Brieven uit Minnesota.
Letteren en Kunst.
Doctor P. J. H. Cuypers.
Zi'in levenselixer.
Nederlands beroemde Bouwmeester,
onee Katholieke Doctor P. J. H. Cuypers,
vierde gisteren zijn negentigsten verjaar
dag.
„De Maasbode" en ..De Tijd" van gis
teravond wijden huldigende artikelen
aan dezen genialen nestor der Neder-
landsche bouwmeesters.
Ook in niet-Katholieke bladen wordt
met groote waardeering over dezen
kunstenaar gesproken.
Wij willen onzen lezers ter lezing bie
den volgend typeerend stukje van den
onder-de-streep-redacteur van het Hbld.:
„\Vat hebt u toch wel gedaan, meneer
Cuypers?" vroeg ik, toen ik een paar
weken geleden in een der hooge, ruime
vertrekken van zijn Roermondsche wo
ning tegenover onzen bouwmeester zat,
„wat hebt u toch wel gedaan om, on
danks uw 90 jaren, zoo krachtig van
lichaam en zoo frisch van geest te kun
nen zijn?"
We hadden tevoren een gesprek ge
voerd over de vele monumenten van
oude bouwkunst, die, dank zij zijn be
kwame leiding en op diepgaande archae-
ologische studie gegronde adviezen, voor
het nageslacht waren behouden en met
innig genoegen had hij zich zóó verdiept
in zijn herinneringen aan al het mooie
uit onze vroegere architectuur, waaraan
door zijn onverpoosd streven nieuwe be
koring was gegeven, dat hij niet dade
lijk in mijn vraag was, mij even verwon
derd aankeek met een „gedaan om zoo
oud te worden?"
„Ja, ik bedoel, hebt u een bepaalden
leefregel gevolgd of is het bloot toeval
dat de kenmerken van den ouderdom
bij u zoo bijna absoluut achterweg
blijven?"
„O, is het dat, ja, maar vraag dan
niet wat ik gedaan, maar liever wat ik
achterwege gelaten heb."
„Nu, wat hebt u dan achterwege gela
ten? 'k Zou graag het geheim kennen."
,,'t Is heelemaal geen geheim, 't is
eigenlijk zoo logisch mogelijk. Was ons
voorgeslacht, dat geen spoor van slap
heid of verweekelijking kende, dat een
toonbeeld was van soberheid en matig
heid, niet veel krachtiger en physiek
sterker dan de tegenwoordige geslach
ten en was hun weerstandsvermogen
niet veel grooter? Voor mij is ook sober
heid steeds een eerste levenseisch ge
weest, 'k heb steeds bij 't in stand hou
den van mijn lichaam de uiterste matig
heid betracht, ik rook niet, 'k drink al
leen maar wijn als het noodzakelijk is,
en nooit meer dan een enkel glas, 'k
neem geregeld eiken dag mijn koud bad,
'k sta steeds te zes uur op, terwijl ik
nooit vóór elven naar bed ga, en aan dat
alles schrijf ik het toe, dat ik al mijn
zintuigen nog ten volle tot mijn beschik
king heb, dat ik nog werken kan van
's morgens vroeg tot 's avonds laat."
„En denkt u nog aan 't werk te blijven,
ook na uw feest van den zestienden?"
„Ja, waarom zou ik niet? Werken
zonder ophouden is naast een sobere le
venswijze de juiste manier om frisch te
blijven lot je opgeroepen wordt voor de
eeuwigheid. En of ik er nog bij ben,
vraag dat hierover maar", monkelde hij,
wijzende naar de werkplaatsen aan de
overzijde van den tuin, waarop wij het
uitzicht hadden.
„Dan heb ik u misschien al te lang
van uw werk afgehouden", lachte ik, op
staande.
„Nu, zoo erg is 't niet", stelde de bewe
gelijke man mij gerust, opveerend uit
zijn stoel, om mij te geleiden naar de
voordeur.
Maar nauwelijks had hij mij de hand
ten afscheid gegeven, of met haastige
stappen, om toch vooral niet méér tijd
te verliezen dan strikt noodzakelijk was,
slapte hij door de vestibule heen naar
de deur, die uitgang verleende naar den
tuin en de daaraan grenzenden werk
plaatsen.
'*;v 1
SimLs ik de laatste maa.l uit ihet verre
verre Air.erilkia aan ,,De LekHsche Courant"
iets schreef, is er we>eir well voorgeval'en.
