,|s Utoto Ciuraat" Tweede Blad. Be ZeerööYers uit liet Oosten. Zaterdag !5 Januari 1921 „Arti et Religioni". Met 'n bijzonder .genoegen wijzen wij o,n- ee lezers in stad en omgeving op de uitnoodi-ging van „Airti et Religioni" op an. Vrijdag in de Stadsgehoorzaal te 8 uur. Wij doen zulks met 'n bijzonder genoe gen, omdat wij er van overtuigd zijn, dat niemand, die in een aansporing onzer zijds een aanleiding zou vinden het invita tie concert van a.s. Vrijdag .te bezoeken spijt van dien avond zal hebben integen deel, hij zal moeten erkennen, te hebben genoten Met aandrang willen wij uitnood-igen tot bijwonen van bedoelde uitvoering, om ver schillende Tedenen. Wij zullen er aioemcn. Eerstens: .Het is de uitvoering van „Die dalvroszeilen" v. Jos. Haydn. „Die Jah- rcszeiten" 't Is al meer uitgevoerd hier, maar ook en zelfs vódral voor hen, die 't al meer hebben gehooid, is deze zang en muziek een genot. „Die Jahreszeiten" Daarin worden als in het heerlijkste pano rama uitgespreid alle sehoonkeids-ontroe- ringen van de mcnschelijkc ziel. „Die Jah- reszciten" Zoolang er menschen zullen eijn, ontvankelijk voor het waarachtig Bc-hoone, zoolang -zal ee.n geniale schep ping van den menschel ij ke il geest, als deze an cere en waar.deering blijven Maar niet alleen om w a t er zal worden uitgevoerd is het bijwonen van dit concert aan .te I>evelen, ook om de manier, waarop het zal geschieden. Tweed ens: De vereeniging „Arld", den iaatsten tijd krachtig vooruitgegaan (1G0 dames- en heerenlcden), met medewerking van het Residentie-Orkest, en een drietal bekende solisten, zal „Die Jalireszeatea" uitvoeren. De namen der solisten worden hier nog eens genoemd. Mej. Mia Pelten- burg, sorpaan, Haarlem, de heer T. H. 'de Groen, tenor, Don Haag, de heer Jac. Caro, bas, Utrecht. De directeur vaar „Arti", de heer Aug. Smets, uit Den Haag, mag ook met eere genoemd. En dan is er nog een de rde reden, die ons de uitvoering van „Arti" zoo sympa thiek maakt sympathiek boren andere uitvoeringen of concerten. „Arti" is een Katholieke vereeni ging. En daarom heeft Katholiek Leiden ver plichtingen aan „Arti". En daarom moet een uitvoering van „Arti" altijd een volle Stads zaal trekken. Altijd zeker als 't is een uitvoering, die al reeds op zichzelf beschouwd ten krach tigste mag worden aanbevolen. Op een avond van „Arti" anoet worden getoond door de Katholieken, dat zij een streven van Katholieken om in en Katho lieke vereenigin,g waarachtige, veredelende en verheffende kunst te geven, waardeeren en op prijs stellen er erkentelijk voor zijn Van geestelijken-zijde heeft „Arti" de" krachtigste medewerking. Reeds enkele jaren maakt een priester deel uit van. het bestuur sedert eenige maanden beeft de vereeniging den krachtagen steun mogen erlangen van den Zeereerw. Heer Pastoor Hafkensclieid, als geestelijk bestuurslid. Maar ook van leeken-zijde mag do daad werkelijke sympathie niet achterwege blij ven. Wie daartoe geschiktheid bezit worde lid van „Arti". Wie ©enigszins daartoe 'in staat is melde zich aan als donateur. Wie lid noch donateur is, beginne al thans snet een kaart -te k-e"open voor Vrijdag 21 Januari. Zou in Leiden een uitvoering van „Die Ja bres zei ten" door een Katholieke vereeni- ging niet de Stadsza-al vol Katholieke ikuustminnaars doen stroomen? Ja dat moet Daar velen onzer lezers niet langer wil len aarzelen, om een kaart voor a.s. Vrij dag te koopen, zij er ook aan herinnerd, dat. kaarten