4
De Oorlog.
JAARGANG
No. 2048
£cid4eli^(2oii/fca/n£
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekerinfl
or Leiden II cent per week, f 1.45 per kwartaal; bij onze agenten 12 cent per week, fl.60 per
vartaai. Franco per post fl.80 per kwartaal.
Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD is tijdelijk alleen verkrijgbaar tegen betaling van 10 cent
r kwartaal, bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 7Y3 cent
DINSDAG
JULI
1916.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
Ingezonden mededeelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met grati*
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte
Aanvragen om Dienetpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (gcnn
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, ieders regel meer 5 cent
en nieuwe bedreiging van
den Middenstand.
II. (Slot.)
De Redactie der Leiidsche Courant, welke
baar artikel van verleden week Dins-
ig de bouwstof leverde voor deze be
bouwingen, gaf ten slotte ook het middel
m, dat den middenstand redden kan.
De Redactie vestigde^ voor den zooveieil-
}en keer, de aandacht op de coöperatie.
Wanneer men evenwel in middenstands-
'ingen dat woord uitspreekt, is door
dans het eenige resultaat hetwelk men
ereikt: de ontketening van een stroom
an bezwaren.
En ongetwijfeld er zijn bezwaren. Het
evenwel onnoodig ze hier te repeteeren,
tocbetf kent ze. Toch is en blijft coöpe-
,tie noodig, zij is het eenige i-edmiddel
.et alleen, maar zij is zelfs naar alle waar-
jchijnlijkhoid een der vormen, waarin de
maatschappij der toekomst zich zal vertoo-
l©n, doordat coöperatie zal zijn de grond-
flag, waarop zich de handel voor een
[verwegend deel zal' plaatsen, en doordat
le coöperatieve methode de manier zal zijn,
waardoor de noodzakelijke distributie van
levensmiddelen en levensbehoeften zal ge
leideden.
Dat feit valt niet meer te ontkennen.
I Coöperatief werken doen de trusts en
Cartels en syndicaten, die vele handelsza
ken samenvoegen om de prijzen te bepalen
foor den handeldirijvenden middenstand,
leheel naar willekeur.
Coöperatief werken doen de groote han-
lelszaken, die zich samenvoegen om
jcbeepsladingen goederen aan de beurs te
toopen, of direct van den buitenlandschen
iroducent te betrekken, met uitschakeling
fan alle onnoodige tusschenpersonen.
Coöperatief bakken en winkelieren de
beiders, en hun coöperatie groeit steeds
omvang. De Jaarverslagen van den Ned.
löperatieven Bond zijn er de bewijzen
i. De Rotterdamsche „Vooruitgang" bij-
irbeeld zet oirca 6 malldoen per jaar om.
wat doet niet de z.g. „Eigen Hulp?"
Coöperatief werken de boeren en de tuin
iers en de kweekers in steeds grootere ge-
allen, naar de mate hunne organisatie
jroeit en zich uitbreidt.
Coöperatieve exportvereenigingen zijn op
let gebied van land- en tuinbouw even
eens aan de orde. De Firiesche Maatschap
pij van Landbouw heeft haar Coöperatieve
ïxportslagerij gereed; de kaasf abri eken
ten Noord-Holland, liefst 80 tegelijk, met
*en productievennogen van millioenen ki
lo's, sloten zich aaneen tot een coöperatief
Ichaam. Zij kochten twee groote exportza
ken op, en benoemden de eigenaren tot
directeuren der nieuwe zaak op een salaris
ran f 13000 elk.
Men ziet het: de nieuwe maatschappe
lijke orde as in volle wording enNe
derland ds dn dit opzicht nog het meest
Achterlijke land van de wereld.
En de Middenstand dn Nederland? Het
fceeft er allen schijn van, dat hij in dit ach
terlijke land nog heelemaal achteraan
komt. -
I Het ds waar, hier en daar beginnen de
©ogen open te gaan. Men begint schoor-
|£)etemd de ÜndiJ/idualistisch-liberale, e'n
pc oh oo»k bii de Rcxomschen zoo geliefde
persoonlijke -vrijheid" te beschouwen
voor wat ze is: de dood voor den bloei
van den Middeins/tamd'. De dood en de on
dergang, niets meer of minder. In de eer
ste plaats door de teugelooze concurrentie
die men elkaar aandoet, en in de tweede
plaats door het gemis van de voordeelen,
welke de gezamerüijik© aankoop van
grondstoffen en waren uit de eerste hand
aanbiedt.