En hier ibedtoeH alk geen nxxrto"-, dleT ver van
't einde, neg immer in hevigheid toeneemt
en steeds verder zich uitbreidt, maar ik
bedoel hier Onamia en mijn missies..
Vooreerst hadden wij verleden jaar in
Onamia en Wakkon 8-daagsvhe mdsru'es,
geleid! door onzen confrater B. van Gils,
weiiike met Gods genade. vee', vradhteai op
geestelijk gebiedi hebben afgeworpen. Op
Auierdkaan^Jdhe maniea' werd er gedegen
heid' gegeven, vragen omtrent die gods
dienstleer en de plechtigheden der Room-
sche kerk te stellen» waarvan ook veel ge
bruik gemaakt werd door Protestanten, die
des avonds in grooten getale de predikatiën
kwamen bijwonen.
In Me'lgrath z>al an den (herfst van dit
jaar een missie gegeven worden.
De zomer bracht, behalve de gewone
c at ecbisrn us-klassen voor die lste H. Com-
muailie, een bijzondere drukte door de
voorbereiding voor het II. Vo-rmseü, dat
onze nieuwe Bisschop otp het laatst van
Juli kwam toedienen in Onamia en Waik-
kon, waaiheen zich ook de kinderen van
mijn twee andere missies moesten begeven.
Z.D.H., die de kinderen in liet bijzijn van
•die geheeOie parochie ondervroeg omtrent
de catechismus en die bijbeHscihe geschiede
nis was zeer tevreden over hen; ook uitte
Z.D.H. zijn tevredenheid over onze kerkjes
te Onamia en Wnkkoau
De laatste winter is wel die strengste, die
ik meegemaakt heb. .Zooveel sneeuw heb ik
nog nooit gezncni Tweemaal was de spoor
lijn geheeil gjelblofkkeendi. In drie dagen geen
trein.. U begrijpt, er moet nog al sneeoiuw
liggen, onn een Amerikaansehe machine,
die er geheel op gebouwd is, stop te zetten.
Gelukkig is de sneeuw nu weg, en kunnen
we spoedig weer van de zachte lente gaan
genieten.
Sinds begin Januari lis mijn parochie
weer uitgestrekter gewordenIk heb een
mistri e er bij gekregen te Moose Saks
(Minn.) Dit plaatsje aan 2 spoorwegen ge
legen-heeft. een schoone toekomst. Ofschoon
er naar ik mean wel 7 Pro testa ntsehe ker
ken zijn, (hebben onze geloofsgenooten er
nog geen bidplaats. Maar dezen zomer zul
ten wij ongetwijfeld beginnen, en met Gods
(huLp en den giunst van goede meneehen
liet ook wel zoo ver (brengen, diat we een
kiapeil bonwen.
Thans gebruiken wij nog de raadszaal
vain die g.emeentc1, die wij gratis tot onze
beschikking hebben, op voorwaarde, diat de
Katholieke jorgemeisjes de zaal aoo nu en
dan eens komen vegen en schrobben.
Ook d:e Episcopal en, die pas een kerkje
gebouwd hadden, waren zoo welwillend
ons hun kerk te presenteeren, maar dat
aanbiod, ofschoon welgemeend-, konden wij
niet aanvaarden.
Geachte Oezers, diit is weer het een en
ander omtrent mijn werkzaamheden. Bid
s.v.p. voor mij, 'opdat O. L. II. mijn werk
zegene.
Onamia (Minnesota).
Fr. J. VAN DER HULST,
Kruisheer.
Nieuws uit Wasdorp.
Curieus, unique, zeldzaam, doch van
heel min allooi, was de eerste uitroep van
mijn oom, toen ik hem meldde, hoe de cor
respondent van dit blad te pal kwam op
de gem'eentcssecr eit ar i e op eene plaats tus-
schen Leiden en den Haag, namelijk te W.
Hoe komt men ertoe, om aldaar zich aan
te trekken, wat er te Wasdorp alzoo ge
schiedt. Het schijnt warempel wel, dat er
daar op het gemeentelhuis ook wat aan
hapert, en dat is toch, onmogelijk met zoo'n
groot personeel. Daar kan toch ndets aan
mankeeren en ia]les inoet toch uiterst in de
puntjes zijn. En toch schijnt dit niet zoo
te zijn, waint anders had mem die man niet
zoo aan den dijk gezet en dit tem. nadeele
van een groot gedeelte van de Katholie
ken-, die aldaar geabonneerd zijn; op dit
blad.
