Leidsche
DE HANZEDAG
1920
HANZEBANK
m Bijkantoren ol Correspondentschap- m
Een machtige
Roomsche
Middenstands
demonstratie
Waarom present
ike only way to nave a
Liend is to be one.
De eenige weg, een vriend
te verwerven, is oen Viiei.d
te 2iju.
R. W. Emerson.
ROND EN 11AJN li.
De vriendschap tusscheu Bond en
Bank dateeit reeds van ouden da
tum, is oovcnd.cn ev.ii imcntc en een
We behoeven daarvoor maar even
den heer Chris Jansen aan 't woord
te laten, Directeur van het Centraai
lianzebureau, naast ons bondob=-
stuur de kranige o.ganiaator der
iianzeüagen, die verklaarde:
Daar is meer dan klauk-aiiitera-
tie iu die kort-kracutige combi
natie: Bank en Bond. Want ste.ner
dan de weiluidendneid der wooru-
verbiuuing is ue feitelijke coniDi-
natie van beide groeiende instel
lingen, de heilzame wisseiweraing
tusschen een konsenwent doorge
voerd systeem van luiduenstando-
organisatie en ket sociaal instituut
der Hanze bank.
Een vergelijking met de be
roemde Siameescke tweelingen zou
kier zelfs van pas kunnen zijn,
wanneer men niet moest vreezen
daardoor de zelfstandigheid der
goed harmonieerenue H^nze-zusters
te na te komen.
Dat is geen opschroeverij „pour
besoin de ia cause", maar zóó
nuchtere werkelijkheid, uat de
'Bond het ultra van egoïsme be
reikt door de Bank voorspoed te
wenschen en uat omgekeerd de
Bank zich aan hetzelfue kwaad be
zondigt, wanneer zij noopt op snel
len groei der organisatie.
Geen woorden immers, maar
klare cijfers wijzen telkens weer
de onderlinge afhankelijkheid van
het Bankwezen en de miudcre of
meerdere opgewektheid van het
vereenigmgsleven in de plaatselij
ke afdeelingen uit.
In dit tijdsgewricht, nu het zoo
zoetjes aan een gemeenplaats
wordt te verkondigen, dat de be
dreigde zelfstandigheid van den
Middenstand slechts door krachtige
organisatie kan wuideu gehand
haafd, moet ieder die deze mee
ning onderschrijft, vooral wanneer
hij bij de gevaarlijke concentratie
van het Bankbedrijf het zich ont
wikkelend coöperatiewezen in de
vakvereenigingen met meer dan
een half oog overschouwt, daaruit
de meest optimistische conclusies
trekken met betrekking tot de
Hanzebank.
Wie in het algemeen onderschrijft
dat de positie van den Midden
stand versterking behoeft en dat
deze versterking niet in de laatste
plaats afhankelijk is van de kracht
welke de Katholieke organisatie
zal kunnen ontwikkelen, heeft
daarmede tevens een onwillekeurig
maar sterk pleidooi geleverd voor
de Hanzebank, welker winsten voor
een niet onbelangrijk deel de or
ganisatie ten goede komen.
Immers, waar is kracht voor een
strijdend leger, dat van voldoen
den aanvoer verstoken zou zijn;
waar de kans op herstel van een
teringpatiënt, voor wien medische
hulp en versterkende middelen uit
gesloten mochten blijken
Is het dan te verwonderen, dat
ep een dag, waarop het georgani
seerde Roomsche Middenstands leger
demonstreert en de Nederlandsche
bevolking doet zien, dat de midden
stand allerminst een overbodige
schakel in den ketting der samen
leving mag worden genoemd, de
Hanzebank plaats neemt in de eer
ste rijen
Vandaar dit Banknummer, vandaar
onze overzichten, in wourden on
cijfers, ten dienste gesteld van het
strijdende leger, om kracht bij te
zetten aan de eischen, die behoud
en grootmaking van den middenstand
vorderen.
Degenen, die als buitenstaander»
het verloop der Hanzedageu gade
slaan, moeten tot de wetenschap ko
men, dat de organisatie beschikt over
hulpmiddelen, die de eindoverwin
ning zeker maken, die sober maar
positief aantoonen, dat de georgani
seerde zakenman allerminst voorne
mens is, zijn stand, door hem zoovele
jaren met eere vertegenwoordigd, te
doen oplossen in wat dwaze men-
schen een gereorganiseerde maat
schappij plegen te noemen.
In dit nummer wordt aangegeven,
hoe de Bankieiding zich een behoor
lijk geregeld credietwezen voor den
Middenstand denkt en welke positie
zij inneemt op het terrein der rente
vergoeding.
De appreciatie van den miduen-
stand blijkt wel uit de immer en be
langrijk stijgende cijfers.
GEBRUIK VAN EN BEHOEFTE
AAN CREDIET.
Het was niemand minder dan mi
nister Aalberse, die in het dezer da
gen verschenen gedenkboek van da
Hanzebank deed uitkomen, dat een
goed geregeld, zich aan de nooden
en belangen van den Middenstand
aanpassend Credietwezen, een der
meest noodzakelijke voorwaarden is
voor èen krachtigen middenstand.
En Zijne Excellentie voegde eraan
toe, dat het de eer was der Hanze-
banlien, dat zij dit hebben ingezien
en tijdig van deze gedachte hebben
gemaakt eene daad.
