4 BUITENLAND. De Oorlog. ee JAARGANü No. 1717 BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. -- Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bfj vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bijonze agenten II cent per week, fl.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65'per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/a cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent VRIJDAG JUNI. 1915. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1-5 regels f1.50, elke regel meor 30 cent, met gratis bewijsnummer. BIJ contract aanzienlijke korting. Grooto letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regBls 50 cent, iedore regel meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. De beslissing nadert. Het is nu al heel wat maanden geleden, dat „De Boer" het orgaan van den Prov. Christel. N. H. Boerenbond, in een aan moedigend artikel onder den titel ,,Een grootsch plan" ae omzetting aankondigde van de Prov. Christl. N. H. Boerenbond, in een R. K. Organisatie. Dat grootsche plan bestond in niets meer of minder dan in de opheffing der Christl. Organisatie en onmiddellijk daar op: de stichting van een R. K. Diocesan en Land- en Tuinbouwbond. Men kent do aanleiding. Op verlangen van Monseigneur Callier, Bisschop van Haarlem, zou hot Centraal Bureau voor de K. S. A. in zijn diocees allerwege, de stichting van R. K. organisa ties voor het plattelandsbevolking ter hand nernen. Boerenbonden alleen konden hier niet [voldoen, wijl ook de tuinders de behoefte aan organisatie ter dege voelden. Boerenbonden alleen konden ook hierom niet voldoen, wijl op de eene plaats de tuinders zich bij de boeren, en op de ande plaats de boeren zich bij de tuinders niet thuis gevoelden of weigerden zich aan te [sluiten. t Slot der overwegingen, berustend op een uitgebreid onderzoek, was: er moet [komen een R. K. Diocesane Land- en Tuin bouwbond om aan de moeilijkheden een einde te maken. Onderhandelingen werden aangeknoopt met de bestaande Christelijke Boerenbon-- den in het Diocees Haarlem. Deze onder handelingen leiden tot het waarlijk ver rassend resultaat, dat men allerwege meer voelde voor Katholieke dan wel voor Christelijke organisatie. Tenminste in Noord-Holland. Dit blijkt duidelijk uit de resultaten der, op verzoek van het Bondsbestuur, in de af delingen gehouden stemmingen over de vraag: of men de bestaande organisatie wu opheffen én met de nieuwe R. K. Land- Ti Tuinbouw organisatie meegaan, al of liet. Van de 36 afdeelingen stemden niet min- ier dan 27 afdeelingen voor; en van ie tegenstemmers schreven er verschillen de: al is onze afdeeling er tegen, een Room- sche Boerenbond of Tuindersvereeniging komt hier toch. Dat is slechts een kwestie tan tijd. Nu nadert de dag der beslissing. Het Bondsbestuur heeft, gezien het re- sultaat der gehouden stemmingen, en ge- ïien de lust, die er blijkt te bestaan, de za ken op andere leest te schoeien, de ophef- ling van den Bond aan de orde gesteld. Op 16 Juni zal te Haarlem in het gebouw van St. Bavo de beslissing vallen. Mogen nu alle voorstemmers het gewicht van dien dag begrijpen en hunne afgevaar digden naar Haarlem zenden, opdat inder daad met flinke meerderheid het besluit lot opheffing kan genomen worden. Er hangt toch zooveel van af. En de te genstemmers en stille tegenstanders, die niet openlijk voor 't voetlicht treden doch in stilte, ongezien, waar ze kunnen, het wad van tweedracht zaaien, zullen niet :il zitten. Er hangt zooveel van af hoe de beslissing lit. Voor de Kerk. Voor de Katholieke. Kerk in het Diocees Haarlem is het van onberekenbaar belang dat ook op