5 BUITENLAND. De Oorlog. JAARGANu No. 1718 BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. -- Postbus 6. DIT ELAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bü onze jenten li cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21ji cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent ZATERDAG JUNI. 1915. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regele f0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeellngen van 1-5 regels f 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 5Q cent, iedere regel meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verbuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Adverientiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. lit nummer bestaat uit drie daden en het geïllustreerd londagsblad. Neutraal. Het woord „neutraal" heeft in den laat- en tijd voor ons een.goeden klank gekre- en. Eh geen wonder! De neutraliteit is >or ons land een zegen, waarvoor wij God iet genoeg dankbaar kunnen zijn. Tus- ihen de oorlogvoerende en door den oor- ig ontredderde naties Leven wij hier,, be- ;ekkelijk heel mistig, in een neutraal land. eker, niemand kan blind zijn voor de ware zorgen, die de oorlog ook in ons aderland tot een angstwekkende hoogte eeft opgestapeld maar toch, toch zal evens een ieder zich dankbaar gevoelen oor den onschatbaren zegen onzer neutra led Waarom kunnen, mogen en moeten wij elfs in dezen wereldkrijg neutraal zijn? neutraliteit dan niet aan een persoon en is ook aan een volk, dat zich een over liging rijk weet, onwaardig? In d i t evai niet. In dezen wereldstrijd is g e e n n k e 1 beginsel, dat met onze over ging zou stroken of er tegen zou botsen, itstreeks betrokken. En daarom krni- ;n, mogen en moeten wij zelfs omdat at, opgeven der neutraliteit ons vaderland like ontzaglijk groote offers zou kosten dezen wereldkrijg neutraal-zijn. liet woord „neutraal" heeft in den laat- n tjijd voor ons een goeden klank gekre- n schreven we boven. En, toegepast de buitenlandsc.he politiek van ons land, zooals we reeds zeiden, de neutraliteit n ook waarlijk een zeer begeerenswaar- g goed. Doch laten we nu. vooral oppassen om jor den mooien klank van een woord en zaken te gaan goedpraten, wier be ekerus waarlijk niet door dit woord irdt gedekt. Ook in dezen tijd mogen wij onze b e- i n s e 1 e n niet laten verdoezelen, onze er tuiging niet laten ondermijnen or het vervagende en verzwakkende steem der neutraliteit. Neutraliteit in vereeni gingen is iels een absolute onmogelijkheid, deels a groot gevaar. In sociale vereeni- igen zullen toch bij de bespreking en de slissing inzake belangrijke kwesties be kt zeker de beginselen doordringen. In feenigingen voor ontspanning -mgt de neutraliteit een gevaar mede o;>r geloof en zeden, hetwelk niet is te iderschatten... [Neutraliteit" in het onderwijs is een jr grootste rampen, die een Katholiek ilk kan treffen. Het onderwijs onzer kin nen moet tot in zijn fijnste vezelen, tot zijn diepste diepte zijn: Katholiek. En :-t slechts het lager onderwijs, ook het Dort.gezet, middelbaar en hooger onder- ijs Vooral onze jongens en (meisjes, die ven in de woelige „sturm-und-Drang"- iriode, in die jaren, waarin de zieh ont- ernende Lusten den te.ugel van den i c h t willen ontspringen, hebben ziels- eboe-fte aan principieel onderwijs, at hoofd en hart kan bevredigen en de innen kan leiden tot hoogere genieting volkomener bevrediging. We willen ezen keer deze gedachte niet nader uit- erken, daar ons doel slechts is het ge- aar der