Voor die lezers van „De Leidscbe O-u
yant" zij nog even gememoreerd, dat den
correspondent van dit blad op die plaats
dloor dien secretaris geweigerd werd, in
het vervolg eene opgave te komen halen
van den burgerlijken steun*! en verder ge
meentelijk nieuws, daar (Die mijn
heer bekende zelf, dit niet te kunnen be
wijzen) hij (die correspondent namelijk) de
schrijver was van nieuws uit Wasdorp.
Wat heeft nu toch zulk nieuws, met eene
andere plaats dan Wasdorp tie maken, zal
menigeen zich misschien afvragen. En,
juist «ooals die redactie dit zoo ronduit
en raak uitdrukte: Waarom dan niet lie
ver openlijk hiertegen geprotesteerd dan
op louter vermoeden op zoon manier,
weerwraak uit oefenen.
Maar laat ik verder doorgaan met wat
mijn oom nog meer van Wasdorp verhaal
de, want die belachelijke historie is nu,
dunkt ine, genoeg toegelicht.
Het gebeurt natuurlijk meermalen, dat
er zich personen vervoegen op het gemeen
tehuis en vragen of mijnheer d© burgemees.
tor te spreken is. Wanneer deze present -is,
wordt men 'toegelaten in een kamer, waar
op aangegeven staat -dat dit die kamer is
van Z.E.A. Men stapt binnen in de vaste
verpachting, den burgemeester ook hier
aan te treffen. Doch eoodra men de deur
goed geopend heeft, ziet men hier niet al
leen-, dengen e, dien men wenscht te spre
ken, doch ook nog iemand anders, name
lijk den secretaris. In gewone kringen is
het de gewoonte, meen ik, dat hij, naar
wien niet gevraagd is, en die ook bij het
gesprek allerminst behoeft tegenwoordig te
zijn, zich verwijdert. Doch hier te Wasdorp
niet. Het schijnt wel, dat men hier den
burgervader niet om een onderhoud kan
verzoeken, zonder hem in tegenwoordigheid
van een derde te spreken. En waarom?
Ja, misschien is dit in die h-eele hooge krin
gen1 zoo de gewoonte en staat men iemand
een gesprek tête a tête niet toe, omdat men
zichzelf -en anderen niet vertrouwt, en al
tijd getuigen om zich heen verlangt. Doch
zooiets zou ik hier te Wasdorp niet ver
wachten-; hier is men pienter genoeg en
zullen er du9 wel andere redenen zijn
waarom dit zoo is ingesteld.
Echter, wat zijn er soms allerlei zaken
te bespreken, die men alleen aan het hoofd
der gemeente wil toeven'trouwen en aan
niemand anders, om die doodeenvoudige
reden, dat er niemand landers mee te ma
ken heeft. Het gebeurt zelfs, dat op die
wj-jze iemand, die den burgervader wil
spreken, in de onmogelijkheid gebracht
wordt, hieraan gevolg te geven. En dit
6chijnen hier de autoriteiten niet in te zien,
en het wordt tocli meer dan lijd om hierin
verandering te brengen.
Bij vele inwoners van- de-ze plaats bestaat
hieromtrent dan ook een andere meening;
men spreekt van een dictatorschap. En
waarom? Wel, zoo redeneert men verder,
vele oudere inwoners van Wasdorp herin
neren zich nog zeer goed, dat ei- hier een
periode geweest is, die men de groene
noemde. Dat was een tijd, waarin het hoofd
der gemeente feitelijk niets had te zeggen
en alles werd overgelaten aan onderge
schikten.
Doch vele, zoo -niet de meeste inwoners
waren er allesbehalve tevreden over en ga-
van indertijd duidelijk hun misnoegen te
kennen En coo'n periode schijnen wij hier
te Wasdorp weer mee te maken, want het
lijkt wel, dat een ondergeschikt ambtenaar
overal zijn goedkeuring aan moet hechtën.
Echter, naar mijn oom's inzicht niet ten
onrechte, W-ant op die wijze -sluit men zich
hier volkomen aan bij de tijdsomstandig
heden.
In deze treurige tijden-, nu de voedsel
voorziening zooveel kommer en zorg baan.
nu al liet mogelijke wordt geda-an, om aan
voedsel te komen, wordt zeer veel weiland
gescheurd en omgeploegd voor teelland.
