ji Linie twr. Tweede Blad. Zaterdag 8 Maart 1819 je belasting-plannen Minister De Vries. van Scherpe critiek is er uitgebracht op d< Sastingplannen van minister De Vries, en hij als zi3n voornemen aankondigde, leer te halen uit de indirecte belastingen, deze uit te breiden met heffingen op tt verbruik van chocolade, koffie en thee. Uit de belastingplannen van Minister de ries werden spoedig door de politieke te- Lstanders wapens gesmeed tegen de hui- regeering. Men zeide en bleef herha- iD( dat dus de belangrijke sociale her- Inningen. aangekondigd door den mi jster-president, duur moesten betaald orden door den arbeider zelf. Oneerlijk wordt het voorgesteld, alsof linister de Vries de groote inkomens en iroiogens wil sparen en ons geheel be- sting-systeem in anti-democratische ebting gaat sturen. Het wordt tijd, zegt Het K a t h o 1 i e- V o 1 k, het publiek beter voor te chten en deze dubbele beschuldiging met Sten te weerleggen. Het zal dan blijken, dat geen vroeger jnister van Financiën het groote kapi- ial ook zoo zwaar heeft willen belasten dat door de plannen van Minister de ries de verhouding tusschen directe en [directe belastingen gunstiger wordt dan y ooit w Om de groote propagandistische waarde, .AjAelke de nu volgende, o. i. uitnemende 0i iteenzetting, van ,,Het Kath. Volk" heeft, NT. even wij er hier het grootste gedeelte van TE v;. lEi Laten wij eerst eens zien hoe het staat lEN iet onze uitgaven. Hierbij zullen wij on irscheid maken tusschen gewone en cri- suitgaven, omdat hetzelfde onderscheid >k wordt gemaakt bij de dekkingsmid- elen. Op den gewonen dienst wordt een tekort eraamd van f 29,000,000. Dit tekort zal ingroeien door verschillende uitgaven in ïrband met groote -hervormingsplannen. Voor de sociale verzekeringen wordt eene -e van f 28,000,000 geraamd, voor de Dderwijs-bevrediging f 35,000,000. Verder jn verschillende andere sociale maatre Blen in voorbereiding (noodsanatoria, ge- andheidsdienst, enz.), terwijl aanzienlijke van salarissen en pensioenen wto vaststaat, en ten slotte moet worden Ijedatto aan het Zuiderzeefonds, aanleg imv s:\ttepvaartkanalen, spoorwegen, enz. Bklwto te kosten van dit alles liooren ra- icpn op niet minder dan f 60,000,000. Het totale tekort zou dus stijgen tot de aan- ieolijke som van f 162,000,0001 Dit rijn dus de uitgaven. Hoe wil Minister de Vries deze uitgaven, m dekken? Allereerst denkt hij aan verhooging van Dkomsten- en Vermogensbelasting waar- rit, zooals uit de stukken blijkt, f 35,000,000 aoet gehaald worden. Maar de minister nog iets verder willen gaan door de rogressie voort te zetten tot 50. pet. In dit geval zou aan inkomstenbelasting, ermogëhsbelasting, opcenten op die be- istingen en verdedigingsbelastingen wor- en geheven voor inkomsten uit arbeid 'an f450,000, f 500,000 en f 1,000,000, resp. 45 en 56% pet. Zouden genoemde in- ömen3 echter verkregen worden uit ver- dan stijgt de belasting tot 57, 60 n zelfs 72 pet. I Hierbij komen dan nog personeele belas ing, gemeentebelastingen en opcenten voor Ie provincie. In de toekomst zullen deze Mastingen ongetwijfeld in vele gemeen- en tot meer dan 15 pet. stijgen. Deri groo- 8) kapitalist blijft dus dan nog slechts firn 10 pet. van zijn inkomenl Wanneer dit geen aanslag op het kapi- aaMs, begrijpen wij er niets meer van. Maar nu de minvermogenden, waaron- ler de arbeiders, wat zullen die betalen? Thans blijft een inkomen van f 650 pej* aar vrij van belasting. Minister de Vries, aer democratisch aangelegd en rekening toudende met de aanzienlijke waardever andering van het geld, zal dit vrije in tomen ongetwijfeld verhoogen