#e@cle BSad DE KLEINE PRINSES. oensdag 19 April 1922 F.-K. Landdag. yij bobben gisteren afan den te Utrecht tolden R.-K. Landdag een lelegraphi- niedcdeeling opgenomen. Hier volge uitgebreider verslag. Openingsrede baron A. van W ij n b e r g e n. Op den 17en September van hot voor- jnd jaar kwamen hier te Utrecht sa- 1.1,11 je voorzitters en secretarissen der Rijkskicskringorganisaties om met Bondsbestuur to beramen het meest clmatig plan voor de verkiezingscam- »no, die aanstaando was. Besloten werd, fiJ i vóór alles men er naar zou streven, de candidatenlijslèn zóó tijdig werden gesteld, dat voldoende tijd overbleef let '.jr degelijke katholieke propaganda, i sarbij personenstrijd dan dus uitgeslo- zoude zijn. Welnu, dank zij de mede ding van Bestuur en van de Pers, is il doel ten volle bereikt. Op heden, tü ril, toch, staat in eiken kieskring vast katholieke lijst, en door middel van «bitterende reclameplaat, die zoowel n orlwerper, den heer Coiletto. a!s de - [voerders, de steendrukkerij de Rijn" Arnlxm, alle oer aandoet, zullen delca- Dl olieke kiezers voortdurend worden aan boord op die lijst hun stem uit te engen. Doch de propaganda in beeld is ld voldoende. Ook in woord en geschrift zullen de teers moeten opgewekt, opdat straks lea tot de laatste vrouw en tot dciflaat- man toe, hun stem op de katholieke jit uitbrengen. In elke plaats zal het lo- ul bestuur de daarvoor aldaar het i«st geëigende manieren hebben te zoe- terwijl, mocht het noodig wezen, al ia k ar slaat om steun, raad en voor ging bij de propaganda te geven en ie kranige, wakkere secretaris, de heer Wolf, in gansch het land om zijn toe- ijding voor do Roomsche zaak met eero Boetnd. Er was steeds propaganda noodig, zeker nwaar we zóó moeilijke tijden beleven. Ra financieele druk, de zware zorgen Bi, waaronder zoovelen gebukt gaan, idea er toe, niet naar boven, maar naar eaedeo te zien, het hoogere uit het oog verhezen en slechts op het lagere te lllea leiden er toe belang te stellen bo- Ea zoo hebben we in 't bijzonder de iilsto weken het moeten aanschouwen, in verschillende plaatsen personen ivonden worden, die oordeelden, dat tot usverre een te eenzijdige politiek yverd (dreven en daarom in de toekomst een iderc richting meest worden ingeslagen.. Erkennende het vele goede, aan die ac- e ten grondslag liggend, is het Bondsbe- de zoodanigen met de uiterste wel- rtlendheid tegemoet getreden, heeft allo nrodiging, geschonken en in uitzicht ge teld, die denkbaar was. slechts op écn unt zich onverzettelijk toonend, toen h.l. het Bondsbestuur gevraagd word zelf lede te werken tot verbreking der een- (id onzer Katholieke Staatspartij, welke Rohcid te bewaren voor dat bestuur list geldt als het eerste, dure plicht. Welnu, het zij met groote voldoeningen Sükbaarheid erkent, dat do overgroole eerderheid van hen, daartoo gebracht niét liet minst door het loffelijk voorbeeld ren hun leider, de juistheid van het stand punt van het Bondsbestuur heeft ingezien, üjjfih nu opmaakt en daarbij, wij ver- tk«*n liet u gaarne, hartelijko mede- wking zal ondervinden om het'goede, "Ht men voorstaat, to bereiken binnen de fre Katholieke Staatspartij, terwijl, achten niet alle wenschen vervuld wor- zij, evenals wij allen, zullen hebben onthouden, dat, waar het voorgeslacht Ike groote offers wist te brengen, om if ééne Katholieke Staatspartij daar te stellen, haar in H belang van Kerk en Va derland «<x%«icOpt te bewaren. Welnu, daartoe de kiezers op te wekken, zal het werk ztju der komende weken, op dat, als God het wil, straks do uitslag der verkiezingen zóó moge wezen, dat onder rechts bewind moge ten uitvoer worde gelegd, ons op 13 Mei vast te stellen pro gram, waarvoor ook ditmaal weder een zoo voortreffelijk concept leverde Mgr. Nolens, wicn gaarne daarvoor