„Ge totals Courant; Tweede Blad. Zaterdag 10 Januari 1920 Geioofsverdediging. TER INLEIDING». II. De vorige week hebben wij heel schuch- ;er gewaagd te Veronderstellen, dat een sekere onkunde veler Katholieken een oor- wak geweest is, die ons den liefelijken bij naam van „dom" heeft bezorgd. Doch Jaten we ons troosten. De eigenlij- ie oorzaak ligt dieper en deze moeten we liet zoeken in de Katholieken of het Ka- boliek geloof, maar in de geeslesgesteld- id onzer bestrijders. Hoe geleerd dezen in eigen oogen ook mogen wezen en met iv eiken eigendunk ze hun wijsheid ook en gehoore mogen brengen, geloof me, •n de Roomsche Kerk en hare leer zijn ze liet thuis, maar vlakweg dom. Wat moet men dn 's hemelsnaam begin- len met menschen, die 'bijvoorbeeld praten ,de Mis opdienen", ,,de H. Olie inge ven" of meenen, dat onfeilbaarheid hetzelf de is als onzondigheid., enzoovoort, enzoo- iroort. Dat praat en oordeelt over Roomsche naken, terwijl de meest averechtsclie en verkeerde begrippen in bun hoofd rond- iwarrelen. Wat me altijd heeft bevreemd is, dat goedgezinde Katholieken zoo dikwijls direct naar ingaan op beschuldigingen of opwer- lingen door den eersten den besten ge- laan, zonder eerst naar een deugdelijk be wijs te vragen of zonder eerst 'den tegen stander te Verzoeken, eens duidelijk en klaar te zeggen, wat hij nu eigenlijk be doelt. Dèt is It-och vóór alles noodig. Zoo maar fin 't wilde weg schermen geeft niets. Al disputeeren haalt dan ook gewoonlijk weinig uit. 1 Daarom geef ik mijn lezers dezen goeden •aad, een raad, die u veel tijd, veel woor den en misschien zelfs een droge keel kan sesparen. Wanneer ge nog ooit een niet-katholiek ïoort praten en zwetsen over Roomsche jeloofspunien, of Roomsche gebruiken, velke ook, vraag dan eerst, rustig en ;alm, langs uw neus weg, dat hij zoo goed ïioge wezen, u eens precies te zeggen, wat 'e Katholieke Kerk leert omtrent de zaak loor 'hem aangevallen. En wanneer ge dan an uw vraag vasthoudt, zult ge aardige irvaringen opdoen. Het zal blijken, dat men 5e klok heeft hooren luiden, maar niet Weet waar de klepel hangt. Ge zult er ver steld van staan, wat een vreemde en dwaze opvattingen van onze Katholieke Kerk en pare leer onder de niet-katholieken de „rondte doen. Echter, en nu volgt iets 'ij; yen "het grootste belang ge moet natuur- 1 lijk zorgen zelf goed op de hoogte te wezen, ja, want anders moet ge u in 't geheel maar niet aan een twistgesprek wagen. Helaas, hoe vaak heeft schijnbaar ons 'Ka st iholiek geloof het moeten afleggen, omdat tatholieken niet beslagen ten ijs kwamen. Blijkt het dus, en daarop kunt ge ge- ust rekenen, dat uw tegenstander de plank taal misslaat, ga er dan niet verder op i,~maar stuur hem naar huis met dp cora- flimenten, dat hij eerst eens goed moet in- 1 -rmeeren, hetgeen de Kerk wèl leert, al vorens nog ooit zoo'n groot woord te voe- ren. Om nu op onze zaak terug te komen, het ïs deze algemeene onkunde of onwetend- beid op Roomsch gebied bij onze tegen- ptanders, die hen er toebrengt „.Katholiek en ,,dom zijn" zoowat als hetzelfde te peschouwen. 1 Ze hebben wel eens zooiets vernomen f"<in een Kerkelijk leergezag. En wat denkt ge nu wel, dat ze daarvan maken? Hoe .r.flwaas het ook moge zijn, maar ze meenen yverkelijk, dat een geloovige zijn verstand niet mag gebruiken en dat de Kerk zij "felf spreken gewoonlijk van den „Pastoor",'' jyant het onderscheid tusschen het Kerke lijk leeïgezag en den Pastoor ontgaat hun n eenenmale welnu, dat de Kerk in aat is ons voor te houden, dat een koe een aard en een paard een koe is en dat wij, 'atbolleken. dan niets anders te doen heb- ?n en feitelijk niets anders doen, dan „ja" knikkebollen. u'Op een dusdanige manier is bet natuur lijk erg gemakkelijk het Roomsch geloof belachelijk