kans bestaat, maar juist daarom moet de eenheid steviger dan ooit bevestigd, moet het beginsel meer dan ooit naar vo ren gebracht, opdat bij al hetgeen zou kunnen verdoelen, de zegepraal aan het geen vereent, bij voorbaat blijvend ge waarborgd zij. Juist, wijl die kans be staat, behooren thans aan de leden onzer vertegenwoordigende lichamen- gesteld te worden lio.oge eisehen van bekwaamheid, maar evenzeer van beginsel-vastheid en van beginsel-trouwjuist nu, meer dan tot dusverre wellicht, vragen zich gaan opdoen, waarbij de belangenstrijd hevig dreigt te- ontbranden hebben we in onze vertegenwoordigende lichamen per sonen n-oodig. die zich daarboven weten te plaatsen, piet zich richten naar het geen. bepaalde gr-oepen van hen speciaal mochten verwachten, maar alleen zich af vragen, wat Christenplicht lien in 't alge meen belang gebiedt te doen. De zoodóinigên zullé-n ook bij die ver schillende vragen, waarop met vólkernen inachtneming onzer beginselen, meer dan één antwoord is te geven, over ©n weer offers weten te brengen, zuil en begrij pen, dat dë eenheid róór alles d-oor allen moet bewaard worden, dat die - eenheid voor allen eenzelfde waarde bezit, wes halve door allen im gelijke mate toegege ven worden moet zullen overleg weten -te plegen in lief-de, d-us.-. toonenid dat op i politiek terrein ten volle te verwezenlijken is, juist krachtens onze beginselen, de ge dachte der Christelijke solidariteit.. Moge in de komende weken die geest meer en meer in ons volk worden aange kweekt-, en mogen zij, die door de krach tige, eendrachtige samenwerking onzer kiezers straks zullen gezonden worden naar 's lands vergaderzaal, aldaar met Gods hulp i-n dien geest werkzaam zijn en zoo aan de nog steeds zoekende wereld toonen, dat o-nze o-ude, nooit verouderde katholieke beginselen kracht en leiding geven op elk terrein des levens, kracht en 'leiding geven ook in onze hoogst moeilijke tijden op het Staatkundig arbeidsveld, tot heil en zegen vaitoh-et Vaderland. Arbeidswet en absenteïsme. De parlementaire redacteur van. ,,De Tijd" wijst er op, dat er geen aanleiding voelen die ééne gedachte, die mij zoo diep, diep ontroerd heeft en dat is, dat Jezus in al zijn smaad en grenzelooze vernedering is het Licht der Wereld. Hij kwam op aarde om het licht te brengen aan allen, die daarnaar smachtten en de menschen hebben Hem uitgeworpen. Ziet hoe de duistere wereld-lingen Hem uitban nen en Zijn licht in een rooden stroom van bloed en lijden trachten te verdon keren. Maar ondanks allen hoon en ver guizing straalt het -goddelijke Licht en verlicht degenen, die liet in stil gelooven aannemen." Dit was de gedachte, -die Servaes aan greep, hem niet meer losliet en liem er toe. bracht dezen kruisweg aldus te schilderen. Wij zien den goddelijken Lijdensman dan ook. o-p de eerste statie, staande als oen lichtende passievlam tusschen twee donkere beulsknechten. Let niet op die ge zichten, die slechts in ruwe trekken ge penseeld zijn, niet o-p die handen en voe ten. Servaes hacl zo mooier kunnen ma ken als hij gewild had, maar -hij wil niet dat men zegt: „Wat zijn die juist getrof fen, zo© prachtig van proportie en anato misch zuiver". Plaats u er vóór en onderga den indruk, zoo luide uitgeroepen door kleuren en lichaamshoudingen: „Wat een grenzeloo ze vernedering \oor een God. Toch is deze geslagene het Licht der wereld, licht ma kend die in Hom gelooven". Dit is do prediking, die voortdurend herhaald wordt.bij iedere statie varicerend Naar gelang de