De Wortelgroenitent kunnen alleen wor
den gebruikt, of -ook te zaïnen met blad
salade.
De schr. waarschuwt, dat wie lang ge
woon is aan een oveTvJioed van gekookte^
thoegfijne of modieuse spijzen, misschien
in 't eerst de salade wel minder lokker
za2. vinden, maar dit zal spoedig anders
worden doordat man er aan gewend
raakt. Ook zal iomaiid wiens spijsverte
ring^ verinogen® zeer verzwakt zijn, bij het
begin der proefneming vinden, dat salade
moeilijk te verteren is. En er kan in het.
eerst zelfs een tijdelijk onwelzijn ontstaan.
Dit .gaat echter spoedig voorbij verze
kert de schrijfster a!s men het salade-
eiten mi aar eenige dagen achtereen heeft
volgehouden.
OORLOGS-WARIA.
Ooi logswoorden.
Nu sedert maanden de oorlog woedt en
men oorlogsberichten dagelijks te lezen
krijgt, worden de oorlogswoordcn of mi
litaire benamingen nog meer dan anders
gemeen goed. Of nu al die woorden, zoo
schrijft Th. Kuypers in een afle
vering van Vragen van den Dag, inder
daad begrepen worden, is een andere
kwestie. De nieesten stellen er zich mee
tevreden als zij bijv. op de vraag: wat is
een grenadier, tot antwoord krijgen:
,,dat is een soldaat uit de lijfwacht van
de koningin; de grenadiers liggen in Den
Haag." Maar daarmee is de zaak voor
anderen niet in orde; er zijn er, die ook
we! een® willen woten, hoe die militai
ren aan dien naam komen. Wij willen
trachten, naar ons beste weten, sommige
oorlogswoorden te verklaren, en zulk-n
daarbij ook in aanmerking nemen, dat in
den iaatsten tijd woorden uit het Duit-
sche leger meer dan vroeger gehoord
worden.
Wij noemden al het woord lijfwacht,
dat met lijf (lichaam) niets te maken
lieeft. Het lijf in lijfwacht beteekent even
als in lijftocht, lijfrente, lijfarts, lijf
spreuk e.a. leven (vergelijk het Engelsch,
to live en life). Die lijfwacht heet elders
de garde, het keurkorps der Duitsjhcrs,
dat aan het Spaansche en Italiaansche
guardina herinnert en aan het Fransche
garde, maar dat in Germaanscne vorm
wart of warte heet. De Ronlaansche g en
de Germaansche w zijn familie van el
kaar en wie zijn geschiedenis niet geheel
vergeten is, weet dat de partij, die in
Duitschland de Welfen heette, op meer
Italiaansche wijze Guelfen werd aange
duid.
Verder ontmoeten wij fuseliers, \nn liet
Franscho fusil, eigenlijk een licht gc.veir.
In den ouden tijd had men naast de
zwaardere haakbussen den lichteren
snaphaan met het vuurstaal. Dat was het
Fransche fusil, van het Italiaansche focile
of fucile, dat op zijn beurt samenhangt
met het Latijnsche focus (vuurplaats).
Een andere soort van infanteristen
zijn do musketiers, die van ouds met een
'musket gewapend zijn. In 't Fransch
heet het wapen mousquet en de man mus-
quetaire. Inderdaad heeft men hier met
een diernaam te doen. Het oude musquet
was meer kanon dan geweer en ook an
dere ^vuurwapenen waren «naar roof|vct-
gels genoemd. Zoo had men ook een fal
conet (van faucon is valk). Het ou-'o
Fransche woord moucliette was werkelijk
de benaming van een tot de jacht afge-
richten "sperwer (mouchette), die zoo ge
noemd werd, omdat hij vlekken op de
borst had, die met het Latijnsche woord
muscae (is vliegjes) werden aangeduid en
die bij de dames nog moucbes heeten, de
zwarte pleistertjes, die zij gebruik(t)en
om de blankheid van de huid beter te
doen uitkomen. D musketier ha/1 dus van
ouds een zwaarder wapen dan de fuse'
en droeg daarom bovendien "nog een
forquet mee, een in gaffelvorm uitloopen-
de staaf, waarop hij bij 't schieten het
zware muskiet liet rusten.