verkrijgbaar zijn bij de leden en in den Boekhandel van den heer H. J. Dieben, Maarsmanssteeg 9, waar ook tekstboekjes met Hollandsche vertaling verkrijgbaar zijnen dat er gelegen heid voor plaatsbespreking is a.s. Zondag (morgen) van 122 uur aan de Stads zaal (ingang Aalmarkt), waar ook kaarten en tekstboekjes verkrijgbaar zijn, daarna tot Vrijdagmiddag 1 uur in den Boekhandel van den heer H. J. Dieben, Maarsmans- 6teeg 9. FEUILLETON 35) Toen was zijn Lijden nameloos geweest. Het was alsof hij aan een kruis was genageld, en of zijn gauscho lichaam maar een wonde was. Hij herin nerde zich thans nog duister, dat hij om hulp had geroepen; helaas! de toestand van iemand, die leVend begraven is, die in de kist weer tot zichzelven komt, om dan eerst wanhopig door verstikking te ster ven, kan niet schrikkelijker zijn dan zijn toestand was. „ïk dacht aan mijn goede moeder," dus eindigde hij, „aan u, edele graaf, en ook recht levendig aan u, Eugenia; toen brak mijn hart; toen voelde ik wat sterven is, sterven in de jeugd en zoo heel verlaten". Hij zag de tranen van den mededoogen- üen grijsaard en der gravin vloeien, stond in een vlaag van geestdrift op en maakte luid en plechtig, terwijl hij zijn rechter hand in de hoogte hief het voornemen, dat, daar God hem door zulke edele zftlen ge holpen had, hij niet zou ruston, voordat hij de booswichten zou geloond hebben naar bun werken. w Thans viel het gesprek op Eugenia's De R. K. Leergangen. Heden had de installatie plaats van den nieuwen Rector dei- R.-K. Leergangen' te Tilburg dr. Th. J. Goossens. De voorzitter van het Curatorium,' mx. A. baron van Wijnbergen, hield daarbij een rede, waaraan het volgende 'is ontleend: De beteekcnas van het Katho 1 iek O n dT e r wij s. Met bewonderenswaardige©. ijver is tien tallen jaren lang door de Katholieken van Nederland nagestreefd, dat alom de ouders die lte>t verlangden, voor hun kinderen een plaats zouden vinden op een Katholieke lagere school. En wij weten, op welke wijze God dien arbeid heeft gezegend, met welk heerlijk resultaat dat. streven, is bekroond. Toch is met het volbrengen van den leer plichtigen leeftij dhet kind allerminst vol leerd, #i? opvoeding allerminst voltooid. Juist in de jaren daarna heeft het kind leiding aioodig, juist, in die jaren worden karakter en wil gevormd^ juist dan wordt hl het hart de grondslag gelegd van het goede of van het kwade. Van de leiding ia die-jaren zal het veelal afhangen, in welke richting het kind zich zal blijven be wegen, levenslang. Voor degenen derhalve, die het wen- schcn, is het dringend moo-dig, dat. ze na de lagere school een Katholieke onder wijsinrichting kunnen vinden. Is het woord eenmaal door pastoor darijs z.g. tot mij gesproken, zoo volkomen waar „wié een lagere school sticht, doet goed, wie een patronaat sticht, doet beter", even zeer is het waar, dak hoe groot de betce- keiids onzer lagere school moge wezen, de Katholieke school voor middelbaar of voorbereidend hooger onderwijs op hooge- re waarde moet worden gesteld. Een volkomen terecht wordt dan ook juist omtrent, de middelbare scholen ge zegd in het Mandement der Bisschoppen over het onderwijs van 1S6S „Daar vooral bieden zich leervakken aan, „waarbij als vanzelf de godsdienst en ze- doleer ter sprake komen. Iedereen, die iets „weet van liet onderwijs in de geschied e- „nis, in letterkunde, in natuurwetenschap, „in opvoedingsleer, ziet. in, 'hoe ligt het „valt. de