personendie den Heiland omringen, Hem nader staan in liefde, naar die mate doelen zij in het licht dat van de Christusfiguur uitgaat. En als een zekere vergoeding geeft de schilder aan Christus' lichaam grooler luister naarmate de ver nedering grootc'r is. Pastoor Th. Kwakman geeft in het tijd is, om aan de afwezigheid bij do eind- stemming over de no volle-Arbeid wet der R. K. Kamerleden d© hoeren- Engels, Hor mans en Haazovoeb. politieke beschouwin gen vast te knoopen. Zooals reeds in het Kameroverzicht ie medegedeeld, is die afwezigheid een toe vallige geweest. De heer Engels kon de tlefooncol niet verlaten wegens een inter communale verbinding; d'e heer Hermans had elders in het gebouw ©en conferentie en het bellen niet verstaan. Van den heer Haazevöet mag worden aangenomen, dat hij niet enthousiast was voor het ont werp, maar dat hij evenmin als de hoe ren 'Kuiper, Van Rijzewijk en de boven- gnoemden zijn stom aan de goedkeuring zou hebban onthouden, ware hij aanwezig geweest. Niet Board of Trade, maar Trade Board. Blijkens 'het verslag van de zibtdnig der Tweede Kamer van Donderdag heeft de (heer Drion zich, als waarschuwing tegen -het stellen, van lo-onvoorwaarden van o-ver- Hieidswege, beroepen op een recent rap port over dit onderwerp van den Board of Trade. Na hem spraken ook de heer Van Rijzewijk en de Minister over den Board' of Trade. De heer Drion is hier blijkbaar door een overeenkomst in namen op een dwaal spoor geraakt.. De Board of Trade (het Brits dhe ministerie van handel) heeft met deze zaak niets uitstaande. Wel echter is onlangs door een commissie, benoemd, dioor den Britsohen Minister van Arbeid, dr. Macnamana, rapport uitgebracht over de werking der wetten op de „Trade Boards", welke lichamen d-oor den minister kunnen wórden ingesteld ter regeling van de loonen in een bepaald vak. Volgens deze commissie was er grond voor de be wering dab de werkzaamheden van som mige dezer Trade Boards hebben bijge dragen tot den omvan-g van de depressie in den handel en van dö werkloosheid. Sommige loonsverboogiujgen, d-oor die be- dirijfsratdien vastgesteld, traden n.l. in wer king toen het slecht ging met het bedrijf. Maar daartegenover stonden volgens de commissi© ook heilzame gevolgen van de bemoeiingen dier bedrijfs-raden; Hbld. Partijen en Partijtjes. „De Tijd" weet de volgende partijen en partijtjes op te noem-em. (De volgorde i* ook van genoemd blad). 1. R.-K Staatspaaltij. 2. Nieuwe Katholieke partij. 3. Anti-revolutionairen. 4. Christel ijk-Hdstoris che Unie. 5. Ohristelij k-sociialen. 6. Chrisiten-deano-craten. 7. Gereformeerde Staatspartij. 8. Hervormde (G-er.) Staatspartij. 9. Rechts che. plottelandispartij 10. Christelijke volkspartij. 11. Vrijheidsbond. 12. Liberalen (mr. van Houten). 13. Vrijzinnig-Deni. (Mr. MorchantV 14. Democratische partij (prof. Heeres). 15. Onafhankelijken (van Bcresteyn). 16. Staatspartij voor Volkswelvaart. 17. Middenstandsunie. 18. Neutrale blok aller middenstanders. 19. Bond van belastingbetalers. 20. Partij van gepension/neerdeax. 21. Partij van Handels reizigers 22. S. D. A. P. 23. Sociaal-democratische .P-artij. 24. Communisten. 25. Vrouwenorganisatie. 26. Vrijdenkers. 27. Weermachts-democraten. 