yeede Blad.
™sdag 22 Februari 1922
de leidsche vroedschap.
De Zalerdagsclie markt De Eerste
eidsche Schoolvereeniging. De
ocialisicn voor behoud van krotten.
o wdarviin nnlimi.stf
waarvan optimisten
dat zo maar een middag zou
_i echter weer vergaderd 's middags
da töt half elf.
voortzetting van de behandeling der
regelende het verleenen van wacht-
Sgemeente-ambtenaren, verdedigde de
Straien nog oenige amendementen,
het on wonschei ijk o en onpractische
werd aangetoond, maar welker be-
^joch langen tijd moest opvorderen,
^•hangende kwestie van de Zaterda'g-
is nu eindelijk zoo opgelost, dat er
r meer twee markten bestaan, op
l en Beestenmarkt, doch één nl. op
:t en omgeving.
raaien er drie interpellatios aan de
rvan nog een in de middagzilting, nl.
'I leere Eerdmans, „inzake het niet on-
■e^ uitvoeren van het Raadsbesluit van
ber 1921, waarbij aan de Eerste
Schoolvereeniging de Plantsocnsohool
gedeeltelijk word aangeboden." Zon-
gpraak waarschijnlijk van één ander
dan de heer Eerdmans, mogen we
dat wethouder v d. Lip zijn beleid
rolkomen beeft verdedigd B. en W.
bedoeld besluit uitvoeren, doch eerst
de reorganisatie van het onderwijs is
voor dien kunnen zij niet een school
[gedeeltelijk vrij maken. En wij verna-
iss! die reorganisatieplannen op het oogen-
Plaatselijke Schoolcommissie zijn.
begin van de Raadszitting werd voor
van de Eerste Leidsche
eeniging om gelden ter beschikking te
hot perceel Noordeinde 1 in te
oor schoolgebouw in plaats van de
Bchool. Dit adres is in handen go-
B. en W. om prae-advies welk
»3, zooals vanzelf spreekt, ook eerst
als betreffende de reorganisatie-
ist is, als m. a w. bekend is, of
N wenschool geheel of gedeeltelijk kan
emist. Wij lazen gisteren in de „N.
dat genoemde schoolvereeniging reeds
laatst bewoond door mevr. Wicbers-
:hem, beeft aangekocht. Dit is dan
geschied geheel op eigen risico. En
sn niet veronderstellen, dat aan het
vereeniging officieus een wenk
het er maar op te wagen. Wij
o'komen vertrouwen er in. dat het
lui! van 19 December 1912 loyaal door
zal worden uitgevoerd en wij sluiten
bij de aan den wethouder van onder-
Bt verband gebrachte hulde. Aan het
'verzoek van wethonder v. d. Lip, om,
indienen van een motie, waarin het
n den wethouder wordt afgekeurd, een
van den Raad uit te lokken, werd
olg gegeven door den heer Eerdmans,
liet aangename tegenstander is.
ie andere interpellaties liepen ook af
ai staart! Wij mogen verder, volstaan
pet uitgebreide verslag van de avond-
verwijzen. Alleen nog zij onder de
R- gebracht de houding der sociaal-de
stemden tegen het* afbreken
aantal krotten.... De Communist was
iter democraat, evenals heel het niet-
N Raadsleden!
gemeenteraad.
(Vervolg).
Avondvergadering,
erpellatie van den beer van Eek fn zake
Burgemeester en Wethouders tot de
fi! ambtenaren gerichte verzoek, om hun
a verstrokken van alle functies door
^-ambtenaren vervuld,
van Eek zegt, dat krachtens art.
verordening op de rechtspositie van
maren een opgave is gevraagd van
acties. Spr. is geen voorstander van,
TADSNIEUWS
FEUILLETON
geheimzinnige Derde.
door
WILLIAM HOLT.
