25
BUITENLAND.
JAARGANG
No. 1735
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Jnterc. Telefoon 935. -- Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; by onze
agenten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2y9 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
VRIJDAG
JUNI.
1915.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels fO.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeellngen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bi] contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- on Verkoop (geen
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent
V Dienstplicht.
H'ë't „Centrum" waarschuwt tegen het
stemming maken" voor al jgemeenen
dienstplicht, van welk instituut het blad
•allies behalve, een voorstander blijkt.
Wel. ieder hebbe rustig zijn meening,
want hier mogen we immers wel degelijk
ireken van een. vrije quaestie",, waar
over geestverwanten elkaar niet behoeven
en nooit beboeren te verketteren.. Zoo'in
vrije aangelegenheid, waarover verschil
van meeniimg binnen de partij perken mo
gelijk is, lijkt ons juist wel een vrucht-
Laar punt van debat, hetwelk te ernstiger
worde gevoerd naarmate het tijdstip
cemer beahsièng nadent. En dit schijnt in
zake den dienstplicht wel het geval!..
In dezen geest van onderlinge waardee-
'ing zouden we gaarne even met het
Centrum" van gedachten wisselen en wel
naar aanleiding van het vergende.
Met Mad schreef, toen het tegen stem
ming maken" opkwam, o.m. het volgende:
„Ten aanzien, van dep. algemeenen
diens'plicht staat toch zeker dit vaslt: lo.
dat hij ook van de landen, die tot de in
ning er van sinds lanig overgingen,
den oorlog niet heeft afgewend; 2o. dat
hij den krijg niet verzacht, niet min
der bloedig, noch minder vernielend en
drukkend gemaakt heeft; 3o-. dat hij de
sociale, -persoonlijke Jasten èn in oorlogs
in vredestijd a a n z i e n 1 ij k heeft
verzwaard; 4o. dat hij méér daixooit het
besef .heeft doen ontwaken, hoe gewettigd
het streven is naar ontwapening en. hoe
onvermijdelijk de kleine Staten bij de
gn iT^ achter blijven m den miiliitaris-
tischen wedloop.
„Wie het orders weet, moge het zeg
gen."
IN ij gelooven, dat ,er bezwaarlijk wat
„anders over valt te zeggen. De vragen
zijn -daartoe te klemmend gekozen-
Wel echter valt er o. .i. een andere vraag
tegenover to stellen, n.l. dezer is het niet
rechtvaardig, dat alle zomen des lands
u-ettelijk Th, de termen yaJL*» nun land
zoo mood-ig te verdedigen?
Natuurlijk laten we hierbij quae-s'ties,
i',s waarover de Protestantsohe theologen
thans een twistappel te meer onder elkaar
hebben opgeworpen, veilig rusten. Die
komen we', aan de orde hij de uitwerking
bet beginsel, neergelegd dn onze
i,g, waarop o. i. moeilijk een ontken-
nemi antwoord valt te geven.
Dit i'S nu onzerzijds geen „stemming
maken", maar eenvoudig het uiiten eener
gedachte, weke bij ons opkwam bij 't le
zen van het „Centrum", welks opinie ten
diez-e wij gaarne zouden vernemen.
De Tsaar is naar het front vertrok
ken. De Oostenrijkers hebben over
hot geheele front togen de Italianen
het offensief genomen. De Britsclie
regeering zond een nota aan de Ver.
Staten, waarin een overzicht wordt ge
geven van de stappen door do regeering
gedaan om de moeilijkheden voor den
onzijdigen handel te beperken.
Van het Westelijk oorlogs
terrein.
Uit heit grooto Duitsche hoofdkwartier
wordt d.d. 24 Juni gemeld:
Aan den Oostenrijke®, rand van de Lo-
ireitto-hoogte® verdreven we den vijand
uilt het voor e enige dagen djoor hem ver
overde stuk loopgraaf. Ten Zuiden van
Souchez werden de gevechten door ons
met succes voortgezet.
De Labyrinthistalilimg ten zuiden va®
Neuvilile werd tegen een 's nachts begon
nen krachtigen aanval in een hardnekkig
gevecht -op korten afstand door ons behou
den.
