den, linn "bedrijf nog wat uit (e stellen.
•Men kan ervan verzekerd zijn, dat een
kabinet, als dat van jhr. Huys de Beeren-
forouck ons volk niet langer onder de mili
taire lasten zal laten, als dringend noodig
os. Iedere twijfel daaromtrent is ongerecht
vaardigd.
Vlak tegenover dit oordeel staat D e
Maasbode, die schrijft:
De beide defensie-ministers nemen de
allure aan, of zij aanraking met de Kamer
•nog wat willen mijden. Als dat zoo mocht
■zijn, zal het stellig niet gelukken.
Zij wenschen meer zekerheid omtrent den
definitieven vorm van den volkerenbond.
Dat wenscht ieder.
Maar of men jaog lang zal kunnen voort
gaan met een begrooting van oorlog van 40
millioen, alsof er geen geweldige verande
ringen hebben plaats gehad, al was het
slechts het wegvallen van de enorme, min
of meer agressieve Duitsche militaire
■macht wij twijfelen.
Zeer veranderd zijn deomstandigheden.
•En wie slechts de kracht heeft om bij die
veranderde omstandigheden alleen gaande
te houden het oude stelsel, gedragen door
de gr00te militaire heeren, 'die nooit of
■nimmer iets anders dan uitbreiding noodig
■achten en altijd het geleden de legerplan
een axioma achten wie zich uit de oude
•rails, die naar den put voeren, niet weet
•los te werken om vrij een ander pad te
•kiezen, hij is niet de oorlogs-ininister,.dien
het moeilijke oogenblik eischt.
Knap is de bouwheer, die op een bekneld
grondstuk wat goeds zet.
Deze tijd vraagt een knap oorlogs-minis-
ter, die een groot aantal millioenen van
rijn begrooting vrif- maakt voor het depar
tement van Onderwijs, en voor Arbeid, en
met de rest weet te- woekeren. Men vrage
ile Kamer niet wederom een jaar respijt
voor de leger-reorganisatie. Minister Alting
<von Geusau moet een anderen weg betre
den om het groote vertrouwen, dat hij ge-
•noot, te behouden.
En ook Het Huisgezin, waaraan
•wij ontleenen:
Dat de eischen, aan 's lands schat
kist gesteld, met zorg vervullen, is vol
komen begrijpelijk, maar honger staat
de bekommering om het wel en wee
van groote groepen, van het volk, die.
indien de regeering niet krachtig in
grijpt, bange maanden tegemoet gaan.
Ook wat omtrent het defensievraag-
stuk wordt gezegd, had men liever in
een anderen toon hooren klinken.
Het is redelijk, dat voor de oplossing
van het vraagstuk op den Volkerenbond
wordt gewacht, maar niets had behoe
ven te weerhouden de verwachting uit
te spreken, dat de internationale rege
ling tot een vermindering der bewape
ning zou leiden en dat dientengevolge,
gelukkig, de persoonlijke en financieele
lasten zouden worden verlicht.
Ook ten aanzien van Indië missen we
een aanwijzing, dat de regecring zich
bewust is van den nieuwen koers, die
daar moet worden ingeslagen, willen
we dat rijk blijvend voor het moeder
land behouden.
DE S. D. A. P. EN DE OPENING DER
STATEN-GENËRAAL.
Het feit, dat de Kamerfractie der S.D.A.
P. thans vooruit heeft aangekondigd dat
zij de opening der Staten-Generaal niet
zal bijwonen, doet Het Vaderland
vragen: Vanwaar deze aankondiging, waar
die Kamerfractie dat toch nimmer deed?
liet blad meent, dat deze mededeeling
felechts het gevclg is van een onrustig ge
weten en schrijft dan:
„Wij kunnen toch moeilijk aannemen
dat mr. Troelstra, hoe ook in de war met
de machtsverhoudingen, van oordeel zou
wezen', dat een lid van de Tweede Kamer,
die zich naar de opening van de Staten-
Generaal begeeft, bij H. M. de Koningin
op visite zou komen. Dat was ook niet het
geval toen mr. Troelstra zich in 1913 naar
ITet Loo begaf, gevolg gevende aan de uit-
noodïging van de Kroon om zijn opinie'
over de oplossing van de crisis uit te
spreker, al is bij toen van anarchistische
zijde als „gast van de Vorstin" gesmaad.