te maken en ons voor dom te ""honden. I Doch de domheid is niet aan onze, maar aan de overzijde. Een Katholiek behoeft >1- fijn verstand niet op zolder te zetten. In tegendeel! Hoe meer hij zijn verstand ge- gebruiken zal en dusdoende een onderzoek ,e-, lal instellen naar de grondslagen van zijn geloof, hoe dieper overtuigd Katholiek hij Wezen zal. Want wat is het geval? Zeker W'ij gelooven in de Katholieke Kerk en wij hemen op haar gezag de verschillende ge- loofswaarheden als zoodanig aan. Doch pet is een algemeen erkende regel, dat verstand of de rede aan 'het geloof voorafgaat. De H, thomas zegt het als volgt: „Wij zouden iet gelooven, indien wij niet inzagen, dat f S^iooven moeten." Let wol: „inzien" be- jgje ken-t: „m e t hot verstand zien", ug[Dat is volstrekt niets bizonders: het is de pude Katholieke opvatting. En geen won- De Schepper gaf den mensch de heer- |jke gave van het verstand of m. a. w.: Hij maakte hem tot een redelijk schepsel, eabm de waarheid te zoeken, te vinden en te kennen. De waarheid Van het Katholiek geloof is daarvan niet uitgesloten, ook zij pan als zoodanig door het verstand: gekénd r gorden. Een overtuigd Katholiek kan daar- -gm °P de vraag: „Waarom zijt gij Katho liek?" vo'mondig antwoorden: Ik ben Ka- •jkfholiek, omdat mijn verstand mij 'zegt, dat yj] het wezen moet. L 'Men ^ei'sla goed. Al zegt mijn ver- '--Manrt mijdat ik Katholiek moet wezen, daarom begrijpt en doorschouwt mijn ver stand de geloofsgeheimen nog niet, die mij door de Katholieke Kerk te gelooven wor den voorgehouden. Dat is een. tweede en heel andere zaak en dat is voor een rede lijk geloof ook niet noodig. Hoe gaat het in 't dagelijksch leven? Een massa dingen, die we zelf met kun nen controleeren, weten we en kennen we als waarheid, louter en alleen op gezag van een ander. Eén Voorbeeld slechts. De krant brengt ons iederen dag, ik weet niet hoeveel berichten. Handelen we nu, in het algemeen gesproken, onredelijk, wanneer we aan die mededeelingen geloof slaan? De vraag is slechts of die krant g noegza- me waarborgen biedt, om ge loofwaardig te z ij n. Is dat in derdaad het geval, dan handelen we vol strekt niet onredelijk door die berichten aan te nemen, eer het tegendeel. Aldus is hot ook gesteld met de Katholie ke Kerk. Langs verstandelijken weg kun nen we tob de erkenning komen, dat de Katholieke .Kerk de door en voor ons ver stand vereischte waarborgen biedt, om door ons onvoorwaardelijk geloofd te wor den. Welnu, eenmaal zoover, is er dus niets 'onredelijks of doms of achterlijks in. gele gen, ons aan haar leergezag te onderwer- pen> Die onderwerping weigeren, dat zou onredelijk zijn. Het is nu onze bedoeling de redelijkheid van ons gelooven aan te toonen. Daar wc echter rekening moeten houden met aller hande slag van menschen, ook bijv. met Godloochenaars, zullen we van den grond af beginnen, om, langzaam opbouwend, ten laatste ook het gezag der Kerk te ver dedigen. Doch zoover zijn we vooreerst niet. Er rest ons nog een lange weg. Vooreerst toch moeten we bewijzen dat er een God is. Vervolgens moeten we aantoonen, dat Go<3 een bepaalden Godsdienst kan openbaren. Ten derde zullen we uit de feiten der geschiedenis bewijzen, dat God werke lijk een bepaalden Godsdienst, en wel den Christelijken, heeft geopenbaard. Om ten vierde aan te toonen, dat de Christelijke Godsdienst alleen in de Ka tholieke Kerk ongeschonden te Vinden is. Deze vier waarheden, door 's mensehen verstand te achterhalen door redeneering of uit de gegevens der geschiedenis, worden gewoonlijk aangeduid als de grondslagen van het geloof en zij zijn het, die ons zullen doen inzien, dat wij gelooven moeien, en als overtuigd Katholiek kunnen zeggen: ik hen Katholiek, niet omdat mijn ouders Ka tholiek waren, maar