#e@cle BSad
DE KLEINE PRINSES.
oensdag 19 April 1922
F.-K. Landdag.
yij bobben gisteren afan den te Utrecht
tolden R.-K. Landdag een lelegraphi-
niedcdeeling opgenomen. Hier volge
uitgebreider verslag.
Openingsrede baron
A. van W ij n b e r g e n.
Op den 17en September van hot voor-
jnd jaar kwamen hier te Utrecht sa-
1.1,11 je voorzitters en secretarissen der
Rijkskicskringorganisaties om met
Bondsbestuur to beramen het meest
clmatig plan voor de verkiezingscam-
»no, die aanstaando was. Besloten werd,
fiJ i vóór alles men er naar zou streven,
de candidatenlijslèn zóó tijdig werden
gesteld, dat voldoende tijd overbleef
let '.jr degelijke katholieke propaganda,
i sarbij personenstrijd dan dus uitgeslo-
zoude zijn. Welnu, dank zij de mede
ding van Bestuur en van de Pers, is
il doel ten volle bereikt. Op heden, tü
ril, toch, staat in eiken kieskring vast
katholieke lijst, en door middel van
«bitterende reclameplaat, die zoowel
n orlwerper, den heer Coiletto. a!s de
- [voerders, de steendrukkerij de Rijn"
Arnlxm, alle oer aandoet, zullen delca-
Dl olieke kiezers voortdurend worden aan
boord op die lijst hun stem uit te
engen. Doch de propaganda in beeld is
ld voldoende.
Ook in woord en geschrift zullen de
teers moeten opgewekt, opdat straks
lea tot de laatste vrouw en tot dciflaat-
man toe, hun stem op de katholieke
jit uitbrengen. In elke plaats zal het lo-
ul bestuur de daarvoor aldaar het
i«st geëigende manieren hebben te zoe-
terwijl, mocht het noodig wezen, al
ia k ar slaat om steun, raad en voor
ging bij de propaganda te geven en
ie kranige, wakkere secretaris, de heer
Wolf, in gansch het land om zijn toe-
ijding voor do Roomsche zaak met eero
Boetnd.
Er was steeds propaganda noodig, zeker
nwaar we zóó moeilijke tijden beleven.
Ra financieele druk, de zware zorgen
Bi, waaronder zoovelen gebukt gaan,
idea er toe, niet naar boven, maar naar
eaedeo te zien, het hoogere uit het oog
verhezen en slechts op het lagere te
lllea leiden er toe belang te stellen bo-
Ea zoo hebben we in 't bijzonder de
iilsto weken het moeten aanschouwen,
in verschillende plaatsen personen
ivonden worden, die oordeelden, dat tot
usverre een te eenzijdige politiek yverd
(dreven en daarom in de toekomst een
iderc richting meest worden ingeslagen..
Erkennende het vele goede, aan die ac-
e ten grondslag liggend, is het Bondsbe-
de zoodanigen met de uiterste wel-
rtlendheid tegemoet getreden, heeft allo
nrodiging, geschonken en in uitzicht ge
teld, die denkbaar was. slechts op écn
unt zich onverzettelijk toonend, toen h.l.
het Bondsbestuur gevraagd word zelf
lede te werken tot verbreking der een-
(id onzer Katholieke Staatspartij, welke
Rohcid te bewaren voor dat bestuur
list geldt als het eerste, dure plicht.
Welnu, het zij met groote voldoeningen
Sükbaarheid erkent, dat do overgroole
eerderheid van hen, daartoo gebracht
niét liet minst door het loffelijk voorbeeld
ren hun leider, de juistheid van het stand
punt van het Bondsbestuur heeft ingezien,
üjjfih nu opmaakt en daarbij, wij ver-
tk«*n liet u gaarne, hartelijko mede-
wking zal ondervinden om het'goede,
"Ht men voorstaat, to bereiken binnen de
fre Katholieke Staatspartij, terwijl,
achten niet alle wenschen vervuld wor-
zij, evenals wij allen, zullen hebben
onthouden, dat, waar het voorgeslacht
Ike groote offers wist te brengen, om
if ééne Katholieke Staatspartij daar te
stellen, haar in H belang van Kerk en Va
derland «<x%«icOpt te bewaren.