28. Spiritisten] ijst. 29. Bapaille-partij Militaire Pensioenraad. De Minister van Oorlog, de heer Van Dijk, heeft gisterochtend in het gebouw van den Pensioenraad te 'a-Gravenhage geïnstalleerd den dcze.r dagen bij Konink lijk Besluit, onder voorzi!terschap van dtn lieer A. J. Doorman oud-secretaris generaal van het Departement van Oorlog, ingestelden Militairen Torisioenraad. Na de installatie is de nieuwe Pensioen raad hare werkzaamheden begonnen. Do Ncderlandsclic delegatie t© Genua. Van de heeren, die deel uitmaken van de Neclerlandsclie delegatie ter Gonfc- schrift „Opgang"cen enthousiaste beschrij. ving van deze staties. Hij gaat ze cónvoor één na, telkens met andere .woorden vrij wel hetzelfde herhalend. Zulk een afzon derlijke bespreking heeft hier geen zin, doch even wil ik nog de aandacht vestigen op do Xlle statie: „Jezus aan het kruis ge storven." Ziet en aanschouwt of er een smart is gelijk aan de Zijne. Hij is een aardworm on geen menseli meer, de smaad der men schen en het uitvaagsel des volks. Wat een verlatenheid, wat een nameloos wee ligt in deze static uitgedrukt. Een gewel dige ontroering knijpt u de keel dicht. God, mijn God, hoe is het licht der wereld in een damp van lijden ondergegaan. Toch gloort nog zacht een flauwe schijn, die straks zal uitbreken tot vic torie-stralen. Dit is een der geweldigste afbeeldingen van dezen geweldenaar onder de schil ders. Want een geweldenaar is hij, Albert Servaes. „Een ontroerde geweldenaar", schrijft pastoor Kwakman, „die overal zoekt en nergens vindt.. Dit werk brandt met onrustig geweld, onrust van on macht van niet te kunnen wat men wenscht; onmacht, die te meer wordt ge voeld, naarmate meer wordt bereikt.... Dit laatste werk maakt stil. en vult van ontzetting do dogen met tranen". Mij dringt zich de vergelijking op, alsof Servaes een passieprediker is, die in zijn al te groote ontroering, door liet overwel digende van zijn uitingsdrang aan het stamelen en stotteren slaat. Hij kan geen afgeronde vo'riiuien maken en h'j zou het ook niet willen. Hij kan er niet op Iet ten of zijn woorden een aangenaam klin kend rhylhme cn cadans hebben. Hij gooit eruit wat hem. naar de keel welt. Vandaar al die onvolkomenheden in het schilderwerk, al die onafgewerkte, ja ver minkte en vervormde details. Servaes sta- rentie le Genua, hebben die stad reed* verlaten de heeren Vissering, Fentener; van Ylissingen, Nan de Sande Bakhuyzefy prof. Francois en Heringa. Ontslag niet op eigen verzoek. Blijkens het Regeeringsverslag over heil -lager onderwijs 1920/21 werden in 1919 op voordracht va^i burgemeester en wethou ders of van het Rijksschooltoezic-ht aan 40 hoofden van scholen en onderwijzers niet aangevraagd ontslag verleend, waarbij 4 niet-eervol. Analphabcten. Het aantal werkelijke anal-phabeten blijkt in ons land zeer gering. Tijdens don duur der mobilisatie, zegt het Hegeerings verslag lager onderwijs, bleek het niet mogelijk, hiernaar een onderzoek in te stellen bij de landmilitie. Van de zeemili tie 1920 konden allen lezen en schrijven. Alleen één dienstplichtige, een schippers knecht uit Groningen, bleek zeer weinig te kunnen lezen en schrijven. Ten aanzien van liet absoluut analpha- betisme zegt dit niets. Onderzoek hiernaar bij vrouwen zou noodig zijn, In 1865 bedroeg het aantal analphabeten onder de ingelijfden bij de militie 182 in 1911 was het 0.8. Vermoedelijk is het thans voor de mannen niet meer dan 1 per 10.000; bij de vrouwen iets meer. Uitvoer van eieren. Het Ned. Weekblad voor den handel in kruidenierswaren meldt, dat in de afge- loopen week naar Engeland zijn ver scheept 2.658:000 eieren. Vcevervoer. Blijkens bij het hoofdbestuur van de Ned. Vereeniging tot Bescherming van Dieren ontvangen bericht, is door de ma- réèhaussée te Hozendaal proces-verbaal