Moet nu naast de coöperatie der andere
standen, welke piet nalaten zal, dn menig
opzicht nadeelig voor den middenstand te
werken, ook nog komen de- gemeentelijke
aankoop en distributie van de eerste le
vensbehoeften voor de breede volksklasse,
dan wil dit nriiet anders zeggen, dan dat
de wég naar den ondergang voor me
nigeen zich zooveel sneller voltrekken zal.
Doch ook, al blijkt gemeentelijke distribu
tie op den duur niet van blijvenden aaird,
dan nog zal de coöperatie der andere stan
den den middenstand dwingen tot een
krachtige contra-prestatie in gelijken geest.
De vraag is nu maar: hoe moet dat ge
beuren.
De vrees is niet ongewettigd, dat ten op
zichte van de oplossing van dit vraagstuk,
diegenen, welke de meeste beswaren weten
te opperen, den meesten bijval zullen vin
den.
En toch- ligt in die richting de oplos
sing van het vraagstuk niet. Dit houde men
wiel voor oogen. Tot daden overgaan, za
ken doen, de handen uit de mouwen, dat
moet het parool zijn.
Volgens mijn meening liggen twee we
gen open naar het doel.
De eene is: dat „de Hanze" dn haar ge
heel, iLangts dien weg der'organisatie, hef
vraagstuk tracht op te lossen. Die weg' is
wel de moeilijkste, wijl de kans groot is,
dat elke poging in een stroom van critiek
gesmoord wordt.
De andere weg, en de meer zekere, langs
een omweg tot het doel leidende weg is die,
welke indertijd is ingeslagen door eenige
he eren bestuursleden van het Ned. Land
bouw Comité.
Dit Landbouw Ocxmité heeft nl. voor jaren
het initiatief genomen tot de oprichting
eener coöperatieve centrale ten bate van
den Landbouw. Aanvankelijk opgericht
door een elftal den landbouw goedgezinde
heeren, had deze Centrale geen ander doel
dan goede artikelen tenbate van den land
bouw aan te schaffen, en deze ter beschik
king te stellen van die landbouw era, tegen
gewone prijzen, doch met aandeel in de
winst.
Die opzet is buiten verwachting geslaagd
en uitgegroeid tot een coöperatie/ die op
het oogenbiik half Nederland van allerlei
landbouw-artikelen voorziet. Deze Centrale
sluit djiuiect contracten af met het kald-syn-
dioaat in Duitschland, met de mijnen voor
de levering van steenkolen, zij koopt gra
nen en iruais bij scheepsladingen, enz. Kort
om zij is de leverancier geworden van de
inmiddels opgerichte coöperaties der land
bouwers, zöoals .ze dat reeds was van de
landbouwers persoonlijk.
Nu is een voorstel gedaan tot reorgani
satie 'dier Centrale, die thans komen zal
onder den directen invloed der landbouw
coöperatie, lin wier bezit zij zal overgaan,
al zal het Nederl. Landbouw Comité nog
altijd een grooten invloed op den gang
van zaken blijven uitoefenen.
Ons dunkt, „de Hanze" meet denzelfden
weg uit. Laat een kleine groep van de
beste handelslui die „de Hanze)' kent,
waar ze wenen doet niiiets ter zake, over
gaan tot ide stichting eener handel syereea.
Allen die willen kunnen aandeelen nemen,
en allen die willen kunnen hunne waren
van dit consortium betrekken.
Inmiddels richt „de Hanze" plaatselijk
coöperatieve inkoop vereend gingen op van
alle winkeliers dlie mee willen doen. Zoo
dra deze Centrale of Handelsvereeniging
sterk genoeg is, en zoodra de afzet aan
de afdeeiliingen groot genoeg is, gaat db
zaak als Centrale over naar „de Hanze",
en wordt hare instelling.
Op deze wijze is dunkt ons de e t a n d
te redden. Hiervoor zijn echter noodig,
Christelijk solidariteit, die belangeloos veel
arbeid doen wil in den beginne, doch ook
koopmansgeest en een klare kijk op het
„realisme" dat aan den modernen handel
ten grondslag ligt.
