Uit de Omgeving bi Tweede Blad. Zaterdag 20 Maart 1920 mL— 'ark? egt! ei t gesti Geloofsverdediging. r g ibri STA ilD.| dal) ;eRST6 GRONDSLAG: CR IS EEN GOD. 'nSü j) e r a m p c r: des levensvormen Scc r-~ e w ij s tegen 5: -1 bp 1 a a n v an Go d. De Godloochenaars hebben nooit bewe- e! eii dat er geen Gocl bestaat, >:iedaar de Ve" i0it2 inhoud van or.s laa'ste 'aitikel. Op [et -einde daarvan veronderstelden we, la! iemaT d vroeg, wat wc tl an wel 1e enken en te honden hébben omtrent de _er.--hillfr.de opwerpingen, die ivaüi God- 'rziHtacheriaari-- .af Viijdenkerszijde tegen Srllf,, God bestaan gemaakt worden. Welnu, het is deze kwestie, 'die br.s L,;s gaat bezighouden. [Stellen «ve dan allereerst het feit. vast. lardj fokex er wordt heel wat -dn heel sterk te- tek r: het Godsbestaan gerscleitcerd; uit vfr- Di'tücnile- feiten en gcbeurt'-niisscn den- tfj wc slechts aan den oorlog wordt inhoudelijk de gevolglrokkinig of con- isic gcjiïaakt, Uat er .ge n God bestaan Niet waar, men ker.t de zeer populaire L r.'crk v 'breide op werping: „Als er een Ld besiond, dan zou 'dit of dat neet kur.- ien .gebeuren." Met 'andere woord-er.-, men fcèt, dat sommige bepaalde gebeurtenis je la--ni we t.c ir. 'hot algemeen maar imperi noemen onmogelijk te rijmen ij ij met bet bestaan aan God, let wed, aan In oneindig goeden God. Indien er een Windig g' ede Gocl i nieter daad bestond. dan fou'len s «Kier {Zijn wereldbestuur dar ge- 0r|(l ijkc ran a- n zeker niet voorkomen. En aai' wij i u vooiidurend getu'gen zijn in 'allerlei ellende en rampen, daar is ti (och duid dijk, dat een on 'indig goede od rist bestaanbaar is. W&t zulicn >.ve hierop antwoorden? Veofgersl dit. Men denlcc toch v. p. |;ct, dat d:ze op werping rieuw >3. Ze is oud als de weg van K ra1 in gen, gelijk spreekwoord zegt, of juister nog, ze is oud ais liet mc-nschdom zelf. Ik zeg dit [ar: het adres van Hogen en-, die m co non iees lnorelcze opwerping met iets heel bi zon- ors voor den dag te'feomem. Och arme, ■•n allen tijde heeft men aich bezig gchou- ier.i niet vraag, hoe ele rampen in liet keo: oven ck-r menschhi id toch te ïijmc-n zijn m -t het Godsbestaan. De grootste ge eaten ran dvn :«udercn en dor.' nieuw-ren tijd -V-'L l,vi :v u (lio vraag gest id. maar cn j.,i komt het verschil met dj zelfbewuste l Vrijdenkers van li< der: ondanks alles lebben zij vastgehouden oan de ktoarblij- iijf.c waaihciid van 3iet Godsbestaan". Dat it Vpreekt boekdcclcr:De fout der Gptoocliejiaa.rs is, dat w in het geheel W-rjfoog hebben voor de klare en heddero ,IS? icwijzin d:ii? hef. Godsbestaan ofcornstoo- fj lelijk vas'stellen, terwijl f -zich blindsla- lioft ren ep do moeilijkheden (verbonden aan het :i)bs titaan; van God. Ik herhaal daarom zoo nadinikkclijk mogelijk, de tvoorafgaan- d| firtikelerj geven me eladrtoe het recht dat men tooli hooit vorgete, dat, op fironrlen aan de menscholijke rede ont- 'r j her. elhet, Go 'd sbesla a n b e w e- 'r:C^ ien is. Een tweed© fout, waaraan z'ch de Vn'j- j'd :r.kersdia dc gen«»-mde op werping naar Ivorerjbrengen, schuldig maken is. dat zij, nis zjj zich dan eens een. voorstöUing van fcofl maken, deze voorstelling totaal J-det 'deugt. 