omdat ik heb ingezien, dat het Katholiek geloof, het geloof mijner ouders, dc waarheid is. Zoo noodig, hopen wij onder Gods on misbare genade en zegening, door deze „geioofsverdediging" mede te werken aan het vormen van diep overtuigde Katholie ken. omdat alleen daar begeestering is voor de Katholieke zaak en alleen daar een heerlijk godsdienstig leven kan opbloeien, waar diep-innerlijke overtuiging is. W. P. J. JANUS, Warmond. Kapelaan. Over „Neutraliteit". Hoe dikwijls zullen de Katholieken al niet gewaarschuwd zijn voor de zoogenaamde neutrale dagbladen en tijdschriften. Als zoodanig dient zich ook aan het geïllus- streerde weekblad „De Prins". Hoe neu traal en onschuldig dit blad is, zal uit het onderstaande duidelijk blijken. Onder een reproductie van Pieter Brue- gels „Kindermoord te Bethlehem" geeft het 't volgende onderschrift: „Het onderwerp voor dit Bijbelscli-historisch tafreel is ont leend aan Matth. 9, *10 v.v.; het verhaal luidt (sic!) dat door -de soldaten; van Hero des den Groote, alle jongens, jonger dan ■twee jaar, in en om Bethlehem vermoord zijn geworden olm ofp die wijze den nieuwen jongen Koning der Joden (Jezus) uit den weg te ruimen; het wordt echter door velen in twijfel getrokken, omdat Flavius Jose- phus, de bekwame geschiedschrijver, die de gruwelen van Herodes nauwkeurig be schrijft, van den kindermoord geen melding imaakt, terwijl er bovendien geen noodza kelijkheid bestond voor dien maatregel, daar men het gezochte kind na het bezoek •der Wijzen in het kleine Bethlehem niet verborgen kon houden." De logische gevolgtrekking uit dit onder schrift is natuurlijk, dat het verhaal van den (moord op de H.H. Onnoozele Kinderen £en fabel, een legende is. De redactie van „De Prins" beweert dus dat de H. Schrift leugens vertelt. Maar de Roomsche lezer „De Prins" telt er nog meerderenslikt het wel. De redactie doet hier een recht- streekschen aanval op de geloofwaardig heid van den Bijbel. De Roomsche lezer, die zulk een blad door zijn abonnement steunt, is medeplichtig aan dat kwaad. Of is de heler heter dan de steler? De argumenten, w.elke „De Prins" weet aan te halen om de waarheid van het Evan gelie-verhaal te ontkennen zijn verre van steekhoudend: Flavius Josephus vermeldt er niets van. Is dit zwijgen van den Joodschen ge schiedschrijver een bewijs tegen de histori sche waarde van het verhaal van den H. Mattheus? Be-slist niet. 'Het zwijgen van Flavius Josephus is zeer goed verklaarbaar èn uit de zeden van dien tijd èn uit het ka rakter van Hero'des. In dien tijd werd het leven van een kind zoo weinig geacht, dat het in het oog van den 'heidenschen geschiedschrijver Tacitus een bijzonderheid was, dat de Joden er be zwaar in zagen hun pasgeboren kinderen te dooden. Met overwonnen vijanden en gevaarlijke politieke mededingers gebruikte men ook geen clementie. Zoo lieten Vespasianus en Domitianus alle leden van het huis van IDavid opzoeken en vermoorden. Hét leven van Herodes is vol van. daden, die niet minder afschuwelijk zijn dan de kindermoord te Bethlehem. Wie bewijst, dat Flavius Josephus èl 'die daden heeft opgeteekend? Herodes regeerde door moord. I-Iij liet bijna de geheele familie van zijn tweede vrouw Mamamne om 't leven brengen. Hij vermoorde 2ijn grootvader llircanus, zijn vader Alexander, zijn oom Antigonus, zijn broeder Aristobulus, zijn moeder Alexandra en te slotte Mariamne zelf e<n haar beide kinderen. Was het dooden der H.H. Onnoozele Kinderen in vergelijking met de andere wandaden van Herodes nu een feit van zoo enorme beteekenis, dat Flavius Jose phus het als geschiedschrijver had moéten vermelden? Gedood werden alle kinderen van twee jaar en jonger in de „gemeente Bethle hem. Welnu, Bethlehem had ongeveer twee duizend inwoners. Rekenen we per