aan "scfiurft ztd Besmet) Kunnen zfjn en
zal dus grondig» g.ewasschen of ontsmet
moeien worden. KleecLingstukken., die
niet gewasschen of op de gewone wijze
onlsmet kunnen worden en die toch met
de huid in aanraking komen (hand
schoenen bont, enz.) zal men, tenzij men
ze op bijzondere, hier niet te bespreken
wijze kan laten behandelen, ©enige we
ken buiten gebruik moeten lal.cn.
Slechts door behandeling van alle le
den uit het gezin van een lijder en door
krachtige reiniging of ontsmetting \an
lijf- en beddegoed, dat besmet kan z.jn,
zal men vrijwel altijd in staat zijn, in
korten tijd de ziekte uit een gezin te
doen verdwijnen.
ALLERLEI.
De oneerbiedige soldaat.
't Grtabeujxte, ja, waar "ptrecies meldt de
historie" niet, onigieveeu- hiaMwiegi tueecöi-en
een kamp ern een garnizoensplaats, dat een
erg duenestddisnenige kapitein, rijdend op
zijn tiets, een wat baerigen, blijikibaar nog
maar kort dliemJenrie-n soldaat ontmoette.
D>e soltiiaat saikieeaidie, zoo goed en zoo
kwaad als 't giinig, den arm in d<e ver
keerde liouding, do vingers krom, zonder,
zooads het voorschrift Luidt, den meerdere
„eerbiedig" £ian te kijken ja zelfs zonder
hem mie'i een blik te verwaardigen, laat.
staan met een blik vol eerbied.
De kapitein,, gewend aan correctheid en
aan modtëdsdiienistdoeri, zefife bij een onder-
g-e&chriMe aanigielegenJheid als het ranlu-
eeren, spring1; van zijn fiets en brengt
miet een „(hei jog", den soldaat tot slaan.
„Ja, kap te in?' \nviagt de soldaat, zich
wendend tot dien meerdere, wat verschrikt
en du.3 nog" minder correct sa-hifeerénd dan
den oeatuon keer.
,,1-Ied jij nióig niet gebeerd hoe je een
meerdere sailhieoren moet, als jo die tegen
toomt op/ een fiets?"
...Tewel kiaptedn."
„G, nou, maar dan bei je 't todli verd...
beroerd gedeerd, 'k Zal je es wijzen hoe
je doen moet in 't vervolg kun je
ik etsen?"
„Jewel bapitlean."
„Go;ed, dan ga jij exp mijn fiets zitten en
je denkt maar dat je kapitein bent en ik
ben nou een gewoon -soldaat die zijn meer
dere tegen komt. Let nou es goed op hoe
ik salueer en donk er om, dat je'tin 't
vervaag precies zoo" doet."
„Jewel, kaptein", zegt 't soldaatje weer,
quiasi wat heteuterd nog maar een trek
van oolijkibeid lag er op zij.rs gezicht to^n
hij den meerdere den rug had toegekeerd
en met diens fiets aan de hand. schoof in
de rich'ling van hot kamp waar hij thuis
behoorde.
„Zoo, keer nou maar om jeg en stap
op", riep de kapitein, die.op dm weg was
blijven staan, toen zijn leerling een dertig
-meter van hem af was.
Maar omkeer en dc-ecL hot solid aa'-je mi et.
Even keek hij over zijn. schouder, om te
enen of de -a.fistand tiuosdhc-iY bom en den
meerdere zóó groot was, dat hij zijn plan
kon wagen en volvoeren, dan weg was
jf licit soling |bij (hero alio isflranrheid, alle
venlicgenhedd': met oen hebendigen op-rong
zat hij op "t zadel, boeg zich over 't buur,
ging trappen wart hij kon en echoot weg
in de richting van zijn legerplaats.
De kapitein ertond oven .perplex, keek
m et gcroote. oogen den wegschieten den sol
daat na dan, toen hij begreep welke pools
hem gebakken werd, begon hij te roepen,
te razen, te vloeken, zoo als hij mog nooit
geraasd e.n gevloekt had.