Zoodra zoo'n perceel met den ploeg kennis
heeft gemaakt, komt de egge, om de ruwe
stukken aarde vaar aanzien te doe<n veran
deren en de akkers gelijker te maken.
Zoodra het zaad is uitgestrooid komt de
egge nogmaals om het zaad goed met de
aarde te vermengen en zoodoende de kiem-
kraoht te bevorderen. De egge is dus een
werktuig dat tegenwoordig zeer veel ge
bruikt wordt en daarom in aanzien zeer
is gestegen.
Zoo is het ook nu "hier te Wasdorp. Wij
kunnen hier heel gemoedelijk en niet ten
onrechte spreken van een enge-periode. Of
zoo'n periode bij vele inwoners van Was-
dlptrip in dien geest valt en goedkeuring
verwerft, valt echte-r nog te betwijfelen.
KOOS.
FEUILLETON.
De vrouw in het wit.
72)
Maar wie stond mij borg, dat in mijn
afwezigheid anderen mijn geloofwaar
digheid bij vrouw Clements niet zouden
schokken? Een uitkomst was spoedig
gevonden. Mijn vrouw zou met een
dubbel doel naar Londen reizen. Zij zou
zien, waar vrouw Clements haar intrek
nam en een brief aan madame Rubelle
overhandigen. Deze waardige matrone
had ik uitgekozen als verpleegster voor
Marianne, om zoodoende iemand bij de
zieke te hebben, die evenzeer mij, als de
patiënte aanhing. Op den bepaalden dag
zag ik mevrouw Fosco en vrouw Cle
ments met het voorwerp harer zorgen
in eenzelfden trein naar Londen vertrek
ken. Dienzelfden avond kwam mijn
vrouw met madame Rubelle op Vijver
hof terug en deelde mij het adres van
vrouw Clements mee.
Toen dit zoover gregeld was, moest
ik zelf Vijverhof voor een paar dagen
verlaten. In Londen overtuigde ik mij,
dat de voor mij gehuurde woning in St.
John's Wood voldeed en ging daarop
door naar Cumberland. Mijn bekendheid
met Marianne's correspondentie kwam
mij hier te hulp. Ik wist, dat zip per
brief den heer Farlie reeds verzocht had,
Laura voor eenigen tijd bij zich te ne
men.
Ik deed mij nu kennen als den bren
ger van tijdingen over Marianne en ver
zocht Farlie zijn nicht onmiddellijk bij
zich te verzoeken en haar te zeggen, dat
zij op haar reis een nacht in Londen bij
haar tante zou doorbrengen. Hij stemde
toe en schreef een kort briefje.
Van het onderhoud met hem behoef
ik niets anders te zeggen, dan dat Farlie
geestelijk even szwak was als lichame
lijk en dat ik al de kracht van mijn ka
rakter op hem beproefde.
Ik kwam, zag en overwon Farlie.
Bij mijn terugkomst op Vijverhof
vond ik Marianne's ziekte door de be
handeling van dien ezel van een dokter,
dien men consulteerde, zeer verergerd:
zij had typhuskoortsen. Het geval wilde,
dat lady Glyde, terwijl ik in de kamer
was, daar wilde binnendringen. Zij en
ik yhadden geen sympathieën voor
elkaar: zij had de onvergeeflijke belee-
diging begaan mij een spion te noemen,
en zij was een struikelblok op de wegen
van Percival en van mij. Toch verbood
mij mijn grootmoedigheid haar met
mijn hand te besmetten, maar tegelijk
belette ik haar niet zich zelve aan die
besmetting bloot te stellen. Als zij daar
in slaagde, zou de ingewikkelde knoop,
dien ik thans trachtte los te maken, mis
schien door omstandigheden worden
doorgehakt. De dokter belette haar ech
ter den toegang; de lady viel in zwijm
en bleef gedurende den volgenden tijd
(hoe kwamen mij de omstandigheden te
hulp!) lijdende aan haar zenuwen.
Ondertusschen had ik naar Londen
gestuurd om een geschikt geneesheer.
Deze kwam en verklaarde na tien dagen
de zieke gehel buiten gevaar, maar zei-
de, dat zij een zorgvuldige verpleging
noodig had. Op dat tijdstip had ik ge
wacht. Ik hield niet langer mijn recht-
matigen toorn tegen dien ellendigen
Kwakzalver in; ik zocht en kreeg twist
met hem, waarbij Percival weigerde
tusschenbeiden te komen, en het gevolg
was, dat hij niet meer op Vijverhof ver
scheen.