duizend inwoners elk jaar dertig geboorten. Dat maakt zestig kinderen van twee jaar of daaronder. Daar alleen de mannelijke kin deren werden vermoord, kan men hun aan tal op dertig schatten. Hit den geest van dien tijd en uit de 'wreedheid van Herodes is het dus heel goed te verklaren, dat Flavius Josephus geen melding maakt van den Bethléhem- schen kindermoord.. Tegenover het zwijgen van Flavius Jo sephus staat het uitdrukkelijk getuigen van den H. Mattheus: „Toen Hero'des nu zag, dat hij door de Wijzen was verschalkt, werd hij zeer toornig. En hij zondr zijn lie den uit en doodde in Bethlehem en heel den omtrek alle knapen van twee jaar en daaronder, overeenkomstig den tijd, dien hij van de Wijzen had uitgevorscht." Mat-h. 2, 16. Maar het getuigen van de' H. Schrift heeft geen waarde in het oog van „De Prins". Nog een andere moeilijkheid maakt „De Prins" tegen de waarheid van het Evange lie-verhaal: men kon het gezochte kind na het bezoek der Wijzen in het kleine Bethle hem niet verborgen houden. Ja-, het is wel moeilijk de feiten der H. Schrift te verklaren, indien men niet te doen wil hebben met een alles leidende Goddelijke Voórzienighelid! Wanneer zijr) de Wijzen gekotmen? Wanneer is de H. Fa milie gevlucht? De H. Schrift vermeldt het ons niet. Zeker is het, dat., toen Herodes het Goddelijk Kind kwam zoeken, hij het niet vond. Daarover in woede ontstoken, liet hij de knapen van twee jaar en jon ger vermoorden. Zietdaar dan, Roomsche «hapné's van „De Prins", de opvatting van uw blad over het gezag van den Bijbel. Dat dit blad het met de goede zeden ook zoo nauw niet neemt, blijkt b.v. uit de ad vertentie-rubriek. In een der laatste nummers b.v. wordt als het beste van het beste aangeprezen een werk van den zeer gevaarlijken schrijver Tolstoï over„de liefde". In een ander nuïnmer wordt een boek aangeboden, waarvan ik den titel niet noe men wil, omdat daarin openlijk bij name zulke dingen worden aangeduid, waarvan de H. Paolus zegt, dat ze onder ons, Chris tenen, zelfs*niet mogen genoemd worden. En dat zijn dan wenken en raadgevingen voor jongelieden, ouders en opvoeders! 't Is wel fraai. Zulke hoeken moeten onze jeugd inlichten! De Katholieken moeten weten wat zij doen, als zij een „neutraal" blad op eenigerlei wijze steunen! A. K., Pr. Uit de Pers. DE BENOEMING VAN MR. LOEFF TOT STAATSRAAD. Naar aanleiding van de benoeming van mr. J. A. Loeff, lid van de Tweede Kamer, tok. lid van- den Raad van State schrijft Het Huisgezin: „De Katholieke Staatspartij gaat hier mee in de Tweede Kamer een van haar beste leden verliezen, een man van groote bekwaamheid, gezag en invloed een, die in het zeer gemengde gezelschap van heden de parlementaire traditie, van goe den huize, vertegenwoordigde. Stemt' om deze redenen hét a.s. heen gaan van den heer Loeff uit de Kamer tot leedwezen, de lichtzijde is, dat het in die Kamer een anderen Noordbrabander vani den eersten rang terugbrengt., die minder door het evenredig kiesrecht dan door mis verstand en misvatting eenerzijds door zijn afkeer van reclamezuchi anderzijds, in 1918 aan de Kamer is ontvallen. Het feit. dat de -heer Van Sasse van Ys- selt binnenkort in de Tweede Kamer zal te- rugkeeren, zal algemeen bevrediging schen ken. Uitstekend jurist, kundig, rechtschapen, toegankelijk voor de nieuwe inzichten, ondanks zijn leeftijd, man van zijn tijd, zal hij ook nu nog in de Tweede Kamer een plaats van beteekenis innemen, herne men." DE LGONEN DER AMSTERDAMSCHE GEMEENTEWERRKLIEDEN. De Nieuwe Courant maakt in zijn commentaar op do in den Amsterdam- schen Raad over de loonen der gemeente werklieden gehouden discussies en den gevallen uitslag o. m. de volgende opmer kingen: „De houding der sociaal-democraten is een hoofdstuk op zichzelf en een zeer merk