7...0 dikwijls ik met Godloochenaars [in aanraking kwam is het mij opgevallen, line zij zich God1 dei ken, men vergere mij de miUlrakking, als een sóórt buurman met dezelfde klein-menschelijke vermogens 7 en mej hetzelfde beperkte" in. zicht en ver- Mand a's dj zei vein. Omdat, (li u n Arorsla,r.d on dmdat ,h u n Inzicht geen gronderr Vind't jof kont, waarop hel (bestaan- van God w 1 to verconigen I's met h't aavwez-ig zijtf van rampen, daarom beweren zij, el at gr peen God kan bestaar.'. D«>ch komt hc-t dan' iri het brein dier monsclkn -nooit op, dat Hij, dien ons vers-ar d leerde kennen als de Schepper eeroer werekl, welke ele if-Miwen door aan dc geleerden' slof lol stu dio biedt en bieden zal, dat Hij, dien nr> verstand IcM'de koivnen als de Onaf- 3 harkelijke, Ongeschapen en drhaFve in "alles, ook in verstand en in- ticht. Oneindige Oorzaakik vraag, pmt bet in het breir: dier memschen dan :ke ■Ad gdei nooit öp, dat diio God ?ci9ktffi0ri en groruï te over kan hebbcir., om rarnpon te villen of toe te laten, zonder dat een memsch met o i'.oo beperkt verstajnd die red ener zelfs bevroeden kan? De mensch, die een ander mensch, Kom irj verstand on tin-zicht overtreffend, ziet werken, zal zich indiifin, ten minste zijn verbeelding r.iet grooter is dan Lijn var- stand wel wachten over het doen en laten van diorj ander oen oordeel, laat staan, oen veroordeeling uit te spreken, maar waar het Gods doen er.: laten (betreft, is mm spoedig klaar met een veroordee ling. Ik vraag maar of flat redelijk is? Jet, denkt er maar eens goed over na: ,,iis dat redelijk?" Ik zeide zooeveii'-', men I>e- schouwt Gocl als zijn b'uunn-an». Daarmede heb ik eigenlijk »ic»g to vciei gezegd. Im- mers, doet onze buurman iets. waar wij niet ,,bij" kuuinen, waarvan wij de- reden oile.t kpnnen aclitcihalcn of dat wij mis sel i ion ardors zouden 'doen, dan zal inen ten laatste nog beskuiten, enfin, hij zal liet zelf wol het beste weleru Maar voor God is or geon pardon, hnmeedoogenloos wordt zijn werk beoordeeld en, vororrdoeld, zóó dat men'zeJfs zijn bestaan durft. Ie looche- nnn. dat verstandig? Neen, dat is eigen wijs en afschuwelijke hoogmoed! De derde font der Godloochenaars cn hiermede komen (wij, aon hot. zooge naamd o bewijs is, dal zij zond r moor als b e w o 7. e n voorepzett -n wat pu'st bewezen moot worden. Het is inderdaad waar, ii n d i e n. ik üog.on dat ..i'-clion" den vollen nadruk inelien bewozor: was, dat ..goedzijn" en zelfs or^iuilig goedi zijn", e:n eigenschap van God, onmogelijk kar. samengaan met het aandoen van leed en el'lendc of het toelatcp van rampen, ja. dani, maar tlan ook alh cr. zou er voor de bewering: „indien er om God was zou die of die ramp ons niet tziin overkomen", veel te «eggen zijn, dan, maar dan ook alleen zou men inogcr: besluit n, dus is er geen. God. Maar de zaak is, dat men nooit kan aer.itoonon. dat „goed zijn" of zelfs „on eindig goed zijn" het toelagen of willen var: rampen, cn ellende uitsluit. Er: toch, daar zit 'rn de knoop. Laat ik u cl&ze vraag eens stellen: Kan 'iemand, die goed of oneindig goed is, nooit een /eden hebben, om den mensch lijden te overzenden? Ik heb er reeds dikwijls op gewezen en doe heit hi ei' wederom: Wanneer het om Goel gaat, verlaten de Godloochenaars d< n gewoner, weg \'an het denken cn gaan iiit op.avonturen. Niet waar, terwiji „iemand leed aandoen" tonder ons rnenechcn som tijds juist geldt als een bewijs-va-n waar- ac-'Mijgc. goediheid, mag dat ni-et jepga-an va.n God. Een vader geeft zijn ondeugen der: jongen een flinke kastijding litt is, omda-t li ij zielsveel van zijn.jongen houdt en hem, indücaii lied.'dan noödig blijkt, zelfs