Wij komen tot de grenadiers; in oude
ren tijd waren zij van granaten voorzien,
die zij naar den vijand wierpen. Die gra-
Van alles wat.
Turksch geld.
In vreemde landen kan het zeer moeilijk
zijn uit het muntsysteem wijs te worden.
En vooral schijnt dat in sommige Turk-
sche landen het geval te zijn. Daarvan ge
tuigt het volgend verhaal van een Duitsch
officier, die in een Arabische bazar in
Syrië inkoopen deed voor zijn vrouw.
Ik: „Wat kost die ketting van glaspa
rels".
Handelaar: Drie piasters.
Ik: (tot een vriend, die ais Dolmetsch
dienst doet) „Neem alsjeblieft drie pias
ters uit m'n beurs."
De vriend haalt de schouders op.
Ik: „Hoeveel is een piaster?"
De vriend: „40 para's".
Ik: ,,Ik kan toch geen 120 para's in m'n
beurs meedragen?
De vriend: „Natuurlijk niet, maar pa
ra's zijn ook niet in omloop."
Ik:
Ik: Hoeveel, is dan eigenlijk een pias
ter?"
De vriend: „Ongeveer 18 pf.
Ik: „Nou, geef die man maar, wat bij
hebben wil."
De vriend geeft hem een munt zoo
groot als een 5 Mark stuk.
Ik: „Waarmee heb je hem nu betaald?"
De vriend: „Met een beschlik."
Ik: „Dus dat zijn 3 piasters?'"
De vriend „Ja, in de bazars. Maar op
het postkantoor zijn het er maar 2S. Vraag
mo alsjeblieft niet waarom".
Ik: „Een beschlik is drie piasters, is
gelijk 120 para's".
De vriend: „Neen, 40 para's".
Ik: „Maar driemaal 40 is toch...".
De vriend: „Denk je dat het daarop aan
komt?"
Ik: „Wat kost die shawl?"
kandelaar: ,z100 - jpiüstera".
naten Keetten zoo, omdat zij overeen
komst hadden met granaatappelp, een
vrucht, die heel veel pitten bevat. De gra
naat bevatte kruitkorrels, die ontplof
ten. De granaat is familie van het La
tijnsche granum, dat wij in het Fransch
als grain (koren of korrel) kennen. Dat
woord grain is ook hetzelfde als het oude
apothekersgevvicht, uit de dagen toen men
nog een gram kinine nam in plaats van
zooveel miligram.
In de Duitsche oorlogsberichten ontmoet
men ook telkens het woord pionier, dat
wij buiten het leger in de beteekenis van
voorlooper, padzoeker, enz. kennen. De
pionier hoort tot het voetvolk; de naam
uit het Fransche pionier, en dit van
pion (soldaat te voet) denk aan de pion
nen uit het schaakbord. Pion heet in 't
Italiaansch pedone ,van pedo (voetganger)
en dit hangt samen met het Latijnsche
pes (voet). De pionier is dus op-en-top een
soldaat.
De dragonders heetten in het Fransch
aldragon van Latijnsch draco (ons draak)
of van Grieksch drakon (een groote
slang.) De dragonders hadden een draak
in hun standaard.
Het woord huzaar is uit Hongarije tot
ons gekomen, maar het heeft niets aan
zich, dat aan het leger, aan vechten, aan
een wapen of zoo iets doet denken: want
liet Ilongaarsche woord liuszar beteekent
de twintigste. Van alle opgeroepenen
kwam telkens de twintigste, d.i. één op
de twintig, bij de cavalerie.
Iets dergelijks is het geval met de ula-
nen. In 't Poolsch beteekent het woord een
lichte ruiter en het Turksche woord ogh-
lan beteekent jonge man of knecht: het
heeft dus weinig Duitsch aan zich.