waardig hoofdstuk. De mededeelingen van >B. en W. hebben daar eenigen schrik ver wekt. Men is blijkbaar niet volstrekt zeker geweest, dat het amendement-Pothuis wel zou worden verworpen en verworpen wor den moest het in de gegeven omstandighe den. Toen de schorsing der vergadering in het licht had gesteld, dat er geen gevaar was voor aanneming van helt. amendement kon men het zonder bezwaar handhaven. De mooie rol kon men 'blijven spelen te genover de arbeiders en aan de andere zijde sauveerde, wethouder Wibaut het ver antwoordelijkheidsgevoel. Het heeft er zeer veel van alsof hier een spel met van tevoren verdeelde rollen gespeeld is. Wij aarzelen om het te gelooven, omdat wij bij menschen met een zoo verantwoordelijke taak als wethouder Wibaut heeft, iets dergelijks zeer ongaarne veronderstellen. Maar de schijn pleit heel sterk tegen de soc.-democraten." ZIELENMOORDENAARS. Onder 'dit opschrift schrijft Het Cei^ trum: Onze tijd kenmerkt zich door de afschu welijkste misdaden. Een huivering vaart door de leden, als we telkens weer lezen van de beestachtige wijze, waarop moorden worden gepleegd met voorbedachten rade waarop een jeug dige knaap als een hond verzopen wordt, waarop menschelijke lichamen worden ge slacht en in stukken gesneden als slacht-, vee. Het is alles van een bestiale afgrijselijk heid en typeert onzen vreeselijk decaden ten tijd. Maar nog afschuwelijker da.n die ver moording van menschelijke lichamen is de zielerumoord, die dag in dag uit met de verfijndste wreedheid gepleegd wordt door middel van de pers. Wijl de zielen der menschen van z:>o on eindig hoogere waarde zijn dar» de licha men, is dit misdrijf ontzettend misdadiger en moest de toeneming daarvan ons nog veel dieper aangrijpen dan de slachtingen op de lichamen. Wie zal de moordende uitwerking kun nen becijferen, door lichtzinnige vuilschrij vers op de onsterfelijke zielen teweeg ge bracht? Men onderschatte toch niet dit vreese lijk gevaar. En men beseffe toch wel, dat dit gevaar niet slechts schuilt- in boeken en tijdschrif- •ten. waarvan de opstellers zich den op- Eettelijken zielenmoord blijkbaar ten doel gesteld hebben, maar ook in door sommi gen onschuldig geachte neutrale bla den. Men vestigt onze aandacht op een schetsje voorkomend iin „De Telegraaf' van 11 Dec. j.l. Dat is allerverderfelijkste lectuur! De lichtzinnige wijze, waarop in 'dat schetsje het ontuchtig bedrijf van een pliclitvergeten echtgenoot wordt aange duid, moet een pernicieusen indruk mar ken op een ieder, hij wien het zedelijk ge voel nog niet is afgestompt. En het kan niet anders, of hij geregelde lezing van zulk een zielenmoordend ge schrijf moet alle zedelijk onderscheidings vermogen worden weggevaagd, alle zielen adel worden vertrapt, alle deugdzaamheid worden bezoedeld. Een pest is dergelijke zwoele, wufte lec tuur, een pest, die elk fatsoenlijk meffsch zal ontvluchten uit liefde voor zichzelf, uit liefde voor zijn kinderen, uit liefde vöor Se maatschappij. Katholieken mijdt „De Telegraaf' (en an- 'dere neutrale bladen) als de pest. Zij telt 'onder haar medewerkers ziele- moordenaars, die veel afschuwelijker werk verrichten dan de bedrijvers der ontzet tende moorden, die de laatste weken zulke schokken van ontzetting door ons land hebben 'gej aagd. Gemengde Berichten. Verdwenen. Donderdagavond liet een inwoner van Rijswijk bij 'liet verlaten der stoomtram een pakje inhoudende zilveren voorwerpen 'daarin achter. Toean hij het verlies bemerkte was de tram reeds naar Delft vertrokken. Bij terugkomst uit Delft was het pakje met kostbaarheden uit den tram verdwenen. Ontrouw postbeambte. Ten kantore der Nationale Bankverecniging te Delft werd dezer dagen een primawissel, groot f 160 afkomstig uit Bandoeng, uitbetaald aan een student. Later