lessen als het vare ongezocht met „ware of valscke stellingen betrekkelijk „godsdienst en ze.de.leer te doorweven, en ,„zoo in het gemoed der leergrage jeugd „met het lokaas der wetenschap tegelijk „het vergif eener schadelijke leer, of het „gezonde voedsel der Katholieke waarheid „te doen indringen." Welnu, al valt- de laatste jaren in sommi ge „streken belangrijke verbetering te coa- stateeren, door een overgroot deel van. ons Katholiek volk worden die woorden nog steeds niet in voldoende, mate begrepen Moge spoedig door al de onzen worden ingezien, dat, nu de 'lagere school door ons verkregen, werd, de komende onderwijspe riode ons tot taak stelt te zorgen, dat onze jeugd alom zich het. Katholiek Lyceum, Gymnasium of H.B.S. geopend zie. Onze wetgeving maakt het gemakkelijk. Al weid. hier geen fiinancicele gelijkstel ling verkregen, de wetten van 1 Maart 1920, waarvan nog pas verbetering werd toege zegd, brachten zoodanige regeling, dat zon der al te zware geldelijke offers die inrich tingen kunnen worden daargesteld, waar voor gaarne den minister van Onderwijs hulde en dank zij gebracht. Toch zal de beste, wetgeving ons niet ba ten, toch zullen de schoonste gebouwen ons niet helpen, zoolang wij missen een voldoend aantal leerkrachten. Eu daarom zij, gelijk op zoo menig ter rein, ook hier de leuze: „Menschen, voor alles meer menschen." Ten einde die noodige leerkrachten te vormen, werden ruim 12 jaar geleden do R.-K. Leergangen an het leven geroepen, een instelling waarop wij trotsc.h mogen zijn, wijl zij de eerste was hier te lande, waar een goede, degelijke, stelselmatige op leiding tot het behalen der middelbare ak ten gegeven werd. Toch mocht het deze instelling van. welke buitengewone beteekenis dan ook tot dusverre niet- gelukken de belangstel ling te wekken van Katholiek Nederland, ■althans niet een belangstelling zich uitend in voldoenden geldel ijken steun. Van welk groot- belang deze stichting is voor het onderwijs, toonde de regeering te beseffen, teen zij ten vorige jarc toekende een jaarlijksche subsidie van vijftigduizend gulden; toonde te beseffen de-'' gemeente Tilburg, die onze stichting op onbekrom pen wijze financieel steunt. Ook van de belangstelling in. den vorm van geldelijken steun ondervonden van de provincies Noord-Brabant en Limburg, wordt hier met dankbaarheid gewag ge maakt- Na vermelding van den belangrijken steun uit de openbare kassen, zal ik be moeder en bruidegom, ook voor dezen zou loon naar werken worden gegeven. Dc nog versche smart der bruid van den jongen markies eerbiedigend, vroeg Ferdinand, zoo bescheiden als hem mogelijk was, of zij nimmer aan iemand anders van zijn ge slacht de toederstc gevoelens van haar hart zou wijden. Haar antwoord, boe schoon het ook de edele gewaarwordingen der gravin uitdrukte, bedroefde hem niettemin; want Eugenia wenschte na zulk oen bittere be proeving nimmer de echlgenoote van een mau te worden, maar liever de overige da ge van haar leven in afzondering en in 't gehcd door te brengen, of als een reine bruid des hemels de kroon der eeuwige vreugd© te verbeiden. Zij meenden op te staan, toen er juist een greote statige ridder, in de dracht van °en koninklijk officier, bij den vuurtoren langs, op hen aankwam rijden. Dit was de reeds genoemde markies Orla, de veeljarige vriend van Meria. In het leger van den ko ning genoot hij de algemcene achting. Hij was iets jonger dan de graaf, en zijn uit