DINSDAG
27
BUITENLAND.
De Oorlog.
7e JAARGANG
No. 2043
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. - Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
nor Leiden II cent per week, f 1.45 per kwartaal; bjj onze agenten 12 cent per week, fI 60 per
IwartaaL Franco per post f 1.80 per kwartaaL
Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD is tijdelijk alleen verkrijgbaar tegen betaling van 10 cent
per kwartaal, bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 71/, cent
JUNI
1916.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels f0.75, elke regel raeer 15 cent
Ingezonden mededeelingen van 1—5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1—5 rggels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (Q000
Handel8-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
De Middenstand.
Voor de middenstanders, de handel-
Brijvende en indoistmaele middenstanders
diiin&t zich dm deze tijden meer dam ooit
ids noodzakelijkheid! oip om
aidh te oaganrlseeren teaiwille mam hun
Blioffalijkie belangen, bot behoud van
jscK-em b e t a <a n.
Vóóir deze tijdem lag die noodzakelijk
heid reeds klaar open voor allen, dile niet
K&el en al blind waran voor de weikelijk-
hoiij. Verbruikscoöperatie van aaibeiders en
anderen eenerzijds, irikocps- en producties
coöf.eratie van het grootkapitaal ander
zijds drongen de middenstanders zich te
©rganiseeiren, aklh krachtig te weren te
gen de aan bróde zijden oprukkende groot
machten, docir een hechte en vaste aan
eensluiting.
Doch daar heeft zich in deze tijden nog
een verschijnsel geopenbaard, dat den mid
denstanders- op een nog luider sprekende,
eon* neg dieper overtuigende wijze het, be
sef moet indringen., dat de organisatie
voor hlon een levenskwestie is.
Voor de naaste toekomst liangt het zijn
of niet-zijn van veirscheódenen hunner af
van de maatregelen, die zij op d F t
o: g e n ib lik .in eensgezinde saamharó
ligbed zulten nemen.
Dat verschijnsel, waarop wij hier doe
len, és de döstrilbutie van levensmiddelen,
zooals die in deze tijden door staat en ge
meente worclt ter hand genomen.
En nu wijzen wij er niet allereerst op,
'dat de middenstanders gezamenlijk maat
regelen heibben te beramen en te nemen,
teneinde ctóe distributie te doen geschie
den oip, een wijze, welke met hun gerecht
vaardigde belangen rekening houdt. Ze
ker, ook dat is een noodzakelijkheid, doch
deze noodzakelijkheid gevoelen vele mid
denstanders aan den lijve en daarom is
bel wellicht tamelijk overbodig him daar
nog op te wijzen. Noot zoo helder zal aen
middenstanders ecflïter voor den geest
etaan het gevaar, dat deize overheidsbe-
mdei'ngen niet van tijdelijken aard zullen
zijn, doch b 1 ij v e n d1 zullen wezen
En diat gevaar is toch lang niet denkbeefi-
diig! Onder den druk van' sociiaal-democnaj-
ten en naar staatssocialisme overhellende
liberalen viijz j Huig-democraten zul
len staat en gemeente éterikö neigingen
Bevoel en om zioh ook in normale tijden
met de levensmiddelen-voorziening te be
moeien op directe wijze, zoo als dit in
deze abnormale omstandigheden het geval'
lis geweest. Zij zullen aiit des te liever
doen, omclat 'deze bemoeiingen hun een
eeer gemakkelijke gelegenheid zullen bie
den tot het heffen van indirecte
belastingen. De 1 evensmdddelen-
ivoorziening van overheidswege zal, wel
niet zoo spoedig, doch beslist z k e r,
leiden tot o.veihaLdsmonopoliee en dan
hoeft die overheid een voor haar gemak
kelijk werkend middel van belastinghef
fing.... Hieaiin ligt een der grootste geva
ren voor de geheels maatschappij, welke
een dergelijk soort staatssocialisme met
zioh medebrengt. Een ander voor de hand
liggend maatschappelijk nadeel is het met
die overheidsbemoeiing samenhangend
aimbtenaren-stelsel. Het ambtenaren-com
plex zal nog uitgebreider en ingewikkel
der worden, wat op zdch zelf reeds niet
w.enschelijk is, doch in diit geval, wat be
treft de 1 evensmiLdidelenvoorzien ing, nog
bovendien aal veroorzaken, dat er vele van
gemf/s aan zakenkennis getuigende maat-
.regelen zullen worden genomen ten koste
van de verbruikers!! Men denke h.v. aan
de mislukking van d<q in dezen tijd door
de regeering ter hand genomen graan-
voorzieming.
