,|s Utoto Ciuraat"
Tweede Blad.
Be ZeerööYers uit liet Oosten.
Zaterdag !5 Januari 1921
„Arti et Religioni".
Met 'n bijzonder .genoegen wijzen wij o,n-
ee lezers in stad en omgeving op de
uitnoodi-ging van „Airti et Religioni" op an.
Vrijdag in de Stadsgehoorzaal te 8 uur.
Wij doen zulks met 'n bijzonder genoe
gen, omdat wij er van overtuigd zijn, dat
niemand, die in een aansporing onzer
zijds een aanleiding zou vinden het invita
tie concert van a.s. Vrijdag .te bezoeken
spijt van dien avond zal hebben integen
deel, hij zal moeten erkennen, te hebben
genoten
Met aandrang willen wij uitnood-igen tot
bijwonen van bedoelde uitvoering, om ver
schillende Tedenen. Wij zullen er aioemcn.
Eerstens: .Het is de uitvoering van
„Die dalvroszeilen" v. Jos. Haydn. „Die Jah-
rcszeiten" 't Is al meer uitgevoerd hier,
maar ook en zelfs vódral voor hen, die 't
al meer hebben gehooid, is deze zang en
muziek een genot. „Die Jahreszeiten"
Daarin worden als in het heerlijkste pano
rama uitgespreid alle sehoonkeids-ontroe-
ringen van de mcnschelijkc ziel. „Die Jah-
reszciten" Zoolang er menschen zullen
eijn, ontvankelijk voor het waarachtig
Bc-hoone, zoolang -zal ee.n geniale schep
ping van den menschel ij ke il geest, als deze
an cere en waar.deering blijven
Maar niet alleen om w a t er zal worden
uitgevoerd is het bijwonen van dit concert
aan .te I>evelen, ook om de manier,
waarop het zal geschieden.
Tweed ens: De vereeniging „Arld", den
iaatsten tijd krachtig vooruitgegaan (1G0
dames- en heerenlcden), met medewerking
van het Residentie-Orkest, en een drietal
bekende solisten, zal „Die Jalireszeatea"
uitvoeren. De namen der solisten worden
hier nog eens genoemd. Mej. Mia Pelten-
burg, sorpaan, Haarlem, de heer T. H. 'de
Groen, tenor, Don Haag, de heer Jac. Caro,
bas, Utrecht.
De directeur vaar „Arti", de heer Aug.
Smets, uit Den Haag, mag ook met eere
genoemd.
En dan is er nog een de rde reden, die
ons de uitvoering van „Arti" zoo sympa
thiek maakt sympathiek boren andere
uitvoeringen of concerten.
„Arti" is een Katholieke vereeni
ging.
En daarom heeft Katholiek Leiden ver
plichtingen aan „Arti".
En daarom moet een uitvoering van
„Arti" altijd een volle Stads zaal trekken.
Altijd zeker als 't is een uitvoering, die
al reeds op zichzelf beschouwd ten krach
tigste mag worden aanbevolen.
Op een avond van „Arti" anoet worden
getoond door de Katholieken, dat zij een
streven van Katholieken om in en Katho
lieke vereenigin,g waarachtige, veredelende
en verheffende kunst te geven, waardeeren
en op prijs stellen er erkentelijk voor
zijn
Van geestelijken-zijde heeft „Arti" de"
krachtigste medewerking. Reeds enkele
jaren maakt een priester deel uit van. het
bestuur sedert eenige maanden beeft
de vereeniging den krachtagen steun mogen
erlangen van den Zeereerw. Heer Pastoor
Hafkensclieid, als geestelijk bestuurslid.
Maar ook van leeken-zijde mag do daad
werkelijke sympathie niet achterwege blij
ven.
Wie daartoe geschiktheid bezit worde
lid van „Arti".
Wie ©enigszins daartoe 'in staat is melde
zich aan als donateur.
Wie lid noch donateur is, beginne al
thans snet een kaart -te k-e"open voor
Vrijdag 21 Januari.
