„Ge totals Courant;
Tweede Blad.
Zaterdag 10 Januari 1920
Geioofsverdediging.
TER INLEIDING».
II.
De vorige week hebben wij heel schuch-
;er gewaagd te Veronderstellen, dat een
sekere onkunde veler Katholieken een oor-
wak geweest is, die ons den liefelijken bij
naam van „dom" heeft bezorgd.
Doch Jaten we ons troosten. De eigenlij-
ie oorzaak ligt dieper en deze moeten we
liet zoeken in de Katholieken of het Ka-
boliek geloof, maar in de geeslesgesteld-
id onzer bestrijders. Hoe geleerd dezen
in eigen oogen ook mogen wezen en met
iv eiken eigendunk ze hun wijsheid ook
en gehoore mogen brengen, geloof me,
•n de Roomsche Kerk en hare leer zijn ze
liet thuis, maar vlakweg dom.
Wat moet men dn 's hemelsnaam begin-
len met menschen, die 'bijvoorbeeld praten
,de Mis opdienen", ,,de H. Olie inge
ven" of meenen, dat onfeilbaarheid hetzelf
de is als onzondigheid., enzoovoort, enzoo-
iroort. Dat praat en oordeelt over Roomsche
naken, terwijl de meest averechtsclie en
verkeerde begrippen in bun hoofd rond-
iwarrelen.
Wat me altijd heeft bevreemd is, dat
goedgezinde Katholieken zoo dikwijls direct
naar ingaan op beschuldigingen of opwer-
lingen door den eersten den besten ge-
laan, zonder eerst naar een deugdelijk be
wijs te vragen of zonder eerst 'den tegen
stander te Verzoeken, eens duidelijk en
klaar te zeggen, wat hij nu eigenlijk be
doelt.
Dèt is It-och vóór alles noodig. Zoo maar
fin 't wilde weg schermen geeft niets. Al
disputeeren haalt dan ook gewoonlijk
weinig uit. 1
Daarom geef ik mijn lezers dezen goeden
•aad, een raad, die u veel tijd, veel woor
den en misschien zelfs een droge keel kan
sesparen.
Wanneer ge nog ooit een niet-katholiek
ïoort praten en zwetsen over Roomsche
jeloofspunien, of Roomsche gebruiken,
velke ook, vraag dan eerst, rustig en
;alm, langs uw neus weg, dat hij zoo goed
ïioge wezen, u eens precies te zeggen, wat
'e Katholieke Kerk leert omtrent de zaak
loor 'hem aangevallen. En wanneer ge dan
an uw vraag vasthoudt, zult ge aardige
irvaringen opdoen. Het zal blijken, dat men
5e klok heeft hooren luiden, maar niet
Weet waar de klepel hangt. Ge zult er ver
steld van staan, wat een vreemde en dwaze
opvattingen van onze Katholieke Kerk en
pare leer onder de niet-katholieken de
„rondte doen. Echter, en nu volgt iets
'ij; yen "het grootste belang ge moet natuur-
1 lijk zorgen zelf goed op de hoogte te wezen,
ja, want anders moet ge u in 't geheel
maar niet aan een twistgesprek wagen.
Helaas, hoe vaak heeft schijnbaar ons 'Ka
st iholiek geloof het moeten afleggen, omdat
tatholieken niet beslagen ten ijs kwamen.
Blijkt het dus, en daarop kunt ge ge-
ust rekenen, dat uw tegenstander de plank
taal misslaat, ga er dan niet verder op
i,~maar stuur hem naar huis met dp cora-
flimenten, dat hij eerst eens goed moet in-
1 -rmeeren, hetgeen de Kerk wèl leert, al
vorens nog ooit zoo'n groot woord te voe-
ren.
Om nu op onze zaak terug te komen, het
ïs deze algemeene onkunde of onwetend-
beid op Roomsch gebied bij onze tegen-
ptanders, die hen er toebrengt „.Katholiek
en ,,dom zijn" zoowat als hetzelfde te
peschouwen.
