tnen, tc zanicn tot con bciTiusr van ruim 11.000 verdwenen warm. Een 25-jarige klerk we-'d geaiieslcord', aan wicn deze verduistering geweten moet worden. (Tel) To Maastricht is gister hot 6-jarig dochforlio van dén he ei* IT., buiten de TongC'scUe Poort, door het stielen met vuur in brand geraakt en in levensgevaarlijken toestand! naar het gesticht CalvarienboT-g overgebracht. Ij 1 o y d s meldt u i I, B r i d d Ungton (Yo»k. Engeland) da' 'n bagger- molcn, die door de sleepboot Poolzee van Rotterdam werd gesleept-, in de baaj van Bnddlington gezonken is. Een kleine sleepboot dio de sleep vergezel de, is ook gezonken. Do bcinannirigen' zijn geüed Er bestaat veel kans, dat men den baggermolen zal kunnen lich ten. Een a g o. n t. d' i e i n d. e Zandstraal te Rotterdam een olienootjes- yonler wilde opbrengen, ondervond daarbij hevig vetzef. Nadat vcyrsleö'king was aangerukt veegde men met sabel e,n gummislok den omtrek schoon. Toon het bekende bloempóttenbombarde.ment uit, de. bovenramen aanving- worden niet. minder d«n twintig revolverschoten gelost. Twee agenten zijn in het zieken huis verbonden. Door den s t a l i o.n s 'd i' e n s t te Elton werd er Zondagmiddag de aan- dbtoht op gevestigd van bot station Ze venaar dat een naar Nederland roton de jonge damo rV'-vr een verdacht, ind'i- viidu met. oneerlijke bedoelingen wc-rdon meegevoerd Rij aankomst van 'den trein 1c Zevenaar bleek inderdaad oen 16-Tafijr incisie in handenvan een vreemdeling te zijn gevallen!. Hot kind moest naar Breda., doch de man wilde haar meenemen naop Rotterdam. De man wist üfi politie fe ontkomen. D e s t O' n m t r a wier IJ m u ?- 'den 557 .."Pacific" der Mij. ..Blauwe Ster" fe IJnfuidcn kwam gistermiddag &.]<jaa.r bhrnm met een geheelo equipa ge zijnde 12 man van den stoomtrawler i.TM. 112 ..Witbelmlna" van de Mii. vBeslevaer" aan boord Laatsgenoomd schip was waarschijnlijk tengevolge van een mijnonlploffing in de Noordzee ge zonken. Do bemanning kon het schip in eigen boot verlaten. Ze wc Dj later opgepikt cfoonr den paneelenden stoomirav-i^r ..Paó'fie", welke ze veilig in behouden haven bracht. Deze trawler heeft de dVilbelmina" welke; in zinkenden loc-land verkeerde on sleeplouw genomen, doch na het voai tuig S kwartier gesleept te hebben, zonk het ir. de diepte weg. Een w a re b f a n d is u i t g e- h roken te Tandjoeng Pan dan. Twaalf tokos. een goedang en 19 woningen zijn verbrand. De schade bedraagt! 6V& ion. E e n z w a v e brand li e e f t te Djocja tweehonderd huizen verweest. Een politieagient in functie in een groote stad in Limburg kwam bij zijn familie te Echt. 1-Iij bracht zijn zwagér ec-n messteek toe en schoot hem met een revolver in liet zitvlak. De agent zit in de doos. STADSNIEUWS. R. K. VAKSCHOOL VOOR MEISJES. De R. K. Vakschool voor Meisjes aan het Noordeinde: wie kent haar niet? De zoo vele schitterende resuUaien, in den loop der laatste jaren verkregen, spreken luide. De pogingen der grondleggers dezer vak school, die beoogt meer kennis en ontwik keling bij te brengen aan de meisjes, die de gewone school hebben verlaten, wor den wel rijkelijk beloond. Ook dit jaar mag weer een succesjaar worden genoemd: de tentoonstelling van het dcor de leerlingen vervaardigde werk zegt dit genopg. Hedenmiddag te half drie werd in tegen woordigheid van liet bestuur de tentoon stelling geopend door den WelEerw. Pa ter Bouters, en wij mogen zeker ver wachten, dat een druk bezoek het werk en de moeite en opofferingen van bet be stuur mogebeloon en. Dat