ji Linie twr.
Tweede Blad.
Zaterdag 8 Maart 1819
je belasting-plannen
Minister De Vries.
van
Scherpe critiek is er uitgebracht op d<
Sastingplannen van minister De Vries,
en hij als zi3n voornemen aankondigde,
leer te halen uit de indirecte belastingen,
deze uit te breiden met heffingen op
tt verbruik van chocolade, koffie en thee.
Uit de belastingplannen van Minister de
ries werden spoedig door de politieke te-
Lstanders wapens gesmeed tegen de hui-
regeering. Men zeide en bleef herha-
iD( dat dus de belangrijke sociale her-
Inningen. aangekondigd door den mi
jster-president, duur moesten betaald
orden door den arbeider zelf.
Oneerlijk wordt het voorgesteld, alsof
linister de Vries de groote inkomens en
iroiogens wil sparen en ons geheel be-
sting-systeem in anti-democratische
ebting gaat sturen.
Het wordt tijd, zegt Het K a t h o 1 i e-
V o 1 k, het publiek beter voor te
chten en deze dubbele beschuldiging met
Sten te weerleggen.
Het zal dan blijken, dat geen vroeger
jnister van Financiën het groote kapi-
ial ook zoo zwaar heeft willen belasten
dat door de plannen van Minister de
ries de verhouding tusschen directe en
[directe belastingen gunstiger wordt dan
y ooit w
Om de groote propagandistische waarde,
.AjAelke de nu volgende, o. i. uitnemende
0i iteenzetting, van ,,Het Kath. Volk" heeft,
NT. even wij er hier het grootste gedeelte van
TE
v;.
lEi Laten wij eerst eens zien hoe het staat
lEN iet onze uitgaven. Hierbij zullen wij on
irscheid maken tusschen gewone en cri-
suitgaven, omdat hetzelfde onderscheid
>k wordt gemaakt bij de dekkingsmid-
elen.
Op den gewonen dienst wordt een tekort
eraamd van f 29,000,000. Dit tekort zal
ingroeien door verschillende uitgaven in
ïrband met groote -hervormingsplannen.
Voor de sociale verzekeringen wordt eene
-e van f 28,000,000 geraamd, voor de
Dderwijs-bevrediging f 35,000,000. Verder
jn verschillende andere sociale maatre
Blen in voorbereiding (noodsanatoria, ge-
andheidsdienst, enz.), terwijl aanzienlijke
van salarissen en pensioenen
wto vaststaat, en ten slotte moet worden
Ijedatto aan het Zuiderzeefonds, aanleg
imv s:\ttepvaartkanalen, spoorwegen, enz.
Bklwto te kosten van dit alles liooren ra-
icpn op niet minder dan f 60,000,000. Het
totale tekort zou dus stijgen tot de aan-
ieolijke som van f 162,000,0001
Dit rijn dus de uitgaven.
Hoe wil Minister de Vries deze uitgaven,
m dekken?
Allereerst denkt hij aan verhooging van
Dkomsten- en Vermogensbelasting waar-
rit, zooals uit de stukken blijkt, f 35,000,000
aoet gehaald worden. Maar de minister
nog iets verder willen gaan door de
rogressie voort te zetten tot 50. pet.
In dit geval zou aan inkomstenbelasting,
ermogëhsbelasting, opcenten op die be-
istingen en verdedigingsbelastingen wor-
en geheven voor inkomsten uit arbeid
'an f450,000, f 500,000 en f 1,000,000, resp.
45 en 56% pet. Zouden genoemde in-
ömen3 echter verkregen worden uit ver-
dan stijgt de belasting tot 57, 60
n zelfs 72 pet. I
Hierbij komen dan nog personeele belas
ing, gemeentebelastingen en opcenten voor
Ie provincie. In de toekomst zullen deze
Mastingen ongetwijfeld in vele gemeen-
en tot meer dan 15 pet. stijgen. Deri groo-
8) kapitalist blijft dus dan nog slechts
firn 10 pet. van zijn inkomenl
Wanneer dit geen aanslag op het kapi-
aaMs, begrijpen wij er niets meer van.
Maar nu de minvermogenden, waaron-
ler de arbeiders, wat zullen die betalen?