zicht getuigde van moed en persoonlijke dapperheid. Zijn krachtige'borst, waarin uet meest onversaagde mannenhart klopte, prijkte met menige ster en ordelint. Nog eer de markies van zijn paard was geste gen, had de graaf hem reeds den gast van Tunis als zijn dierbaarsten huisvriend aan- ver niot noemen het bescheiden bedragje, dat naast zeer enkele sch-oone giften o-nze stichting tot dusverre van particu lieren ontvangen mocht- Vel hoeft liet Curatorium gemeend deze gelegenheid te moeten aangrijpen om .nog maals een beroep te doen op den geldelij ken steun der Katholieken van Nederland, nu een nieuwe periode gaat aanbreken voor de stichting, waaraan het lot van gajLseh ons katholiek middelbaar en voor leer rid end hooger onderwijs zoo nauw ver bonden is. Hij -toch, die van den -beginne af, als rector in do leiding der Leergangen een zóó voornaam aandeel had, aarT" wiens voort va ï-mid hoid en st uw kracht de Leer gangen ontstaan en bloei to danken heb ben, heeft gemeend do tot dusverre door hem bekleedde functie te moeten neerleg gen. Heb Curatorium, dat besluit eerbie digend, geeft gaarne nogmaals uiting aan de gevoelens van dankbaarheid en waar- deering in den ontslagbrief neergelegd, en brengt van hoe'ler hart dr. Moller den door hem wel verdienden dank vo or de vele en gewichtig© diensten een reeks van jaren aan de Leergangen bewezen. Dank zij'ook, nu een periode zich afsluit, gebracht aan de docenten, aan wier toewij ding en plichtsbetrachting zooveel te dan ken is, en die, het zij met .groote waardee ring vermeld, door jarenlang te werken voor een salaris, lager .dan waarop aan spraak mocht worden gemaakt, het aan het Curatorium hebben mogelijk gemaakt, deze voor het Katholieke Nederland .nood zakelijke instelling in stand te houden, niettegenstaande de .noodige financieel© steun onthouden bleef. Dank eindelijk, grooto dank aan den Bisschop van Den Bosch, die terzijde stel lend ,vele en gewichtige bezwaren, gehoor heeft, willen geven aan het met nadruk uit gesproken eenstemmig verlangen van het Curatorium om dr. Goossens aan de Leer gangen af te staan. Toespraak tot rector leeraren en studenten. En thans, mijnheer de rector, is het oogenblik gekomen voor mij, om namens het Curatorium, of juister namens het Ka tholieke Nederland, waar deze instelling een nationale is, u hartelijk welkom .te liee- ten op de plaats, die gij gaat innemen. Schoon is de taak op uw schouders ge legd. Of de ware Katholieke geest in ons volk zal bewaard worden zal voor een overgroot deel afhangen van de vorming onzer jeugd op de middelbare scholen. Verlang wordt in onze kringen vurig naar de Katholieke Universiteit. Volkomen begrijpelijk. Toch zal deze 't beoogde re sultaat. slechts kunnen leveren, indien al daar op den grondslag kan worden voort gebouwd, op het Katholiek Lyceum, Gym nasium, of H. B. S. gelegd. Aan u, mijnheer de rector, de schoon© taak dat mede te bevorderen, te bevor deren dat een steeds toenemend aantal Katholieke leerkrachten, verspreid over gansch het land, onze jeugd onderwijze en opvoede, gelijk onze Moeder de H. Ke®k 't voor hare kinderen verlangt. Mot vertrouwen, 'legt het Curatorium die taak in uw© handen, met des te meer ver trouwen, wij-1 het overtuigd is, dat gij, als priester, de belangen der R.