4
BUITENLAND.
De Oorlog.
ee JAARGANü
No. 1717
BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. -- Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN
De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bfj vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bijonze
agenten II cent per week, fl.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65'per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 21/a cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent
VRIJDAG
JUNI.
1915.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeelingen van 1-5 regels f1.50, elke regel meor 30 cent, met gratis
bewijsnummer. BIJ contract aanzienlijke korting. Grooto letters naar plaatsruimte.
Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regBls 50 cent, iedore regel meer 10 cent.
Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen
Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent.
De beslissing nadert.
Het is nu al heel wat maanden geleden,
dat „De Boer" het orgaan van den Prov.
Christel. N. H. Boerenbond, in een aan
moedigend artikel onder den titel ,,Een
grootsch plan" ae omzetting aankondigde
van de Prov. Christl. N. H. Boerenbond,
in een R. K. Organisatie.
Dat grootsche plan bestond in niets
meer of minder dan in de opheffing der
Christl. Organisatie en onmiddellijk daar
op: de stichting van een R. K. Diocesan en
Land- en Tuinbouwbond.
Men kent do aanleiding.
Op verlangen van Monseigneur Callier,
Bisschop van Haarlem, zou hot Centraal
Bureau voor de K. S. A. in zijn diocees
allerwege, de stichting van R. K. organisa
ties voor het plattelandsbevolking ter hand
nernen.
Boerenbonden alleen konden hier niet
[voldoen, wijl ook de tuinders de behoefte
aan organisatie ter dege voelden.
Boerenbonden alleen konden ook hierom
niet voldoen, wijl op de eene plaats de
tuinders zich bij de boeren, en op de ande
plaats de boeren zich bij de tuinders niet
thuis gevoelden of weigerden zich aan te
[sluiten.
t Slot der overwegingen, berustend op
een uitgebreid onderzoek, was: er moet
[komen een R. K. Diocesane Land- en Tuin
bouwbond om aan de moeilijkheden een
einde te maken.
Onderhandelingen werden aangeknoopt
met de bestaande Christelijke Boerenbon--
den in het Diocees Haarlem. Deze onder
handelingen leiden tot het waarlijk ver
rassend resultaat, dat men allerwege meer
voelde voor Katholieke dan wel voor
Christelijke organisatie. Tenminste in
Noord-Holland.
Dit blijkt duidelijk uit de resultaten der,
op verzoek van het Bondsbestuur, in de af
delingen gehouden stemmingen over de
vraag: of men de bestaande organisatie
wu opheffen én met de nieuwe R. K. Land-
Ti Tuinbouw organisatie meegaan, al of
liet.
Van de 36 afdeelingen stemden niet min-
ier dan 27 afdeelingen voor; en van
ie tegenstemmers schreven er verschillen
de: al is onze afdeeling er tegen, een Room-
sche Boerenbond of Tuindersvereeniging
komt hier toch. Dat is slechts een kwestie
tan tijd.
Nu nadert de dag der beslissing.
Het Bondsbestuur heeft, gezien het re-
sultaat der gehouden stemmingen, en ge-
ïien de lust, die er blijkt te bestaan, de za
ken op andere leest te schoeien, de ophef-
ling van den Bond aan de orde gesteld.
Op 16 Juni zal te Haarlem in het gebouw
van St. Bavo de beslissing vallen.
Mogen nu alle voorstemmers het gewicht
van dien dag begrijpen en hunne afgevaar
digden naar Haarlem zenden, opdat inder
daad met flinke meerderheid het besluit
lot opheffing kan genomen worden.
Er hangt toch zooveel van af. En de te
genstemmers en stille tegenstanders, die
niet openlijk voor 't voetlicht treden doch
in stilte, ongezien, waar ze kunnen, het
wad van tweedracht zaaien, zullen niet
:il zitten.
Er hangt zooveel van af hoe de beslissing
lit.
Voor de Kerk.
Voor de Katholieke. Kerk in het Diocees
Haarlem is het van onberekenbaar belang
dat ook op het platteland allerwege de geest
van het katholiek vereenigingsleven vaar
dig worde.
Dat wij niet alleen behouden en bewaren
wat wij hebben aan godsdienstzin en zede
lijkheid, doch ook dat wij dat verder uit
breiden, ontwikkelen, en vooral beveiligen
tegen de enorme gevaren van den moder
nen tijd: tegen ongeloof en zedebederf.