Welnu, daartoe de kiezers op te wekken,
zal het werk ztju der komende weken, op
dat, als God het wil, straks do uitslag der
verkiezingen zóó moge wezen, dat onder
rechts bewind moge ten uitvoer worde
gelegd, ons op 13 Mei vast te stellen pro
gram, waarvoor ook ditmaal weder een
zoo voortreffelijk concept leverde Mgr.
Nolens, wicn gaarne daarvoor hartelijk
dank zij gebracht.
Het sein tot die propaganda wordt he
den hier gegeven door het bezielend
woord der redenaars,", die zich daartoe
bereid verklaarden.
Rede v-a n den heer
A. C. A. v. V u u r e n.
De aanwezigheid van mij op deze plaats,
zegt spreker, kan. niet anders zijn dan een
teleurstelling voor de aanwezigen, omdat
zij met hem hadden gehoopt hier te zien
en te hooren onzen parlementairen vete
raan, mr. Kolkman, die straks niet alleen
veertig jaren lang den strijd in het parle
ment zal hebben medegestreden, maar die
in deze veertig jaren ook een levendig aan
deel heeft gehad in onze actie buiten, de
Kamer, een der trouwste bezoekers als hij
o.a. altijd was van. de vergaderingen der
kiesvereoniging in zijn woonplaats, waar
hij zijn meening niet terughield, ook niet
dan, wanneer hij - op succes niet kon ho
pen. De verkiezingsstrijd, dien wij tege
moet gaan, stelt aan de voorbereiding,
niet in het minst aan onze propaganda,
hoogere eiscken dan eenige voorafgaande.
Hij vraagt in do eerste plaats een onge
wone mate van beleid en tact me.t het oog
op den gemoedstoestand van ons kiezers
korps, dat in zijn geheel onrustig, angstig
en ontevreden zich gevoelt, als gevolg
van de plotseling ingetreden malaise.
In dergelijke omstandigheden heeft men
een schuldige noodig, die niet de ware
sohuldige behoeft te zijn, maar die men
bij de hand moet hebben om op hem zijn
gram te koelen. En dan, zoo ia het de ge
heel e geschiedenis door geweest, niet al
leen hier, maar overal, heeft men een
zwak om over do regeering, ia 't bijzonder
tegen een verkiezing, de, fiolen van zijn
toom uit te storten.
In zooverre ligt hetgeen wij thans zien
gebeuren, min of meer in de natuur der
dingen. Wij hebben ons daarbij neer te leg
gen, zoo goed als een voetbalclub, die het
treft, dat hij met den wind tegen moet
spelen. Wij moeten echter ermede reke
nen, niet door, om dein kiezer in 't ge
vlei te komen, heden te vervloeken, het
geen wij gisteren aanbeden hebben, maar
wel door veranderde omstandigheden te
laten gelden. Wij moeten mopperen zonder
tegenmopperen weten aan te hooren om,
als men uitgepraat is, kalm en rustig te
overtuigen, dat men in zijn oritiek onbil
lijk is en de oorzaak van het kwaad niet
zit, waar men het zoekt.
Do voorbereiding van deze verkiezing
stelt eohter nog om andere reden aan on
ze propaganda hoogere eisclicn dan ooit.
De inzet van den strijd en daarmede zijn
aard en karakter is een ander dan ooit te
voren.
In eerste en hoogste instantie gaat de
strjd altijd en ook nu om te zorgen dat,
voor zoover 't in onze menschelijke macht
Ugt, in een land waarin wij niet de
meerderheid hebben. naar onze
katholieke beginselen wordt geregeerd ea
de wet van Gcd als Heer en Bestuurder
van al tot lichtsnoer wordt genomen bij
ons Staatsbestuur. Naast dit hoofddoel
staat ialussehen in den regel als middel
tot het eerste een meer onmiddellijk dool,
dat hier inzet werd genoemd en dat naar
do omstandigheid kan verschillen, maar
dat ditmaal voor de toekomst der katho
lieken een bijzondere befceekenis hooft.