het platteland allerwege de geest van het katholiek vereenigingsleven vaar dig worde. Dat wij niet alleen behouden en bewaren wat wij hebben aan godsdienstzin en zede lijkheid, doch ook dat wij dat verder uit breiden, ontwikkelen, en vooral beveiligen tegen de enorme gevaren van den moder nen tijd: tegen ongeloof en zedebederf. Voor het Vaderland Voor het Vaderland, dat in de naaste toekomst wellicht behoefte zal hebben aan dén krachtigen steun van allen, die in deze bewogen tijden den eerbied voor het gezag, de liefde voor het Vorstenhuis, de liefde voor den geboortegrond beschouwen als een der eerste plichten van een staatsbur ger. Waar beter dan in onze katholieke or ganisaties, worden deze nationale deugden aangekweekt en beoefend. De "geschiedenis Van heli kathojiak veréenigingslpven is daar om het te bewijzen Voor de maatschappij. Voor onze gedesorganiseerde, verlibe- raliseerde en aan tallooze gebreken suk kelende maatschappij, is het katholiek vereenigingsleven van onberekenbaar nut. Voor een geleidelijke, rustige, langs vaste banen zich bewegende ontwikkeling en hervorming, kunnen en zullen de katholie ke sociale ideeën en beginselen, gegrond vest als ze zijn op de eeuwige onverander lijke waarheden van het Christendom, van ontzaglijke beteekenis zijn. Mits. w.ij katholieken slechts den moed hebben, om ook in het maatschappelijke leven die beginselen toe te passen en ten uitvoer te leggen. Dit nu, dit practisch leven volgens de grondstellingen van het Christendom, moet aangekweekt en geleerd worden ook in de vereeniging. Zonder katholieke organisatie is een practisch belijden van onze katho lieke beginselen in onze maatschappij zelfs vrijwel buitengesloten. Althans het is ao.n 'grböte, zeer groote moeilijkheden onder hevig. Voor het bedrijfsleven. Voor het bedrijfsleven kan organisatie niet meer ontbeerd. Door samen te weyften staat men zooveel bestaande bezwaren en moeilijkheden op lossen of het hoofd bieden. Kan men zoo veel te gemakkelijker ook allerlei voordeelen en verbeteringen bereiken; kan men zelfs heel veel doen wat voor den eenling abso luut niet te bereiken valt. Hoe meerderen er verder samenwerken, hoe sterker een geheel wordt. Alle bestaande instellingen van den Boe renbond worden er beter op, als nieuwe krachten toevloeien en de deelname grooter wordt. Als ook Zuid-Holland gaat aanslui ten, ja, als er een organisatie komt die het geheele Diocees omvat, moet de kracht der R. K. Boeren en Tuinders in elk opzicht en belangrijk grooter worden. Daarom is het op 16 Juni te nemen besluit zoo belangrijk. Het zou voor de toekomst van het katholieke volk in het Diocees Haarlem van niet te berekenen nadeel zijn, indien, door het drijven van eenige tegen strevers, de spoedige en snelle totstandko ming van een R. K. Diocesanen Land- en Tuinbouwbond verijdeld werd. Wij gelooven niet dat die kans erg groot is, doch bestaan doet ze zeker. Daarom is het noodig dat allen die invloed 'kunnen uitoefenen ten bruiken. Het is nog kort dag. dezen invloed ook ge- A. H. J. ENGELS. Kronkelingen. De „Nieuwe Courant", anti-papistisch •orgaan van onverdacht allooi, heeft uit gevonden, dat „sinds Pinksteren het Vati- caan, zoo dit ooit zoo mocht he eten, geen internationaal-diplomatiek milieu meer zou zijn." De vriendelijkheid van het (heele artikel proeft men al uit het twijfelzinnetje: „zoo dit ooit zoo mocht heeten". Waarop baseert intusschen het orgaan zijn opinie, waaraan het zoo gretig uiting geeft? Ongeveer hierop: dat Italië thans ook aan den oorlog deelneemt, waardoor des Pausen diplomatieke vrijheid zoodanig 7iou zijn ingekort, dat onze gezant ten