Bij de opening van de Staten-Generaal
vervullen de Koningin en de Staten-Gene
raal beiden slechts den constitutioneclen
plicht hun bij art. 100 van de Grondwet
opgelegd. En gesteld dan ook, dat wij hier
een republiek hadden met mr. P. J. Troel
stra als president men mag toch zeker
nok wel eens eene onaangename veron
derstelling "uitten dan zou, als liij.de
Staten-Generaal opende, geen der niet-
republikeinsche leden van de volksverte
genwoordiging weg kunnen blijven, zonder
al het geen eenige dagen te voren op de
boerderij had plaats gehad.
Huguenette en Jeanne vernamen dus,
dat Avy niet dood was, en dat hij zich
naar Troyes begeven had, met Clarence
Warwick zelf.
Alain kon zich geen verklaring geven van
de rol, die de hoofdman der roovers, dien
hij nog niet kende, speelde. Men kwam
overeen, dat vader Mathias op denzelfden
morgen nog den vluchtelingen met zijn wa
gen naar de stad zou rijden.
Maar daar hij bevreesd was voor een be
zoek der roovers, aan de boerderij, verborg
bij eerst de jongelieden in een boscbje, dat
aan den weg naar de stad gelegen was.
Te midden van 'het kreupelhout op de hel
ling van een heuveltje had de oude Mathias
een soort hol gegraven, waarvan hij alleen
en zijn zoon het bestaan kenden.
Naar dat. hol bracht bij alles over wat hij
tegen de rooftochten der bandieten wilde
beschermen.
Daar zouden de vluchtelingen in veilig
heid zijn.
Alain wilde eerst de documenten gaan
opzoeken, die hij aan den voet van een eik
begraven had. De jonge Mathias bood zich
aan om ze in plaats van Alain op te gaan
zoeken. Hij kende de roovers, die hem geen
kwaad zouden doen. J-Iij vertrok met de be
lofte om 11 uur terug te zijn.
zijn plicht te verzuimen. Maar dat zouden
zij nie t doen, want die plegen met hun
constitutioneele plichten niet in de war te
zijn.
Zijn de mannen van de S. D. A. P. dat
dan? Allerminst. Maar zij zitten er zoo
leelijk tusschen, nu al hun daden be-
heerscht worden door de angstige vraag:
Wat zou Wijnkoop er van zeggen? Hun
niet komen waar ze als parlementsleden
hooren, is slechts een gebrek aan moed,
en dat ze dien moeermoeilijk kunnen heb
ben, ligt aan de slechte opvoeding die ze
den eigen partijgenoolen gaven."
HET SOCIALISTISCH WANBEHEER
TE ZAANDAM.
Onder dit hoofd schrijft de Z a a n-
Iandsche Courant van 13 Sep
tember liet volgende:
„We hebben sinds 1913, dus 6 jaar lang,
onder bet socialistisch, schrikbewind ge
zucht.
In 1913 hebben zooals zoo luid is rond
gebazuind de socialistische kiezers een
einde gemaakt aan het burgerlijk bewind
en de gemeentekas overgenomen met een
tekort van f 87.000.
De S. D. A. P. heeft de meerderheid
thans niet meer. En nu blijken de gevolgen
van dit schrikbewind.
De gemeentekas wordt achtergelaten met
een tekort van f 1,065,000 voor den dienst
1920.
Dit reuzencijfer is een scherpe veroor
deeling van het roode bestnnr, dat alle
waarschuwingen ten spijt, geldsommen
voor allerlei doeleinden beschikbaar stelde
zonder le vragen naar middelen ter dek
king.