Het nabije doel, hetwelk plotseling bij
deze verkiezing voor zioh een alles over-
heersehende plaats vraagt, is, dat van ons
vriiagt dan strijd te voe.en ter bescher
ming der Katholieken tegeu zich zelf, tot
bescherming der Katholieke Staatspartij,
die niet is noch rijn kan zonder haar
cenhcit. waartegen men zioh in eigen
knng heeft gericht.
SpiïVer zou «lie. gaarne handelen te
gen zijn eigen vermaning om mee» dan
ooit bil deze verkiezing voorzichtig te zijn.
Het kost hem troiwms geen moeite miid
te wezen in zijn oordeel tegenover hen,
wier oplrcoen in de laatste maanden ba-
roering onder ons braoht. Niet alleen dat
bij ook voor lion de verzachtende omstan
digheden pleit, die hij reeds in den aan
vang van zijn rede het hooren, maar hij k
overtuigd, dat zij het goede bedoeld on. ge
wild hebben en twijfelt niet aan hun sub
jectieve BclvuUe'ooiheid.
Zachtzinnigheid tegenover personen mag
echiter nooit worden zachtzinnigheid te
genover het kwaad. Verder gaan dan hij
zoo juist deed, kan hij niet. Indien men
zegt dat de bewoging in zich goed was en
goede resultaten afwierp, dan kan hij dit
alleen in zooverre toegeven als uit het
kwaad in zich goed kan voorkomen. In
dien echter met opzet was gehandeld zoo-
al8 gehandeld is dan zou, desondanks, al
leen reeds em den tijd waarop en de om
standigheden waaronder het gebeurde, do
daad zijn te brandmerken als een schot in
den rug, door de eigen menschen afge
vuurd. op hun broeders, bezig de gelede
ren te sluiten aan den vooravond van den
opmarsch tegen den tegenstander. Maar,
daarvan afgescheiden, kan hij het niet an
ders dan een kwaad noemen, dat men in
de katholieke partij een vraagstuk aan de
orde heeft gesteld, dat geen vraagstuk
zijn kan: haar eenheid, de ziel van de
katholieke .Staatspartij, die, zoo deze haar
verlaat, dood is en alleen nog om een be
grafenis vraagt. Spreker zegt niet dat de
katholieke Staatspartij een volstrekte nood
zakelijkheid is in zich, al is hij geneigd ze
voor Nederland in het lioht der daarme
de verkregen resultaten een practischo
noodzakelijkheid te noemen. Indien en
waar zulk een partij is, moet zij één zijn,
moet. zij een onderdak bieden aan alle ka
tholieken op straffe van niet te zijn, om
dat zij dan niet is katholiek.
Aan mr. Kolkman vroeg spreker of hij
geen boodschap had mede te geven aan
deze vergadering. Zeg haar zei deze, in
dien gij wilt, dit eene: in dè veertig jaren,
dat ik in de Kamer zit, heb ik één tijd
perk gekend, waarin wij katholieken niota
hadden in te brengen, noch in d^ Kamer,
noch bij de regeering. Het waa in den tijd,
dat wij tegenover elkaar «tonden als
Sohaepmanuianen en Balhmannianen. De
eene groep ter wille zijnde, ergerde men de
andere. Men liet daarom beide aan hun
lot over, gerust dat zij door hun onder
linge verdeeldheid elkander onschadelijk
e-n onmachtig maakten.
En daarom, zegt 6preker, zooals de za
ken thans staan, zal de katholieke partij
zich meer over winnares se mogen gevoelen,
indien het kabinet ten val wordt gebracht,
de reclilsehe meerderheid verloren gaat,
maar de eenheid ongerept blijft, dan zij
overwinmare3 zal zijn, indien zij bij een
redding van kabinet en meerderheid een
partijtje andersdenkenden naast zioh zou
krijgen. Onze strijd moet dus ditmaal
vooral zijn een strijd voor onze eenheid.