-K. Leergan gen in het H. Misoffer zult willen indach tig zijn. Gij mijne dames en heeten docenten, zult, het verleden waarborgt bet ou der leiding van den nieuwen rector willen samenwerken ter bereiking van het doel, in stichtingsakte der Leergangen neerge schreven. En gij mijne dames en heeren studenten, zoo nog niet ten volle het. inziende, zult gij toch wel ©enigermate beseffen, dat in de toekomst een zeer invloedrijke functie door u gaat woaxlen waargenomen, wan* neer gij let op de zorg, aan .uwe voorbe reiding besteed. Welnu, weet wel, dat eerste voorwaarde om den waren Katholieken geest zoo ten ©enenmale verschillend van dien der we reld date-r aan uw leerlingen te kunnen me-edeelen, deze is, dat gij dien zelf bezit. Verzuimt derhalve ih deze jaren vaj\ voor bereiding niets, wat er toe strekken kan dien bij u zelf aa.n te kweeken wilt u ten dezen opzichte vooral ontvankelijk maken voor-het vele, dat op uw gemoed van den rector uit kan, en ongetwijfeld uit zal gaan. Aan het antwoord van den rector dr. Th. Goossens ontlcenen wqij het volgende: Spr. zcide er geen geheim van te maken, dak hij dezen dag, waarop hij .bij monde van den voorzitter der R.-K. Leergangen geïn stalleerd is als rector dier voortreffelijke en hoog-noodzakelijke instelling, als een der gewichtigst© van zijn leven beschouwt. Na tc hebben besproken de zwaarte van oevoleu. Zeer natuurlijk was het, dal Orla in den beginne niet weinig verbaasd stond, hier zoo geheel onverwacht een jongeman, met een Moorsche kleur en kleederen te ontmoeten. Met weinige woorden had de graaf licm dit raadsel opgelost, doch in- ploals van oen vriendelijken blilc op den zoo vaderlijk opgenomen zoon van liet on geluk te laten rusten, werd het gezicht van den markies, dat tengevolge van menigen Liijgewoonden veld- en zeetocht met lillee- kens bedekt, was, veeleer somberder. Maar al te duidelijk viel Orla's verachting en af schuw, die hem tegen den zoon van den ouden roovervorsl bezielde, in het oog. „Gij haat hem Pedro?" vroeg de graaf. „Hem slechts haten?" hernam de mar kies, terwijl hij zijn grazend ros aan een boomstam bond; „wat men haat kan men nog achten; maar ik veracht den ouden scheepsvraat daar aan de overzijde der zee in zijn dievenhol, en evenzeer als hem, het eansche gebrocdsel van deze zeekatten, die ms als hunne muizen beschouwen en weg vangen. Foei, Meria! over uw christelijk werk aan dezen zwarten verworpeling van Tunis! was de zwarte schelm maar ver dronken! Geloof mij waarlijk, zooveel dwaasheid had ik bij u niet verondersteld. Op het laatst slaat hij deze oogen nog op de bruid van mijn zoon. Van mijn zoon? zijn taak, morie in verband met zijn emi- nenten voorganger, vervolgde spreker. Tekort aan intelloctueele krachten. De wereld slaat thans aan een keer punt, en ook ons land ondervindt den weer slag van de geweldige worsteling, die na den wereldoorlog op het gebied der geesten wordt gestreden. In November 1919 ver klaarde de heer Troelslra in de Tweed© Ka mer, dat hot intellect in de komende tijden een leidende rol zal te vervullen hebben; en niet zonder reden zoekt ook de lieer Wijnkoop aanhang juist onder de iulellec- lueclen, getuige de oprichting van commu nistische clubs onder de studenten van eenige onzer universiteiten. Wij, katholie ken, moeten de leekenen des tijds welen te verstaan,»en thans nu onder Góds zegen de victorie voor het Lager Onderwijs is be vochten, moet met man en macht gewerkt worden aan den opbouw van ons bijzonder middelbaar- en voorbereidend hooger on derwijs. Wij mogen niet blind zijn voor het fci't, dat. ons 'katholiek volk nog te