Dit schandaal wordt te sprekender, wan
neer wij letten op de gunstige belastingop
brengst door de burgerij gedurende de ja
ren van het socialistisch bestuur.
In 1913 brachten de belastingen naar
het tegenwoordig percentage f 245,000 op.
Van 1914 tot en met 1919 (de opbrengst
over 1919 geraamd op het bedrag van 1918)
is door de burgerij opgebracht aan belas
ting f 2,893,500, dat is f 1,425,500 meer dan
het gemiddelde berekend naar de opbrengst
in 1915, toen ons.roode bestuur aan het
bewind kwam.
Hel feitelijk tekort in de. zes jaren van
liet socialistisch bewind bedraagt dus
f 1,423,500 plus f 1.065.000 is f2,488,500, of
rond ■21/q millioen gulden.
Dit is het noodlottig gevolg voor onze
zwaar beproefde gemeente.
Met tonnen is daarenboven de schulden
last toegenomen, zoodat het bankroet der
gemeente nabij is.
Belastingverhooging zal onvermijdelijk
zijn, maar ook aan de draagkracht onzer
gemeente is een einde. Zonder hulp van de
regeering is de gemeente binnenkort niet
meer in staat aan haar eerste verplichtin
gen te voldoen.
En straks zullen de S. D. A. P.-„finan
cieele specialiteiten" schetteren, dat ze in
de oorlogsjaren de belastingen te Zaandam
niet hebben behoeven te verhoogen.
Hun misdadige -politiek moet gesigna
leerd worden, als waarschuwend en af
schrikwekkend voorbeeld voor geheel ons
land."
DE KEIZER-QUAESTIE.
I-I c t Handelsblad schrijft:
„In hoe geheel ander licht is geleidelijk
het vraagstuk van de vervolging en de uit
levering van den Duitschen keizer komen
te staan, sinds het, dadelijk na "zijne ver
rassende vlucht bimien onze grenzen, de
gemoederen hier en elders gevangen hield.
Het scheen alsof de geheele wereld die ver
volging begeerde en van ons zoude eischen,
dat wij hem aan het in té stellen interna
tionale gerecht zijner vijanden zouden
overleveren, ondanks het onbeschreven
asylrecht, .onze trots in het verleden, on
danks grondwet, wet en tiactaat, die zich
tegen de uitlevering verzetten. De geheele
wereld tegenover ons zio scheen het nog
teer. de geallieerde- en geassocieerde mo
gendheden in art. 227 van het Vredestrac-
taat openlijk Wilhelm II van HohenzoJjern
ex-keizer van Duitschland, in staat van be
schuldiging stelden voor de grootste schen
ding van de internationale zedenwet en het
geheiligd gezag der tractaten en Duitsch
land, zij het dan noodgedwongen, die actie
van beschuldiging mede onderteekende.
En thans? Een voor een vallen de be
schuldigers af. Amerika sprak het reeds
lang openlijk uit, dat het zijn deel in de
terechtstelling niet wilde hebben, van Ja
pan wist men hetzelfde; van België, het
land, dat het eerste recht zoude hebben de
wrekende hand op te heffen, evenzeer en
thans blijkt uit het rapport van Luzzatti
aan het Italiaanscbe parlement, dat ook
Italië de vervolging en uitlevering op grond
Hij bad geen avontuurlijke ontmoeting
en kwam op den bepaalden tijd met de
twee rollen perkament terug.
Zoodra zijn zoon was teruggekeerd, span
de vader Mathias zijn wagen in om de
vluchtelingen te gaan halen.
Toen hij de rivier langs, reed, bemerkte
hij een soldaat die aan dén oever zat.
Hij had geen tijd om er zich rekenschap
over te geven.
De man had het hoofd opgericht.
De oude Mathias herkende hem, t was
Clarence Warwick.
Zijn vrees week, hij naderde den hoofd
man van de baanstroopers.