Zou in Leiden een uitvoering van „Die
Ja bres zei ten" door een Katholieke vereeni-
ging niet de Stadsza-al vol Katholieke
ikuustminnaars doen stroomen? Ja dat
moet
Daar velen onzer lezers niet langer wil
len aarzelen, om een kaart voor a.s. Vrij
dag te koopen, zij er ook aan herinnerd,
dat. kaarten verkrijgbaar zijn bij de leden
en in den Boekhandel van den heer H. J.
Dieben, Maarsmanssteeg 9, waar ook
tekstboekjes met Hollandsche vertaling
verkrijgbaar zijnen dat er gelegen
heid voor plaatsbespreking is a.s. Zondag
(morgen) van 122 uur aan de Stads zaal
(ingang Aalmarkt), waar ook kaarten en
tekstboekjes verkrijgbaar zijn, daarna tot
Vrijdagmiddag 1 uur in den Boekhandel
van den heer H. J. Dieben, Maarsmans-
6teeg 9.
FEUILLETON
35)
Toen was zijn Lijden nameloos
geweest. Het was alsof hij aan
een kruis was genageld, en of zijn gauscho
lichaam maar een wonde was. Hij herin
nerde zich thans nog duister, dat hij om
hulp had geroepen; helaas! de toestand van
iemand, die leVend begraven is, die in de
kist weer tot zichzelven komt, om dan
eerst wanhopig door verstikking te ster
ven, kan niet schrikkelijker zijn dan zijn
toestand was.
„ïk dacht aan mijn goede moeder," dus
eindigde hij, „aan u, edele graaf, en ook
recht levendig aan u, Eugenia; toen brak
mijn hart; toen voelde ik wat sterven is,
sterven in de jeugd en zoo heel verlaten".
Hij zag de tranen van den mededoogen-
üen grijsaard en der gravin vloeien, stond
in een vlaag van geestdrift op en maakte
luid en plechtig, terwijl hij zijn rechter
hand in de hoogte hief het voornemen, dat,
daar God hem door zulke edele zftlen ge
holpen had, hij niet zou ruston, voordat hij
de booswichten zou geloond hebben naar
bun werken.
w Thans viel het gesprek op Eugenia's
De R. K. Leergangen.
Heden had de installatie plaats van den
nieuwen Rector dei- R.-K. Leergangen' te
Tilburg dr. Th. J. Goossens.
De voorzitter van het Curatorium,' mx. A.
baron van Wijnbergen, hield daarbij een
rede, waaraan het volgende 'is ontleend:
De beteekcnas van het Katho 1 iek
O n dT e r wij s.
Met bewonderenswaardige©. ijver is tien
tallen jaren lang door de Katholieken van
Nederland nagestreefd, dat alom de ouders
die lte>t verlangden, voor hun kinderen een
plaats zouden vinden op een Katholieke
lagere school.
En wij weten, op welke wijze God dien
arbeid heeft gezegend, met welk heerlijk
resultaat dat. streven, is bekroond.
Toch is met het volbrengen van den leer
plichtigen leeftij dhet kind allerminst vol
leerd, #i? opvoeding allerminst voltooid.
Juist in de jaren daarna heeft het kind
leiding aioodig, juist, in die jaren worden
karakter en wil gevormd^ juist dan wordt
hl het hart de grondslag gelegd van het
goede of van het kwade. Van de leiding
ia die-jaren zal het veelal afhangen, in
welke richting het kind zich zal blijven be
wegen, levenslang.
Voor degenen derhalve, die het wen-
schcn, is het dringend moo-dig, dat. ze
na de lagere school een Katholieke onder
wijsinrichting kunnen vinden.
Is het woord eenmaal door pastoor darijs
z.g. tot mij gesproken, zoo volkomen waar
„wié een lagere school sticht, doet goed,
wie een patronaat sticht, doet beter", even
zeer is het waar, dak hoe groot de betce-
keiids onzer lagere school moge wezen, de
Katholieke school voor middelbaar of
voorbereidend hooger onderwijs op hooge-
re waarde moet worden gesteld.
