den, linn "bedrijf nog wat uit (e stellen. •Men kan ervan verzekerd zijn, dat een kabinet, als dat van jhr. Huys de Beeren- forouck ons volk niet langer onder de mili taire lasten zal laten, als dringend noodig os. Iedere twijfel daaromtrent is ongerecht vaardigd. Vlak tegenover dit oordeel staat D e Maasbode, die schrijft: De beide defensie-ministers nemen de allure aan, of zij aanraking met de Kamer •nog wat willen mijden. Als dat zoo mocht ■zijn, zal het stellig niet gelukken. Zij wenschen meer zekerheid omtrent den definitieven vorm van den volkerenbond. Dat wenscht ieder. Maar of men jaog lang zal kunnen voort gaan met een begrooting van oorlog van 40 millioen, alsof er geen geweldige verande ringen hebben plaats gehad, al was het slechts het wegvallen van de enorme, min of meer agressieve Duitsche militaire ■macht wij twijfelen. Zeer veranderd zijn deomstandigheden. •En wie slechts de kracht heeft om bij die veranderde omstandigheden alleen gaande te houden het oude stelsel, gedragen door de gr00te militaire heeren, 'die nooit of ■nimmer iets anders dan uitbreiding noodig ■achten en altijd het geleden de legerplan een axioma achten wie zich uit de oude •rails, die naar den put voeren, niet weet •los te werken om vrij een ander pad te •kiezen, hij is niet de oorlogs-ininister,.dien het moeilijke oogenblik eischt. Knap is de bouwheer, die op een bekneld grondstuk wat goeds zet. Deze tijd vraagt een knap oorlogs-minis- ter, die een groot aantal millioenen van rijn begrooting vrif- maakt voor het depar tement van Onderwijs, en voor Arbeid, en met de rest weet te- woekeren. Men vrage ile Kamer niet wederom een jaar respijt voor de leger-reorganisatie. Minister Alting <von Geusau moet een anderen weg betre den om het groote vertrouwen, dat hij ge- •noot, te behouden. En ook Het Huisgezin, waaraan •wij ontleenen: Dat de eischen, aan 's lands schat kist gesteld, met zorg vervullen, is vol komen begrijpelijk, maar honger staat de bekommering om het wel en wee van groote groepen, van het volk, die. indien de regeering niet krachtig in grijpt, bange maanden tegemoet gaan. Ook wat omtrent het defensievraag- stuk wordt gezegd, had men liever in een anderen toon hooren klinken. Het is redelijk, dat voor de oplossing van het vraagstuk op den Volkerenbond wordt gewacht, maar niets had behoe ven te weerhouden de verwachting uit te spreken, dat de internationale rege ling tot een vermindering der bewape ning zou leiden en dat dientengevolge, gelukkig, de persoonlijke en financieele lasten zouden worden verlicht. Ook ten aanzien van Indië missen we een aanwijzing, dat de regecring zich bewust is van den nieuwen koers, die daar moet worden ingeslagen, willen we dat rijk blijvend voor het moeder land behouden. DE S. D. A. P. EN DE OPENING DER STATEN-GENËRAAL. Het feit, dat de Kamerfractie der S.D.A. P. thans vooruit heeft aangekondigd dat zij de opening der Staten-Generaal niet zal bijwonen, doet Het Vaderland vragen: Vanwaar deze aankondiging, waar die Kamerfractie dat toch nimmer deed? liet blad meent, dat deze mededeeling felechts het gevclg is van een onrustig ge weten en schrijft dan: „Wij kunnen toch moeilijk aannemen dat mr. Troelstra, hoe ook in de war met de machtsverhoudingen, van oordeel zou wezen', dat een lid van de Tweede Kamer, die zich naar de opening van de Staten- Generaal begeeft, bij H. M. de Koningin op visite zou komen. Dat was ook niet het geval toen mr. Troelstra zich in 1913 naar ITet Loo begaf, gevolg gevende aan de uit- noodïging van de Kroon om zijn opinie' over de oplossing van de crisis uit te spreker, al is bij toen van anarchistische zijde als „gast van de