>e£eicbclve Sou/tont BUITENLAND. 3F De Oorlog. BINNENLAND. Nederland en de Oorlog. Christen-helden in Japan. pit blad verschijnt clk'cn dag, uïtgra, Zon* en Feestd. I)c Abonnementsprijs bedraagt, bij vooruitbetaling, r Leiden 11 ct. p. week, f 1.45 p. kwartaal; bij c'agenten 12 ct. p. week, f 1.60 p. kwartaal. Franco "nosfn.SO p. kwartaal. Het Geïllustreerd Zondags- 'j j is alleen verkrijgbaar tegen betaling van 15 ct. kwarlaal, bij voortuitbetaling. Afzonderlijke nummers 'ct met Geïllustreerd Zondagsblad 8 ct. 8e Jaargang. MAANDAG 10 SEPTEMBER 1917. Bureau 3TEENSCHUUR 15 - LESSEN. Interc. Telefoon 935. NO. 2412 Postbus 6. Dc Advertentieprijs bedraagt van 15 regels fO.Tf elke regel meer 15 ct. Ingezonden mededeeliDgen-va» 1—5 regels f 1.50, elke regel meer 30 ct., met grutté bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertontiën, waarin betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop 40 ct. p. 30 woorden. Ieder woord meer 1 cA, De boeren. De opbrengst van onzen eigen bodem 3 noet zoo groot mogelijk worden ge- maakt- Vooral nu de vooruitzichten voor [en invoer van granen uit Amerika erg onkerzijn. De boeren zullen zooveel mogelijk Tond voor graanbouw moeten bestem- ancii. Doch en hier leggen we den na- Iruk op de regeering moet hun dit elioorlijk-winstgevend maken. Wat alle Boerenbonden en Maatschap en van Landbouw verlangen zijn M ischen op redelijkheid en billijkheid ge jond. k m De boeren maken geen misbruik van iun positie, van de wetenschap dat men 1 »ii noodig heeft, doch zij laten gelden al hun recht is. Ern verslaggever van „Het Volk", die Ie Bossche meeting bijwoonde, waar- rjn wij Zaterdag een uitvoerig verslag pvcn, teekent die Brabanlsche boeren lp de'volgende juist-typische wijze: I „Man aan man stonden ze dicht opeengepakt, de stoere werkers, met de door zon gebruinde, verweerde gezichten, waarvan moeizaam zwoe- gen op schralen bodem was af te Q lezen." Dezen menschen, die met „moeizaam joegen op schralen bodem" voor de loedselvoorziening van ons land zorgen, lezen menschen moet een behoorlijke jinst verzekerd zijn. En dat is nu inder daad niet het geval! trderingen der Engelschen en Franschen het Westen. -- Hernieuwde strijd in icedonië. Het antwoord van Enge- ind op de Pauselijke nota zal gelijk- lidend zijn met dat van president Wilson. Overzicht In het Westen is de strijd weer in' ijle kracht ontbrand. Aan het Engelsche front in Vlaande- cn en Noord-Frankrijk heerscht groote drijvigheid. Volgens het Duitsche mimuniqué zijn verscheidene aanval- ii der Engelschen afgeslagen. Bij St. uenlin hebben zich nieuwe gevechten mvókkeld, waarbij de troepen van veld- laarschalk Haig voordeden behaalden. de Maas wordt verbitterd geslre- JfTrots hun verwoede tegenaanvallen Inden de Duitschers het verloren ter ne niet heroveren. In het officieele iiitsche bericht wordt wel verklaard, it de Franschen grootendeels naar hun sllingen teruggedreven werden, doch veris terreinverlies in het bosch van laume erkend. lu Macedonië vallen de Russen en fitnschen opnieuw aan. Laatstgenoem- m hebben ecnige plaatsen ten Westen m het Malik-meer bezel. Aan het ltaliaansche front duurt in it bijzonder ten N.O. van Gorizia de liilleriestrijd onophoudelijk voort, he achtervolging der Russen ten O. in Riga schijnt niet meer zoo vlot te tan als in den beginne. In het Duitsche gerbericht vinden wij plaatsnamen te lg, die ook de vorige dagen zijn ge- öemci bijv. Nitau hetgeen erop Pist