De ruwe soldaat -weende
Mathias veronderstelde een nieuw geheim,
Wat is er van de jonge man geworden
vroeg de boer, met wien u naar de stad ge
gaan zijt?
Oh! die, antwoordde Clarence met toon
looze stem, die is in veiligheid... Maar de
anderen...
De anderen?
Ja, degenen, die nu verdronken zijn.
En Clarence wees naar het wambuis en
den sluier, die aan zijn voeten lag.
Komt u maar mee, antwoordde de boer
eenvoudig, ik zal u bij degenen brengen,
die u zoekt.
van het Vredesverdrag in strijd acht mei
het recht.
Blijven over Frankrijk en Engeland. Het
eerste is er vrijwel onverschillig voor, in
Engeland zijn velen van gezag met kracht
er tegen opgekomen. Maar Lloyd George
heeft de terechtstelling aan zijne kiezers
beloofd! Gelooft men dat hij nog in staat
zal zijn ook maar den eersten stap te doen
om die belofte na te komen?
Niet Engeland alleen, maar de vijf groote
mogendheden, waarvan er drie tegenstan
ders zijn van de vervolging, moeten het ge
rechtshof samenstellen; niet Engeland al
leen,. maar de geallieerde en geassocieerde
mogendheden, waarvan de meest gezag-
hebbenden erkennen, dat zij daartoe niet
het recht hebben, moeten de uitlevering
aan Nederland vragen. Ondenkbaar is, dat
zij thans nog daartoe besluiten. En moch
ten zij, omdat zij eenmaal onder het Vre
desverdrag hunne handteekening hebben
gezet, er toe besluiten, dan zal Nederland,
zich steunend op wet en tractaat, de uitle
vering weigeren en het zal weten, dat het
de geheele wereld niet tegen zich, maar
aan zijne zijde heeft.
Treffend voorbeeld van de kracht der
zedelijke beginselen, verheugend feit in
deze treurige, tijden. Aan art. 227a van
het Vredestractaat ontbrak de zedelijke ba
sis en daarom mist bet ook liet zedelijk
gezag, voor zijne toepassing noodig. Niet
ongestraft treedt men met voeten de beide
hoofdbeginselen van het moderne straf
recht, lerwille van de persoonlijke vrijheid
en de gerechtigheid na harden strijd tegen
willekeur en g'ezagsmisbruik door de
■menschheid gewonnen; geen straf zonder
vooraf d. w. z. vóór de misdaad ge
regelde strafbepaling; geen rechter dan een
onpartijdige, buiten de aanklagers en de
beleedigden aangewezen. Tegen deze beide
beginselen ging art. 227 van het Vredes
tractaat lijnrecht in en daarom zal het nim
mer toepassirfjf vinden."
AFGEDAAN.
In een verslag óver de. opvoering van
een Fransch tooneelstuk, waarin een pries
ter en een ongeloovig medicus met elkan
der disputeeren, schrijft de N. R. C t.:
Een tien of vijftien jaar geleden, tij
dens de sterk anti-clericale strooming
in de Fransche politiek was lic-t. mis
schien mogelijk zich daar het geloof en
wat zich atheïsme noemde zoo princi
pieel tegenover elkaar gesteld te den
ken. Tn elk geval klinkt dat zooge
naamd wetenschappelijk atheïsme nu
als iets, dat tot het verleden behoort.
Op dezen laatsten zin komt het-aan.
Het is toch zeker merkwaardig een der
gelijk oordeel, of liever een dergelijk vonnis
•te lezen in een principieel liberaal blad.
Het zoogenaamd wetenschappelijk atheïs
me moet dan wel stevig hebben afgedaan,
merkt Het C, e n t r u ni hierbij op.
Sociale Berichten.
Ned. Bond van Horlogemakers.
Gisteren werd te Apeldoorn de jaarlijk-
sehe bondsdag gehouden van den Ned.
Bond van Horlogemakers.