Maai* geen enkel dreigement, hoe som
ber van inhoud odk, geen enkele vloek,
hoe kern acht ig op dien weg-sn ollend en sol
daat, die zich onbereikbaarwist: op zijn
stalen ros en daarom, zood.ro, hij een paar
hondierd mef'er voorsprong had, wuivend
Eajn linkerhand, boven 't hoofd zwaaide.
Twee uur later, toen de brios-eih-enJ.e ka
pitein met zijn fierts, die hij dicht bij liet
kamp ter zijde van den weg teruggevon
den bad, aan den hoofdingang ven de
legeip-ïaats efio-nd,- doorleefde do poisl voor
't geweer bc-nouwde oogeniblikken. Want
die raszènd- opgewonden meerdere mOos-t rn
zou weten, hoe d.e namen van al de sol
daten waren die daar 't laatste uur waren
gepaifsieord, en de man wielt .met don hos
tiën wil geen antwoord t.e geven op do
dreigende vo*aag, omda.t' hij van de vele
honderden, die 't.kamp 'bewo-ondlen, slechts
enkelen -kende en omdat van die enikeien
itoevallig niemand wds A-oorbij gekomen,
Toen eindelijk, begrijpend dot al zijn
pogingen vruchteloos moestien blijven om
beslag te leggen op d-en snoodaard die
't had bestaan om hem, dienstdoener eer
rite klas, zoo geducht in de maling te rie
men, droop die kapitein 'grommend of naar
zijn garnizoen, v-asit besloten om nooit
AYée'r den meeu'cHeire uit te hanigeh tegen
over een soldaat, va-n wie hij noch den
naam, noch het waponaiuimmer kende.
Wat de vogel® in Limburg vertellen.
De volkshumor heeft overal wat op
gevonden. Alle ambachten en bedrijven
vallen onder zijn bereik. Pittig, soms
wat ruw, sprankelt het vernuft en plant
zich van geslacht tot geslacht voort.
De snijder draagt ve-stjes \an de door
het oog der "schaar gehaalde lappen.
De mulder schept niet alleen met den
schepper uit andermans meelzakken,
maar ook met zijn wijde mouwen. De
schoorsteenveger, de kolenbrander zijn
van de duivenfamilie.
De schoolmeester is mager van hoo-
vaardigheid.
Den ossenboer vraagt men -om paar
denhaar, do ezelsboer is met zijn collega
op reis.
De kersenplukker moet fluiten bij zijn
werk, en zoo gaat het voort, plagende,
lachende en grappen makende.
Ook der vooglen laai kent men in Lim
burg en de gevederde zangers doen ook
mede aan den gelukbrengenden humor.
De musch 'GTingilla domestica), de
kwajongen onder de vogels, roept zijn
eigen naam: „Dief, diefl"
De boekvink (fringilla Coelebo) zingt
iin ''Limburg: Schreur, schreur, doe
maaks mich die boks te wied".Schreur
is: snijder). Men denke er aan, dat d'e
vink op de kruk een broekje draagt.
De gele wielewaal (Orioius galbula),
of gold-jmerling, zingt gewoonlijk zijn
eigen naam: ,-Gelé-wiwauw-wiuw"
maar wanneer een mannetje en wijfje
in de hooge Kanada's zitten, langs de
Maas, spreken ze nog anders. Hel man
netje. begint plagende: ,,'k trouw en
rieke wieuw" (weduwe); het wijfje kent
zijn grappen en antwoord: zeker kom
men de weèk".
Of wel zij roept spottende den naam
van haar gelen echtgenoot: „Peer Ver
woei©''. Die .daarop niet ingaat,, maar
haar vraagt: „Biete dich vleu ouch?"
De merel, merling, zwarte lijster, gie-
lelmg (Turdus merula) heeft, verliefde
denkbeelden en zingt heef tevreden:
,,Van aovend kumt min leefste thoes".
De woorden zijn bij al die vogels vrij
natuurgetrouw aan den zang aangepast-
Den armen lee.uwrik (Alauda arven-
sis) is de hemel ontzegd. Hij heeft ge-
vloekt. Wel beproeft hij telken male er
weer te komen, maar 't is' te ver.