Wat de rangen aangaat, zouden wij
kunnen beginnen bij de pas aangekomen
soldaten, de recruten. In 't Fransch heeft
het stamwoord la recrue, dat terstond
cfoet denken aan het werkwoord recroitre,
d. i. weer aangroeien. De recruten zijn
dus zooveel als de nawas, de invallende
troepen. In Duitschland spreekt men ook
van. Gefraite(n); die staan iets liooger dan
de gemeene soldaten, de Gemeinen. Zij
heeten zoo, omdat zij werkelijk bevrijd
zijn, n.l. van op wacht staan en andere
dienstbaarheid.
Dan volgen de onderofficieren, waaron
der wij gewoonlijk sergeants verstaan,
maar waartoe ook de korporaals dienden
gerekend te worden. Misschien denkt
iemand bij korporaal aan corps, zooveel
als troep; maar dat is mis. De korporaal is
van hoogere komaf; in 't Fransch heet hij
caporal, evenals kapitein met 't Latijnsche
caput (hoofd) samenhangt; de korporaal
is dus zoo goed als de kapitein een hoofd
man. Kapitein heet in 't Duitsch ook
Hauptmann en dit woord ligt ten grond
slag aan ons oudere hopman uit den
Spaansclien tijd, toen de Duitsche huur
troepen vaak de kern van het leger uit
maakten en zij hun vaktermen naar hier
overbrachten; denkt b.v. aan „werda!"
De sergeant behoorde eigenlijk niet in
het leger thuis; de naam hangt samen met
het Fransche werkwoord servir en de
sergeant is eerst gerechtsdienaar geweest;
in Frankrijk en Engeland is hij dat nog
min of meer, in 't eerstgenoemde land als
politiedienaar, in 't laatste o. a. als deur
waarder. Eerst lafer heeft hij een rang in
het leger aangenomen. Ook de bekende
Duitsche Feldwebel behoorde oorspronke
lijk bij 't gerecht thuis en om den militai
ren staat te duiden, is het eerste lid, Feld,
aan Webel toegevoegd.
Een dienaar is oorspronkelijk ook de of
ficier, de naam hangt samen met officium
.(ambt) en dat ook de officier eerst later
zijn militairen rang heeft ingenomen blijkt
o. a. daaruit, dat wij het woord nog bui
ten het leger gebruiken; de officier van
justitie en de eerste, tweede, enz., officier
aan boord van een mailboot spreken er
van. Maar deze beide laatste wijzen van
gebruik van het woord duiden tevens op
een hoogeren rang. Dat komt ook uit,
want de jongeren, de aankomelingen, hee
ten cadet. Dat woord kennen wij uit het
Fransch, waar het jongere beteekent;
maar dat cadet is in waarheid een ver-
Ik: „Lieve deugd, dat lijkt wel een ver
mogen!"
De vriend: „En toch is het maar zoowat
18 Mark".
Ik: „Prachtig, betaal jij maar voor me."
De vriend: „Kijk, dit is nu een Turksch
gouden pond."
Ik: „Dus dat is 100 piasters?"
De vriend: „Oh neen In Bairoeth is
het 130 piasters, hier zijn het er maar 96.
Ik: „Wat kost die gordel?"
Handelaar: „50 piasters, Chawadja."
(heer)!
Ik: „Hier heb je 10 franken; geef me
daarvan de helft terug."
De handelaar zegt, dat hij het zal gaan
wisselen. Intusschen drinken we Turksche
koffie. Eindelijk komt de Turk terug en
haalt drie zware rollen uit zijn zak, ge
wikkeld in blauw papier en vele centi
meters lang.
Ik: „Is dat allemaal voor mij? Wat moet
ik daarmee doen?"
De vriend opent de rolletjes en nu zie
ik. heele rijen' blanke munten, allen be
stempeld met den naam van den sultan,
een heel artistiek monogram, dat er op
den eersten blik uitziet als een vogel uit
een sprookje.
Ik: „Hoeveel is dat allemaal waard?"
De vriend: „Waarschijnlijk zijn het 200
stuks metallik."
Ik: (vol ontzetting): „Sprookjesvogels?
Allemachtig!"
We gaan naar ons hotel terug en daar
ik me ook de andere munten verklaren.