verdient bet in derdaad. Bij een geleidelijk bezoek aan de diverse afdeelingen toch komt men tot de overtui ging, dat hier een groot sociaal werk wordt .verricht, waarvan degenen, die er aan medewerken niet anders dan heerlijke .vruchten kunnen plukken. Geen pen vermag zoo goed de resulta ten te beschrijven van hetgeen hier, zij het dan ook ten koste van vele opofferingen, geleerd wordt als een bezoek zelve aan de •tentoonstelling. Dit, en dit alleen, is in slaat iemand een idee te geven van het omvangrijke en succesvolle streven der R. K. Vakschool. Een aansporing derhalve dezer dagen een bezoek te brengen aan de tentoonstel ling lijkt ons overbodig. De tentoonstelling is geopend, heden en morgen van 2.30 -5 uur en van 79 uur. •Echter zijn er altijd op wie. een simpele aansporing, hoe krachtig ook bedoeld, geen indruk maakt. Een overzicht van het tentoongestelde mc.ge daarom meer effect hebben. In de eerste plaats zagen we een afdee ling speciaal gewijd aan de voedingsleer en warenkennis, waar de leermiddelen aangeven de herkomst, de qualiteit en te vens de fabricage, van diverse huishoude lijke benoodigdheden, die er op w ijzer ilafc behalve het gebruik van deze artikelen ook geleerd wordt welke artikelen liet best zijn. De verschillende schriften van de avond leerlingen tooncn voorts alm, dat ook bet onderwijs een voorname rol speelt bij een goede opvoeding. In de afdeeling huishoudelijk werk lee- -vn de meisjes bet schoonmaken en schoon houden van diverse huishoudelijke artike- "Jen a.'s van metalen, glas- en aardewerk, v.eefsels enz. We zien er o. m. verschillen de branders, poetsmiddelen, houtsoorten; jve zien de verandering die de ruvytj ,wol ondergaat to'Jat er een wollen deken uit ontstaat. Van de electrische lichtfabrieken zijn ter demonstratie aanwezig een electrische stof zuiger en een straalkachel. Enkele kasten geven voorts een idee van de goede inrich ting en het opbergen van huishoudelijke zaken. Een aparte kamer is ingericht voor kin derkamer, twee andere zijn herschapen in eet- en opdienkamers, alles, zooals te be grijpen valt, om de noodige ontwikkeling te brengen van bet eenvoudigste tot het fijnste in de huishouding, met name liet organiseeren van diners en het smaakvol ■tafeldekken. Verder voerde men ons in het, lokaal voor de waschbehandeling en deelde men ons iets mede over de diverse behandelingen van het wasch- en strijkgoed. Om nu te zeggen, dat wij veel interesse hebben bij deze afdeeling, dat kunnen wij niet. Noch tans moeten wij toegeven, dat een goed- glanzcnde boord en fijn gestreken over hemd ook ons beter aanstaat dan wanneer beide slap zijn. We zagen dan a. de verschillende in deeling der voorwerpen in afdeelingen, men toonde ons de diverse leermiddelen, welke hierbij van dienst kunnen zijn, voor al ook het verven en bijwerken van diver se goederen. Hierna namen \ve«een kijkje in de afdee ling handwerken, waar we ons verplaatst waanden in een smaakvol atelier, waar zod\vel liet eenvoudige verstelwerk en lin- nennaaien als de afdeeling fraaie hand werken onze aandacht trokken. Ten slotte maakten wij kennis met de keuken, werkelijk een voortreffelijke, die gerust op één lijn mag gesteld worden met die van de fijnste hotels. O. m. zagen we de fijne keuken, de kof fietafel, de vegetarische voeding en zie- kenvoeding, verder den inmaak, de volks gerechten, de resultaten van hooikist en stoombewerking, enz. Alles wordt tevens door de leerlingen ge demonstreerd en we mogen allen zeker aanbevelen een kijkje