neutraliteit op verschillend te<r- ein in enkele woorden te signaleeren. Wij hebben ook nog een neutraliteit in de e r s. En nu is het een hoogst betreu- enswaardig feit, dat zoovelen het deels nmogeilijke, deels gevaarlijke van die ratraliteit niet willen of, misschien, niet enmogen in te zien. Wij noemen dit ge- re-k onder de onzen hoogst betre-urens- :aardig. Wat zou ons Katholiek leven mierlijk dieper en uiterlijk rijkeT zijn, als ie neutrale pers niet jaren en jaren de orzaak was geweest van een zekeren chroom otm kleur te bekennen, een zekere rees om zijn beginselen te belijden, een eb rek aan waardeering voor de eigen ede zaak bij hen, die als knipmessen in eerbied neerzijgen voor alles wat van de Everzijde komt. Voor een in de volle kracht ontplooid fatholicisme is volstrekt onmisbaar de ialh.olieke pers, zoowel de algemeene als gewestelijke en plaatselijke. Zoowel de algemeene als de gewestel ijke en plaatselijke.... Nu en dan kan men laten wij zeggen: een zekere oppervlak kigheid constateeren bij sommige voor mannen in het Katholieke kamp, die, in kun, alleszins verklaarbare, en zeer toe !e juichen, sympathie voor de grootere katholieke pers, soms een oogehblik schij- ^n te vergeten den grooten invloed, die worden toegekend aan de geweste- en plaatselijke Katholieke pens een invloed, die positief en negatief ten goede moet werken, negatief n.l. door het weren van de gewestelijke en plaatselijke neutrale pers in duizenden Katholieke gezinnen Ons doel met het bovenstaande is, de lezers te waarschuwen hun alleszins ge rechtvaardigden afkeer van de neutrali teit in deze dagen niet af te leggen, Neutraliteit kan goed zijn in kwesties, waarmede geen beginselen zijn gemoeid, maar inzake het o n d e r w ij s, het v e r- een.igingsleven, de pers, kan geen Katholiek persoon van overtuiging neutraal zijn. Terwijl de Russen toegeven, dat zij Przemysl hebben verloren, berichten zij, dat zij den haven Libau hebben ingesloten. - Volgens eenniet-officieel berichtzouden Duitscbe duikbooten een Britschen kruiser en een Britscb linieschip in den grond hebben geboord. Van het Westelijk oorlogs terrein. Dat er geen wapenfeiten van beteekenis op het Westelijk oorlogsterrein plaats grij pen, blijkt wel uit wat de „,Times"-cor- respondent in Noord-Frankrijk d.d. 2 Juni meldt: „Op verschillende punten van het Noorder-front hebben gedurende de laatste dagen hevige gevechten plaats gehad. De meeste kwamen voor rekening van de Franschen ten Noorden van Atrecht. Zij hebben met succes de suikerraffinaderij op den weg van Souchez veroverd. Deze fa briek was kolossaal versterkt en beschermd door loopgraven en draadversperringen. Twee dagen en twee nachten lang woedde een hevige strijd om de fabriek en eindelijk j.l. Maandag, slaagden de Franschen er in met de bajonet de fabriek te nemen. De Duitschers openden dan van hun po sities bij Angres een hevig kanonvuur op de fabriek en zij deden gedurende den nacht een verwoeden tegenaanval. De Franschen konden de positie niet houden en trokken zich terug, maar bij* het aanbreken van den dag deden zij een nieuwen aanval, en verjoegen den vijand, die groote verliezen leed. Thans zijn de Franschen definitief in het bezit der fabriek. In Vlaanderen zijn de Engelsclie troepen, die Yperen bezet houden, vooruitgegaan; zij hebben enkele vijandelijke posities ge nomen. De Belgen hebben ook niet stil gezeten; het heftigste gevecht werd geleverd aan de boerderij La Violette, bij Stuyvekenskerke, niet verre ten Noordwesten van