Een medjidie is zoowat M. 3.40; daar
voor krijgt men, al naar de stad, waarin
men vertoeft, 20 a 30 piasters. Kwart med-
jidies gebruikt haast niemand meer. De
kabak is zeer zeldzaam on is het bevoor
rechte geldstuk van den bedelaar. Die
vraagt altijd om een kabak, hoewel die er
haast niet meer zijn. Tenslotte heeft een
metallik al naar de omstandigheden een
^arde van 12s 14 para'g. t,Hbld."
kleinvvoord, dat ook al met caput (hóófd)
samenhangt, en zoo wordt een cadet een
klein of jong hoofdmannetje ;de cadetten
.waren oorspronkelijk jonge adellijken, die
voor den krijgsdienst werden opgeleid.
Een heel nieuw oorlogswoord is torpedo
Merkwaardig is het, dat het woord ol
voorkomt in 't Latijn van Cicero, en ver
der, dat het de natuurwetenschappelijke
naam is voor den sidderrog, een vis:h,
die door slagen met zijn staart zijn ij and
doet verstijven. Dat woord torpedo hangt
samen met het Latijnsche torpere, dat
„verstijfd zijn" beteekent.
De soldaat is betrekkelijk in eere ge
bleven, althans meer dan de soldenier en
toch wijzen heide woorden op de betaling
die het krijgsvolk ontving; in Italië in den
vorm van soldi, welke munten in Frank
rijk sou heetten, waarschijnlijk dikke
geldstukjes, want de naam is familie van
d-iLide..
Het woord escadron dat voor de marine
een nevenvorm eskader heeft, hangt sa
men met een werkwoord, dat beteekent,
in 't vierkant opstellen (clenk aan carré;)
er zit iets in van het meer bekende qua-
draat; in het Duitsch werd en wordt zulk
een afdeeling ook aangeduid met Ge-
schwader, dat nu al op luchtschepen wordt
toegepast.
De artillerie is zeer oud; er was al
zoo iets vóór de uitvinding van het bus
kruit. Men heeft het woord in verband ge
bracht met het Lat. ercus (boog), maar
het is waarschijnlijk, dat ook het Lat. ars
(kunst) er invloed op heeft gehad. Bij het
kanon, dat het hoofdvvapen der artillerie
is, heeft men alleen aan den vuurmond
gedacht, want het hangt samen met het
Fransche canne, Lat. canna is buis, pijp,
die ook te herkennen zijn in onze vocht
maat de kan.
Dat zooveel van de hier behandelde oor
logswoorden van Franschen, Italiaan-
schen en Spaanschen d. i. Romaanschen
en zoo van Latijnschen oorsprong zijn,
ligt voor de hand. De staande legers en
de wijze van oorlogvoering zijn uit het
zuiden afkomstig, waar de Germanen ze
I-eerden kennen niet,altijd tot hun genoe
gen.
Gemengde berichten.
Een stryd op leven en dood. Uit Cheribon
schrijft men aan de „Java-Bode":
Heden, Dinsdagmiddag, deed het bericht
de ronde, dat er een Inlandsch knaapje van
de kampong Tjang kol in de lcalic Krian,
achter de Kraten-Kasepoehan, door een kaai
man was aangevallen.
Om de ware toedracht van de zaak te
weten te komen, zocht ik de woning van de
ouders van het jongetje op. Spoedig zag ik
verscheidene Inlanders voor een woning staan.
Van een der familieleden kreeg ik bet vol
gende, haast ongelooflijk verhaal, te hooren:
Noerahman, een veertienjarige jongen, wilde
op dien bewusten middag in de kali Krian
een bad nemen. Nauwelijks was hij in het
nat of een kaaiman hapte in een der dijen
van den jongen.
Een worsteling volgde. Het knaapje rukte
zich los, doch het dier "sloeg hem met een
der voorpooten in het water. Weer kwam de
jongen boven water, weer viel de kaaiman
Itahman aan. Wat nu gebeurde was het be
houd van Rahman. In de worsteling moet
Rahman zijn vingers in de beide oogen van
den kaaiman gestoken hebben en toen gaf
het beest den strijd op en verdween.
Bahman strompelde, badende in zijn bloed,
naar den oever.
Een voorbijganger bracht den ongelukkige
naar diens huis.