Een volkomen terecht wordt dan ook
juist omtrent, de middelbare scholen ge
zegd in het Mandement der Bisschoppen
over het onderwijs van 1S6S
„Daar vooral bieden zich leervakken aan,
„waarbij als vanzelf de godsdienst en ze-
doleer ter sprake komen. Iedereen, die iets
„weet van liet onderwijs in de geschied e-
„nis, in letterkunde, in natuurwetenschap,
„in opvoedingsleer, ziet. in, 'hoe ligt het
„valt. de lessen als het vare ongezocht met
„ware of valscke stellingen betrekkelijk
„godsdienst en ze.de.leer te doorweven, en
,„zoo in het gemoed der leergrage jeugd
„met het lokaas der wetenschap tegelijk
„het vergif eener schadelijke leer, of het
„gezonde voedsel der Katholieke waarheid
„te doen indringen."
Welnu, al valt- de laatste jaren in sommi
ge „streken belangrijke verbetering te coa-
stateeren, door een overgroot deel van. ons
Katholiek volk worden die woorden nog
steeds niet in voldoende, mate begrepen
Moge spoedig door al de onzen worden
ingezien, dat, nu de 'lagere school door ons
verkregen, werd, de komende onderwijspe
riode ons tot taak stelt te zorgen, dat onze
jeugd alom zich het. Katholiek Lyceum,
Gymnasium of H.B.S. geopend zie.
Onze wetgeving maakt het gemakkelijk.
Al weid. hier geen fiinancicele gelijkstel
ling verkregen, de wetten van 1 Maart 1920,
waarvan nog pas verbetering werd toege
zegd, brachten zoodanige regeling, dat zon
der al te zware geldelijke offers die inrich
tingen kunnen worden daargesteld, waar
voor gaarne den minister van Onderwijs
hulde en dank zij gebracht.
Toch zal de beste, wetgeving ons niet ba
ten, toch zullen de schoonste gebouwen
ons niet helpen, zoolang wij missen een
voldoend aantal leerkrachten.
Eu daarom zij, gelijk op zoo menig ter
rein, ook hier de leuze: „Menschen, voor
alles meer menschen."
Ten einde die noodige leerkrachten te
vormen, werden ruim 12 jaar geleden do
R.-K. Leergangen an het leven geroepen,
een instelling waarop wij trotsc.h mogen
zijn, wijl zij de eerste was hier te lande,
waar een goede, degelijke, stelselmatige op
leiding tot het behalen der middelbare ak
ten gegeven werd.
Toch mocht het deze instelling van.
welke buitengewone beteekenis dan ook
tot dusverre niet- gelukken de belangstel
ling te wekken van Katholiek Nederland,
■althans niet een belangstelling zich uitend
in voldoenden geldel ijken steun.
Van welk groot- belang deze stichting is
voor het onderwijs, toonde de regeering te
beseffen, teen zij ten vorige jarc toekende
een jaarlijksche subsidie van vijftigduizend
gulden; toonde te beseffen de-'' gemeente
Tilburg, die onze stichting op onbekrom
pen wijze financieel steunt.
Ook van de belangstelling in. den vorm
van geldelijken steun ondervonden van de
provincies Noord-Brabant en Limburg,
wordt hier met dankbaarheid gewag ge
maakt-
Na vermelding van den belangrijken
steun uit de openbare kassen, zal ik be
moeder en bruidegom, ook voor dezen zou
loon naar werken worden gegeven. Dc nog
versche smart der bruid van den jongen
markies eerbiedigend, vroeg Ferdinand,
zoo bescheiden als hem mogelijk was, of zij
nimmer aan iemand anders van zijn ge
slacht de toederstc gevoelens van haar hart
zou wijden. Haar antwoord, boe schoon het
ook de edele gewaarwordingen der gravin
uitdrukte, bedroefde hem niettemin; want
Eugenia wenschte na zulk oen bittere be
proeving nimmer de echlgenoote van een
mau te worden, maar liever de overige da
ge van haar leven in afzondering en in 't
gehcd door te brengen, of als een reine
bruid des hemels de kroon der eeuwige
vreugd© te verbeiden.