opgemaakt van weer een zeer ernstig ge val van veevèrvotr-ellende. Daar kwamen aan 14 groote stieren in een wagon van ✓ruim 17 vierk. M Eén dier lag dóód. Het tooneel in den wagon was afgrijsdiik Gecombineerde wachtdiensten Kon. Holt Lloyd ©n Rotterdam «Zuid-Amerika Lijn. Naar wordt medegedeeld, is tusschen den Koninklijken Lloyd en de Rotterdam Zuid- Amerika Lijn (Van Nievelt, Goudriaanen Co.'s Stoomvaart Maatschappij en Holland Amerika Lijn) overeengekomen de tot nu toe separaat uit Amsterdam en Rotterdam onderhouden vrachtlijnen naar en van Ar gentinië en Brazilië te combineeren tot gemeenschappelijke dienslen.De bestaande passagiersdierist van den Koninklijken Hollandschen Lloyd blijft hiernaast onge wijzigd gehandhaafd. Een plechtigheid in het Kinderheim Arnold Franz to Gahlitz.(Wcenen). Men. schrijft ons uit Wecncn d.d. G Mei: Hedcnnanüddag om 3 ,uur had eene schitterende plechtigheid plaats vanw;ege de Katholieke Kindcractie van het Nei R.-K. Huisvestings-Comité, dat zijn hoofd zetel in 's-IIertögenbosch heeft. Tevens gold deze plechtigheid de for- mcele opening van het Kinderheim Göl- lersdorf, dat door Arnhem geheel is over genomen, terwijl zij verder nog voor kin dervoeding zal zorgen. Graaf Wolff Metternich sprak,als gevolmachtigde van het Ned. R.-K. Huisvesfings-Gomité lot opening van het Kinderheim. Daarna nam Z. Era. Kardinaal P i f f l liet woord. Z.Em. zeide, dat toen de economische verhoudingen in het arme Oostenrijk zich van dag tot dag verslechterden, het, vóór de charitas do vrijgevige bronnen van het groote Amerika opende, vooral twee sta ten waren, die de arme door den oorlog zoo verzwakte kinderen liefderijk en of fervaardig aannamen. De Katholieke Zwit sers gaven het voorbeeld om den kinderen, de weldaden van een goede voeding ten goede te laten komen. Deze eerste op roef van den Katholieken Zwitser vond eey geestdriftigen echo in Katholiek Hot- land cn sedert dien trekken en trokke; molt van ontroering. Maar en hier ga ik, na eerst het prin cipe verdedigd te hebben, de overdrijving daarvan weer aanvallen hoe goed wij ons dat gestamel kunnen indenken, ja, hos treffend het ons den innerlijken liefde-» brand openbaart, een volmaaktheid, iets begeerenswaardigs om er naar te streven kan het toch moeilijk genoemd worden. Zooals degene, die voor het eerst zulk een stolte-renden en stamelenden prediker zou aanhooren, aanvankelijk moeilijk zijn lachen zal kunnen inhouden, zoo doet d« eerste aanblik van de onnatuurlijke en uiterlijk leelijke figuren van dit schil derwerk ik wil niet. zeggen belachelijk dan toch vreemd en onaangenaam aan, voor -al diegenen, die waarlijk onbevoor oordeeld zijn, d.w.z. zich niet zóó in dezfl ééne richting hebben ingeleefd, dat niet* hun meer vreemd voorkomt. Heeft do schilder niet gewild, dat da aandacht, van het symbolische van hel' innerlijke werd afgetrokken door het uiterlijke schoon, dan had hij evenmin zóó moeten schilderen, dat "do aandacht op zij wegen wordt afgeleid door het uiterlijk' al te leelijke. Bovenstaande beschouwingen over dit! veel omstreden, door den een hoog gepre zen, door den ander voor foei-leelijk uit gemaakte kunstwerk, geven wij onzen! lezers in overweging. Wellicht komen zi| in de gelegenheid dit werk van Servaes (zoowel de geschilderde als de geleeken- de kruisweg) te zien. De aflevering vad „Opgang" van 6 Mei geeft de reproductie! van den geschilderden kruisweg en de re dactie deelt mode, dat de beide kruiswe gen zullen geëxposeerd worden in het