te gaan nemen. Het is werkelijk de moeite waard en wij hopen, dat het bestuur der Vakschool ook door daadwerk el ijken steun succes moge hebben van deze tentoonstelling. Gisteravond, ongeveer 8 uur, was liet op de Zijdgracht en omgeving zeer rumoerig, wat haar oorzaak vond in een twist van do Gebrs. S., welke twist in een formeele vechtpartij oversloeg. Een en ander ver wekte nogal veel consternatie. Met ingang van 1 Juni is bevorderd bij den dienst der directe belastingen van com mies 3de klasse tot commies 2de klasse de heer P. W. Bol. 1ste afd. alhier. De commies 1ste klasse P. L. tier Stege is met ingang- van 16 Juli overgeplaatst van Amsterdam naar hier. De Leidsche Kunstclub De Sphinx houdt ^durende deze maand in haa.r gebouw Rapenburg 81 een groepententoonstelling van schilderijen van werkende leden met in de hoofdgroep werken van H. F. Boet. Rectificatie. In het verslag der raadszitting onderaan le kolom 3e pagina ..Brandstoffenbureau" is een regel weggevallen. Men gelieve al daar te lezen: Aan bet slot der avondzit ting (waarover morgen) komt aan de orde het schrijven van den heer Dubbeldeman inzake de gestes van de Brandstoffencom- GEMETENTERAAD. (Vervolg.) Hierna wordt overgegaan tot de behan deling \an de volgende agenda: lo. Benoeming van eene onderwijzeres aan de Meisjesschool le klasse. In de vorige vergadering werd de aan geboden voordracht teruggezonden. B. en W. deelen' echter mede dat zij geen aanleiding hebben gevonden de voordracht te wijzigen en bieden daarom opnieuw de volgende voordracht aan: De heer DE LANGE zegt dat hij, aange zien B. en W. het niet noodig hebben ge oordeeld mede te deelen waarom bet ad vies van bet hoofd der school niet is ge volgd en hij die adviseur op hoogen prijs stelt, in dit geval blanco zal. stemmen. De heer SIJTSMA had ook verwacht dat door B. en W., die niet gemakkelijk onge lijk schijnen ^te kunnen bexennen, hunne houding nader zouden mötiveeren. Wij hebben nu feitelijk een voordracht van slechts één persoon. Het verlangen van den Baad hebben B. en W. zonder meer naast zich neergelegd. Hij meent dat dit een protest van den Raad verdient. Spr. zal het voorbeeld van den heer De Lange volgen. De lieer KNUTTEL ziet in de houding van B. en W. een beleediging van den Raad. Het benoemingsrecht wordt op deze Wijze een paskwil. B. en W. zijn zoover ge gaan dat zij een verdienstelijk onderwij zeres, die boven de middelmaat uitsteekt, zelfs niet op de voordracht plaatsen. Hij moet tegen dit optreden ten zeerste protesteeren. De heer v. d. LIP, wethouder, acht na de besprekingen in de vorige vergadering een nadere motiveering absoluut overbodig. Spr. heeft toen breedvoerig aangetoond waarom hij met deze voordracht kwam. Hij begrijpt niet hoe de lieer Sijtsma kan zeggen dat er feitelijk geen keus is. Mej. Schnabel kan zeer goed een eventueele be noeming aanvaarden, terwijl er lieelémaal geen reden is om te zeggen dat de Raad mej. Blom niet wil. De uitval van den heer Knuttel acht spr. totaal ongemotiveerd. Men kan de zaak om- keeren on zeggen dat het recht van B. en W. om een voordracht in te dienen een paskwil wordt. Volgens de redeneering van den heer De Lange zou het recht van voordracht be rusten bij bet hoofd der school. De heer DE LANGE doet niets af van het recht van B. en W. Maar ook dit college is gehouden de billijkheid te betrachten. En nu is dit dank zij het optreden van den districts-schoolopzienor. niet gedaan. 