Bij het stijgen zingt hij vol ijver:
,,Leef Ilecrke, maag ich in den IIee-
mel komme?, Ich zal noets meSr, noets
meer, vlooke, vlooke."
klaar hij moet het opgeven, zijn goede
voornemens verdwijnen en dalende
roent hij: duvel,' duvel, duvel!"
De koolmees, bicmos (Parus major)
zingt, als ze- een verliefd paar ziet: Ziet
die twee, ziet die twee" ziet hij echter
een kwajongen, dan roept hij: „sjit in 't
veur, sjit in 't vcur."
Een gevangen jong vogeltje roept:
..Lang léve, kort léve, rnurgen bun ich
doot."
De volksmeening is. dat, als de oude
vogels zien, dat ze het vogeltje niet kun
nen verlossen, zij het met vergif om
brengen.
Deze meeningen, gezegden <en deze
humor zijn zoo oud als de weg naar
Keulen. Geen wonder, dat ieder komend
-geslacht ze opnieuw vastlegt.
„Buiten".
Ongewone muziek instrumenten.
Naar de „Chicago Tribune" weel mede
te deelen, heeft de beroemde Amerikaan
se he „Marsehkoning" John Philip Sou sa,
die thans als reserve-luitenant tot de Ame-
rikaansche .marine behoort, een marsch
gecomponeerd, welke is opgedragen aan
den president van het scheepsbouwdepar-
temenl en de Amerikaansche werfarbeiders.
De nieuwe marsch moet ter aansporing
tot den scheepsbouw overal in het open
baar gespeeld worden. In het orkest wor
den ter-verhooging van het speciale klank
effect scheepshorens, smidsaambeelden en
klinkmaehines als instrumenten gebezigd.
BoomSoof als veevoeder.
Ter tegemoetkoming in het gebrek aan
veevoeder eal dit jaar in Duitschland het
k-of der boomen in groote hoeveelheden
ols veevoeder worden gebruikt. liet wordt
in lie: gansche rijk gedurende de maanden
Mei tol September geoogst, in de lucht ge
droogd en ter verdere droging en bewer
king naar speciaal daartoe bestemde in
richtingen gezonden. Het aldus verkregen
materiaal zal uitsluitend ter beschikking
van het legerbestuur worden gesteld. Daar
wegens hot hoog-e vochtgehalte het loof-
WLijQut, iTat hij in 'zijne betrekking zich
Bchu.lid'iig hioott gemaakt aa.n ^mokkelen evf
poging daartoe, a.nid'eren daartoe, hulp of
medewerking verleend -heelt «*f toegelaten
tieotir, dal, nndtercn smokkelen of daarvoor
gehnurk maken: van don spoorweg of van
het. dofirtoe beboerende materieel, zoü ge
straft w*o-nler» met roietocervol ontelag.
Geen of donkere gameeringen. Tor
wijf im het voriig seizoen bijna alle mantels
gegarneerd waren, zuiLlen de mantels voor
het seizoen 1918*19 voor minstens, een
derde gedeelte in één kleur en ongeg-ar-
noerd worden gc-biac'ht. Waar donkere
garneeringen voorkomen, zijn de mee*t ge
wilde kleuren doailker grrij®, seal of tabak.
Verbrand. Te Groningen is de 62-jarige
eohtgenoole van den heer H. C. bij een
beroeble -in het. vuur geA-allen en aa.n d<
geA-olgen overleden.
Brand. Te HaAeltc is een groote uilge-
stire-klheid dennenbosch van den heer W.
Ardene te Ruinenvold, verbraml'.
•Bij hiat Steenwrijker pompstation ver-
luranidde een Oiedd-eveld,.
Onder een boom gevallen. De arbeider
Brink te Winterswijk is bij het houtlhakiken
onder een boom terechtgekomen, tengevol
ge Avannvan hij is crverled,en.