tot f 800, Pit" is reeds door den Minister in zijn Wetsontwerp betreffende de Inkómstenbe- asting bepaald.) gelijk óók de sociaal-de- aocraten eischen. En inkomens, die wei nig daarboven stijgen, zullen slechts zeef gering worden belast. Verder zullen nog verkregen worden t 4,250,000 uit vorhooging van zegelrechten, verdubbeling der beursbelasting en kwi tantiezegel (waarin de minvermogenden nagenoeg niets te betalen hebben): f 2,500,000 uit herschatting en verhooging der personeele belasting (eveneens weinig of niet drukkend voor de minvermogen den); f 1,750,000 uit verhooging van den accijns op het gedistilleerd (niemand zal dit in het nadeel achten van den minderen man) en f 2,000,000 uit eene plaatskaarten- belasting (alweer zwaar drukkend op de verrnogenden). Hoe staat nu onze rekening, wanneer wij nog aannemen, dat b.v. f 10,000,000 extra wordt verkregen uit genoemde belastingen bij terugkeer van normale tijdsomstandig heden? Er Zal dap ongeveer f 62,000,000 bij elkaar zijn gebracht. Er blijft dan nog een tekort van f 100,000,000, hetgeen zou verminderen tot f 87,000,000, indien men aanneemt, dat uit een herziening der Grondbelasting (alsveer geene belasting voor minvermogenden) en uit de successiereehteh (die minvermogen den ook niet raakt) samen f 13,000,000 ge haald wordt. Al deze kapitalen worden dus, volgens de plannen van Minister de Vries gehaald uit directe belastingen, welke zeer weinig drukken op de minder draagkrachtigen, en uit de cijfers kan men zien, dat hierbij zoover mogelijk gegaan wordt; dat met deze belastingen het einde bereikt is, wil men althans niet tot confiscatie der groote vermogens komen en tot eene zoodanige belasting van het inkomen uit arbeid, dat alle energie wordt uitgedoofd en hiermede alle bronnen van welvaart opdrogen. De indirecte belastingen moeten nu wel een beurt krijgen. Het eerst denkt de minister aan belastin gen op genotmiddelen als tabak, sigaren en sigaretten, waaruit hij f 20,000,000 wil halen; vervolgens aan belasting op weelde artikelen en aan eene fiscale herziening van het tarief voor invoerrechten. Zou uit de laatste belastingen evenveel of iets meer verkregen worden, dan is weer ruim f 40,000,000 gedekt! Eerst dan komen aan de beurt allerlei andere belastingen, op de laatste plaats alleen wanneer dit beslist noodig is belastingen op thee en koffie. En niet on waarschijnlijk, dat nog andere objecten worden gevonden, waardoor laatstgenoem de belastingen overbodig worden. Denk b.v. aan belasting op snoepgoed en ver hoogde belasting op gouden en zilveren sieracTèn. Men zal nu wel een beteren kijk hebben op de belastingplannen van onzen minis ter van Financiën en inzien hoe onmogelijk te ontkomen valt aan verhooging en uit breiding der indirecte belastingen. Uit de Pers. WALGELIJK ROOD GEDOE. De Maasbode schrijft: Walgelijk rood gedoehet is niet te kras gezegd. De in zicht zijnde Staten verkiezingen schijnen bij ,,Het Volk" alle middelen, om winst te maken voor de roode partij te wettigen, zelfs de meest- afschuwelijke laster moet daarvoor zijn diensten bewijzen. Onder het opschrift ,,de Aartsbisschop als broodroover", noemt het roode orgaan den vastenbrief van Z. D. H. den Aarts bisschop van Utrecht een zuiver materia listisch stuk, dat den patroon tegen de so cialisten opzet terwille van de instand houding van het particulier-kapitalistische bedrijf. ,,Het spoort", zegt ,,Het Volk", ver der, ,,de patroons aan tot inwilliging van Katholieke arbeidersverzoeken, niet om daardoor den toestand der arbeiders te verbeteren, maar om daardoor de voor hun brandkast veilige Katholieke organi