'Spr. leest het rapport omwent mej. Plasseliaart van het hoofd der school, dat zeer gunstig luidt, voor. In volgende brieven wordt aan getoond dat de acte Franscli in di't geval absoluut overbodig is. Dit geeft hem het recht thans blanco te stemmen. De heer KNUTTEL meent da: de weth. een 'verkeerde voorstelling geeft van de rechten van den Raad. B. en W. zijn niei anders dan de madatarissea van den Raad. Het voorbij gaan ran mej. P. wil hij kwalificeeren als corruptie- 't Is een zaak die met politiek niets te maken heefts Hij kent deze onderwijzeres die een zeer gunstigen indruk maakt niet. maar vindt het negeeren van dit meisje met 16 dienstjaren onverdedigbaar. Hij wil in geen enkel opzicht voor deze benoeming verant woordelijk zijn en stelt daarom een motie voor oin de voordracht opnieuw terug te zenden aan B- en W. De heer VAN DER LIP heeft een zelfstan dig onderzoek ingesteld en kwam daatb'j lot tie overtuiging dat de voorgedragten candidate voor deze vacature de beste is. De voorstelling van den heer Knuttel dat B. en W. de manda tarissen zijn van den Raad is geheel onjuist. Zij hebben in dit geval eenvoudig de Rijkswet uit i te voeren. - De heer SIJTSMA betoogt dat B. en W. niet uit eigen oo:|eit hebben gezien, maar eenvoudig den schoolopziener volgen. De-heer OOSTDAM zegt dat de motie-Knut tel een veel te verre strekking heeft. Hem spijt het ook dat mej. P. niet op de voordracht is geplaatst, maar om nu wantrouwen uit te spreken in het beleid van B. en W., zoover wenschf hij niet te gaan- De ingediende motis zal hij daarom niet steunen. De VOORZ. zegt dat de heer Knuttel van de Staatsrechterlijke positie van B. en W. een ge heel verkeerde voorstelling geeft. B. en W. gekozen door den Raad. voeren de Rijkswetten geheel zelfstandig uit. Alleen in sommige ge vallen wordt de medewerking van dén Raad Ingeroepen. De motie van der. heer Knuttel in stemming gebracht, wordt verworpen met 18 tegen 12 stemmen. Uitgebracht wordt op Mej. M. H. Saraber 13 stemmen. 2 op Mej. Plasschaart, 15 blanco. Daar niet de meerderheid een geldige stem heeft uitgebracht wordt deze stemming nietig verklaard. Bij de nu volgende stemmin* wojden uitge bracht 30 stemmen, waarvan 13 op Mej. Sara ber en 17 van onwaarde. De VQPRZ. is niet zeker oi deze stemming al dan niet wettig is: B, en W. zullen Lt-n nader onderzoek instellen. Blijkt dat hier zich het ppval voordoet dat de Raad zijne medewer king weigert, dan zullen B en W. benoemen. (Volgens het Kon. Besluit van 20 Dec. 1880 is deze stemming wel degelijk geldig. Over de vraag of een bepaling in liet regle ment van orde als in Leiden, dat een stem ming nietig is indien liet getal behoorlijk ingevulde briefjes niet grooter is dan de helft van het aantal leden der vergade ring, wordt verschillend geoordeeld. Voor zoover heleend, is een dergelijke bepaling, die door niemand minder dan Oppenlieim is verdedigd, nog nooit door de Kroon we gens strijd met de. wet vernietigd. Re d.) 2o. Benoeming van een onderwijzeres aan «te school der 3e klasse no. 3. Door het verloop der vorige stemming ver valt dit agendapunt. 3e. Benoeming van een onderwijzeres in het teekenen aan de Meisjesschool 2e klasse. .Benoemd wordt mei. G. J. M- Hoeks, tlrns tijdelijk ajs zoodanig werkzaam. 4o. Benoeming van een onderwijzer plaats vervangend hoofd der school 3e klasse no. 3- Benoemd wordt de heer A. Sjouw, thans on derwijzer aan dezelfde school. 5o. Öenoemingi van een onderwijzer aan de school der 4e klasse No. 1. Elenoemd wordt de heer W. Caro. onderwij zer te Hoenderloo. 