Nu moesten wij de dienstboden nog
wegzenden. Dit geschiedde onder voor
wendsel van bezuiniging, en allen ver
trokken, met uitzondering slechts van
de huishoudster en een meid, die te dom
was om te begrijpen, wat er om haar
heen voorviel. Toen daarop de huishoud
ster met een looze boodschap op reis
werd gezonden, hadden wij het huis vrij.
want lady Glyde werd 's nachts opgepast
door die domme gans, en op madame
Rubelle kon 'ik vertrouwen.
Mijn bedoeling was, Marianne te doen
verdwijnen, wat, zooals ge zien zult,
gemakkelijk ging. Percival zou dan aan
zijn vrouw zeggen, dat Marianne naar
Cumberland vertrókken was, en lady
Glyde zou haar wel alleen nareizen en,
zooals haar oom geschreven had, den
nacht bij mij doorbrengen. Den morgen,
nadat de huishoudster vertrokken was,
beval ik, dat men voor de patiënte een
bed zou opmaken op een houten, gemak
kelijk verplaatsbare stellage. Dit ge
schiedde. En toen de zieke dienzelfden
avond gerust sliep, konden wij haar,
zonder haar in het minst te storen, naar
een onbewoond gedeelte van het huis
overbrengend waar niemand haar ooit
zou zoeken.
Mijn werk op Vijverhof was volbracht;
thans moest de ontknooping volgen.
Mijn grootsche, en, laat het rnij vrij zeg
gen, vernuftige plannen, zullen thans ze
Sociale Berichten.
De vrije Zaterdagmiddag
De heeren P. \V. Schairroo, kapitein dex
Genie en E. de Herder, voorzitter en secre-
tarltJ-pennigm eester der Netderlandsche
AtMetiek-Unue, hebben als zoodanig het
Yolgoiwi adres gericht tot den Minister van
Stuat, Minister van Binnenlandse he
Zaken:
dat dn de laatste jaren in ons land overal
een krachtige opleving is waar te nemen
in de beoefening dei- sport;
dat echtea' voor een groot deel van ons
vólk deze oefeningen beperkt moeten blij
ven tot den. Zondag, waardoor o.a. uit
overwegingen van gods-dienistigen aard,
voor velen eene voldoende beoefening is
uitgesloten, nog daargelaten, dat ook het
huiselijk leven onder een en ander te lij
den heeft;
dat vele openibare lichamen, kantoren,
fabrieken, enz. reeds zijn overgegaan tot-
het invoeren van den vrijen Zaterdag
middag;
dat echter eene algemeene invoering
hiervan aan eene uitgebreide beoefening
van de lichte athletiek en van de sport in
het algemeen, dus ook van de verhooging
van de lichamelijke ontwikkeling van ons
volk ten zeerste ten, goede «al komen;
redenen, waarom adr. zich wenden tot
Uwe Excellentie met het eerbiedig verzoek,
eene algemeene invoering van den vrijen
Zaterdagmiddag, zoo mogelijk door eene
wettelijke regeling te willen bevorderen.
R.-K. Bakkers.
De R. K. Bond van Bakkers en Cacao-,
Chocolade- en Suikerwerken houdt zijn 22e
jaarvergadering te Utrecht, j.n bet St. Jo .ei
gebouw, op Zondag 10 Juni. Behalve dë af
tredendien, die zich weder beschikbaar stel
len, zijn candidaten van het bestuur: Th. v.
d. Dun te Tilburg, en J. M. de Jong, te
's-Gravenhage.
Jaarboekje veer den R. K. Middenstand.
Door het Federatiebestuur van de vijf
Hanizebondeo, is dit jaar voor het eerst een
jaarboekje uitgegeven voor den R. K. geor-
ganiseerden Middenstand. Van dit boekje
zullen de mannc-n der middemstandsbewe-
ging ongetwijfeld veel pleizier hebben. Van
alle afdeelingen, onderafdeelingeen en in
stellingen der Hanzebonden staan bestuurs
leden en andere bijzon dei-heden aangege
ven. Een agenda en verdere almanakrubrie
ken verhoógen de practische waarde van
het boekje.
KERKNIEUWS.