Zij meenden op te staan, toen er juist een
greote statige ridder, in de dracht van °en
koninklijk officier, bij den vuurtoren langs,
op hen aankwam rijden. Dit was de reeds
genoemde markies Orla, de veeljarige
vriend van Meria. In het leger van den ko
ning genoot hij de algemcene achting. Hij
was iets jonger dan de graaf, en zijn uit
zicht getuigde van moed en persoonlijke
dapperheid. Zijn krachtige'borst, waarin
uet meest onversaagde mannenhart klopte,
prijkte met menige ster en ordelint. Nog
eer de markies van zijn paard was geste
gen, had de graaf hem reeds den gast van
Tunis als zijn dierbaarsten huisvriend aan-
ver niot noemen het bescheiden bedragje,
dat naast zeer enkele sch-oone giften
o-nze stichting tot dusverre van particu
lieren ontvangen mocht-
Vel hoeft liet Curatorium gemeend deze
gelegenheid te moeten aangrijpen om .nog
maals een beroep te doen op den geldelij
ken steun der Katholieken van Nederland,
nu een nieuwe periode gaat aanbreken
voor de stichting, waaraan het lot van
gajLseh ons katholiek middelbaar en voor
leer rid end hooger onderwijs zoo nauw ver
bonden is.
Hij -toch, die van den -beginne af, als
rector in do leiding der Leergangen een
zóó voornaam aandeel had, aarT" wiens
voort va ï-mid hoid en st uw kracht de Leer
gangen ontstaan en bloei to danken heb
ben, heeft gemeend do tot dusverre door
hem bekleedde functie te moeten neerleg
gen. Heb Curatorium, dat besluit eerbie
digend, geeft gaarne nogmaals uiting aan
de gevoelens van dankbaarheid en waar-
deering in den ontslagbrief neergelegd, en
brengt van hoe'ler hart dr. Moller den door
hem wel verdienden dank vo or de vele en
gewichtig© diensten een reeks van jaren
aan de Leergangen bewezen.
Dank zij'ook, nu een periode zich afsluit,
gebracht aan de docenten, aan wier toewij
ding en plichtsbetrachting zooveel te dan
ken is, en die, het zij met .groote waardee
ring vermeld, door jarenlang te werken
voor een salaris, lager .dan waarop aan
spraak mocht worden gemaakt, het aan
het Curatorium hebben mogelijk gemaakt,
deze voor het Katholieke Nederland .nood
zakelijke instelling in stand te houden,
niettegenstaande de .noodige financieel©
steun onthouden bleef.
Dank eindelijk, grooto dank aan den
Bisschop van Den Bosch, die terzijde stel
lend ,vele en gewichtige bezwaren, gehoor
heeft, willen geven aan het met nadruk uit
gesproken eenstemmig verlangen van het
Curatorium om dr. Goossens aan de Leer
gangen af te staan.
Toespraak tot rector
leeraren en studenten.
En thans, mijnheer de rector, is het
oogenblik gekomen voor mij, om namens
het Curatorium, of juister namens het Ka
tholieke Nederland, waar deze instelling
een nationale is, u hartelijk welkom .te liee-
ten op de plaats, die gij gaat innemen.
Schoon is de taak op uw schouders ge
legd.
Of de ware Katholieke geest in ons volk
zal bewaard worden zal voor een overgroot
deel afhangen van de vorming onzer jeugd
op de middelbare scholen.
Verlang wordt in onze kringen vurig
naar de Katholieke Universiteit. Volkomen
begrijpelijk. Toch zal deze 't beoogde re
sultaat. slechts kunnen leveren, indien al
daar op den grondslag kan worden voort
gebouwd, op het Katholiek Lyceum, Gym
nasium, of H. B. S. gelegd.
Aan u, mijnheer de rector, de schoon©
taak dat mede te bevorderen, te bevor
deren dat een steeds toenemend aantal
Katholieke leerkrachten, verspreid over
gansch het land, onze jeugd onderwijze en
opvoede, gelijk onze Moeder de H. Ke®k 't
voor hare kinderen verlangt.
Mot vertrouwen, 'legt het Curatorium die
taak in uw© handen, met des te meer ver
trouwen, wij-1 het overtuigd is, dat gij, als
priester, de belangen der R.-K. Leergan
gen in het H. Misoffer zult willen indach
tig zijn.
Gij mijne dames en heeten docenten,
zult, het verleden waarborgt bet ou
der leiding van den nieuwen rector willen
samenwerken ter bereiking van het doel,
in stichtingsakte der Leergangen neerge
schreven.