dat men hier op ernstiger verzet hut. De mededeeling dat de Russen f'-rig aan schansen arbeiden is hier- Me volkomen in overeenstemming. [Langs de Duna moesten de Russen in- Ndels wederom eenige stellingen pjsgeven en wel tot Kokenhusen toe, J'dke plaats eenige K.M. ten O. van ffiedrichstad is gelegen. Omtrent den val van het Fransche mi nisterie, weten wij nog weinig naders. De „Figaro" verwacht een nieuw kabi net Ribot met o. a. Painlevé voor Oor log, Thomas voor Bewapeningen, maar zonder Viviani. De socialisten zouden nog niets hebben besloten inzake hun deelneming aan het kabinet. Hun beslissing is van groot belang èn voor het bestaan van een nieuw kabinet- Ribot èn voor de vredeskanscn. Duitschland. Keizer Wilhelm te Dünamünde. Keizer Wilhelm begaf zich Zaterdag over Riga-West naar Dünamünde, begroette daar de troepen, die aan de in neming hadden deelgenomen, en be zichtigde de stellingen en de door de Russen zwaar beschadigde werf. Vredespogingen. Het vredss-voorstel van den Paus. Het antwoord der Centralen. De „Berl. Ztg." verneemt, dat de bij zondere commissie bij den rijkskanse lier voor Maandag-namiddag 4 uur bij eengeroepen is. Het is te verwachten, dat in deze zitting het ontwerp-antwoord op de Pauselijke vredsnota zal worden vast gesteld. De Vorwiirtsen de vrede. De „Vorwarts" schrijft naar aanlei ding van de verovering van Riga het Volgende: „De militaire werkzaamheid van Duitschland is slechts het gevolg van den wil tot den oorlog van hun tegen standers. Het is de onzinnigste toestand, weikeu meu ooit beleefd heeft. Daar is een staat, die allang naar vrede verlangt, doch die door zijn vijanden telkens op nieuw gedwongen wordt tot over winnen! Deze staat wil den vrede en hij wil hem ook nu zooals hij liem den 12den December 1916 en den 19den Juli van dit jaar gewild heeft. Geen militair suc ces kan den wil van het Duitsche volk verzwakken om zoo spoedig mogelijk tot een vrede te geraken, die geen volk staatkundig onderdrukt noch aan eenige natie op economisch gebied geweld aan doet en die geenerlei dwang tot gebieds overdracht en oorlogsschatting in zich sluit. Het zijn slechts zeer weinigen, die hun vredesliefde richten naar den loc stand van de oorlogskaart, al kan niet ontkend worden, dat er zoodanigen zijn. liet valt ook hier te lande waar te ne men, dat er schommelingen bestaan in dc stemming vóór of tegen annexatie, maar deze wisselingen ziet men met den langen duur van den oorlog steeds min der worden. In steeds ruimer kring breekt zich het inzicht baan, dat ter be ëindiging van dezen oorlog militaire en politieke middelen moeten samenwer ken. Waar het aan den eenen kant geldt, den volkeren in het andere kamp er van te overtuigen, dat men hun leugens ver telt. als men hen tracht te doen gelooven dat Duitsche vredesvoorstellen moeten beschouwd worden als teekenen van een weldra te verwachten Duitsche ineen storting, zoo moet hun aan den ahderen kant ook aan het verstand worden ge bracht, dat van Duitsche zijde geenerlei beletsel bestaat, om dit zinlooze bloed bad te eindigen. Het is een heuglijk feit, dat het Duit sche antwoord aan den Paus niet in het teeken zal slaan van verminderde kracht op militair -gebied, maar juist in het teeken van nog steeds voorhanden sterk te. Des te openlijker kan nu ons ant woord uitspreken, dat het Duitsche volk uit dezen oorlog géén ander voordeel wenscht te behalen dan dat van een, door internationale rechtswaarborgen verzekerden