hartelijk dank zij gebracht. Het sein tot die propaganda wordt he den hier gegeven door het bezielend woord der redenaars,", die zich daartoe bereid verklaarden. Rede v-a n den heer A. C. A. v. V u u r e n. De aanwezigheid van mij op deze plaats, zegt spreker, kan. niet anders zijn dan een teleurstelling voor de aanwezigen, omdat zij met hem hadden gehoopt hier te zien en te hooren onzen parlementairen vete raan, mr. Kolkman, die straks niet alleen veertig jaren lang den strijd in het parle ment zal hebben medegestreden, maar die in deze veertig jaren ook een levendig aan deel heeft gehad in onze actie buiten, de Kamer, een der trouwste bezoekers als hij o.a. altijd was van. de vergaderingen der kiesvereoniging in zijn woonplaats, waar hij zijn meening niet terughield, ook niet dan, wanneer hij - op succes niet kon ho pen. De verkiezingsstrijd, dien wij tege moet gaan, stelt aan de voorbereiding, niet in het minst aan onze propaganda, hoogere eiscken dan eenige voorafgaande. Hij vraagt in do eerste plaats een onge wone mate van beleid en tact me.t het oog op den gemoedstoestand van ons kiezers korps, dat in zijn geheel onrustig, angstig en ontevreden zich gevoelt, als gevolg van de plotseling ingetreden malaise. In dergelijke omstandigheden heeft men een schuldige noodig, die niet de ware sohuldige behoeft te zijn, maar die men bij de hand moet hebben om op hem zijn gram te koelen. En dan, zoo ia het de ge heel e geschiedenis door geweest, niet al leen hier, maar overal, heeft men een zwak om over do regeering, ia 't bijzonder tegen een verkiezing, de, fiolen van zijn toom uit te storten. In zooverre ligt hetgeen wij thans zien gebeuren, min of meer in de natuur der dingen. Wij hebben ons daarbij neer te leg gen, zoo goed als een voetbalclub, die het treft, dat hij met den wind tegen moet spelen. Wij moeten echter ermede reke nen, niet door, om dein kiezer in 't ge vlei te komen, heden te vervloeken, het geen wij gisteren aanbeden hebben, maar wel door veranderde omstandigheden te laten gelden. Wij moeten mopperen zonder tegenmopperen weten aan te hooren om, als men uitgepraat is, kalm en rustig te overtuigen, dat men in zijn oritiek onbil lijk is en de oorzaak van het kwaad niet zit, waar men het zoekt. Do voorbereiding van deze verkiezing stelt eohter nog om andere reden aan on ze propaganda hoogere eisclicn dan ooit. De inzet van den strijd en daarmede zijn aard en karakter is een ander dan ooit te voren. In eerste en hoogste instantie gaat de strjd altijd en ook nu om te zorgen dat, voor zoover 't in onze menschelijke macht Ugt, in een land waarin wij niet de meerderheid hebben. naar onze katholieke beginselen wordt geregeerd ea de wet van Gcd als Heer en Bestuurder van al tot lichtsnoer wordt genomen bij ons Staatsbestuur. Naast dit hoofddoel staat ialussehen in den regel als middel tot het eerste een meer onmiddellijk dool, dat hier inzet werd genoemd en dat naar do omstandigheid kan verschillen, maar dat ditmaal voor de toekomst der katho lieken een bijzondere befceekenis hooft. Het nabije doel, hetwelk plotseling bij deze verkiezing voor zioh een alles over- heersehende plaats vraagt, is, dat van ons vriiagt dan strijd te voe.en ter bescher ming der Katholieken tegeu zich zelf, tot bescherming der Katholieke Staatspartij, die niet is noch rijn kan zonder haar cenhcit. waartegen men zioh in eigen knng heeft gericht. SpiïVer zou «lie. gaarne handelen te gen zijn eigen vermaning om mee» dan ooit bil deze verkiezing voorzichtig te zijn. Het kost hem troiwms geen moeite miid te wezen in zijn oordeel tegenover hen, wier oplrcoen in de laatste maanden ba- roering onder ons braoht. Niet alleen dat bij ook voor lion de verzachtende omstan digheden pleit, die hij reeds in den aan vang van zijn rede het hooren, maar hij