KNadruk verboden).
degene, die zijn dood moest w"en-
1 ,«iemand anders dan Evan, de zoon
il; n proffessor. Deze immers wilde
len> dat hij zich schuil gehouden
ea men hem nog op reis dacht in
ïienka. En had hij zelf niet ge-
Ft n'e'" oeioofdo, dat de onbe-
ewogen zou kunnen worden daar-
zwijgen. Welnu thans behoefde
•t meer, den onbekende was voor
net zwijgen opgelegd.
as vreeselijk. Frits Werner zou
er willen dan te gelooven, dat
I vaQ Alice onschuldig was. Maar
misdaad deed zijn gelo:»f in
iijU f. Ar&Q I2van we^er wanko'cn.
i it onmogelijk aannemen, dat
ezen nieuwen moord niets zou
-iJ18 Eran daa ^ch do misdadi-
ii 7i°hr 7an Gielen hem hield En
niei,?-j vorigen dag door hem
lil il Werner was weder ge-
as h ooven- Hij walgde van alles
m alsof hij ecnigszirs mede-
e «f clea IQoord np den on-
h'itr 1 men bem mede verant-
tl rn i ,s^el'cn allhans voor deze
cP7„e, lle^ al'cs niet een kwade
!Schiedcn?s? geheimzinni^e en bloc'
dat de aniblcnaren allerlei bezoldigdo functies
vorvullon, maar in liet laatste lid staat dat ook
do vervulling van nict-bezoldigde functies verbo
den kan wordon. Nu hangt hior alles af van do
wijzo waarop deze bepaling wordt toegepast»
Als iemand van allerlei functies do hoofdzaak
maakt is hot duidelijk dat daartegen bezwaar
wordt gemaakt, maar overigens moet icflor vrij
blijven zijn vrijen tijd te gebruiken 2ooalr bij
dit wcnscht. Nu hebben B. on W. een opgaaf
gevraagd van alle functies, agentschappen, be-*
stuursfuncties, ouderlingschap enz. Ook natuur
lijk bestuursfuncties van politieke lichamen. Dit
acht spr. een bezwaar. Spr. heeft geon en
kele reden om hot collego van B. on W. op dit
gebied te vertrouwen.
In elk geval bestaat bij sommige «ambtenaren
de vrees, dat zij hiervan bezwaren zullen onder
vinden en in hun promotie zullen worden bena
deeld. zij 't niet van do zijdo van B. on W. dan
toch door hunne superiouren. 't Gevaar bestaat,
dat de ambtenaren op dezo wijze onder een ze
kere curateclo komen. Daerom vraagt spr. welke
bedoeling hebben B. en W. gehad.
De V o o r z. zegt, dat de heer van Eek den
indruk heeft gegeven, dat hij toen bij de inter-*
pellatie aanvroeg niet wist dat art. 26 bestond.
De zaak is heel eenvoudig. Dit art. is gemaakt
om te voorkomen, dat zich bij bopaalIe p'-rso*
nen allerlei functies zouden ophoopen. Aan dit
art. werd niet de hand gehouden en daarom is
hier even de aandacht op gevestigd. Dat is de
heole zaak. De hoer v. Eek spreekt van bestuurs
functies, maar dat zijn toch geen geheimen? Oo
zaak heeft geen andere beteekenis dan van hot
aantal functies dat de ambtenaren beklcoden
op do hoogte te blijven. Spr. leest den brief door
B. on W. verzonden voor. evenals een brief door
een der hoofden van dienst verzonden.
De heor v. Eek zogt dat de burgemeester lo
zaak heel onschuldig voorstelt, maar de gevolgen
kunnen zeer bedenkelijk zijn.
Do V o o r z. Dat is hier niet aan de orde. U
vraagt, na.ar do redenen waarom de opeavc-n zijn
gevraagd.
Do heer van Eek zegt, dat dit niet noodig
was. Spr. meent, dat hior voor de ambtenaren
groots govaren kunnen bestaan. Niet voor be
stuursleden van den Vrijheidsobnd, natuurlijk,
maar wel voor bestuurders van een moderne
vakorganisatie. In elk geval bestaat bij
6ommige ambtenaren de vrees dat hiervan mis
bruik zal worden demaakt.
De V o o r z. Maar eon bestuurslidmaatschap ia
toch geen gohoim.
Do hoor van Eek meent niettemin dat op
doze wijzo do verordening verkoord wordt toe
gepast.
Do heer Knuttel zegt dat de critiok hier
oigenlijk' moet gaan tegen de verordening. Toch
acht spr. de aanschrijving niet goed. De veror
dening beslaat sinds 1917, maar waarom wordt
daaraan nu de hand gehouden? Wat zit daar
achter? Da verhouding in het college van B.
on W. of houdt hot verband met bezuinigings
plannen?