Op de Maashoogten kwam (heit tot ver
dere verbitterde botsingen. Wij namen
nog 150 Frartiscfh-en gevangen. De vijand
leed bij twee mislukte aanvallen zware
verliezen.
Een aanval tegen de door ons gisteren
genomen hoogte bij Ban de Sapt werd
afgeslagen. Het aantal gevangenen steeg
m-eit 50.
Het officieeie F,ra-nsche communiqué
meldt: De naöhit van de® 23srtem was bet-
betrekkelijk kalm, behalve ten noorden
van Souchez, waar de artillerie-beschie
ting bleef voortduren. De Duitschers be
schoten Atreeht.
De ambulance van de congregatie van
hef. „H. Sacrament" werd dn 'it bijzonder
getroffen, waarbij roidgieusen en verpleeg
sters gedood werden.
Een aamvalspoging der Duitschers met
zwakke krachben ondernomen werd ge
makkelijk afgeisilageai bij Berry-au-bac.
Bij de hoogte 108 liieten de Franschen
een mijn springen, waardoor een krater
ontstond van 35 meter middellijn, zoodaï
de Duitsche loopgraven zeer ernstig wer
den beschadigd.
Op de Manshoogten bij de Tranohée de
tend van den 23sten een hevige® tegien-
aanva1, -die hen in staat stelden hun
vroegere tweede linie te hernemen. In den
loop van den namiddag had een tweede
Duitsche aanval plaats, die echter onmid
dellijk werd gestuit. De Franschen op
hun beurt tot het offensief overgaande,
vatten voet in de tweede vijandelijke linie
en wisten zich daar te handhaven.
Aan den rand van hert. Boóisde-Prêtre be
schoten de Duiiitscherig op bij-zonder krach
tige wijze de Fransohe stollingen bij
Quart-en-réserve.
In Lotharingen namen de Franschen
twee Du-itsohe werken hij Leintre.y, waar
bij zij gevangenen maakten, onder wie 3
officieren. Een vijandelijke tegenaanval
werd na een hevigen strijd afgeslagen.
In de V-ogezien -h'eersoht storm en dikke
mist.
Het aanital Duitsche gevangenen, sedert
14 Juni in de Streek van de Peehit, be
draagt 26 officieren, 53 onderofficieren en
638 man.
Van het Oostelijk oorlogs
terrein.
Het Duitsche communiqué van 24 Juni
meldt:
Ten noordoosten van Kuschany lieten
de Russen bij een door ons afgeslagen aan
val meer dan honderd gevangenen in onze
handen. Aan de Ormilof leidde een Duit
sche offeusieve beweging tot de vermeeste
ring van het dorp Kopaczyska.
lit Polen, ten zuiden van den Weichseft,
werden verschillende vijandelijke aanval
len tot staan gebracht.
Het leger van Von Linsingen trok over
de Dnjester. Tusschen Halicz, dat nog
door den vijand wordt vastgehouden, en
Zoerawno, is het in hevigen strijd.
Op den noordelijken oever, aansluitend
tot de streek ten oosten van Lemberg en
Zolkief, wordt de vervolging voortgezet.
Tusschen Ravaroeska en de San, bij
Oelanof, kwam niets belangrijks voor.
In den hoek, gevormd door San en
Weichsel, zijn de Russen tot achter do
San teruggegaan.
Ook op den linkeroever van den Weich
sel ten zuiden van Ilza wijken zij naar het
noorden terug.
De Tsaar naar het front.
Het „Pet. Teil. Alg." meldt d.d. 23 Juni
dat de Tsaar naar het leger vertrokken is.
Het Russische hoofdkwartier.
Het Russische hoofdkwartier iö, naar
„Korr. Nordien" uit Berlijn meldt, reeds
uit Galicië naar Rusland overgebracht.
Men verwacht, dat ook het zwaartepunt
van den strijd daar spoedig op Russisch
grondgebied zal overgaan.
Van het Zuidelijk oorlogs
terrein.
Het Oostenrijksche legerbericht van 24
Juni luidt:
Aan do grens van Karinthië bij den Pal
piccolo werd een aanval van een sterke
Italiaansche troepenmacht afgeslagen.
Overigens hadden aan deze grens en aan
die van Tirol slechts artilleriegevechten
plaats.