BeeJ geucmetn A'is historisch wordt
het A-olgen<ie vermaikelijke geval geme1'!
uit de gebeurtenissen der laatste d-agen in-
eiake de cpwrdee ing en. inbeslagnemingen
der ach-!ergcfiouden levensmiddelen en de
controle op het veavoer op het platteland.
Het gebeurde in de Haarlemmermeer.
Een voorma wordt met z'n. karretje door
eenige milHanren aangehouden, die hem
vragen: wat helb je daar in'dien zak?
DuiA'enboonen, was het a-ntwoord.
De zak Avo.rdt in beslag genomen en het
boertje krijgt een bonnetje voor den in
houd. zijnde 85 kilo.... duivenboonen.
Zeg, jongens, zegt ons boertje, jelui
kunnen d'r ook n-ikis an-doen; j.e moet je
pliicht. doen en diaammee uit- Ik voc.r mij
ben blij, dat ik er nog zoo goed afkom en
nog wat uitbetaal krijg.... Dat. is me wel
een tractat.ie waard.
Aangenocien, d-ait doen wij.
En. de boer tract eert de jongens op oen
borrel.
In goede stemming rijdt het boertje weg
en eerst toen .hij goed en wel Ava© vertrok
ken, bleek den ijveriger) eolda.atjes, dat ze
teel ijk waren beetgenomen: de zak bevatte
geen- duivenïxionen. maar Iki'io.... grint.
't Is te begrijpen, dat dat bet' boertje wel
een tractatdie waard wae.
Letteren en Kunst.
Op het concert, dat Sempre" Crescendo
Vrijdag ais. j!e Leiden geeft, werkt de har
monie der Haarlemsche Orkestvereeniging
mede.
Koeberg dirigeert o. a. werken van
Hay dn, Grieg; de solist Frits Gaitlard zal
het cello-concert Aan d'Ailbca-t voordragen-.
ONDERWIJS.
N u to-sem i nar i urn
liet hoofdbestuur van de Mij. tot Nut v.
't Algemeen zal op de* vergadering van 21
Mei a.s. in vereeniging met het district
Leeuwarden van het Nut urgentie vragen
o, m. voor het volgende voorstel: Een Nuts-
seminai'iumn voor paedagogiek te stichlt'en
en dit aan te bieden aan de Universiteit
van Amsterdam-"op voorwaarde, dat in het
Un-iversiteiit'sgebouAV de noodige localitei-
ten voor dafdoel met verwarming en ver
lichting worden ten gebruike gegeven.
Daartoe jaarlijks uit de algemeene kas een
•bedrag van f500 gedurende 10 jaar be
schikbaar te stellen. (De Nutscoaumissie
voor onderwijs geeft f 1500).
De leiding van dit Seminarium op te dra-'
gen aan een bijzonder hoogleeraar in de
paedagogiek, buiten bezwaar van de alge
meene kas en daartoe bij den Gemeente
raad van Amsterdam aanvrage te doen om
de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen
ioe te laten tot -het vesligen van een bij
zonderen leerstoel in de paedagogiek aan
de universiteit van Amsterdam.
De financieele gelijkstelling.
De gemeenteraad van .'-s-Gravenhage be
handelde het voorstel van B. en W. in
zake de salarisherziening van het perso
neel der open-bare lagere scholen.
De heer C. D. Wesseling deelde mede,
dat de leden der Rechtsche Raadsfracties
geen bezwaar hebben tegen d-e voorgestel
de verhoogingen, doch wees erop, dat door
de nieuwe regeling hef) onderscheid tus-
edhen de salarissen van de openbare en bij-
aondere onderwijzers wed'er aanmerkelijk
grooter wordt, hetgeen voor een groot deel
FEUILLETON.
In het Zwarte Veen.
50)
„En nu", antwoordde Eva, „daar geen
misverstand meer tusschen on-s bestaat,
zal het mij niet zwaar vallen, u den aard
en den onwang der verlegenheid te verha
len, waarin ik zoo plotseling geraakt ben."
Zij deelde nu hem, .zooals te voren Elise,
den inhoud mèe van den brief van Gebhard
Schwandheim.