De hoor v. d. Lip, Woth., zogt, dat de hoer
v. Eek vergeet dat de ambtenaars v e r p 1 i ch t
ziju van hunne functies modcdeeling te doen.
Spr., hoewel aanvankelijk tegen de verordening,
heeft op deze zaak de aandacht gevestigd, toon
hem bleek dat hieraan niet de hand werd gehou*
den.
Heeft men bezwaar, dan moot men niet inter-
pelleeren, maar voorstellen die verordening te
wijzigen.
Bij nict-uitvoering zou or reden zijn B. en W.
te interpelleeren.
De heer Heemskerk juicht de aanschrij
ving toe. Als gewacht werd tot. iemand te veel
functies vervulde, dan zou dit een minder aan
genaam en in een bepaald geval zelfs een pijnlijk
karakter kunnen krijgen.
De heer Knuttel bostrijdt den heer Heems
kerk.
Do heer v. Eek kondigt een voorstel tot wij
ziging van de verordening aan.
De interpellatie wordt gesloten.
15. Interpellatie van don heer van Eek in zake
het niet beschikbaar stellen van de Stads-Gc-
hoorzaal ton bohoove v?.n de 1-Moi-viering.
Do hoer v. Eek zogt, dat in het algemeen
over weigering van de Gehoorzaal niet behoeft
geklaagd te wordon. Alleen in een jaar als do
jaardag van de Prinses wordt gevierd op 1 Mei
zijn er moeilijkheden. Zoo is reeds het vorig
jaar de Gehoorzaal aangevraagd. B. on W.
antwoordden dat dit bet volgend jaar moest ge
schieden. Do zaal is toen gevraagd op 31 Dec.
maar hot antwoord was dat de zaal aan de Chr.
Oranjovoreeniging was verhuurd.
Spr. is door dezo houding teleurgesteld. De
Oranjevoreeniging viort toch den verjaardag van
dc Prinses niet op 30 April maar op 1 Mei.
't Spreekt vanzelf dat men zulk een verjaring
Maar wie was de man, die hedenmorgen
uit het water was opgeviseht. Niemand
kendo hem, niemand wist vanwaar hij
kwam en de politie hoopte wel-dit spoe
dig to ontdekken, maar Werner geloofde
niet, dat haar dit zou gelukken.
De politie trouwens had niet het minste
idee, dat de nieuwe misdaad, die er ge
pleegd was, in eénig verband kon staan
met de zaak Evan. Hij kon den naam van
den vermoorde weliswaar niet noemen,
maar dat kon hij toch wel medcdeelcn.
Eu ccnige oogenblikken had Werner wer
kelijk aandrang om dit te doen. Hij had
het wel willen uitschreeuwen: ik heb met
dit alles niets te maken, ik wil in geen
enkel opzicht meer iets te maken hebben
met degenen, die voor dit alles op eenige
wijze verantwoordelijk gesteld kunnen
worden. Maar dan dacht hij aan hot
meisje, dat hij liefhad, aan Alice Evan.
Wie dan ook schuldig mocht zijn, Van Gie
len of Evan, of misschien beiden, dit was
toch zeker, dat zij met dit alles niets te
maken had, dat zij van dit alles niets
wist. En juist om haar was het, dat hij
niet builen dit alles blijven kon, dat hij cr
zich wel moo bemoeien moest.
Evenwel de medeplichtige worden van
wie ook, dat wilde hij niet. Zijn taak was
het Alice te besohormen, meer niet. Ten
slotte was het zijn werk niet den waren
schuldige op te sporen, hij kon dit aan de
jus'it ie overlaten.
Frits Werner ging naar het bureau van
zijn courant en zocht er den hoofdredac
teur in zijn privé-kantoor op.
Deze begroete hem vriendelijk.
„Welnu, Werner", vroeg hij, „hebt ge
wat nieuws?"
liefst op den dag zelve viert, maar men was. nu
toch aan het verzetten, zoodat er geen reden
was, de S. D. A. P. de zaal to weigeren.
Spr. uit hierover zijn teleurstelling. Eij g<=b
looft niet, d,at de verjaardag van de Prinses ala
oen nationale feestdag kon wordon beschouwt.