Voor het Vaderland
Voor het Vaderland, dat in de naaste
toekomst wellicht behoefte zal hebben aan
dén krachtigen steun van allen, die in deze
bewogen tijden den eerbied voor het gezag,
de liefde voor het Vorstenhuis, de liefde
voor den geboortegrond beschouwen als
een der eerste plichten van een staatsbur
ger.
Waar beter dan in onze katholieke or
ganisaties, worden deze nationale deugden
aangekweekt en beoefend. De "geschiedenis
Van heli kathojiak veréenigingslpven is
daar om het te bewijzen
Voor de maatschappij.
Voor onze gedesorganiseerde, verlibe-
raliseerde en aan tallooze gebreken suk
kelende maatschappij, is het katholiek
vereenigingsleven van onberekenbaar nut.
Voor een geleidelijke, rustige, langs vaste
banen zich bewegende ontwikkeling en
hervorming, kunnen en zullen de katholie
ke sociale ideeën en beginselen, gegrond
vest als ze zijn op de eeuwige onverander
lijke waarheden van het Christendom, van
ontzaglijke beteekenis zijn.
Mits. w.ij katholieken slechts den moed
hebben, om ook in het maatschappelijke
leven die beginselen toe te passen en ten
uitvoer te leggen.
Dit nu, dit practisch leven volgens de
grondstellingen van het Christendom, moet
aangekweekt en geleerd worden ook in de
vereeniging. Zonder katholieke organisatie
is een practisch belijden van onze katho
lieke beginselen in onze maatschappij zelfs
vrijwel buitengesloten. Althans het is ao.n
'grböte, zeer groote moeilijkheden onder
hevig.
Voor het bedrijfsleven.
Voor het bedrijfsleven kan organisatie
niet meer ontbeerd.
Door samen te weyften staat men zooveel
bestaande bezwaren en moeilijkheden op
lossen of het hoofd bieden. Kan men zoo
veel te gemakkelijker ook allerlei voordeelen
en verbeteringen bereiken; kan men zelfs
heel veel doen wat voor den eenling abso
luut niet te bereiken valt.
Hoe meerderen er verder samenwerken,
hoe sterker een geheel wordt.
Alle bestaande instellingen van den Boe
renbond worden er beter op, als nieuwe
krachten toevloeien en de deelname grooter
wordt. Als ook Zuid-Holland gaat aanslui
ten, ja, als er een organisatie komt die het
geheele Diocees omvat, moet de kracht der
R. K. Boeren en Tuinders in elk opzicht en
belangrijk grooter worden.
Daarom is het op 16 Juni te nemen besluit
zoo belangrijk. Het zou voor de toekomst
van het katholieke volk in het Diocees
Haarlem van niet te berekenen nadeel zijn,
indien, door het drijven van eenige tegen
strevers, de spoedige en snelle totstandko
ming van een R. K. Diocesanen Land- en
Tuinbouwbond verijdeld werd.
Wij gelooven niet dat die kans erg groot
is, doch bestaan doet ze zeker. Daarom is
het noodig dat allen die invloed 'kunnen
uitoefenen ten
bruiken.
Het is nog kort dag.
dezen invloed ook ge-
A. H. J. ENGELS.
Kronkelingen.
De „Nieuwe Courant", anti-papistisch
•orgaan van onverdacht allooi, heeft uit
gevonden, dat „sinds Pinksteren het Vati-
caan, zoo dit ooit zoo mocht he eten, geen
internationaal-diplomatiek milieu meer
zou zijn."
De vriendelijkheid van het (heele artikel
proeft men al uit het twijfelzinnetje: „zoo
dit ooit zoo mocht heeten".
Waarop baseert intusschen het orgaan
zijn opinie, waaraan het zoo gretig uiting
geeft?
Ongeveer hierop: dat Italië thans ook
aan den oorlog deelneemt, waardoor des
Pausen diplomatieke vrijheid zoodanig
7iou zijn ingekort, dat onze gezant ten Va-
ticane toch slechts „een ondergeschikte
rol zou kunnen spelen", indien hij er al
door het Italiaansche gouvernement zou
worden toegelaten.