saties te bevorderen. Het spoort de patroons aan, om socialistische arbeiders broode loos te maken." Als ,,Het Volk" meent met deze laag-bij- de-grondsche, misselijke tiende-is^s-jour- nalistiek den geloovigen arbeider in zijn netten ie kunnen verstrikken, zal 't deer lijk bedrogen uitkomen. Het tegendeel ech ter zal het roode blad bereiken. De Roómsche arbeider zal dit platvloer- sche geschrijf met de minachting, welke het verdient, bejegenen. Hij zal zich het strijdzwaard vaster aangespen, om de roode bruutheid tekeer te gaan. De Roomsche arbeider zal in zijn tinte lend enthousiasme voor de Roomsche zaak, van welke alleen heil en geluk voor de ge teisterde wereld te wachten is, nog en thousiaster worden, omdat hij than3 met klare duidelijkheid gewaar wordt, hoe het socialisme zelfs zijn lieiligschennende hand durft uitsteken naaf een 'cïer Vórsten onzer Moeder de H. Kerk. ,,Het Volk" spreekt van 'n materialis tisch stuk en voert ten bewijze daarvoor aan een uit haar verband gerukte passage van den vastenbrief. Tot dergelijke mid delen moet de roode partij haar toevlucht nemen, om ons geloovige volk op te zetten tegen zijn Kerkelijke Overheid. De Katholieke arbeider, die zijn Room sche blad bezit, weet echter hoe Z. D. H. uiteenzet, dat de door Christus verloste wereld buiten Christus om geen rust en vrede zal vinden, hoe Z. D. H. herinnert aan het streven van Z. H. Paus Pius X, roemrijker gedachtenis, „alles herstellen in Christus", en er de aandacht op vestigt, hoe Z. H. Paus BenedictU9 XV onophou delijk hermanend herhaalt „keert terug, keert terug tot den Heer" en hoe Hij wijst op het zedenbederf en de godsdienstloos heid. In verband daarmee toont Z. D. H. den verdeifelijken invloed aan van het so cialisme, dat gebouwd is op de materialis tische levensbeschouwing. En in dat ver band geeft Z. D. H. als herder aan zijn volk, zoowel aan patroons als arbeiders, Zijn behartenswaardige wenken. De roode terreur steekt wel driest haar kop omhoog, dat ze zelfs den persoon van Z. D. H. den Aartsbisschop durft aanran den en Hem in Zijn plicht tot vermaan en waarschuwing wil saboleeren. „De wereldlijke vorsten", zoo eindigt het artikel, „hebben deze dagen bij tientallen het veld moeten ruimen door eigen schuld. De Aartsbisschop schijnt het er op aan te leggen, om de vorsten der Kerk in een kwaden reuk te brengen." We hebben goede nota genomen van dit dreigement! Ons Katholieke volk. weet nu, waaraan het toe is, als het revolutiebeest mocht losbreken. Maar onze Katholieke arbeiders, zoowel als patroons, zal men dan tegenover zich vinden, rondom onze kerkelijke Waardlg- heidbekleeders, als een krachtige, nooit- wijkendc phalanx, weartegen de revolutie mannen den kop te pletter zullen loopen. BINNENLAND. OVER EEN MOTIE. Verleden" week is in de Tweede Kamer een motie behandeld van den heer B o- m a n s c. s., luidende: „De Kamer, van oordeel, dat reeds thans met de reorganisatie onzer weermacht te land de uitgaven voor hoofdstuk VIII belangrijk kunnen verminderd wor den, noodigt de Regeering uit de daartoe strekkende, maatregelen in overweging te willen nemen, en gaat over tot de orde van den dag." Van deze motie had de minister ver klaard, dat hij er zich niet mede kon ver eenigen, en dat,.in elk geval aanneming er van geen invloed op zijn gedragslijn zou -hebben. En dr. Nolens had van deze motie ge zegd, dat hij ze beschouwde óf ala ge vaarlijk óf als absoluut overbodig. Ten slotte werd de motie-Bomans aange nomen met 43 tegen 35 stemmen. Tegen stemde heel de rechterzijde, uitgezonderd negen katholieken. De negen katholieken, die voor stem den, waren