Daartegenover stelt hij den 1 Mei-dag, die niet
door millioenen, maar door tientallen millioenco
wordt gevierd.
De heor Oostdam: waar haalt u die van
daan?
De heer Groene void: dat zult u wol zien.
"Do heer v. Eek wijst er voorts op, dat hier
geon andere groote zaal ia, terwijl de Chr.
Oranjc-vereeniging wol oen dor vele kerken kan
krijgen.
Spr. ia in verband hiermede bevreesd, dat
nu ook de normaio 1 Mei-optocht zal worden
verboden.
Hot ligt in do bevoegdheid van den Burge*
meester een optocht to vorbioden, maar wanneer
men op deze wijze conflicten wil voorkomen,
dan bogceft hij zich op een zeer gevaarlijk stand*
punt. Door een geregelde vergadering en oen
geregelde optocht te verbieden, worden, naar spr.
vreest, conflicten uitgelokt. Men mot altijd
voorzichtig zijn, minderheden te zeer neer te
drukken. Hij dringt op een meer tegemoetkomen*
de houding aan.
De Voorz. zal zeer kort antwoorden. Als de
verjaardag van de Prinsea op Zaterdag valt,
wordt die dag doör heel het land op 1 Mei ge
vierd.
Spr. zegt voorts, dat de zaal niet gewei*
g e r d is. Wiegeren ts, zeggenge krijgt do zaal
niet. Als er twee zijn, moet or oen worden te
leurgesteld. Nu de prioriteit. Do Chr. Oranjo
voreeniging hooft oerst gevraagd. Zij is editor
ovenals do S. D. A. P. naar het volgond jaar
verwezen. Bovendien, de zaak is niet zoo, dat,
wie 't eerst vraagt do zaal krijgt, maar wol, wie
daaraan het meest behoefte heeft. Stel dat op
30 April de varjaardag van de Prinses gevierd
wordt, dan zou do Chr. Oranje-voreeniging op 1
Mei zoker niet aan de beurt zijn. Nu is zaak,
dat op 1 Mei door heel het land de verjaardag
van do Prinses wordt gevierd en het ligt dus
voor de hand, dat de Oranjc-vereeniging op dien
dag de «zaal krijgt. We wonen nu eenmaal i-i oen
Koninkrijk. In Frankrijk zou de zaak heel an*
ders slaan. Spr. meent dat de getroffen rogeling
zeer billijk is.
De hoer v. Eek heeft ook nog gesproken van
optochten, maar hij weet heel goed, dat in een
geval als dit die optocht nooit is toegestaan.
Spr. betreurt het, dat do hoor v. Eek, die begint
mot do houding van spr. in het algemeen toe te
juichen, oindigde met oen bedreiging. Daarvoor
was toch allerminst reden.
De heer v. Eek gelooft niot dat het noodig
is hier lang over te praten, maar het is toch
wel goed dat 't standpunt van de minderheid ook
eens belicht wordt. Wat spr. aan hef slot zeide
was niet bedoeld als -bedreiging, maar alleen om
aan to gevon welko geost bij oen groot doel dor
bevolking heerscht.
De heer Knuttel zegt, dat het hier een
kwestie van m a ch t is. Als de 1 Mei-viering
een meer algemeen karakter kreeg, zouden de
leden van do Chr. Oranje-vereenging vanzelf wjl
terug krabbelen.
De heer Oostdam zegt, dat men or hier
pen rekensommetjo van maakt. De zaak is-ech
ter dat tegenover de Soc. Dom. en die het met
hen eens zijn allen staan, die opkomen voor
het wettig gezag.
Do Voorz. zegt dat het hier niet is een zaak
van meerderheid of minderheid, maar van billijk
heid. Er is één zaal, en dus moet er bij meer*
dore aanvragen een keus worden gedaan.
Do heer V. Eek: men kan toch een kork krij
gen?
Do hoer Wilbrink: U bent toch geen
kerkmeester?
De heer H u u r m a nHoe weet u dat?
Do Voorz.: Laat mij nu oven uitspreken;
straks kunnen de heeren dan naar hartelust te*
gen olkaar kraaien, (gelach).
Spr. zet vorder nog uiteen, dat hij er niet aan
denkt steeds do meerderheid te volgen.