weinig deel neemt aan de middelbare en hoogere studie.JUiirn 30% der bevolking vertegen woordigen wij, maar is het dan niet be droevend, dat wij thans slechts 10i der hoogescbool-studenten tot de onzen mogen rekenen, terwijl slechts 31 der meisjes studenten katholiek zijn? Is dat geen wan verhouding die dringend om verbetering •vi-aagt? En geen verbetering is te verwach ten, tenzij zooveel mogelijk in geheel het land de gelegenheid geopend worde om on ze jeugd in Roomsehe Lycea, Gymnasia of Hoogere Burgerscholen het hun passende ondorwijs te geven. Het is een algemeen katholiek belang van het grootste gewicht, dat ons Roomsehe volk zich op intellec tueel gebied de plaats verovert, die het toekom!Niet lang geleden werd in Lim burg deklacht geslaakt, dat bij de mijnen ,onze menschen goed genoeg waren voor het zware werk onder den grond, terwijl ingenieurs en directeuren in hot protes- tantscli Noorden moesten worden gezocht. Ons middelbaar landbouwonderwijs kan niot voldoende georganiseerd worden bij gebrek aan de noodige gediplomeerde leer krachten. Aan onze Lycea en Gymnasia kunnen de vacaturen vaak slechts met de -grootste moeite worden aangevuld. Overal roept men om krachten, overal constateert men een tekort. Dat tekort is historisch wel te verklaren. Middelen en gelegenheid tot voorbereiding hebben al te veel ontbro ken. De voortreffelijke vereeniging R.-K. Studiebelangen tracht thans zooveel mo gelijk de financieele bezwaren, aan de uni versitaire studie verbonden, te verhelpen en te minderen. Katholiek Nedrland moge daarom die Vereeniging door ruimen steun in staat stellen steeds haar werkkring uit te breiden. De leergangen willen door het opleiden en vormen van leeraars ons ka tholiek middelbaar onderwijs bestaansmo gelijkheid geven en zoo aan onze jeugd de poorten vau de hoogeschool openen; laten we liopen, binnen afzienbaren tijd van onze eigen katholieke hoogeschool. De leergangen moeten dus de centrale zijn, die liet katholieke Nederland voor een groot deel de kracht moet leveren zich om hoog te heffen. De opwaartsclic beweging van ons katholieke volk zal ln de toekomst goeddeels van uit Tilburg gevoed worden. Een grootsclie taak, maar ook een groote verantwoordelijkheid, die ik, als rector, niet zou durven nemen, wanneer ik mij niet gesteund wist door de toewijding van ©en overtuigd Itooinsch docentenkorps en en den ijver van tallooze studenten. De katholieke geest van het o n d e r w ij s. Docenten en studenten. U mag ik wel te zamen noemen, omdat uwe idealen toch grootendeels parallel loopen. Op u doe ik een beroep bij het aanvaarden van mijn ambt. Van u zal het mede afhangen, of de Leergangen beantwoorden zullen aan het doel, waarvoor zij in hot leven zijn geroe pen. Uw werk op het gebied van kunst en van wetenschap zal van onberekenbaar nut kunnen zijn voor ons katholiek volk •tot in verre toekomst. edenkt daarom, dat volgens het verlan gen der Bisschoppen, in 1808 in hun onder- wijs-mandement neergelegd, het godsdien stig element geheel het onderwijs moet doordringen. Ora, bid: dat moet op do eerste plaats staan: labora, werk: dat zal dan des le gemakkelijker vallen. Thomas van Aquino verklaarde meer ge leerd le hebben aan den voet van het kruis dan in alle boeken te zamen. Pasteur zeide zoo veel tc hebben kunnen doen voor de wetenschap, omdat hij het geloof had van een eenvoudigen Bretonschen boer. Laat zulke voorbeelden u bezielen en aanmoedi- Uemcl en