6o. Aan den heer J. H n g. e s' wordt over eenkomstig diens verzoek, wegens benoening tot leeraar aan „Kennis is Macht", eervol ontslag verleend als onderwijzer aan de Openb. Herh-schóol voor Jongens. 7o. Voorstel tot uitbreiding van het getal onderwijzers in de Gymnastiek aan de open- -bare lagere scholen. Het onderwijs in de gymnastiek aan de scho len der 3e klasse vangt thans aan met het vierde leerjaar. Medé op advies van den Districts-schoolrip- ziener stellen B. en W. voor dit onderwijs evenals op de scholen der le en 2e klasse te doen aanvangen me; hei derde leerjaar en in verband daarmede het aantal leerkrach'en in de gymnastiek met één uit te breiden. Aldus besloten. So. Voorstel tot verliooging van eenige pos ten der begrooting, dienst 1920. waarvan de raming te laag is gebleken. Uit een bijgevoegde staat blijkt, dat dc Le- groorin?. van uitgaven over 1919 voor verschillende posten verhoogd -moe: worden tot een totaal van f 917,833.55- Door hoogere ontvangsten enz-, kan hiervan gedekt worden een bedrag van f 595.371.10 1/2. Er moet dus nog lrt een bedrag van A 322.512.44 l'2 worden voorzien. Moniénteel zijn B en \V. niet in staat hier voor een vaststaande dekking aan te geven. Zij willen voorloopig afwachten de uitkcering uit de O. \V B. over 1919 oin dan later zoo n o o i 3 een 'leening op korter termijn aap te gaan. Goedgekeurd. 9o. Voorstel tot nadeie vaststelling van de rentevergoeding van geleende kapitalen door de gestichten ..Endegees:, Voorgeest en Rhijn- geest" en de Stedelijke Lichtfabrieken. Oorspronkelijk werd deze rente vastgesteld op 5 l/2 pCt. Nu de gemeente echter zelf voor hare leeningen 6 pCt. moet betalen komt het B. en W. gewensch: voor dat genoemde instellingen aan de gemeente eenzelfde rente bedrag vergoeden. Goedgekeurd. lOo. Voorstel: a. tot aankoop ten behoeve van de Gasiab.iek van het perceel Dorpstraat no. 57. Sectie A ito. 3768, gemeente Leiderdorp voor f10075. b. tot aankoop van een strookje grond naast het perecel sub a genoemd voor f200.— c. tot beschikbaarstelling van de voor die aankoopen benoodigde gelden. Aldus besloten. llo. Voorstel tot afkoop van het recht van gebruik, hetwelk de weduwe Laman—Over- duin heeft op het perceel Haarlemmers'raat 76 hoek Brandewijnsiecg. Bij den aankoop in 1914 werd door de eige naars bedongen da; oe toenmaals 93-jarige be woonster, de wed. Laman, het recht zou héb ben daarin gedurende haar levert zonder beta ling van huur te blijven wonen. Genoemde we duwe wij nu van dit recht afstand doen tegen een betaling van f 400 voor eens- B. en W. stellen voor op dit aanbod in te gaan. Aangenomen. 12o. Thans komt aan de orde het prae-advies der Commissie belast met het onderzoek naar de billijkheid' van het aan de brugwachters Rietkerken en van Putten verleend ontslag. De lieer SIJTSMA spreekt zijn leedwezen uit dat deze zaak zoolang getraineerd heeft., omdat het hier een paar menschen geldt die in voortdurende spanning hebben geleefd. Het heeft hem ook gegriefd om de Comm. zelf, die de zaak zooveel mogelijk heeft bespoedigd. Méér grievend was ech ter de wijze waarop liet- werk van de Comm. door B. en W. is bejegend. Spr. be treurt het, dat B. en W. zich weer geheel op formeel standpunt hebben geplaatst, alsof er geen hooger recht was dan liet ge schreven recht. B. en W. zeggen dat deze berechting bij hen behoort, 't Is met deze berechting echter zeer zonderling gegaan, liet dnderzoek liet te wensclicn over, terwijl de beschuldiger een beschonken persoon was. De betrokkenen hebben alles beproefd om