„Het zijn korte tenrwijwen, de 21ste en de
30ste van dece maand en in deze geld-
arme streek! Zouden de termijnen niet
■verlengd kunnen worden?'
„Onmogelijk", antwoordde Eva beslist.
„Het bestaan van den schuldefscher zelf
hangt van de nauwkeurige betaling dezer
schulden af, die mijn broeder ik mag
het ur niet verhelen op een wijze ge
maakt heeft, dat haar openbaring een
smaad op ons allen zou Avecpen!
De stille, verwachtende vroolijkheid. die
haar vertrouwen op Bruno's hulp had op
gewekt, maakte plaats voor nieuwen,
kwellenden angst. Bleek en moede ging
Eva zitten en vervolgde met neergeslagen
oogen:
der burgers uiterst grievend en voor het
onderwijs zelf zeer nadeelig is.
Spr. «tolde namens de Reebitsche fracties
een mof'ie voor, welke met een kleine wij
ziging met 27 negen 9 ettemmen werd aan
genomen en welke luidt:
„De Raad, overwegende, dat door de
vodrtgaande verbetering der salarissen
v'oor het personeel der openbare lagere
scholen de tegenstelling met de salarissen
van het personeel der bijzondere lagere
scholen een steeds schrijnender karakter
krijgt, van oordeel, dat aan de&e tegen
stelling hoe eer hoe beter een einde diént
te worden gemaakt, in het belang van het
geheele lager onderwijs in de gemeente,
noodigt B. en W. uit zich onmiddellijk te
wenden .tot Regeering: en Volksvertegen
woordiging met hot dringend veraoek om
te bevorderen, dat de wettelijke uitvoering
van art. 192 der Grondwet ten spoedigste
tot stand kome."
Vóór deze motie stemden de leden der
rechtsche fracties, ook de vrijzinnig-demo
craten en de socialisten, terwijl alleen de
aanwezige -liberalen onder het irmom van
formeel® bezwaren tegen stemden.
WETENSWAARDIG.
Schurft,
De. Centrale "Gezondheidsraad ver
zoekt ons de volgende waarschuwing
ie publiceeren:
Ais beleend mag worden aangenomen,
dat de schurft in den laatsten tijd hier,
te lande veel meer dan gewoonlijk voor
komt.
Krachtige maatregelen tot bestrijding
dezer ziekio zijn daarom noodig gewor
den. Dientengevolge- heeft de Centrale
-Gezondheidsraad, na verkregen machti
ging van den minister van binncniand-
sche Zaken, het volgende ter algemeene
kennis gebracht:
De schurft (scabies) is een huidziekte
die veroorzaakt wordt door een zeer
klein lovend wezen, de schurftmijt. Deze
mijt is geelachtig van kleur en'mei het
bloot© oog nog juist te ziien. Het wijlje
graaft gangetjes in de huid van den
patiënt en legt hierin haar eieren. De
gangetjes worden.- vooral gegraven op
plaatsen, waar de huid geplooid;is. bijv.
tusschen de vingers, in de ©leboogplooi
enz. Ze lo-open dikwijls geslingerd en
zijn soms 1 a 2 c.M. lang. Opent men b.v.
met een speld, een dergelijke gang, dan
vindt men aan het eind© een mijt liggen.
In enkele dagen ontwikkelt een ei z;oh
lot een z.g. larve, diie uit de gang kruipt
en zich in ongeveer 14 dagen tot een voi-
Avassen mijt ontwikkelt.. Aangezien één
wijfje ongeveer 20 eieren legt en deze
in ongeveer 3 weken tot volwassen mij
ten ontwikkeld: zijn, gaat de vermeerde
ring van de diertjes zeer snel.
Indien de mijten zdoh niet in de huid
kunnen ingraven, sterven ze waar
schijnlijk binnen enkele weken.
De mijten bewegen zich vooral des
nachts en bij een voldoend warme tem
peratuur, bijv. des nachts m bed. blaapt
men dus in één bed met een lijder aan
schurft, dan loopt men groot gevaar be
smet te worden.