1 Ze hebben wel eens zooiets vernomen
f"<in een Kerkelijk leergezag. En wat denkt
ge nu wel, dat ze daarvan maken? Hoe
.r.flwaas het ook moge zijn, maar ze meenen
yverkelijk, dat een geloovige zijn verstand
niet mag gebruiken en dat de Kerk zij
"felf spreken gewoonlijk van den „Pastoor",''
jyant het onderscheid tusschen het Kerke
lijk leeïgezag en den Pastoor ontgaat hun
n eenenmale welnu, dat de Kerk in
aat is ons voor te houden, dat een koe een
aard en een paard een koe is en dat wij,
'atbolleken. dan niets anders te doen heb-
?n en feitelijk niets anders doen, dan „ja"
knikkebollen.
u'Op een dusdanige manier is bet natuur
lijk erg gemakkelijk het Roomsch geloof
belachelijk te maken en ons voor dom te
""honden.
I Doch de domheid is niet aan onze, maar
aan de overzijde. Een Katholiek behoeft
>1- fijn verstand niet op zolder te zetten. In
tegendeel! Hoe meer hij zijn verstand ge-
gebruiken zal en dusdoende een onderzoek
,e-, lal instellen naar de grondslagen van zijn
geloof, hoe dieper overtuigd Katholiek hij
Wezen zal. Want wat is het geval? Zeker
W'ij gelooven in de Katholieke Kerk en wij
hemen op haar gezag de verschillende ge-
loofswaarheden als zoodanig aan. Doch
pet is een algemeen erkende regel, dat
verstand of de rede aan
'het geloof voorafgaat. De H,
thomas zegt het als volgt: „Wij zouden
iet gelooven, indien wij niet inzagen, dat
f S^iooven moeten." Let wol: „inzien" be-
jgje ken-t: „m e t hot verstand zien",
ug[Dat is volstrekt niets bizonders: het is de
pude Katholieke opvatting. En geen won-
De Schepper gaf den mensch de heer-
|jke gave van het verstand of m. a. w.:
Hij maakte hem tot een redelijk schepsel,
eabm de waarheid te zoeken, te vinden en te
kennen. De waarheid Van het Katholiek
geloof is daarvan niet uitgesloten, ook zij
pan als zoodanig door het verstand: gekénd
r gorden. Een overtuigd Katholiek kan daar-
-gm °P de vraag: „Waarom zijt gij Katho
liek?" vo'mondig antwoorden: Ik ben Ka-
•jkfholiek, omdat mijn verstand mij 'zegt, dat
yj] het wezen moet.
L 'Men ^ei'sla goed. Al zegt mijn ver-
'--Manrt mijdat ik Katholiek moet wezen,
daarom begrijpt en doorschouwt mijn ver
stand de geloofsgeheimen nog niet, die mij
door de Katholieke Kerk te gelooven wor
den voorgehouden. Dat is een. tweede en
heel andere zaak en dat is voor een rede
lijk geloof ook niet noodig.
Hoe gaat het in 't dagelijksch leven?
Een massa dingen, die we zelf met kun
nen controleeren, weten we en kennen we
als waarheid, louter en alleen op gezag
van een ander. Eén Voorbeeld slechts. De
krant brengt ons iederen dag, ik weet niet
hoeveel berichten. Handelen we nu, in het
algemeen gesproken, onredelijk, wanneer
we aan die mededeelingen geloof slaan? De
vraag is slechts of die krant g noegza-
me waarborgen biedt, om ge
loofwaardig te z ij n. Is dat in
derdaad het geval, dan handelen we vol
strekt niet onredelijk door die berichten
aan te nemen, eer het tegendeel.
Aldus is hot ook gesteld met de Katholie
ke Kerk. Langs verstandelijken weg kun
nen we tob de erkenning komen, dat de
Katholieke .Kerk de door en voor ons ver
stand vereischte waarborgen biedt, om
door ons onvoorwaardelijk geloofd te wor
den. Welnu, eenmaal zoover, is er dus niets
'onredelijks of doms of achterlijks in. gele
gen, ons aan haar leergezag te onderwer-
pen> Die onderwerping weigeren, dat zou
onredelijk zijn.