Thans blijft een inkomen van f 650 pej*
aar vrij van belasting. Minister de Vries,
aer democratisch aangelegd en rekening
toudende met de aanzienlijke waardever
andering van het geld, zal dit vrije in
tomen ongetwijfeld verhoogen tot f 800,
Pit" is reeds door den Minister in zijn
Wetsontwerp betreffende de Inkómstenbe-
asting bepaald.) gelijk óók de sociaal-de-
aocraten eischen. En inkomens, die wei
nig daarboven stijgen, zullen slechts zeef
gering worden belast.
Verder zullen nog verkregen worden
t 4,250,000 uit vorhooging van zegelrechten,
verdubbeling der beursbelasting en kwi
tantiezegel (waarin de minvermogenden
nagenoeg niets te betalen hebben):
f 2,500,000 uit herschatting en verhooging
der personeele belasting (eveneens weinig
of niet drukkend voor de minvermogen
den); f 1,750,000 uit verhooging van den
accijns op het gedistilleerd (niemand zal
dit in het nadeel achten van den minderen
man) en f 2,000,000 uit eene plaatskaarten-
belasting (alweer zwaar drukkend op de
verrnogenden).
Hoe staat nu onze rekening, wanneer wij
nog aannemen, dat b.v. f 10,000,000 extra
wordt verkregen uit genoemde belastingen
bij terugkeer van normale tijdsomstandig
heden? Er Zal dap ongeveer f 62,000,000 bij
elkaar zijn gebracht.
Er blijft dan nog een tekort van
f 100,000,000, hetgeen zou verminderen tot
f 87,000,000, indien men aanneemt, dat uit
een herziening der Grondbelasting (alsveer
geene belasting voor minvermogenden) en
uit de successiereehteh (die minvermogen
den ook niet raakt) samen f 13,000,000 ge
haald wordt.
Al deze kapitalen worden dus, volgens
de plannen van Minister de Vries gehaald
uit directe belastingen, welke zeer weinig
drukken op de minder draagkrachtigen,
en uit de cijfers kan men zien, dat hierbij
zoover mogelijk gegaan wordt; dat met
deze belastingen het einde bereikt is, wil
men althans niet tot confiscatie der groote
vermogens komen en tot eene zoodanige
belasting van het inkomen uit arbeid, dat
alle energie wordt uitgedoofd en hiermede
alle bronnen van welvaart opdrogen.
De indirecte belastingen moeten nu wel
een beurt krijgen.
Het eerst denkt de minister aan belastin
gen op genotmiddelen als tabak, sigaren
en sigaretten, waaruit hij f 20,000,000 wil
halen; vervolgens aan belasting op weelde
artikelen en aan eene fiscale herziening
van het tarief voor invoerrechten. Zou uit
de laatste belastingen evenveel of iets meer
verkregen worden, dan is weer ruim
f 40,000,000 gedekt!
Eerst dan komen aan de beurt allerlei
andere belastingen, op de laatste plaats
alleen wanneer dit beslist noodig is
belastingen op thee en koffie. En niet on
waarschijnlijk, dat nog andere objecten
worden gevonden, waardoor laatstgenoem
de belastingen overbodig worden. Denk
b.v. aan belasting op snoepgoed en ver
hoogde belasting op gouden en zilveren
sieracTèn.
Men zal nu wel een beteren kijk hebben
op de belastingplannen van onzen minis
ter van Financiën en inzien hoe onmogelijk
te ontkomen valt aan verhooging en uit
breiding der indirecte belastingen.
Uit de Pers.
WALGELIJK ROOD GEDOE.
De Maasbode schrijft:
Walgelijk rood gedoehet is niet te
kras gezegd. De in zicht zijnde Staten
verkiezingen schijnen bij ,,Het Volk" alle
middelen, om winst te maken voor de
roode partij te wettigen, zelfs de meest-
afschuwelijke laster moet daarvoor zijn
diensten bewijzen.
Onder het opschrift ,,de Aartsbisschop
als broodroover", noemt het roode orgaan
den vastenbrief van Z. D. H. den Aarts
bisschop van Utrecht een zuiver materia
listisch stuk, dat den patroon tegen de so
cialisten opzet terwille van de instand
houding van het particulier-kapitalistische
bedrijf. ,,Het spoort", zegt ,,Het Volk", ver
der, ,,de patroons aan tot inwilliging van
Katholieke arbeidersverzoeken, niet om
daardoor den toestand der arbeiders te
verbeteren, maar om daardoor de voor
hun brandkast veilige Katholieke organi
saties te bevorderen. Het spoort de patroons
aan, om socialistische arbeiders broode
loos te maken."