duurzamen vrede." Engelands antwoord op de Pauselijke nota. De Brilsche regeering heeft de Ver- eenigde Staten meegedeeld, dat li-et ant woord van president Wilson op de nota van Den Paus feitelijk overeenkomt met Engelands antwoord, zooals dat onlangs door Cecil is aangegeven. Broodbesparing. Aan den Minister van Landbouw, Nij verheid en Handel verzond de Ned. Ver. van Handelaren in Buitentemdsch Meel een adres, naar aanleiding van de beves tiging door het Departement van Buiten- landsche Zaken van het. reeds langer loo- pende gerucht, als zou van de einde 1916 en begin 1917 door Uw Departement in Amerika gekochte en sedert in verschil lende stoomschepen geladen tarwe een groot deel bedorven zijn tengevolge van het lange oponthoud waaraan de verzen ding dezer partijen tarwe was blootge steld. In het adres wordt, verzocht: den in- koopers last te geven bij een eventueele hervatting van den inkoop van voor de broodvoeding noodige grondstoffen, ten bate van heUNed^rlandsche volk de ver houding der tot dusverre aangekochte hoeveelheden tarwe en meel om te kee- ren, waardoor zal bereikt worden: lo. vrijwaring voor verlies door bederf; 2o. een zeer belangrijke besparing aan brandstof; 3o. verbetering van de kwa liteit van het brood; 4o. vergroote ver- voercapacileit der stoomschepen; 5o. tegemoetkoming aan het nijpend gebrek aan krachtvoeder ten koste alleen van een geringe vermindering der bedrijvig heid in de inlandsche maalindustrie. Distributie van koffie en thee. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel heeft aan de burgemeesters medegedeeld, dat het in het voornemen ligt, de voorloopige regeling der distri butie van thee en koffie d.d. 30 Augus tus 1917 zoo spoedig mogelijk te vervan gen door eene definitieve, ingevolge wel ke thee en koffie niet zal kunnen worden verkocht en afgeleverd dan op bons be- lioorende tot ccne „thee cn koffie-distri- butiekaart". Deze kaarten zullen te zij ner tijd aan de burgemeesters ter uitrei king worden toegezonden. Voor een kaart als bedoeld zullen slechts in aanmerking komen personen, die op 1 October 1917 den leeftijd van 16 jaar hebben bereikt: aan 15-jarigen die gedurende den geldigheidsduur van die kaart. arosireeks».-d!^e maanden 46 jaar zullen worden, behoort geen kaart le worden uitgereikt, noch nu, noch in den loop \an die drie maanden. De Minister wenscht vóór 16 Septem ber a.s. te vernemen het aantal kaarten, dat voor elke gemeente noodig is. De burgemeesters worden uitgenoodigd die opgave te doen aan het thee- en koffie- distributiekantoor, Vischsteeeg 5, Am sterdam. Het in bezil nerncn van den oogst. De minister van Landbouw, Nijverheid cn Handel heeft een uitvoerig antwoord ingezonden op de schriftelijke vragen van het Kamerlid den heer Van Vuuren betreffende de teelt van verschillende ge wassen en de beschikbaarstelling daar van voor landbouwers cn betreffende dc prijzen van veevoeder. Wij onllecnen aan dit antwoord dat bij de inbezitneming van verschillende gewassen van den oogst 1917, in ver band met de ervaringen in 1916 opge daan, niet. werd toegestaan dat voor de persoonlijke voeding der landbouwers eu hun gezinnen een gedeelte van do daarvoor noodige gewassen wordt ach tergehouden. De minister is tot dezen algemeenen regel gekomen door de overweging, dat de ranlsocneering scherper kan worden doorgevoerd, indien brood, bloem, meel en rogge en andere artikelen slechts kunnen worden gekocht tegen inlevering van