k overtuigd, dat zij het goede bedoeld on. ge wild hebben en twijfelt niet aan hun sub jectieve BclvuUe'ooiheid. Zachtzinnigheid tegenover personen mag echiter nooit worden zachtzinnigheid te genover het kwaad. Verder gaan dan hij zoo juist deed, kan hij niet. Indien men zegt dat de bewoging in zich goed was en goede resultaten afwierp, dan kan hij dit alleen in zooverre toegeven als uit het kwaad in zich goed kan voorkomen. In dien echter met opzet was gehandeld zoo- al8 gehandeld is dan zou, desondanks, al leen reeds em den tijd waarop en de om standigheden waaronder het gebeurde, do daad zijn te brandmerken als een schot in den rug, door de eigen menschen afge vuurd. op hun broeders, bezig de gelede ren te sluiten aan den vooravond van den opmarsch tegen den tegenstander. Maar, daarvan afgescheiden, kan hij het niet an ders dan een kwaad noemen, dat men in de katholieke partij een vraagstuk aan de orde heeft gesteld, dat geen vraagstuk zijn kan: haar eenheid, de ziel van de katholieke .Staatspartij, die, zoo deze haar verlaat, dood is en alleen nog om een be grafenis vraagt. Spreker zegt niet dat de katholieke Staatspartij een volstrekte nood zakelijkheid is in zich, al is hij geneigd ze voor Nederland in het lioht der daarme de verkregen resultaten een practischo noodzakelijkheid te noemen. Indien en waar zulk een partij is, moet zij één zijn, moet. zij een onderdak bieden aan alle ka tholieken op straffe van niet te zijn, om dat zij dan niet is katholiek. Aan mr. Kolkman vroeg spreker of hij geen boodschap had mede te geven aan deze vergadering. Zeg haar zei deze, in dien gij wilt, dit eene: in dè veertig jaren, dat ik in de Kamer zit, heb ik één tijd perk gekend, waarin wij katholieken niota hadden in te brengen, noch in d^ Kamer, noch bij de regeering. Het waa in den tijd, dat wij tegenover elkaar «tonden als Sohaepmanuianen en Balhmannianen. De eene groep ter wille zijnde, ergerde men de andere. Men liet daarom beide aan hun lot over, gerust dat zij door hun onder linge verdeeldheid elkander onschadelijk e-n onmachtig maakten. En daarom, zegt 6preker, zooals de za ken thans staan, zal de katholieke partij zich meer over winnares se mogen gevoelen, indien het kabinet ten val wordt gebracht, de reclilsehe meerderheid verloren gaat, maar de eenheid ongerept blijft, dan zij overwinmare3 zal zijn, indien zij bij een redding van kabinet en meerderheid een partijtje andersdenkenden naast zioh zou krijgen. Onze strijd moet dus ditmaal vooral zijn een strijd voor onze eenheid. In den kamp voor die eenheid hebben wij ons echter zorgvuldig te wachten ons te gen personen te kecren, personen van ons af te stooten, ze verdacht te maken of him katholiciteit in twijfel te trekken of op eenigerlei andere wijze tegenover hon in christelijke liefde te kort te sohie- ten. Onze kracht moeten wij zoeken in het katholiek kiezerskorps, op wiens trouw aan de partij ondanks grieven en oritiek, zij, die ons verlieten, de hoofden te plet ter te moeten loopen, zoodat zoowel de lust om te herhalen als die om na te vol gen voor altijd tot hot verleden, behoort. Indien dit geschiedt, dan blijft hetgeen gebeurd is een kwaad nog altijd, maar kan met Gods genade en goedheid, uit het kwaad ook hier het goede worden ge boren. Mot Gods goedheid en genade, want de strijd is zoo ernstig, dat hij verloren is, indien wij op eigen krachten zouden dur ven vertrouwen. Naast werken met tact. verstand en liefde hebben wij te bidden met volharding, eindigt spreker. Rede van Mr. Bomans. Spreker ving aan mot oen kort over zicht der Roomsche emancipatie op veler lei terrein, daarbij enkele grooto namen herdenkend. Hij vergeleek dan toestand van nu mot dion van het midden dor vo rige eeuw en schetste kort den geweldigen vooruitgang. Een onderdeel onzer