Het is nu onze bedoeling de redelijkheid
van ons gelooven aan te toonen. Daar wc
echter rekening moeten houden met aller
hande slag van menschen, ook bijv. met
Godloochenaars, zullen we van den grond
af beginnen, om, langzaam opbouwend,
ten laatste ook het gezag der Kerk te ver
dedigen. Doch zoover zijn we vooreerst niet.
Er rest ons nog een lange weg.
Vooreerst toch moeten we bewijzen
dat er een God is.
Vervolgens moeten we aantoonen,
dat Go<3 een bepaalden Godsdienst kan
openbaren.
Ten derde zullen we uit de feiten
der geschiedenis bewijzen, dat God werke
lijk een bepaalden Godsdienst, en wel den
Christelijken, heeft geopenbaard.
Om ten vierde aan te toonen, dat
de Christelijke Godsdienst alleen in de Ka
tholieke Kerk ongeschonden te Vinden is.
Deze vier waarheden, door 's mensehen
verstand te achterhalen door redeneering
of uit de gegevens der geschiedenis, worden
gewoonlijk aangeduid als de grondslagen
van het geloof en zij zijn het, die ons zullen
doen inzien, dat wij gelooven moeien, en
als overtuigd Katholiek kunnen zeggen: ik
hen Katholiek, niet omdat mijn ouders Ka
tholiek waren, maar omdat ik heb ingezien,
dat het Katholiek geloof, het geloof
mijner ouders, dc waarheid is.
Zoo noodig, hopen wij onder Gods on
misbare genade en zegening, door deze
„geioofsverdediging" mede te werken aan
het vormen van diep overtuigde Katholie
ken. omdat alleen daar begeestering is voor
de Katholieke zaak en alleen daar een
heerlijk godsdienstig leven kan opbloeien,
waar diep-innerlijke overtuiging is.
W. P. J. JANUS,
Warmond. Kapelaan.
Over „Neutraliteit".
Hoe dikwijls zullen de Katholieken al niet
gewaarschuwd zijn voor de zoogenaamde
neutrale dagbladen en tijdschriften. Als
zoodanig dient zich ook aan het geïllus-
streerde weekblad „De Prins". Hoe neu
traal en onschuldig dit blad is, zal uit het
onderstaande duidelijk blijken.
Onder een reproductie van Pieter Brue-
gels „Kindermoord te Bethlehem" geeft het
't volgende onderschrift: „Het onderwerp
voor dit Bijbelscli-historisch tafreel is ont
leend aan Matth. 9, *10 v.v.; het verhaal
luidt (sic!) dat door -de soldaten; van Hero
des den Groote, alle jongens, jonger dan
■twee jaar, in en om Bethlehem vermoord
zijn geworden olm ofp die wijze den nieuwen
jongen Koning der Joden (Jezus) uit den
weg te ruimen; het wordt echter door velen
in twijfel getrokken, omdat Flavius Jose-
phus, de bekwame geschiedschrijver, die de
gruwelen van Herodes nauwkeurig be
schrijft, van den kindermoord geen melding
imaakt, terwijl er bovendien geen noodza
kelijkheid bestond voor dien maatregel,
daar men het gezochte kind na het bezoek
•der Wijzen in het kleine Bethlehem niet
verborgen kon houden."
De logische gevolgtrekking uit dit onder
schrift is natuurlijk, dat het verhaal van
den (moord op de H.H. Onnoozele Kinderen
£en fabel, een legende is. De redactie van
„De Prins" beweert dus dat de H. Schrift
leugens vertelt. Maar de Roomsche lezer
„De Prins" telt er nog meerderenslikt
het wel. De redactie doet hier een recht-
streekschen aanval op de geloofwaardig
heid van den Bijbel. De Roomsche lezer,
die zulk een blad door zijn abonnement
steunt, is medeplichtig aan dat kwaad. Of
is de heler heter dan de steler?
De argumenten, w.elke „De Prins" weet
aan te halen om de waarheid van het Evan
gelie-verhaal te ontkennen zijn verre van
steekhoudend: Flavius Josephus vermeldt
er niets van.