In den kamp voor die eenheid hebben wij
ons echter zorgvuldig te wachten ons te
gen personen te kecren, personen van ons
af te stooten, ze verdacht te maken of
him katholiciteit in twijfel te trekken
of op eenigerlei andere wijze tegenover
hon in christelijke liefde te kort te sohie-
ten.
Onze kracht moeten wij zoeken in het
katholiek kiezerskorps, op wiens trouw
aan de partij ondanks grieven en oritiek,
zij, die ons verlieten, de hoofden te plet
ter te moeten loopen, zoodat zoowel de
lust om te herhalen als die om na te vol
gen voor altijd tot hot verleden, behoort.
Indien dit geschiedt, dan blijft hetgeen
gebeurd is een kwaad nog altijd, maar
kan met Gods genade en goedheid, uit
het kwaad ook hier het goede worden ge
boren. Mot Gods goedheid en genade, want
de strijd is zoo ernstig, dat hij verloren is,
indien wij op eigen krachten zouden dur
ven vertrouwen. Naast werken met tact.
verstand en liefde hebben wij te bidden
met volharding, eindigt spreker.
Rede van Mr. Bomans.
Spreker ving aan mot oen kort over
zicht der Roomsche emancipatie op veler
lei terrein, daarbij enkele grooto namen
herdenkend. Hij vergeleek dan toestand
van nu mot dion van het midden dor vo
rige eeuw en schetste kort den geweldigen
vooruitgang.
Een onderdeel onzer burgerlijke vrijma
king is gelegen in de politiek. Mogelijk
niet het 6choonste terrein van actie, doch
even mogelijk het moeizaamste. De resul
taten, op politiek gebied verkregen, mo
gen or zijn.
Sprekende als propagandist tot de pro
pagandisten, behandelde spreker do vor-
sehillondo onderwerpen van den dag, als
oen revue van vechtmateriaal in deze da
gen: de sociale wetgeving, waarbij hij er
kentelijkheid betuigde jegens Aalberse, al
wilde hij alle critiek niet als ongemoti-
yoord terugwijzen; de militaire kwestie,
waarbij hij de éénheid der fractie aan
toonde de combinatie der twee sprekers
op dezen dag zegt trouwens in dit verband
ook iets; het. vrouwenvraagstuk, civiel en
kiozersvraagstuk, waarbij de verkiezing
van een vrouw in 1922 zekerheid ge
noemd werd; de socialisatie en de mate-
rieele communistische gedachte, die den
mensch doet afdalen tot het beest; de be
noemingen en de overheid van, 19181922
als werkgeefster.
Wij vragen ons ai: welke is de taak,
het arbeidsvold der Roomsche propagan
da? Niets minder dan de verbreiding van
het Rijk Gods. Deze Civitas Dei nu
vraagt van de burgers Christus te vol
gen. En bij deze imitatio Christi treden
op politiek terrein vooal naar voren: de
éénheid, de waarheid, de liefde.
Het Paaschfeest ligt zoo juist achter
ons.
1922 jaren geleden sprak Christus Zijn
Hoogepriesterlijk gebed uit en bond zijn
leerlingen op het. hart één te zijn en hij
bad Zijn Hemelsehen Vader voor die één
heid, opdat de wereld geloove aan de
Goddelijkheid zijner zending: „ut credat
mundus quia tu misLsti". En terzelfder-
tijd, zoo lezen wij bij Johannes, voegde
onze Zaligmaker zijn apostelen toe: Hier
aan zullen allen erkennen, dat Gij mijn
leerlingen zijt, als Gij elkander lief hebt
Eenheid en liefde dus.
En nu kennen wij de grenzen der Staat
kundige eenheid, wii lazen 's Pausen
zendbrieven, vooral de Encycliek „ïmmor-
tale Dei" over de Christelijke inrichting
der Staten, mogelijk meer en beter dan zij,
die wreedelijk onze eenheid versmeten.