En gij mijne dames en heeren studenten,
zoo nog niet ten volle het. inziende, zult
gij toch wel ©enigermate beseffen, dat in
de toekomst een zeer invloedrijke functie
door u gaat woaxlen waargenomen, wan*
neer gij let op de zorg, aan .uwe voorbe
reiding besteed.
Welnu, weet wel, dat eerste voorwaarde
om den waren Katholieken geest zoo ten
©enenmale verschillend van dien der we
reld date-r aan uw leerlingen te kunnen
me-edeelen, deze is, dat gij dien zelf bezit.
Verzuimt derhalve ih deze jaren vaj\ voor
bereiding niets, wat er toe strekken kan
dien bij u zelf aa.n te kweeken wilt u ten
dezen opzichte vooral ontvankelijk maken
voor-het vele, dat op uw gemoed van den
rector uit kan, en ongetwijfeld uit zal gaan.
Aan het antwoord van den rector
dr. Th. Goossens ontlcenen wqij
het volgende:
Spr. zcide er geen geheim van te maken,
dak hij dezen dag, waarop hij .bij monde van
den voorzitter der R.-K. Leergangen geïn
stalleerd is als rector dier voortreffelijke
en hoog-noodzakelijke instelling, als een
der gewichtigst© van zijn leven beschouwt.
Na tc hebben besproken de zwaarte van
oevoleu. Zeer natuurlijk was het, dal Orla
in den beginne niet weinig verbaasd stond,
hier zoo geheel onverwacht een jongeman,
met een Moorsche kleur en kleederen te
ontmoeten. Met weinige woorden had de
graaf licm dit raadsel opgelost, doch in-
ploals van oen vriendelijken blilc op den
zoo vaderlijk opgenomen zoon van liet on
geluk te laten rusten, werd het gezicht van
den markies, dat tengevolge van menigen
Liijgewoonden veld- en zeetocht met lillee-
kens bedekt, was, veeleer somberder. Maar
al te duidelijk viel Orla's verachting en af
schuw, die hem tegen den zoon van den
ouden roovervorsl bezielde, in het oog.
„Gij haat hem Pedro?" vroeg de graaf.
„Hem slechts haten?" hernam de mar
kies, terwijl hij zijn grazend ros aan een
boomstam bond; „wat men haat kan men
nog achten; maar ik veracht den ouden
scheepsvraat daar aan de overzijde der zee
in zijn dievenhol, en evenzeer als hem, het
eansche gebrocdsel van deze zeekatten, die
ms als hunne muizen beschouwen en weg
vangen.
Foei, Meria! over uw christelijk werk
aan dezen zwarten verworpeling van
Tunis! was de zwarte schelm maar ver
dronken! Geloof mij waarlijk, zooveel
dwaasheid had ik bij u niet verondersteld.
Op het laatst slaat hij deze oogen nog op
de bruid van mijn zoon. Van mijn zoon?
zijn taak, morie in verband met zijn emi-
nenten voorganger, vervolgde spreker.
Tekort aan intelloctueele
krachten.
De wereld slaat thans aan een keer
punt, en ook ons land ondervindt den weer
slag van de geweldige worsteling, die na
den wereldoorlog op het gebied der geesten
wordt gestreden. In November 1919 ver
klaarde de heer Troelslra in de Tweed© Ka
mer, dat hot intellect in de komende tijden
een leidende rol zal te vervullen hebben;
en niet zonder reden zoekt ook de lieer
Wijnkoop aanhang juist onder de iulellec-
lueclen, getuige de oprichting van commu
nistische clubs onder de studenten van
eenige onzer universiteiten. Wij, katholie
ken, moeten de leekenen des tijds welen te
verstaan,»en thans nu onder Góds zegen de
victorie voor het Lager Onderwijs is be
vochten, moet met man en macht gewerkt
worden aan den opbouw van ons bijzonder
middelbaar- en voorbereidend hooger on
derwijs. Wij mogen niet blind zijn voor het
fci't, dat. ons 'katholiek volk nog te weinig
deel neemt aan de middelbare en hoogere
studie.JUiirn 30% der bevolking vertegen
woordigen wij, maar is het dan niet be
droevend, dat wij thans slechts 10i der
hoogescbool-studenten tot de onzen mogen
rekenen, terwijl slechts 31 der meisjes
studenten katholiek zijn? Is dat geen wan
verhouding die dringend om verbetering
•vi-aagt? En geen verbetering is te verwach
ten, tenzij zooveel mogelijk in geheel het
land de gelegenheid geopend worde om on
ze jeugd in Roomsehe Lycea, Gymnasia of
Hoogere Burgerscholen het hun passende
ondorwijs te geven. Het is een algemeen
katholiek belang van het grootste gewicht,
dat ons Roomsehe volk zich op intellec
tueel gebied de plaats verovert, die het
toekom!Niet lang geleden werd in Lim
burg deklacht geslaakt, dat bij de mijnen
,onze menschen goed genoeg waren voor
het zware werk onder den grond, terwijl
ingenieurs en directeuren in hot protes-
tantscli Noorden moesten worden gezocht.