Vorstin" gesmaad. Bij de opening van de Staten-Generaal vervullen de Koningin en de Staten-Gene raal beiden slechts den constitutioneclen plicht hun bij art. 100 van de Grondwet opgelegd. En gesteld dan ook, dat wij hier een republiek hadden met mr. P. J. Troel stra als president men mag toch zeker nok wel eens eene onaangename veron derstelling "uitten dan zou, als liij.de Staten-Generaal opende, geen der niet- republikeinsche leden van de volksverte genwoordiging weg kunnen blijven, zonder al het geen eenige dagen te voren op de boerderij had plaats gehad. Huguenette en Jeanne vernamen dus, dat Avy niet dood was, en dat hij zich naar Troyes begeven had, met Clarence Warwick zelf. Alain kon zich geen verklaring geven van de rol, die de hoofdman der roovers, dien hij nog niet kende, speelde. Men kwam overeen, dat vader Mathias op denzelfden morgen nog den vluchtelingen met zijn wa gen naar de stad zou rijden. Maar daar hij bevreesd was voor een be zoek der roovers, aan de boerderij, verborg bij eerst de jongelieden in een boscbje, dat aan den weg naar de stad gelegen was. Te midden van 'het kreupelhout op de hel ling van een heuveltje had de oude Mathias een soort hol gegraven, waarvan hij alleen en zijn zoon het bestaan kenden. Naar dat. hol bracht bij alles over wat hij tegen de rooftochten der bandieten wilde beschermen. Daar zouden de vluchtelingen in veilig heid zijn. Alain wilde eerst de documenten gaan opzoeken, die hij aan den voet van een eik begraven had. De jonge Mathias bood zich aan om ze in plaats van Alain op te gaan zoeken. Hij kende de roovers, die hem geen kwaad zouden doen. J-Iij vertrok met de be lofte om 11 uur terug te zijn. zijn plicht te verzuimen. Maar dat zouden zij nie t doen, want die plegen met hun constitutioneele plichten niet in de war te zijn. Zijn de mannen van de S. D. A. P. dat dan? Allerminst. Maar zij zitten er zoo leelijk tusschen, nu al hun daden be- heerscht worden door de angstige vraag: Wat zou Wijnkoop er van zeggen? Hun niet komen waar ze als parlementsleden hooren, is slechts een gebrek aan moed, en dat ze dien moeermoeilijk kunnen heb ben, ligt aan de slechte opvoeding die ze den eigen partijgenoolen gaven." HET SOCIALISTISCH WANBEHEER TE ZAANDAM. Onder dit hoofd schrijft de Z a a n- Iandsche Courant van 13 Sep tember liet volgende: „We hebben sinds 1913, dus 6 jaar lang, onder bet socialistisch, schrikbewind ge zucht. In 1913 hebben zooals zoo luid is rond gebazuind de socialistische kiezers een einde gemaakt aan het burgerlijk bewind en de gemeentekas overgenomen met een tekort van f 87.000. De S. D. A. P. heeft de meerderheid thans niet meer. En nu blijken de gevolgen van dit schrikbewind. De gemeentekas wordt achtergelaten met een tekort van f 1,065,000 voor den dienst 1920. Dit reuzencijfer is een scherpe veroor deeling van het roode bestnnr, dat alle waarschuwingen ten spijt, geldsommen voor allerlei doeleinden beschikbaar stelde zonder le vragen naar middelen ter dek king. Dit schandaal wordt te sprekender, wan neer wij letten op de gunstige belastingop brengst door de burgerij gedurende de ja ren van het socialistisch bestuur. In 1913 brachten de belastingen naar het tegenwoordig percentage f 245,000 op. Van 1914 tot en met 1919 (de opbrengst over 1919 geraamd op het bedrag van 1918) is door de burgerij opgebracht aan belas ting f 2,893,500, dat is f 1,425,500 meer dan het gemiddelde berekend naar de opbrengst in 1915, toen ons.roode bestuur aan het bewind kwam. Hel feitelijk tekort in de. zes jaren van liet socialistisch bewind bedraagt dus f 1,423,500 plus f 1.065.000 is f2,488,500, of rond ■21/q millioen gulden. Dit is het noodlottig gevolg voor onze zwaar beproefde gemeente. Met tonnen is daarenboven de schulden last toegenomen, zoodat het bankroet der gemeente nabij is. Belastingverhooging zal onvermijdelijk zijn, maar ook aan de draagkracht onzer gemeente is een einde. Zonder hulp van de regeering is de gemeente binnenkort niet meer in staat aan haar eerste verplichtin gen te voldoen. En straks zullen de S. D. A. P.