Dit laatste blijft reeds niet onweerspro
ken. Zoo vraagt het „Hbld.", of 't „wel
geheel juist is, dat het „thans wel zeker"
is zooa'.s de „N. Cr.t." meent dat de
bijzondere gezant zich niet naar Rome zal
kunnen begeven zonder de toestemming
van het Italiaansche gouvernement, wat
zou beteekenen dat hem gevraagd zou
worden waarom Nederland een gezant aan
het Vaticaan benoemt!"
Op grond der Garantiewet gelooft het
Amsterdamsche orgaan rulles zoo gauw
niet een opinie, waar ongetwijfeld meer
voor te zeggen valt dan voor die, welke
het Haagsche blad toch -zoo graag als de
ware zag beschouwd.
We zullen hier het artikel van de ,,N.
Crt.", hetwelk ook de j^sv-ie van den En-
U.J
Six Henry Howard „zou enkel min of meer
de rol van dwarskijker vervullen" niet
in bijzonderheden uitpluizen, 't Heeft te
zeer het karakter der kronkelingen, waar
in men zich pleegt te wringen wanneer
men met zooveel mogelijk goed fatsoen
wil trachten af te komen van een zaak,
welke men niet wenscht. En speciaal de
wijze, waarop het orgaan nu al de positie
van den eventueelen gezant tracht te de-
primeeren, verdient niet onze aandacht.
Maar waar het orgaan vraagt, of het
..zou te verwonderen zijn, indien.... onze
Regeering wegens de veranderde omstan
digheden op een dringende afdoening van
het gezantschapswetje geen prijs meer
stelde", daax vragen wij op onze beurt:
Zou het niet in strijd wezen met de waar
digheid van ons land om iets, wat voor
1-4 dagen spoedeischend was, nu ter zijde
te schuiven wegens omstandigheden, wel
ke geheel buiten ons omgalVi? We moeten
nog evenzeer ons best blijven doen voor 't
verwerven van den vrede, terwijl positie
en invloed van den Paus waarlijk niet
verminderd zijn door bet feit, dat Italië
thans ook meevecht. Bovendien: hoe groo
ter het aantal strijdende partijen wordt,
hoe hechter de non-combattanten zich
samen dienen te sluiten om het goede te
kunnen bereiken, dat zij beoogen.
Sedert gietermorgen 3 uur 30 min.
is Przemysl weer in Oostenrijkse!) bezit.
Een Briteche duikboot, die in de zee van
Marmora opereerde, bracht een Duitsch
transportschip tot zinken.
Van het Westelijk oorlogs
terrein.
Op het Westelijk oorlogsterrein gebeurt
niets, dat tot een beslissing zou kunnen
leiden. Kleine gevechen van weinig betee
kenis worden er geleverd, wat wel uit on
derstaand Fransch communiqué van gis
termiddag blijkt.
De Engelschen namen met de bajonet het
kasteel Hooge bij Zonnebeke. In de stxoek
•ten noorden van Atrecht gaat de artillerie
worsteling nacht en dag door. Eenige zeer
hevige infanteriegevechten hadden ten Oos
ten van Notre Dame Lorette plaats, waar
de posities van geen der beide partijen ge
wijzigd werden.
Ten Zuidoosten van Neuville St. -Vaast
deden de Duitschers een tegenaanval in het
Labyrinth. De Franschen joegen hen terug
en maakten opnieuw vorderingen, waarbij
gevangenen in hun handen vielen.
Het totaal aantal krijgsgevangenen sinds
31 Mei in het Labyrinth gemaakt, bedraagt
800, waarvan 9 officieren en 50 onderoffi
cieren. De Franschen veroverden er even
eens 2 mitrailleuses.
Het is belangwekkend op te merken, dat
tusschen 9 Mei en 1 Juni een Fransche di
visie bij de molen van Manon en de suiker
fabriek te Souchez 3100 gevangenen maak
ten, waaronder 6-4 9nna^~"-
ouiib ujj^eji ueyroeveii. ue aivibie venoor
aan, gewonden, dooden en vermisten 3200,
waarvan 2/3 licht gewond.
In Champagne beproefden de Duitschers
een nachtaanval bij Beauséjour. Deze werd
dadelijk afgeslagen.
Op den zoom van het Bois le Prfttre sloe
gen de Franschen twee hevige Duitsche
aanvallen af.
Van het Oostelijk oorlogs
terrein.