de daarvoor bestemde bons. Zoo is dan ook een gelijksoortige regeling met bonsysteem in vergevorderden staat van voorbereiding voor die gemeenten, waar als regel de inwoners hun eigen brood bakten. Dezen zullen op hun broodkaar ten meel kunnen koopen. Bovendien wordt de controle op de af levering van de voor rnenschelijke voe ding strikt noodzakelijke artikelen be langrijk bemoeilijkt, indien niet alle bij de landbouwers aanwezige goederen rijkseigendom zijn. Ten aanzien van tarwe en rogge heeft daarenboven nog gegolden de overwe ging. dat ook in den komenden tijd brood zal moeten worden gebakken uit verschillende gemengde grondstoffen. Indien nu den landbouwers gelegenheid werd gelalen, brood van eigen tarwe of rogge te bakken, dan zou er geen kans zijn, dat zij brood van gemengde grond stoffen bereidden, hetgeen, behalve het feit, dat dan geen tarwe of rogge door hen bespaard zou worden, tevens met zich zou brengen verzwaring, zoo niet onmogelijkheid, van controle op mole naars cn bakkers of de grondstoffen wel in de juiste samenstelling worden ge bruikt. Gasverbruik Augustus 19 17. De Rijks-Kolendistribulie deelt mede, dat de gasfabrieken in Nederland gedu rende dé maand Augustus 1917 na af trek der Juli-overschrijding 24,103,000 kub. M. gas mochten afgeven, en dat verbruikt is 26,831,000 kub. M., er blijft derhalve cene overschrijding van 2,728,000 kub. M. Deze overschrijding moet uiterlijk op 30 September 1917 zijn ingehaald door de gasfabrieken, welke hare overschrij ding van Juli gedurende de afgeloopen maand niet hebben hersteld, of wel in Augustus méér hebben afgeleverd dan voor die maand toelaatbaar was. Hetgeen alsdan onverhoopt niet mocht zijn inge haald wordt afgetrokken van het vast te stellen rantsoen voor het tijdvak van 1 October 1917 tot 31 Maart 1918. De gasfabrieken, welke te veel hebben verbruikt zijn: Alkmaar, Amsterdam, Apeldoorn, Beverwijk, Boskoop, Die ren, Enschede, Den Haag, Haarlem, Hil versum, Kampen. Kerkrade, Maastricht, N o o r d w ij k, Oosterhout, Purmerend, Renkum, Rotterdam, Sappenneer, Utrecht-, Vlissingen, Weert. Winschoten, Zaandam, Zwolle. Van de vorige lijst moeten worden af gevoerd de fabrieken te Arnhem. En schede, Iloogezand, Lemmer, Maarssen en Zierikzee. Voor September is toegestaan 29,013,500 kub. M., als basis heeft ge diend voor elke aansluiting circa 10 pet. méér dan in Augustus. Crisismaatregelen. Aan Zijne Excellentie den minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, werd. dato 6 September j.l., volgend schrijven verzonden; De omstandigheden nopen ons u eeni ge, ons inziens zeer belangrijke vragen onder de aandacht te brengen, waarbii wij voorop mcdedeelen, dat vele der bij ons aangesloten plaatselijke vereenigin- gen daaromtrent bij onze commissie ernstig aandringen, deze onder de bij zondere aandacht van Uwe Excellentie te willen brengen. Dit geldt vooral de kwestie der winter provisie van aardappelen. Deze vraag is op aanwijzing van Uwe Excellentie behandeld met de „Commis sie van Bijstand inzake de uitvoering der Distributiewet 1916" van welke Com missie de voorzitter ons te woord stond. Het bleek ons echter, dat, zoo althans de voorzitter daarbij de meening der ge- heele Commissie weergaf, de Com missie voornoemd, toen niet voorne mens was in de door ons gewenschte richting mede te werken. Wij verzochten voor alle inwoners dia daarvoor in de gelegenheid zijn en zulks wenschen, vóór den winter de gelegen heid open