De heor Knuttel betoogt nogmaals, dat het
hier een kwestie van macht ia. Dit is een algo-
meon geldende historische werkelijkheid.
De interpellatie wordt gesloten.
16. Verordening tot wijziging van de veror*
dening van 7 Februari 1921 (Geia.Blad No. 7),
regelende de samenstelling en irrichting van de
Plaatselijke Schoolcoramissio.
Do verordening wordt geadgekourd. j 1
17. Voorstel:
a. tot wijziging van de verordening van 19
September 1921. regelende de heffing van
schoolgolden aan de 6cholen te Leiden, waarin
openbaar ve - 1 :js wordt gegeven;
„Neen mijnheer", antwoordde hij, „en
ik zal u ook niet meer nieuws omtrent
de zaak Evan kunnen aanbrengen."
„Kom. kom, dat klinkt toch al te pes
simistisch. Je hebt in deze prachtig werk
geleverd én de eerste dagen is het je erg
meegeloopen. Ik kan me begrijpen, dat je
in jeugdig enthousiasme gemeend hebt,
dat dit in hetzelfde tempo zou doorgaan.
En nu dit niet gelukt, nu ge voor onver
wachte moeilijkheden komt te staan.voelt
ge u teleurgesteld Dat is volkomen be
grijpelijk. Maar ge behoeft daarom den
moed nog niet op te geven".
„Pardon, mijnheer," antwoordde Wer
ner, „u begrijpt me verkeerd. Ik wil vol
komen eerlijk tegenover u blijven en daar
om kom ik juist hier. Ik heb u beloofd,
dat ik alles zou doen om van deze geheim
zinnige zaak voor de courant zooveel mo
gelijk te maken. En u loeft dus in de ver
onderstelling dat ik dit ook zal doen".
„Ja natuurlijk doe ik dat".
„Juist, ma.ar daarom kom ik nu hier om
u te zeggen, dat ik mijn woorden terug
neem. Ik verzoek u mij van mijn werk
te ontslaan".
De hoofdredacteur van „Het Eerste
Nieuws", zag zijn ondergeschikte verbaasd
aan.
„Heb ik goed verslaan", zeido hij, „gij
zoudt het zoo mooi begonnen werk wil
len neerleggen. Maar dat ware toch al to
dom. Waarom wilt ge dat?"
Frits Werner haalde de schouders op.
„Ik kan u daaromtrent geen naderen
uitleg geven", zeide hij, „het werk staat
mij tegen".
„Zoo, dat is dan nog maar sind3 kort
het geval. Wat is cr gebeurd, dat u zoo
b. tot opnieuw vaststelling der aldu3 gewij
zigde verordening.
De hoor Groenevold zegt, dat het met
hot vervolgonderwijs nog niet gaat zooals hot
moet.
Hij wil daarom een wijziging voorstellen, en
wel zoo, dat 20 conls per maand betaald wordt
van con inkomen van f 1500— f 2000.en bij
een inkomen beneden f 1500.—" niete.
De heer v. d. Li p, Weth. stemt toe, dat kot
wenschclijk is, beletsels zooveel mogelijk weg te
nomen. Hij meonde echter, dat het al bijzonder
gemakkelijk gemaakt is: 40 cont per maand,
20 cent en niets.
Dat is toch al heel weinig vooral als mea
rekening houdt met het feit, dat er kindoren bij
zijn die zelf al verdienen. Dat is een zeor billijke
regeling, maar hier zijn nu eenmaal ledon, die
nooit tevreden zijn.
De heer Groeneveld blijft zijn voorstel
handhaven.
De heor v. d. L i p, Weth. wil gaarne de be
langstelling in het onderwijs vormeerderen. Maar
dit middel lijkt hem al zeer ongeschikt. Hij kan
het amendement niet aanbevelen.
In stemming gebracht werd het amendement
verworpen met 16 togen 9 6temmen. Voor
do heoron Knuttel, Sijtsma en do Soc. Democra
ten.
De heer Groenevold wil hot woord over
de houding van den lieer F. Eikerbout.
De Voorz. kan dit niet toestaan.
De verordening wordt vervolgens opnieuw
vastgesteld.
