Tweede Blad. Mi. Zaterdag 2 Augustus 1919 De Katholiek In het maat schappelijk leven. het Congres van Directeuren der Iflaria-Congregaties heeft de Zecreerw. Heer Prof. J. D. J. Aengenent een rede ge houden, waarboven wij als titel zouden willen plaatsen; De Katholiek in het maat schappelijk leven. De geleerde en gezaghebbende priester zet daarin glashelder en overtuigend uit een, hoe een Katholiek moet staan tegen over de hedendaagsche stroomingen in het maatschappelijk leven. prof. Aengenent verklaarde bij^dêz'e rede te 'willen spreken tot de groote katholieke massa huiten de vergaderzaal, onder wie nog lang niet allen de teekenen des tijds verstaan. En bij "bedoelde niet op de laat ste plaats de hoogere standen, want onder hen bevindt zich nog het grootste- getal on verschilligen en werkeloozen. Wij veroorloven ons aan ,,Het Centrum" het volgend verslag van de merkwaardige rede te ontleenen: De teekenen des tijds. Dat lang niet allen de teekenen des tijds verstaan en- zich op het hooge standpunt gesteld hebben van het onlangs gehouden R. K. Bedrijfsradencongres daarvan getui gen, volgens spr., o. a. de twee volgende feiten. Vooreerst, in een nog niet zoo lang uitgebroken arbeidsconflict, waren er patroons, en helaas, onder hen ook ka tholieken, die de billijkheid der looneischen erkenden en ook toegaven dat er aan kon voldaan worden, doch die'weigerden, ten einde hun macht te toonen. Dat is een hoogst onverantwoordelijke en afkeurens waardige houding. Dergelijke patroons ver geten, dat de zuigkracht van het socialisme op de arbeiders ontzaglijk groot is, en dat rij op die wijze de arbeiders in de richting van het socialisme drijven. Windhorst waarschuwde daarvoor reeds in 1878 in een zijner belangrijkste redevoeringen in den Rijksdag. En ten tweede, reeds meer dan vijftien jaar bezitten wij onze Katholieke Sociale Actie, de stichting van onzen hoogs! verdienstelijken Minister van Arbeid, met haar Centraal Bureau te Leiden, een in stelling, die een eenheidsbond wil slaan om al onze sociale vereenigingen. Wie. nu mee- nen mocht, dat deze instelling aller mede werking mocht ondervinden, vergist zich 'deerlijk.. Daar is bij velen gemis aan be langstelling, hetgeen o. ablijkt uit een te kort aan financieelen steun. Welnu, het is naar mijn innige overtuiging een heilige plicht van ons priesters, orn alle katholie- ;en tot krachtigen steun van die onmis bare instelling aan 'te sporen. De democratie. De democratie, aldus spr., is van katho liek standpunt uit niet te verwerpen, mits zij geleid wordt in goede banen. Mijns inziens moeten er drie voorwaarden ver vuld zijn, opdat de democratie vruchtbaar Werke. Vooreerst, democratie mag niet ontaar den in de overheersching van één klasse. En [och, zulks zien wij gebeuren. Overal waar het bolsjewisme, hetwelk zich uitgeeft voorde zuiverste democratie, hoogtij viert, zien wij de dictatuur vair het proletariaat. En de S. D. A. P. moge zich aandienen als tegenstander van het bolsjewisme, wij we ten dat Troelstra de bolsjewistische revo lutie, als zij aan onze grenzen kwam, met gejuich zou binnenhalen. Maar ook in onze jRoomsche kringen is de opvatting van de mocratie niet altijd zuiver. Wel is de zucht naar klasse-heerschappij ons vreemd; maar toch ontbreekt er nog veel aan het weder- zijdsche -vertrouwen, dat de verschillende standen elkander moeten toedragen. Van-' daar een streven in sommige arbeiders kringen om standscandidaten voor de po litieke lichamen te stellen. Nu stel ik er Prijs op te verklaren, gelijk ik ook reeds .