Maar tegelijkertijd houdt de waarachtige
Roomsche propaganda als krampachtig
de liefde vast, ook jegeaa onze verdwaal
de broeders, en, wijl wij hen niet kunnen
prijzen en niet willen misprijzen, zwijgen
wij over hen en over hun daad, tenzij de
waarheid en de verdediging der waarheid
ons onafwondbaar tot spreken noopt. Zie
daar do derde machtige eigenschap der
Roomsche propaganda: do Waarheid.
De ééne Roomsche Staatspartij en zij
alléén is de natuurlijke politieke uitloop-
ster der Waarheid, strevend In volkomen
harmonie met den socialen, economischen,
othlschen en religieuzen mensch, mot den
oompleten mensch in één woord, om het
algemeen menschelijk einddeel deelachtig
te worden, waarvan Christus, dat is de
Waarheid, Ego sum Veritas, gezegd heeft,
dat het niet op deze aardo ligt- Miin Riik
is niet van deze wereld.
Wanneer Paus Leo XIII allereerst heil
verwacht van de ruime uitstorting der
Christelijke Iiefdo als balsem voor do so
ciale en politieke wondeplekkon onzer sa
menleving, dan zij onze propaganda voor
deze verheven gedachte, voor doze wezen
lijke redding, allereerst- gelogen in ons
eigen voorbeeld, in ons hardnekkig pogen
om Christus na te volgen, juist in die
deugd der liefde, te veel vergeten in de
politiek, maar in welk arena toch ook
geen loon of vergiffenis te verkrijgen is,
indien -wij niet allereerst ons mot onze
broeders verzoenen. Zoo wilde, zoo zeide
het. onze Meester.
Als op dit verheven plan do propagan
da der Roomsche Staatspartij gevoerd
wordt, zal do aantrekking der Roomsche
Staatspartij zoo magnetisch werken, dat
de massa on3 toevalt zelfs over bergen
van bezwaren, om te zwijgen over de heu
velen van achturonarbeidsdag en hooge
belastingen, om te zwijgen vooral over do
molshoopen van militaire kwesties, jacht
wet, huisslachting en plakken van zegels.
De mensch, die de Waarheid ziet (en de
katholiek kont do Waarheid want bij be
zit haar), die mensch zal niet verstrikken
in liet leugennet van valsche leuzen, van
Stofvergoding en Godsnegatie, wellco on
afwendbaar tot do verdierlijkiiig dor
mensch moeten voeren.
Propagandisten 1 Befreodt het oorlogs
pad! Al zouden wij alle menschen vrien
den wenschen, onzo vijanden donken or
anders over. In het volle bewustzijn van
zelfs nu het gebod hoog te houden: Be
mint uwe vijanden, zullen wij de Waar
heid verdedigen met een geestdrift on
kracht, die vriend on vijand verbazen zal.
Onzo Partij zal onverzwakt waorkeoTon
in 1922. Wij tranzigoeron niet, dat spro
ken wij bij voorbaat af. Maar wij zullen
iedereen wijzen op 's mensclven levens
weg. waarvan do mijlpalen uit dageliik-
scKe offers bestaan, offers gebracht aan
onze Kerk, one Huisgesrin, onzen evei*
mensch. Het is een waan van critisch No»
derland, als zoude alléén, op de heirbaan
der politiek de mensch, do burger geen of
fers moeten brengen.
Eén God erkennen wij als de Heer dec
Wereld, Hij zegeno Wilhelmina, onze Ko-,
ningin bij de Gratie Gods.
Eén Kerk beminnen wij. Haar Waal
heid <m goedheid zij geloofd en geprezen,
van Petras tot. Pius XI.
En in de liefde voor ons vaderland
toont zich do onvervaarde getuigenia
voor onzen God en Kerk ter wille van 't
waarachtig geluk onzer burgerij.
En het middel hobben wij en houden
wij: de heerlijke, on verbreekbare, céne en
machtige R. K. Staatspartij!
De drooglegging der Zuiderzee.
Van vis&cher tot schipper.