-„finan cieele specialiteiten" schetteren, dat ze in de oorlogsjaren de belastingen te Zaandam niet hebben behoeven te verhoogen. Hun misdadige -politiek moet gesigna leerd worden, als waarschuwend en af schrikwekkend voorbeeld voor geheel ons land." DE KEIZER-QUAESTIE. I-I c t Handelsblad schrijft: „In hoe geheel ander licht is geleidelijk het vraagstuk van de vervolging en de uit levering van den Duitschen keizer komen te staan, sinds het, dadelijk na "zijne ver rassende vlucht bimien onze grenzen, de gemoederen hier en elders gevangen hield. Het scheen alsof de geheele wereld die ver volging begeerde en van ons zoude eischen, dat wij hem aan het in té stellen interna tionale gerecht zijner vijanden zouden overleveren, ondanks het onbeschreven asylrecht, .onze trots in het verleden, on danks grondwet, wet en tiactaat, die zich tegen de uitlevering verzetten. De geheele wereld tegenover ons zio scheen het nog teer. de geallieerde- en geassocieerde mo gendheden in art. 227 van het Vredestrac- taat openlijk Wilhelm II van HohenzoJjern ex-keizer van Duitschland, in staat van be schuldiging stelden voor de grootste schen ding van de internationale zedenwet en het geheiligd gezag der tractaten en Duitsch land, zij het dan noodgedwongen, die actie van beschuldiging mede onderteekende. En thans? Een voor een vallen de be schuldigers af. Amerika sprak het reeds lang openlijk uit, dat het zijn deel in de terechtstelling niet wilde hebben, van Ja pan wist men hetzelfde; van België, het land, dat het eerste recht zoude hebben de wrekende hand op te heffen, evenzeer en thans blijkt uit het rapport van Luzzatti aan het Italiaanscbe parlement, dat ook Italië de vervolging en uitlevering op grond Hij bad geen avontuurlijke ontmoeting en kwam op den bepaalden tijd met de twee rollen perkament terug. Zoodra zijn zoon was teruggekeerd, span de vader Mathias zijn wagen in om de vluchtelingen te gaan halen. Toen hij de rivier langs, reed, bemerkte hij een soldaat die aan dén oever zat. Hij had geen tijd om er zich rekenschap over te geven. De man had het hoofd opgericht. De oude Mathias herkende hem, t was Clarence Warwick. Zijn vrees week, hij naderde den hoofd man van de baanstroopers. De ruwe soldaat -weende Mathias veronderstelde een nieuw geheim, Wat is er van de jonge man geworden vroeg de boer, met wien u naar de stad ge gaan zijt? Oh! die, antwoordde Clarence met toon looze stem, die is in veiligheid... Maar de anderen... De anderen? Ja, degenen, die nu verdronken zijn. En Clarence wees naar het wambuis en den sluier, die aan zijn voeten lag. Komt u maar mee, antwoordde de boer eenvoudig, ik zal u bij degenen brengen, die u zoekt. van het Vredesverdrag in strijd acht mei het recht. Blijven over Frankrijk en Engeland. Het eerste is er vrijwel onverschillig voor, in Engeland zijn velen van gezag met kracht er tegen opgekomen. Maar Lloyd George heeft de terechtstelling aan zijne kiezers beloofd! Gelooft men dat hij nog in staat zal zijn ook maar den eersten stap te doen om die belofte na te komen? Niet Engeland alleen, maar de vijf groote mogendheden, waarvan er drie tegenstan ders zijn van de vervolging, moeten het ge rechtshof samenstellen; niet Engeland al leen,. maar de geallieerde