burgerlijke vrijma king is gelegen in de politiek. Mogelijk niet het 6choonste terrein van actie, doch even mogelijk het moeizaamste. De resul taten, op politiek gebied verkregen, mo gen or zijn. Sprekende als propagandist tot de pro pagandisten, behandelde spreker do vor- sehillondo onderwerpen van den dag, als oen revue van vechtmateriaal in deze da gen: de sociale wetgeving, waarbij hij er kentelijkheid betuigde jegens Aalberse, al wilde hij alle critiek niet als ongemoti- yoord terugwijzen; de militaire kwestie, waarbij hij de éénheid der fractie aan toonde de combinatie der twee sprekers op dezen dag zegt trouwens in dit verband ook iets; het. vrouwenvraagstuk, civiel en kiozersvraagstuk, waarbij de verkiezing van een vrouw in 1922 zekerheid ge noemd werd; de socialisatie en de mate- rieele communistische gedachte, die den mensch doet afdalen tot het beest; de be noemingen en de overheid van, 19181922 als werkgeefster. Wij vragen ons ai: welke is de taak, het arbeidsvold der Roomsche propagan da? Niets minder dan de verbreiding van het Rijk Gods. Deze Civitas Dei nu vraagt van de burgers Christus te vol gen. En bij deze imitatio Christi treden op politiek terrein vooal naar voren: de éénheid, de waarheid, de liefde. Het Paaschfeest ligt zoo juist achter ons. 1922 jaren geleden sprak Christus Zijn Hoogepriesterlijk gebed uit en bond zijn leerlingen op het. hart één te zijn en hij bad Zijn Hemelsehen Vader voor die één heid, opdat de wereld geloove aan de Goddelijkheid zijner zending: „ut credat mundus quia tu misLsti". En terzelfder- tijd, zoo lezen wij bij Johannes, voegde onze Zaligmaker zijn apostelen toe: Hier aan zullen allen erkennen, dat Gij mijn leerlingen zijt, als Gij elkander lief hebt Eenheid en liefde dus. En nu kennen wij de grenzen der Staat kundige eenheid, wii lazen 's Pausen zendbrieven, vooral de Encycliek „ïmmor- tale Dei" over de Christelijke inrichting der Staten, mogelijk meer en beter dan zij, die wreedelijk onze eenheid versmeten. Maar tegelijkertijd houdt de waarachtige Roomsche propaganda als krampachtig de liefde vast, ook jegeaa onze verdwaal de broeders, en, wijl wij hen niet kunnen prijzen en niet willen misprijzen, zwijgen wij over hen en over hun daad, tenzij de waarheid en de verdediging der waarheid ons onafwondbaar tot spreken noopt. Zie daar do derde machtige eigenschap der Roomsche propaganda: do Waarheid. De ééne Roomsche Staatspartij en zij alléén is de natuurlijke politieke uitloop- ster der Waarheid, strevend In volkomen harmonie met den socialen, economischen, othlschen en religieuzen mensch, mot den oompleten mensch in één woord, om het algemeen menschelijk einddeel deelachtig te worden, waarvan Christus, dat is de Waarheid, Ego sum Veritas, gezegd heeft, dat het niet op deze aardo ligt- Miin Riik is niet van deze wereld. Wanneer Paus Leo XIII allereerst heil verwacht van de ruime uitstorting der Christelijke Iiefdo als balsem voor do so ciale en politieke wondeplekkon onzer sa menleving, dan zij onze propaganda voor deze verheven gedachte, voor doze wezen lijke redding, allereerst- gelogen in ons eigen voorbeeld, in ons hardnekkig pogen om Christus na te volgen, juist in die deugd der liefde, te veel vergeten in de politiek, maar in welk arena toch ook geen loon of vergiffenis te verkrijgen is, indien -wij niet allereerst ons mot onze broeders verzoenen. Zoo wilde, zoo zeide het. onze Meester. Als op dit verheven plan do propagan da der Roomsche Staatspartij gevoerd wordt, zal do aantrekking der Roomsche Staatspartij zoo magnetisch werken, dat de massa on3 toevalt zelfs over bergen van bezwaren, om te zwijgen over de heu velen van achturonarbeidsdag en hooge belastingen, om te zwijgen vooral over do molshoopen van militaire kwesties, jacht wet, huisslachting en plakken