c»p gevoelige as'ijze tot een degelijk mensch wilt oproeiden. Een dokter tpereert zijn patiënt onclor veel pijn on desondaiiks houdt de patiënt 5i io-t op te hei halen, dat zijn doktor toch zoo'n goede doktor is. Uit deze voorbeeld or: zien we flus, hoe goed heid of l.gord zijn" kan samengaan nwt leed aandoen. Welnu, hoe kar. au n dan toöh in 's homels naam beweren: „als er een God bcstoivd, zou elïo of die ramp or.s niet zijn overkomen." Kan de go-ede God, om maar iets te noemen, niet door een- z-oMde beweegreden- geleid worden als die vaeler of die dokter, wanneer Hij d-cn iner.isch of de menschlieid eloe-t. of laat Jij,- don? Immers ja! En evengoed als l?cd aan doen in dien vader of in dier.- dokter het bewijs van waarachtige goedheid is, even goed kan lie-l dat ook zijn ir. God. Vorder moeten zij, die zoo geweld:g schermen met: „als er een God bestond er.izeons de-ze vraag beantwcord-en Moet c-en vorst zich maar straffeloos la ten beleedigen, ómdat hij go:d is? Neon, met waar! Welnu, el-ar. God cve-.rmvn. Wat voor denkbeeld hebbe'n de Goüloochenaars toch van ,,gocd zijn"? O Oh, zo verwarrer: goedheid -met ..apenliefde" en -go:d zijn" met „sullig frijn". Laten, ze maar eens denken aan de echt hollandsehe uitelruk- kinger.: „wel goed Mmar niet gek" ,of bok, ,,n.l Ie goed is buurmans gek". Wil tk nu door bovenstaande beschou wing bewerem, dat ir. ieder afzonder.ijk ge va], waarin God ons lijden overzendt of ons ramp er: laat overkomen. 11,-, rede-a daarvan is, dat God on- daardoor wil strafL-n of verbeteren? Volstrekt ui t! Jlc heb t 'ecbts bi'.en, zier., dat ons eigen verstan cl redenen lean aan voer r-r., waarom Semarwl .d.io. goed i-s eer. cTr.der leed kan laten overkomen. Wtlrm. el a a r- u i t v o lg t el a n r o o d z a k e 1 i j k, dat de opwerping, „ïnd'en er b-n God be stond, dan zou die of -die ramp r iet ge schied eijn", absolu-ut niet.opgaat on dat niemand derhalve op dier: grand r e d e- f ij K r w ij t o' zfjh "Gö'dloölïïfeïUlng kan1 of mag volhoudctn. Meer hebber: we niet willen botoogen. Meer kunnen we ook.iiiet betoogen, Meor beflroeA'cn we ook niet te bet oog er:. Om yoor ons geloof in God een r-edel ij ken grondslag t-e hebber:, is het. volstrekt niet noodiig, dat we van Gods doen en Oaten steeds en in ieder geval dc juiste redien kennen dat kou. gezic-n ons beperkt in zicht er: Gods oneindige volmaaktheid, 'n dwaze en hoogmoedige oisch zijn doch het 'is voldoende, als ons verstand bewe zen heeft, dat er geen tegenstrijdigheid gelegen is ir. de bewering, dat een onein dig goede God den mensch of Jdo men-sch- heidi lijden overzonde-r: kan. Welnu, dat hebben- we bewezen. W. P. J. JANUS, Warmond. Kapelaan. Gemengde Berichten. K^pp en tf« Keizer. Dr. Kapp heeft, na zijn vlucht uil Berlijn, bij de Nederland- ische regeerirvg verlof gevraagd om te Ame- rongen ecin onderhoud mei den keizer te hebben. Dit is hem natuurlijk geweigerd op grond van het op bet-kaslcel geldende kap- verbod. Wij hopen, dal onze a£fn keizerfantasi-eën lijdende buitenlandsche collega's deze bit tertafelmop nu eens niet voor ernst zullen opnemen. „Vad." Een vondst. Bij hó't graven op liet Ier- rein achter Boeiineer voor "het nieuwe voetbalveld van „Bredania" te Breda zijn, meldt het „Dagbl. v. N.