18. Voorstel tot voorloopige vaststelling van
de subsidie voor 1922 aan het genootschap
„Mathesis Scientiarum Genitrix.'1
Goedgekeurd.
19 Voorstel:
a. tot beschikbaarstelling van gelden ten be
hoeve van de bijstorting op de aandeelen der
gemeente in de Gemeentelijke Crediotbank
(Bank voor Nederl. Gemeenten)
b. tot deelneming voor 20 aandeelen in het ka
pitaal der Bank voor Nederlands-die Gemeen
ten;
c. c.q. tot beschikbaarstelling van golden
voor de storting van 40 pet. cp dc sub b bedoel*
de aandeelen.
Goedgekeurd.
20. Voorstel:
a. tot onbewoonbaarvorklaring van de per*
ceelen Wernershof Nos. 1, 2, 3, 4f, 6, 7, 8.
9. 10, '11, 12 en 13, Ferdinand Wornerspoort
Nos. 1, 2, 3 en 4, Willem Frderikspoort Noa.
1. 2, 3, 4, 5, 6 on 7 en Paradijssteeg No. 58;
b. tot niet-onbowoonbaarverklaring van de
perceelen Sophiastraat Nos. 1, 2, 3, 4 en 5.
De heer Dubboldeman 6telt voor de
behandeling uit te stellen. Spr. licht dit voorstel
toe, waarbij hij er op wijst, dat verschillen le
vroeger onbewoonbaar verklaarde woningen nog
bewoond worden, sommigo zelfs door twee en
drie gezinnen. Do gezondheidscommissie l eeft
hieromtront een rapport uitgebracht en spr. acht
het gowenscht dat de Raad daarvan kennis
neemt. Wat hier wordt voorgesteld is een pa
radepaard, con gebaar, dat niets beteekent zoo-*
lang geen nieuwe woningen gobonwd wordon.
Wordt het voorstel van spr. aangenomen, dan
is daarmco niets verloren, daar de woningsa
voorloopfg toch niet ontruimd kunnen worden.
Spr. botoogt voorts, dat uit dit 6tuk ook weer
blijkt dat B. en W. met de woningtoestanden en
het woningtekort niet op de hoogte zijn. Bij een
door do Focloratie van Woningbouwverenigingen
ingesteld onderzoek is gebleken dat 142 gezin
nen inwonen, bij menschen die een eengezins*
woning bewonen. Bovendien zijn er nog, lie
door meer gezinnen bewoond worden terwijl een
groot aantal menschen niet kunnen huwen om
dat geen woning beschikbaar is. Spr. mcout
daarom dat het boter is mot onbewoonbaarver.
klaring to wachten, tot we weten welke voor*
eteBeu de Gezondheidscommissie hooft te doen
om in het tekort te voorzien.
De heer Huurman begrijpt niet, welk be
zwaar er is met het voorstel meo te gaan. Waar*
om moet op het rapport worden gewacht? Dat
is niet duidelijk gemaakt.
De heer de Lange weth. zegt dat do hoer
Dubbeldeman ontijdig vooruit loopt op diens bij
de behandeling der begrooting gedane voorstel.
Spr. acht het geen ramp als het voorstel van
B. on W. wordt aangehouden, maar toch moet
hij aanhouding ontraden.
Do zaak ia, dat we vandaag niet weten wat
morgen geschieden zal. Het vorig jaar meonden
B. 'in W. dat het aantal workelijk onbewoon
bare woningen met ccnige vormoerderd kon wor*
den. Er waren toon nog geldon voor woning*
bouw boschikbaar. De gezondheidscommissie
heeft toen eenige woningen aangewezen on nu
hebben we hier een aantal woningen, die toch
te eeniger tijd moeten verdwijnen. Worden ze
geheel van opinie heeft doen veranderen?
Wilt ge het mij niet toevertrouwen?"
„Ik kan het u niet zeggen, mijnheer,
maar ik wil u niet bedriegen. Het zou mij
gemakkelijk zijn met mijn onderzoek
voort te gaan en als ik iets ontdekte ge
heim te houden, maar dat zou tegenover
u niet eerlijk zijn. En daarom nogmaals
verzoek ik u een ander met mijn werk
lo belasten".
De hoofdredacteur leunde in zijn bu
reau-stoel achterover en zag Werner
eenige oogenblikken bedaard aan.