Am- sterdamsche Kunstnijvc-rlicidshuys, Spie gelgracht 15, van 15 Juni lol 15 Juli. i U. G. 1 De Kruisweg van Albert Servaes. De kruiswegschilderingen in onze ker ken, waarlangs wij zoo dikwijls in vroom iiiediteeren gaan van statie tot statie, zijn alle min of meer van dezelfde makelij. Zij stellen ons voor den wreeden kruisgang ln den smartelijken dood van onzen Ver der, zooals dat zich in werkelijkheid Gt. toegedragen, of juister, zooals de -ri.l.ler zich die werkelijkheid voorstelde k dan treffen sommige schilderwerken ons hetzij door hun rijkdom en gloed van kjüuren of door de levendigheid waarmede dit droeve drama is geënsceneerd, hetzij door de duidelijkheid, waarmede de kun stenaar de gemoedsstemmingen der ver schillende personen in rake trekken heeft Weten te schetsen. Dit alles harigt af van de verbeeldings kracht van den schilder, van de helder heid der voorstelling, die hem voor den ?eest staat en ook van het geduld en de technische vaardigheid; waarmede hij do houten net zoo lang penseelt en bewerkt, totdat zij zijn geestesideaal het. dichtst na- hij komen. Dat zijn de kruiswegstaties die het toeesl geliefd zijn onder het volk. Doch een echte diepzinnige kunstenaar '8 niet louter een technisch knap en han d's figurenrangschikker en portretten- Penseeler een diepzinnige kunstenaar 's op de eerste plaats een man met een r'Jk gemoedsleven; een man, die veel en •hop heeft nagedacht ove-r de groote ge-- heurtènissen en de duistere mysteriën van hot leven. Zoo zal do eene schilder zich tevreden stellen met de uiterlijke weergave van liet ^beurde op den Goeden Vrijdag, de an- dore echter zal zich in dat goddelijk lijden Mrdiepen, daarop peinzen en, ontroerd i door de grootheid van dat ontzagwekkend mysterie, zijn bewogen ziel willen uitstor ten. Zooals een dichter dat doet met woor den, zoo spreekt, de schilder in lijnen en vormen, in houding, in grocpeering en in kleuren in kleuren bovenal. En lioe feller zijn bewogenheid is, hoe dieper hij ontroerd is, des te sterker zal hij zich willen uitdrukken. Des te minder zal hij letten op kleinigheden, op details. Wat kunnen hem die onbenulligheden schelen, één ding dringt zich bij hem met onstuimig geweld naar voren, één gedach te moet hij luide den menschen toeroepen en om dat ééne met alle kracht te heffen in het volle licht, laat hij alles weg wat niet ter zak© doet of hij verzorgt het zoo min mogelijk opdat het toch vooral niet de aandacht trekke. Dat zijn de kruiswegen, die men ge woonlijk niet ziet. in de kerken, dat zijn de kruiswegen van de grootste kunstenaars, do diepste denkers, de gevoeligst© naturen. Dat zijn die z.g. „vreemde" schilderingen die de m-enschelijk© figuren niet weerge ven als portretten, die den toeschouwer dwingen niet naar de uiterlijke vormen te kijken, maar te Voelen en te begrijpen den symbolischen zjn, die achter de figu ren schuilt. Zulk een kruisweg is ooi; die van den Belgischen schilder Albert Servaes. Hier geen figuren, die een min of moor geluk kige weergave zijn van liet portret, dat de schilder zich van de personen xan Je zus, van Maria, van Simon van Cyrene, van de vrouwen en de beulsknechten heeft voorgesteld. Het zijn menschelijke vor men; men ziet dat ze menschen moeten voorstellen, maar men begrijpt tevens, dat de schilder wil zeggen: „Zoo zijn ,ze na tuurlijk in werkelijkheid niet geweest. Ik wil juist dat daarop niet zal gelet wor den. Ik wil, dat men alleen zal zien en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1922 | | pagina 7