De belangrijkste gebeurtenis van de
oorlogsterreinen is ongetwijfeld de val van
Przemysl. Na de gebeurtenissen van de
laatste dagen kan dit evenwel geen verwon
dering haren. De Oostenrijkers hadden de
verdedigingswerken voor de overgave zoo
veel mogelijk verwoest en naar het schijnt
hebben de Russen gedurende de twee maan
den dat de vesting in hun bezit was, geen
tijd gehad om haar de vroegere sterkte te
hergeven.
Przemysl vormde na den nederlaag van
het Russische Karoathenleger een vast
steunpunt voor de te. agtrekkende troepen.
Generaal von Mackenzen, de bevelhebber
van het leger tegen Przemysl, had onge
twijfeld gedacht het Russische Korpathen-
leger in de vesting te vinden. Maar groot
vorst Nicolaas, de Russische opperbevel
hebber, liep niet in de val die von Macken
zen voor hem had opgezet. Hij bleef zi
aan Przemysl vastklemmen, doch wierp
zijn leger er niet in, maar breidde het uit
langs den Oostelijken oever van de San.
Aanvankelijk gelukte het den Russen nog
op verschillende punten van hun front,
vooreerst brij Sieniawa (ten N. van Jaros-
lau), vervolgens bij het punt waar de Lu-
backzowka in de San valt, en nog Zuidelij
ker bij Jaroslau zelf, voordeelen te beha
len, en de Oostenrijkers terug te werpen.
Maar de verbonden Duitsch-Oostenrijk-
sche troepen kwamen met groote verstér-
kingen terug en wisten vijftien bruggen
over de San te slaan, waardoor zij in staat
waren, onder bescherming van hun ge
schut, naar de overzijde te stormen. Aan
dien ontzaglijken druk heeft het Russische
leger geen weerstand kunnen bieden. Het
werd als het ware van Przemysl weg ge
duwd. Wanneer precies de verbinding ver
broken is en het overwinnende Duitsch-
Oostenrijksche leger zich tusschen do ves
ting en het Russische leger in geplaatst
heeft, weten we niet, wel weten we nu,
dat in plaats van de witte vlag met het
blauwe St. Andries-kruis opnieuw de rood-
wit-roode vlag van Oostenrijk-Hongarije
boven de vestingwerken van Przemysl
waait.
De Oostzee-provincies.
De militaire medewerker van de „Birsj-
na Wjedomosti" schrijft dat er alle reden
is om aan te nemen dat de Duitschers alles
in het werk zullen stellen om zich van de
Oostzee-provinciën meester te maken. Men
zal dus rekening moeten houden met tal
van belangrijke daden van het Duitsche of
fensief in dit gebied.
De Russen zouden, ofschoon zij de
Duitsche invasie in de Oostzee-provinciën
voorzien hadden, aldaar geen belangrij
ke strijdkrachten bezitten. Iri het algemeen
acht men de Oostzee-provinciën van onder
geschikt belang,
von not ^.utaoujK ooriogs-
terrein.
Officieel wordt d.d. 3 Juni' uit We enen
gemeld: De Italianen zetten hun doel'.ooze
beschieting van onze posities voort. Op
verschillende punten van de Tyroler- en
Kartnthieche grens, waar vijandelijke
afdeelingen in het vuur kwamen, vlucht
ten ze, o. a. het Italiaansche infanterie-
rogimen-t op het plateau van Folgari-a,
verscheidene compagnieën bij Mistrina on
een officiers-patrouille van de door ons
in Tradisca overvallen cavalerie Bersagli-
afdeelingen.
De „Deutsche Tageszeitung" verneemt
uit Weenen: De gevechten op liet Italiaan
sche ooriogs toone'el krijgen langzamer
hand een grootere omvang. Onze troepen
houden zich in hun sterke stellingen bij
het defensief, waartegen de Italianen te
vergeefs opstormen en groote verliezen
lijden. De Italianen zijn kranig in het
stonnloopen, doch vluchten bij het eerste
zware verlies hals-over-kop.
Te Milaan.
De „Luzerner Tagesanz." deelt, volgens
do „Korr. Norden", mede dat verleden
week Donderdag het militair bestuur te
Milaan door aanplakbiljetten aan de be
volking heeft kennis gegeven, dat de krijgs
raad 17 reservisten van het derde infante-
rie-regiment te Milaan, wegens revolutio-
FEUILLETON.