en geassocieerde mogendheden, waarvan de meest gezag- hebbenden erkennen, dat zij daartoe niet het recht hebben, moeten de uitlevering aan Nederland vragen. Ondenkbaar is, dat zij thans nog daartoe besluiten. En moch ten zij, omdat zij eenmaal onder het Vre desverdrag hunne handteekening hebben gezet, er toe besluiten, dan zal Nederland, zich steunend op wet en tractaat, de uitle vering weigeren en het zal weten, dat het de geheele wereld niet tegen zich, maar aan zijne zijde heeft. Treffend voorbeeld van de kracht der zedelijke beginselen, verheugend feit in deze treurige, tijden. Aan art. 227a van het Vredestractaat ontbrak de zedelijke ba sis en daarom mist bet ook liet zedelijk gezag, voor zijne toepassing noodig. Niet ongestraft treedt men met voeten de beide hoofdbeginselen van het moderne straf recht, lerwille van de persoonlijke vrijheid en de gerechtigheid na harden strijd tegen willekeur en g'ezagsmisbruik door de ■menschheid gewonnen; geen straf zonder vooraf d. w. z. vóór de misdaad ge regelde strafbepaling; geen rechter dan een onpartijdige, buiten de aanklagers en de beleedigden aangewezen. Tegen deze beide beginselen ging art. 227 van het Vredes tractaat lijnrecht in en daarom zal het nim mer toepassirfjf vinden." AFGEDAAN. In een verslag óver de. opvoering van een Fransch tooneelstuk, waarin een pries ter en een ongeloovig medicus met elkan der disputeeren, schrijft de N. R. C t.: Een tien of vijftien jaar geleden, tij dens de sterk anti-clericale strooming in de Fransche politiek was lic-t. mis schien mogelijk zich daar het geloof en wat zich atheïsme noemde zoo princi pieel tegenover elkaar gesteld te den ken. Tn elk geval klinkt dat zooge naamd wetenschappelijk atheïsme nu als iets, dat tot het verleden behoort. Op dezen laatsten zin komt het-aan. Het is toch zeker merkwaardig een der gelijk oordeel, of liever een dergelijk vonnis •te lezen in een principieel liberaal blad. Het zoogenaamd wetenschappelijk atheïs me moet dan wel stevig hebben afgedaan, merkt Het C, e n t r u ni hierbij op. Sociale Berichten. Ned. Bond van Horlogemakers. Gisteren werd te Apeldoorn de jaarlijk- sehe bondsdag gehouden van den Ned. Bond van Horlogemakers. De voorzitter uitte den wensch dat de samenwerking met den onlangs opgerich- ten Alg. Ned. Uurwerkmakersboncl van dien aard zal zijn, dat veel goeds voor het bedrijf wordt tot stand gebracht. Voorlezing weid gedaan van het te slui ten collectief arbeidscontract. Daarin zijn o.m. uurloonen vastgelegd voor aanko mende bedienden van 23 cent makers van groot- en eenvoudig klein werk 44 cent, ge compliceerd en gewoon groot werk 60 ct., ■cylinderwerk 51 ct. Het maximumloon be draagt 67 ct. De arbeidsduur is' bepaald op ten hoogste 54 uur per week en 9 uur per dag, met een week vacantie per jaar. De Amerikaahsche schoenen en de winkeliers. De besturen der Am ster d amscli e Sehoen- winkeliersvereeniging en de'R. K. Scboen- winkelrersvereeniging St. Nicolaas, schrij ven ors: - „Tot onze niet geringe verwondering lezen wij bij herhaling in verschillende bladen, dat de schoenwinkeliers niet ge neigd zouden zijn. do door de gemeènte Amsterdam aangekochte Amerikaansche schoenen te verkoopen. Wij stellen er prijs op bekend te maken: dat de door het gemeentebestuur of ge meentelijke instelling bij ons geen verzoek is ingekomen om tot verkoop van schoenen mede te werken; geen der bestaande schoenwinkeliers.