Dat alles zou nu Wel, dunkt ons, de
overheidsbemoeiing inzake de levensmid-
dielenvooirzienlng op den duur impopulair
maken. Doch lintüssdhen zouden reeds vele
middenstanders er de dupe van zijn ge
worden....
En daartegen dient gewaakt!
Daartegen dienen de middenstanders
aSdh te weren, sterk in hun organisaties.
En een der beste, het noodzakelijkste
middel lijkt ons ook hiar weer: dec o p e-
r a t i e. Door zelf gezamenlijk in het
groot ón te koo-p en, laten de middenstan
ders de markt niet vrij voor staat en ge
meente. Zij, met ham meerdere zakenken
nis, zullen on een veel doeV>°'+,>or wrir,e
de waren kunnen inkoopen. Bij een im-
koopis-coöpera'L'ia vaui miudenstanders
zullen staat en gemeente hun levensmi op
delen voorziening moiete.n opgeven!
Wij brengen dlie noodiZafcelijkiheÊd -van
coöperatie., die nu vooral zoo luide spreekt,
daarom weer eens onder de aandacht van
den middenstand!
Het Russische offensief. Successen
der Italianen. - De opstand in Arabië.
Van de oorlogsterreinen.
Overzicht
Op 2lOt OCfStöLijjk ooo-log^toi-iv^ir» i>)ip-on
de Ruston op het Zuidelijk Roekowina-
front opdringen. Zij zijn nu door het dal
der Moldawa getrokken en rukken op de
Karpathien-passen aan. Van uit heit dal
van de Czereimoszr hebben zij bijna de Hou-
gaarschc grens bereikt, terwijl zij hoven-
dien naar den derden Karpathen-weg op
dringen in de richting van Kolcmen.
Het jongste, sta.lbenicht uilt Weenen
meldt, dat in de Boekowina geen bijzon
dere gebeurtenissen zijn voorgevallen, aan
het overige front in' Ga'l/Loië de dag rusti
ger is verloopen en sn Wolhynië de mili
taire bedrijvigheid zich meerendeels tot
arti 1 ler: legeiveeh t e n bepeakte.
Uit Petersburg wordt evenwel gemeld,
dat in de kiuiebochten van den Djnetstr ten
Zuiden van Buczacz Donscihe kozakken
de rivier zijn overgetrokken en de dorpen
Soekeignin en Petroeve hebben bezet,
waarbij 5 officieren en 350 soldaten wer
den gevangen giemiaakt.
In de streek van Krinpo'lung heeft Rus
sisch© ruciterij de vijandelijke stelling bij
Poaonit, op 810 weirst ten Westen van
Kiimpolung bezet.
In het Noorden van het Oostelijk front,
waar Hindenburg heit bevel voert, voor
Dun-aburg, blijft het over de gcheele liniie
bij aanvallen en tegenaanvallen, die tot
noig toe geen wijziging hebb'en gebracht in
den algemeen en toestand.