«Mors deed, dat er geen bezwaarbestaat om die personen uit de lagere standen in die lichamen te brengen. Maar op twee voorwaar den. Vooreerst moeten de candi- dalen werkelijk algemeen ontwikkelde'per sonen zijn, die over de groote kwesties van oen dag zich een oordeel kunnen vormen en ten tweede hun candidatuur moet niet Worden doorgedreven ten koste van zitten de leden, die zich reeds verdienstelijk heb ben gemaakt. Eischt men ecliler stands- kandidaten, louter en alleen omdat het slandgenooten zijn en zelfs ten koste van verdienstelijke zittende leden, dan spreekt daaruit een wantrouwen tegen de hoogere klassen, dat absoluut onrechtvaardig is en jjor het prestige onzer partij gevaarlijk is. Maar evenzeer misdoen de hoogere stan den als zij uit wantrouwen- tegen de lagere klassen niet verschijnen op de vergaderin gen onzer Kiesvereenigingen. Juist nu, 'engevolge van het evenredigheidsstelsel mnnen de Kiesvereeniging de gewichtigste besluiten worden genomen, is de afwezig- beid der hoogere standen, en ik wijs hier °P een frequent, voorkomend verschijnsel, onverantwoordelijk. De verschillende »klas- ®en moeten dus door ons priesters tot we- derzijdsch vertrouwen worden opgevoed. Democratie en anarchie. Ten tweede de democratie mag niet ont- gen ®arden in anarchie. En toch, ook in onze kringen komt die verwarring van denk beelden voor.- Men wil, op grond van het feit dat wij •oven in een democratischen tijd, zich niet n leiden van boven af; men ontkent de eteekenis van adviezen, die door leidende uren in politieke aangelegenheden wor- Pi gegeven, ja, men eischt zelfs hier en 'daar, 'dat het bestuur zicli geheel en al önt- houde van advies. Men duldt niet meer, dat het bestuur ook werkelijk besture. Dat is een verwarring van democratie met anarchie, welke tot zeer treurige gevolgen leiden kan. Democratie wil niets anders zeggen, dan dat hét geheele volk mag mee spreken. Maar het beteekent niet, dat nu iedereen mag handelen naar willekeur. Neen, de ware Vrijheid komt alleen dan het best tot uiting, als zij redelijk wordt uitgeoefend, als men zijn keuze redelijk bepaalt. Welnu, redelijk bepaalt men zijn keuze, als men een advies opvolgt van mannen, die eerst na rijp beraad tot het uitbrengen van het advies zijn overgegaan. Doet men zulks niet, dan handelt men niet redelijk, niet democratisch, maar anarchistisch. Ook op dit punt. hebben wij het volk de ware democratie te leeren. Mgr. Ireland, de Amerikaansche bisschop, die door niemand voor conservatief zal worden gehouden, zeide het zoo juist: ,,De ware democratie sluit niet uit, maar erkent ten volle hooge- ren invloed. Een maatschappij, waar de natuurlijke invloed is verdwenen, is een maatschappij, die niet normaal is." Democratie en Materialisme. Ten derde, de democratie mag niet het oog gevestigd houden louter en alleen op het verkrijgen van materieele voordeelen, met voorbijzien van de hoogste, de ideëele belangen. Dat is een ontzaglijk gevaar van een democratie zonder hoogere beginselen, hetwelk door Mgr. Mermillod in een zij ner predikaties zoo schoon werd geteekend. Nu liet geloof aan het hoogere eleven aan het volk is ontnomen, tracht dit de demo cratie te gebruiken, om hoe langer zoo meer materieele genietingen te bereiden. En die zucht wordt niet weinig gesterkt bij het zien van de afschuwelijkste weelde, waaraan de hoogere standen, hij wie even eens het geloof werd vernietigd, zich over geven. Kan men zeggen, dat in onze krin-' gen de democratische strooming zich al tijd van al te materialistische tendenzen vrij hield? Helaas neen. Was het om een enkel voorbeeld te noemen; niet diep treu rig, dat eenige maanden geleden op een verjaardag eener katholieke vereeniging verklaard werd, dat een onzer meest emi nente Tweede Kamerleden er uit moest om plaats te maken voor een standscandidaat, en dat wel, orndat dat Kamerlid niet vol doende salarisregeling zou hebben bepleit voor de leden der vergaderde organisatie? Veronderstelt eens dat deze klacht waar heid bevatte wat echter ten stelligste moet worden ontkend is het dan toch niet droevig, dat een katholiek om wille van het stoffelijke vergat, wat