De Nedcrlandsehe Yoreeniging van Ge
zagvoerders bij de Binnenvaart heeft eeni
ge jaren geleden, in verband met de aan
staande drooglegging der Zuiderzee, po
gingen aangewend ora die visechers, die
door de drooglegging hun beroep niet
langer zouden kunnen uitoefenen en gene
gen zouden zijn ovor te gaan naar een
bedrijf, nauw met het hunne in verband
staande, de Binnenvaart, tot Binnen
schipper op to leiden. In deze pogingen
werd de Vereeniging gesteund door de sub
commissie uit den Zuiderzee-Raad. welker
voorzitter Mr. G. Vissering, de zaak zeer
ter harte gaat, en de autoriteiten, zoowel
van Rijk als Gemeente.
In verschillende plaatsen langs de Zui
derzeekust als Huizen, Spakenburg, Har
derwijk, Lemmer, Enkhuizen, Hoorn en
Volendam werden Binnenvaartscholon ge
sticht of namen de lïeetaande Visscberii-
scholen het uniform leerplan der Binnen-
vaartscholen over.
Een twaalftal Marker vieschers hoeft
reeds met.sucoes het ox anion als binnen
schipper afgelegd en binnenkort zullen er
meerderen volgen.
Naar ons hieromtrent wo-rdt medege
deeld, wordt het. onderwijs aan de vis-
schers en schippers en -kinderen- ten zeer
ste bevorderd door do mogelijkheid een
gedeelte van het onderwijs mi. het vak
onderwijs practisch te doen plaats
hebben, nadat de leerlingen do theorie héb
ben geleerd.
Het Instructie-Vaartuig van boven ge-
noomde vereeniging „Prins Hendrik", in
gericht als een modern binnenvaartuig
(motor- en zeilklippor), biedt gelegenheid
een aantal leerlingen geruimen tijd op te
nemen om hen pradisch. door oefentoch
ten door het land. te onderwijzen.
Voor de eerste maal zullen thans vis-
schers der Zuiderzee, die hun theoretische
opleiding achter den rug hebben, oen
oefentocht met de Prins Hendrik" ma
ken.
Gistermorgen is een aantal vkwnkere uit
Volendam leerlingen dor Binnenvaart-
school aldaar onder bevoegde leiding
oen oefentocht door de binnenwateren be
gonnen. Do route is als volgt: Volendam,
Oranje Sluizen, Morwedokanaal, Utrecht,
Vreeswijk. langs do Lek naar Rotterdam
(waar de Volendaromer visschcrs een tocht
door de havon zullen niaken)), Gouda,
Haarlem, Nieuwediep. Texel, en over de
Zuiderzee terug naar Volendam.
Na dezen practischen oefentocht worden
de oxamons gehouden.
Na deze reis zal de „Prins Hendrik"
met leerlingen van andere Binnenvaart-
echolen tochten maken.
De Kortenaerlwjnk staakt haar I^lalingefl
Naar wij vernemen, heeft de Kortenaer_
bank, Kortenacrkado no. 1 te 's-Graven-
hagc, met bijkantoren te Rijswijk en Sche
veningen, gisteren baar betalingen ge-
slakt.
Do directie heeft een circulaire gericht
tot crediteuren voor een vergadering op
Vrijdag, ten einde te trachten tot een re
geling te lcomen.
„Vad."
NtMlerïamlsclve Verzekering Maatschappij
voor Roorasch-Katholieken
St. Willibrordus.
(Ingezonden).
Deze Maatschappij welke werd opge
richt in 1918 en zich reeds in dat kort
tijdsbestek een beduidende plaats onder
hare zustermaatschappijen heeft weten te
veroveren, is or toe ovorgogaan in Oct.
1921, een afd. Spaarkassen op te richten.
FEUILLETON
(Naar het Fransch).
heb ik langen tijd gedraald,
M last op mij te nemen, dien
schoonbroeder mij op de schouders
ïilde leggen, maar eindelijk ben ik voor
kracht zijner redeneering bezweken.
man, die nog bovendien bejaard is,
ton zich onmogelijk mot do opvoeding van
meisje bezighouden. Bovendien ben
'verheugd over dit voorstel van het
Md onzer familie. Gij kunt er verzekerd
Jji iijn, dat uw dochtertje een uitsteken-
opYoediug zal ontvangen, en dat ik het
■veel mogelijk liefde zal toedragen.