Als ,,Het Volk" meent met deze laag-bij-
de-grondsche, misselijke tiende-is^s-jour-
nalistiek den geloovigen arbeider in zijn
netten ie kunnen verstrikken, zal 't deer
lijk bedrogen uitkomen. Het tegendeel ech
ter zal het roode blad bereiken.
De Roómsche arbeider zal dit platvloer-
sche geschrijf met de minachting, welke
het verdient, bejegenen. Hij zal zich het
strijdzwaard vaster aangespen, om de
roode bruutheid tekeer te gaan.
De Roomsche arbeider zal in zijn tinte
lend enthousiasme voor de Roomsche zaak,
van welke alleen heil en geluk voor de ge
teisterde wereld te wachten is, nog en
thousiaster worden, omdat hij than3 met
klare duidelijkheid gewaar wordt, hoe het
socialisme zelfs zijn lieiligschennende hand
durft uitsteken naaf een 'cïer Vórsten onzer
Moeder de H. Kerk.
,,Het Volk" spreekt van 'n materialis
tisch stuk en voert ten bewijze daarvoor
aan een uit haar verband gerukte passage
van den vastenbrief. Tot dergelijke mid
delen moet de roode partij haar toevlucht
nemen, om ons geloovige volk op te zetten
tegen zijn Kerkelijke Overheid.
De Katholieke arbeider, die zijn Room
sche blad bezit, weet echter hoe Z. D. H.
uiteenzet, dat de door Christus verloste
wereld buiten Christus om geen rust en
vrede zal vinden, hoe Z. D. H. herinnert
aan het streven van Z. H. Paus Pius X,
roemrijker gedachtenis, „alles herstellen
in Christus", en er de aandacht op vestigt,
hoe Z. H. Paus BenedictU9 XV onophou
delijk hermanend herhaalt „keert terug,
keert terug tot den Heer" en hoe Hij wijst
op het zedenbederf en de godsdienstloos
heid. In verband daarmee toont Z. D. H.
den verdeifelijken invloed aan van het so
cialisme, dat gebouwd is op de materialis
tische levensbeschouwing. En in dat ver
band geeft Z. D. H. als herder aan zijn
volk, zoowel aan patroons als arbeiders,
Zijn behartenswaardige wenken.
De roode terreur steekt wel driest haar
kop omhoog, dat ze zelfs den persoon van
Z. D. H. den Aartsbisschop durft aanran
den en Hem in Zijn plicht tot vermaan en
waarschuwing wil saboleeren.
„De wereldlijke vorsten", zoo eindigt het
artikel, „hebben deze dagen bij tientallen
het veld moeten ruimen door eigen schuld.
De Aartsbisschop schijnt het er op aan te
leggen, om de vorsten der Kerk in een
kwaden reuk te brengen."
We hebben goede nota genomen van dit
dreigement! Ons Katholieke volk. weet nu,
waaraan het toe is, als het revolutiebeest
mocht losbreken.
Maar onze Katholieke arbeiders, zoowel
als patroons, zal men dan tegenover zich
vinden, rondom onze kerkelijke Waardlg-
heidbekleeders, als een krachtige, nooit-
wijkendc phalanx, weartegen de revolutie
mannen den kop te pletter zullen loopen.
BINNENLAND.
OVER EEN MOTIE.
Verleden" week is in de Tweede Kamer
een motie behandeld van den heer B o-
m a n s c. s., luidende:
„De Kamer,
van oordeel, dat reeds thans met de
reorganisatie onzer weermacht te
land de uitgaven voor hoofdstuk VIII
belangrijk kunnen verminderd wor
den,
noodigt de Regeering uit de daartoe
strekkende, maatregelen in overweging
te willen nemen,
en gaat over tot de orde van den
dag."
Van deze motie had de minister ver
klaard, dat hij er zich niet mede kon ver
eenigen, en dat,.in elk geval aanneming er
van geen invloed op zijn gedragslijn zou
-hebben.
En dr. Nolens had van deze motie ge
zegd, dat hij ze beschouwde óf ala ge
vaarlijk óf als absoluut overbodig.
Ten slotte werd de motie-Bomans aange
nomen met 43 tegen 35 stemmen.
Tegen stemde heel de rechterzijde,
uitgezonderd negen katholieken.