Is dit zwijgen van den Joodschen ge
schiedschrijver een bewijs tegen de histori
sche waarde van het verhaal van den H.
Mattheus? Be-slist niet. 'Het zwijgen van
Flavius Josephus is zeer goed verklaarbaar
èn uit de zeden van dien tijd èn uit het ka
rakter van Hero'des.
In dien tijd werd het leven van een kind
zoo weinig geacht, dat het in het oog van
den 'heidenschen geschiedschrijver Tacitus
een bijzonderheid was, dat de Joden er be
zwaar in zagen hun pasgeboren kinderen
te dooden.
Met overwonnen vijanden en gevaarlijke
politieke mededingers gebruikte men ook
geen clementie. Zoo lieten Vespasianus en
Domitianus alle leden van het huis van
IDavid opzoeken en vermoorden.
Hét leven van Herodes is vol van. daden,
die niet minder afschuwelijk zijn dan de
kindermoord te Bethlehem. Wie bewijst,
dat Flavius Josephus èl 'die daden heeft
opgeteekend?
Herodes regeerde door moord. I-Iij liet
bijna de geheele familie van zijn tweede
vrouw Mamamne om 't leven brengen. Hij
vermoorde 2ijn grootvader llircanus, zijn
vader Alexander, zijn oom Antigonus, zijn
broeder Aristobulus, zijn moeder Alexandra
en te slotte Mariamne zelf e<n haar beide
kinderen.
Was het dooden der H.H. Onnoozele
Kinderen in vergelijking met de andere
wandaden van Herodes nu een feit van
zoo enorme beteekenis, dat Flavius Jose
phus het als geschiedschrijver had moéten
vermelden?
Gedood werden alle kinderen van twee
jaar en jonger in de „gemeente Bethle
hem. Welnu, Bethlehem had ongeveer twee
duizend inwoners. Rekenen we per duizend
inwoners elk jaar dertig geboorten. Dat
maakt zestig kinderen van twee jaar of
daaronder. Daar alleen de mannelijke kin
deren werden vermoord, kan men hun aan
tal op dertig schatten.
Hit den geest van dien tijd en uit de
'wreedheid van Herodes is het dus heel
goed te verklaren, dat Flavius Josephus
geen melding maakt van den Bethléhem-
schen kindermoord..
Tegenover het zwijgen van Flavius Jo
sephus staat het uitdrukkelijk getuigen
van den H. Mattheus: „Toen Hero'des nu
zag, dat hij door de Wijzen was verschalkt,
werd hij zeer toornig. En hij zondr zijn lie
den uit en doodde in Bethlehem en heel
den omtrek alle knapen van twee jaar en
daaronder, overeenkomstig den tijd, dien
hij van de Wijzen had uitgevorscht."
Mat-h. 2, 16.
Maar het getuigen van de' H. Schrift
heeft geen waarde in het oog van „De
Prins".
Nog een andere moeilijkheid maakt „De
Prins" tegen de waarheid van het Evange
lie-verhaal: men kon het gezochte kind na
het bezoek der Wijzen in het kleine Bethle
hem niet verborgen houden.
Ja-, het is wel moeilijk de feiten der H.
Schrift te verklaren, indien men niet te
doen wil hebben met een alles leidende
Goddelijke Voórzienighelid! Wanneer zijr)
de Wijzen gekotmen? Wanneer is de H. Fa
milie gevlucht? De H. Schrift vermeldt het
ons niet. Zeker is het, dat., toen Herodes
het Goddelijk Kind kwam zoeken, hij het
niet vond. Daarover in woede ontstoken,
liet hij de knapen van twee jaar en jon
ger vermoorden.
Zietdaar dan, Roomsche «hapné's van
„De Prins", de opvatting van uw blad over
het gezag van den Bijbel.
Dat dit blad het met de goede zeden ook
zoo nauw niet neemt, blijkt b.v. uit de ad
vertentie-rubriek.
In een der laatste nummers b.v. wordt
als het beste van het beste aangeprezen een
werk van den zeer gevaarlijken schrijver
Tolstoï over„de liefde".