De Italianen hebben op het Zuidelijk
oörlogsfcenrein een tegen-offensief ingezet,
dat hun al dadelijk een zeer belangrijk
succes heeft gebracht. De Oostenrijkers,
djie troepen moesten afstaan voor liet be
dreigde front in de Boekowina, blijken
met in staat aan twee zijden tegelijk te
genstand te biefden en hebben züch moeten
onttrekken aan den druk der Italianen,
die niet alleen de veel beschreven bergen
Prelesta, GaJllio en Cemgioi hlebben her
overd, doch tevens de vesting Aziago o,p-
tnüeuw hebben bezet. Deize versterking, die
tusschen de Aseiico cn de Brenta is gele
gen, viel den 31eten Mei jl. tegelijk met
Aroiero in Oosten rijksehe handen.
Lang hebben de Italianen dus niet noo-
diig gehad om op hun veahaa! te komen;
nog geen maand na den geleden tegenslag
dringen de Italianen opnieuw voorwaarts
en zetten ham opmarsch wort.
Het jongste Itaiiaansdhe legeahericht
meldt nog de volgende vorderingen, die
de Italiaansehe troepen gemaakt hebben.
In de Vall' arsa vermeesterden zij
Raoesi en de Zuidwestelijke hellingen van
dien M-ont Menerli. De Oostenrijkers lieten
de brug van Fox springea en staken Asse
Santarme en Staineuü in ïfcand.
Groote vorderingen hebben d» Italianen
aan hun rechter vleugel gemaakt, waar
zij de stelling van den Monte Pniia Fara
bezetten en tot de eerste huizen van Ar-
sieno doordrongen.
Op de hoogvlakte van Bette Gommuni,
diie volgens het stafberkht uit Rome, ten
Zuidwesten van de linie Monte Longara
■GallicAsiiago—Gen sura thans vast in het
bezit der Italianen i\s, hebben zij do Noor
delijke hellingen van den Monte Busibollo,
den Belmonde, den Panooasrio en den
Monte Cengiio bezet. In het Noordoosten
vermeesterden zij den Man te GiVaone, den
Monte Castellaro, den Monte della Con-
tese (ten Westen van de Cirna della Gal-
diera.
Het WeenSche stafbericht erkent op de
volgende humoristJ'5ohvieze het Italiaan-
sein» succes:.
„Om onze volkomen vrijheid van handev-
len te bewaren, is ons front in het aan-
valsvak tusschenBrenta en Etsch pp
scmmiige plaatsen korter gemaakt. Dit ge
schiedde ongeimeukt en ongestoord en zon
der verliezen."
Het zal zeker wel de eerste maal zijn,
dat een aantal bergen en een vesting „on
gemerkt" doc/r een bezetting werden ont
ruimd. 't Is knap!
0p Zee.
Eên Deensche schoener in brand
geschoten.
„PoTitieken" meldt uit Holms tad: De
Deensche schoener „Svamien", die met
mijnhöut van Zweden naar Engeland op
weg was, is door twee Duitsdhe torpedo
jagers aangehouden. De bemanning begaf
zich aan boomd van een torpedojager,
waarop de schoener in brand geschoten is.
Toen de Duitsche oorlogsschepen zich ver
wijderden, borgen Zwaedsehe motonboor
ten den brandenden schoener. De brand
werd- gebluscht en een gedeelte van de
lad'lng gered
Italiaansche aanval op de reede van
Durazzo.
Een Stefani-teleigram u/it Rome meldt:
Italiaansohe zeestrijdbrachten zijn het ver
sterkte deeü der recede van Durazzo binnen
gedrongen en hebben er 2 stoomschepen
tot zinken gebracht, een van 5000 en een
van 3000 ton, geladen met wapiens en
munj'.tic, niettegenstagrtfe de aangebrachte
versperringen. Ondanks het verwoede
vuur van den vijand zijn onze schepen on
beschadigd en zonder verliezen aan man
schappen naar hun punt van uitgang
teruggekeerd M
De duikboot, en mijnoorlog.
Lloyds meldt uilt Lowestoft: He-t s.a
„Astrologer" is dn den grond' geboord.