Dixmuiden. Dit punt was door den vijand waarschijn lijk uitgekzen om het kanaal over te ko men. De Duitschers deden Vrijdagnacht 4 ver woede aanvallen en zij veroverden de boerderij. De Belgen lieten hét er niet bij zitten; zij deden, gesteund door Fransche mariniers, een geweldigen tegenaanval en bij het val len van den avond heroverden zij de boer derij, waarbij nog 250 gevangenen werden gemaakt en een aantal machinegeweren werd veroverd." Men kan zeggen, dat in het Westen het offensief aan de bondgenooten blijft en het succes van dat offensief gering is. Hoofdkwartier van den Kroonprins bestookt. Negen en twintig Fransche aeroplanes hebben Donderdagochtend tusschen vier en vijf uur 178 bommen en verscheidene dui zenden pijlen geworpen in het hoofdkwar tier van den kroonprins. Verschillende bommen troffen doeL De aëroplanes werden beschoten, maar keerden behouden terug. Van het Oostelijk oorlogs terrein. De uit Weenen en Boedapest ontvangen berichten over de vreugde na den val van Przemysl, toonen aan hoe machtig deze ver overing op de bevolking der monarchie heeft gewerkt. Bijzonder belangrijk zijn die uit de Servisch-Kroatische grensgebieden, Slavonië, Kroatië en Banaat, alwaar de vreugde even groot was. Uit het Kustgebied en Dalmatië wordt bericht dat de den Kei zer getrouwe Italianen deelen in de over winningsvreugde'. Van Russische zijde men zie ons twee de blad geeft men van het verlies van Przemysl een wel wat al te doorschijnende en gewrongen verklaring. Het verlies zou van geen beteekenis zijnl Tegen dat verlig .van Przemysl is als tegenhanger en zeker als gelijkwaardige tegenhanger te beschouwen de insluiting van den haven Libau door de Russen. Er ontbreken ons echter nog bevestigingen van het volgende uit Petersburg gezonden telegram: „De Russische troepen, die ten Zuiden van Libau opereeren, hebben deze stad van Memel afigesloten en de Duitschers van hun operatiebasis te land beroofd. Tezelfdertijd namen de Russen Polanghen en het plaatsje Rutzau, ten Zuiden van Libau. Een ander Russiseh detachement nadert de stad van het Noorden. Libau is aldus geheel ingesloten en er bestaat nog slechts een uitweg, n.l. laugs de zee." Van het Zuidelijk oorlogs terrein. Het schijnt, dat de Oostenrijkers eerst met de Russen willen afrekenen, voordat zij zich tegen de Italianen keeren. De wa penfeiten der Italianen men zie daar over ons tweede blad zijn dan ook niet van zulk een geweldigen aard, dat- Oos tenrijk er zich zeer bekommerd over be hoeft te maken. De Italiaansche minister-president Sa'- landra heeft een rede gehouden, waarvan de inhoud is samen te vatten in deze drie punten: lo. Sinds 28 Juli beschouwde Italië de Triple-Alliance verbroken, bij gebrek aan voldoende compensaties. 2o. Oostenrijk heeft gedurende den oorlog van Italië en Turkije Italië eer tegen dan in de hand gewerkt, en 3o. De' houding van Oosten rijk tegenover Servië was dubbelzinnig: eerst is duidelijk gezegd dat Oostenrijk zich niet kan. verbinden geen grondgebied van Servië te zullen annexeeren, terwijl later is beweerd dat dit wel ia de bedoe ling lag. Zoo tracht men dus de woordbreuk goed te praten! Natuurlijk wordjt de rede dooi de Engelsche en Fransche pers toegejuicht, terwijl de Duitsc.he per^ er tegen pro testeert De actie tegen de Darda nelles Onbeduidende vuurgevechten. Het Turksche -hoofdkwartier deelt mede dat 3 Juni aan heit front der Dardaniellen eeai zwak artillerie- en infanterievuur werd gele-verd. De Turksche batterijen aan de Adriatische kust beschoten met