„Welnu mijn waarde", zeide hij, „zal
ik u eens zeggen wat het is. Gij hebt iets
notdekt, wat gij om dc een of andere
reden meent niet te mogen publiceeren.
Welke die redenen zijn weet ik natuur
lijk niet, misschien zijt go van oordeel,
dat vriendschap u verbiedt te spreken,
misschien is het wat anders. Ja zie eens,
dat is lastig geval voor u, ik begrijp dat
volkomen. Als gij tot de justitie behoorde
zou uw ambtseed u verplichten te spre
ken, zelfs al waren uw ontdekkingen be
zwarend voor uw eigen vader of uw eigen
broeder. Zoo zou men ook als journalist
feitelijk zijn taak moeten opvatten, maar
het onmogelijke mag men van niemand
vergen. En als gij dus verzekert: ik kan
en ik wil dat niet, ja, dan hebt go gelijk,
dat ge mij dit eerlijk komt vertellen".
„U is een groot menschcnkenner, mijn
heer", zeide Werner, „ja, ik kan u dit wel
zeggen, het is iets dergelijks als u ver
onderstelt. Ik heb inderdaad het een en
ander ontdekt, dat mij huiveren doet voort
te gaan met mijn onderzoek. Ik ken den
schuldige nog volstrekt niet, rnaar ik weet
dingen die tegen sommigen zeer bczwa-
obwoonbaar verklaard, dan wordt toch dit bo*
reikt, dat ze bij ontruiming niet weer wordon
betrokken. Nu wil hot geval, dat een aantal
van deze woningen a.e. Vrijdag wordon verkocht,-
Door onbewoonbaarverklaring voorkomen we,
dat ze veel te duur worden verkocht.
Do heer Dubboldeman: Dat moeten ze
zelf weten.
De heer de Lange zegt voorts, dat de be«
doeling Yan do Gezondheidscommissie niet is het!
rapport te laten drukken. Bepaalde voorstellen
worden daarin trouwens niet gedaan. De bedoe*
ling is blijkbaar geweest een volledig ovorzicht'
te verkrijgen. Het ia geweest een informatin
van B. en W. en spr. begrijpt dus niot, waarom
de heer Dubbeldeanan zoo stellig verwacht dat
het gedrukt zal worden.
Hierbij komt nog, dat we ons hebben te hou*
don aan do Woningwet, die bij voorstellen in*
zake onbewoonbaarvorklaring een beslissing
binnon 3 maanden voorschrijft. Die termijn is
roods verstreken. Spr. komt tot de conclusie dat
hot voorstel-Dubboldeman niet moet worden aan*
gonomen. Wat de hoer Dubbeldoman oveiigens
heeft gezegd, komt vanzelf aan do orde, als diens
voorstellen hier ter tafel komen.
De heer Dubbeldoman repliceert, waar*
bij hij o.m. or op wijst dat de gemeente wonin»
gen afbreekt zonder daarvoor andere woningen
in de plaats te stellen. (Lichtfabriokcn en Bran*
dewijnsteeg). Onbcwoonbaarverklaring hoeft
geen zin. Als oen afgekeurde woning open komt
kruipen do menschen er oven goed in. 't Is zelfs
voorgekomen dat de gemeente zelf onrewoonT>af
verklaarde woningen woor opkalifaterde.
De heer Huurman zegt, dat men t doet
voorkomen alsof er geen gemeente in Nederland
ia waar 't zoo erg is als in Leiden. Laat men
eens in Amsterdam kijken. Daar ia 't 10 en 20
maal zoo erg. Spr. begrijpt niet de oppositie
tegen het voorstel van B. on W. Welk bezwaar
ia daar toch tegen? Spr. 6tolt voor het voorstel
van B. en W. aan te nemen.
De heer Knuttel ziet geen enkele roden
voor uitstel. De eisch van woningdistributie
wordt door afkeuring meer klem bijgezet.
De heer de Lange weth. begrijpt niet den'
tegenstand van Soc. Dem. zijde tegen dit vooc*
stel. Ala we nu niet bezig waren 550 niouwt
woningen te bouwen, stond de zaak anders Men
bestrijdt dit voorstel met het argument, dat wel
20 maal zooveel woningen moeten worden &fg>*
keurd. Maar waarom dan niet een eerste stap
in deze richting te doen?