Acht koppen van de bemanning zijn aan
land gebracht, de overigen omgekomen.
Uit Cartagena meldt Lloyds, dat het
Grieksche stoomschip „Niltsa'* bij Oim-
'frori9 gezonken 'is. Do bemanning is
gered.
Do Italiaansche zeilschepen „San
Francisco" en „Ginseppina" en het Fran-
scbe zeilschip „Cflilndhella" zijn, naar ge-
ra eldt wordt, :in den grond gehooid. Zoo
cok hët Italiaansche zeilschip „Sanblssi-
ma Sagraidia FamLglLa" en de „Jagsanes-
pera", oen sdliip van onbekend© natJona-
liteiit.
Het stoomkülp „Ganford Chi.ne" uit
Cardiff ia in den grond geboord. De kapi
tein en twaalf man zijn gered.
België.
Tegen landverraders.
■De Belgische minister van justitie heeft
een comité van juristen en ambtenaren
benoemd om maatregelen te beramen te
gen Belgen, die de belangen van liet va
derland hebben verraden en tegen schrijr
vers, di/e tegen de Belgische zaak hebben
geschreven.
Engeland.
Engelsche krijgsgevangenen in
Duitschfand.
Lord Robert Cecil heeft dn het Lagerhuis
meegedeeld, dat hij door bemiddeling van
het Amerikaansche gezantschap een nieuw
rapport had ontvangen omtrent de vue-
djingskwestie te Ruhleben. Daaruit blijkt,
dat de Duitschers opzettelijk de rantsoenen
hebben verminderd tot minder dan de
helft van de verplichte hoeveelheid on dat
zij een bedrag van tusscben de 60 en 200,000
Mark hebben opgepot, dat aan rantsoenen
behoorde te worden besleed. De Engelsche
regeering heeft dientengevolge door bemid
deling van de Amerikaansche ambassade
een telegrafische nota aan do Duitsche re
geering gezonden, waarin cr op gewezen
wordt, dat het de plicht van de Duitschers
is om, indien zij de gevangenen niet be
hoorlijk kunnen voeden, hen in vrijheid te
stellen. Daarbij werd herinnerd aan het
Engelsche voorstel tot vxdjlating of uitwis
seling van burgerlijke gevangenen boven
de 50 of 45 jaar, die ongeschikt zijn voor
militairen dienst. Verder werd voorgesteld-
dat alle burgerlijke Engelscjie geva.ngenen
te Ruhleben in vrijheid zullen worden ge
steld in ruil voor een gelijk tal burgerlijke
Duitsche gevangenen in Engeland. Wij
hebben ten slotte verklaard, dat, wanneer
de Duitschers dit voorstel niet binnen een
week aanvaarden, wij genoodzaakt zullen
zijn te overwegen denzelfden maatregel
toe te passen ten aanzien van de rantsoe
nen van burgerlijke Duitsche gevangenen
dn Engeland (toejuichingen).
De stukkon zullen zoo spoedig mogelijk
aan het Huis woeden voorgelegd.
Het lersche vraagstuk.
Een vergadering van de lersche Partij te
Dublin heeft, met slechts twee stemmen
tegen, een motie aangenomen ten gunste
der aanvaarding van Lloyd George's voor
stellen tot tijdelijke regeling van het ler
sche vraagstuk.
Het proces tegen Casement.
Het proces tegen Casement wegens hoog-
veraad is gisteren in het Hooggerechtshof
voor den Lerd Opperrechter begonnen. Er
heerschte groote belangstelling in de volle
zaal. De attorney general en solicitor ge
neral namen het O. M. waar. Casement
was goed gekleed en vol vertrouwen. Hij
antwoorddo op de aanklacht ontkennend.
Tusschen September en December 1914
waren er onder de Engelsche gevangenen
Ieren, die dn December allen naai- het
kamp te Limburg gebracht wen-den. Mid
delerwijl was Casement blijkbaar in
Duitschland 'n geëerd gast van de natie.