-Brabant". funda menten blootgelegd, waarschijnlijk van een oud klooster. Er werden daarbij ook geraamten gevonden, waarschijnlijk van vrouwen, zoodat verondersteld wordt dat. ter plaatse een vrouwenklooster heeft ge staan. Onder oor» trririwaigeM gedood. De dertien-jarige H. W. te Hengelo.geraakte al spelende onder een goedeWnwagen der, tram, welke door andere jongens aan het rollen werd gebracht. Hij was onmiddel lijk dood. Doc-r het sohïctnr&sker. Toen een sTa- gcr in de Koningstraat te Hilversum een koe het schietmasker wilele opzetten, stootle het dier hem cloor een onverwachten ruk het masker uit de hand, waardoor dit op den grond viel en het schot afging. De kogel trof den knecht P. Hagen, woon achtig te Kortenhoef, in -den huik. Hij zak te ineen en werrl in hoogst ernstigen toe stand naar de R.K-. Ziekenverpleging ver- voerdj Oi^g&wensohte vreemetebugen. Te Win terswijk zijn vier Duitschers naar Zut- plien overgebracht, verdacht van moord, gepleegd op een landbouwer in het grens plaat'sjc Burlo. Bovendien hebben ze zien in ele buurtschap World onder Winters wijk, schiildig.gemaakt aan diefstal van drie rijwielen. Smokkei-auïo's aange'haud.en. Aan den douanepost te Nispen kwamen Dinsdag avond twee auto's, waarin drie personen waren gezeten, over de grens. Terwijl de douanen de noodige formaliteiten vervul den, sloegen opeens de auto's in vlieg'onde vaart op de vlucht. Ze werden echter te Roosendaal door de maréchaussees weder om aangehouden, waar bleek, dat de auto's smokkelwaar bevatten en de be stuurders van wapenen voorzien waren. De auto's mét inhoud, werden nu in beslag genomen en de inzittenden -in vrijheid ge steld. Dure Korset*. 0>p het einde der vori ge weck zijn dc eerste kersen op de Parij- scho markt \*erschenen. Zij gingen tegen den fabelachtigen prijs \ran 89 rrancs per trosje van 5 kensen van dc hand. Zou het gewénscht zijn, vraagt ele „Croix" op deze vruchten cle luxe-bcla3- 'ting van toepassing te verklaren? De onveiligheid ten Ptatfelande. Door eon groot aantal burgemeesters in West- Friesland is een vergadering gehouden, teneinde middelen te beramen tegen de groote onveiligheid op het platteland. Tai van inbraken en diefstallen hebben in de laatste maanden plaats gehad. Er schijnt e'on bencle te bestaan, die er 's nachts met een auto op uitgaat om te stelen, wat tot nu toe met succes is geschied. Kct ss genoeg. In den ring Fallink- borstel (Duitschlandl wilde een houteige naar een groote partij hout verknopen, cn had daarvoor den dag aangekondigd. Bij den aanvang der ve7-kooping hadden zich een groot aantal kooplustigen verza meld. Toen de verpJoping begon, werd er flink geboden, daar iedereen hout wilde koopen. Dc bouteIg'CnS'cêr KBOTdé fÏÏStTg Toe. Toen' de kooplustigen aan zijn gemaakte taxatie gekomen waren, trad hij naar voren en sprak: „Es ist genug. mehr will ich nicht für das Holz haben?" Door deze verkla ring hield het bieden op en menigü kleine patroon kon voor een behoorlijken prijs een partijtje hout bekomen. De redacteur van liet R.-K. Bondsblad voor Houtbewerkers, dat bovenstaand be richtje uit Der Holzkauefer overneemt, voegt cr aan toe: Dit lijkt mij wel het meest aanbevelcnswaar dig voorbeeld om alle onrust cn drijverij uit ele wereld te helpen en weer tol nor male omstandigheden te komen. „Het is genöeg" beteekent dat men te- veden is. „Vad." Dienstbodetmood. 