De negen katholieken, die voor stem
den, waren de heeren: v. Schaik, Bulten,
Haazevoet, Engeis, Winlermana, Bomans,
Kuiper, v. Rijzewijk, v. d. Bilt.
De overige aanwezige katholieke stem
den tegen; dit waren de heeren: Reij-
mer, Flesken3, Stulemeijer, v. Vuuren, v.
Dijk, Arts, Swane, de Wijckerslooth de
Weerdesteyn, v. Wijnbergen, Deckers,
Kooien, Nolens, Bongaerts, Kolkman,
v. Rijckevorsel.
In de Katholieke pers heeft deze motie
een afwijkende beoordeeling gehad.
Zoo schreef Het Centrum onder
het opschrift „Den goeden kant uit":
„Met 43 togen 35 stemmen is de motie-
Bomans door de Tweede Kamer aangeno
men.
Zij heeft daarmee uitgesproken, dat
reeds thans tot ëen reorganisatie der weer
macht en belangrijke vermindering van
uitgaven kan worden overgegaan.
Het is een heugelijk besluit dat, dunkt
ons, geheel ligt in de lijn van hetgeen door
ons katholiek Program in zijn defensie-
paragraaf wordt geëischt en dat daarom
bij breede kringen in onze partij niet zal
-nalaten groote voldoening te wekken.
De aanneming dezer motie was het groo
te feit van den dag van gisteren.
Negen katholieke afgevaardigden gaven
er hun stem aan.
En natuurlijk zal de minister de motie
niet naast zich neder kunnen leggen,
maar zijn positie daarmee in overeenstem
ming hebben te brengen.
Zij Wordt gesteund door het land. Want
kon over de motie een volksstemming
plaats hebben, er is geen twijfel aan, of
zij zou niet in de laatste plaats bij de
katholieken met verpletterende meerder
heid worden aangenomen."
De Residentiebode noemde de
motie „bedenkelijk" en zeide er o.m. van:
„Toen de minister zijnerzijds had toe
gezegd, dat hij het met de strekking der
motie volkomen eens was, maar dat hij
„reeds thans" met het oog op Volkeren
bond enz. nog niet kon beoordeelen, hoe
ver hij gaan kon, gaf de heer Bomans te
verstaan, dat hij het tijdstip aan den mi
nister overliet. O. a. zeide deze afgevaar
digde: „deze motie {verplicht) hem geens
zin» tort et travers te hervormen zon
der te letten op hoogere belangen, die
voor uitslel pleiten".
Hierin ligt duidelijk opgesloten, dat de
heer Bomans en de minister het eens zijn.
De aangewezen weg ware dan ook geweest,
dat de motie ware ingetrokken. Kon do
minister dan de motie niet overnemen?
Neen, want, zonder de toelichting was
ze voor hem niet te aanvaarden, en, met
de toelichting belooft ze meer dan ze geven
kan en zou ze het volk op een dwaalspoor
kunnen brengen.
Dat dit laatste niet denkbeeldig is, be
wijst reeds de jubeltoon, waarop we wezen.
Door de aanneming der motie is, gezien
de toelichting, niets veranderd en toch
houdt men ze het volk voor alsof er mor
gen aan den dag heel wat staat te ge
beuren. De heer Bomans heeft het natuur
lijk best bedoeld en hij is niet verantwoor
delijk voor hetgeen men nu gaat onderne
men, en voor de wijze, waarop men zijn
motie uitbuit, maar als men met deze
motie in de hand den boer opgaat en het
voorstelt, dat nu het militairisme weg is,
bedrijft men eigenlijk volksbedrog op
groote schaal."
Onder den titel „parademarsch" schreef
D e T ij d:
„Hetgeen Vrijdag in de Tweede Kamer
geschiedde bij de behandeling van de be
grooting van Oorlog, is geen nieuwigheid.
De aanneming der motie-Bomans gelijkt
als do eene waterdruppel op den anderen,
op de historische demonstraties van onze
anti-militairisten, die tegen elke oorlogsbe-
grooting stemden, omdat zij vooruit kon
den berekenen in de minderheid te zijn
en die dus van het effect van hun actie
niets hadden te vreezen. Als het er later
eens op aan kwam, presenteerden zij gaar
ne het geweer en boden aan, ter verdedi
ging onzer grenzen, persoonlijk dienst te
verrichten.