Ons middelbaar landbouwonderwijs kan
niot voldoende georganiseerd worden bij
gebrek aan de noodige gediplomeerde leer
krachten. Aan onze Lycea en Gymnasia
kunnen de vacaturen vaak slechts met de
-grootste moeite worden aangevuld. Overal
roept men om krachten, overal constateert
men een tekort. Dat tekort is historisch
wel te verklaren. Middelen en gelegenheid
tot voorbereiding hebben al te veel ontbro
ken. De voortreffelijke vereeniging R.-K.
Studiebelangen tracht thans zooveel mo
gelijk de financieele bezwaren, aan de uni
versitaire studie verbonden, te verhelpen
en te minderen. Katholiek Nedrland moge
daarom die Vereeniging door ruimen steun
in staat stellen steeds haar werkkring uit
te breiden. De leergangen willen door het
opleiden en vormen van leeraars ons ka
tholiek middelbaar onderwijs bestaansmo
gelijkheid geven en zoo aan onze jeugd de
poorten vau de hoogeschool openen; laten
we liopen, binnen afzienbaren tijd van onze
eigen katholieke hoogeschool.
De leergangen moeten dus de centrale
zijn, die liet katholieke Nederland voor een
groot deel de kracht moet leveren zich om
hoog te heffen. De opwaartsclic beweging
van ons katholieke volk zal ln de toekomst
goeddeels van uit Tilburg gevoed worden.
Een grootsclie taak, maar ook een groote
verantwoordelijkheid, die ik, als rector,
niet zou durven nemen, wanneer ik mij
niet gesteund wist door de toewijding van
©en overtuigd Itooinsch docentenkorps en
en den ijver van tallooze studenten.
De katholieke geest van
het o n d e r w ij s.
Docenten en studenten. U mag ik wel
te zamen noemen, omdat uwe idealen toch
grootendeels parallel loopen. Op u doe ik
een beroep bij het aanvaarden van mijn
ambt. Van u zal het mede afhangen, of de
Leergangen beantwoorden zullen aan het
doel, waarvoor zij in hot leven zijn geroe
pen. Uw werk op het gebied van kunst en
van wetenschap zal van onberekenbaar
nut kunnen zijn voor ons katholiek volk
•tot in verre toekomst.
edenkt daarom, dat volgens het verlan
gen der Bisschoppen, in 1808 in hun onder-
wijs-mandement neergelegd, het godsdien
stig element geheel het onderwijs moet
doordringen. Ora, bid: dat moet op do
eerste plaats staan: labora, werk: dat zal
dan des le gemakkelijker vallen.
Thomas van Aquino verklaarde meer ge
leerd le hebben aan den voet van het kruis
dan in alle boeken te zamen. Pasteur zeide
zoo veel tc hebben kunnen doen voor de
wetenschap, omdat hij het geloof had van
een eenvoudigen Bretonschen boer. Laat
zulke voorbeelden u bezielen en aanmoedi-
Uemcl en aarde, waar is dan mijn zoon, die
wakkere knaap, die bloem van Syracuse?