't Geschiedde op de Hooidrift. Ie Rotterdam, schrijft het „Rott. Nieuwsblad": Een familie aldaar woonachtig, liet haar dienstbode, met wie het lieusch niet langer ging, omdat frij allerlei minder gunstige aanwendsels had, om het nu maar heel laenschlievenel uit te drukken door een politie-agtent uit baar huis zetten. Zoo iets trekt .natuurlijk ele aandacht in ele buurt. Er vormen zich groepen, die voor- en te genstanders van mevrouw zijn. Er wordt druk gebabbeld over het geval. Doch hoort wat hier geschiedde. j Uit een huis aan de overzijde kwam cèn mevrouw snel en vlijtig door öe huisdeur en de stoep af, de straat op gewandeld. Zi] ging naar de builengezette. dienstbode, die hoonlachend protesteerde, nam haar liefde vol onder den arm en bracht haar troos tend en vriendelijke woordjes toesprekend, bij haar binnen. Zij bad zoovele weken vergeefs om een meid geadverteerd En nu had ze er één kant en klaar, met pak en zak, die dade lijk aan den arbeid kon gaan. Zij vond het een buitengewonen bof! ROELOFARENDSVEEN. R. K. Prop. Olub „St. WiJlibrorilus". Deze vareonigir.g hield Woensdagavond oen verplichte Gdenvergaderirg, waartoe ook de damespropagandiston waren uitge- nioodjgd. Dc Veorz. opomt de vergadering, verwelkomt Geestelijken Adviseur, Be stuur en talrijke leden ■ctj zet vervolgens uiteen, waartoe de-zo gecombineerd: ver gadering lis bije-n geroep cm. Op de jongst leden-gehouden vergadering voor vrouwen, •uitgeschreven door do R. K. Kicsvere'-inl- giiag „Alkemade' warc-iu ook ineisjcspro- pagandisten aangenomon. Nu is h:t de bedoeling, dat zij ook ais lid der beslaan de R. K. Prop. Club zouden wond.in opge nomen, om onder één bestuur de sociale en politieke werkzaamh cd ar: te vi?mch- tein. \'eTvolgens werden door den (secretaris de notulen der vorige vergalderir.g gelezen die daarop werden goedgekeurd. Hierna volgde de wijziiging der.Slatu- ten, in vcrbar.d met tie reoigarasati.e der R. K. Prop. Club. Deze werdt-n met a'ge- iheene stemmen naugenomer: en rul.'en Avórden opgezpnidc.n ter ydrkrijgit'.g der. Bisschoppelijke cn Koruinblijke goedkeu ring. Het fluisb. Rcgl. werd vlug afge handeld. Door den Geestelijken A'dv. Kapelaan Sister mans werd nog oen Avoorcl gespro ken tot de propagandisten. ZijnEcrw. be toogt, dat door het. vam kracht worden van ho|. vrouwenkiesrecht, ook dames- in verschiiiilendtc vcirevniigingon deel zullen uitmaken van het bestuur cn dat zulks ook in de Prop. Club volgens de Statuten zat plaats hebber:. Deze verkiezing zal geschieden r,P de eerstvolgend? ledenver gadering. Zijn Eerw. wekt de Propagan disten op, de gelegenheid te baat te ne men, om nog rcenige weldoen ©rsfsters) en Donateurs(tiüces) a*oor de B. K. Prop. Club aar. te werven en spoort allen aan tot bij- woning der oiitwikkelingsavorclen. Hierna werd dé vergadering geslot :n. RIJNSATERWOUDE. Gemeenteraad. Voorzitter de lieer E. Weststeijn, wet houder. Afwezig de lieer Dt? Rijk. De notulen der vorige vergadering Avor- den onveranderd vastgesteld. De toelichting der verschillende stukken geschiedt grootendeels door de heeren J. C. Baumann, burgemeester van Woubrug- ge, én C. J. a-an As, ambtenaar ter secreta rie van Rijnzaterwoude. Er zijn talrijke ingekomen stukken, o. a.: o. goedkeuring door Geel. Staten van erfpachtuitgifte van grond aan A. Th. de Boer: b. proces-verbaal van kasopname bij den gemeente-ontvanger op 29 Dec. j1. constateerende 'dat f 1107.82,5 ut (Tatf was» met inbegrip van verrekenbare stukken; c. op een verzoek van den Raad van de federatie yan .Vrijwillige Burgerwachten' genaamd Baljuwschap Alphen aan den Rijn om subsidie te mogen ontvangen teri