Jk weet wel, dat gij de bepaling, waar-
lor gij voor goed en onherroepelijk van
kind wordt verwijderd, wreed zult
Wen, Ik zou dit vonnis hebben willen
dachten, of u tenminste erop hebben
®eQ voorbereiden, u daarin te schik-
maar ik gevoel mijne gewone vrecse-
'J e hoofdpijn weer opkomen, en daarom
ik mij haasten, rnijn brief te eindi-
Wanneer gij uw kind waarlijk lief
dan zult gij u aan genoemde voor-
onderwerpen. Het hangt dus al-
etl van u af, er een prinses van te ma-
on hot een schitteren do toekomst te
jokeren. Overigens is prins André
ij, lrJf'ca volstrekt heer en meester over
.fj fortuin, en zou hij ook daarover kuu-
[^schikken ten gunste Aart liefdadige
""Mungen te Warschau. Wat zoudl gij
kind dan kunnen geven om 't dofcadf*
loos Ie stelten voor het gemis van zulk
een ïijkdoni?
Het zou kunnen gebeuren, dat gij in een
aanval van wanhoop zoudt weigeren, u
van haar to scheiden. Wij hebben daarop
gerekend, en in dit geval geven wij u zes
maanden tijd om op uw besluit terug te
komen.
Gij zoudt dan niets behoeven te doen,
dan mij een brief te schrijven. Wanneer
echter die lijd verstreken zal zijn, dan zult
gij nooit weer iets van prins Andró Bo-
linska hooren.
Wat mij betreft, voel ik mij bizonder
geneigd, aan de ndclit van mijn schoon
broeder prins André Bolinska mijn ge
negenheid to schenken, maar in haar hoe
danigheid van dochter van prinses Bolins
ka moet zij mij geheel vreemd blijven.
Ik heb veel neven en nichten in mijn eigen
familie, waaraan ik mijn fortuin kan na
laten.
Ik ben van gevoelen, dat niets betor ms
dan rondborstig voor de waarheid uit te
komen. Daarom schrijf ik u ailcs zoo zon
der omwegen. Misverstand is in de wereld
bijna altijd het gevolg a'an het Aerzwijgcn
of bemantelen Aan de waarheid, uit vrees
van iemand te kwetsen. Het gevolg daar
van is, dat dikwijls het lijden alleen maar
wordt uitgesteld, en naderhand des te
pijnlijker is.
Aanvaard, mevrouw, do verzekering
mijner hoogachting.
Theresa, prinses Bolinska,
t Chilean de Sous Bois.
1 v (Seine et Ma me).
Wauda verroerde zich niet, en luister-
do roet a4oo\ terwijt Uasu
bar t door atocs werd aangegrepen.
Mevrouw Bolinska had den brief ten
einde gelezen, zonder te rusten. Naarmate
zij echter het slot naderde, begon haar
welluidende stom meer en meer te beven
en word al zwakker, totdat ze eindelijk op
fluisterenden toon sprak, hoewel de kleine
Wanda toch elk woord duidelijk kon ver
staan.
Toen zij alles gelezen had, hcerschtc er
oen diepe stilte. Zij omarmde haar kind
nog araster dan gewoonlijk, en knelde het
tegen haar hart, alsof zo het togen roo-
vers wilde beschermen. Toen liet ze Wan
da op eens los Zou haar lieveling in dc
scheiding toestemmen?... Misschien! Ze
had immers niets gezegd. Hot hart der
arme moeder werd als het ware ver
scheurd, maar zo bedwong zioli, en zei
met scliijubare kalmte:
Nu is het aan u om te antwoorden,
kindlief. Gij moet beslissen, want uw toe
komst staat op het spel.