die eminen te afgevaardigde gedurende tientallen van jaren voor de verdediging der katholieke zaak, voor de hoogere belangen, had ge daan? Orn welke redenen nu is iedere katholiek verplicht om mede te werken aan het openbare leven en te zorgen, dat het we reldgebeuren op sociaal en politiek terrein niet leide tot een wereldcatastrophe? De plicht van naastenliefde. Vooreerst is hij daartoe verplicht krach tens de naastenliefde. In'zijn boek ,,Die AvbeiteTfrage und das Christentum" schrijft Mgr. v. Ketleler: „Men heeft mij gevraagd, hoe ik als bisschop er toe geko men ben' om mij met de sociale kwestie te bemoeien. Ik heb geantwoord, dat ik mij als bisschop plechtig daartoe verbonden heb. Want bij mijn bisschopswijding heeft men mij plechtig op een eed gevraagd: Wilt gij den armen en noodlijdenden een vader en een helper zijn? En ik heb onder een heiligen eed beloofd: Ilc "wil. Welnu, dien eed volbreng ik, als ik in woord en geschrift voor de lotsverbetering van allen, die onder de sociale "misstanden lijden, op kom. Dat zijn heerlijke woorden die het hart van iederen katholiek, hetzij geeste lijke of leek, .kunnen ontvlammen en aan sporen tot socialen arbeid. Want niet al leen, dat men door sociaal te werken, veel stoffelijke ellende voorkomt, maar men helpt daardoor tevens om zedelijke ellende te keeren. Immers, men breekt daardoor tevens de zuigkracht van het socialisme en behoedt aldus de minderbedeelde klas sen voor de zedelijke ellende, die het so cialisme met zich brengt. D'è plicht van sociale rechtvaardigheid. Niet alleen de. plicht van naastenliefde dringt, de katholieken tot medewerking aan het openbare leven; maar ook de plicht van sociale rechtvaardigheid, d.w.z. de plicht, die op ieder lid eener maatschappij rust om het algemeen welzij-n te bevorderen. Nu is de katholiek lid van een dubbele maat schappij, vooreerst van de burgerlijke maatschappij, en ten tweede van de Kerk. Dientengevolge bestaat voor hem een dub bele plicht van sociale rechtvaardigheid. Eerstens ten opzichte van de burgerlijke maatschappij. Men moet wel opzettelijk de oogen sluiten om niet te zien, dat, wanneer op het terrein der politieke samenleving een democratie aan het woord zou komen, die ontaardt in tyrannie van de minder heid, de burgerlijke maatschappij haar on dergang tegemoet zou snellen. Welnu, het vaderland van dien ondergang te vrij waren, is de plicht van ieder bui'ger, dus zeker van ieder katholiek. En daarom kan het niet genoeg herhaald worden, dat de katholiek verplicht is om sociaal te den ken en te voelen, en ook in het politieke leven zijn medewerking te verleenen. Wie dan ook niet met hart en ziel ijvert voor gezonde sociale hervormingen, werkt in!' direct mede aan de komst van het socia lisme en dus aan den ondergang van het vaderland. En wie niet-in de politieke actie en dus in het werk der kiesvereenigingen belang stelt, vergroot daardoor het gevaar, dat de democratische strooming verloopt langs verkeerde banen, en is dus eveneens indirect de oorzaak van den ondergang der maatschappij. De Encycliek „Immorta- le Dei" en niet minder „Graves de com- muni re" bevatten dan ook de ernstige ver maningen, om de katholieken van alle etanden, maar vooral van den hoogeren stand, hun plicht vaïï Sociale en politieke actie in te scherpen. Ten tweede, ten opzichte van de Kerk bestaat eenzelfde plicht van sociale recht vaardigheid. Ook haar dreigt de onder gang, als de sociale en de politieke revo lutie zouden zegevieren. Reeds dertig jaar geleden schreef Dr. Schaepman in zijn „Menschen en Boeken": „Het gaat om het konihgschap van Christus op elk gebied. De katholieken hebben aan den strijd on zer dagen deel te nemen; zij kunnen en zij mogen niet anders." En thans, dertig jaar laler, zien wij voor onze oogen, hoe de strijd der revolutiemannen werkelijk tegen de