bedrage v an een halve cent per inwoner., wordt besloten t e berichten dat Rijnzater-. woude niet onder Alplien maar onder. Nieuwër-Amstel hoort. De heer Baumann licht toe hoe cr verwarring is ontstaan over deze kwestie, d. De lieer L. Bout hoorn, arts te Leimuiden, v erzoekt alsnog uitbetaling van zijn nota ad f29 Noor ver richte vaccinatie. De heeren Baumann en Van As lichten toe dat de vaccinateur niet aan zijne verplichtingen heeft voldaan, doordat niet tijdig publiciteit is gegeven, niet eens maar meerdere malen. De hee. ren Hoogeboom, Verbeek en v. d. Zvvan Avillen toch uitbetalen, Avaarloe dan ook met algemeene stemmen wordt besloten, e. Op een verzoek der afd. Aalsmeer .van den Bond van Ned. Scliilderpatroons oni f 30 subsidie aan de patroonsleergang al daar wordt afwijzend beschikt, f. Eveni zoo op sen verzoek van G. Willems e. a. betreffende uitkeering aan gedemobiliseer-r den. De termijn is reeds lang gesloten en deze zaak behoort trouwens tot de compe tentie Aran den burgemeester. De heer Ver beek zou er Avel voor voelen hot indertijc^ te dezer zake genomen Raadsbesluit U herzien, maar cle lieer Baumann zegt dat er niets meer aan te doen is. g. Ged. Staten drongen er op aan, aan de Politieschool te Hilversum een subsidie te geven van f20. Dit wordt aangehouden in verband met de mogelijke combinatie met Leimui den. li. Ged. Staten immers zonden be richt dat zij met de a'oorbereiding van een desbetreffend wetsontwerp zijn begonnen, i. Zij zonden tevens een schrijven inhou dende dat de gemeente-ontvanger C. van Heijningen tegen 1 Juli a.s. reeds 3 jaar tijdelijk Averkzaam is en dat dus met dien datum zijn eerste verhooging ad f 25 dient in te gaan. In verband met zijn pensioen geven zij in o verweging hem, le rekenen van 27 Juni 1917 af, vast aan te stellen. Nadat hierover nog comite-generaal is ge houden, wordt hiertoe besloten cn wel met algemeene stemmen. De heer Iloogehoom was aanvankelijk tegen met het oog op de. combinatie der gemeenten, j. Verzoek van den klokkenist J. Kroon om verhooging van zijn jaarwedde van f50 tot f90. Na eenige discussie, cn nadat een voorstel om liem vrij pensioen te geven geen bijval liad gevonden, Averd met algemeene stem men besloten liet gevraagde toe te slaan, k. In verband met een schrijven te dier zake wordt besloten den heer geneesheer te Woubrugge voor een jaar aan te stellen tot vaccinateur. Deze is door B. en W. in middels al met de doodschouw belast. Hier mede verviel punt 3. 2.'Aan de orde is dan punt 2: Electrifica- tie. De heer Hoogeboom doet verslag van de bekende conferentie van raadsleden te Nieuwveen. Na breede discussies wordt be sloten het gevraagde crediet van f 150 toe te staan. Tot lid van cle commissie wordt Avethouder Hoogeboom benoemd. In liet algemeen* was de Raad van oordeel dat, na het gevallen besluit van den Leimuïd- sclien Raad, van de electrificatie wel niet komen zal. 4. Benoeming stembureau. Voorzitter burgemeester Ninaber, plaatsvervangend voorzitter de heer E. Weststeijn. Tot le den Avorden bij acclamatie aangewezen de heeren Compeer, Iviebert en Hooge boom. 5. Vastgesteld wordt het kohier der hon denbelasting over 1920. 6. Wijziging verordening op de heffing a*an den Hoofd. Omslag. B. en W. stellen voor f650 af te trekken met f50 voor ieder kind beneden 16 jaar, zulks mede in ver band met een verzoek van de afd. van den R. K. Volksbond om de aftrek te bepalen op f 600 voor gehuwden cn f 500 voor on- geliuwden, benevens a-oor de kinderen: het eerste f50, het tweede f70, het derdo f90, het vierde fllD. bet vijfde en a-olgen- de f 130. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. 7. Wegens benoeming'van den heer C. J. van As tot commies ter secretarie a-an Gouda wordt hem eervol ontslag verleend als ambtenaar van den Burg. Stand. Als zoodanig bezoldigd ambtenaar wordt be noemd de heer G. J. M. baron van Slinge- landt en als plaatsvervangend ambtenaar wethouder E. Weststeijn. 8. Commissie tot wering van schoolver zuim. Eervol ontslag worelt op verzoek ver leend aan den beer G. Eikelenboom we gens ziekte. De commissie vraagt uitbrei ding van haar ledental tot 5. Hiervoor Avorden, afgaande op het mede ingezonden verslag dier commissie over het vorig jaar, geen termen gevonden. 9. Wegens benoeming van mej. Tanne- FEUILLETON. GEORGE BRUNiNG. George groette hem minzaam; toen zag de geijsaard op en nam zijn muts af. „Zoekt fiij Ti plaatsje uit, goede man?" y.roeg George. Zooals liet God behaagt", antwoordde de oude, „met den wensch om weldra te sterven ga ik slapen en sta er mee op. Ik lien-ten allen tijde lot mijn afscheid uit de/,e wereld gereed." ..Goede oude!" vroeg George hierop, ..kunt gij mij het graf van de oude boerin ook aanwijzen? Zij was de moeder van dvn laatsten boer der hofstede hier, die Jacob Bi nning heette." he oude zag verwonderd op en sprak: J)at kan zoo dadelijk gebeuren, want zij is mijne vrouw geweestIk zelf be woonde de hofstede." Thans zag George den oude aan; het was de Lekende stem, hetzelfde geluid a-an Vroegere jaren, maar \-f.el zwakker, het was het gelaat zijns vaders en met den uitroep„Vader, vader!" kent gij uw Geor- ge niet meer?" viel hij hem om den hals. D.e oude was bedwelmd en cle zoon zóó ontroerd, dat het lang duurde eer er een «MSKjisseldBj.nl. o- Wie bad ook kunnen denken, dat die voorname heer want George stond claar voor hem in deftig gewaad zijn zoon ware, die eens onbemiddeld 't ouderlijke huis verlaten had en als gemeen soldaat de wereld was ingegaan? „Vader!" riep George opnieuw, „kent gij dan uwen George niet meer?" De oude keek op en scheen uit een droom te ontwaken, of veeleer hij meende den 'geest yan zijn zoon te zien. Woorden vond hij niet. Hij zonk uit de armen van zijn zoon op zijn kniecn, nam zijn hoofd deksel ai cn bad. Tranen gaven zijn boe zem lucht en bet licht zijner oogen glin sterde met nieuwe Veracht. „God!" riep hij, de handen omhoog hef fende, „nu mag ik in vrede vertrekken." George werd weemoedighij hief zijn vader op cn bad liem, dit oogenbïik door 'treurige gedachten niet te verbitteren. „Maar zoon! zoo gij het zijn moogt!" riep de grijsaard in den zichtbaarsten strijd tusschen vreugde en smart, „zoon! lioe kunt gij -mij de handelwijze vergeven,' die .gij in uw jeugd van een ontaarden vader ondervonden liebt!" in smartelijke aandoe ning en met gewrongen handen ging hij voort: „Neen, neen! hoe kunt gij liet mij vergeven; schrikkelijk wreekte IIij zich; en gij, gij zijt een mensch!" „Geen woord meer daarvan, yjjder!" sprak George, „of het zou mij berouwen u te hebben Avedergevonden. Ik weet al te goed wie dc schuld was en mij hatelijk maakte in uw oog. God vergove het haar en zij hare ziel genadig! Ik kom niet om te klagen, maar om bij u gelukkig te zijn: zwijgen wij daarom van het verledcne cn zien wij in de toekomst!" Thans begaven zij zich