Deze ministerieele waardeering,
bovendien afkomstig van eene zijde,
die alleszins tot oordeelen bevoegd
is, wordt zeker niet algemeen door
den Middenstand gedeeld. Wij nemen
dat waar op onze propagandatochteu
door het Bisdom, waar schier op
elke vergadering, zij het dan ook
door enkelen, de meening naar voren
wordt gebracht, dat de Hanzebank
op het terrein der credietverleening
niet aan aller verwachtingen vol-
De Hanzebank uièg niet vragen
en vróagt ook niet bij elke daad,
die zij stelt:
„Wat zijn vóór alles de flnan-
clcele uitkomsten 1"
„Wat vorderen de belangen
van den Roomsclien Midden
stand
Een goed orgaulsatieman valt de
keuze eener bankrelatie dan ook
niet moeilijk.
doet, dat zij in die omgeving lastig
is en vecleischend, dat zij naast de
eischen van absolute zekerheidsstel
ling bij elke verleening van cre
diet gebruik en behoefte on
der de oogen ziet en dat zij credie-
ten met onvoldoenden omzet eenvou
dig verandert in voorschotten met
verplichte aflossing.
Deze laatsten achten de bankiei
ding conservatief en vasthoudend,
dus niet in het belang van meerdere
middenstanders.
Wij zullen de tot dusverre ge
voerde politiek van Directie en
Commissarissen onder de oogen zien
en motiveeren, daarmede beoogende
er klagers en critici van te overtui
gen, dat inderdaad ook op het ter
rein der credietverleening de alles
beheerschende en altijd geatelde
vraag naar voren treedt:
in«"
in
De lezer conclududeere uit bovenstaand overzicht de ONAF
HANKELIJKE positie der Hanzebank: O-
het verschil tusschen totaal geld»
middelen en uitstaand crediet.
iillIIMilillll.'Uiillllül
ea/a,oZZ/syZ-
Zict/üZea. var/i ee/2 /fSYj/M//*?
•ZZf'
oaajnfta/a/ic/t/fóea. 722/cZcZe/3
ALGEmEENE BELEGGING
BIJ DE
fy/2zro'z//A}r/
-)0
slO_/ry/D_d
<lSPJ3£\RK:AC3
2
21
2%%
3
3%%
>4-
Advertentie-
Op welke wijze worden de belan
gen van den middenstand het beste
gediend
Welke vraag, zooals sommigen
meenen, niet steeds parallel behoeft
te loopen met die
Hoe maken wij het sommige mid
denstanders hl te gemakkelijk?
HET BEGRIP „CREDIET".
Wat wordt onder crediet ver
staan
Het zoo uitnemend geredigeerde
„Maandblad voor het Boekhouden"
geeft, naar het ons wil voorkomen,
daarvan de juiste definitie, het recht
n.l. om onder zekere voorwaarden
te beschikken over het kapitaal van
anderen.
„Krediet ls dus geen eigen
geld, geen eigen bezit, ln de alge-
meene benaming: geen eigen kapi
taal, doch .vreemd geld, vreemd
bezit, vreemd kapitaal, althans het
recht op gebruik en verbruik
daarvan.
.Dit schept den gebruiker moge
lijkheid, winst met het vreemde
kapitaal te maken, welke winst
grootendeels zijn eigendom wordt,
zijn eigen kapitaal dus kan ver
sterken.
,,De verleener van het krediet,
die mogelijk momenteel zelf geen
emplooi had voor zijn eigen kapi
taal. wist zich door het beding van
kapitaalhuur en risicopremie toch
baten te verschaffen. Tevens bleet
het kapitaal niet ongebruikt. Het
kon doeltreffend worden aange
wend.
„Te constanter nu is deze nut
tige werking, ook meer geconcen
treerd, indien bemiddelende tus-
schenlichamen den schakel vor
men tusschen kapitaal-verleenen-
den en kapitaal-behoevenden."
Op een Hauzedag worden de
beste voornemens voor de toekomst
gemaakt.
In eigen kring teruggekeerd moet
de goede gedachte worden omgezet
in eene daad:
ALLEN, ZONDER EENIGE UIT
ZONDERING, AANDEELHOUDER
TE WORDEN VAN EN IN RELA
TIE TE TREDEN MET DE
HANZEBANK, HET KOSTELIJK
BEZIT VAN DE KATHOLIEKE
MIDDENSTANDS-ORGANISATIE.
EEN GOED CREDIET.
Een goed gegeven en genomen be-
drijfscrediet sorteert nuttig econo
misch effect.
Wij zijn het dan ook volkomeu
met de redactie van het boven aan
gehaalde weekblad eens en het tot
dusverre gevoerde beheer getuigt
daarvan, dat hetzelfde principieel®
element der voorwaarden, waarop
gelden aan de Bank worden toever
trouwd, het t lj d e 1 ij k e het kort
opeischbare karakter, door de
Bank ook gelegd moet worden ln
door haar verleende handelscre-
dieten.
Door een vlug functloneeren van
het crediet ontstaat een voortdurend
afwisselend gebruik. DAn Immers ls
er geen sprake van kapitaal vast
legging, doch een permanente
kapitaal wisseling, aan te wen
den al naar de economische be
hoeften.
Zakelijk nut zegt deze Re
dactie terecht moet ten grondslag
liggen aan de transacties, waarvoor
het crediet is gevraagd.