Va- ticane toch slechts „een ondergeschikte rol zou kunnen spelen", indien hij er al door het Italiaansche gouvernement zou worden toegelaten. Dit laatste blijft reeds niet onweerspro ken. Zoo vraagt het „Hbld.", of 't „wel geheel juist is, dat het „thans wel zeker" is zooa'.s de „N. Cr.t." meent dat de bijzondere gezant zich niet naar Rome zal kunnen begeven zonder de toestemming van het Italiaansche gouvernement, wat zou beteekenen dat hem gevraagd zou worden waarom Nederland een gezant aan het Vaticaan benoemt!" Op grond der Garantiewet gelooft het Amsterdamsche orgaan rulles zoo gauw niet een opinie, waar ongetwijfeld meer voor te zeggen valt dan voor die, welke het Haagsche blad toch -zoo graag als de ware zag beschouwd. We zullen hier het artikel van de ,,N. Crt.", hetwelk ook de j^sv-ie van den En- U.J Six Henry Howard „zou enkel min of meer de rol van dwarskijker vervullen" niet in bijzonderheden uitpluizen, 't Heeft te zeer het karakter der kronkelingen, waar in men zich pleegt te wringen wanneer men met zooveel mogelijk goed fatsoen wil trachten af te komen van een zaak, welke men niet wenscht. En speciaal de wijze, waarop het orgaan nu al de positie van den eventueelen gezant tracht te de- primeeren, verdient niet onze aandacht. Maar waar het orgaan vraagt, of het ..zou te verwonderen zijn, indien.... onze Regeering wegens de veranderde omstan digheden op een dringende afdoening van het gezantschapswetje geen prijs meer stelde", daax vragen wij op onze beurt: Zou het niet in strijd wezen met de waar digheid van ons land om iets, wat voor 1-4 dagen spoedeischend was, nu ter zijde te schuiven wegens omstandigheden, wel ke geheel buiten ons omgalVi? We moeten nog evenzeer ons best blijven doen voor 't verwerven van den vrede, terwijl positie en invloed van den Paus waarlijk niet verminderd zijn door bet feit, dat Italië thans ook meevecht. Bovendien: hoe groo ter het aantal strijdende partijen wordt, hoe hechter de non-combattanten zich samen dienen te sluiten om het goede te kunnen bereiken, dat zij beoogen. Sedert gietermorgen 3 uur 30 min. is Przemysl weer in Oostenrijkse!) bezit. Een Briteche duikboot, die in de zee van Marmora opereerde, bracht een Duitsch transportschip tot zinken. Van het Westelijk oorlogs terrein. Op het Westelijk oorlogsterrein gebeurt niets, dat tot een beslissing zou kunnen leiden. Kleine gevechen van weinig betee kenis worden er geleverd, wat wel uit on derstaand Fransch communiqué van gis termiddag blijkt. De Engelschen namen met de bajonet het kasteel Hooge bij Zonnebeke. In de stxoek •ten noorden van Atrecht gaat de artillerie worsteling nacht en dag door. Eenige zeer hevige infanteriegevechten hadden ten Oos ten van Notre Dame Lorette plaats, waar de posities van geen der beide partijen ge wijzigd werden. Ten Zuidoosten van Neuville St. -Vaast deden de Duitschers een tegenaanval in het Labyrinth. De Franschen joegen hen terug en maakten opnieuw vorderingen, waarbij gevangenen in hun handen vielen. Het totaal aantal krijgsgevangenen sinds 31 Mei in het Labyrinth gemaakt, bedraagt 800, waarvan 9 officieren en 50 onderoffi cieren. De Franschen veroverden er even eens 2 mitrailleuses. Het is belangwekkend op te merken, dat tusschen 9 Mei en 1 Juni een Fransche di visie bij de molen van Manon en de suiker fabriek te Souchez 3100 gevangenen maak ten, waaronder 6-4 9nna^~"- ouiib ujj^eji ueyroeveii. ue aivibie venoor aan, gewonden, dooden en vermisten 3200, waarvan 2/3 licht gewond. In Champagne beproefden de Duitschers een nachtaanval bij Beauséjour. Deze werd dadelijk afgeslagen. Op den zoom van het Bois le Prfttre sloe gen