naar het graf der moeder; vooraf echter wilde George het pad naar het huis van den koster inslaan, toen deze juist het kerkhof op kwam, en zijn verbonden arm toonde zichtbaar, dat hij evenzeer in de woelingen der laatste tij den gewikkeld Avas geweest.' De ouele Ivoenraad zag hem aan en riep hem vreugdevol toe: „Deze is mijn zoon George.". En tegen George: „Kent gij uw ouden schoolmeester niet .meer?" De beide bekenden lagen bij dit gezegde reeds in el kanders armen en met innige vriendschap liield George den onderwijzer Avant cle koster was sedert daartoe aangesteld ge worden aan zijn hart geklemd; hij was liet niet vergeten hoe deze man hem voor eenige jaren op de minzaamste wijze had opgenomen, toen zijn liart zoo geschokt was, over do gevoellooze ontvangst bij zijn broeder. De onderwijzer vervolgde lot den ouden man: „Ik meende u juist ten avond maal afgehaald te hebben daar gij zoo lang uitbleef; thans lieve George, gaat gij zeker mede, om tevens bij mij te overnach ten"; en zij begaven zich te zamen naar de koster. Naar het verhaal a-an den koster was de oude Ivoenraad voor eenige maanden te ruggekomen. Van plaats tot plaats had hij ondersteuning moeten vragen, jaren lang had hij in behoefte doorgebracht en toen de nood ten hoogste klom was hij hier heen gekeerd, om te beproeven of hij het hart van zijn zoon niet vermurwen kon; toen echter de oude man de algemeene vernieling bemefkt had, a iel hij half dood op den sneeuwgrond. Zoo werd hij door de dorpelingen gevonden, aoI mede lijden namen zij hem op, om de beurt wordt,hij door hen verpleegd cn gevoed cn heden was het de week, dat hij hij den koster verzorging vond. Hij nam op zijn dringend verzoek een postje in de ge meente Avaar, Avijl hij zijn brood niet om Godswil verlangde. De woning a-an den koster genaderd, ont ving de vrouw des huizes, die George oogenbiikkelijk herkende, den zoon en den vader op de hartelijkste wijze cn toonde dat de Avederzjjdsclie achting in weerwil van tijd cn lot toch was blijven bestaan. Terwijl zij aan tafel zaten vroeg George of men niets van zijn broeder Jacob ge hoord bad. De koster gaf een ontkennend antwoord en George vond het niet raad zaam laatste ontmoeting thans le her halen. I oude Ivoenraaad at weinig; cle zoon, dien hij had wedergevonden, hield zijn oog - - 'durig bezig cn toen George erwijzer mededeelde, dat hij 1. ..n op het vaderlijke erf alles te lui. - h-rsn.-llen *en te herbouwen, werd dit met, \rcHigde nangr-hoord. Onder meer andere erlangde George ook opheldering *..0 er- bonden arm van den koster; „als iemand u daarover spreekt", was het antwoord, „zeg dan maar, dat ik sedert jaren een gezwel aan mijn arm heb; maar u wil ik de zaak wel openbaren. Ik heb deelgeno men aan den strooptocht, en ben door een wakkeren huzaar aan mijn arm gewond." „Ik dank God", zeide zijne vrouw, „dat u niets ergers overkomen is." „Ja, gij hebt gelijk", sprak de koster, „en het spijt mij altijd, dat ik mij in die zaken gewikkeld heb." Maar die hem nauwlettend gadesloegen zagen wel, dat zijn berouw zoor ernstig niet gemeend kon zijn. George leverde het verhaal zijner lotge* vallen en de koster gaf zijn spijt te ken nén, dat cle pastoor thans niet in den kring Avas; „hij werd in de handen der bloeddor* stige vijanden gevangen gehouden, en God weet wanneer hij nog terugkomt. (Wordt vervolgd)»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1920 | | pagina 7