Kerk gericht is, hoe het thans gaat om niets minder dan om de verdediging der christelijke beschaving. Een der kop stukken van de Parijsche Commune van 1870, Vermorel, schreef in zijn boek „Le parti social is te" de volgende gedenkwaar dige woorden, die vooral op onzen tijd van toepassing zijn: „Tussehen de revolu tie en de Kerk bestaat absolute onvereenig- baarheid, ja, een voortdurend antagonis me. Het is dus noodig, dat de Kerk de re volutie onmogelijk maakt, anders zal de revolutie de Kerk onmogelijk maken." Geen wonder dan ook, dat Leo XIII in zijn En cycliek „Officio sanctissimo" van 1884, in „Nobilissima Gallorum géns" varr 1886, en in „Quod multum" van 1886, de krach tigste vermaningen richtte tot de katholie ken van alle standen, om zoowel door hun sociale als' door hun politieke actie de re volutie te bezweren en aldu» de pogingen te verijdelen van hen, die den ondergang der Kerk in hun program hebben opgeno men. En niet minder dringend zijn de uitspraken van Mgr. Ireland en Mgr. von Keppler. Moge ik u ten slotte nog herinneren aan een gebeurtenis uit het leven van Karei den Groote. Een Sar.raceensche strijder trad uit de rijen naar voren om den ouden keizer onder schimp en hoon tot een twee gevecht uit te dagen. Plotseling schiet een jxmge held vooruit, en eischt de eër op den Sarraceen te mogen bestrijden. En terwijl hij hoog in de lucht hief het zwaard, dat Karei de Groote hem in de hand legde, riep hij uit: „Voor Christus en voor liet Vaderland." Ook thans slin geren het socialisme en de valsche demo cratie de oude Kerk de gruwelijkste belee- digingen in het gelaat. Welnu, gelijk aan dien jongen hela, trede iedere katholiek naar voren onder het devies: „Voor Chris tus en voor het Vaderland." MAXIMUM-PRIJS. Naar „De Tijd" verneemt, overweegt 'de Pv&geering om met het oog op de blijvende duurte van verschillende artikelen, maxi mum-prijzen vast te stellen.. Woningnood. De minister van Landbouw heeft aan de gemeentebesturen medegedeeld, dat de be noeming en overplaatsing van onder zfjn departement ressorteerende ambtenaren ernstige moeilijkheden ondervindt tenge volge van het gebrek aan voor hen ge schilde woningen. Hij doet een beroep op de medewerking van de gemeenten, welke hierin zou kunnen bestaan, dat de ge meente zich belast met den bouw yan de benoodigde woningen, waartegenover het rijk zich verplicht, die woningen voor een eenigszins ruim tijdvak (bijv. 20 jaar) op pader overeen te komen voorwaarden te huren. Eventueel zou er geen bezwaar te gen bestaan, een rentedragend voorschot uit 's Rijks schatkist beschikbaar te stellen ter bestrijding van de stichtingskosten van de te bouwen woningen. De minister van Oorlog heeft ten aanzien van onder zijn departement ressorteeren'd personeel een schrijven van soortgelijke strekking aan gemeentebesturen gericht. Een herinnering. Donderdag herinnert de „Haagsche Crt." eraan was het juist vijf jaren ge leden, dat de mobilisatie der Nederland- sche weermacht werd afgekondigd. Een jubileum is dit allerminst. De 31e Juli 1914 heeft echter een zóó grooten in vloed -op onze historie uitgeoefend, dat wij gemeend hebben, thans vijf jaar later nu inmiddels de vrede een maand geleden officieel is geteekend, aan dien datum te moeten herinneren. Tevens herinneren wij aan de voornaam ste maatregelen op dien dag door de Re geering genomen. Dat waren, behailve de algeheele mobilisatie: lo. de benoeming van generaal C. J. Snijders tot opperbevelhebber van land- en zeemacht. 2o«. do vordering der spoorwegen door het Rijk; 3o. de bepaling, dat het gezamenlijk bankpapier bij de Nederlandsche Bank steeds voor een vijfde gedeelte door munt of muntmateri'aall moest zijn gedekt; 4o. het uitvoerverbod van goud; 5o. het kon. besluit betreffende niet-toe- lating van vreemde oorlogsschepen; 6o. de bepalingen omtrent vorderingen voor leger en vloot; 7o. de bijeenroeping der Staten-Gene- raal in spoedvergadering ter behandeling van eenige spoedwetten op Maandag 3 Augustus. Ged. Staten van Zuid-Holland. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben ongegrond verklaard het beroep in zake de niet-toelating van D. C. van Leeuwen, te Katwijk; als lid van den Raad dier gemeente. Gedeputeerde Staten hebben, met onge- gröndverklaring van de daartegen inge brachte bezwaren, gehandhaafd de militie raad-uitspraken, waarbij niet vrijgesteld werden wegens broederdienst: A. ^Spruyt, te Bolnes; G. P. van der Burg, te Berkel; J. Broeijcr, te Rotterdam; J. H. v. Omme, te Delft; D. Schmidt, te Rotterdam; Chr. Vermeulen, te Krimpen aan den IJssel; H. J. van Wouw, te 's-Grayenhage; H. Eikelenböom, Te Rijnsatervvöude; B. Stou ten, te Leiden; J. J. Ram, te 's-Gravenha- ge; Abr. van der Slik, te Bleiswijk; G. J. Vreugdenkil, te Maasland; G. C. La Prijn, te Voorburg. Gedeputeerde Staten hebben, met ver nietiging van de desbetreffende bestredpn Militieraad-uitspraken, voor goed vrijge steld wegens broederdienst: C. H. van Meij- gaarden te Voorschoten, en C. van Trooijen te Sliedrecht. Een nieuwe brandstof. Uit Oldambt. schrijft men aan het ,,N. v. d. D.": In den laatsten tijd is op de zware gron den een tot dusver alhier onbekende brand stof ingevoerd, die in vele gevallen de steenkolen reeds vervangt en een bespa ring geeft van ongeveer 50 pet. Bij den zeer hoogen prijs van steenkolen, die ■franco hier op ongeveer f 60 per 1000 Kg. komen korten tijd geleden werd nog f 72 betaald is bedoelde brandstof, glide genaamd, een heele uitkomst. De prijs is, bij -franco levering, ongeveer-f 18 per 1000 Kg. Glide wordt gefabriceerd van veen, dat zich orjder zand bevindt, en dat daar door sterk is samengeperst. Turven kun nen van dat veen niet worden gegraven,, zoodat glide gelijkt op stukjes turf en turf molm. Vrij groote hoeveelheden glide zijn reeds aangekocht voor de machines van stoomdorschvereenigingen, yoor. de stoom gemalen van waterschappen, voor de lo comotieven van de stoomtramwegmaat schappij OldambtPekela enz. Eerste NederSandsche Katholiekendag. Het secretariaat van den Eersten Ne- derilandschen Katholiekendag is te Utrecht ondergebracht in het aardige Jaarbeurs- gebouwtjp op het St. Janskerkhof, vlak tegenover de drukkerij van het „Centrum". Groote witte borden met een flinke letter, het opschrift dragend: „Secretariaat Eer ste Nederlandsche Katholiekendag", ma ken stadgenoot en vreemdeling bekend met de tijdelijke bestemming, van dit ge bouw en is levens een mooie reclame voor de komende grootsche katholieke betooging Een nieuw gezellenhuis in de Mijnstreek. Te Eijgelshoven is het nieuwe Gezellen- huis, gesticht door de directie der mijn „Laura en Vereeniging'' in samenwerking met de centrale organisatie „Ons Lim burg" voor de volkshuisvesting in Zuid- Limburg officieel geopend. De pleCh-tige inzegening werd verricht door Z. D. H. den Bisschop van Roermond, «die in een toespraak zijn hooge ingeno menheid met de stichting te 'kennen gaf. Ook de directeur-generaal der mijnonder neming, de heer Ramond Pierre, voerde het woord, die de aanwezige autoriteiten, als den Commissaris der Koningin in Lim burg, den oud-Comrnissaris jhr. G. Ruys de Beerenbrouck, Mgr. dr. H. Poels e. a. begroette. Op hun beurt spraken, ook deze auto riteiten hun voldoening over het tot stand- komen van dit belangrijke sociale* werk uit Het. gebouw besflaat een oppervlakte van circa 100 M2. Behalve diverse eetzalen ettz. biedt het voorloopig ruimte voor 60 inwoners. Er is ook een volkskeuken aan verbon. den. De huishoudelijke dienst is toever trouwd aan eerw. zusters Franciscanessen uit het klooster te Heijthuisen. De zeereerw. heer J. Costen, oud-aalmoe zenier is inwonend rector. Plattelandersbond. Gistereru werd