Ook nu kon de motie-Bomans geen uit
werking hebben, daar de minister van
Oorlog er niet om weg zal gaan, nu zelfs
de voorstemmers hem vrijheid gaven, om
zijn reorganisatie van de weermacht te be
ginnen, wanneer, en zijn bezuinigingen
aan te brengen, waar de omstandigheden
hem dit zouden veroorloven.
Het is ons gebleken, dat er onder de
voorstemmers zijn, die in de motie-Bomans
een uiting hebben gezien van het kanke
rende en mopperende volk, dat den Staats
last te zwaar vindt en gaarne van militai
ren dienst zou worden ontheven. Men zou
ook, op gelijke wijze voor een motie kun
nen stemmen, die de Regeering uitnoodig-
de, zoo spoedig mogelijk de belastingen te
verlagen, of, nog liever, ze af te schaffen.
Hoeveel van die moties zijn al niet in
den loop der tijden onze Tweede Kamer
gepasseerd? Maar het schijnt, dat men er
nooit genoeg van krijgt, omdat ze toch
eenig effect hebben, al is het niet dót, wat
men er schijnbaar mee bereiken wil en
erin wordt uitgedrukt.
Zóó was de motie-Bomans een welkome
gelegenheid voor de groote meerderheid
der linkerzijde, om den ouden parade
marsch nog eens te maken. Nieuw was
daarbij echter, dat er splinternieuwe tam
boers voorop liepen.
Voor hen te dat misschien een oorzaak
tot zelfvoldoening. Meer gevolg zal het
niet hebben."
'T WORDT GOEOKOOPER!—
De Tijd schrijft:
„Tegenover de opzettelijk verspreide al-
armeerende berichten, dat de duurte van
allerlei benoodigdheden zal aanhouden en
voor vele artikelen nog zal stijgen, kan als
feit worden vermeld, dat heden te Amster
dam de petroleum-man weer aan de hui
zen kwam vragen, of hij olie mocht leve
ren voor 25 cent per liter. Enkele weken
geleden kostte deze brandstof nog het dub
bele, ja er werd, buiten de distrihutie om,
f3.voor betaald.
Gisteren zagen wij het beste vette kalfs-
vleesch geprijsd voor f 1 25 en vandaag
werden sinaasappelen, die op straat nog
voor 10 ct. werden uitgevent, door een
voornaam winkelier geannonceerd voor
5 cent per stuk. Vóór enkele weken kon
men ze aan den wagen op straat niet koo-
pen onder de 15 ct„ nadat ze vroeger 80 en
90 ct. hadden gegolden, toen een gewoon
Hollondsche tafelpeer met fl.80 en f2.
werd betaald.
Op dien weg zal alles, ook in de kle
dingindustrie, van aelfs volgen, als er
maar weer gewerkt en aangevoerd wordt,
al behoeft men vooreerst niet te gelooveEi
aan dezelfde prijzen van vóór den oorlog.
Maar het geloof aan eon bestendiging
der di urte is een vangeloof."
OP ZOEK!
In een te Leeuwarden gehouden alge-
meene vergadering van de Vrijzinnige
Kiesvereeniging is besloten, het hoofdbe
stuur van de Liberale Unie uit te noudi-*
gen, zich in verbinding te stellen rnet Ite.
hoofdbestuur van den Vrijzinnig-democra-
tischen Bond, teneinde te geraken tot d6
oprichting van één groote democratisch
partij.
Men is irt de vrijzinnige partijen blijk
baar steeds aan het zoeken om meer een
heid te krijgen, 't Zal waarschijnlijk niel
licht vlottenl
Gemengde Berichten.
DE VUURZEE DER ORANJE-KAZERNE,
De brand geen verrassing vocv do auto
riteiten. De atrerjg'Se maatregelen
tegen brand waren genomen. Verkla
ringen, dat het vuur nagenoeg tcgolijk op
drie punten is uitgebarsten.
Toen het „Vad." nog ceus een bezoek
bracht aan de plaats des onheils, bood het
gebouw, thans ontdaan van zijn fantasti
sch en aanblik, een treurig gezicht. Van
gebouw kan men feitelijk niet meer spre
ken, het is niets meer dan een rüine. Van
de groote en oude Oranje-kazerne, waarin
duizenden van ons land, die gediend heb
ben bij het keurkorps der grenadiers en
jagers meer of minder aangename herin-
ndrtingem ftiejbbemj, is niets Overgebleven}
dan een hoop steenen. Niets hebben de
vernietigende p^ememten gespaard, alleto
verwoest en verslonden wat zij op hun
weg ontmoetten.