van zegels. De mensch, die de Waarheid ziet (en de katholiek kont do Waarheid want bij be zit haar), die mensch zal niet verstrikken in liet leugennet van valsche leuzen, van Stofvergoding en Godsnegatie, wellco on afwendbaar tot do verdierlijkiiig dor mensch moeten voeren. Propagandisten 1 Befreodt het oorlogs pad! Al zouden wij alle menschen vrien den wenschen, onzo vijanden donken or anders over. In het volle bewustzijn van zelfs nu het gebod hoog te houden: Be mint uwe vijanden, zullen wij de Waar heid verdedigen met een geestdrift on kracht, die vriend on vijand verbazen zal. Onzo Partij zal onverzwakt waorkeoTon in 1922. Wij tranzigoeron niet, dat spro ken wij bij voorbaat af. Maar wij zullen iedereen wijzen op 's mensclven levens weg. waarvan do mijlpalen uit dageliik- scKe offers bestaan, offers gebracht aan onze Kerk, one Huisgesrin, onzen evei* mensch. Het is een waan van critisch No» derland, als zoude alléén, op de heirbaan der politiek de mensch, do burger geen of fers moeten brengen. Eén God erkennen wij als de Heer dec Wereld, Hij zegeno Wilhelmina, onze Ko-, ningin bij de Gratie Gods. Eén Kerk beminnen wij. Haar Waal heid <m goedheid zij geloofd en geprezen, van Petras tot. Pius XI. En in de liefde voor ons vaderland toont zich do onvervaarde getuigenia voor onzen God en Kerk ter wille van 't waarachtig geluk onzer burgerij. En het middel hobben wij en houden wij: de heerlijke, on verbreekbare, céne en machtige R. K. Staatspartij! De drooglegging der Zuiderzee. Van vis&cher tot schipper. De Nedcrlandsehe Yoreeniging van Ge zagvoerders bij de Binnenvaart heeft eeni ge jaren geleden, in verband met de aan staande drooglegging der Zuiderzee, po gingen aangewend ora die visechers, die door de drooglegging hun beroep niet langer zouden kunnen uitoefenen en gene gen zouden zijn ovor te gaan naar een bedrijf, nauw met het hunne in verband staande, de Binnenvaart, tot Binnen schipper op to leiden. In deze pogingen werd de Vereeniging gesteund door de sub commissie uit den Zuiderzee-Raad. welker voorzitter Mr. G. Vissering, de zaak zeer ter harte gaat, en de autoriteiten, zoowel van Rijk als Gemeente. In verschillende plaatsen langs de Zui derzeekust als Huizen, Spakenburg, Har derwijk, Lemmer, Enkhuizen, Hoorn en Volendam werden Binnenvaartscholon ge sticht of namen de lïeetaande Visscberii- scholen het uniform leerplan der Binnen- vaartscholen over. Een twaalftal Marker vieschers hoeft reeds met.sucoes het ox anion als binnen schipper afgelegd en binnenkort zullen er meerderen volgen. Naar ons hieromtrent wo-rdt medege deeld, wordt het. onderwijs aan de vis- schers en schippers en -kinderen- ten zeer ste bevorderd door do mogelijkheid een gedeelte van het onderwijs mi. het vak onderwijs practisch te doen plaats hebben, nadat de leerlingen do theorie héb ben geleerd. Het Instructie-Vaartuig van boven ge- noomde vereeniging „Prins Hendrik", in gericht als een modern binnenvaartuig (motor- en zeilklippor), biedt gelegenheid een aantal leerlingen geruimen tijd op te nemen om hen pradisch. door oefentoch ten door het land. te onderwijzen. Voor de eerste maal zullen thans vis- schers der Zuiderzee, die hun theoretische opleiding achter den rug hebben, oen oefentocht met de Prins Hendrik" ma ken. Gistermorgen is een aantal vkwnkere uit Volendam leerlingen dor Binnenvaart- school aldaar onder bevoegde leiding oen oefentocht door de binnenwateren be gonnen. Do route is als volgt: Volendam, Oranje Sluizen, Morwedokanaal, Utrecht, Vreeswijk. langs do Lek naar Rotterdam (waar de Volendaromer visschcrs een tocht door de havon zullen niaken)), Gouda, Haarlem, Nieuwediep. Texel, en over de Zuiderzee terug naar Volendam. Na dezen practischen oefentocht worden de oxamons gehouden. Na deze reis zal de „Prins Hendrik" met