Een lijder aan schurft besmet zijn lijf-
en beddegoed. Gebruikt een gezonde
dergelijk lijf- of beddegoed, dan kunnen
de schurftmijten op den gezonde over
gaan en hem besmetten Schurft kan
men dus zeer goed krijgen door over
nachten in een logement waar hel» bed
degoed niet voldoende gereinigd wordt.
In het algemeen kan gezegd worden, dat
de besmetting met schurft op velerlei
jvvijze geschieden kan: schurft is dan
ook een ziekte waarover rnen zich ai-
leen schamen moet als men bewust ver
zuimt de moeit© te doen van zich te la
ten genezen.
De eerst© ziekteverschijnselen treden
enkele weken na de besmetting op en
bestaan in heftig jeuken, dat 's avonds
in het warme bed het ergst is. Door net
jeuken is men geneigd om te krabben,
hetgeen kleine verwondingen veroor
zaakt, die weer tot allerlei ontstekingen
aanleiding kunnen geven. Het jeuken
belemmert verder het slapen en werkt
ook daardoor nadeelig. Hoewel in den
regel niet gevaarlijk, .is de ziekte toch
in hoogste mate hinderlijk en vies.
Aangezien in een gezin zelden slecïils
éei\ persoon besmet is, maar5 door de
aanraking, die de gezinsleden met el
kaar hebben, gewoonlijk meerdere leden
besmet zijn, zal in de meeste gevallen
de behandeling van alle leden van het
gezin gewenscht zijn. In ieder geval zal
een nauwkeurig ondrzoek van alle leden
van het gezin noodig zijn.
Ook het lijf- en beddegoed van lijders
„Mijn grootvader zou ons kunnen hel
pen, indien hij wilde, maar hij heeft ge
schreven, in deze onzalige *aak niets voor
ons te doen."
„Dan moeten we de gelden leen-en, want
tante Bllse en ik bezitten zelf niets. Wat
ons het meeste in den weg staat, is, dat
de menschen in deze streek even Avantrou-
wend als goedhartig zijn. Indien we -maar
iets tot onderpand te -bieden hadden."
„Daaraan ontbreekt het niet!" riep Eva
levendig uit. „Steinort heeft weliswaar ge
ringe waarde, maar het is onbelast en de
noodige sommen zullen daarop wel te
krijgen zijn."
„Dan is u geholpen, freule von Prahwe"
zei Bruno, snel opstaande. „Nu wil ik ook
geen oogenblik meer verliezen, om uw
opdracht; uit te voeren. Maar nog één
zaak: indien Steinort verpand wordt., dan
is het noodig dat uw vader daarmee in
kennis gesteld wordt. We kunnen dus voor
hem de zaak niet verborgen houden."
„Helaas niet. dat zie ik in. Maar de slag
zal mijn arrnen vader minder hard tref
fen, indien ik hcan- tegelijk kan rnededee-
■len, dat de erge gevolgen A<an de afdwalin
gen zijns zoons afgewend kiinnen worden.
Gelooft gij, dokter Kadenberg, dat ik hem
dat mag verzekeren?"
„Zeker, indien de baron .djn toestemming
tot de verpanding van Steinort geeft. Eri
thans, juffrouw, veroorloof mij, aanstonds
een poging te doen ter verkrijging van de
eeisate viirfhonderd thaJer. Goeden nacht.,
lieve tante Elise. Wees niet a.1 te bezorgd,
freule. God helpt den moedige!"...
Met hartelijken groet girtg Bruno heem
Hij had intusschen lang niet het ver
trouwen, dat hij aan den dag -had gelegd
om Eva iirooed te geven. Hij verheelde het
zich niet, dat het zeer moeilijk zou zijn,
in een- zoo afgelegen en arme streek in
weinige dagen zoo'n soon hijeen te krijgen.
Vijfiien/honde.rd thal'ea*s was in do oogen
van de arme bewoner© van 'heit Zwmne Veen.
een geheel vermogen. Bovendien Avas het
/hier de vraag, of de menschen een zoo groot
kapitaal couden willen leenefi aan ëen
wi'dvreemden, verarmden baron.