de heeren: v. Schaik, Bulten, Haazevoet, Engeis, Winlermana, Bomans, Kuiper, v. Rijzewijk, v. d. Bilt. De overige aanwezige katholieke stem den tegen; dit waren de heeren: Reij- mer, Flesken3, Stulemeijer, v. Vuuren, v. Dijk, Arts, Swane, de Wijckerslooth de Weerdesteyn, v. Wijnbergen, Deckers, Kooien, Nolens, Bongaerts, Kolkman, v. Rijckevorsel. In de Katholieke pers heeft deze motie een afwijkende beoordeeling gehad. Zoo schreef Het Centrum onder het opschrift „Den goeden kant uit": „Met 43 togen 35 stemmen is de motie- Bomans door de Tweede Kamer aangeno men. Zij heeft daarmee uitgesproken, dat reeds thans tot ëen reorganisatie der weer macht en belangrijke vermindering van uitgaven kan worden overgegaan. Het is een heugelijk besluit dat, dunkt ons, geheel ligt in de lijn van hetgeen door ons katholiek Program in zijn defensie- paragraaf wordt geëischt en dat daarom bij breede kringen in onze partij niet zal -nalaten groote voldoening te wekken. De aanneming dezer motie was het groo te feit van den dag van gisteren. Negen katholieke afgevaardigden gaven er hun stem aan. En natuurlijk zal de minister de motie niet naast zich neder kunnen leggen, maar zijn positie daarmee in overeenstem ming hebben te brengen. Zij Wordt gesteund door het land. Want kon over de motie een volksstemming plaats hebben, er is geen twijfel aan, of zij zou niet in de laatste plaats bij de katholieken met verpletterende meerder heid worden aangenomen." De Residentiebode noemde de motie „bedenkelijk" en zeide er o.m. van: „Toen de minister zijnerzijds had toe gezegd, dat hij het met de strekking der motie volkomen eens was, maar dat hij „reeds thans" met het oog op Volkeren bond enz. nog niet kon beoordeelen, hoe ver hij gaan kon, gaf de heer Bomans te verstaan, dat hij het tijdstip aan den mi nister overliet. O. a. zeide deze afgevaar digde: „deze motie {verplicht) hem geens zin» tort et travers te hervormen zon der te letten op hoogere belangen, die voor uitslel pleiten". Hierin ligt duidelijk opgesloten, dat de heer Bomans en de minister het eens zijn. De aangewezen weg ware dan ook geweest, dat de motie ware ingetrokken. Kon do minister dan de motie niet overnemen? Neen, want, zonder de toelichting was ze voor hem niet te aanvaarden, en, met de toelichting belooft ze meer dan ze geven kan en zou ze het volk op een dwaalspoor kunnen brengen. Dat dit laatste niet denkbeeldig is, be wijst reeds de jubeltoon, waarop we wezen. Door de aanneming der motie is, gezien de toelichting, niets veranderd en toch houdt men ze het volk voor alsof er mor gen aan den dag heel wat staat te ge beuren. De heer Bomans heeft het natuur lijk best bedoeld en hij is niet verantwoor delijk voor hetgeen men nu gaat onderne men, en voor de wijze, waarop men zijn motie uitbuit, maar als men met deze motie in de hand den boer opgaat en het voorstelt, dat nu het militairisme weg is, bedrijft men eigenlijk volksbedrog op groote schaal." Onder den titel „parademarsch" schreef D e T ij d: „Hetgeen Vrijdag in de Tweede Kamer geschiedde bij de behandeling van de be grooting van Oorlog, is geen nieuwigheid. De aanneming der motie-Bomans gelijkt als do eene waterdruppel op den anderen, op de historische demonstraties van onze anti-militairisten, die tegen elke oorlogsbe- grooting stemden, omdat zij vooruit kon den berekenen in de minderheid te zijn en die dus van het effect van hun actie niets hadden te vreezen. Als het er later eens op aan kwam, presenteerden zij gaar ne het geweer en boden aan, ter verdedi ging onzer grenzen, persoonlijk dienst te verrichten. Ook nu kon de motie-Bomans geen