OORLOGS-VARIA. vele gemeenten in deze dagen gebracht worden tot de noodzakelijkheid om naar ruimere inkomsten uit te zien, naar ver- li enging van gasprijzen en andere bedrijfs- taricven grijpen. Gemengde berichten. Rampen en ongelukken. Men meldt uit Valthermond (Dr.): Maandagavond geraakte lid 8-jarig dochtertje van den arbeider J. P. te iv iter. Eenigen tijd later werd het lijkje opgehaald. In de buurtschap Lindvelde onder de gemeente Eibergen brandde ongeveer 1 H.A. lioschgrond af, toebehoorende aan een drie tal eigenaren in die gemeente. Door van alle kanten toegeschoten hulp wist men met inspanning van alle krachten'verdere uitbrei ding van den brand te voorkomen. Door de politic is tegen den 12-jarigen B., als verdacht van deze brandstichting proces-verbaal op gemaakt. Men meldt uit Gouda: Zondagmiddag had do 15-jarige D., wonende op den Raam, bij den caféhouder Stofberg, onder' Reewijk, een bootje gehuurd, waarmede hij alleen was gaan roeien op den Reeuwijkschon plas. Toen de jongen des avonds nog niet in de ouder lijke woning was teruggekeerd, begon men zich over zijn lang uitblijven ongerust te maken en ging men hem zoeken. Het bootje werd zonder den jongen drijvende gevonden de pet van den knaap lag er in. De plaats waar het bootje gevonden is werd afgedregd. Men vond echter het lijk niet en ook Maan dag heeft men tevergeefs gedregd. Intusschen is bel nog niet zeker dat de knaap werkelijk verdronken is. Hij is vroeger al eens heimelijk de ouderlijke woning ontloopen. De kans, «lat hij, op avontuur belust, er stilletjes van door is gegaaa en het daarom op handige wijze heeft doen voorkomen alsof hij ver dronken zou zijn, is geenszins buitengesloten. Maandag is te Buren J. v. S., vader van een talrijk gezin, in de Kornè te water ge raakt en verdronken. In den Rijn onder Rlienen is Dinsdag morgen het lijk van een omstreeks 50-jarig manspersoon opgevisclil. Dinsdagmorgen is te Harfsen, gemeente Gorssel, do lieer Jan Hamer, uit Zutpben, «loor een personentrein uit Hengelo aange reden en gedood. 8-jarige C'. P. is gisternamiddag, toen hij in de Rosestraat tc Rotterdam aan liet tollen was, te dicht bij een voorbijrijdende stoomtram gekomen en vermoedelijk «loor een treeplank gegrepen. Dc jongen kwam onder den derden wagen van de stoomtram en werd verpletterd. Gisteren is in het Heidenschap onder orkum een 6-jarig jongetje verdronken. Te Mairum is gisteren de vrouw van den gardenier II. K. verdronken. Te Heicop is gisteren een felle brand uitgebroken, waarbij 2 huizen in dc asch werden gelegd. Vorst in Mei. In Noord-Holland vroor bet gisternacht 5 graden Fahrenheit, zoodat er ijs in de slootcn lag. Het vee had geducht te lijden van de ijslaag, die de velden bedekte. Weer thuis. De beer v. d. B., uit Nieuw- sladt was gearresteerd, wijl hij de Duitsche grenzen was gepasseerd, zonder in het bezit tc zijn geweest van een pas. Gedurende 14 dagen heeft v. «1. B. in Duitsche gevangen schap vertoefd. Thans is hij weer in den kring zijner familie te Nieuwstadt teruggekeerd. Gevaarlijke oierenzoekers. De rijksveld wachter Koekoek, uit Voorburg, bevond zich dc vorige week op surveillance in-een polder onder «ie gemeente Stonipwijk. m betrapt e daar een drietal personen op bet zoeken van eieren. Een der eierenzoekers arresteerde bij, waartegen de man zich ver zette. Zijn kameraden, die op een afstand waren gebleven, kwamen hem helpen, toen hij riep: „Slaat hem dood!" Met zijn drieën vielen zij den veldwachter aan, die werd afgeranseld en bovendien niet een dikken paal een slag op het hoofd kreeg, waardoor hem bloed uit het oor vloeide. Toen de politieman zijn revolver vrij kreeg en een schot in de lucht loste, deinsden de aanvallers af n kozen liet baz.epad. Te Delft is het drietal door do recherche opgespoord en aan gehouden. Re malversaties te Gulpen. Het gerech telijk onderzoek inzake de malversaties ten post ka ii tore tc Gulpen, als verdacht, waarvan gedetineerd is de postdirecteur Darcis, zou Maandag aan het licht hebben gebracht de verduistering van een som van 8 d 9000 gulden, waarvoor voldoende bewijsmateriaal voorhanden is. Smakelijk eten. De politie te De Bilt (Utr.) liield een vrachtje vlcesch aan, dat bij onder zoek bleek te bevatten een den natuurlijken «lood gestorven koebeest. Dc veearts