bleek dat te voren de secundawisse] reeds was uitbetaald aan een onbekende. Uit het onderzoek der re cherche is gebleken 'dat de Haagsche brie venbesteller A. v. d. H. zich aan deze fraude heeft schuldig gemaakt. Droevig. Nabij Roden is de landbou wer L. voorover in een modderpoel geval len en gestikt. Hij laat een vrouw met tzes kinderen achter. Inbraken. Donderdagnacht is te 's Gra- venhage een inbraak geploegd bij den heer K. in de Zeestraat. De inbrekers zijn van achteren over een schutting in den tuin van het perceel gekomen en daarna door indrukking van een ruit naar binnen ge komen. Daar hebben zij een hoeveelheid zilver, ter waarde van eenige honderden guldens gestolen, benevens een aantal klee- dingstukken, zoodat het vermoeden be staat. dat hier dezelfde bende aan het werk is geweest, welke 'deze week drie in braken in Duinoord heeft gepleegd. Gisternacht is een bezoek gebracht aan een villa aan don Jozef Israels weg en daar is ook een hoeveelheid zilver en klce'ding- stukken ontvreemd. Verder is nog ingebroken in een huis aan den Gogöhveg, maar aangezien dit •huis bijna leeg was, het was onbewoond, is hier de buit zeer gering. Terugkeer naar normale tijden. De tijdsomstandigheden hebben zich geducht laten gevoelen bij de verpachting van dijken, wegen en bouwakkers van den pol der Heer Hugowaard, schrijft het „N. v. cl. D.". De totale pachtsom heiiep ruim f 7000 minder da.n die der vorige verpach ting, een belangrijke daling dus. Roovors manieren. Uit Maastricht meldt men: Een tweetal personen uit Nieuwstadt de hgeren G. en R. waren, al wandelend over de IJsstraat, zonder dat ze het wisten, op Duitsch gebied gekomen, toen plotseling drie Belgische huzaren in vollen ren, op hen tdereden. Als een troep Cow-Boys losten zij in het willdc weg scho ten. op de ontstelde Nederlanders, reden hen bijna omver, sprongen van hun paar den cn eisehteo al het geld 'dat de heeren op rzak hadden. Toen het geld uit de beur zen was gegeven, wilde ook een 'der huza ren de portefeuille met papiercngeld van den heer R. hebben. De^e verzette zich h&yig en oischte voor den be vel voerenden officier te worden gebracht; toen zagen 3ö huzaren er maar liever van, af. -Toen do heeren reeds weder op Nederlartdsch ge bied waren, werdon hun nog enkele kara- hijnschoten nagazonden. De Duitsche be volking die getuige van de roofpartij was geweest, werd met de karabijn gedreigd, zoodat zij ijlings in haar huizen vluchtte. Zou het niet gewenscht zijn, dat de Bel gische autoriteiten over zulk optreden: werden ingelicht. Doodelijk ongehik. Een auto uit Maas tricht reed nabij Swalmen, op den weg naar Reuver, het oudste dochtertje van de familie M. Leppers, dat juist den weg wilde oversteken, omver. Het kind werd door een der spatborden zoodanig geraakt, dat dr. S. uit Roermond slechts den 'dood kon constateeren. De auto reed nrlct 1e hard, terwijl de chauffeur tijdig hacl ge waarschuwd. Moordaanslag. Woensdagavond be vond zich o.a. in het café van den heer Alzerda te Zwagerveen (Fr.) zekere A. Smid, van Zwagrrbocch. Hij verliet de herberg voor een ©ogenblik en wilde toen weer naar binnen. In zijn nabijheid be vond zich de rijksveldwachter Rnnrda. De ze; wilde Smiid beletten naar binnen to gaan. Hierop trok Smid zijn mes. Tot. vier maal toe gelastte Roorda hem het mes weg te bergen, maar dat geschiedde niet. waar op Roorda zijn sabel trok. Smid stak daar op den veldwachter zoo in den buik, dat de ingewanden te voorschijn kwamen. Tiet slachtoffer was nog in staat de woning van T. ,T. Beerda Jr. te bereiken, waar bij ineenzakte. De hulp van dr. Tilma te Kollum werd ingeroepen en 3eze achtte het noodig den patiënt naar Leeuwarden te brengen, wat' gebeurd is. De dader is voortvluchtig. Vingers afgeklemd. De stuurman