te stellen, zich, in verhouding van den beschikbaren voorraad en do grootte van het gezin, van een bepaalde hoeveelheid aardappelen als winterpro visie te kunnen voorzien. Dit werd door ons gemotiveerd op de volgende gronden: le. is een groot deel van ons volk, ook van de arbeiders, daaraan gewoon en heeft dus een geschikte gelegenheid voot het bewaren der aardappelen. In zoover re de inwoners van ons land daarvoor momenteel het geld beschikbaar hebben en de arbeiders daarvoor zelf, of door middel van hun vereenigingen hebben gespaard, behoort het dus stellig tol eea verstandige distributiepolitiek hen een bepaalde hoeveelheid toe te wijzen, mo de ook omdat daardoor bevrediging wordt geschonken aan de desbetreffende wenschen van een zeer groot deel onzer bevolking; 2e. zal de aardappelendistributie voor den komenden winter ontlast zijn van de zorg voor de verstrekking van aardap pelen aan allen die winterprovisie heb ben; iets dat bij een zachten winter al veel moeilijkheden van vervoer zal be sparen, gezien het tekort aan steenkolen en petroleum, benzine en krachtvoer voor paarden, ongeacht nog de vod grootere stagnatie welke een onverhoopt strenge winter daaromtrent kan bren gen. Hier dient nog opgemerkt, dat het oro- nisch gebrek aan laadruimte, dat zich' vooral met het brandstoffenvervoer in den winter doet gevoelen door de hier bepleitte maatregelen ten decle kan wor den gereduceerd. 3e. een distributie van winterprovisie aan de verbruikers, zoodra de aardap pelen gerooid zijn cn zooveel mogelijk in de omgeving waar de aardappelen ge teeld zijn en dus de bevolking aan het soort gewoon is, voorkomt vooreerst dat de aardappelen meer vervoerd wor den dan noodig is, heigeen niet alleen de aardappelen ten goede komt, maar ook overbodige transportkosten be spaart; terwijl bovendien wordt voor komen, dat in bepaalde, streken van ons land minder goede aardappelen uit an dere streken moeten gegeten worden, waaraan de bevolking daar niet gewoon is, en dus overbodige ontevredenheid tegen de overheidsmaatregelen valt te ontwijken; ie. in zooverre er bezwaren kunnen bestaan om aan eon gedeelte der bevol king onzer grootste sleden hun winter provisie in bewaring te geven omdat zij daarvoor geen geschikte bergplaats heeft, dient daartegen opgemerkt, dat dit alleen kan gelden voor een klein ge deelte der bewoners van de z.g. „oude stad", doch dat in den nieuwen aanbouw onzer grootste steden, ook in de arbei derswoningen, wel degelijk gelegenheid beslaat, voor het bewaren van winter aardappelen. Wij kunnen daarom niet inzien, dat een op zichzelf goede en door de bevol king gewenschte maatregel, welke zich' bovendien voegt naar de gewoonten in normale tijden, onuitgevoerd rnoet blij ven, in hoofdzaak op rnentaliteilsover- wegingen nopens een klein deel der be volking van onze grootste steden. Wij verzoeken Uwe Excellentie daar om beleefd doch dringend, alsnog de gelegenheid open te stellen tot dc ver strekking van winterprovisie van aard appelen. Een andere belangrijke aangelcgen- heid bespraken wij met den directeur der Rijks-kolendistributie. Wij stelden voor om van Regeerings- wege kookkachels tegen matigen prijs beschikbaar te stellen, welke tegelijk voor voedselbereiding en voor verwar ming zijn te gebruiken. Hierdoor valt te bereiken een niet on- FEUILLETON. verlaat Simabara niet, voordat ik !!,irne. van Tschikoengo heb ge- zeide hij bij zichzelven. „Ben ik nog een kleine jongen, die