Een fietsdief. Op den Rotterdamsclien
weg nabij Dell't is Donderdag door den inspect,
van politie Van der Meulen, een 26-jarig
loswerkman aangehouden, in het bezit van
een splinternieuwe fiets welke kort te voren
te Rotterdam was ontvreemd. De man trachtte
den dans te ontspringen door de vlucht, maar
werd door den inspecteur niet een pistool
in bedwang gehouden en gearresteerd.
Ycrzet. Door 4 agenten van politie is
op de Bickersgracht te Amsterdam een artil
lerist aangehouden, wiens aanhouding was
verzocht geworden. Hij verzette zich met ge
weld tegen zijne overbrenging, met het gevolg,
dat een der agenten verschillende kwetsuren
bekwam.
Gedachten.
Praatziek zijn meestal die menschen,
welke ons niets te zeggen hebben.
Menigeen wil in de wereld aAles verbe
teren, behalve zaoh-zelven.
't Is beter doodsmoe dan levensmoe te
zijn.
Een fijn oor hoort uit de leugen de
waarheid.
Vele menscben liegen slechits, wijl zij
vreezen dat men de waarheid van hen
niet zal ge'Looven.
Lieden, die altijd glimlachen, zijn dik
wijl® dezulken, die lachen en sdiredien
hebben verleerd.
Ook onder de pudmhoopen van een lucht
kasteel is reeds menigeen begraven ge
worden.
Naar gelang het leven daalt, stijgen de
hier.inneringen omhoog.
Het zwaarsit dragen het leven zij, wien
het te licht werd gemaakt.
Ook op het schaakbord des levens trach
ten vele mensehen door zijsprongen hun
dioel te bereiken.
Hoerveefl iemand te beduiden had, merkt
men vaak eerst, wanneer hij niets meer
te beduiden beeft.
,Wie zijn smart altijd verbijt; wordt licht
gebeten.
Wie od dankbaarheid rekent, speculeert
in „weldoen".
(Wanneer heit hart luide kiopit^ hoogt men
Branden en ongelukken. Te Nieuwe-
sluis is gistermiddag eén aldaar gelogeerd
veertienjarig meisjes bij het spelevaren in
de Vecht geraakt en verdronken.
Gistermiddag is te Sappemeer door
onbekende oorzaak de behuizing afgebrand
van mej. J. Hummel. Verzekering dekt de
schade.
Onder Sas van Gent is een inwoner van
Stekene, vader van zes kinderen, die om te
smokkelen door een sloot waadde, waarin
een electrische draad liep, op slag gedood.
Door onbekende oorzaak is te Amster-
damscheveld (Dr.) de boerderij van den land
bouwer P. Kort afgebrand. Niets werd gered.
Alles was laag verzekerd.
Tusschen St. Laurens en den Oosthoek
aan de Belgische grens is gisteren eenl4-ja-
rig meisje verwond door aanraking met de
electrische versperring. Zij wilde een sikkei
overgeven aan een vrouw, die aan den over
kant van den draad stond. Het meisje lag
ongeveer een kwartier' buiten kennis, doch
kwam naderhand bij.
Schaakrubriek.
Oplossing van Probleem 239 is Tg1—g6.
Correcte oplossingen ontvangen van: J.
PeirquiiL. R. Paulides, Leiden; J. Heems
kerk, Roelof arendsveen; Q. Doeswijk, H.
v. d. Poel, Zoeterwoude; H. R. Schaak lust
te Z.: A. van Hameren, Veur; J. Berk,
Katwijk aan Zee; E. de Ruclter, Oegst-
geest; J. Brugman, Th. Smits, Hazers-
woude.
Oplossing Tg8 wordt weerlegd door Lg4
en Th8 door Lh8:
Correspondentie:
S. te Z. Uw bijdrage in dank ontvan
gen.
Probleem 242 van F. A. GEIJERSTAM.
m
éH
i
w'
I
ié
mm
wm
m
m
'm
4
k
S
m
81
1
n
9
e
1
8®
ggg
WIT.
Stand der stukken:
Wit: Kc7, Dhl, Te4, Pe2, pfonnen d2, f4.