Tusschen Nov. 1914 en Febr. 1915 richtte
hij herhaaldelijk het woord tot lersche ge
vangenen, trachtende lien tot, ontrouw te
verleiden. Volgens den Ierschen soldaat
O'Brien sloten zich dn liet geheel 52 man
bij de Iepsche brigade in het kamp te Lim
burg aan.
Bij het getuigenverhoor legden soldaten
verklaringen af dn verband met Casement's
pogingen om de Ieren te overreden zich
bij het lersche brigade aan te sluiten. Ca
sement had dienvolgens gezegd, dat
Duitschland den oorlog gewonnen had.
Een getuige zeide, dut gezegd wcad, dat
Duitschland Home Rule zou verleenen als
de oorlog gewonnen was. Bij een gelegen
heid zeide Casement, dat de lersche brigade
moest dienen om de Turken tegen de Rus
sen te helpen en de Dusiilscher tegen de
Engelschen. Later, zouden zij bun bloed
voor hun vaderland vergieten.
De terechtzitting werd daarna verdaagd.
Men gelooft, dat het getuigenverhoor ho-
den zal alloopen.
Turkije.
De opstand in Arabië.
Uit te Caïro ontvangen berichten blijkt,
dat de Groot-Sjerif drie legers op do been
heeft gebracht, waarover hij het bevel aan
zijn drie oudste zoons hoeft opgedragen.
Het eerste ondersjerif Faisal belegert Me
dina, het tweede onder sjerif Abdulla heeft
Taif bezet en het grootste gedeelte van het
garnizoen gevangen genomen, het derde
heeft Djedda vermeesterd en het garnizoen
gevangen gemaakt. Terwijl het Djedda be
legerde, heeft dit leger het garnizoen ge
waarschuwd, om zijn wapens en munitie
niet te vernietigen. Dientengevolge heeft
het een batterij veldstukken, geweren en
ee,n groote hoeveelheid schietvoorraad in
uitstekenden toestand buitgemaakt. Blijk
baar hebben de sjerif en zijn volgelingen
besloten, om alle sporen van het Comité
van Eenheid en Vooruitgang in hun land
uit te wisschen. De telegraafpalen zijn om
vergeworpen, de Hedzj as-spoorweg is afge
broken en de stations zijn vernield, alles
over een afstand van 150 KM. in noorde
lijke richting, ten einde de Turken te ver
hinderen, versterkingen te zenden. Men
1 verhaalt, dat toen Enver-pasja Ilcdzjas
FEUILLETON.
HET PLEEGKIND.
„Maar ik ken u noig gentfeig", antwoord
de Alban schertsend, „ik herinner mfj
maar al te goed, hoe gij mij straftet, wan-
ne>:r gij de deur van de spijskamer open
tiadt laton staan, en ik dan van uwe koe
ken snoepte."
„Maar, mijnheer!" riep vrouw Rotburg
verschrikt uit.
„Wat zullen we Verder daan'an zeggen",
antwoordde Alban goed geluimd. „Gij
vaart volkomen in uiw recht. Ik was toen
■eltijd hongerig en at üiiever koek dan
brood Later, in de oourlogsitijdein, heb ik
ook dikwijls honger gehad, en wanneer
vo dan geien hroeid hadden, dacht ik dik
wijls neg aan uw lekkere koek. Maar
Stoffer, waar alt toch uw vriend, van wden
K'j in uwe bemichten zo,o menigmaal
schreeft?"
Stoffer wenkte Grefgoor, die bescheiden
op den achtergrond stond.
„Hier is Gregoor Reik, jonker, die se
dert jaren in het Bosch buis bij mij woont.
Mijn trouwe miakker, van wlen ik mijn-
keer den graaf menigmaal bericht zond."
Alban keek Grego-or met scherpen buk
fi&n en reikte hem dan de hand.