te Utrecht onder voorzit terschap van den heer A. Braat te Heke lingen, een vergadering gehouden van den Plattelandersbond. De voorzitter, opende de vergadering met een korte toespraak, waarin hij o.m. zijn leedwezen uitsprak lover dje geringe Opkomst. Spreker zette uiteen dat in sommige provincies de Bond de propaganda ter hand zal moeten nemen opdat het den landbouw goed zal gaan. Want gaat het den boer goed, dan gaat het ook ieder goed. De Bond dient niet al leen te coöpereeren, doch we moeten, al dus spr., ook in het parlement vertegen woordigd zijn. We moeten een macht vor men tegenover de stedelingen, want an ders worden we heelemaal verdrongen. De verzetting van de klok was een wensch van de stedelingen die ons slechts nadeel bracht, de achturige werkdag is voor het platteland ondoenlijk, de stedeling heeft er alleen belang bij; de distributiewet (bracht ons eveneens nadeel. Inzake het tolrecht, het pachtrecht, vervalsching van kunstmest, een betere afwatering, electri- ficabie enz. is door ons nog heel wat actie te voeren. Den heer F. Bos, lid van de Tweede Kamer der Saten-Generaal, werd vervol gens het woord verleend. Spreker deelde mede, dat het hem speet dat hij tot Kamerlid was geközen, omdat hij voor deze functie niets voelt. Hij is met hart en ziel boer. In de Kamer is alles politiek en spreker is geen reclameman. Als dus de opvolging hier is geregeld zal spreker bedanken. De voorzitter zegt, dat hij kan begrij pen dat iemand'die zich meer „boer" ge voelt, zich in die „zwïjnderij" in Den Haag niet thuis gevoelt. (Het woord „zwijnde- rij" werd later door den heer Bradt terug genomen en vervangen door „de eigen aardige zaak" in Den Haag). Besloten werd 'dat de heer A. Braat den heer Bos als Kamerlid zal opvolgen. Vervolgons leidde de heer Bos in: „De coöperatieve melkverzorging der steden". Spreker zette uiteen, dat de boeren pri ma producten 'moeten leveren, daar anders Jde gemeenten jzelf melkfabrieken zullen gaan oprichten, waarbij ze steun van de regeering zullen ontvangen. In Lonneker heeft men een uitstekende inrichting, de groote plaatsen dienen dit vooTbeeld te volgen, opdat de coöperatieve melk- en botervoorziening in goede banen zal ko men. Voorts dient er een centrale verkoop t'e 'komen iwaardoor we ook behoorlijke! prijzen kunnen vordere.n. De voorzitten zegt hiermede in fe stera> men. Vervolgens sprak de lieer J. R. Boersma uit Muntendam over het- oprichten van werkgeversbon den in het landbouwbedrijf, behandelde de heer v. d. Hoven de fi-urige arbeidsdag-wet in verband /met het land en tuinbouwbedrijf en sprak de heer C. Wolmerstett tvarn Ouderkerk a.d. Am stel het onderwerp: Socialisatie of coöperatie voor den landbouw. Ten slotte diende da heer A. H. Th. Kortlang uit Ermelo een motie in orn den mars tegen lagen prijs te verko'open en om maatregelen te nemen tót verlaging der scheepsvrachten voor de noodzakelijke levensbehoeften en veevoc- derartikelen. Over -deze motie werd niet gestemd. Nadat de heer R. F.de Boer uit Siddc- buren bepleit had dat de grond in het bezit van den yerbruiker moet komen; werd de vergadering gesloten. Gemengde Berichten. Een verdwijnend scheepstype. De sfleepbooltrawièr, een tijdens den oorlog ontstane soort van schepen, verdwijnt thans, evenals de bomschuit in den loop der jaren als scheepstype heeft afgedaan, uit de visscherij. Blijkbaar zijn de exploi tatiekosten dezer schepen te hoog om voor de reederijen een behoorlijke winst te "kun nen afwerpen. Tevens zijn de door de Scheepvaartin spectie gestelde eischen van dien aard, dat de inwilliging daarvan te groote geldelijke offers eischt en het in de vaart houden van deze vaartuigen vrijwel onmogelijk maakt. Er worden dan ook dergelijke scliepcn' uit de visscherij genomen met het doel te trachten ee wederom in den gewonen sleepdienst te brengen. Brand