leerlingen van andere Binnenvaart- echolen tochten maken. De Kortenaerlwjnk staakt haar I^lalingefl Naar wij vernemen, heeft de Kortenaer_ bank, Kortenacrkado no. 1 te 's-Graven- hagc, met bijkantoren te Rijswijk en Sche veningen, gisteren baar betalingen ge- slakt. Do directie heeft een circulaire gericht tot crediteuren voor een vergadering op Vrijdag, ten einde te trachten tot een re geling te lcomen. „Vad." NtMlerïamlsclve Verzekering Maatschappij voor Roorasch-Katholieken St. Willibrordus. (Ingezonden). Deze Maatschappij welke werd opge richt in 1918 en zich reeds in dat kort tijdsbestek een beduidende plaats onder hare zustermaatschappijen heeft weten te veroveren, is or toe ovorgogaan in Oct. 1921, een afd. Spaarkassen op te richten. FEUILLETON (Naar het Fransch). heb ik langen tijd gedraald, M last op mij te nemen, dien schoonbroeder mij op de schouders ïilde leggen, maar eindelijk ben ik voor kracht zijner redeneering bezweken. man, die nog bovendien bejaard is, ton zich onmogelijk mot do opvoeding van meisje bezighouden. Bovendien ben 'verheugd over dit voorstel van het Md onzer familie. Gij kunt er verzekerd Jji iijn, dat uw dochtertje een uitsteken- opYoediug zal ontvangen, en dat ik het ■veel mogelijk liefde zal toedragen. Jk weet wel, dat gij de bepaling, waar- lor gij voor goed en onherroepelijk van kind wordt verwijderd, wreed zult Wen, Ik zou dit vonnis hebben willen dachten, of u tenminste erop hebben ®eQ voorbereiden, u daarin te schik- maar ik gevoel mijne gewone vrecse- 'J e hoofdpijn weer opkomen, en daarom ik mij haasten, rnijn brief te eindi- Wanneer gij uw kind waarlijk lief dan zult gij u aan genoemde voor- onderwerpen. Het hangt dus al- etl van u af, er een prinses van te ma- on hot een schitteren do toekomst te jokeren. Overigens is prins André ij, lrJf'ca volstrekt heer en meester over .fj fortuin, en zou hij ook daarover kuu- [^schikken ten gunste Aart liefdadige ""Mungen te Warschau. Wat zoudl gij kind dan kunnen geven om 't dofcadf* loos Ie stelten voor het gemis van zulk een ïijkdoni? Het zou kunnen gebeuren, dat gij in een aanval van wanhoop zoudt weigeren, u van haar to scheiden. Wij hebben daarop gerekend, en in dit geval geven wij u zes maanden tijd om op uw besluit terug te komen. Gij zoudt dan niets behoeven te doen, dan mij een brief te schrijven. Wanneer echter die lijd verstreken zal zijn, dan zult gij nooit weer iets van prins Andró Bo- linska hooren. Wat mij betreft, voel ik mij bizonder geneigd, aan de ndclit van mijn schoon broeder prins André Bolinska mijn ge negenheid to schenken, maar in haar hoe danigheid van dochter van prinses Bolins ka moet zij mij geheel vreemd blijven. Ik heb veel neven en nichten in mijn eigen familie, waaraan ik mijn fortuin kan na laten. Ik ben van gevoelen, dat niets betor ms dan rondborstig voor de waarheid uit te komen. Daarom schrijf ik u ailcs zoo zon der omwegen. Misverstand is in de wereld bijna altijd het gevolg a'an het Aerzwijgcn of bemantelen Aan de waarheid, uit vrees van iemand te kwetsen. Het gevolg daar van is, dat dikwijls het lijden alleen maar wordt uitgesteld, en naderhand des te pijnlijker is. Aanvaard, mevrouw, do verzekering mijner hoogachting. Theresa, prinses Bolinska, t Chilean de Sous Bois. 1 v (Seine et Ma me). Wauda verroerde zich niet, en luister- do roet a4oo\ terwijt Uasu bar t door atocs werd aangegrepen. Mevrouw Bolinska had den brief ten einde gelezen, zonder te rusten. Naarmate zij echter het slot naderde, begon haar welluidende stom meer en meer te beven en word al zwakker, totdat ze eindelijk op fluisterenden toon sprak, hoewel de kleine Wanda toch elk woord duidelijk kon ver staan. Toen zij alles gelezen had, hcerschtc er oen diepe stilte. Zij omarmde haar kind nog araster dan gewoonlijk, en knelde