V.in het dak is niets meer te bespeuren,
de kroonlijst der vier vleugels is aan beide
zijden naar beneden gekomen en ligt daar
half verkoold tegen den grond. Tusschen-
verdiepingen bestaan niet meer; als een
chaos lagen ijzeren ledikanten, steenen
en andere niet brandbare stoffen op de
benedenverdieping dooreen, 'maar alles
wat hout was het binnengebouw was
grootqndeels geheel 'van hout opgetrok
ken is verbrand.
Tusschen puinhoopen- smeult hier en
daar nog wat vuur, terwijl langs houten
kozijnen kleine vlammetjes de brandweer
mannen nog tarten die rnet een 4-tal spui
ten op de binnenplaats het laatste vuur
bekampen. Ongeveer 4 uur gisternacht
was de brand zelf echter uitgewoed; het
laatste gedeelte van het gebouw, n.l, de
vleugel aan de achterzijde, was toen ook
geheel uitge&rand, zoodat gevaar voor
aantasting van andere gebouwen .zoogoed
als uitgesloten was.
De aangebrachte sc! a Ie is natuurlijk
op dit oogenblik nog niet te schatten,
maar wel kan reeds geconstateerd wor
den. dat slechts betrekkelijk veinig gered
is, hetgeen-ook niet verv. n mag, in
aanmeiking genomen, dat brand op
zoo snelle wijze om ?k-}\ k n gegrepen
heeft. Van het privégoed Ier militairen,
hetwelk in de soldatenkisten onder de
kribben geborgen was, is weinig gered.
Diegenen, die bij het uitbreken van den
brand in de kazerne waren, hebben hun
eigendom nog in veiligheid kunnen bren
gen, maar het andere is allemaal ver
brand. Ook troffen we nog een aantal
soldatenkisten op de binnenplaats aan, die
uit 't gebouw zijn gedragen en op de bin
nenplaats gezet, maar ook daar zijn ver
brand, door het vuur van de neerstortende
dakgoot.
Ook de muziekinstrumenten van de mu
zikanten werden eerst te voorschijn
haald. Dezo waren geborgen in een ka
mer boven do hoofdpoort en, waar hier
alles in steen is opgetrokken, zijn deze
instrumenten er nog betrekkelijk goed af
gekomen
Het museum en het archief van de ka
zerne zijn gered alsmede een gedeelte van
de muziekbibliotheek van de K. M. Kapel.
Wat is overgebleven.
Direct gevaar levert het gebouw niet
op, ai dreigt de rechter binnenmuur te be
zwijken. Waarschijnlijk zal deze gestut
ivorden, want men vreest dat bij het neer
halen ook andere muren zullen bezwijken.
Ook de achterpoort levert gevaar op voor
instorten, zcodat daardoor niemand meer
passeeren mag.
FEUILLETON.
EEN EDEL HART.
u*j
Denkt ge dan, riep ze zeer geweldig
"t, dat, ware ik zeker van zijne liefde, gij
Qe zoo ongerust zoudt vinden, zoo ziek,
too wanhopig?
Zou Lk willen sterven, zooals nu?
n taiwijl tranen overvloedig over haar
angen vloeiden, liet jonkvrouw d'Argelles
ton achterover vallen, en haar tenger
'c aam beefde zoo van 't snikken, dat zij
n net geleek welk door den noordenwind
en weer geschud werd.
ie wanhoop, die tranen, die hevige ont
°«r"ig, vlijmden door Diane's hart.
«aa het mogelijk!
nn i e8T*' dat meer bemind werd
i ?e Indische afgoden het zijn door hen
1 laten verpletteren onder do wielen
'»>ner wagens!
b tLv plaats in ha-e armen beschutting
'en tegen 't lijden, vervloekte inès
At heen, dat niet* liever vergat Dia
ne alles, verzaakte aan alles: hoogmoed,
toekomst, adeltitels, denkbeelden en grond
beginselen.
Maar Jnès zou niet meer weenen. De
pleegmoeder nam 't meisje in hare armen.
Zwijg, sprak ze, troost u, bemin mij.
Ik zal alles doen wat gij verlangt.
Is dat gemeend?
Stel mij op proef.
Gij kunt alles wat gij wilt. Begin met
hem naar Parijs te doen terugkeeren.
Maurice Vallauris?
Wien anders? Ik stel in niemand an
ders eenig belang.