In het gebied van d«a«^n^vi6^ifllté-
riegevecht. Aanvallen der Italianen bij
Gradiska en Monfalcone mislukten.
Daarentegen luidt het Italiaansche leger
bericht: De Oostenrijkers hebben een vol
doend aantal versterkingen ontvangen om
hen in staat te stellen over het geheele
front tot het offensief over te gaan. Zij
werden echter overal voortdurend met
hevige verliezen afgeslagen. Het plan van
Cadorna is den vijand tot de grootst mo
gelijke verspilling van menschenlevens te
noodzaken met de minst mogelijke ver
liezen voor de Italianen.
Op den Balkan.
Schending der neutraliteit.
De correspondent van de „Times" te
Athene seint:
Een der legaties hier ter fibede heeft be
richt, dat eenligen tijd geleden eone com
missie, bestaande uit vier Turksdhe offi
cieren en een Duiltschen majoor in
Grieksch Macedonië Muzelmannen beeft
trachtten over te halen, om dienst te ne
men in het Turksche leger.
De bedoelde legatie heeft de aandacht
der Grieksohe regeering op dit feit, dat
eenie schending der neutraliteit uitmaakt,
gewezen.
De regeering heeft beloofd onmiiddielllijk
een onderzoek in te stellen.
De Montenegrijnen voor Skoetari.
De Gtonniale dTtatla" verneemt uit
Skoetari dat de Montenegrijnsche troepen
voor de poosten dier stad aankwamen,
na e enige honderden Albaneezen te heb
ben uiteengejaagd, die slechts zwakken
weerstand boden.
Op Zee.
De duikboot, en mijnoorlog.
De Fimsdhe söhoenerbark „Lee" wend
Dinsdag -ten zuidoosten van Fair Isle (tus
schen de Orkney- en de Shetiliand-eilianden)
door een Duitsche® onderzeeër in den
grond geboord.
Bij Lloyd® iis het volgende telegram
ontvangen van het stoomschip „L'iama":
Wij befbben juist de bemanning opgepikt
van de „Queitwatens" van Peterhead en
van de „Viceroy" van Aberdeen, die bij
de Shet/1 ands-etlanden tot zinken zijn ge
bracht, gisteren te 11 uur ten oosten van
Skerries.
Zij metiden, dat 5 andere treilers ter
aelfder tijd gezonken zijn.
De Noorsche stoomboot „Nova" ie
gisteren te Bergen aangekomen met de
bemanning van de Noorsche stoomboot
„Trauma", die op de reis van Archangel
naar Londen, met een lacLiing kruit,
Woensdagmorgen in de nabijheid van de
Shettlandseiilanden werd getorpedeerd en
in brand gestoken. De bemanning werd
door de Duitschers beleafd behandeld. De
Duitschers sleepten de reddingboot met de
bemanning naar de „Nova", die in zicht
was gekomen. De „Trauma" was 1557
bruto tonnen g rooit.
Een aanval op een oorlogsschip.
Volgens een Reuterbericht uit Londen
werd het oorlogsschip „Roxburgh" op 20
dezer in de Noordzee door een torpedo ge
troffen. De schade was echter niet ernstig
en het schip kon onder eigen stoom zijn
ï-eaa vervolgen.
(De „Roxburgh" is een gepantserde
kruiser van het jaar 1904, groot 117000 ton.)
Castellorizo beschoten.
Het Wolffbureau meldt ui.t Korist anti-
nopel: Volgens particuliere berichten be
schoot een Fransche kruiser Maandag
ochtend het door de Grieken bezette eiland
Ca-stol Lortzo aan de ku9t van Klein-Azië.
Het schip loste ongeveer 20 schoten op
het klooster aldaar.
Een Duitsche duikboot getorpedeerd.
Te Winschoten -deelden gistermiddag
uit Duitscfhl'ajnd komend» reizigers mede,
dat bij het eiland Borkum een Duiitsche
onderzeeboot door een Engelsche was ge
torpedeerd en gezonken.
Dientengevolge moesten 'te Emdem we
gens staking van den passagiersdienst
alle reiziig-ers daar, die voor DeTifzijt be
stemd waren, hun reis afbreken.
Een Russische duikboot vernietigd.