in een postkantoor. In de hal van het in wording zijnde nieuwe postkan toor te Rotterdam staat een lift die de materialen omhoog brengt. Er staat er juist zoo een aan de voorzijde van het gebouw, zoodat men liet model gratis kan bezichtigen. Boven -op liet houten staketsel staat een huisje en daarin bevindt zich' een motor. Die van, de lift op de binnen plaats was gistermiddag om half twee warm geloopen, met het gevolg, dat er om 5 minuten over [halftwee brand was in het nieuwe postkantoor, d.w.z. het. lifthuisje brandde. Toen is op de gebruikelijke wijze de vrij- - willige en onvrijwillige brandweer naar de plaats des. onheils gerend. Binnen enkele minuten waren er stoornbrandspuiten, handbrandspuiten, reddingsladders, hoofd lieden, brandmeesters, brandspuitmeesters, spuitgasten, pompgasten, slangen enz. enz. Zoódat er dientengevolge dadelijk veel le ven kwam en veel water. Het was er ten' minste erg nat in het nieuwe postkantoor, erg idyllisch. Over riviertjes en zacht kab belende beekjes bereikte, men het meer van de. binnenplaats, waar „de" lift den aan blik bood van een Zwitsersch huisje waar in het kamrad den bergstroom vermorzel de en in vele stralen en straaltjes van haar hoogte in [hot ravijn liet vallen. Dank zij het krachtdadige ingrijpen van de brandweer was het „vuur" spoedig ge- hl usclit. Het had natuurlijk heel bedenke lijk kunnen worden, want a"*s het hout doorgebrand was, zou de motor naar be neden zijn gesukkeld, en dan zou... enz. enz. Stakende raadsleden, Te Krommenie kon tot tweemaal toe de raadszitting we gens onvoltalligheid niet doorgaan. Zater dagmiddag niet en Woensdagmiddag weer niet. Men zou nu gisteravond opnieuw be proeven de agenda in behandeling te ne men. De hoofdoorzaak der „staking" schijnt, volgens het „N. v. d. D.", te zitten in de geringe voorliefde van het meerendeel der leden voor de behandeling van het werklie denreglement en de daaruit voortvloeiende meerdere kosten aan loonen, een goede f 15,000. Bereidvaardige post. Het „Vad." ont vangt een briefkaart uit Parijs, waarvan de afstempeling voorzien is van dezen raad van de Fransche posterij: „Breng uw post stukken zoodra ze klaar zijn naar de post; de verzending zal er vlugger door gaan". Maar de bezorging? De schrijver zegt op de briefkaart: „De postverbinding is voor loopig nog ellendig, naar u weet." IIot l'a- rijsche postmerk is. van 28 Juli 7.30 v.m. Wanneer de briefkaart in Den Haag is aan gekomen, weten we niet. Er is geen Haagsch stempel. Maar aangenomen, dat het Donderdagavond is geweest, dan gaat het wel onder de tegenwoordige omstandig heden: 3^ dag. Inlusschen mag men den raad van de Fransche post opmaken, dat zij ook voor vlugge doorzending wil zurgen. 8-urige dienstboden-dag. We lezen in het „Hbld": Mijn dienstboden zijn naar een dienstboden-bijeenkomst g'ewee-t en komen thuis' met eenigszins verwarde be grippen "omtrent hetgeen ook in haar ar- beids-bedrijf op het gebied van den 3-uri- gen werkdag te bereiken valt. Ik luister met belangstelling naar haar verhalen en leid daaruit eindelijk het volgende af: „Ziet u, mevrouw, wij krijgen straks óók den achturigen werkdag in'de keuken." „En hoe wordt de werkdag dan voor. jullie ingericht?" (Aarzeling, dan): „We beginnen 's mor gens om acht uur pas, en we werken nieb' langer dan 's avonds acht uur!" „Noemen jullie zooiets een achturigen werkdag?" „Ja, mevrouw!" (Met veel overtuiging na dit betoog.) „Maar als jullie je den achturigen' werkdag aldus voorstelt, vraag ik jullie lie ver, om voortaan, evenals vroeger, toch om zeven uur op te slaan en tot 's avonds zeven uur te werken." Verheugd: „Dus 'de zeven-urige werki dag, mevrouw?... Afgesproken!" En zoo is dan met wederzijdsch góedvin den de 7-urige werkdag in ons huis ingq« vo.^d.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1919 | | pagina 3