„Bk lïeb veel goeds van u geboord, en
wij zijn u veel dank versoliuLd/iigd. Gij
2ijt soldaat getweesit gelijk ik, en onder
kameraden verstaat men elkander spoe
dig. Ook ik heet u welkom."
i.Maar, jonker, treed nu toch hot huite
verzocht vrouw Rotburg, fiSöhudt
het reiiastof af en neem een Msschen
dronk. Ons bier je goed."
jTWamneer aii het brouwt, dan twijfel ik
niet, of het iis voortreffelijk... Doch daar
valt mij nioig iets in. Stoffer, waar is uw
pleegkind? Ook die moeit ik ziiem."
Vrouw Rotburg antwoordde:
„Irraji, o, wanneer men haar noodig
heeft, is zij nooit te vinden. Uren geleden
reeds ging zij het bscJi is, om versche
bloemen voor zuster Benedicta te halen."
Dan zullen we wachten, totdat zij te
rugkeert", meende Alban. „Gaan wij
even, Stoffer, cpdat ik u alleen spreke."
Hij keerde zich om naar de deoir.
„Ho, wat Is dat?" riep hij uit.
Daar stond' Irani, door de stralen van
de ondergaande zon met een gouden glans
omgeven; jonge taJkken van zacht groen
omstrengelden hare schouders; fraaie
witte bloemen had zij in de handen. Door
de aanwezigheid van een vreemdeling ver
rast, blee< zij onbeweeglijk staan,
„Hier is mijn pleegdochter", zeide Stof
fer. „Treed nadeihij, Irma, en begroet
jonkheer Al'ban, den zoon van onzen heer;
>ve hoopten reeds lainig, hem haer te zien."
Het jonge meisje trad langzaam nader
bij. Bedeesd,-blikte zij naar den grond, en
krampachtig hielden hare handen de bloe
men vast.
„Wees welkom, jonker", fluisterde zij.
„Dat het u bij ons bevallen moge."
„Ik dank u, woudbloempje, van uwe
tippen klinkt dat woord dubbel zoet in mijn
oor. Uw hand zal de eerste drorik in mijn
oud huis schenken. Kom, Stoffer, en ook
gij, vriend Berk, vergezelt mij. Maar ztg
mij, man, wöa heeft u ellen naam gegeven?
Daarmede is y eten groot onrecht aange
daan. Eik had men u moeten noemen, die
gelijkt u. beter dan de buigzame berk."
Gmegoor lachte.
Den anderen morgen in de vroegte ver
liet Alban het huis, om doelloos het woud
te doorkruisen. Toen hij op den terugweg
was, ontmoiette hij linmi, die van het
wouiddorp kwam.
„Hoe", riep hij uit, „reeds zoo vroeg
op, kind, vain waar komt gij?"
„Uit het Woudidorpv jonker; ik bracht
een arme vrouw een ]>otje brandzalf."
„Zoo, verstaat gij de kun6t om wonden
te helen?"
„Zeker, jonker, tante Rotburg is daarin
zeer ervaren, en zuster Benedicta leerde
mij nog vele heilzame kruiden kennen."
„Gij kunt dus niet alleen wonden slaan
maar ze ook helen. Gij ziet mijv&rwon-
derd aan.... Zeker, maar hoe zauat gij mij
verstaan, gij onschuldig kind? Maar wat
ik zeggen will, vriendi Stoffer heieft mij van
uwe (heldendaden hij de bestorming van
het Ros'chlhuis verteld; hoe komt gij aan
inulk een moed? Dien had ik heusch bij u
niet gezocht."
„O, waag mij daarnaar niet; het was
het verschrikkelijkste oogenblilk van mijn
leven. Dat van woede vertrokken gezicht
vervolgde mij nog lang in mijne droemen,
toen de man van den nïuur af viel. Wan
neer .ik dien mensch ooit wederzag, don
zou ik het van .schrik besterven."