Zwart: Kd5, Pa4, Pd3. pionnen b7, c5, f5.
Wit speelt en geeft in twee zetten mat.
ODlossingen worden ingewacht tot Za
terdag 21 Augustus onder motto „Schaak"
aan het Bureau van de „Leidsche Courant",
Leiden.
Stoomvaartberichten.
STOOMV. MIJ. NEDERLAND.
AMBON (uitreis) arriveerde 5 Aug. te Periin.
BILLITON (uitreis) passeerde 6 Aug. den
Noord-Hinder. GROTIUS (uitreis) passeerde
5 Aug. Kaap Carvoeiro. JAVA (thuisreis)
arriveerde 6 Aug. te Colombo. PRINSES
JULIANA (thuisreis) passeerde 6 Aug. Gibral
tar. RONDO (uitreis) arriveerde 6 Aug. te
Manilla.
ROTTERDAMSCHE LLOYD.
ARAKAN (thuisreis) passeerde 5 Aug. Gi
braltar. DJEMBER, van New-York naar Java,
vertrok 4 Aug. van Port Natal. KAWI (thuis
reis) vertrok 5 Aug. van Port Said. MEDAN
arriveerde 5 Aug. van Rotterdam te Batavia.
SINDORO (uitreis) pass. 5 Aug. Sagres.
HOLLAND-AMERIKA LIJN.
EEMDIJK vertrok 4 Aug. van Buenos-Ayres
naar Rosario. LOCH TAY, van Buenos-Ayres
naar Rotterdam, passeerde 4 Aug. St. Vincent.
MAARTENSDIJK arriveerde 5 Aug. van Rot
terdam te New-Orleans. ZUIDERDIJK arri
veerde 4 Aug. van Rotterdam te Boston.
KON. HOLL. LLOYD.
RIJNLAND (uitreis) arriv. 5 Aug. te Per-
nambuco. SALLAND (uitreis) arriv. 5 Aug.
mi et mieer heit fluisteren van het verstand.
Rozen verwelken, doormen niet.
Zelfbewustzijn staal tot ingebeeld-zijn
in dezelfde verhouding a's voornaamheid
tot domme verwaandheid.
Oorlogshumor.
De strijd in de lucht behoeft het oor
logvoeren niet noodzakelijk te verheffen,
De aardrijkskunde Leert ons, dat al\le
Balkiantanden bergachtig zijn. Helaas zijn
velen, er van niet op de hoogte.
Niet gereed zijn is een systeem,
waarbij men met twee gulden bereikt, wat
men met een gulden zou kunnen bereiken.
Hoe staat 't met de Balkanstaten?....
Dat weet iik niet. Een kwartier geleden
'waren ze nog neutraal.
Verzuchting van den oorlogsdichter:
„Ook op Italië heb ik een bundeL gedich
ten" gemaakt. Als er nu nog een land bij
komt, ben ik pleite."
-r- ..Is uw aanstaande ook te velde",
vraagt iemand. „Neen, die heeft me voor
den oorlog ai 'Laten zitten. Maar ik heb
me gewroken, wamt ik heb hiem in Juli
een „Liebespaket" gestuurd met... een
wollen bivakmuts."
De .levensmiddeLenwoekeraar„Een
ridderorde zou ik wel graag hebben."
„Wat zou u denken van het Kruis van
Verdiensten?"
Zij leest voor: „De Russen werden
vervolgd tot voorbij de stad Psscz
tyrwls...
Hij ongeduldig: Nu ja, ze hiielden pas
voorbij het Onuitsprekelijke halt. (Hbld.)
Vallende sterren.
Het aamtal vallende stenen is in de
maand Aug. tamelijk groot. De heele
maand door zijn ze opvallend. De z.g.
tranen van den H.Laurenitius, zoo genoemd
maar den Heüfge, wiens dag het den
te Montevideo. ZAANLAND (uitreis) vertrok
5 Aug. van Lissabon.
KON. WESTIND. MAILDIENST
COMMEWYNE (thuisreis) passeerde 5 Aug.
Dungeness.
Marktberichten.