Kan men de mannen vinden, die deze
gaven bezitten, dan kan de Middenstand er
even goed en beter voor zorgen dan wie
ook, „dat goede levensmiddelen tegen be
reikbaren prijs vallen onder het bereik van
allen". Dan vervult de Middenstand zijn
maatschappelijke taak naar behooren en
dan zal hij niiet gemakkelijk worden ver
drongen. Noch van canhoog, noch van
omlaag.
E.
BUITENLAND.
Het Fransch-Engelsche offensief.
De strijd aan het Oostelijk front. - De
opstand in Ierland.
Van da oorlogsterreinen.
Overzicht
Het Fransch-Engelsche offensief blijft
zich nog steeds uitbreiden en heeft tot niet
onbelangrijke successen geleid. De Fran-
scjien hebben nu de dorpen Frise en Her-
becourt veroverd en staan thans op onge
veer 9 KM. van Péronne. Deze versterkte
stad is een spoorwegknooppunt van ge
wicht en ligt aan de Somme, daar waar
deze overgaat in het Somme-Kanaal, om
met de Oise te worden verbonden. De En-
gelschen, die ten noorden van de Somme
ageeren, hadden het dorp Fnicourt om
singeld en waren naar Montauban, in de
richting van Combles opgerukt. Fricourt
is, zooals gemeld, ook in hun handen, zoo
dat de linie aan beide oevers der Somme
in gelijke mate naar voren geschoven is.
Het frontgedeelte tusschen Atrecht en
Roye kan dus thans als het voornaamste
aanvalsgebied der Geallieerden beschouwd
worden. Voor een eventueele doorbraak
biedt de linie hier vele voordeelen: het ter
rein is betrekkelijk vlak; tal van spoorwe
gen staan den aanvallers ter beschikking,
terwijl de stad Amiens, die dicht achter de
frontlijn is gelegen, een geschikte basis
vormen kan. Bovendien zou een succes der
Geallieerden den Duitschen rechtervleugel
van Atrecht tot aan de Belgische kust on
middellijk ernstig bedreigen en den Duit-
schers tot een terugtrekken der linie uit
westelijk België kunnen nopen. Voor een
militaire bevrijding van Noord-Frankrijk
en België is deze gevoelige plek der linie
dan ook als uitgangspunt van belang.
Het Fransch-Engelsche offensief-is niet
direct van invloed geweest op den strijd
Ébi:j'Verdun. De sterkte van Thiaumont
blijkt nog steeds in handen der Duitschers
te zijn, terwijl ten Zuidwesten van het fort
Vaux de „hoogte-batterij van Duraloup"
door hen is veroverd. Het Fransche staf-
bericht erkent dit, maar zegt dat een tegen
aanval wederom tot de herneming van het
werk leidde.
Op het Oostelijk oorlogsterrein as niets
belangrijks voorgevallen; over het alge
meen wordt de tegenstand der Oostenrij
kers krachtiger, terwijl de Duitschers met
eenig succes in het Noorden aanvallend
optreden.
0p Zee.
De duikboot- en mijnoorlog.
Volgens een mededeeling van Llioyds
is het Brifscbe as. „Moeris", groot on
geveer 3000 ton, om den grond geboord.
Omtrent "het iot van de bemanning heeft
men noe geen bericht.
Engeland.
De opstand in Ierland.
De staatsconnnfiissie, die was benoemd
om een onderzo eik fin te stellen naar de
oorzaken van dien opstand in Ierland
heeft, bevonden, dat als booidreden voor
den opstand' in Ierland schijnt te moeten
Worden aangenomen, dat in Ierland on
gehinderd hef opkomen van een staat
van wetteloosheid was geduld, en dat ge
durende verscheiden jaren Ierland be
stuurd was volgens het beginsel, dat het
veiliger en gemakkelijker was de wet
ontoesroD'aSt te laten, findien daardoor
moeilijkheden met de een of andere fractie
van het Iersohé volk konden worden ver
meiden.
Deze afkeerisheid om de wet toe te pas
sen en de orde te handharen, was vooral
toe te schrijven geweest aan de pressie,
geoefend door de lersche parlementsle
den.
De lai'd-lietutenant, (lord Wimborne),
die in Februari 1915 was benoemd, was
in geen enkel omzicht aansprakelijk ge
weest voior het regeeringsbaloid van Bir-
rell. De cihief-secretary, Biirrellj, was als
administratief hoofd van de Baiitscbe re-
geerimg in Ierland hoofdiaaikelijk aan
sprakelijk voor den toestand, dien men
fin Ierland had laten ontstaan en voor de
uitbarsting.