„Arm kiud, moge u zulk eone ontmoe
ting bes,paand blijven. Maar daar zijn we
tehuis. Op de trap ziIe ik reeds vrouw Rot-
burg, die naar mij uitziet. Het ontbijt is
zeker bereid. Ziie ik u epoedlg weder,
ïrmd?"
p, peeut Hei Rast CCR arm kipd
niet in liet gezelschap van zulk een voor
naam heer, als gji zijt, te vertoeven, cn
daarenboven moet Ik nog veel in de keu
ken doen."
In gedachten verzonken zat Alban alleen
aan de groote tafel. Dat was dus S,toiler's
pleegkind. Welk een verschil met het
beeld, dat Alban zich na zijn vaders me
dedeelingen voorgesteld had. Van wien
zou -dat meisje afstammen? Een boeren
dochter was Irmi zeker niet; liaar voor
name gelaatstrekken zoowel als haar ge-
heele wezen toonden aan, dat edeler bloed
in haar aderen vloeide. Wie echter kon
die vragen oplossen? Veel dankte zij hare
beschaafde manieren -aan den invloed' der
kloosterzuster, die zich jarenlang in het
Bosdiihuis ophield. Maar die beschaafde
manieren mijten toch gedeeltelijk aange
boren zijn! Irmi medenemen zou hij nu
zeker. Zou zniük een dienaresse zijne moe
der niet hoogst welkom -/?rj«0 Dat beschaaf
de meisje kon men toch niet eenzaam,
door iedereen vergeten, in het Bosohhuia
achterlaten.
Alban kwam Irmi nu meer in het woud
tegen, maar het meisje zorgde steeds door
Iemand vergezeld te zijn. Hij zocht, door
haar vergezeld, do plaatsen in het bosclï
cp, welke hém van vroeger lief waren.
Natuurlijk hadden in het woud groote ver
anderingen plaats gehad; de et ruiken wa
ren boomen geworden.
Irmi had hare schuchterheid tegenover
den jongen graaf afgelegd, en zij lachte
eu babbelde met hem als een vroolijk kind.
Zijne moeder, di'e hij hoog vereerde^ uit
gezonderd, had Alban nog nooit ecne
vrouw van nabij gekend.
L Vdoyw Roitburg was met dit wa^deler^
dat zij tijdivermorsen noemde, volstrekt
niet ingenomen, maar zij zweeg, omdat
de joinlker het wilde,
„Hoe grooter dit meilsje wordt, des te
minder heeft men aan haar", klaagde
Rotburg eens tegen Alban. „Somwijlen zit
zij met open oogen te droomen, ja, wan
neer zij staat te bakken of te koken, is zij
er geheel niiet met hare gedachten bij. En
ik zeg maar, dat dit -komt door haren ge-
stadigen omgang met zuster Benedicta; ik
heb het wel tegen Stoffer gezegd. Wat
zal dat nog worden?"
„Maak u daarover niet bezorgd", ant
woordde Alban troostend, „wat mon ge
leerd heeft, ds in het leven immer nuttig,,
nooit schadelijk."
„Ja, voor voorname lieden, jonker,
maar niet in onzen stand. Wanneer me®
d'-3 huishouding verstaat, dan weet men
genoeg. Irani is doodarm, nooit h'eeft zij
■hare ouders gekend. In het Wouddorp
ken ik twee brave, jonge mannen, die bei>-
den haar huwen willen; en wat denkt gi|
wel, dat Irmi zeide?"
„lloe kan ik dat weten?"
„Zij lachte en zeide, dat zij nog een kind
was. Ik wiLde haar bepraten, maar Stof
fer verbood het, hij houdt het meisje vooc
een prinses."
„En het komt mij voor, dat Stoffer ge
lijk heeft. Maar wees onbekommerd, I'M
neem Irmi met de kloostervrouw mede
naar Wurzhurg; voor hare toekomst zal
mijne moeder aorgenJ'-
(Wordt verrolgd-1