HEREENIGD.
I»)
Eerst bij zijn ontmoeting met Kapitola
voor het altaar in de boschkapel zou in
lijn 'hart een gloed ontvlammen, die er
tot dusverre zwak en mat in gesmeuld
tad.
lloe zij daar voor (hem gestaan had met
'ifüosemende oogen en gloeiende wangen
- hij vergat het geen oogemblik.
Uit heel het wezen van het meisje sprak
iets, dat hem geheel temde, Iets waartoe
tot dusverre geen enkele vrouw -in staat
"as geweest en hij verlangde er naar ha
ven trots te breken en macht over haar
"it te oefenen, het deed er niet toe door
"eke "middelen.
Uil gezegden van zijn vader begreep
Francis, dat Kapitola Black vermoedelijk
Kapito-la Le Noir was, de wettige erfge-
Damen van heel het fortuin der Le Noir's.
Indien diit inderdaad het geval was, dan
"as Kapitola een veel betere vangst clan
'to arme Klara het zou geweest zijn, en
francis was besloten geen. o ogenblik te
'arzelen om het blad om te keeren en, in
Nats van zooals 'tot dusverre van de ge-
"ade zijn-s vaders af te hangen, de echtge-
toot te worden van de rijke erfgename
'd de bezitter van haar onmetelijk for-
''"n. Hij schrok zelfs niet terug voor het
•Sakbeeld om zijn vader tot erkenning
jan de rechtmatige aanspraken der doch-
van Eugène Le Noir te dwingen, in-
het zijn moest, en hij bouwde des te
^er op het welslagen van- zijn plan, daar
kolonel Le Noir zich in Mexico bevond en
er aldus van dlieins kant geen hinderlijke
inmenging te vreezen was.
Herbert's verblijf op Hurricane Hall
was intusschen spoedig geëindigd en hij
had moeten vertrekken naar zijn regiment
hetwelk stond onder bevel van kolonel Le
Noir en bestemd was voor Mexico. Dagen
lang scheen Kapitola alle opgewektheid
te hebben verloren; doch nadat het eerste
verdriet der scheiding voorbij was, werd
zij spoedig weer aooals vroeger en hare
oogen schitterden weer en zij dioorkruisde
dagelijks op „Gip" haar lievelingspaard,
de schilderachtig-woeste omgeving van
Hurricane Hall.
Wool begeleidde haar oip deze tochtjes
niet meer. Majoor Warfield meende, dat
dit nu niet meer noodilg was, en achtte
het gevaar voor zijn beschermelinge ge-
wéken, daar kolonel Le Noir zich in Me
xico bevond. Hij vermoedde niet, dat de
schurk, die zich voorgenomen had zijn
leven te wagen voor het bereiken van zijn
doel, in de nabijheid op de loer lag en
slechts het geschikte oogenblik afwachtte,
om zijn duister plan ten uitvoer te brengen
en dat voor Kapitola in den nietswaardigen
zoon van Gabr Le Noir 'n derde gevaarlijke
vijand was opgedoken, die voor het meis
je niet minder verderfelijk zou kunnen
worden dan haar boosaardigen oom zelf.
De gelegenheid om in Kap ito la's nabij
heid te komen zou voor Francis Le Noir
niet -uitblijven en een niet voorzien toeval
zou hem bij de uitvoering van zijn plan
op nog bijzondere wijze te hulp komen.
Op zekeren middag, toen Kapitola juist
door het bosch rondom Hurricane Hall
reed, kwam haar -paard te vallen er
zij het voorzag lag zij onder den zadel op
den zachten bodem van een opene bosoh-
plek.
Dat was een, o ogenblik, waarop Francis,
die haar reeds vele dagen tevergeefs ge
volgd was, gewacht had. Hij kwam aan
rennen en begon de rol te spelen van red
der.
Wat Ls er gebeurd, miss Black? riep
hij op een toon van de grootste bezorgd
heid. Zijt gij gekwetst?
O, neen, antwoordde Kapitola, die
zich intusschen behendig weer opgericht
had, op koelen toon, het is niets, behalve
misschien dat mijn kostuum een weinig
heeft geleden.