Op de (militaire -autoriteiten rust geen
verantwoordelijkheid, terwijl het gedrag,
de ii-ver en de trouw van de lersche k'on-
stabelmacht en van de politie te Dublin
niets dan lof verdienen.
Griekenland
Grieksche officieren gearresteerd.
Tien luitenants van het Griekiscb'e le
ger werden door de Grie-kische autoritei
ten gearresteerd' en op verzoek van den
Franschen opperbevelhebber aan de
Franschen uiitgélavord. Deze officieren
zullen terecht staan voor den Franschen
krijgsraad, die krachtens de afkondiging
van den staat van beileg overal bestaat in
"heit gebied dat door de geallieerden is
bezet.
Zuid-Afrika.
Het lijk van Jopie Fourré opgegraven.
Sedert de fiuisiileerlng van Jopie Fouiriie
in October 1914, dieed' in verschillende
Zuid-Afrikaansdhe kringen het gerucht
de nondie, dat het lijik na de voltrekking
der straf op 'bevel van generaal Smuts Ln
een hoek van den gevangenistuin Ln on-
gebkuschte kalk zou zijn begraven, terwijl
een ander lijk op het kerkdief als dat van
Fouirie ter aarde zou zijn besteld'.
Het gevolg hiervan was, dat de familie
van Fourie de regieering verlof heeft ver
zocht het lijk op te graven. Dit verlof
werd verleend'. Volgens berucht in de
„Volksstem" waren de ouders, de vrouw,
een oom en een broeder van Fourie bij
de opening van de kist aanwezig en ver
klaarden zij, dat het lijk, dat nog zeer
goed herkenbaar was, dat van den over
leden commandant was.
Verschillende oorlogsberichten.
De vleeschkaart. De levensmiddel en-
commissie le Frankfort heeft tot invoe
ring van een vleeschkaart besloten, waar
op per 'hoofd en per week 1 pond vleesch
zal worden verstrekt. Er wordt bij mee
gedeeld. dat het onzeker is of deze hoe
veelheid kan worden gehandhaafd.
De Duitsche Dominicanen en de oorlog.
Van de 207 leden der Duiitsche provin
cie der Dominic an en-orde (112 paters, 19
clerici en 76 broeders) doen thans acht
paters bii de zielzorg- te velde, zeven bij
die (zielzorg in de- hospitalen dienst. Negen,
maters, 13 clerici en 3 vroeders wijden
zich aan die verpleging der gewonden in
de lazaretten. Dan dienen nog vier paters
en 32 broeders met de wapenen Ln do
hand.
Schoolkameraden. Een Britscbe ko
lonel heeft uit Mesopotamiië een partiouh
lieren brief jgeschreven, waarin hij ver
telt. dat de Tuikschle- bevelhebber te Kut-
©1-Amara en generaal Townshend beiden
werden opgevoed en Frank/rijk, waar zij
schoolmakkers 'waren en vrienden. Zij
herkenden elkander onmiddellijk.
De kostschool te Harro". Van do
oud-leerlingen van de beleende kost- en
dagschool te Harron dienen of dienden
er dn dezen oorlog 2815 Ln het Biiltsche
leger. Vooral aüs men in aanmerking
neemt. da,t er van die 2-815 nog een aan
zienlijk percentage in- Engeland fis, zijn
die verliezen dier oud-leerlingen buiten
gewoon zwaar, n.l. van het totale aan
tal. In den oorlog omgekomen eijn er 275,
gewond 377, vermist 21, gevangen 32.
BINNENLAND.
Nederland en de Oorlog.
Verlof voo-r retraite aan
R. K. militairen,
Het lid der Tweede Kamer K. ter Laan
heeft, naar ..Het Volk" mededeelt, aan
den Minister van Oorlog de volgende
wagen gesteld:
Volgens het „Dagblad, van Noord-Bra
bant" van 24 Juni deelt, de oalmoezenilier
G. Huys mede. dait door den commandant
der lilde Divisie goedgunstig het volgen
de bepaald is vcior de Roomiscihe mi lit ai-
FEUILLETON.
HET PLEEGKIND.
w
j „Wantrouwt gij hem ook, jonker? Ik
belli aam mij het té zeggen, maar fik walg.