Wanda zag haar moeder aan, zonder
haar goed te begrijpen. Toen slaakte zij
een luiden kreet, barstte in snikken los,
en zei met door tranen onderbroken stem:
Ik u verlaten?... Hoe hebt u zoo iets
kunnen denken, moedertje lief Kan
men dan leAren zonder moeder?
Hot duurde lang eer Wanda weer tot be
daren kwam. Eindelijk zonk ze uitgeput
neer in do armen van mevtouw Bolinska,
en viel in slaap.
Mtyvrouw Bolinska wilde zoo gaarne, dat
Wanda eigenhandig aan haar lanto zou
schrijven, dan zou zij zelve or slechte
eenige woorden aan toevoegen.
Hierover was het kleine meisje in groo
te verlegenheid. Wanneer men haar op
school als stijloefening opgaf, een brief
te schrijven aan den een of anderen denk.
beeldigen correspondent, dan had ze daar
mede niet de geringste moeilijkheid. Dan
ging de pen met het grootste gemak over
hot papier, en al haar schoolkameraadjes
waren er jaloersc-h op. De onderwijzeres
vond wel dat die brieven niet geheel en
al in den gewonen vovm gesteld waren,
maar toch gaf ze aan Wanda Bolin9ka
goede aanteekoningen voor haar werk.
Juist daarom was Wanda zoo ongerust.
Ze dacht bij zich zelve, dat men aan een
prinses niet anders mocht, schrijven dan
in onberispel ijken vorm. Ze begon te
schrijven begon weer opnieuw ze
trachtte zelfs een fraaien volz-n op het
papier te brengen, waarin gesproken werd
van „banden des bloeds" en van de „stem
der natuur". Ze herinnerde zich, die uit
drukkingen ergons te hebben gelezen, cn
vond dat ze een goed effect op het papier
maakten. Het gelukte haar echter niot,
het einde van den sierlijken volzin te vin
don, en zij kon toch niet dezelfde woorden
onophoudelijk herhalen, al hadden zij ook
nog zulk een goeden klank.
Ze was ten einde raad, cn gevoelde zich
beschaamd dat zij niot beter volgens de
regels wist le schrijven. Daarom besloot
zij maar op goed geluk erop los to schrij
ven. Als dan de prinses, haar tante, er
niet tevreden medo was, dan kon ze er
toch niets aan doen. Haar briefje luidde
aldus
Liev:e tante.
Mama en ik hebben Le zaaien uw brier
gelezen ik bedoel dat. mama heeft voor
gelezen en ik heb toegeluisterd, terwijl ik
op haar schoot zat. Mama UieW mij stijf
vast, cn ik beefdo van angst.
Vooreerst, lieve tante, bedank ik u, om
dat u mij wel in uw huis wilt opnemen,
alsof ik uw eigen kind was. Het
moet wel ongelukkig zijn, in een groot
huis te wonen, en geen kinderen te heb
ben. Ik bekiaag u dan ook erg.
Als het mogelijk was, twee mama's te
gelijk to hebben, zou ik gaarne uw kind
zijn, maar dat kan niet, en ik houd van
mijn mama meer dan ik u kan zeggen. Dc
houd zooveel van haar, dat ik lievrer alleo
zou verliezen dan haar. U zult dan ook
wel begrijpen, dat ik haar nooit, neep;
nooit zou willen verlaten, nietwaar licvoi
tante?
U moet niet denken dat ik ondankbaar
ben. Ik zou u zoo gaarne mijn dankbaar
heid willen toonen evenals aan mijn- ooibL
die wet ongelukkig moet zijn, omdat trfj
zijn kind verloren heeft.
Ik wil u ook wel zeggen, dat ik vaal
houd van fraai speelgoed, vooral van ea4
mooie pop. Mama heeft mij gezegd, dat d
mij er wel een zoudt geven, en mogelijïf
nog wel een kleine ponney voor mij allee*,
Ook zou ik het wel aardig vinden prinse*
to worden genoemd... prinses Wanda, kt
plaats van: de kleine Bolinska, zooals iw(C|
hier zegt, ora roet mijp naam den spot *y
drijven. v-cjM
(Wordt vervolg®