Op 22 Mei werd in de Oostzee een Rus
sische duikboot, blijkbaar van het AkaJa-
type, dcoir een Duitsch vliegtuig 25 mijlen
ten oosten van Gotland met bommen be-
worpen. Het resultaat kon toentertijd niet
worden vastgesteld. Nu wordt van Rus
sische zijde erkend, dat de duikboot ver
loren is gegaan.
Een tegenspraak.
Een uitvoerig telegram van het WoJlf-
bureau uit Stockholm maakt melding van
een brief aan „Svenska Dagbladot" uilt
Colon van 23 Mei, waarin inededieediingein
worden gedaan over do reis van de
stoomboot „Kronprimzessin Margardto"
van Goteborg naar Panama. De brief
schrijver verhaalt dat liet schip werd
aangehouden en naar Storno way opge
bracht, waar ook de bemanning aankwam
van de door een Duitsche duikboot getor
pedeerde stoomboot „Mobile". Uit het
lange tof eg ram is van belang dat volgens
den briefschrijver de geredde schipbreu
kelingen verklaarden, dat de Duitsche
duikboot hulp verleende aan de redding-
booten en ook voldoende tijd liet aan de
equipage om het te torpedeere® sohip te
verlaten. In een Engelsch blad, zegt het
Wolff-telegram, was beweerd, dat de
Duitschers den opvarenden nauwelijks
tijd hadden gelaten zich .te redden en ook
verder aan hun lot overlieten.
In de lucht.
Onderscheidingen aan aviateurs.
De Koning heeft aan den l u.i tern-j-nt-avi ac
teur John Philip Wilson en aan den on
der- lui.tenain/t-aviateiur John Stanley MillRs
not Distinguished Service Cross verteend;
als bel'oonihg voor helt vernietigen van
een Zeppelin te St. Evere J)ij Brussel op
7 Juni j.l.
In België.
Gent leent aan dé beboete gemeenten.
Aan de „Vlaamsche Sbem" ont.eenen wij
het volgende berioht:
De gemeenteraad van Gent beslikte, dat
voorschotten in sladsbiljetiten zulte® ge
daan worden op de gewone voorwaarden
aan twee gemeenten in Vlaanderen, die
geldboeten van de Duitschers hohben op-
geloopen ejjs..dew: niet kunne» bet al-en. Aan
wordt 6250 francs geleend en aan d.e ge
meente Bachto Mariia Laarno 5000 francs.
Uit Gent wordt aan het „Vlaamsche
Nieuws" gemeld:
De paspoortenbureaux te Gent zijn ver-
eenigd tot een bureel met den titel „Pas
poort-Centrale Gent." Er worden weer
passen afgegeven voor het buitenland, hot
gouvernemenlsgebied, het gebied der ma
rinetroepen te-Brugge en het etappenge-
bied.
De vorige week was te Gent zooveel ge
brek aan pasmunt, dat op de electrische
trams niet kon worden gewisseld en dus
velen voor niets medereden. Thans heeft
het bestuur boekjes van 20 coupons uitge
geven, die van dc kiosken afgehaald kun
nen worden.
De Gentsche bladen „Journal do Grand"
en de „Bien Public", zijn opnieuw versche
nen. De „Bien Public" was gestraft met
een maand schorsing.
In het Britsche Rijk.
De Prins van Wales.
Den 23sten Ju mi is de P ei-rus van Wal es
(geboren 1894) meerderjarige geworden.-
Natuurlijk is dat mi-et feestelijk herdacht
in Engeland, wat'anders wèl het geval zou
zijn geweeat.
FEUILLETON.
HEREENIGD.
78)
„Aoh. wat mij, indien mijn echtgenoot
inleven was gebleven, vervuld zou hebben
et het -grootste geluk, dat zou thans v-oor
mij een bitter noodlot worden. Nauwelijks
hart de ellendeling Gabriel Le Noir de
waarheid ontdekt, of hij werd voor mij
-en ware duivel. Van dien dag af werd
ik bewaakt ais een gevangene. Vier maan-
lang bleef ik opgesloten fin het ver
trek, hetwelk mijn folteraars voor mij liad-
tie.n uitgekozen 'als kerlcer.