Van dien man. Het iis mij als waarschuwt
een Inwendige stem mij voior hem. Komt
hij in mijne nabijheid, dan dis het, als
baak te 'Ik een ellendige wurm. aan, het-
jjgeen mij dikwijls, als kind, bij het bessen
|>1 ukken gebeurd is. En toch is mijnheer
jfcrbe, zooals hij zelf zegt, een hoogge
plaatst, algemeen gewaardeerd p.erso-
fcage."
j Het verheugt mij, dat gij eivenzoo denkt
[nis i;k, Irani. Volg uwe eigene gevoelens,
eij zullen u zeker bij uw gebrek aan erva
ring geleiden. Maiar laat ons jn huis
;g)aan."
j Na dien middag gelukte het Erbe slechts
jfcelden het jonge meisje alleen in den tuin
te vinden; zoo dikwijls hij er kwam, vond
hij er den huismeester of dienis vrouw
bij haar. Enkele malen ging hij regelrecht
[ïiaaT den tuin, doch dan 'herscheen onmi'd-
jöellijk vrouw Schurzer om te vragen, wat
mijnheer de secretaris wenschte. Zij ver
trok dan niet, h'oe dikwijls de secretaris
|«ok verzekerde, dat zij voor hem hans
huishoudelijk© werkzaamheden niet in de
moest laten loepen. In een gesprek
net Irmiii. zooals hij wenschte, klon hij due
aéet geraken.
Nu zocht hij op een andere wijee gel©-
'heid te Timden zich bij Irani op te drih-
■Erns, ae Jia stttoop. det mat
huis terugkeerde, stond hij plotseling aan
hare ziide.
„Veroorloof mij, juffer, u naar ïiuOs te
begeleiden", vroeg hij op honingzoete
stem.
„Ilk dank u, mijnheer", antwoordde
Irani, baar sluier dichter voor het ge
laat slaande. „Doe voor mij geen moeite
en ga rustig uiw-en eigen weg. Niemand
denkt er aan mij lastig te vallen."
„Omdat de menschen inliet weten, hoe
schoon gij zijt. Zagen zij u miet mijne
dogen...."
„Mijnheer, zulk em taal past u tegen
over een eerbaar meêsjfe niet", onderbrak
Irani hem toornig.
„Mijne woorden drukken slechts mijne
ondervinding uit", verzekerde Erba
„Gaarne had fik het u reeda eerder ge
zegd, maar het gelukte mij nooit, u alleen
aan te. treffen; nu zult ge mij aanhooren."
Irmii wilde haastig doorlocpen, maar
hij hield haar aan den mantel vost. Om
dus de opmerkzaamheid der voorbijgan
gers nüet tot zich te trekken, moest zij
hem neven zich dulden. Wat zou zij doen?
Inwendig wemsdhte zij vurig maar Schur
zer, naar Beik, naar Alban. N-oodt zou de
laatste geduld hebben, dat Erbe zedh zoo
opdrong. Daar hoorde zij plotseling naast
zich een bekende stem.
„Ei', ei, mijnheer de secretaris! Ik damk
u, dat gij zoo vriendelijk zijt mijn plaats
iin te nemen, daar het mijn taak ie, de
juffer naar huis te geleiden. Ik had mij
heden wat verlaat. Gij k-unt nu uw eigen
weg gaan, yrijend, gij ziet, gij zijt nu
overtollig."
^rinnekend Y0.tfce Beuk aC hand' va^
het yan patooering aiddca^ado medsje*
„Wees onbezorgd, Irani, de jonker heeft
mij tem stipste bevolen voor uwe veilig
heid te viaken. En al ware dit njliet zoo,
ik zou dien huichelaar toch niet in uwe
nabijheid laten komen."
Een ongekend warm gevoel kwam in
Inmi's hart op. Alban dacht aan haar en
omgaf haar met liefderijke zorgen; waar
door had zij dat verdiend? Ho© zou zij
bean hare dankbaaahetid bötoomen? Zwij
gend- liep: zij maast Berk voort, maar zij
wandelde dr-oomende en voelde den grond
niet, waar zij haar voet op zette.