In een ander nuïnmer wordt een boek
aangeboden, waarvan ik den titel niet noe
men wil, omdat daarin openlijk bij name
zulke dingen worden aangeduid, waarvan
de H. Paolus zegt, dat ze onder ons, Chris
tenen, zelfs*niet mogen genoemd worden.
En dat zijn dan wenken en raadgevingen
voor jongelieden, ouders en opvoeders! 't Is
wel fraai. Zulke hoeken moeten onze jeugd
inlichten!
De Katholieken moeten weten wat zij
doen, als zij een „neutraal" blad op
eenigerlei wijze steunen!
A. K., Pr.
Uit de Pers.
DE BENOEMING VAN MR. LOEFF
TOT STAATSRAAD.
Naar aanleiding van de benoeming van
mr. J. A. Loeff, lid van de Tweede Kamer,
tok. lid van- den Raad van State schrijft
Het Huisgezin:
„De Katholieke Staatspartij gaat hier
mee in de Tweede Kamer een van haar
beste leden verliezen, een man van groote
bekwaamheid, gezag en invloed een,
die in het zeer gemengde gezelschap van
heden de parlementaire traditie, van goe
den huize, vertegenwoordigde.
Stemt' om deze redenen hét a.s. heen
gaan van den heer Loeff uit de Kamer tot
leedwezen, de lichtzijde is, dat het in die
Kamer een anderen Noordbrabander vani
den eersten rang terugbrengt., die minder
door het evenredig kiesrecht dan door mis
verstand en misvatting eenerzijds door
zijn afkeer van reclamezuchi anderzijds,
in 1918 aan de Kamer is ontvallen.
Het feit. dat de -heer Van Sasse van Ys-
selt binnenkort in de Tweede Kamer zal te-
rugkeeren, zal algemeen bevrediging schen
ken.
Uitstekend jurist, kundig, rechtschapen,
toegankelijk voor de nieuwe inzichten,
ondanks zijn leeftijd, man van zijn tijd,
zal hij ook nu nog in de Tweede Kamer
een plaats van beteekenis innemen, herne
men."
DE LGONEN DER AMSTERDAMSCHE
GEMEENTEWERRKLIEDEN.
De Nieuwe Courant maakt in
zijn commentaar op do in den Amsterdam-
schen Raad over de loonen der gemeente
werklieden gehouden discussies en den
gevallen uitslag o. m. de volgende opmer
kingen:
„De houding der sociaal-democraten is
een hoofdstuk op zichzelf en een zeer merk
waardig hoofdstuk. De mededeelingen van
>B. en W. hebben daar eenigen schrik ver
wekt. Men is blijkbaar niet volstrekt zeker
geweest, dat het amendement-Pothuis wel
zou worden verworpen en verworpen wor
den moest het in de gegeven omstandighe
den. Toen de schorsing der vergadering in
het licht had gesteld, dat er geen gevaar
was voor aanneming van helt. amendement
kon men het zonder bezwaar handhaven.
De mooie rol kon men 'blijven spelen te
genover de arbeiders en aan de andere
zijde sauveerde, wethouder Wibaut het ver
antwoordelijkheidsgevoel. Het heeft er zeer
veel van alsof hier een spel met van tevoren
verdeelde rollen gespeeld is. Wij aarzelen
om het te gelooven, omdat wij bij menschen
met een zoo verantwoordelijke taak als
wethouder Wibaut heeft, iets dergelijks zeer
ongaarne veronderstellen. Maar de schijn
pleit heel sterk tegen de soc.-democraten."
ZIELENMOORDENAARS.
Onder 'dit opschrift schrijft Het Cei^
trum:
Onze tijd kenmerkt zich door de afschu
welijkste misdaden.
Een huivering vaart door de leden, als
we telkens weer lezen van de beestachtige
wijze, waarop moorden worden gepleegd
met voorbedachten rade waarop een jeug
dige knaap als een hond verzopen wordt,
waarop menschelijke lichamen worden ge
slacht en in stukken gesneden als slacht-,
vee.