KATWIJK AAN DEN RIJN, 6 Aug. Veiling
der Tuinbouwvereeniging K. en O. Aardapp.
Eigenheimers p. zak fl.70 fl.85, dito p. mand
fO.OO f0,dito Kleinen p. ]/2 H.L. fü,00
f0,00 Aardapp. rondenp. baal f 0,— f0.00, dito
p. mand f2,40 f 0,dito kleinen p. 1/2 H.L. f 1,60
f1,65 Bloemkool N.H. I f12.f 15,50, dito H
f"5.75f8, Reuzen IfO,f0,f0,ditoll
fO.—fO—Peen p. 100bos f0,00, fO.OO, Uien
p. baal f4,f4,30.
WASSENAAR. 6 Aug. Veiling. Radijs 2 a
21/2c. Peterselie 2 a 0c.Boonenkruid2a0c.Sel-
dery 2 a 2l/2 c.; Peen 5 a 0V2 c.; Kroten 3 a 4
c.; Slauitjes 0 a 0 cent per bos. Zuring 4
a 8 c.; Postelein a c. p. bon. Kropsla
fl.00 a f 1.55; Bloemkool f6,afl2.p. 100
Meidoppers fO.OO a f0.Doperwten f 1.00 a
f0,Raspererwten f 1.20 a 1.75, Gr. Capu-
cijners fl,80 a f2,25, Peulen fl.25 a fl.55,
Tuinboono-n f 1,20 a f 1.40 p. 10 K.G. Aard
beien f 0.00 a 0.00 p. K.G. Meloenen f 0.00a0.00,
Eieren p. 100 f 7.7.25, Kervel f 0.000.00 p.
bos, Spinazie f 0.00 per ben, Komkommers
f4.00 a 6.00 p. 100, Konijnen fO.OO a 0.00 p.
stuk, Aardappelen f 0.650.80 p. ben, Prin-
cesseboonen f 1.1.35 p. 1000, Morellen
fO.OO0.00 p. K.G. Witte Capucijners fl.SO
2.Kippen p. stuk f0.400.00, Aalbessen
fO.OO—0.00 p.K.G., Uien f0.08 a 0.12 p. K.G.
Rabarber f 0.02 a 0.03 p. bos, Frambozen
f0.a 0.p. K.G. Gr. Savoyekool f2.a
f3.50, Snijboonen f0.30 a f 0.38 Tomaten f 0.23
a f0.25 p k.g. Roode kool f9.f10,Knol
rapen f 0.020.04 per st. Witte kool f1012.
LOOSDUINEN, 5 Aug. Groenten. In de
heden gehouden veilingen zijn betaald voor:
Eng. kaskomkommers le soort f2.003.80, 2e
soort fl.001.90, 3e soort f0.200.90 p. 100
stuks; salade le soort fl.001.15, 2e soort
fO.OO0.00per 100 krop; peen le s. f4.60,
5.20, 2e s. fO.OO—0.00; radijs f0.0.—
prei f 1.30 1.50; selderij f 0.40—0.60; rabarber
f 0.00-0.00; raapstelen 10.00 0.00, alles 100 bos.
kroten f 1.401.50 per 100 bosspinazie f 0.05
0.16; stoofsla f 0.120.15; komkommerstek
f0.050.20 per mand. peterselie f0.600.70
per 100 bos, postelein f 0.190.36 per mand;
Rijen Komkommers le soort fO.OO0.00,. 2e
s. fO.OO0.00, 3e s. fO.OO 0.00. Gele komkom
mers les. f3.00-3.10 2e f 1.00-1.20 p. lOOst. Zuring
f0.05—0.07 Bloemkool les .f5,20—8,00, 2es.
1.70—3.00 p. 100. tomaten le s. f 10.20-15.70 2e
soort f 6.009.0, 3e soort f 25.60 per 50 K.G.