goed gevolg de stellingen der Bondgenooten bij Sed-oel-Bahr. Overigens is er niets bijzonders gebeurd. Rusland en de Dardaneten. De „Peite.rsburger Wreonja" publiceert een door den censor toegelaten bericht, dat een Reuter-bericht over den stilstand der operatie aan de Dardanellen, sedert de aanwezigheid van Duitsche onderzee booten aldaar, bespreekt. Dit blad zegt: Feitelijk voert Rusland slechts mu nog oorlog om het vrijmaken der Dardanellen en niet om vernietiging van Duitschland en Oostenrijk-Hongarije, die zich nooit als onaangename huren getoond hebben. Terwijl de taak der staatslieden moet zijn de belangen van Rusland met die van Frankrijk en Engeland in harmonie te houden, is het bezit der Dardanellen voor Rusland van veel meer gewicht dan de herovering van den Elzas voor Frankrijk. Duitsche duikbooten bij de Dardaneilen. Volgens de „Frankf. Ztg." heeft op 31 Mei een Duitsche duikboot een Engelsehen hulpkruiser van 12000 ton in den grond geboord en heeft een Duitsche duikboot op 2 Juni een Engelschen slagkruiser bij Tenedos getorpedeerd. China en Japan. De „Nowoje Wremja" verneemt uit Pe king, dat aldaar een vergadering vein 30,000 menschen plaats had om aan te dringen op economische en politieke onaf hankelijkheid van China. Ondanks het ver bod werden redevoeringen gehouden over het Japansche gevaar, doch pas bij de der tigste redevoering werd de vergadering door de politie Op Zee. Noor8oh stoomschip in den grond geboord. Lloyds meldt: Het Noorsche stoomschip „Cubano" uit Tönsberg is getorpedeerd en in den grond geboord door een duikboot op de hoogte van Gallonhead (westkust van Lewis-Hebriden). De bemanning is gered. Zweedsch schip gezonken. De Zweedsche stoomboot „Lapland", op weg naar Middlesbrough, Is 55 mijlen van Peterhead gezonken. De bemanning van negentien koppen en vier vrouwen zijn te Peterhead aam wal gebracht. Verschillende Oorlogs berichten. Wfnterunfformen fn Duitschland. Vol gens de „American .World and .Cotton Re porter", veroorzaakt het vraagstuk, hoe men het Duitsche legier aan winterunifor- meai moet helpen, in Duitschland heel wat meer ongerustheid dan de voedselvoorraad. Niet alleen is de gewone toevoer van wol afgesneden, maar Duitschland kan ook geen tapijtwol uit Turkije krijgen en even min de „rags and clips" uit Amerika, die gebruikt worden om door de grondstof voor goedkooper lakensoorben heen te verwer ken. Amerikaansche deskundigen voorspellen, dat indien de oorlog tot in den winter duurt, Duitschland groote moeite zal heb ben, om zijn soldaten in warme kleeren te steken. Engelsche hulptroepen. Het contingent van 500 man dat Jamaica voornemens was naar het front te zenden, heeft zich aan gemeld. De kolonies van Trinidad, Barba dos en Britsch-Guinea zullen Jamaica's voorbeeld volgen. Men hoopt een West- Indisch bataillon van 1500 man aan het front te brengen. Roemenië bereidt zich voor. De Roe- meensche regeering heeft bij een fabriek te Binghampton (New-York) een dringende bestelling van een half millioen paar mili taire laarzen geplaatst. Een Pauselijk Witboek. De „Daily Telegr." meldt volgens het „Hbld." uit Rome, dat de Paus een Witboek doet sar menstellen, waaruit zou blijken welke stap pen hij ten gunste van den vrede heeft gedaan. (Wij vermelden dit zeer onwaarschijnlijk klinkende bericht alleen volledigheids halve.) Nederland en de Oorlog. Uitbreiding landstorm. Een wetsontwerp is ingediend tot nadere uitbreiding van den landstorm, enz. Het luidt als volgt: Alzoo Wij in overweging genomen heb ben, dat nadere uitbreiding van den land storm noodig is en dat van alle landstorm- plichtigen gewapende dienst moet kunnen worden gevorderd; Zoo is het, enz. Artikel 1. 