De voorzitter uitte den wensch dat de
samenwerking met den onlangs opgerich-
ten Alg. Ned. Uurwerkmakersboncl van
dien aard zal zijn, dat veel goeds voor het
bedrijf wordt tot stand gebracht.
Voorlezing weid gedaan van het te slui
ten collectief arbeidscontract. Daarin zijn
o.m. uurloonen vastgelegd voor aanko
mende bedienden van 23 cent makers van
groot- en eenvoudig klein werk 44 cent, ge
compliceerd en gewoon groot werk 60 ct.,
■cylinderwerk 51 ct. Het maximumloon be
draagt 67 ct. De arbeidsduur is' bepaald
op ten hoogste 54 uur per week en 9 uur
per dag, met een week vacantie per jaar.
De Amerikaahsche schoenen en de
winkeliers.
De besturen der Am ster d amscli e Sehoen-
winkeliersvereeniging en de'R. K. Scboen-
winkelrersvereeniging St. Nicolaas, schrij
ven ors: -
„Tot onze niet geringe verwondering
lezen wij bij herhaling in verschillende
bladen, dat de schoenwinkeliers niet ge
neigd zouden zijn. do door de gemeènte
Amsterdam aangekochte Amerikaansche
schoenen te verkoopen.
Wij stellen er prijs op bekend te maken:
dat de door het gemeentebestuur of ge
meentelijke instelling bij ons geen verzoek
is ingekomen om tot verkoop van schoenen
mede te werken;
geen der bestaande schoenwinkeliers.-
vereenigingen heeft een besluit tot weige-
VIERDE HOOFDSTUK.
Voor hef. hol, dat tot schuilplaats diende
aan de drie vluchtelingen, hield Alain de
wacht.
De wagen van vader Mathias verscheen
in de verte.
De jonge man zuchtte van vérlichting.
Nu was eindelijk de redding daar.
"Niettemin wekte hij Jeanne en Huguenet
te niet, die uitgeput door verschillende ont
roeringen sluimerden op een bed van droge
bladeren.
Het paard verhaastte zijn stap. Het ken
de den weg. Alain begon de takken reeds
op zij te schuiven, toen hij plotseling terug
deinsde.
Ter zi jde van vader Mathias bemerkte hij
een soldaat.
De boer was een verrader, die de roovers
gewaarschuwd had.
Alain trok een paal uit den grond en stel
de zich in slagorde, met den vasten wil, om
zijn leven duur te verkoopen en de meisjes
Tnet zijn eigen lichaam te beschermen tegen
We roovers, waaraan hij haar ontrukt had.
Hij wachtte.
Mallhas sprong het eerst van de kar, de
Soldaat volgde.
De boer trad naar voren.
Halt! schreeuwde Alain.
Wat scheelt u, vroeg Mathias.
ring van verkoop genomen en 'den eenigen
dienst, welke de gemeente van ons heeft
gevraagd, hebben wij belangloos uitge
voerd."
Nerf. R. K. Ver. van Handelsreizigers
SI. Christoffel.
Aan het jaarverslag over 1918 van St.
Christoffel ontleenen wij:
Het jaar 1918 weird begonnen met 1744
leden, nieuwe leden werden er 313 geboekt,
terwijl door overlijden 22, bedanken 264 en
royement 62 leden verloren gingen. Einde
1918 bedroeg het" ledental dus 1709.
Het getal van 264 bedankingen lijkt ab
surd hoog. Wanneer men echter beziet de
overgangsperiode welke de vereeniging
doormaakte, dan is wel zeer verklaarbaar
:dat allen, die niets of weinig met het be
roep meer hadden uit te staan, de gele
genheid van de verhoogde contributie tegen
1919 te baat namen, om het lidmaaschap
van St. Christoffel niet langer te continu-
eeren; als zoodanig behoeft het cijfer der
bedankingen niet te verontrusten.
•Gedurende 11918 werden 3 vakgroepen
gesteld bij de bestaande verzekeringsvak
groep, n.l. de Vakgroep voor consumptie
artikelen, voor manufacturen en voor
schoen- en lederwaren.