Daarginds, diep in den grond der zee ligt
zijn gebeente begraven; jong en schoon,
op den dag van zijn huwelijk met uw doch
ter, moest de arme jongeling 9terven, op
zijn bruilofstfecst!... Die geel-bruino hond
van een barbaar was de broeder van
derzen." liet was duidelijk te zien, dat bij
die herinnering de toorn van den officier
bij ieder woord toenam.
„Maar laat toch dat schelden en razen,
Pedro!" viel Meria hem in de reden, om
hem te doen bedaren. Doch de markies
ging voort: „Als hij niet onder uw bescher
ming w-as koelde ik aan hom mijn woede.
O inijn zoon! vlug weer le paard en weg
van hier! Vaarwel!"
Slechts met moeite gelukte het den graaf
don zoo in hot harnas gejaagden markies te
weerhouden, terwijl Ferdinand onder den
stortregen van toornige woorden en ver-
wijtingen van Orla het hoofd ophief en zijn
blik op Eugenia's oogen vestigde, als het
ware vroeg: „Is het dan billijk, dat ik zoo
boet voor de schuld van mijn broeder?"
De graaf nam het antwoord over voor zijn
dochter, en lichtte den eindelijk tot be
daren gekomen markies omtrent den loe-
sland van den jongeling in.
„Is dat alles zoo en mag ik u gelooven?"
sprak Orla toen en reikte Ferdinand de
goh bij uw werken on streven. Dc foto
dienst staal de wetenschap niot in u- u
weg"; integendeel. God is de Heer der we
tenschap. De liefde lot Jlem zal u tol steun
en slut zijn bij het uw wetenschappelijk
,werk.
Gedenkt het woord van Sinl Bernardus:
..Scientia sine caritat® aberral.Wetenschap
zonder die liefde niaakl dienden. Scicntia
cum caritate aedificat. Wetenschap met-
die liefde maakt sterken, die kunnen bou
wen aan dal. verheven genouw, waarop
Christus' kruis zal schitteren, in welk#
schaduw de measchhcid alleen rust o**
vrede kan vinden.
SPORT.
VOETBAL.
Overzicht.
Januari is een, der dne ■wintermaanden. Al
licht weet ge 't, lezer, doch misschien weet go
nog niet dal deze eerste maand vau 't jaar
voor de voetballerij meestal een hinderlijke
spelbreker is. zieker, December of Februari
kunnen zich dikwijls ook doen gelden, terwijl
bij 'uitzondering Januari verraderlijk mooi kan
zijn. maar do praktijk heeft toch bewezen dat
iu doöisnee deze wintermaand, waarin we
thans leven, do. meeste voetballoozc Zondagen
bezorgt.
Het kan best gebeuven dat we 'e Zaterdags
al voorrekenen hoe overal gespeeld kan wor
den, terwijl de vruchten van den Zondag
's avonds puver zijn.
Daarom zijn wij in deze maarul 't huiverigst
om een overzicht te schrijven.
De hoofdstedelijke croniqruers hebben in hun
diverse periodieken al uitgerekend dat er heel
voel kans bestaat dat het Westelijk kampioen
schap in Amsterdam komt. Och, veel tegen zeg
gen kunnen we niet en wo wachten dan ook
maar af Dat is waar, dal do op 't oogenblik
bestaande concurrent der hoofdstedelijke clubs,
Haarlem al, der traditie getrouw, geen ern
stig concurrent is, zoodat dc Stadionmenschen
en Ajax hier dus weinig tegenstand behoeven
te verwachten. Dat wil editor nog niet zeggen
dat Ajax Zondag aan den Schoterweg een
walk-over zal hebben, Integendeel zullen de
roodbroeken een warmö ontvangst bereiden en
deze wedstrijd is dan ook elk seizoen bijzon-
dor spannend. Zoo herinneren wij ons het
gloTiclijdpork van Ajax, waarin alle clubs op
eigen grond werden geklopt, met uitzondering
van Haarlem en Hercules, die beiden een 0—0
uitslag bewerkten.
En nu Ajax 'haar kaïmpiocnsvorm (otaal
kwijt is, is de kans ook grooleir dat Haarlem
dit seizoen, evenals Blauw-Wit, ook Ajax op
eigen grond een nederlaag zal bezorgen.