- vereenigingen heeft een besluit tot weige- VIERDE HOOFDSTUK. Voor hef. hol, dat tot schuilplaats diende aan de drie vluchtelingen, hield Alain de wacht. De wagen van vader Mathias verscheen in de verte. De jonge man zuchtte van vérlichting. Nu was eindelijk de redding daar. "Niettemin wekte hij Jeanne en Huguenet te niet, die uitgeput door verschillende ont roeringen sluimerden op een bed van droge bladeren. Het paard verhaastte zijn stap. Het ken de den weg. Alain begon de takken reeds op zij te schuiven, toen hij plotseling terug deinsde. Ter zi jde van vader Mathias bemerkte hij een soldaat. De boer was een verrader, die de roovers gewaarschuwd had. Alain trok een paal uit den grond en stel de zich in slagorde, met den vasten wil, om zijn leven duur te verkoopen en de meisjes Tnet zijn eigen lichaam te beschermen tegen We roovers, waaraan hij haar ontrukt had. Hij wachtte. Mallhas sprong het eerst van de kar, de Soldaat volgde. De boer trad naar voren. Halt! schreeuwde Alain. Wat scheelt u, vroeg Mathias. ring van verkoop genomen en 'den eenigen dienst, welke de gemeente van ons heeft gevraagd, hebben wij belangloos uitge voerd." Nerf. R. K. Ver. van Handelsreizigers SI. Christoffel. Aan het jaarverslag over 1918 van St. Christoffel ontleenen wij: Het jaar 1918 weird begonnen met 1744 leden, nieuwe leden werden er 313 geboekt, terwijl door overlijden 22, bedanken 264 en royement 62 leden verloren gingen. Einde 1918 bedroeg het" ledental dus 1709. Het getal van 264 bedankingen lijkt ab surd hoog. Wanneer men echter beziet de overgangsperiode welke de vereeniging doormaakte, dan is wel zeer verklaarbaar :dat allen, die niets of weinig met het be roep meer hadden uit te staan, de gele genheid van de verhoogde contributie tegen 1919 te baat namen, om het lidmaaschap van St. Christoffel niet langer te continu- eeren; als zoodanig behoeft het cijfer der bedankingen niet te verontrusten. •Gedurende 11918 werden 3 vakgroepen gesteld bij de bestaande verzekeringsvak groep, n.l. de Vakgroep voor consumptie artikelen, voor manufacturen en voor schoen- en lederwaren. Het aantal donateurs steeg van 877 op 939. De. winst- en verliesrekening sluit met een bedrag aan ontvangsten en uitgaven van f 10.301.66. De post nadeelig saldo be draagt f 1074.70. I-Iet voorde-elig saldo over 1918 van het overlijd en sf on ds bedraagt f 5270.88; het to taal bezit van liet fonds f 9457.14. De rekening van het ziekte en ongevallen fonds geeft een nadeelig saldo over 1918 van f 151.38; het bezit van het fonds is f'1950.16 groot. Het vcordeëlig saldo van het V. O. F. bedraagt f 1038.29; bet totaal bezit f3165.33 Beperking arbeidsdag winkelbedrijf. De Ned. R. K. Bond van Handels-, Kan toor- en Winkelbedienden „St. Franciscus van Assisië" heeft zich met een gemotiveerd adres tot den minister van Arbeid gewend, met verzoek om -voor de na te noemen soorten van winkels gebruik te willen mei- ken van de bevoegdheid van art. 47 der Arbeidswet en aldus een algemeenen maat. regel van Bestuur voor te bereiden, welke den arbeidsdag in deze winkels terugbrengt voorloQpig tot 9 nnr met. geleidelijke over gang naar 8 uur. Het is voor de winkels .n kruideniers- en koloniale waren; winkels in het manufacturen- en kleedingbedrijf; winkels* in huishoudelijke en galanterie artikelen; winkels in suikerwerken enz. RECHTSZAKEN. Ongevallenverzekering. Reeds meeimalen is er op gewezen, dat polisvoorwaarden nauwlettend gelezen en nagekomen moeten worden, wil men niet de kans op uilkeering verliezen. O. m. komt het herhaaldelijk voor, dat door een kleine verandering, in den aard van iemands werk, door woonplaatsverandering e. d. een polis waardeloos wordt. Dit is thans wederom gebleken bij een voor het Gerechtshof te Arnhem in ho.og.er beroep behandeld geschil. Een timmerman had door het omvallen van een paal blij vend letsel aan zijn rechterhand bekomen; aangezien