Het aantal donateurs steeg van 877 op
939.
De. winst- en verliesrekening sluit met
een bedrag aan ontvangsten en uitgaven
van f 10.301.66. De post nadeelig saldo be
draagt f 1074.70.
I-Iet voorde-elig saldo over 1918 van het
overlijd en sf on ds bedraagt f 5270.88; het to
taal bezit van liet fonds f 9457.14.
De rekening van het ziekte en ongevallen
fonds geeft een nadeelig saldo over 1918
van f 151.38; het bezit van het fonds is
f'1950.16 groot.
Het vcordeëlig saldo van het V. O. F.
bedraagt f 1038.29; bet totaal bezit f3165.33
Beperking arbeidsdag winkelbedrijf.
De Ned. R. K. Bond van Handels-, Kan
toor- en Winkelbedienden „St. Franciscus
van Assisië" heeft zich met een gemotiveerd
adres tot den minister van Arbeid gewend,
met verzoek om -voor de na te noemen
soorten van winkels gebruik te willen mei-
ken van de bevoegdheid van art. 47 der
Arbeidswet en aldus een algemeenen maat.
regel van Bestuur voor te bereiden, welke
den arbeidsdag in deze winkels terugbrengt
voorloQpig tot 9 nnr met. geleidelijke over
gang naar 8 uur. Het is voor de winkels .n
kruideniers- en koloniale waren; winkels
in het manufacturen- en kleedingbedrijf;
winkels* in huishoudelijke en galanterie
artikelen; winkels in suikerwerken enz.
RECHTSZAKEN.
Ongevallenverzekering.
Reeds meeimalen is er op gewezen, dat
polisvoorwaarden nauwlettend gelezen en
nagekomen moeten worden, wil men niet
de kans op uilkeering verliezen. O. m.
komt het herhaaldelijk voor, dat door een
kleine verandering, in den aard van
iemands werk, door woonplaatsverandering
e. d. een polis waardeloos wordt.
Dit is thans wederom gebleken bij een
voor het Gerechtshof te Arnhem in ho.og.er
beroep behandeld geschil. Een timmerman
had door het omvallen van een paal blij
vend letsel aan zijn rechterhand bekomen;
aangezien bij verzekerd was, vroeg hij uil
keering.
Het bleek nu echter, dat hij zich in de
polis patroon noemde; de verzekerings
maatschappij betoogde, dat hij knechts
werk verricht had en daarvoor niet verze
kerd was. De rechtbank te Zvvollc stelde
de maatschappij in het gelijk en het. Hof
bevestigde dit vonnis; had de man zijn
werk juister omschreven of zijn verande
ring van werkkring opgegeven, dan genoot
hij thans van de uitkeering.
Een beestachtige moord om 140 gulden.
Levenslange gevangenis
straf geëischt.
Op 15 December van het vorige jaar had
te Haarcn bij Oisterwijk een gruwelijke,
moord- met roof plaats. Een tweetal arbei
ders uit Oisterwijk waren met een meisje
uit die gemeente overeengekomen om ze
keren Van Dijk, van wien ze wisten dat
hij geld op zak had, naar een eenzame
plaats te lokken en daar te vermoorden.
Het meisje zou met hem den rijksweg op
wandelen en de beide mannen zouden dan
de rest doen. De daders hadden zich giste
ren voor de rechtbank te verantwoorden;
de 23-jarige arbeider G. Verhoeven wegens
het plegen van den moord, de 22-jarige ar-
Jonge man, zeide Clarence Warwick,
■die de houding van Alain scheen te begrij
pen, ik kom niet om u opnieuw gevangen
Te nemen, rnaar om u in vrijheid te stellen.
Wie zijt u?
Warwick beefde.
Kon hij antwoord op die vraag geven die
nochtans zoo eenvoudig was.