„E11 toen kwam het donkerste uur mi jus
levens, Ik werd moeder van een tweeling
paar, een knaap en een meisie. liet knaap
je kwam dood ter wereld; 'het meisje leef
de. Een oude Mulattin, die men op het
laatste oogenhlik gestuurd had om mij
tij te staan, wilst ik te overreden mijn ge
heim te bewaren, heit levende kind te red
den en het doode knaapje te geven aan
kolonel Le Noir. Een verdenking, die ik,
wat mij zjefve betreft, te.^en den ellende
ling nooit gekoesterd had, begon ik, wat
ttiijn kind aangaat, wèl te koesteren.
..Ei had er een voorgevoel van, dat hij
het, arme schepseltje vermoorde® zou, in
dien helt in-zijn handen viel. De oude vrouw
had medelijden met mij en deed datgene,
waarom ik haar smeekte. Doch de onze
kerheid over het lot van mijn kind folterde
mij .over dag en des nachts. Ik werd in-
hiseofren zoo mogelijk nog strenger be-
aakt. dan vroeger. Kolonel Le Noir zag
zelden; een oude vrouw, die altijd som
ber keek, was mijn bewaakster en zij liet
mij maar al te duidelijk bemerken, dat ik
als krankzinnig zou worden beschouwd.
Rusteloos liep ik heen en weer door 'de
vertrekken, die ik bewoonde en die gelegen
waren vlak onder het dak van het huis.
„De kamerl'amp, welke Le Noir mij had
gegeven, had een blauwe kap naar men
mij zei de wegens brandgevaar. Thans
weet ik dat de kap dienen moest om het
gerucht te kunnen verspreiden, dat er in
het huis een spook ronddwaalde, 'n ge
rucht waartoe mi]n heen en weer Joopen
onwillekeurig aanleiding gaf. Zoo verlie
pen er jaren, waaraan geen einde scheen
•te komen en ik niemand zag dan mijne
folteraars. Op zekeren dag echter liet de
oude Darkey Knight mijn kamerdeur
open, en het getukte mij naar den corri
dor te sluipen en een onderhoud te beluis
teren, hetwelk de kolonel met zijn mede
plichtigen had in de spreekkamer.
„Daaruit vernam ik, dat mijn dochter
tot grooten schrik der schuldigen terugge
keerd was en woonde op Hurricane Hall.
God in mijn hart dankende en voor mijn
kind biddende, keerde ik naar mijn kameT
terug, zonder dat men mij bemerkte. Daar
na kwam er op zekeren dag een nieuwe
gast in het huis en op de benedentrap
hoorde ik dikwijls een lichten meisjestred.
Weer wachjt/te ik een gelegenheid af oyi
naar buiten te sluipen en af te luisteren,
dat een jonge pupil van kolonel Le Noir
in huis was komen wonen. Ik vernam dit
uit een gesprok, dat twee meisjesstemmen
met elkander voerden. Ik had nog even
tijd, de trap weer op te vluchten, toen
be'den op den corridor naar buiten tra
den, en diegene, welke dq. pupil van Ie
Noir moest zijn. een jeugdige vreemdelin
ge de trap opleidde naar een vertrek, het
welk ik kende alls de logeerkamer. In de
opgewondenheid van dezen avond moet
Darkey Knight haar patiënte vergeten
hebben.
..Mijn deur bleef open en niets verhin
derde mij in dien nacht te sluipen naar
de kamer der jonge vreemdelinge, tot wie
ik mij onweerstaanbaar gelrokken gevoel
de. Indien er inderdaad voorgevoelens
zijn, dan zeide mij een bang en toch ook
gelukkig voorgevoel, dat di't meisje mijn
dochter moest zijn, mijn kind, waarvan
ik had moeten scheiden, toen ik het pas
aan mijn hart had gedrukt. En ik zou mij
dia arm niet hebben vergist. De ring, dien
dc slapende aam haren vinger droeg, was
dezelfde, die ik aan de oude mulattin voor
mijn kind had gegeven. Met sidderende
banden trachtte ik het eenvoudige gou
den reepje er af te h alien, doch op het zelf
de oogenibliik ontwaakte zij en met ont
zetting staarde zij mij, de witte gestalte
voor haar bed aan.
„Zij kon niie-t vermoede®, dat 5k haar
moeder was. In het volgende oogenhlik
zonk zij -als tevemlioos in de kussens terug.