de Franschen twee hevige Duitsche aanvallen af. Van het Oostelijk oorlogs terrein. De belangrijkste gebeurtenis van de oorlogsterreinen is ongetwijfeld de val van Przemysl. Na de gebeurtenissen van de laatste dagen kan dit evenwel geen verwon dering haren. De Oostenrijkers hadden de verdedigingswerken voor de overgave zoo veel mogelijk verwoest en naar het schijnt hebben de Russen gedurende de twee maan den dat de vesting in hun bezit was, geen tijd gehad om haar de vroegere sterkte te hergeven. Przemysl vormde na den nederlaag van het Russische Karoathenleger een vast steunpunt voor de te. agtrekkende troepen. Generaal von Mackenzen, de bevelhebber van het leger tegen Przemysl, had onge twijfeld gedacht het Russische Korpathen- leger in de vesting te vinden. Maar groot vorst Nicolaas, de Russische opperbevel hebber, liep niet in de val die von Macken zen voor hem had opgezet. Hij bleef zi aan Przemysl vastklemmen, doch wierp zijn leger er niet in, maar breidde het uit langs den Oostelijken oever van de San. Aanvankelijk gelukte het den Russen nog op verschillende punten van hun front, vooreerst brij Sieniawa (ten N. van Jaros- lau), vervolgens bij het punt waar de Lu- backzowka in de San valt, en nog Zuidelij ker bij Jaroslau zelf, voordeelen te beha len, en de Oostenrijkers terug te werpen. Maar de verbonden Duitsch-Oostenrijk- sche troepen kwamen met groote verstér- kingen terug en wisten vijftien bruggen over de San te slaan, waardoor zij in staat waren, onder bescherming van hun ge schut, naar de overzijde te stormen. Aan dien ontzaglijken druk heeft het Russische leger geen weerstand kunnen bieden. Het werd als het ware van Przemysl weg ge duwd. Wanneer precies de verbinding ver broken is en het overwinnende Duitsch- Oostenrijksche leger zich tusschen do ves ting en het Russische leger in geplaatst heeft, weten we niet, wel weten we nu, dat in plaats van de witte vlag met het blauwe St. Andries-kruis opnieuw de rood- wit-roode vlag van Oostenrijk-Hongarije boven de vestingwerken van Przemysl waait. De Oostzee-provincies. De militaire medewerker van de „Birsj- na Wjedomosti" schrijft dat er alle reden is om aan te nemen dat de Duitschers alles in het werk zullen stellen om zich van de Oostzee-provinciën meester te maken. Men zal dus rekening moeten houden met tal van belangrijke daden van het Duitsche of fensief in dit gebied. De Russen zouden, ofschoon zij de Duitsche invasie in de Oostzee-provinciën voorzien hadden, aldaar geen belangrij ke strijdkrachten bezitten. Iri het algemeen acht men de Oostzee-provinciën van onder geschikt belang, von not ^.utaoujK ooriogs- terrein. Officieel wordt d.d. 3 Juni' uit We enen gemeld: De Italianen zetten hun doel'.ooze beschieting van onze posities voort. Op verschillende punten van de Tyroler- en Kartnthieche grens, waar vijandelijke afdeelingen in het vuur kwamen, vlucht ten ze, o. a. het Italiaansche infanterie- rogimen-t op het plateau van Folgari-a, verscheidene compagnieën bij Mistrina on een officiers-patrouille van de door ons in Tradisca overvallen cavalerie Bersagli- afdeelingen. De „Deutsche Tageszeitung" verneemt uit Weenen: De gevechten op liet Italiaan sche ooriogs toone'el krijgen langzamer hand een grootere omvang. Onze troepen houden zich in hun sterke stellingen bij het defensief, waartegen de Italianen te vergeefs opstormen en groote verliezen lijden. De Italianen zijn kranig in het stonnloopen, doch vluchten bij het eerste zware verlies hals-over-kop. Te Milaan. De „Luzerner Tagesanz." deelt, volgens do „Korr. Norden", mede dat verleden week Donderdag het militair bestuur te Milaan door