De R.K. Jongelingscongregatie te Dellt,
waarvan de weleenv. pater Van Eekeren
O.F.M., meer dan 12V2 jaar directeur is,
viert Zondag 3 Juni haar 60-jarig jubileum1
dat dooi- een plechtig tribuum zal' worden
voorafgegaan.
Gistermorgen is te Bloemendaal door den
lioogeenv. heer deken G. II. F. Stoffels,
van Haarlem, de tijdelijke hulpkerk, het
vroegere hotel „Welgelegen" aan den
Bloemendaalschen weg, ingezegend en
daarna in gebruik gpnomenv.
De pastoor der parochie is, zooals be
kend, de weleenv. heer L. J. Willen-borg.
SPORT.
VOETBAL.
NEDERLANDSCHE VOETBALBOND
Wedstrijcfprogramma voor Hemelvaarts
dag.
K a an p i o e n s w e d' s tr i j d e n.
Nederland:
Groningen: Be Quick'Willem II.
Utrecht: U. V. V.Go Ahead1.
Westelijke afdeeling.
3e klasse-
Amsterdam: O. D. E.C. V. V.
Vlaardöngem: FoatemaT. O. P.
Haarlem: R. C. H.Stormvogels.
Zaandam: Z. F. C.—V. S. V.
Seriewedstrijtten der L. A. V. „De
Sportman" te Leiden.
A: L. F. C.H. V. V. II;
B: L. V. V.—V. U. G.;
C: Verliezer AVerliezer B;
D: Winnaar AWinbaar B.
Burgerlijke Stand!
ALPHEN.
B e v a 11 e n: J. C. II. M. v. Le«
geb. van GUIs, D. C. M. de Bree
van -den Beig, Z. A. C. Bunnik'
van iDijik, Z. C. J. C. van Eijik,
dor Lakerx, D. G. van Rijswijk tb
Kapel, Z.
Overleden: W. Overes, we<]r
M. de os, 73 j. C. M. Blom,
D. van Vliet, wedr. van A. Hoogfej
64 j. J. KuJlert, 78 j. P. C. van
jd, 8 mnd.
LISSC.
Geboren: Louise, d. van L j
meier en I. Slootweg. Antoni^
helmus, z. van A. W. van K'jL
M. Lemmers. Leonardus
nus, z. van L. P. Maat en M.
Johanna, d. van G. van den]
P. Steenvoorde. Cornelia j
van H. J. Mosseveld en J. C. ti
Margaretha d. van G. 't Hon
Hoogkamer. Leonardus C
Maria, z. van L. van Grieken e
Vreeburg.
Ondertrouwd: J. G. Onos
van Tol. C. Faas en C. Griffio
A. Kortekaas en P. C. van Alkriia
Overleden: Lourens Rhijnsl
echtg. van D. Nijeboer, 44 j,
NIEUWKOOP.
Geboren: Smerentiana Johan
van J. Pietersen en C. J. van den Bi
Agatha Iluberta, d. van J. Piele;
A. van Diemen. Harpert Bern;
z. van B. Klerks en G. Biesheuvel
Ondertrouwd: A. van der
24 j. en P. A. Vlemmix 26 j. onla
Tilburg.
Overleden: T. van Eijssel
echtgenoote van F. H. van der L
Z. Schijff, echtgenoot van G. Sloli
NGORWSJK.
Geboren: Boudcwijn Lamte
cob z. van J. D. P. Vermeulen èii
Berkemeier. Alida Johanna, di
Slats en A. A. Steenvoorden. Ji
d. van G. den Monye en M. van
Alida, d. van D. van Duijn en J.l
kerk. Pieter Jannis, z. van P.
enB. Schouten, te Utrecht, tijde!
hier. Wilhelmina Maria, d. van"
Holst,overleden, en H. G. van
Antje, d. van P. Barnhoorn eb!
d. Haak.
Ondertrouwd: Simon!
22 j., te Gouda en Margaretha
Jacoba Rietmeijer, 22 j., te Not
Jan Hermsen, 32 j., te Noord*
langs te 's-Gravenhage, weduwm
P. van Gaaien en Maria Joba
Jong, 23 j„ te 's-Gravenhage.
dus Johannes Smeltink, 26 j., Ie
wijk en Elisabeth Poelgeest,
Haarlemmerliede en Spaarnwot
Getrouwd: Carl Theodo?
hoeve, 38 j., te 's-Gravenhage ef
mina Cornelia Kopershoek,
Noordwijk, onlangs te 's-Gravei
NOORD W IJKER HOUT.