niets an- p te doen heeft dan zijn vader te ge- Porzamen? Ik blijf." En zoodra de pel rnet de beide Vorstinnen achter boschheuvel verdwenen was, gaf !J l'ajuschida een wenk om naderbij te ttmeii, en zeide op verlrouwelijken 0fr „Leo. ik heb om gewichtige rede- 11 bosloten in de plannen van mijn va- een kleine verandering le' brengen. "I gaat met. de vloot naar Nagasaki, Ik ■et- dat u dit ook aangenamer is, dan rol. die mijn vader u heeft toebedeeld, neem de gcheele verantwoordelijkheid Jn'j dat. kunt gij den Vorst zeggen, iaien hij zich over mijn beschikking ilevreden mocht bcloonen." deze woorden van den Prins ver dikte Hajusohida niet zoozeer, wijl hij ui in de onaangename noodzakelijk- ia zag geplaatst om den Prins zijn ge- wzaamheid te weigeren, doch veel .v- eruit bleek, hoe gevaarlijk KI0 z'jner jeugd zich had laten prikken in de netten van die Mime. pn d v^n met woorden, wilde hij >nns zijn smartelijke ontroering i, p door een ernsligen blik. Doch rins wachtte zich wel zijn vroege- ii .a.meraad open in het gelaat te zien, Dopri;0 wrevelig: „Hoe is het, hoor ik u p ;;Ja zeggen?" lnsantwoordde de edelman ten slotte „doorluchtige Prins, het. kan Uwe Hoogheid geen ernst zijn! Uw ge weten zegt u..." „Wat hebt gij met mijn geweten te maken?" riep Suschen-Dono opstuivend, „gij hebt te doen, wat ik zeg! Op mij rust de verantwoordelijkheid ervoor!" „Zoolang uw doorluchtige vader nog Vorst is, heb ik te doen. wat hij zegt. Wanneer gij eenmaal Vorst zijt, zal ik met. vreugde gehoorzamen aan u, in zoo verre althans mijn geweten..." „Geweten, geweten! Draai toch niet zoo met uw oogen en laat dc verant woordelijkheid aan mij over! Hoe dik wijls moet ik dat herhalen? Gij doet dus nu, wat ik wil? En wanneer ik eenmaal Vorst ben, zal ik goedgunstig en edel moedig terugdenken aan uw jeugd en uw goede diensten." „Prins, de beste dienst, welken ik u in den geest van christelijke liefde kan be wijzen, is rechtstreeksehen tegenstand bieden aan uw verlangens, aan uw laat mij het ronduit zeggen gevaarlij ke, hartstochtelijke, zondige verlangens." „Onbeschaamde!" riep de Prins, en rukte het zwaard uit zijn gordel. „Steek toe!" zeide Ilajuschida met over elkander geslagen armen afwach tend, wat er gebeuren zou. „Liever den lichamelijkcn dood dan medeplichtig heid aan den dood der ziel van mijn vriend." „Komaan, gij hebt mij eens het leven gered", riep de Prins, zijn toorn bedwin gend. „Maar pas op dat gij daarvan niet misbruik maakt, om mij verder te trot- seerenl Ik vraag u thans voor de laatste maal: Wilt gij met de vloot naar Naga saki vertrekken ol weigert ge het?" „Als vazal en als Christen ben ik ver plicht, de bevelen te volbrengen van mijnheer uw vader, mijn Vorst." Met een verwensching keerde de Prins den rug toe aan de soldaten, die op eenigen afstand van het opgewonden gesprek getuigen waren. Onder hen be merkte hij Mimoto, een dapperen Sa moerai, die tot dusverre hardnekkig had vastgehouden aan het heidendom cn daarom bij het Hof niet in hooge gunst stond. Dappere Mimoto!" riep de Prins hem toe, „treed nader. Ik lever dezen Samoerai Ilajuschida aan u over in ar rest, wijl hij mij gehoorzaamheid heeft geweigerd, en zich niet ontzien heeft te gen mij, zijn tockomstigen heer, oneer biedige en beleedigende woorden te spreken. Mijn vader zal de straf, welke daarop staat, later bepalen." Zonder eenige tegenspraak gaf Ilaju schida zijn beide zwaarden over aan Mimoto, cn liet zich door dezen weglei