bij verzekerd was, vroeg hij uil keering. Het bleek nu echter, dat hij zich in de polis patroon noemde; de verzekerings maatschappij betoogde, dat hij knechts werk verricht had en daarvoor niet verze kerd was. De rechtbank te Zvvollc stelde de maatschappij in het gelijk en het. Hof bevestigde dit vonnis; had de man zijn werk juister omschreven of zijn verande ring van werkkring opgegeven, dan genoot hij thans van de uitkeering. Een beestachtige moord om 140 gulden. Levenslange gevangenis straf geëischt. Op 15 December van het vorige jaar had te Haarcn bij Oisterwijk een gruwelijke, moord- met roof plaats. Een tweetal arbei ders uit Oisterwijk waren met een meisje uit die gemeente overeengekomen om ze keren Van Dijk, van wien ze wisten dat hij geld op zak had, naar een eenzame plaats te lokken en daar te vermoorden. Het meisje zou met hem den rijksweg op wandelen en de beide mannen zouden dan de rest doen. De daders hadden zich giste ren voor de rechtbank te verantwoorden; de 23-jarige arbeider G. Verhoeven wegens het plegen van den moord, de 22-jarige ar- Jonge man, zeide Clarence Warwick, ■die de houding van Alain scheen te begrij pen, ik kom niet om u opnieuw gevangen Te nemen, rnaar om u in vrijheid te stellen. Wie zijt u? Warwick beefde. Kon hij antwoord op die vraag geven die nochtans zoo eenvoudig was. Hij, die hem ondervroeg, was zijn zoon, maar moest hij zich aan hem bekend ma ken, die zich over hem zou schamen. Neen! Neen! Voor het oogenblik zou hij ■zwijgen. Later als hij zijn schuld had uitge boet, als hij er recht op had om zijn verge ving te ontvangen, zou hij bekennen Ik ben een afgezant va Jude Coquinois antwoordde hij eenvoudig. Alain liet den paal vallen. Kent u mijn vader, vroeg hij bewogen Ik ken hem. - Waar is hij dan? Dat is een geheim dat ik nog eenigen Tijd moet bewaren. Wat doet hij dan? Hij wil u redden. Bent u door hem gezonden? Ik ben zijn beste vriend. Wij zullen namen naar Troyes gaan Me.t mij zult u fceen gevaar loopen. Later zal ik u iets om trent uw vader medédeelen. Belooft u me dat? Ik zweer het u. beider A. de Kort wegéflS medeplichtigheid daaraan, door Van Dijk weerloos te maken en de 20-jarige Antonio Veldhuizen, even eens wegens medeplichtigheid, door het slachtoffer naar een bepaalde plek te brerft gen. Verhoeven deed juist of hij dronken was geweest en niet beseft had wat hij deed. Hij had met De Kort afgesproken, dat zij Van Dijk van kant zouden maken. Er was eerst niet bepaald wie het doen zou, maar ein delijk was gezegd, dat De Kort het slacht offer zou vasthouden, en dat Verhoeven hem den hals zou afsnijden. Het doel we/6 •Van Dijk te beroovën van een bedrag van f 140; terwijl De Kort bet slachtoffer vast greep, heeft bekl. tweemaal met zijn mes krachtig gesneden. De ver.slagene riep nog uil: „Ik heb jelui toch niets gedaan!" De Kort beeft na den moord portefeuille en horloge uit de zakken van den versla- gene gehaald. Verboeven had er vier briefjes van f 10 en eenige van fl van ge kregen. Beklaagde De Kort verklaarde, dat hij Verhoeven onder het snijden had hoo ren zeggen: „Wat is die strot hard." Zijne mededeelingen over de verdceling van het geld, stemmen met die van vorigen •hekl. overeen. Hij voegde er nog aan toe, dat Antonia Veldhuizen 35 'cent heeft ge kregen en later nog f 12.50 om een nieuwe blouse te koopen. Antonia ^Veldhuizen erkende geweten te hebben, dat Van Dijk f 140 bij zich droeg. De Kort wilde het geld hebben, al moest hij er een moord voor doen. Zij had er in toegestemd, met den verslagene den Rijks weg op te gaan en de znster van De Kort had haar gezegd, dat zij het gerust kon doen, daar De Kort niets