opnieuw berecht te worden, een bewijs dat zij hie.t schuldig waren. In geval ze schuldig waren zouden ze niet in hooger beroep zijn gegaan. Nu had spr. gehoopt, dat B. en W. aan de besprekingen van de Comm. deel hadden willen nemen zoodai ze de Comm. van ongelijk hadden kunnen overtuigen. Waarom niet? Was het weer om formalistische redenen. Spr. protesteert tegen het verwijt als zou de Comm. geen nauwkeurig onderzoek hebben ingesteld, 't Is waar dat de Comm. w eigerde enkele namen te noemen, maar waarom dan niet aan de werkzaam heden deelgenomen? Er is een nauwkeurig onderzoek ingesteld. Oujuist is de voorstel ling van B. en W. als zou de Comm. ver keerde handelingen hebben vergoelijkt. Dit is onjuist. We hebben het trachten 'te ver klaren. De menschen hebben een poging gedaan om van alle soesali af te komen. Er is gezegd dat zij fooien van Bodijn hebben aangenomen. Dit is juist, maar dat is iets wat anderen ook hebben gedaan. En waar om dan juisft deze personen gestraft? Nu had een inspecteur beweerd dat deze B. slecht bekend stond, maar bij onderzoek bleek dat hij alleen in 1911 wegeris een kleine diefstal veroordeeld werd. De zwaar ste getuige die in deze zaak een groote rol «peelde, werd door den caféhouder Den Heijden sterken drank geweigerd, omdat hij reeds beschonken was. En dat is nu de zw aarste getuige. Dan wijst spr. nog op de slechte verlich ting in dien tijd waardoor het den brug wachters niet mogelijk was, behoorlijk hun taak te vervullen. De Comm. heeft alles nauwkeurig nage gaan en geen bewijs van medeplichtigheid gevonden. De justitie heeft dan ook geen reden gevonden een vervolging in te stel len. Toch hebben B. en W. gemeend de al lerzwaarste straf te moeten 'toepassen. Nu zeggen B. en W. dat ook met het strafregister is gerekend. Bij. onderzoek bleek, dat zij volstrekt niet méér gestraft zijn dan andere brugwachters. De meeste straffen betroffen "bovendien nog onderge schikte vergrijpen. Spr. wijst er nog op dat de directeur ook niet dadelijk 'tot ontslag heeft geadviseerd. Hét eenparig oordeel v an de Comm. was dan ook dat deze menschen te zwaar ge straft zijn. B. en W. wijzen er in hun advies op dat bij aanneming van het voorstel der Comm. •ook het'salaris nog moet worden uitbe taald. Maar is dit een bezwaar, waar het betreft een kw estie van recht doen? Boven dien. ''t zou niet noodig zijn, daar deze men schen voortdurend geld hebben ve.rdiend. De heer DUBBELDEMAN is den heer Sijtsma dankbaar voor het overzicht van het werk der commissie. Spr. wensdit nog even de aandacht te vestigen op het advies van B. en W., dat vol zit van spitsvondig heden en waarbij met, het recht- absoluut geen'rekening wordt gehouden. Spr. wijst er nog op, dat toen de Comm. haar werk begon," overtuigd was dat deze menschen schuldig waren. B. en W. zeggen dat de be rechting bij hen behoort, maar dat is door niemand bestreden. Hij gelooft dat de heer v. d. Lip hier de grootste rol heeft ge speeld en daarom gaan zijn bezwaren in hoofdzaak tegen dezen wethouder. Spr. ge looft niet dat B. en W. opzettelijk onrecht, hebben gedaan, maar dat is itoch geen re den om op hun besluit terug te komen. Verder maakt hij er B. en W. een verwijt van dat zij niiet aan de werkzaamheden van de Comm. hebben deelgenomen, zoodat zij zelf hadden kunnen oordeelen. Spr. wraakt hei ook, dat B. en W. geen getuigen hebben gehoord. (Wethouder v. d. Lip: U hebt de stukken niet eens gelezen.) De lieer Dubbeldeman gaat verder de verschillende argumenten van B. en W. na