Geboren: Cornelia, d. van:
boo en M. Louter. Elisabeth P„
C. v. d. Berg en W. M. Weinai
Runaard, z. van A. v. Dijk en C. V
Ondertrouwd: W. J. Mi
j. te Warmond en H. Dieben 22
M. Geerlings 28 j. en C. Waterloo
's-Gravenhage. J. J. Buis 31 j.'
weg en C. Kaptein 26 j.
Getrouwd: M. Slobben 37
A. v. Denzen 33 j. L. van der
j. te Hillegom en A. van Rooden:
Overleden: J. Dorsteen 80
sterdam. Isaac Bom 69 j. Haa
H. M. Duivenvoorde geb. Bran
G. A. Oosthof 70 j. Schiedam.
OUDSHOORN.
Bevallen: C. H. Roko, geb.
Berg, D.
Gehu v/ da B. Bussclh en-berg,
A. H. van Go-eb, 35 j.
WOUBRUGGE.
Bevallen: J. W. Elist-geesi;
Egmond-, Z.
G e h u w d: J. G. B. Straathof,
en M. S van der Saltoi, jd„ 23 j.
ker reeds duidelijk worden. Voor mijn
vertrek naar Londen gaf ik sir Percival
de uitnoodiging van Farlie aan zijne
nicht, met den last die aan zijn vrouw
te geven, zoo gauw ik hem zulks zou
melden. Tevens vroeg ik hem het adres
van het krankzinnigengesticht en liet
hem een brief schrijven, waarin hij den
directeur meldde, dat zijn weggeloopen
patiënte weer aan zijn zorgen zou wor
den toevertrouwd.
Ik zal hier de tegenover elkaar staan
de kenmerken van een man van gevoel
en een man van zaken in mijn persoon
vereenigen. De datums, die hier van be
lang zijn, heb ik voor het grijpen.
Op Woensdag den 24en Juli 1850 zond
ik mijn vrouw in een rijtuig naar vrouw
Clements, om deze van den vloer te rui
men. De goede vrouw liet zich, in de
hoop op een onderhoud met lady Glyde,
gemakkelijk uit haar woning meetronen,
en onderweg wist mijn vrouw onder
voorgeven een boodschap te gaan doen,
even gemakkelijk weer van haar af te
komen.
Even na mijn vrouw kwam ik in een
rijtuig aan de woning van vrouw Cle
ments. Een straatjongen werd naar bin
nen gezonden met een briefje, waarin
gemeld werd, dat lady Glyde van plan
was, vrouw Clements dien dag ten eten
te houden en verzocht, of Anna Catrijn
onder de hoede van een vriendelijken
heer zich ook te haren huize wou bege
ven. Het arme meisje liep in de val en
liet zich werkelijk door den „vriende
lijken heer" meenemen, maar naar diens
eigen huis in plaats van naar de woning
van lady Glyde. Het is zeker oonnoodig
te zeggen, dat men de bezoekslei
medebracht,y voor lady Glyde h
Op weg naar huis toonde mijni
geen vrees. Hoe kan het ook, bij
schillende aanspraken, die ikJ
vertrouwen had? Ik had haar eci
cijn gegeven, dat haar kracht
de reis naar Londen, en ik hadt
waarschuwd voor het gvaar,
dreigde van den kant van sir
Ik rekende misschien wel wat al
op dat vertrouwen. Misschien
derschatte ik het instinct, v
zwakhoofdige lieden het gevaar
ware ruiken. Ik geloof althans,
beter ware geweest, haar voor
den op de teleurstelling, die haa
te wachten, n.l. dat zij noch lad
noch vrouw Clements zou zien.
zij, toen zij in een kamer gelate
waar zij slechts mevrouw Fos
die zij niet kende, ging zij gew
keer, kreeg het op de zenuwen
digde met een toeval en hew
trekkingen.
De hulp van den dichtstbijzijnd
ter werd voor „lady Glyde" g<
Hij was tot mijn groote verlichli
bekwaam man, waarmee te te
viel. Ik zeide hem, dat lady Glyi
van verstand was en last van fif
ties had en stelde voor, dat mijn
haar eenige verpleegster zou zii&
les werd goedgevonden en gel'
mijn eenige vrees was nu, dat di
lady Glyde zou sterven, voor de
Londen was.
(Wordt v*