Als dit zoo is dan krijgt Blauw-Wit een rui
meren voorsprong, want dat zij in '1 Stadion
tegen D. F. C. een veer zal laten, gelooven wo
toch niet.
II V. V. is Zondag gastvrouw tegen V. 0. C.
en zal, naar we meenen, de 6e overwinning in
successie boeken, tenzij de Rotterdammers bui
tengewoon uit hun Iiock schieten.
't Zal voor do Amsterdamsche Benjamins
niet erg aangenaam zijn steeds weer met twee
amdoro clubs do publieke belangstelling to
moeien deelcn. Zoo spelen nu Blauw-Wit, V.
V. A. en A. F. C. op eigen veld, terwijl de
Spartaan by V. V. A. de gast is. Wijl 't hier
dus een plaatselijke ontmoeting geldt, zal dit
wel veel publiek trekken, terwijl A. F. C., H.
B. S. ontvangend, niet over te veel drukte zal
te klagen hebben.
Dal het resultaat van V. V. A.Spartaan
niet le voorspellen is, is wel aannemelijk en
dat H. B. S. over A. F. C. zal zegevieren, lijkt
ons vrijwel zeker.
Sparta ontvangt U. V. V. en zal don 6trijd
om Ihet beslaan met hopelooze volharding uit
strijden. U. V. V. is echter wel een ploeg dio
zicli door Sparta zal laten kloppen en daarom
verwachten we nu een Sparta-overwinning.
De 3o klasse D geeft 6leohts twee wedstrij
den V. S.Celeritas en B. M. T.—V. C S,
Alzoo zullen hier in dc Sleutelstad do ernstig
ste concurrenten van U. V. S. en A S. G. mor
gen legen de blauw-witten strijden. Met ver
langen zien wij dezen kamp tegemoet, medo
ook in verba met een voorgewende aan
klacht tegen een der U. V. S.-opelers, wegens
gevaarlijke robusthcid Laat de bctrekkolijko
speler zich onverminderd geven dan kunnen
we Maandag van een onpartijdig oordeel ge
wagen.
Alvorens over te gaan tot een bespreking van
het weds I rijd programma van den L. V. B.
moet oqs een en ander omtrent dozen bondi
eelvon uit do peu.
Eenige weken geleden fungeerde voor een'
eerste klas wedstrijd, welke beloofde niet zacht
aardig le zijn, een fluitist die absoluut onbe
kwaam was om dezen kamp to leiden en die
dan ook, volgens ooggetuigen, ettelijke krom
me beslissingen gaf Daar ons zijn benoeming
op 'l eerste gezicht :tl dwaas leek, informeer
den wij hierover hij do bc-trekkelijke autoritei
ten, die deze benoeming in de hand haiMeni
ruwe krijgsmansliaml, „welnu .dan ln.b ik.
u te kort gedaan, en wie geen schurk is
ziel. zijn onrecht in en heeft er berouw van.
Gij vergeeft mij immers, jonge Muzelman?"
„Hij is gedoopt en een christen, gelijk
wij," gaf dc gravin aan den markies te
kennen.
„lCen christen zooals wij? Des to beter,
dan staan wij in nadere betrekking. Waar
lijk, zijn blik is goedaardig en tevens moe
dig. Dal zou een uitmuntend zeeheld geven,
die goed zou passen voor mijn plan. Hoe
schikt alles zich toch zonderling. Immers,
had ik nimmer kunnen gelooven, dat on
der deze donkere huid een braaf man zou
schuilen. Misschien, bij slot van rekening,
zijn wij nog ter rechter ure bijeengekomen.
Ik had juist zulk een jongeling noodig, ik
zou hem wel willen meenemen. Spreek
rechtuit, zoudt gij van elkander kunne®
scheiden?"
„lieer," antwoordde Ferdinand, ik zou
mijn weldoeners toch spoedig moeten ver
laten. Het pad der eer is mij op de zee ge
opend, en den eersten dien ik tref, moge,
God geve het, mijn broeder zijn."
Dit behaagde den* markies zeer, en de
krachtige strijdlustige Moorenzoon was
spoedig zijn man geworden.
(Wordt vervolgd.)