den. Hel gemoed der christen soldaten kwam tegen deze daad in opstand, en slechts met moeite konden zij aan hun toorn en afkeer tegen den Prins het zwij gen opleggen. DRIE-EN-TW'INTIGSTE HOOFDSTUK. Beslissende stappen Vóór zonsondergang verliet de vloot van Arima onder bevel \kn den' haven meester de bocht van Simabara. „Meld aan rnijn vader, dal gewichtige redenen, welke hij later zal goedkeuren, mi,) voorloopig hier terughouden", zei de Prins tot zijn vertegenwoordiger. „Ik hoop spoedig te kunnen volgen." Daarna besteeg hij met eenige ver trouwde wapenknechten den heuvel, en deelde persoonlijk aan de vrouw van Hajuschida mede. dat haar man een paar dagen zou uitblijven. „O, ge' behoeft er niet van te schrikken", zeide hij barsch, toen hij zag, dat zij er bleek van werd, „het kost hem ditmaal zijn hoofd niet, ofschoon gij toch verstandig zult doen door mijnheer uw echtgenoot voortaan wat meer gewilligheid tegenover zijn toekomstigen landvorst aan tc raden. Waar is Safioye? Hij zou hier wachten, totdat ik uit Tschikoengo teruggekeerd was." „De gezant van Jveyas is met de kin deren in- den tuin, ik geloof in de kapel op 't rif", antwoordde de edelvrouwc verschrikt. „Roep hem! En breng' mij wat te eten cn te drinken. Vandaag saki in plaats van die waterachtige thee!" beval de Prins in zijn groote ontstemdheid. Rij had tot dusverre maar zelden saki ge bruikt; doch vandaag moest deze hem de stem des gewetens helpen smoren, die zich ten 'gevolge van Hajuschida's waarschuwende woorden opnieuw deed hooreu. Safioye trad binnen en bemerkte op het eerste gezicht hoe het met den Prins stond. „Eindelijk besloten?" zeide hij. „Morgen ga ik haar halen", antwoord de de Prins. ..En ik trouw met haar, of de bisschop van Nagasaki zijn toestem ming geeft of niet! Ik geloof niet, dat hij het doen zal. In dat geval reken ik op uwe hulp en op'die van Jycyas. Mijn vader zal ons overigens weinig moeilijk heden in den weg leggen. Hij is naar Nagasaki gereden, en zal onze strijd macht daar samentrekken. En rnet wei nig woorden verhaalde de Prins de aan leiding tot den twist. „Dat komt uitstekend van pas," ant woordde Safioye'. „Jyeyas is volkomen bereid u bij te slaan. Ook tegen uw hu welijk met zijn dochter heeft hij in het minst geen bezwaar. Ja, hij belooft zelfs u als vorst van Arima te zullen erken nen, misschien zelfs u beloopen met het erfdeel van Tschockami-Dono, onder voorwaarde, dat gij terugkeert tol het geloof onzer vaderen. Zijn jonken krui sen in de nabijheid van Amakusa, naar het heet, om jacht te maken op Chinee- sche zeeroovers, en zullen op een teeken van mij de beloofde hulptroepen aan land zetten." Prins Michaël had intusschen, toornig als hij was, reeds zooveel saki gedron ken, dat hij slechts voor half toereken baar kon worden gehouden. Met een vloek riep hij daarom: „Voor mijn part! Zoo word ik weer een volbloed Japan ner! De missionarissen zullen mij zeker buiten de Kerk sluiten, wanneer ik on danks hun verbod met Hime trouw. En ik zal hen uit het land jagen de Span jaarden, evenals rnijn vader de Portu- geezen van het Hof verdreven heeft! De Spanjaarden zijn geen haar beter dan de Portugeezen. Mijn hand erop, Safioye! En laten wij nu drinken op het welzijn van de lieve Hime!" En hij dronk, totdat hij bewusteloos in de kussens rolde. Safioye liet hem liggen cn verzond nog gedurende den nacht brieven naar Amakusa. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1917 | | pagina 1