Met gebogen hoofd in diep nadenken
verzonken, vervolgde Bx*uno zijn weg van
het klooster naar zijn huisje Hij was zoo
in zijn gepeins verrdieipt, dat hij n/iet eens
bemerkte, dat de jonge Uphoff zijn weg
kruiste. De jonge boer groette hern vrien
delijk, maar het viel hem op. dat zijn an
ders zoo vriendelijke pleegbroeder, hem
eender een woord van groet voorbij liet
gaan. Daarom hield hij honxi aan en vroeg
levendig:
..Hoe is het, dokter? Wat scheelt er aan?
Gij kruipt daar heen, alsof gij diep onge
lukkig waart."
„Geen wonder, Jozef", antwoordde
Bruno, nog half zijn eigen gedachten vol
gend, „ik ben in de grootste verlegenheid
en zie geen uitweg."
„Gij in verlegenheid?" herhaalde Jozef
zeer verbaasd. „Ei, jongen, dat zou de
eerste maal zijn in uw leven! Gij zijt steeds
eoo wijs geweest als Salomon's kat', die
ging drie dagen voor den regen naar huis
en wercl tóch nat! Wat is'het? Ik hoop,
dat gij nu op je verstandigen leeftijd toch
geen dwaze dingen zult gaan doen."
„Stel je gerust, ouwe jongen, ik heb
geen domheden begaan. Maar een mensch
kan soms iets in het leven ontmoeten,
waaraan hij geen schuld heeft."
„Zoo, »zoo' merkte Jozef op. „Maar al
ben ik to'tl op de huid nat, het is toch niet
noodig,,dat wij ons hier laten verdrinken,
ko-m mee op de kloosterhof, daar kunt ge
mij vertellen, wat er gebeurd tó."
..Vanavond kan ik je niet vergezellen.
De zaak is te ernstig dan dat ik ze in-te
genwoordigheid der anderen met je zou
kunnen bespreken en bovendien, gij kunt
hooi ha voorloopfgö droging in de lucht'
spoedig aan bederf onderhevig is, zijn spe
ciale maatregelen getroffen voor een snel'«
vervoer naar de drooginrichtingen.
De Duitsche tan&8.
De BingeUeiclliie tanto© Jxdbbea) tolt. dusverre
niet het succes opgeleverd, hetgeen er
van verwacht werd. De machines waren te
-iQg en onhandelbaar. Met een slakken
gang van 5 K.M per uur rijden de tanks
naar den vijand om daar stukgeschoten te
worden, wijl de gevaarten te log «ijn en
te zwaar oom te wenden. Toen de Engel-
schen met hunne tanks begonnen, werd de
vrees geuit, dat de Duitschers deze wel
licht in verbeterden vorm zouden nama
ken. Want de Duitsche techniek weet
steeds de strijdmiddelen der Entente te
overtreffen. Thans blijkt inderdaad, dat
•heit dton Duii-Hsic/hie-r© ge-luikt i© een verbefbeaiJe
editie der tanks te maken, De Parijsche
correspondent van het Italiaansche blad
„Perseveranza" heeft aan zijn blad be
richt, dat de Duitschere gepantserde
auto's den^strijd insturen, die onkwets
baar zijn, en daarenboven zeer lenig. Bij
den «lag aan die Somme hfhiben-zij met zeer
goed gevolg aan den «log deelgenomen.
Zij kunnen zeer snel rijden, zijn gemakke
lijk bestuurbaar en toegerust met bom
men, gas- en vlammenwerpers. Twee
man kunnen zulk een auto-tank bedien-en.
Zij rijden moedig -tot in de vijandelijke
stellingen en- daar doorheen, richten dood
en verderf aan, brengen groote verwar
ring aan in de vijandelijke gelederen en
-keeren dan weer terug.
Leger en Vloot.
De dienstplichtige onderofficieren van
de militielichting 1912 der bereden wapens
zijn in het genot van onbepaald (klein)
verlof gesteld.
RECHTSZAKEN
De aanslag op het kruithuis.