Hij, die hem ondervroeg, was zijn zoon,
maar moest hij zich aan hem bekend ma
ken, die zich over hem zou schamen.
Neen! Neen! Voor het oogenblik zou hij
■zwijgen. Later als hij zijn schuld had uitge
boet, als hij er recht op had om zijn verge
ving te ontvangen, zou hij bekennen
Ik ben een afgezant va Jude Coquinois
antwoordde hij eenvoudig.
Alain liet den paal vallen.
Kent u mijn vader, vroeg hij bewogen
Ik ken hem.
- Waar is hij dan?
Dat is een geheim dat ik nog eenigen
Tijd moet bewaren.
Wat doet hij dan?
Hij wil u redden.
Bent u door hem gezonden?
Ik ben zijn beste vriend. Wij zullen
namen naar Troyes gaan Me.t mij zult u
fceen gevaar loopen. Later zal ik u iets om
trent uw vader medédeelen.
Belooft u me dat?
Ik zweer het u.
beider A. de Kort wegéflS medeplichtigheid
daaraan, door Van Dijk weerloos te maken
en de 20-jarige Antonio Veldhuizen, even
eens wegens medeplichtigheid, door het
slachtoffer naar een bepaalde plek te brerft
gen.
Verhoeven deed juist of hij dronken was
geweest en niet beseft had wat hij deed. Hij
had met De Kort afgesproken, dat zij Van
Dijk van kant zouden maken. Er was eerst
niet bepaald wie het doen zou, maar ein
delijk was gezegd, dat De Kort het slacht
offer zou vasthouden, en dat Verhoeven
hem den hals zou afsnijden. Het doel we/6
•Van Dijk te beroovën van een bedrag van
f 140; terwijl De Kort bet slachtoffer vast
greep, heeft bekl. tweemaal met zijn mes
krachtig gesneden. De ver.slagene riep nog
uil: „Ik heb jelui toch niets gedaan!"
De Kort beeft na den moord portefeuille
en horloge uit de zakken van den versla-
gene gehaald. Verboeven had er vier
briefjes van f 10 en eenige van fl van ge
kregen. Beklaagde De Kort verklaarde, dat
hij Verhoeven onder het snijden had hoo
ren zeggen: „Wat is die strot hard."
Zijne mededeelingen over de verdceling
van het geld, stemmen met die van vorigen
•hekl. overeen. Hij voegde er nog aan toe,
dat Antonia Veldhuizen 35 'cent heeft ge
kregen en later nog f 12.50 om een nieuwe
blouse te koopen.
Antonia ^Veldhuizen erkende geweten te
hebben, dat Van Dijk f 140 bij zich droeg.
De Kort wilde het geld hebben, al moest
hij er een moord voor doen. Zij had er in
toegestemd, met den verslagene den Rijks
weg op te gaan en de znster van De Kort
had haar gezegd, dat zij het gerust kon
doen, daar De Kort niets zou zeggen. (Deze
•beklaagde werd daarop zoo woedend, dar,
hij zijn medeheklaagcle te lijf ging en
■zwaar geboeid de zaal uitgeleid moest wor
den.) Verder verklaarde zij, nog niets van
het plan te hebben duiven vertellen, om
dat men gedreigd bad, ook haar van kant
te zullen maken. De Kort heeft den vers
slagene het eerai aangevallen.
De presided gfcwle te gelooven, dat het
heele plan van haar is uitgegaan.
Getuige P. Seebrecht verklaarde dat Dé
Kort het plan ontworpen had Van Dijk te
vermoordPQ. Getuige zou er aan meedoen,
maar wos het den volgenden dag vergeten.
Antonia '"ridhuizen had er in toegestemd
en had ef zelfs om gelachen. Bekl. heeft
niet. gehoord, dat zij bedreigd werd.
Een dertiental getuigen wérd gehoord.
Het O. M. achtte liet ten lastegelegde
wettig en overtuigend bewezen rn eischic
tegen Verhoeven en De Kort levenslange
gevangenisstraf wegens moord en legen
Antonia Veldhuizen 15 jaar wegens mede
plichtigheid.