De heer Dubbeldeman antwoordt nog
in don broede, waarbij liij er op wijst dat do
menschen, die in de krotwoningen huizen, voor
bewoning van nieuwe woningen absoluut niot
geschikt zijn. (Protesten. De heer Knuttel
roept: Wat wordt-ie aristocratisch). De waarde
van de woningen zou daardoor snel dalen.-
(Rumoer).
Het voorstel Dubbeldtman in stemming
gebracht p/ordt verworpen met 19 tegen 7
stemmen, dio van de Soc. Democraten.
Thans komt aan de orde het voorstel van
en W.
De heer Dubboldeman spreekt er zijn
verwondering over uit, dat B. en W. niet mot
het voorstel van de Gezondheidscommissie meo
gaan, maar voor 6ommige woningen nog oen
uitzondering maken. Spreker gelooft niet dat
hier verbetering moge'ijk is.
Do heer De Lange, weth., begrijpt er nu
heelemaal niets meer van. Het is nu weer pre
cies het tegenovergestelde. Er is voor enkele
woningen een uitzondering gemaakt omdat dio
nog voor verbetering vatbaar zijn en wo zeer
voirzichlig moeten optreden.
De beer v. Stralen meent, dat B en W.
een beteren weg hadden kunnen volgen, om be
doelde woningen meer bewoonbaar te maken»
Do Woningnoodwei geeft toch bevoegdheid, de
woningen op kosten van den eigonaar op te
knappen.
De heer Huurman wijst er op, dat lal van
woningen op aanschrijving van B. en W. ver
beterd zijn. Wordt gedaan wat de beer v. Stra
len wil. dan bcloopen we de kans, dat men aan
onbcwoonbaarverklaring de voorkeur geeft. Eu
gaat de gemeente verbouwen, dan zullen do
kosten komen ver boven do waarde. De Wo-
ningnoodwet heeft een heel andere bedoeling.
Do heer Dubbeldeman repliceert.
Do heer De L a n g o zegt, dat de Woning
wet het richtsnoer is om te komsn tot verbete
ring van woningtoestanden De noodwet heeft
betrekking op zeer bijzondere omstandigheden.
Eerst moet het norraalo wapen beproefd
worden en daarna komt het abnormale
aan do beurt.
Het voorstel van B. en W. in stemming go-
bracht wordt z. h. a aangenomen.
De Voorz. stelt voor het volgen Ie punt aaai
to houden.
Aldus besloten
rend zouden zijn. En ik lean, ik \vil dr ver
antwoordelijkheid niet op mij nemon dio
l-o publiceeren, met do groote - kans, dat
daardoor personen, die misschien toch ge
heel onschuldig zouden blijken daardoor
onaangenaamheden en wellicht veel erger
zouden ondervinden."
De hoofdredacteur glimlachte.
„Welnu", zeide hij, wat meent ge van
mij, ik verlang volstrekt niet dat gij lot
ontijdige publicaties zult overgaan. Na
tuurlijk voor ons blad is niets wenschc-
lijker. dan dat den lezers zoo spoedig
mogelijk onthullingen gedaau kunnen
worden. Maar on.se courant is geen sen
satieblad, dat len koste van eenen goeden
naam van anderen zou trachten zich
lezers te winnen cn het publiek te -vol
doen. Daarom zeg ik u, ga rustig door met
uw werk en pas als ge meent met vol
komen zekerheid te kunnen spreken, pas
dan behoeft ge dat to doen. Maak u dua
geen bezwaren, Werner, ik vertrouw lï
volkomen."
„Mijnheer", antwoordde Werner, „het
i3 nog anders dan u meent. Dc mogelijk
heid bestaat, dat ik zeer beslist zou welen,
wie de schuldigen zijn aan den moord op
den professor, dat ik den moordenaar mcb
den vinger kon aanwijzen on dat ik toch
dit niet zou doen."
„Jonge man," zeido de ander met
zekeren nadruk, „dat zijn heel onvoor
zichtige woorden, dio gij spreekt. Als dat
waar was, zoudt ge u in zeker opzicht
medeplichtig maken met de misdadiger^
die gij voornemens waart op le sporooi
(Wordt vervolgd.) I