Laat mij dat doen, zeide Francis
dienvaardig, terwij-l hij het zadel, waar
naar zij zich zooeven had willen heenbui-
gen opnam en heit op den rug van het
paard vastsnoerde. Dat is geen werk voor
een dam el
Kapitola liet hem begaan, want zoo
geheel ongedeerd was zij er toch niét af
gekomen. Op -een ter zijde van den weg
liggenden boomstam gaande zitten, zag
zij met saamgetrokken lippen, hoe hij zich
uitsloofde om het zadel weer vast te mar
ken en het verschrikte paard te kalmee-
ren.
Vervolgens zich tot Kapitola wendende,
begon hij:
Miss Black, n-eem het mij niet kwa
lijk, maar het gevaar wahrin ik uw leven
meende te zien, heeft mij tot de eiikenite-
niis doen komen, dat ik u een verklaring
moet doen...
Verder kwam hij niet. Zijn stem weiger
de haren -dienst onder den blik vol min
achting, dien Kapitola hem toewierp.
Sir, nieit verder! riep z»ij, zich fier op
richtende. Na hetgeen er -tusschen ons
voorgevallen is, sta ik er verbaasd over,
dat gij de onbeschaamdheid hebt mij te
naderen en zulke woorden tot mij te spre
ken. Ik ben de bruid van een dapperen,
jonger officier van het Umie-Iëger. Gij
hebt reeds zijn arm gevoeld, toen gij ver
metel genoeg waart om uw hand naar
mij uit te steken. Nog één dergelijke po
ging en gij zoudt wel eens kennis kunnen
maken met zijn degen. Ik waarschuw u!
Ga van mij weg en laat ik u nooit weer
ontmoeten! Adieu!
En voordat hij er op verdacht was,
sprong zij in het zadel, knikte even udt de
hoogte meit he<t hoofd en was in een oogen
blik verdwenen.
Satanskind 1 prevelde hij knarsetan
dend. Wacht maar, zij zal zich mijner
heugen!
En zijn paard de sporen gevende, zoodat
het steigerde, reed ook hij weg den
anderen kant uit bevende van woede en
vol wraaklust.
Ongeveer een week na dit voorval zaten
in het logement Adler te Tiptop eenige
jagers en boeren bijeen, onder de laatste
genoemden ook John. Stone, een grond
eigenaar, dde niet ver uit de buurt woon
de en bij wion Kapitola op haar uitstapjes
nu en dan was komen rusten. Deze bezoe
kers wisseldon nu ert dan eenige vroolijke
woorden met de vrouw van den logement
houder en speelden met de kinderen.
Onder de jagers bevonden zich eenige
heeren udt Washington, die door Francis
Le Noi-r w-aren u-itgen-oodigd. om te komen
Jagen.
Allen, waren bezig met spreken oyci; de
jacht, toen plotseling een der vreemd®
.hoeren, tot John Stone zich wendende,
zeide:
Zeg, die kleine amazone van Hurri
cane Hall, de pupil of de nicht of wat
zij dan is van den ouden Warfield, is
'n echte rakkerd 'n Diana. Die zal overi
gens ook wel niet veel bijzonders zijn?
Sir, dat is een leugen, en de man ilia
zoo iets zegt, is een lasteraar! riep John
Stone, terwijl hij van zijn stoel opsprong.
Sïrl antwoordde de vreemdging,
eveneens opspringende.
Ja, wie miss Black beleedigt, is een
lasteraar, dat herhaal ikf donderde John
Stone. En ik waarschuw u, Sir, p.as op
uw mond! Ik heb de eer al de heeren een
goeden morgen te wenschen.
En met dreunenden tred verliet de boer
hot logement. Hij had nog pas 'een kort
eind weegs afgelegd, toen hij plotseling
bleef staan en luisterde.
Hij hoorde paardengetrappel en een
oogenblik later zag hij op eenigen afstand
Kapitola op haar pony voorbijrijden.
Evenals Steeds wuifde zij den boer toe.
Hij beantwoordde haren groet met den
gepasten eerbied, dooh wat hij gehoord
had, drukte hem zoozeer, dat hot aan
Kapitola niet kon ontgaan.
John Stone? vroeg zij daardoor, wat
is er?
Hij wilde ontwijkend antwoorden, doch
dit gelukte hem niet. Zij dreef hem zoo In
't nauw, dat hij spreken moest.
En die man is een gast van hot ver
laten huls? vroeg zij.
De boer knikte bevestigend.
(Wordt ivoEvolgd.}