uit werking hebben, daar de minister van Oorlog er niet om weg zal gaan, nu zelfs de voorstemmers hem vrijheid gaven, om zijn reorganisatie van de weermacht te be ginnen, wanneer, en zijn bezuinigingen aan te brengen, waar de omstandigheden hem dit zouden veroorloven. Het is ons gebleken, dat er onder de voorstemmers zijn, die in de motie-Bomans een uiting hebben gezien van het kanke rende en mopperende volk, dat den Staats last te zwaar vindt en gaarne van militai ren dienst zou worden ontheven. Men zou ook, op gelijke wijze voor een motie kun nen stemmen, die de Regeering uitnoodig- de, zoo spoedig mogelijk de belastingen te verlagen, of, nog liever, ze af te schaffen. Hoeveel van die moties zijn al niet in den loop der tijden onze Tweede Kamer gepasseerd? Maar het schijnt, dat men er nooit genoeg van krijgt, omdat ze toch eenig effect hebben, al is het niet dót, wat men er schijnbaar mee bereiken wil en erin wordt uitgedrukt. Zóó was de motie-Bomans een welkome gelegenheid voor de groote meerderheid der linkerzijde, om den ouden parade marsch nog eens te maken. Nieuw was daarbij echter, dat er splinternieuwe tam boers voorop liepen. Voor hen te dat misschien een oorzaak tot zelfvoldoening. Meer gevolg zal het niet hebben." 'T WORDT GOEOKOOPER!— De Tijd schrijft: „Tegenover de opzettelijk verspreide al- armeerende berichten, dat de duurte van allerlei benoodigdheden zal aanhouden en voor vele artikelen nog zal stijgen, kan als feit worden vermeld, dat heden te Amster dam de petroleum-man weer aan de hui zen kwam vragen, of hij olie mocht leve ren voor 25 cent per liter. Enkele weken geleden kostte deze brandstof nog het dub bele, ja er werd, buiten de distrihutie om, f3.voor betaald. Gisteren zagen wij het beste vette kalfs- vleesch geprijsd voor f 1 25 en vandaag werden sinaasappelen, die op straat nog voor 10 ct. werden uitgevent, door een voornaam winkelier geannonceerd voor 5 cent per stuk. Vóór enkele weken kon men ze aan den wagen op straat niet koo- pen onder de 15 ct„ nadat ze vroeger 80 en 90 ct. hadden gegolden, toen een gewoon Hollondsche tafelpeer met fl.80 en f2. werd betaald. Op dien weg zal alles, ook in de kle dingindustrie, van aelfs volgen, als er maar weer gewerkt en aangevoerd wordt, al behoeft men vooreerst niet te gelooveEi aan dezelfde prijzen van vóór den oorlog. Maar het geloof aan eon bestendiging der di urte is een vangeloof." OP ZOEK! In een te Leeuwarden gehouden alge- meene vergadering van de Vrijzinnige Kiesvereeniging is besloten, het hoofdbe stuur van de Liberale Unie uit te noudi-* gen, zich in verbinding te stellen rnet Ite. hoofdbestuur van den Vrijzinnig-democra- tischen Bond, teneinde te geraken tot d6 oprichting van één groote democratisch partij. Men is irt de vrijzinnige partijen blijk baar steeds aan het zoeken om meer een heid te krijgen, 't Zal waarschijnlijk niel licht vlottenl Gemengde Berichten. DE VUURZEE DER ORANJE-KAZERNE, De brand geen verrassing vocv do auto riteiten. De atrerjg'Se maatregelen tegen brand waren genomen. Verkla ringen, dat het vuur nagenoeg tcgolijk op drie punten is uitgebarsten. Toen het „Vad." nog ceus een bezoek bracht aan de plaats des onheils, bood het gebouw, thans ontdaan van zijn fantasti sch en aanblik, een treurig gezicht. Van gebouw kan men feitelijk niet meer spre ken, het is niets meer dan een rüine. Van de groote en oude Oranje-kazerne, waarin duizenden van ons land, die gediend heb ben bij het keurkorps der grenadiers en jagers meer of minder aangename herin- ndrtingem ftiejbbemj, is niets Overgebleven} dan een hoop steenen. Niets hebben de vernietigende