Het is alles van een bestiale afgrijselijk
heid en typeert onzen vreeselijk decaden
ten tijd.
Maar nog afschuwelijker da.n die ver
moording van menschelijke lichamen is de
zielerumoord, die dag in dag uit met de
verfijndste wreedheid gepleegd wordt door
middel van de pers.
Wijl de zielen der menschen van z:>o on
eindig hoogere waarde zijn dar» de licha
men, is dit misdrijf ontzettend misdadiger
en moest de toeneming daarvan ons nog
veel dieper aangrijpen dan de slachtingen
op de lichamen.
Wie zal de moordende uitwerking kun
nen becijferen, door lichtzinnige vuilschrij
vers op de onsterfelijke zielen teweeg ge
bracht?
Men onderschatte toch niet dit vreese
lijk gevaar.
En men beseffe toch wel, dat dit gevaar
niet slechts schuilt- in boeken en tijdschrif-
•ten. waarvan de opstellers zich den op-
Eettelijken zielenmoord blijkbaar ten doel
gesteld hebben, maar ook in door sommi
gen onschuldig geachte neutrale bla
den.
Men vestigt onze aandacht op een schetsje
voorkomend iin „De Telegraaf' van 11
Dec. j.l.
Dat is allerverderfelijkste lectuur!
De lichtzinnige wijze, waarop in 'dat
schetsje het ontuchtig bedrijf van een
pliclitvergeten echtgenoot wordt aange
duid, moet een pernicieusen indruk mar
ken op een ieder, hij wien het zedelijk ge
voel nog niet is afgestompt.
En het kan niet anders, of hij geregelde
lezing van zulk een zielenmoordend ge
schrijf moet alle zedelijk onderscheidings
vermogen worden weggevaagd, alle zielen
adel worden vertrapt, alle deugdzaamheid
worden bezoedeld.
Een pest is dergelijke zwoele, wufte lec
tuur, een pest, die elk fatsoenlijk meffsch
zal ontvluchten uit liefde voor zichzelf,
uit liefde voor zijn kinderen, uit liefde
vöor Se maatschappij.
Katholieken mijdt „De Telegraaf' (en an-
'dere neutrale bladen) als de
pest.
Zij telt 'onder haar medewerkers ziele-
moordenaars, die veel afschuwelijker werk
verrichten dan de bedrijvers der ontzet
tende moorden, die de laatste weken zulke
schokken van ontzetting door ons land
hebben 'gej aagd.
Gemengde Berichten.
Verdwenen. Donderdagavond liet een
inwoner van Rijswijk bij 'liet verlaten der
stoomtram een pakje inhoudende zilveren
voorwerpen 'daarin achter. Toean hij het
verlies bemerkte was de tram reeds naar
Delft vertrokken. Bij terugkomst uit Delft
was het pakje met kostbaarheden uit den
tram verdwenen.
Ontrouw postbeambte. Ten kantore
der Nationale Bankverecniging te Delft
werd dezer dagen een primawissel, groot
f 160 afkomstig uit Bandoeng, uitbetaald
aan een student. Later bleek dat te voren
de secundawisse] reeds was uitbetaald aan
een onbekende. Uit het onderzoek der re
cherche is gebleken 'dat de Haagsche brie
venbesteller A. v. d. H. zich aan deze
fraude heeft schuldig gemaakt.
Droevig. Nabij Roden is de landbou
wer L. voorover in een modderpoel geval
len en gestikt. Hij laat een vrouw met
tzes kinderen achter.
Inbraken. Donderdagnacht is te 's Gra-
venhage een inbraak geploegd bij den heer
K. in de Zeestraat. De inbrekers zijn van
achteren over een schutting in den tuin
van het perceel gekomen en daarna door
indrukking van een ruit naar binnen ge
komen. Daar hebben zij een hoeveelheid
zilver, ter waarde van eenige honderden
guldens gestolen, benevens een aantal klee-
dingstukken, zoodat het vermoeden be
staat. dat hier dezelfde bende aan het
werk is geweest, welke 'deze week drie in
braken in Duinoord heeft gepleegd.