en meent dat B. en ,W. met de conclusie van de Comm. rekening hadden moetan houden. De ver grijpen van de brugwachters waren van zeer lichten aard, en voor sommigen, het werken in diensttijd, zouden zij zelfs een pluimpje hebben verdiend. Spr. erkent dat deze personen fouten hebben gemaakt, maar hij meent dat hier van een misdrijf geen sprake i£. Hij zou, als hij in dezelfde omstandigheden had verkeerd, misschien hetzelfde hebben gedaa^. De brugwachters heben de kool op de schuit terugge bracht: hadden ze dat niet gedaan, dan haddén B. en W. hen niets kunnen maken. Zij hebben dat gedaan, omdat zij vreesden dat ze anders last zouden krijgen. (Dc heer Huurman: gelooft u dat nu zelf?) De lieer Dubbeldeman:' U bekijkt de zaken van den verkeerden kant; u ziet alles van boven af. De getuigen, die gehoord werden, wa ren dronkelappen die in een roes hunne verklaringen hebben afgelegd. De uitbeta ling van bet gederfde loon acht spr. ge- wenscht als vergoeding voor den last die deze menschen is aangedaan,i_i Verder lieef: spr. vernomen dat de Ha vencommissie zou gerapporteerd hebben dat deze menschen een vaatje zeep hadden gestolen, terwijl later bleek dat de eigenaar zelf de dief was. De heer KNUTTEL wil alleen spreken over de rechtskwestie en zijn ergernis uit spreken over de zinsnede dat bij weer-in- diens:slelling het sa'laris zou moeten wor den uitgekeerd. Wat nu de kwestie zelf betreft: er is aan merking gemaakt over de slotsom waartoe de Comm. kwam. Dit lag echter niet op haar weg. Zij had alleen te beoordeel en of deze straf voldoende gemotiveerd was. Spr. gaat nu op zijn beurt het rapport van B. en W. na. 1-Iij is het onderzoek vol komen onbevangen begonnen. Dat zij de kooien terugbrachten is psychologisch zeer verklaarbaar. Acht van de 'tien arbeiders zouden precies zoo hebben gedaan. B. en W. zeggen dat dit de cardo-questionis is. Uit den ontslagbrief blijkt echter het te gendeel. ITet is n u na het rapport van de Comm., nu men geen andere argumenten- meer heeft, de cardo-questionis geworden. De bewijzen dat er medeplichtigheid be stond. zijn zóó groot,-dat de rechter geen aanlerding vond om te veroordeelen. Op zulke gronden mag geen ontslag volgen. Als argument wordt aangevoerd dat zij vdn Bodijn een fooi hebben aangenomen. Dat is echter iets wat dagelijks onder alle categorién van arbeiders voorkomt. Er is nadruk op gelegd dat Bodijn te kwader naam en faam bekend stond, waaruit dan zou volgen dat men bij zulk een man direct aan diefstal moest denken. Spr. acht dit geheel onjuist. Er was geen enkele reden om bij iemand die wel eens vecht en drinkt, direc-t aan diefstal te denken. Dat zijn uiterst gevaarlijke, onverantwoordelijke, lichtzinnige verklaringen. Een der inspec teurs wees op de bezwarende omstandig heid dat het licht in het huisje uit was. Maar wat bleek later: het dooven van de lichten was voorgeschreven om gas 'te be sparen. Spr. wijst er verder op dat zelfs n u nog niet uitgemaakt is, dat de diefstal werke lijk gepleegd is. Ten slotte zegt de lieer Knuttel omtrent het strafregister, dat daar bij ook onuitgesproken verdenkingen een' rol hebben gespeeld. Hun zijn feiten ten laste gelegd, of althans verdachte omstan digheden aangevoerd, die bij de beoordee ling hebben gegolden, waaraan zij, zooals later bleek,"totaal onschuldig waren. De conclusie van spr. is, dat deze menschen ten onrechtzijn gestraft. Er is geen enkel bewijs van schuld geleverd en spr. is van hunne onschuld dan ook ten volle over tuigd. De heer HEEMSKERK