p^ememten gespaard, alleto verwoest en verslonden wat zij op hun weg ontmoetten. V.in het dak is niets meer te bespeuren, de kroonlijst der vier vleugels is aan beide zijden naar beneden gekomen en ligt daar half verkoold tegen den grond. Tusschen- verdiepingen bestaan niet meer; als een chaos lagen ijzeren ledikanten, steenen en andere niet brandbare stoffen op de benedenverdieping dooreen, 'maar alles wat hout was het binnengebouw was grootqndeels geheel 'van hout opgetrok ken is verbrand. Tusschen puinhoopen- smeult hier en daar nog wat vuur, terwijl langs houten kozijnen kleine vlammetjes de brandweer mannen nog tarten die rnet een 4-tal spui ten op de binnenplaats het laatste vuur bekampen. Ongeveer 4 uur gisternacht was de brand zelf echter uitgewoed; het laatste gedeelte van het gebouw, n.l, de vleugel aan de achterzijde, was toen ook geheel uitge&rand, zoodat gevaar voor aantasting van andere gebouwen .zoogoed als uitgesloten was. De aangebrachte sc! a Ie is natuurlijk op dit oogenblik nog niet te schatten, maar wel kan reeds geconstateerd wor den. dat slechts betrekkelijk veinig gered is, hetgeen-ook niet verv. n mag, in aanmeiking genomen, dat brand op zoo snelle wijze om ?k-}\ k n gegrepen heeft. Van het privégoed Ier militairen, hetwelk in de soldatenkisten onder de kribben geborgen was, is weinig gered. Diegenen, die bij het uitbreken van den brand in de kazerne waren, hebben hun eigendom nog in veiligheid kunnen bren gen, maar het andere is allemaal ver brand. Ook troffen we nog een aantal soldatenkisten op de binnenplaats aan, die uit 't gebouw zijn gedragen en op de bin nenplaats gezet, maar ook daar zijn ver brand, door het vuur van de neerstortende dakgoot. Ook de muziekinstrumenten van de mu zikanten werden eerst te voorschijn haald. Dezo waren geborgen in een ka mer boven do hoofdpoort en, waar hier alles in steen is opgetrokken, zijn deze instrumenten er nog betrekkelijk goed af gekomen Het museum en het archief van de ka zerne zijn gered alsmede een gedeelte van de muziekbibliotheek van de K. M. Kapel. Wat is overgebleven. Direct gevaar levert het gebouw niet op, ai dreigt de rechter binnenmuur te be zwijken. Waarschijnlijk zal deze gestut ivorden, want men vreest dat bij het neer halen ook andere muren zullen bezwijken. Ook de achterpoort levert gevaar op voor instorten, zcodat daardoor niemand meer passeeren mag. FEUILLETON. EEN EDEL HART. u*j Denkt ge dan, riep ze zeer geweldig "t, dat, ware ik zeker van zijne liefde, gij Qe zoo ongerust zoudt vinden, zoo ziek, too wanhopig? Zou Lk willen sterven, zooals nu? n taiwijl tranen overvloedig over haar angen vloeiden, liet jonkvrouw d'Argelles ton achterover vallen, en haar tenger 'c aam beefde zoo van 't snikken, dat zij n net geleek welk door den noordenwind en weer geschud werd. ie wanhoop, die tranen, die hevige ont °«r"ig, vlijmden door Diane's hart. «aa het mogelijk! nn i e8T*' dat meer bemind werd i ?e Indische afgoden het zijn door hen 1 laten verpletteren onder do wielen '»>ner wagens! b tLv plaats in ha-e armen beschutting 'en tegen 't lijden, vervloekte inès At heen, dat niet* liever vergat Dia ne alles, verzaakte aan alles: hoogmoed, toekomst, adeltitels, denkbeelden en grond beginselen. Maar Jnès zou niet meer weenen. De pleegmoeder nam 't meisje in hare armen. Zwijg, sprak ze, troost u, bemin mij. Ik zal alles doen wat gij verlangt. Is dat gemeend? Stel mij op proef. Gij kunt alles wat gij wilt. Begin met hem naar Parijs te doen terugkeeren. Maurice Vallauris? Wien anders? Ik stel in niemand an ders eenig belang. Maar hij is bij het leger, officier. Niet vrij bijgevolg. Dat weet ik wel. Maar hij heeft over sten, almachtige oversten. Gij kent ze. Doe hem door hen terugroepen. Onder welk voorwendsel? Ines maakte een gebaar van ongeduld. Weet ik het? sprak zij. Gaat het mij zelfs aan? 