1. Door Ons kan worden bepaald, dat tot den landstorm behoort: ieder voor zoo ver hij niet reeds tot den landstorm be hoortdie-vóór het in werking treden van de Landstormwet is komen te verkeeren in een der gevallen bedoeld in art. 2, eerste lid, onder lo. en 2u. dier wet, dan wel van den dienst bij de militie is vrijgesteld als eenige wettige zoon en niet vóór 1916 het 4Uste levensjaar heeft volbracht. 2. Het vorige lid is niet van toepassing teil aanzien van personen als bedoeld in art. 2, tweede lid, der Landstormwet. Artikel 2. De dienstplicht bij den landstorm vangt voor de in art. 1, eerste lid, bedoelden aan met den dag, waarop zij volgens Ons daar toe strekkend besluit tot den landstorm komen te behooren. Artikel 3. Het tweede lid van art. 4 der Landstorm wet is tot een nader door Ons te bepalen tijdstip niet van kracht. Artikel 4. Deze wet treedt in werking op den dag, volgende op dien waarop zij is afgekon digd. Aan de Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: Sinds de tegenwoordige oorlog woedt, is steeds duidelijker gebleken, dat een volk zich niet mag veroorlooven voor de lands verdediging geschikte krachten onbenut te laten. Er zijn onmiskenbare teekenen, dat dit besef ook tot het Nederlandsche volk is doorgedrongen. De regeering, overtuigd van de noodza kelijkheid om geleidelijk onze weermacht te versterken, i9 van oordeel, dat thans de mogelijkheid moeit worden geopend om tot den krijgsdienst te verplichten dat deel van ons volk, hetwelk, ofschoon wel daar toe in staat, nog niet .tot gewapenden dienst kan worden geroepen. Zij meent dit op de meest doeltreffende wijze te kunnen be reiken, door de Landstormwet te nemen als punt van uitgang voor de nader vast te stellen maaregelen. Immers door uitr breiding van den landstorm kan onder de tegenwoordige omstandigheden op uit een oogpunt van wetgeving weinig omslachtige wijze worden bereikt, dat ook aan hen, die als ingeschrevenen voor vroegere lichtingen der militie van den dienst waren vrijge- met de wapenen mede te werken. Het ligt nu in het voornemen der regee- steld of vrijgeloot, de verplichting kunnen worden opgelegd, aan de landsverdediging ring om, indien het aangeboden ontwerp tot wet wordt verheven, achtereenvolgens, naarmate de verschillende daarop van in vloed zijnde omstandigheden dat zullen mogelijk maken, ingeschrevenen, die van dm dienst bjj de militie .werden .vrijgesteld of zijn vrijgeloot, voor zoover zij niet reeds in militairen dienst zijn of tot den land storm behooren, tot den landstorm te doen toetreden, te beginnen met degenen, die zijn ingeschreven voor de jongste der lich tingen, waarvan de dienstplichtigen thans onder de wapenen zijn. In gelijke volgorde zulilen zij, voor zoo ver zij niet lichamelijk ongeschikt worden bevonden, bij ploegen tot den werkelijkcn dienst worden opgeroepen, ten einde te worden geoefend. Daarna zullen zij plaats nemen in de militie- of landweerbataljons en compagnieën, waardoor het mogelijk zal zijn om, naarmate de omstandigheden dit zullen toelaten, achtereenvo'gend, iond- weerplichtigen, beginnende mot de oudste der onder de wapenen zijnde., met verlof ite zanden. Om dit denkbeeld te kunnen verwezen lijken, zou de beschikking voor den land storm over'vrijgestelde en vrijgelote miii» tieplichtigen niet behoeven te reiken tot alle lichtingen, waarvan de