aanplakbiljetten aan de be volking heeft kennis gegeven, dat de krijgs raad 17 reservisten van het derde infante- rie-regiment te Milaan, wegens revolutio- FEUILLETON. HEREENIGD. I») Eerst bij zijn ontmoeting met Kapitola voor het altaar in de boschkapel zou in lijn 'hart een gloed ontvlammen, die er tot dusverre zwak en mat in gesmeuld tad. lloe zij daar voor (hem gestaan had met 'ifüosemende oogen en gloeiende wangen - hij vergat het geen oogemblik. Uit heel het wezen van het meisje sprak iets, dat hem geheel temde, Iets waartoe tot dusverre geen enkele vrouw -in staat "as geweest en hij verlangde er naar ha ven trots te breken en macht over haar "it te oefenen, het deed er niet toe door "eke "middelen. Uil gezegden van zijn vader begreep Francis, dat Kapitola Black vermoedelijk Kapito-la Le Noir was, de wettige erfge- Damen van heel het fortuin der Le Noir's. Indien diit inderdaad het geval was, dan "as Kapitola een veel betere vangst clan 'to arme Klara het zou geweest zijn, en francis was besloten geen. o ogenblik te 'arzelen om het blad om te keeren en, in Nats van zooals 'tot dusverre van de ge- "ade zijn-s vaders af te hangen, de echtge- toot te worden van de rijke erfgename 'd de bezitter van haar onmetelijk for- ''"n. Hij schrok zelfs niet terug voor het •Sakbeeld om zijn vader tot erkenning jan de rechtmatige aanspraken der doch- van Eugène Le Noir te dwingen, in- het zijn moest, en hij bouwde des te ^er op het welslagen van- zijn plan, daar kolonel Le Noir zich in Mexico bevond en er aldus van dlieins kant geen hinderlijke inmenging te vreezen was. Herbert's verblijf op Hurricane Hall was intusschen spoedig geëindigd en hij had moeten vertrekken naar zijn regiment hetwelk stond onder bevel van kolonel Le Noir en bestemd was voor Mexico. Dagen lang scheen Kapitola alle opgewektheid te hebben verloren; doch nadat het eerste verdriet der scheiding voorbij was, werd zij spoedig weer aooals vroeger en hare oogen schitterden weer en zij dioorkruisde dagelijks op „Gip" haar lievelingspaard, de schilderachtig-woeste omgeving van Hurricane Hall. Wool begeleidde haar oip deze tochtjes niet meer. Majoor Warfield meende, dat dit nu niet meer noodilg was, en achtte het gevaar voor zijn beschermelinge ge- wéken, daar kolonel Le Noir zich in Me xico bevond. Hij vermoedde niet, dat de schurk, die zich voorgenomen had zijn leven te wagen voor het bereiken van zijn doel, in de nabijheid op de loer lag en slechts het geschikte oogenblik afwachtte, om zijn duister plan ten uitvoer te brengen en dat voor Kapitola in den nietswaardigen zoon van Gabr Le Noir 'n derde gevaarlijke vijand was opgedoken, die voor het meis je niet minder verderfelijk zou kunnen worden dan haar boosaardigen oom zelf. De gelegenheid om in Kap ito la's nabij heid te komen zou voor Francis Le Noir niet -uitblijven en een niet voorzien toeval zou hem bij de uitvoering van zijn plan op nog bijzondere wijze te hulp komen. Op zekeren middag, toen Kapitola juist door het bosch rondom Hurricane Hall reed, kwam haar -paard te vallen er zij het voorzag lag zij onder den zadel op den zachten bodem van een opene bosoh- plek. Dat was een, o ogenblik, waarop Francis, die haar reeds vele dagen tevergeefs ge volgd was, gewacht had. Hij kwam aan rennen en begon de rol te spelen van red der. Wat Ls er gebeurd, miss Black? riep hij op een toon van de grootste bezorgd heid. Zijt gij gekwetst? O, neen, antwoordde Kapitola, die zich intusschen behendig weer opgericht had, op koelen toon, het is niets, behalve misschien dat mijn kostuum een weinig heeft geleden. Laat mij dat doen, zeide Francis dienvaardig, terwij-l