vaiï het te Zaltbommel op stroom liggend coiv vooi, sleepboot „Kart Schroers 19" geraak te bij het opAvinden van het anker met do linkerhand tusschen de st.oomlier, waar door hem drie vingers werden at^ekneïd. „PremieSoten". Men schrijft, uit Roo sendaal aan het „Hbld.": Eenigen tijd ge leden werden te Roosendaal en omstreken door een combinatie rich, noemende „Heb algemeen administratiekantoor voor alle uitlootbnre fondsen gevesigd te Haarlem, Tuchthuisstraat, 7" zoogenaamde premie- loter, verkocht. De hiervoor uitgegeven pó lissen 'dragen als onderieekoning den naam Gusfav Wagner., terwijl verdere ondertee kenaars door totaal onleesbare handteeke- Tïingen niet bekend zijn. Verschillende van' bovengenoemde polissen zijn bij eenvoudi ge burgerlui djes geplaatst, waarop 'dezen, vooraf een bedrag moesten storten, het welk varieerde tusschen f 69 en f 190. Thans blijkt heel deze beweging een. wel doordacht oplichferszaakje te zijn. Ge noemde Gustav Wagner zit reeds eenden tijd in arrest te Groningenvoor o^-hte- rij. De marechaussee 'doet. ijverig onder zoek- en vraagt bedrogen polish ouders, zich met hun polis bij haar te vervoegen Sociale berichten. R. K. Politiebond. De R. K. Politiebond „Sint Michael"- hwam te Utrecht onder leiding van den voorzitter, 'den heer E. van Duin, van Rotterdam, in buitengewone vergadering bijeen. Allereerst werd besloten telegrammen van hulde te zonden aan H. M. de Ko ningin en Z.D.H. den Aartsbisschop van Utrecht. Na langdurige beraadslagingen word men het er over eens een bezoldigden be-' stuur der aan te stellen. (Den Bosch stom- de blanco, niet echter om principieels re denen). Daarna kwam in stemming een voorstel van het Bondsbestuur om met ingang van 1 April 1920 de contributie te bepalen op 13 cent per week cn een a'oorstel Haarlem om de wekelijksche contributie vast te stellen op 16 ct. Dit laatste voorstel werd venvorpen met' 318 tegen 870 stemmen, zoodat het voorstel van het Bondsbestuur Averd aangenomen. I De kosten voor de gesalarieerdcn zijn geraamd op f 5250 a*oor het eerste jaar, bij een salaris van f 2600. Het Bondsbestuur werd vrijgelaten in de keuze van den gesalarieerde, nadat de toe zegging was gedaan, dat de voorkeur zal worden gegeA'cn aan een politieman. Het Bondsbestuur word mede gemachtigd do instructie van 'den gesalarieerde!! bestuur de» a-ast te stellen. Daarna hadden beraadslagingen plaats over hot voorgestelde Averkprogram, dat ten slotte Averd geamendeerd, vervat in da volgende uitspraak: Teneinde de daadwerkelijke verheffing van den polibiesland zoo krachtig mogelijk te bevorderen, strove 'de Bond er naar de geestelijke en stoffelijke positie van de po litie te verbeteren. Als middelen daartoe acht hij het meest geschikt wat de geeste lijke belangen betreft: io aanmoediging ter deelname aan do vanwege 'den Bond geor ganiseerd Avordende gesloten retraiten en andere middelen, welke in dien geest heft beoogde doel bevorderen. Ten opzichte van het verkrijgen eener Verbetering der stoffelijke belangen der, politie ijvere de Bond: a. voor afschaffing van het klassenstel- _sel, d.av.z. dat er slechts zullen zijn chef- agenten en agentc-n; evenwél met dien Vfer-» plande, dat politiebeambten in andere (op te heffen) functies van deze nieuwe indee ling geen financieel nadeel ondervinden; b. voor een aanvangssalaris voor agen ten (o.av. gemeenteveldwachters) van min stens f 1800 tot een maximum van. min stens f 2490; voor chef-agenten van. min stens f 2500 tot minstens f 2700; buitendien voor den kindertoeslag van f 52 per j&ai van af het eerste kind tot het 16c levens jaar; c. voor vrije uniformkleeding of bij ge mis daarvan ©en vergoeding van minste na f 150 per jaar;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1920 | | pagina 3