Maar hij is bij het leger, officier. Niet
vrij bijgevolg.
Dat weet ik wel. Maar hij heeft over
sten, almachtige oversten. Gij kent ze. Doe
hem door hen terugroepen.
Onder welk voorwendsel?
Ines maakte een gebaar van ongeduld.
Weet ik het? sprak zij. Gaat het mij
zelfs aan? 't Is uwe zaak, niet de mijne. Gij
zegt dat gij me bemint. Bewijs het mij
Afgemat, ten prooi aan brandende koorts
verloor zij het bewustzijn.
Reeds den volgenden dag begon Diane,
vol angst, hare kuiperijen en hare stappen
om Maurice Vaulauris naar Parijs te doen
terugkomen.
Zij had machtige betrekkingen, vrienden
in alle kringen.
Zoo werd de geschiedenis der garni
zoensverwisseling uitgevonden.
En terwijl Henriette, te Nizza onderdak
in een van de schoonste villa's der Prome»-
nade des Anglais, weende bij de gedachte
dat Maurice, thans alleen te Parijs, niet
meer door haar verzorgd was, lokte Diane,
in verstandhouding met hare dochter, den
jongen officier meer en meer naar het ho
tel de Candales. en wikkelde hem in hare
netten welke wat anders te duchten waren
dan die van Inès.
Spoedig bemerkte zij, dat hun schitte
rend leven, al hun pracht en praal, de
kostbare toiletten van Inès, heel hun ma
nier van doen den jongeling mishaagden.
Wilt gij gelukken en hem vertrouwen
inboezemen, zei ze tot hare dochter, laat
mij begaan. Alles moet veranderen ron
dom ons. Later als er geen gevaar meer
is hem te verliezen, doen wij weer geheel
naar onzen zin.
Voor de eerste maal in haar leven be
greep Ines dat Diane gelijk had, en gezien
haar geluk op 't spel stond, stemde zij
er in toe hare pleegmoeder blindelings te
gehoorzamen.
Alsdan, bijna van den een§n dag tot eon
anderen, onderging alles in het hotel de
Candales, een merkelijke verandering.
De groote, onbeschofte lakeien, verguld
op alle naden, werden vervangen door be
scheiden bedienden, deftig in 't zwart ge
kleed, zonder pracht.
Er lieerschte orde in huis, zooals destijds
in de woning van Jacques de Rhodes. De
kleederdracht der markiezin en die van
Inès werd veel eenvoudiger en tevens
smaakvoller.
De schreeuwende en buitensporige klee
deren van jonkvrouw d'Argelles werden
vervangen door donkerkleurige, eenvoudi
ge gewaden, getuigende van goeden smaak.
Terzelfder tijd sloeg het anders onverle
gen meisje, haar groote, heldere oogen neer
en dit gaf haar gelaat een veel zachtere,
lievere uitdrukking.
Maurice vermoedde geenszins de bere
kende behendigheid van die verandering,
maar hij voelde zijne liefde voor Diane's
pleegdochter vertienvoudigen.
Wat doet u toch zoo volmaakt wezen?
vroeg hij zekeren dag, met bevende lippen,
aan Inès.
Zij keek zedig naar het vloertapijt, bloos
de gelijk een kostschoolmeisje en ant
woordde
Ik hoopte dat gij het zoudt geraden
hebben.
En zij vluchtte naar den tuin, den groo-
ten jongen achterlatende onder den indruk
eener onbeschrijfelijke ontroering.
Dineert gij hedenavond met ons, mijn
heer Vallauris? vroeg Diane hem zekeren
Zondag, terugkomende van een wandel
tochtje in het Bois-de-Bologne.
Ik kan niet, mevrouw, antwoordde hij
met een gevoel van spijt, dat hij moeilijk
verbergen kon.
Inès verbleekte.
Diane bemerkte de ontroering hareü
dochter.
Ik meende dat ge vrij waart, zeide dL
Van dienst, ja. Maar mijn vader f*
geheel alleen te Parijs, daar mijne moed«É
en zuster te Nizza verblijven, zooals m
weet. Nu, de brave man is zoo ongeluk»®
als hij alleen is, vooral des Zondags, dn
ik wel verplicht ben hem gezelschap flR
houden.
Waarom zoudt gij hem niet mede naai
hier brengen? vroeg mevr. d'Argellee
Inès liet Maurice den tljfl niet toé asft*
woorden.
(Wo*dt vervofgi®