hij het zadel, waar naar zij zich zooeven had willen heenbui- gen opnam en heit op den rug van het paard vastsnoerde. Dat is geen werk voor een dam el Kapitola liet hem begaan, want zoo geheel ongedeerd was zij er toch niét af gekomen. Op -een ter zijde van den weg liggenden boomstam gaande zitten, zag zij met saamgetrokken lippen, hoe hij zich uitsloofde om het zadel weer vast te mar ken en het verschrikte paard te kalmee- ren. Vervolgens zich tot Kapitola wendende, begon hij: Miss Black, n-eem het mij niet kwa lijk, maar het gevaar wahrin ik uw leven meende te zien, heeft mij tot de eiikenite- niis doen komen, dat ik u een verklaring moet doen... Verder kwam hij niet. Zijn stem weiger de haren -dienst onder den blik vol min achting, dien Kapitola hem toewierp. Sir, nieit verder! riep z»ij, zich fier op richtende. Na hetgeen er -tusschen ons voorgevallen is, sta ik er verbaasd over, dat gij de onbeschaamdheid hebt mij te naderen en zulke woorden tot mij te spre ken. Ik ben de bruid van een dapperen, jonger officier van het Umie-Iëger. Gij hebt reeds zijn arm gevoeld, toen gij ver metel genoeg waart om uw hand naar mij uit te steken. Nog één dergelijke po ging en gij zoudt wel eens kennis kunnen maken met zijn degen. Ik waarschuw u! Ga van mij weg en laat ik u nooit weer ontmoeten! Adieu! En voordat hij er op verdacht was, sprong zij in het zadel, knikte even udt de hoogte meit he<t hoofd en was in een oogen blik verdwenen. Satanskind 1 prevelde hij knarsetan dend. Wacht maar, zij zal zich mijner heugen! En zijn paard de sporen gevende, zoodat het steigerde, reed ook hij weg den anderen kant uit bevende van woede en vol wraaklust. Ongeveer een week na dit voorval zaten in het logement Adler te Tiptop eenige jagers en boeren bijeen, onder de laatste genoemden ook John. Stone, een grond eigenaar, dde niet ver uit de buurt woon de en bij wion Kapitola op haar uitstapjes nu en dan was komen rusten. Deze bezoe kers wisseldon nu ert dan eenige vroolijke woorden met de vrouw van den logement houder en speelden met de kinderen. Onder de jagers bevonden zich eenige heeren udt Washington, die door Francis Le Noi-r w-aren u-itgen-oodigd. om te komen Jagen. Allen, waren bezig met spreken oyci; de jacht, toen plotseling een der vreemd® .hoeren, tot John Stone zich wendende, zeide: Zeg, die kleine amazone van Hurri cane Hall, de pupil of de nicht of wat zij dan is van den ouden Warfield, is 'n echte rakkerd 'n Diana. Die zal overi gens ook wel niet veel bijzonders zijn? Sir, dat is een leugen, en de man ilia zoo iets zegt, is een lasteraar! riep John Stone, terwijl hij van zijn stoel opsprong. Sïrl antwoordde de vreemdging, eveneens opspringende. Ja, wie miss Black beleedigt, is een lasteraar, dat herhaal ikf donderde John Stone. En ik waarschuw u, Sir, p.as op uw mond! Ik heb de eer al de heeren een goeden morgen te wenschen. En met dreunenden tred verliet de boer hot logement. Hij had nog pas 'een kort eind weegs afgelegd, toen hij plotseling bleef staan en luisterde. Hij hoorde paardengetrappel en een oogenblik later zag hij op eenigen afstand Kapitola op haar pony voorbijrijden. Evenals Steeds wuifde zij den boer toe. Hij beantwoordde haren groet met den gepasten eerbied, dooh wat hij gehoord had, drukte hem zoozeer, dat hot aan Kapitola niet kon ontgaan. John Stone? vroeg zij daardoor, wat is er? Hij wilde ontwijkend antwoorden, doch dit gelukte hem niet. Zij dreef hem zoo In 't nauw, dat hij spreken moest. En die man is een gast van hot ver laten huls? vroeg zij. De boer knikte bevestigend. (Wordt ivoEvolgd.}

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 1