Erbe's geelachtig gelaat .was van erger
nis geheel vaal geworden. Zeker had cl©
jonker dien mensch afgezonden. In ieder
geval waren all© hinderpalen, welke hij
•in .den laiatsten tijd ontmoet had, om in
Iram's gunst te komen, door den jonker
veroorzaakt. Wat kon Erbe daartegen
doen? Sdhurzer en Berk stonden even zoo
diep onder hmi, als de jonker hoog boven
hem stond; daarbij kwam noig, dat Erbe
binnen ettelijke dagen Wurzburg verlaten
zou. Maar, zooals d© secretarie vernomen-
had, zou d© oud© graaf het jonge meisje
mode maar Mundhen nemen. Daar zou
Erbe. ddt hoopt© hij, wel gelegenheid
vinden haar te zien en te spreken. Van
elke voorkomende gelegenheid zou hij
gebruik maken.
Ofschoon de gravin door de mededee-
lingen van den graaf en van Alban vol
komen op d© hoogte was, wat voor meisje
IrmA was, was zij toch door hare ver
schijning aangamaam verrast. Dat aar-
tlige sdhepoellje, dat iedere famalie tot
fiöfi zpiii. verstrekt hehbep^ w.aa dat dg
pleegdochter van Stoffer, in het Bosch-
huis opgegroeid? Toen Irani zich diep
voor de gravin nedeiboog, haar de rech
terhand kussende, en gelijktijdig tot haar
opzag, had zij het hart van degoedhar
tige vrouw reeds half gewonnen.
D© dam© sloeg dikwijls het mensje op-
mieikzaam gade, dochhaar wezen pleef
steeds onveranderd. Vroom en zedig, on
derdanig en Vlijtig, berelid voor alles en
allen, geschikt voor elke haar opgedra
gen arbeid; nooit had' gravin Miariia
onder hare vrouwen zulk een voortreffe
lijke diiemares gehad. Daarbij was Innui
vlug en vroolijk als de vogefis dn het
woud; zij gevoelde zich door de goedheid
van de gravin zeer gelukkig ln haar
nieuwe omgeving, waarvoor zij heimeiijk
in het begin bevoesd was geweest.
Meier en meer gebruikte de edele vrouw
het meisje voor hare persoonlijke dien
sten, en Irmji dankte haar voor hare goed
heid door echt kinderlijke vfreening. Ook
graaf Rottnach richtte somwijlen eien
vriendelijk woord tot de lieveling van zijn
vrouw, die ook spoedig de zijn© werd.
Alban zag Irmi zelden doch sloeg met
steeds stijgende vreugde gade, dat zijne
ouders steeds meier van het woudbloempje
gingen houden. Waar toch had Irani be
ter kunnen geborgen zijn, dan onder den
veredelenden invloed van gravin Maria?
Dit gevoelde een ieder, die het geluk had
haar te naderen.
Door het verblijf in Wurzburg reeds
aan het stadsleven eemigszlns gewend,
vbell: het leven in München Irani lichter,
hoe zwaar zij ook het gemfis der vrije na
tuur gevoelde. Volgens do wenschen der
gwtffl vfidiei Iami OOtgU alken Jjet huis;
ook vermeed zij het gedrang van men
schen.
Greeoor Berk was met den graaf mede
naar München gekomen en werd hier be
last met het cpziciht over de vel© bedien
den. welke de graaf, zioöals zijn stand
paste, voor zijn huishouding noodig hacL
Irmii zag Gregcxor nu zelden, maar zij
wist toch, dat hij in hare nabijheid ver
keerde, en dit maakte, dat zij zich onder
al dile vreemden niet zoio geheel en al
veriaten gevoelde.
Verscheidene maanden reeds vertoefde
Irmii bij dm graaf in huis, toen op zeke
ren diag de secretaris Erbe ziich bij die
gravin liet aandienen.
„Wil Erbe mij spreken?" vroeg de da
me verwonderd. „Is dat géén misver
stand, Briigitta? Hij zal naar den graaf
gevraagd hebben, want ik weet, dat hij
met hém zaken behandeld heeft."
„Ik dwaal niet, mevrouw", antwoordde
Brigttta, een der oudste en vertrouwdste
ondergeschikten. „Ook mij verwondeaxlè
dat verzoek, en ik vroeg derhalve of ik
hem misverstaan had."
„Breng hem dan hierheen", was het be
scheid. Waarschijn k is het voor een otf
ander weldadig doel. Gij echter, Inmii",
aldus wendde zij zich to.t het jonge m.ejisj«y
dat bij haar zat, „ga in de kamer hier
naast. totdat ik u roep."
Gaarne volgde Irmi het bevel op, want
haar afschuw jegens Erbe was er nfl»|
minder o.p geworden.
(Wordt vervolgd.).