Roo le kool f6.20S.00 p. 100 stuks, Andijvie
f 1.202.30 per 100 struik, Perziken le soort
£8.00—14, 2e f2.00—6.00 per 100 st., Erwten
f0.5Ó1.15 per mand, Peulen f0.0.00,
Boonenstek f0.300.35, Groote boonen f 0.18
0.21, alles per man'd, Prinsesseboonen f 0.52
0.80 per 1000 stuks. Snijboonen fl.702.50 per
1000 stuks. Savaijekool f6.208.00, Groene
kool f2.204.00 per 100 stuks. Pronkboonen
f0.550A5, Duitsche Prinsessen fl.251.35
per 15 K.G.
Aanvoer 53,476 komkommers, 10,865 struik
Andijvie, 9419 pond tomaten. Handel kalm.
Naar tomateu veel vraag.
LEEUWARDEN, 6 Aug. Yee. Ter markt zijn
heden aangevoerd: 249 stieren f95375, 35
ossen, f170240, 2GS vette koeien f230350,
per V2 K. G. 4449 ct., 816 melk- en kalf-
koeien f 180320, 100 pinken f (5100, 80
vette kalveren f 57—77, p. 1/2 K. G- 52—57
ct., 815 graskalveren f4569, 105 nuchtere
dito f 10 a 17, 874 vette schapen f 2845,
510 weideschapen f1824, 198 lammeren
f 14 a 18, 215 vette varkens f 9210o, per 1/2
K. G.. 4245 ct., 187 magere varkens f 4245,
970 vette biggen i'6894, per ty2 K.G. 40-^41
ct., 404 speenvarkens f914.
ALKMAAR, 6 Aug. Kaas. Aange
voerd 315 stapels, wegende 215,000 kilo. Prijs
voor kleine fabrieks- f 52,50, commissie f 48,
middelbare- fboeren- f53,00; commissie
boerenkaas, f51,50, middelbare f51,.Handel
stug.
TER AAR, 6 Aug. (Ter-Aarsche Augurken
veiling.) Aanv. 1306 manden van 25 kg. Fijn II
kwal. f8.509.05 dito III kwal. f8.050.
fijnbasterd le kwal. f4.605.25, dito 2e kwal.
f3.35, basterd le kwal. f 3.754.05, dito 2e
kwal. f 3.35, grof le kwal. f2.402.60, groot
grof f 1.40—1.50, stek f 1.45—1.50.
UTRECHT. 6 Aug. Kaas* Aanvoer 169 wa
gens, wegende 43,264 kg. De prijzen beliepen
voor: le qualiteit f49.50f52,50 2equaliteit
f46.49.rijksmerk f 46-^-52.50 zwaardere
f0000 per 50 kg. Handel matig.
lOden Augustus is, worden hot best waar
genomen in den vooravond van den Sstem
tot den lldeu AugusJtus. Maar menige
„traan" valt reeds tusschem den 3den en
den 8sten.
De tranen van den H. Laureinitiius val
len ieder jaar in hetzelfde tempo, in tegen
stelling met de valli&nde sterren van
November, die welee/ns een wareai ster
renregen. vormden.
Stijlbloempje.
In het grootste gedeelte des Lands zal
men heit gemias der armen aan de Bonds-
wegwijzers missen.
Langs den weg.
\t Was te M. waar bij getegemiheid van
een bezoek van H.M, de Koningin eiem
winkelier 'n fraaie etalage had gemaakt
van stukken krijt, waantusschen hot beeld
priikite van onze koningin. Eon kennis
"komit den winflceli binnen en informeert
belangstellend: „Wat hoor ikv ben je hof
leverancier geworden?"
„Man, wiie zegt dat?" roept de winke
lier opgetogen uit, ,,'t is mij zelf nog ge
heel onbekend."
„Dat 's vreemd," zegt de bezoeker leuk,
„en jie laat toch voor je winkelraam aan
alleman zien. dat de koningin bij jou in
't krijt staat."
De teleurgestelde winkel'.ier was het ver
dere van den dag slecht geluimd.
Professor Muller zVet een heerenhoed
over do straat rollen en loopt dien ijlings
na, daar hij hem voor zijn eigen hoed
houdt. Eindelijk krijgt hij liem te pakken
en komt hij tót de ontdekking), dat hi}
zijn hoed op heeft. Hoofdschuddend zegt
tij: „Daar heb "ik waarachtig vanda'ag
twee hoeden opgezetl"