aarde, waar is dan mijn zoon, die wakkere knaap, die bloem van Syracuse? Daarginds, diep in den grond der zee ligt zijn gebeente begraven; jong en schoon, op den dag van zijn huwelijk met uw doch ter, moest de arme jongeling 9terven, op zijn bruilofstfecst!... Die geel-bruino hond van een barbaar was de broeder van derzen." liet was duidelijk te zien, dat bij die herinnering de toorn van den officier bij ieder woord toenam. „Maar laat toch dat schelden en razen, Pedro!" viel Meria hem in de reden, om hem te doen bedaren. Doch de markies ging voort: „Als hij niet onder uw bescher ming w-as koelde ik aan hom mijn woede. O inijn zoon! vlug weer le paard en weg van hier! Vaarwel!" Slechts met moeite gelukte het den graaf don zoo in hot harnas gejaagden markies te weerhouden, terwijl Ferdinand onder den stortregen van toornige woorden en ver- wijtingen van Orla het hoofd ophief en zijn blik op Eugenia's oogen vestigde, als het ware vroeg: „Is het dan billijk, dat ik zoo boet voor de schuld van mijn broeder?" De graaf nam het antwoord over voor zijn dochter, en lichtte den eindelijk tot be daren gekomen markies omtrent den loe- sland van den jongeling in. „Is dat alles zoo en mag ik u gelooven?" sprak Orla toen en reikte Ferdinand de goh bij uw werken on streven. Dc foto dienst staal de wetenschap niot in u- u weg"; integendeel. God is de Heer der we tenschap. De liefde lot Jlem zal u tol steun en slut zijn bij het uw wetenschappelijk ,werk. Gedenkt het woord van Sinl Bernardus: ..Scientia sine caritat® aberral.Wetenschap zonder die liefde niaakl dienden. Scicntia cum caritate aedificat. Wetenschap met- die liefde maakt sterken, die kunnen bou wen aan dal. verheven genouw, waarop Christus' kruis zal schitteren, in welk# schaduw de measchhcid alleen rust o** vrede kan vinden. SPORT. VOETBAL. Overzicht. Januari is een, der dne ■wintermaanden. Al licht weet ge 't, lezer, doch misschien weet go nog niet dal deze eerste maand vau 't jaar voor de voetballerij meestal een hinderlijke spelbreker is. zieker, December of Februari kunnen zich dikwijls ook doen gelden, terwijl bij 'uitzondering Januari verraderlijk mooi kan zijn. maar do praktijk heeft toch bewezen dat iu doöisnee deze wintermaand, waarin we thans leven, do. meeste voetballoozc Zondagen bezorgt. Het kan best gebeuven dat we 'e Zaterdags al voorrekenen hoe overal gespeeld kan wor den, terwijl de vruchten van den Zondag 's avonds puver zijn. Daarom zijn wij in deze maarul 't huiverigst om een overzicht te schrijven. De hoofdstedelijke croniqruers hebben in hun diverse periodieken al uitgerekend dat er heel voel kans bestaat dat het Westelijk kampioen schap in Amsterdam komt. Och, veel tegen zeg gen kunnen we niet en wo wachten dan ook maar af Dat is waar, dal do op 't oogenblik bestaande concurrent der hoofdstedelijke clubs, Haarlem al, der traditie getrouw, geen ern stig concurrent is, zoodat dc Stadionmenschen en Ajax hier dus weinig tegenstand behoeven te verwachten. Dat wil editor nog niet zeggen dat Ajax Zondag aan den Schoterweg een walk-over zal hebben, Integendeel zullen de roodbroeken een warmö ontvangst bereiden en deze wedstrijd is dan ook elk seizoen bijzon- dor spannend. Zoo herinneren wij ons het gloTiclijdpork van Ajax, waarin alle clubs op eigen grond werden geklopt, met uitzondering van Haarlem en Hercules, die beiden een 0—0 uitslag bewerkten. En nu Ajax 'haar kaïmpiocnsvorm (otaal kwijt is, is de kans ook grooleir dat Haarlem dit seizoen, evenals Blauw-Wit, ook Ajax op eigen grond een nederlaag zal bezorgen. Als dit zoo is dan krijgt Blauw-Wit een rui meren voorsprong, want dat zij in '1 Stadion tegen D. F. C. een veer zal laten, gelooven wo toch niet. II V. V. is Zondag gastvrouw tegen V. 0. C. en zal, naar we meenen, de 6e overwinning in successie boeken, tenzij de Rotterdammers bui tengewoon uit hun Iiock schieten. 