het tegen haar hart, alsof zo het togen roo- vers wilde beschermen. Toen liet ze Wan da op eens los Zou haar lieveling in dc scheiding toestemmen?... Misschien! Ze had immers niets gezegd. Hot hart der arme moeder werd als het ware ver scheurd, maar zo bedwong zioli, en zei met scliijubare kalmte: Nu is het aan u om te antwoorden, kindlief. Gij moet beslissen, want uw toe komst staat op het spel. Wanda zag haar moeder aan, zonder haar goed te begrijpen. Toen slaakte zij een luiden kreet, barstte in snikken los, en zei met door tranen onderbroken stem: Ik u verlaten?... Hoe hebt u zoo iets kunnen denken, moedertje lief Kan men dan leAren zonder moeder? Hot duurde lang eer Wanda weer tot be daren kwam. Eindelijk zonk ze uitgeput neer in do armen van mevtouw Bolinska, en viel in slaap. Mtyvrouw Bolinska wilde zoo gaarne, dat Wanda eigenhandig aan haar lanto zou schrijven, dan zou zij zelve or slechte eenige woorden aan toevoegen. Hierover was het kleine meisje in groo te verlegenheid. Wanneer men haar op school als stijloefening opgaf, een brief te schrijven aan den een of anderen denk. beeldigen correspondent, dan had ze daar mede niet de geringste moeilijkheid. Dan ging de pen met het grootste gemak over hot papier, en al haar schoolkameraadjes waren er jaloersc-h op. De onderwijzeres vond wel dat die brieven niet geheel en al in den gewonen vovm gesteld waren, maar toch gaf ze aan Wanda Bolin9ka goede aanteekoningen voor haar werk. Juist daarom was Wanda zoo ongerust. Ze dacht bij zich zelve, dat men aan een prinses niet anders mocht, schrijven dan in onberispel ijken vorm. Ze begon te schrijven begon weer opnieuw ze trachtte zelfs een fraaien volz-n op het papier te brengen, waarin gesproken werd van „banden des bloeds" en van de „stem der natuur". Ze herinnerde zich, die uit drukkingen ergons te hebben gelezen, cn vond dat ze een goed effect op het papier maakten. Het gelukte haar echter niot, het einde van den sierlijken volzin te vin don, en zij kon toch niet dezelfde woorden onophoudelijk herhalen, al hadden zij ook nog zulk een goeden klank. Ze was ten einde raad, cn gevoelde zich beschaamd dat zij niot beter volgens de regels wist le schrijven. Daarom besloot zij maar op goed geluk erop los to schrij ven. Als dan de prinses, haar tante, er niet tevreden medo was, dan kon ze er toch niets aan doen. Haar briefje luidde aldus Liev:e tante. Mama en ik hebben Le zaaien uw brier gelezen ik bedoel dat. mama heeft voor gelezen en ik heb toegeluisterd, terwijl ik op haar schoot zat. Mama UieW mij stijf vast, cn ik beefdo van angst. Vooreerst, lieve tante, bedank ik u, om dat u mij wel in uw huis wilt opnemen, alsof ik uw eigen kind was. Het moet wel ongelukkig zijn, in een groot huis te wonen, en geen kinderen te heb ben. Ik bekiaag u dan ook erg. Als het mogelijk was, twee mama's te gelijk to hebben, zou ik gaarne uw kind zijn, maar dat kan niet, en ik houd van mijn mama meer dan ik u kan zeggen. Dc houd zooveel van haar, dat ik lievrer alleo zou verliezen dan haar. U zult dan ook wel begrijpen, dat ik haar nooit, neep; nooit zou willen verlaten, nietwaar licvoi tante? U moet niet denken dat ik ondankbaar ben. Ik zou u zoo gaarne mijn dankbaar heid willen toonen evenals aan mijn- ooibL die wet ongelukkig moet zijn, omdat trfj zijn kind verloren heeft. Ik wil u ook wel zeggen, dat ik vaal houd van fraai speelgoed, vooral van ea4 mooie pop. Mama heeft mij gezegd, dat d mij er wel een zoudt geven, en mogelijïf nog wel een kleine ponney voor mij allee*, Ook zou ik het wel aardig vinden prinse* to worden genoemd... prinses Wanda, kt plaats van: de kleine Bolinska, zooals iw(C| hier zegt, ora roet mijp naam den spot *y drijven. v-cjM (Wordt vervolg®

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1922 | | pagina 3