Ik Vluchtte naar mijn kamer, met den ring
in mijn hand. Hoe de nacht voorbijging,
weet ik niet. Doch den volgenden nacht
•kwamen die beide Le Noir's in mijn kamer,
boeiden mij als een misdadigster, stopten
mij den mond dicht, toen fik om hulp riep,
en sleepten mij naar een voor het huls
stilstaand rijtuig. Daarin kwam de oude
Le Noir bij mij plaats nemen en het rij
tuig ging in vd'Len galop er van door.
Eerst wend ik gedurende eemigen tijd naar
een (vreemd huis en vervolgens hierheen
gebracht en als krankzinnig opgesloten jn
een cel.
„Laat mij zwijgen over hertgeen ik hier
geleden heb, ve-rro van mijn kind, van
wie mijn meedoogenJooze vijand wist, dat
zij leefde en d'ie verloren was, indien zij in
zijn macht geraakte! En nu zegt gij mij,
dat zij leeft! O, hebt gij de zekerheid daar
van? Wat kan die booswicht intusschen
niet gedaan hebben, sinds gij Virgimië
verlaten hebt! O, mijn God, als mij mijn
kind eens vermoord had!
Stel u gerust, madame! zeide Guido.
Dezelfde verborgen Hand, diie u en uw
kind dn het leven gespaard heeft tot op
dezen dag, zal u ook verder beschermen.
De machit van Gabriel <Le Noir is ten einde
en God zelf zal wraak oefenen op de schul
digen.
XLVII.
Een felle, roode vuurgloed verblindde
Kapitola's oogen, toen zij uit de diepe be
wusteloosheid, waarin zij verzonken was,
ontwaakte en bemerkte, dat zij lag op een
soort rustbed, waarover een berenvel was
uitgespreid, hetzelfde berenvel, dat in de
afgelegen kamer op HurricaneHallo liet
geheimzinnige valluik had bedekt.
Zij bracht de beide handen aan hare
oogen, lag een tijd lang a.lis verblind en
moest haar zinnen geweld aandoen om
zich te herinneren, wat er gebeurd was.
Plotseling keerde haar herinnering terug
en schoot ai's 't ware een lichtstraal door
de duisternis van haren geest en met een
kreet vloog zij overeind. Doch op hetzelfde
o ogenblik zat zij als geboeid; heit tafereel
dat zich aan haar oog vertoonde, nam al
baar beiiangstelling in besiag.
Rondom een helder flikkerend vuur lag,
schilderachtig gegroepeerd, ee.n schare van
woestuit'/Jiend-e en fantastisch gekleedo
mannen en onder hen bevond zich Mack
Dona'-d, de meest gevreesde roover uit
heel den omtrek.
Plotseling werd Kapltola zich er van be
wust, waar zij ontwaakt was e/n gevoelde
zij al hare hulpeloosheid.
TJnans had ook een der mannen Jje-
merkt, dat z;ij ontwaakt was en terwijl hij
opsprong, riep hij:
Hobo, kapitein, uw solioone is ont
waakt. De bruiloft kan beginnen!
Met één -sprong stond Mack DoaviM
overeind en naast Kapltola.
Ha, mijn schoone, jonge koningin!
zeide hij -tot het meisje, zijn grooten ron
den hoed lichtende etn voor haar een diepe
buiging makende. Gegroet in den kr.irng
uwer vaza'lem, over wie gij heersche® zult
aan de zijde van hun koning. In uw mocht
.is het alten te dwingen voor u in het stof
te buigen. Gij houdt den schepter, waar
mede gij allen kunt doen buigein, in uwen
kleine, blanke banden. Een wenk van mij,
en al deze mammen zijn bereid voor u hum
bloed te storten. Een genadig gli/mlachjo
van u en aan uwe voeten ligt als uw slaaf
de gevreesde Mack Don ai d, aan wien do-
ze onverschrokken, menschen om/voorwaar
delijke gehoorzaamheid beloofd hebben!
En dichter op haar toetredende trachtte
hii hare hand te vatten, doch Kapltola
steg de zijne van haar af en vloog over
eind.
Weg van mij, bandiet! riep zij, terwijl
hare oogen bliksems schoten, Weg van intj
gij allen! Ik ben weliswaar oen meisje!
(Wordt vervolgd.J