dienstplichti gen zich thans in werkeJijken dienst be vinden. Zooals uit het wetsontwerp blijkt, meont de regeering niettemin verder te moeten gaan. Zij is.jn.1. van oordeel, dat, waar het ontwerp, in zoover het uitbreiding van de sterkte van den landstorm beoogt) neerkomt o-p geleidelijke opheffing van de overgangsbepaling der Landstormwet, het wenschelijk moet heeten, de bevoegdheid daartoe thans ten volle te scheppen, op dat, mocht de noodzakelijkheid er toe drin gen, de regeering zonder verwijl zal kun nen doorgaan met het voegen bij den landstorm en het in werkelijkcn dienst op- 'roepen van oudere groepen vrijgestelden en vrijgelotexi en zij mede zal kunnen be schikken over al degenen die gediend heb ben en die tengevolge van bedoelde over gangsbepaling thans nog buiten den land- stormplioht vallen. Wat artikel 1 van het wetsontwerp aan gaat, wordt ter toelichting opgemerkt, dat het zich, wat betreft de categorie van per sonen, die in den landstormplicbt kunnen worden betrokken, gdheel aansluit aan art. 2 der Landstormwet. In dat artikel wordt echter niet gesproken vo.n hem, die van den militiedienst is vrijgesteld op grond van te zijn eenige zoon, wat wol geen andere reden zal hebben dan deze, dat bij het in het leven roepen van do Landstormwet de bedoeling voorzat, den landstormplicht niet te leggen op vóór do invoering dier wet vrijgestelde militie- plicbtigen. Iindien de toepassing van de thans ont worpen wet zich evenwel zou uitstrekken tot personen, ingeschreven voor een vroe gere lichting dan die van 1903, dan zou er geen reden zijn om de eenige zoons van die toepassing uit te zonderen. Uit dien hoofde zijn zij uitdrukkelijk in het eerste lid vermeld. I-let ligt in het voornemen, om bijzon dere bepalingen ter uitvoering van art. 16 eerste lid, 2o. der Landstormwet in het le ven te roepen, ten einde de nog niet ge oefende land storm so Maten in de gelegen heid te stellen vóór hun opkomst in wer- kelijken dienst een onderzoek omtrent hun geschiktheid te ondergaan. Oorlog en neutrale scheep vaart. De Vereeniging van Nederlandsche Ge zagvoerders en Stuurlieden Ier Koopvaar dij, gezien het feit, dat door onderzeeboo ten der Duitsche Marinè m den laatsten tijd' zonder onderzoek of voorafgaande waarschuwing weerlooze koopvaardij- en visscliersvaartuigen in den grond worden geboord, welk optreden strijdig moet woe den geacht met alle wet en elk gevoel van menschelijkheid, heeft haar verontwaar diging uitgesproken over het voeren van dezen verdelgingsoorlog tegen weerlooze koopvaardijschepen en non-combattanten. Uitvoer van jonge hanen. Men meldt ons, dat zeer aanstaande is de intrekking van het verbod van uitvoer van jonge hanen. Boter. Voor de week van 6 tot 13 dezer zullen voor 70 pet. der boterproductie certifica ten voor uitvoer worden verstrekt; 25 pet. der productie moet voor binnen landisch gebruik worden beschikbaar gesteld of af geleverd. De resteer en de 5 pet. kan met bljgekochte consenten worden uitgevoerd. Voor Dinant. De tweede lijst voor de bevolking van het geteisterde Dinant bedraagt ^299.25. Het totaal bedrag is nu f991.15. De heer Keilenaars zal het bedrag overhandigen aan den vice-consul der Nederlanden te Dinant. Korte Kroniek. Bij de gisteren gehouden verkiezingen voor den gemeenteraad te Haarlem werden totaal uitgebracht 1897 stemmen. Het aan tal kiezers in dit district bedraagt 2795. Van onwparde waren 26 stemmen. De hoer C. J. Beekman fvrijz,. dem.) verkreeg 245 stem»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 1