zal na deze uit voerige uiteenzettingen zeer kort zijn. Ilij begint zich te verzetten 'tegen de clausule in het advies van B. en W., als zou hiep ge poogd worden verkeerde dingen goed te praten. Dat is niet het geval. Maar heel de commissie was eenstemmig van oordeel dat deze menschen onrechtvaardig gestraft zijn. In 't bijzonder wil hij èr op wijzen dat 't ook hem voorkomt dat de z.g. ongunstige strafregisters absoluut niet ongunstig zijn. Het betreft hier 17 straffen in 11 dienstja ren, die spr. absoluut niet als straffen aan merkt. Het zijn kleine vergrijpen als 't en kele minuten te laat komen, die in 't leven eiken dag voorkomen. Spr. dringt er op aan het recht dat hier geschonden is te herstellen. De heer OOSTDAM heeft zich geplaatst op het standpunt, van het algemeen belang. I-Iij acht liet een algemeen belang dat er bij straffen liooger beroep is en dat recht vaardig wordt gestraft. Spr. wil niet alle uitdrukkingen die hier gebezigd zijn ver dedigen en ook niet het. geheele rapport be spreken, maar alleen dat gedeelte waarin hij met de meerderheid niet meegaat. Dat betreft het wegleggen van de kooien. Men zegt dat dit eigenlijk niets beteekent, daar de kooien toch zoo goed als waardeloos wa ren. Di't heeft hier echter geen beteekenis. De waarde speelt hier geen rol. Men zegt dat het psychologisch zeer verklaarbaar was, maar dan moeten we dat toch niet goedpraten? Dan brengen wij ze psycholo gisch nog verder van huis. Toen de politie zich met dè zaak bemoeide, was het hun taak het onderzoek zooveel mogelijk in de hand te w erken en daarom moet ten sterk ste worden afgekeurd dat zij trachtten de bewijsstukken te verw ijderen. Spr. zegt niet dat zij daardoor medeplichtig werden, maar ,wel dat zij daardoor 'toonden in hunne be trekking niet op hun plaats te zijn. (De. heer DUBBELDEMAN: Och kerel, je breekt de heele boel af.) De heer OOSTDAM meent het recht te hebben zijne meening du ir'.el ijk te maken. Spr. meent dat hier geen reden is voor oneervol ontslag, maar wel voor ontslag zonder meer. Nu schijnt dit in verband met de verordening niet wel mogelijk >e zijn. Spr. heeft er over gedacht een ma!ie voor te stellen. Deze zou echter alb-eu dan waarde hebben als zij zonder 'hoofdeüjko stemming werd aangenomen; daar dit niet mogelijk schijnt, acht hij de eenige weg dat deze mannen met de uitspraak van de Comm. genoegen nemen. De lieer DE LANGE kan mot !i?' voor stel van de Comm. niet moegaan. Ito: ge heele pleidooi komt hierop neer, dat het menschen betreft die erg onnoozoi waren, bang voor de politie en die niet het onder scheid wisten tusscnen goed en kwaad. Als dit juist is, dan blijkt daaruit reeds Jat zij in deze functie niet op hun plaats wan n. Doorslaande argumenten, die spr. kunnen overtuigen dat B. en W. orechtvaardig zijn opgetreden, heeft hij niet gehoord. Wel heeft het schrijven van den directeur van den havendienst hem versterkt in de mee ning dat B. cn W. deze zaak juist hebben bezien. Waar B. en W. op dit gebied meer ervaring hebben en beter in staat zijn deze zaak te beoordeelen, is er voor spr. geen reden over liet beleid van B. en W. afkeu ring uit te-spreken. Dc heer KUIJVENHOVEN heeft het rap port ingezien. Hij kreeg daarbij den indruk dat als men "n hond wil slaan men wel 'n stok kon vinden en dat verschillende klei ne vergrijpen tot. deze groote straf, die hij veel te zwaar aclrt, hebben meegewerkt. pe lieer v. d. LIP, wethouder, hegint maf

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1920 | | pagina 2