't Zal voor do Amsterdamsche Benjamins niet erg aangenaam zijn steeds weer met twee amdoro clubs do publieke belangstelling to moeien deelcn. Zoo spelen nu Blauw-Wit, V. V. A. en A. F. C. op eigen veld, terwijl de Spartaan by V. V. A. de gast is. Wijl 't hier dus een plaatselijke ontmoeting geldt, zal dit wel veel publiek trekken, terwijl A. F. C., H. B. S. ontvangend, niet over te veel drukte zal te klagen hebben. Dal het resultaat van V. V. A.Spartaan niet le voorspellen is, is wel aannemelijk en dat H. B. S. over A. F. C. zal zegevieren, lijkt ons vrijwel zeker. Sparta ontvangt U. V. V. en zal don 6trijd om Ihet beslaan met hopelooze volharding uit strijden. U. V. V. is echter wel een ploeg dio zicli door Sparta zal laten kloppen en daarom verwachten we nu een Sparta-overwinning. De 3o klasse D geeft 6leohts twee wedstrij den V. S.Celeritas en B. M. T.—V. C S, Alzoo zullen hier in dc Sleutelstad do ernstig ste concurrenten van U. V. S. en A S. G. mor gen legen de blauw-witten strijden. Met ver langen zien wij dezen kamp tegemoet, medo ook in verba met een voorgewende aan klacht tegen een der U. V. S.-opelers, wegens gevaarlijke robusthcid Laat de bctrekkolijko speler zich onverminderd geven dan kunnen we Maandag van een onpartijdig oordeel ge wagen. Alvorens over te gaan tot een bespreking van het weds I rijd programma van den L. V. B. moet oqs een en ander omtrent dozen bondi eelvon uit do peu. Eenige weken geleden fungeerde voor een' eerste klas wedstrijd, welke beloofde niet zacht aardig le zijn, een fluitist die absoluut onbe kwaam was om dezen kamp to leiden en die dan ook, volgens ooggetuigen, ettelijke krom me beslissingen gaf Daar ons zijn benoeming op 'l eerste gezicht :tl dwaas leek, informeer den wij hierover hij do bc-trekkelijke autoritei ten, die deze benoeming in de hand haiMeni ruwe krijgsmansliaml, „welnu .dan ln.b ik. u te kort gedaan, en wie geen schurk is ziel. zijn onrecht in en heeft er berouw van. Gij vergeeft mij immers, jonge Muzelman?" „Hij is gedoopt en een christen, gelijk wij," gaf dc gravin aan den markies te kennen. „lCen christen zooals wij? Des to beter, dan staan wij in nadere betrekking. Waar lijk, zijn blik is goedaardig en tevens moe dig. Dal zou een uitmuntend zeeheld geven, die goed zou passen voor mijn plan. Hoe schikt alles zich toch zonderling. Immers, had ik nimmer kunnen gelooven, dat on der deze donkere huid een braaf man zou schuilen. Misschien, bij slot van rekening, zijn wij nog ter rechter ure bijeengekomen. Ik had juist zulk een jongeling noodig, ik zou hem wel willen meenemen. Spreek rechtuit, zoudt gij van elkander kunne® scheiden?" „lieer," antwoordde Ferdinand, ik zou mijn weldoeners toch spoedig moeten ver laten. Het pad der eer is mij op de zee ge opend, en den eersten dien ik tref, moge, God geve het, mijn broeder zijn." Dit behaagde den* markies zeer, en de krachtige strijdlustige Moorenzoon was spoedig zijn man geworden. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1921 | | pagina 3