't Is uwe zaak, niet de mijne. Gij zegt dat gij me bemint. Bewijs het mij Afgemat, ten prooi aan brandende koorts verloor zij het bewustzijn. Reeds den volgenden dag begon Diane, vol angst, hare kuiperijen en hare stappen om Maurice Vaulauris naar Parijs te doen terugkomen. Zij had machtige betrekkingen, vrienden in alle kringen. Zoo werd de geschiedenis der garni zoensverwisseling uitgevonden. En terwijl Henriette, te Nizza onderdak in een van de schoonste villa's der Prome»- nade des Anglais, weende bij de gedachte dat Maurice, thans alleen te Parijs, niet meer door haar verzorgd was, lokte Diane, in verstandhouding met hare dochter, den jongen officier meer en meer naar het ho tel de Candales. en wikkelde hem in hare netten welke wat anders te duchten waren dan die van Inès. Spoedig bemerkte zij, dat hun schitte rend leven, al hun pracht en praal, de kostbare toiletten van Inès, heel hun ma nier van doen den jongeling mishaagden. Wilt gij gelukken en hem vertrouwen inboezemen, zei ze tot hare dochter, laat mij begaan. Alles moet veranderen ron dom ons. Later als er geen gevaar meer is hem te verliezen, doen wij weer geheel naar onzen zin. Voor de eerste maal in haar leven be greep Ines dat Diane gelijk had, en gezien haar geluk op 't spel stond, stemde zij er in toe hare pleegmoeder blindelings te gehoorzamen. Alsdan, bijna van den een§n dag tot eon anderen, onderging alles in het hotel de Candales, een merkelijke verandering. De groote, onbeschofte lakeien, verguld op alle naden, werden vervangen door be scheiden bedienden, deftig in 't zwart ge kleed, zonder pracht. Er lieerschte orde in huis, zooals destijds in de woning van Jacques de Rhodes. De kleederdracht der markiezin en die van Inès werd veel eenvoudiger en tevens smaakvoller. De schreeuwende en buitensporige klee deren van jonkvrouw d'Argelles werden vervangen door donkerkleurige, eenvoudi ge gewaden, getuigende van goeden smaak. Terzelfder tijd sloeg het anders onverle gen meisje, haar groote, heldere oogen neer en dit gaf haar gelaat een veel zachtere, lievere uitdrukking. Maurice vermoedde geenszins de bere kende behendigheid van die verandering, maar hij voelde zijne liefde voor Diane's pleegdochter vertienvoudigen. Wat doet u toch zoo volmaakt wezen? vroeg hij zekeren dag, met bevende lippen, aan Inès. Zij keek zedig naar het vloertapijt, bloos de gelijk een kostschoolmeisje en ant woordde Ik hoopte dat gij het zoudt geraden hebben. En zij vluchtte naar den tuin, den groo- ten jongen achterlatende onder den indruk eener onbeschrijfelijke ontroering. Dineert gij hedenavond met ons, mijn heer Vallauris? vroeg Diane hem zekeren Zondag, terugkomende van een wandel tochtje in het Bois-de-Bologne. Ik kan niet, mevrouw, antwoordde hij met een gevoel van spijt, dat hij moeilijk verbergen kon. Inès verbleekte. Diane bemerkte de ontroering hareü dochter. Ik meende dat ge vrij waart, zeide dL Van dienst, ja. Maar mijn vader f* geheel alleen te Parijs, daar mijne moed«É en zuster te Nizza verblijven, zooals m weet. Nu, de brave man is zoo ongeluk»® als hij alleen is, vooral des Zondags, dn ik wel verplicht ben hem gezelschap flR houden. Waarom zoudt gij hem niet mede naai hier brengen? vroeg mevr. d'Argellee Inès liet Maurice den tljfl niet toé asft* woorden. (Wo*dt vervofgi®

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1919 | | pagina 3