Gisternacht is een bezoek gebracht aan
een villa aan don Jozef Israels weg en daar
is ook een hoeveelheid zilver en klce'ding-
stukken ontvreemd.
Verder is nog ingebroken in een huis
aan den Gogöhveg, maar aangezien dit
•huis bijna leeg was, het was onbewoond,
is hier de buit zeer gering.
Terugkeer naar normale tijden. De
tijdsomstandigheden hebben zich geducht
laten gevoelen bij de verpachting van
dijken, wegen en bouwakkers van den pol
der Heer Hugowaard, schrijft het „N. v.
cl. D.". De totale pachtsom heiiep ruim
f 7000 minder da.n die der vorige verpach
ting, een belangrijke daling dus.
Roovors manieren. Uit Maastricht
meldt men: Een tweetal personen uit
Nieuwstadt de hgeren G. en R. waren, al
wandelend over de IJsstraat, zonder dat
ze het wisten, op Duitsch gebied gekomen,
toen plotseling drie Belgische huzaren in
vollen ren, op hen tdereden. Als een troep
Cow-Boys losten zij in het willdc weg scho
ten. op de ontstelde Nederlanders, reden
hen bijna omver, sprongen van hun paar
den cn eisehteo al het geld 'dat de heeren
op rzak hadden. Toen het geld uit de beur
zen was gegeven, wilde ook een 'der huza
ren de portefeuille met papiercngeld van
den heer R. hebben. De^e verzette zich
h&yig en oischte voor den be vel voerenden
officier te worden gebracht; toen zagen 3ö
huzaren er maar liever van, af. -Toen do
heeren reeds weder op Nederlartdsch ge
bied waren, werdon hun nog enkele kara-
hijnschoten nagazonden. De Duitsche be
volking die getuige van de roofpartij was
geweest, werd met de karabijn gedreigd,
zoodat zij ijlings in haar huizen vluchtte.
Zou het niet gewenscht zijn, dat de Bel
gische autoriteiten over zulk optreden:
werden ingelicht.
Doodelijk ongehik. Een auto uit Maas
tricht reed nabij Swalmen, op den weg
naar Reuver, het oudste dochtertje van
de familie M. Leppers, dat juist den weg
wilde oversteken, omver. Het kind werd
door een der spatborden zoodanig geraakt,
dat dr. S. uit Roermond slechts den 'dood
kon constateeren. De auto reed nrlct 1e
hard, terwijl de chauffeur tijdig hacl ge
waarschuwd.
Moordaanslag. Woensdagavond be
vond zich o.a. in het café van den heer
Alzerda te Zwagerveen (Fr.) zekere A.
Smid, van Zwagrrbocch. Hij verliet de
herberg voor een ©ogenblik en wilde toen
weer naar binnen. In zijn nabijheid be
vond zich de rijksveldwachter Rnnrda. De
ze; wilde Smiid beletten naar binnen to
gaan. Hierop trok Smid zijn mes. Tot. vier
maal toe gelastte Roorda hem het mes weg
te bergen, maar dat geschiedde niet. waar
op Roorda zijn sabel trok. Smid stak daar
op den veldwachter zoo in den buik, dat
de ingewanden te voorschijn kwamen. Tiet
slachtoffer was nog in staat de woning
van T. ,T. Beerda Jr. te bereiken, waar bij
ineenzakte.
De hulp van dr. Tilma te Kollum werd
ingeroepen en 3eze achtte het noodig den
patiënt naar Leeuwarden te brengen, wat'
gebeurd is. De dader is voortvluchtig.
Vingers afgeklemd. De stuurman vaiï
het te Zaltbommel op stroom liggend coiv
vooi, sleepboot „Kart Schroers 19" geraak
te bij het opAvinden van het anker met do
linkerhand tusschen de st.oomlier, waar
door hem drie vingers werden at^ekneïd.