Het O. M. bij de Am-siterdamisidhe recht
bank elect),te ineaBve den aanslag op h,et
kiruiithaias bij Halfweg tegen Van de Wal
8 maanden-, Romein 10 maanden, Horttihau*
1 jaar en it eigen Mell en Veltman 3 jaar
gevang eniiisstraf.
Burgerlijke Stand.
ALPHEN AAN DEN RIJN.
Geboren: D. van Van Dijk en Heuff.
Z. van Mulder en Koonekoop, Z. vaja
Walraven en Groenendijk. Z. van Van
Leeuwen en Pardon. D. van Van Leeu
wen en Hami. Z. van Van Liendcn ep
Kempen. Z. van- Goedhart en Van ToJ.
Z. van Den Hertog en Breure.
O v e r 1 e d e n:4 G Koppijn, echtg'. van
D. de Graaf 64 j. (overl. te Zeist.)
NIEUWKOOP.
Geboren: Anna Cornelia Maria, cL
van A. J. Zevenhoven en A. C. Luijlcri.
Helena Cornelia ei van P. G. Vroon-
bol en C. Bakker. Cornells, z. van i?»
Boer en .1. ue Kooy.
"Ondertróuwu: L. Verduijn, 27 j.
en P. Verduijn 27 j. C. Kiancnouig
21 j. en M. G. van Grol 28 j.
PfOORDWIdK.
Geboren: -Wijnand, z. van J. Kap
tein en G. Barn hoorn. Cornells, z. van
C. Bakker en 1. Parlevliet. Franciscus
Nicolaas, z. van K. van Bohemen en J..
;Koelewijn. Jacob z. van L. Haasnoot
en L. Duijndam. Gerardus Arie, z.-
van P. G. van Rijn en J. I man se.
Onder trou \v d: P. H. Zo uien bi-ér
34 j. en A. M. Al kom ad e 30 j. C. F.
Vink 28 j. en E. J. Caspers, 24 j. T. van
Rooijen 25 j. en M. Klinkenberg 20 j.
W. Plug, 22 j. en L. van Duin 23 i.
Getrouwd: L. Omit 25 j. en, J. Vink
23 jaar.
Overleden: G. C. Alkemade 43 j.
wedn. van A. M. Visser. L. v. d. Wiel,
74 j. geh. met S. Duindam. G. Duin
dam 5 j. 0. v. Beveren 19 j. F. J. de Bie
72 j. wed. van II. Kuijt, eeTder van A.
van Wijk.
O
SASSENHEIM.
Geboren: Arie Gerardus, z. van A.
G. de Kwaasteniet en D. Ph. Oudshoorn.
Ondertrouwd K. van Breda jim>.
29 j. en L. van Beusekom jd. 29 j.
ZWAMMERDAM
Getrouwd: C. Hoogeveen en A. C.
de Bruin, van Uithoorn.
-mij toch niet helpen. Dus, goeden vriend
Jozef, -laat je om mijn zorgen je leven- niet
vergallen."
„Gij wilt tm-ij kwijt zijn, dokter? Nu,
goed, ik doe je zin. Indien gij mij echter
in iets kunt gebruiken, eoo ben ik dag en
nacht bereid. Goeden nacht nogmaals,
-mijn jongen."
En met den zwaren, breeden stap van
den man, die gewoon is, op zandige of
Aveekê wegen te loopen, ging 'hij naar de
pachthoeve.
„Trouw hart", f-luisterde Bruno, hem
een oogenblik nakijkend, om daarna ook
zijn eigen weg te vervolgen.
In zijn huis aangekomen, Averd hij door
Jan.Peerebloeon junior ontvangen, die hem
de natte bovenkleeren afnam en een kleine
studeerlamp aanstak. Een eenvoudig
avondmaal, beslaande in een kruik bier,
brood en koud vleesch, stond reeds ge
reed. Bruno at snel eenige beten en bevafl
daarna den knaap, de tafel af te ruimen,
de huisdeur te sluften en, zoodra hij zelf
zijn avondmaal gebruikt had, naar bed
te gaan.
fWordl vervolgd.)