Burgerlijke Stand.
LEIDEN.
•Ondertrouwd: N. A. Kriek jm. 25
j. en J. F. L. Voorbij jd. 27 j. K. Bors-
boom jm. 23 j. en B. Piketjd. 20 j. R. v.
Kooy wedr. 40 j. en T. Koelewijn jd.38 j.
J. van der Laan wedr. 45 j. en G. Starre
wede. 35 j. J. Gertenaay jm. 26 j. en L„
Veilbrief jd. 19 i. G. Hueting jm. 22 j.
en M. C. v. Bemmelen jd. 22 j. H. J. v.
d. Ilee jm. 30 j. en A. Groenewegen jd. 39
j. J. Bul jm. 23 j. en H. Bonte jd. 18 j.
P. Min jm. 22 j. en E. A. Franse jd. 23
j. E. P. J. M. van Dijck jm. 25 j. en N.
A. v. Vuuren jd. 21 j. K. van der Neut
jm. 25 j. en J. A. van der Kooij jd. 26 j..
H W. G. Ras jm. 26 j. en A. Bonn jrl.,
26 j.Jhr. L. J. van Ingen jm. 24 j. en J.,
Munk jd. 24 j. F. C. Bogaard jm. 25 j.,
en A. C. Bosch jd. 25 j. H. D. v. Meijen-
feldt jm. 22 j. en M. P. Beumer jd. 21 j.
BOSKOOP
Geboren: Dirk Arie, z. van A. Bij-'
land'en J. Vossepoel. Martinus Bernar-
dus, z. van C. Kompeer en A. Zuiderwijk.
Antonia, d. van A. de Jong en A. Schou
ten. Francina, d. van B. W. Koorner eni
S. Kinkel. Hendrik Johannus. z. van II..
Stillaard en N. v. Gemeren. Theodorus
Anton ins z. van Th. Steenhariier en G. v.;
cl. - Meer.
Overled-en: J. v. Kleef, 73 j.
ZOETER WOU DE-
Geboren Nicolaas, z. van N. JTeme-
rik en van J. Warnaar. Jacobus Corne
lls, z. van P. van der Hoeven. Maria
Catharina, d. van P. L. Onderwater en
van M. v. Hameren. Bartbolomeus Ar-
noldus z. van II. M. Starrehburg en van
G. G. Gijbéls. Jozef Nicolaas, z. van W.
F. Penning de Vries en van M. v. Mooreelf
Gerrit, z. van W. v. d. Dool en L. de
Vries..
G etr o u w d Marinus Teljeur, 32 j.'
en Anthonia Petronella van Wijk, 26 j.
Wie u ook zijt in naam van mijn va
der heb dank!
En Alain gaf den vreemdeling de band.
Jeanne en Huguenette plaatsen zich in
flen wagen. Alain nam plaats naast Ma
thias, en Clarence achterin.
Onderweg ontmoette men een bende roo-
Vers, die den omtrek afzochten. Maigre E-
chine stond aan het hoofd van den troep.:
De luitenant van Warwick herkende A-
Tain, die voorin zat. Hij uitte een kreet van
Vreugde en wierp zich op het voertuig.
In een oogenblik was de kar omsingeld.:
BTwee mannen grepen het paard bij de teu
gels.
Op dit oogenblik boorde men een spot
tend lachen, onder de huif, die den wagen
bedekte.
De verschrikte roovers herkenden die
stem.
Clarence keek uit den wagen en riep:
Hé manhen, wat jullie bewaart, is
goed bewaard! Nu moet ik jullie domheden
*gaan herstellen... keert dus naar de plaats
Terug, vanwaar jullie gekomen zijn.
De roovers, beschaamd over de les bun
'gegeven en niets vermoedend van de ware
toedracht der zaak, verwijderden zichu
De wagen ging lagzaam verder.,
[Wordt vervolgd!