„PremieSoten". Men schrijft, uit Roo
sendaal aan het „Hbld.": Eenigen tijd ge
leden werden te Roosendaal en omstreken
door een combinatie rich, noemende „Heb
algemeen administratiekantoor voor alle
uitlootbnre fondsen gevesigd te Haarlem,
Tuchthuisstraat, 7" zoogenaamde premie-
loter, verkocht. De hiervoor uitgegeven pó
lissen 'dragen als onderieekoning den naam
Gusfav Wagner., terwijl verdere ondertee
kenaars door totaal onleesbare handteeke-
Tïingen niet bekend zijn. Verschillende van'
bovengenoemde polissen zijn bij eenvoudi
ge burgerlui djes geplaatst, waarop 'dezen,
vooraf een bedrag moesten storten, het
welk varieerde tusschen f 69 en f 190.
Thans blijkt heel deze beweging een. wel
doordacht oplichferszaakje te zijn. Ge
noemde Gustav Wagner zit reeds eenden
tijd in arrest te Groningenvoor o^-hte-
rij. De marechaussee 'doet. ijverig onder
zoek- en vraagt bedrogen polish ouders,
zich met hun polis bij haar te vervoegen
Sociale berichten.
R. K. Politiebond.
De R. K. Politiebond „Sint Michael"-
hwam te Utrecht onder leiding van den
voorzitter, 'den heer E. van Duin, van
Rotterdam, in buitengewone vergadering
bijeen.
Allereerst werd besloten telegrammen
van hulde te zonden aan H. M. de Ko
ningin en Z.D.H. den Aartsbisschop van
Utrecht.
Na langdurige beraadslagingen word
men het er over eens een bezoldigden be-'
stuur der aan te stellen. (Den Bosch stom-
de blanco, niet echter om principieels re
denen).
Daarna kwam in stemming een voorstel
van het Bondsbestuur om met ingang van
1 April 1920 de contributie te bepalen op
13 cent per week cn een a'oorstel Haarlem
om de wekelijksche contributie vast te
stellen op 16 ct.
Dit laatste voorstel werd venvorpen met'
318 tegen 870 stemmen, zoodat het voorstel
van het Bondsbestuur Averd aangenomen.
I De kosten voor de gesalarieerdcn zijn
geraamd op f 5250 a*oor het eerste jaar,
bij een salaris van f 2600.
Het Bondsbestuur werd vrijgelaten in de
keuze van den gesalarieerde, nadat de toe
zegging was gedaan, dat de voorkeur zal
worden gegeA'cn aan een politieman. Het
Bondsbestuur word mede gemachtigd do
instructie van 'den gesalarieerde!! bestuur
de» a-ast te stellen.
Daarna hadden beraadslagingen plaats
over hot voorgestelde Averkprogram, dat
ten slotte Averd geamendeerd, vervat in da
volgende uitspraak:
Teneinde de daadwerkelijke verheffing
van den polibiesland zoo krachtig mogelijk
te bevorderen, strove 'de Bond er naar de
geestelijke en stoffelijke positie van de po
litie te verbeteren. Als middelen daartoe
acht hij het meest geschikt wat de geeste
lijke belangen betreft: io aanmoediging ter
deelname aan do vanwege 'den Bond geor
ganiseerd Avordende gesloten retraiten en
andere middelen, welke in dien geest heft
beoogde doel bevorderen.
Ten opzichte van het verkrijgen eener
Verbetering der stoffelijke belangen der,
politie ijvere de Bond:
a. voor afschaffing van het klassenstel-
_sel, d.av.z. dat er slechts zullen zijn chef-
agenten en agentc-n; evenwél met dien Vfer-»
plande, dat politiebeambten in andere (op
te heffen) functies van deze nieuwe indee
ling geen financieel nadeel ondervinden;
b. voor een aanvangssalaris voor agen
ten (o.av. gemeenteveldwachters) van min
stens f 1800 tot een maximum van. min
stens f 2490; voor chef-agenten van. min
stens f 2500 tot minstens f 2700; buitendien
voor den kindertoeslag van f 52 per j&ai
van af het eerste kind tot het 16c levens
jaar;
c. voor vrije uniformkleeding of bij ge
mis daarvan ©en vergoeding van minste na
f 150 per jaar;