zou zeggen. (Deze •beklaagde werd daarop zoo woedend, dar, hij zijn medeheklaagcle te lijf ging en ■zwaar geboeid de zaal uitgeleid moest wor den.) Verder verklaarde zij, nog niets van het plan te hebben duiven vertellen, om dat men gedreigd bad, ook haar van kant te zullen maken. De Kort heeft den vers slagene het eerai aangevallen. De presided gfcwle te gelooven, dat het heele plan van haar is uitgegaan. Getuige P. Seebrecht verklaarde dat Dé Kort het plan ontworpen had Van Dijk te vermoordPQ. Getuige zou er aan meedoen, maar wos het den volgenden dag vergeten. Antonia '"ridhuizen had er in toegestemd en had ef zelfs om gelachen. Bekl. heeft niet. gehoord, dat zij bedreigd werd. Een dertiental getuigen wérd gehoord. Het O. M. achtte liet ten lastegelegde wettig en overtuigend bewezen rn eischic tegen Verhoeven en De Kort levenslange gevangenisstraf wegens moord en legen Antonia Veldhuizen 15 jaar wegens mede plichtigheid. Burgerlijke Stand. LEIDEN. •Ondertrouwd: N. A. Kriek jm. 25 j. en J. F. L. Voorbij jd. 27 j. K. Bors- boom jm. 23 j. en B. Piketjd. 20 j. R. v. Kooy wedr. 40 j. en T. Koelewijn jd.38 j. J. van der Laan wedr. 45 j. en G. Starre wede. 35 j. J. Gertenaay jm. 26 j. en L„ Veilbrief jd. 19 i. G. Hueting jm. 22 j. en M. C. v. Bemmelen jd. 22 j. H. J. v. d. Ilee jm. 30 j. en A. Groenewegen jd. 39 j. J. Bul jm. 23 j. en H. Bonte jd. 18 j. P. Min jm. 22 j. en E. A. Franse jd. 23 j. E. P. J. M. van Dijck jm. 25 j. en N. A. v. Vuuren jd. 21 j. K. van der Neut jm. 25 j. en J. A. van der Kooij jd. 26 j.. H W. G. Ras jm. 26 j. en A. Bonn jrl., 26 j.Jhr. L. J. van Ingen jm. 24 j. en J., Munk jd. 24 j. F. C. Bogaard jm. 25 j., en A. C. Bosch jd. 25 j. H. D. v. Meijen- feldt jm. 22 j. en M. P. Beumer jd. 21 j. BOSKOOP Geboren: Dirk Arie, z. van A. Bij-' land'en J. Vossepoel. Martinus Bernar- dus, z. van C. Kompeer en A. Zuiderwijk. Antonia, d. van A. de Jong en A. Schou ten. Francina, d. van B. W. Koorner eni S. Kinkel. Hendrik Johannus. z. van II.. Stillaard en N. v. Gemeren. Theodorus Anton ins z. van Th. Steenhariier en G. v.; cl. - Meer. Overled-en: J. v. Kleef, 73 j. ZOETER WOU DE- Geboren Nicolaas, z. van N. JTeme- rik en van J. Warnaar. Jacobus Corne lls, z. van P. van der Hoeven. Maria Catharina, d. van P. L. Onderwater en van M. v. Hameren. Bartbolomeus Ar- noldus z. van II. M. Starrehburg en van G. G. Gijbéls. Jozef Nicolaas, z. van W. F. Penning de Vries en van M. v. Mooreelf Gerrit, z. van W. v. d. Dool en L. de Vries.. G etr o u w d Marinus Teljeur, 32 j.' en Anthonia Petronella van Wijk, 26 j. Wie u ook zijt in naam van mijn va der heb dank! En Alain gaf den vreemdeling de band. Jeanne en Huguenette plaatsen zich in flen wagen. Alain nam plaats naast Ma thias, en Clarence achterin. Onderweg ontmoette men een bende roo- Vers, die den omtrek afzochten. Maigre E- chine stond aan het hoofd van den troep.: De luitenant van Warwick herkende A- Tain, die voorin zat. Hij uitte een kreet van Vreugde en wierp zich op het voertuig. In een oogenblik was de kar omsingeld.: BTwee mannen grepen het paard bij de teu gels. Op dit oogenblik boorde men een spot tend lachen, onder de huif, die den wagen bedekte. De verschrikte roovers herkenden die stem. Clarence keek uit den wagen en riep: Hé manhen, wat jullie bewaart, is goed bewaard! Nu moet ik jullie domheden *gaan herstellen... keert dus naar de plaats Terug, vanwaar jullie gekomen zijn. De roovers, beschaamd over de les bun 'gegeven en niets vermoedend van de ware toedracht der zaak, verwijderden zichu De wagen ging lagzaam verder., [Wordt vervolgd!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1919 | | pagina 4