keurde het vlecsch af en beval vernietiging er van. De vervoerder werd geverbaliseerd. Vindersloon. In zijn jongste zitting be sloot de Raad der gemeente Mook aan een antiquair een kist te verkoopen, die vóór ongeveer 40 jaar aldaar gevonden was. Eén der raadsleden herinnerde zich, dat den vinder toen een belconing was toegezegd, indien «Ie kist verkocht werd. Indien de man nog leeft, zal hij deze belooning nu ontvangen. Door eeu adder gebeten, Tijdens een oefening der troepen bij Oosterbeek werd Maan- «lagmiildag een korporaal door een adder in den «luim gebeten. De man zoog terstond den beet uit, maar dit mocht niet baten. Door een ollicier van gezondheid werd onmiddellijk naar Arnhem om een serum getelegrafeerd, maar dit was niet aanwezig. Terstond werd besloten den, duim tc amputeeren, doch het gif had al te veel vordering gemaakt, zoodat besloten werd den paiënt ijlings naar het militair hospitaal te vervoeren. De toestand van den man moet ernstig zijn. SPORT. VOETBAL. De ha ve eindstrijden voor den beker. De wedstrijd II. F. C.—Hercuües zal Zondag gespeeld worden op het terrein van II. B. S. in denj-laag. Dc wedstrijd H. B. S.—U. V. V. vindit in het Stadion te Amsterdam plaats. ROEIEN. Studenten wedstrijd. Hier volgt de loting voor den Studen tenwedstrijd: Boei 1 is de. tribune-kant. Hoofdnummer oude vier: Boei 1 Triton, Boei 2 Laga, Boei 3 Nereus, Boei 4 Njord. Jonge vier: 1 Nereus, 2 Laga. Twee zonder stuurman: 1 Triton, 2 Laga. Jonge acht: 1 Nereus, 2 Laga. Skif: 1. Laga, 2. Njord, 3 Nereus. 2 persoons wherry gestuurd door een dame: 1. Willem III, 2. de Hoop, 3. de Maas, 4. Laga, 5. Poseidon, 6. Amstel, 7. Njord. Zeven wherries gaan dus gelijk weg. 1 persoons wherry: 1. Amstel, 2. Maas, 3. Laga, 4. De Hoop. Wedstrijd voor de leerlingen van het Matrozeninstituut: ls-te Zeehond, 2de Rei ger, 3de Neptunus. WIELRIJDEN. De 24-nnrrit. In de jongste bestuursvergadering van den A.N. W. B. is met aïgemeene stemmen be sloten de aan het Uitvoerend Comité voor den 24-uurrit toegezegde subsidie te verhoo- gen, dit naar aanleiding van het buiten gewone welslagen van den rit. Land en Tuinbouw. Bijenzcrgen. Wil men de bijen veel honig laten ver zamelen, dan moet er in de eerste plaats voor gezórgd-wórden, dat er veel bijen in de ka&t zijn. Daarvoor bestaan verschillende midde len. Het eerste is, dat men de koninginne cel en wegneemt, waardoor het zwermen belet wordt. Door het zwermen toch zou het volk belangrijk verzwakken. Maar in ongunstige voorjaren is dat nog niet voldoende. Dan moeten er vreemde bijen in de kast gebracht worden. Om deze bijen te verkrijgen moet de kastimker voor iedere kast, die hij heeft, ook nog een korf met bijen hebben. De zwermen, die daar afkomen, worden in de kasten geworpen, waardoor een on gekende sterkte ontstaat. Dit bijwerpen moet echter met beleid gedaan worden, omdat anders de bijen elkaar dooden. Als men een zwerm geschept heeft in een schepkorf je, blaast men met den mond water daarop en ook het volk in de kast wordt nat gemaakt. Worden zij dan bij elkaar geworpen, dan beginnen zij direct het water op te likken en vergeten het steken. Deze bijvoeging moet echter altijd ge schieden des morgens vóór aclft ure of des avonds na zes ure. Doet men het overdag, dan maken, ze elkaar toch dood, omdat er dan voortdurend bijen thuis komen, die nergens van weten en dan op de vreemde bijen aanvallen. Nu moet ik nog iets vertellen van bet „slachten" der bijen. Als de korfimker in den herfst den honig wil uitbreken, legt hij een bran dende zwave'.lap onder den korf, waar door alle bijen een jammerlijken verstik kingsdood ondergaan. Hij noemt dit „slachten", omdat hij dismkt, dat hij een koe of een varken eek mag slachten. Maar ik noem het „ver moorden", waarbij nog komt, dat het on billijk is; want de arme diertjes hebben den heelen zomer hard gezwoegd om den kostbaren honing te verzamelen, en is dat dan hun loon daarvoor? Daarbij komt, dat het in 't geheet1, niet noodig is, de bijen dood te. maken; want de imker kan de bijen afk'-oppen en op de, konen doen, die voor den winter op gezet worden. Of hij k.an de bijen in een ledigen korf doen», waarin zij dan nog nieuwe raten bouwen, die zij met suiker vullen, waar mede zij opgevoederd worden. De ge denatureerde suiker, die het rijk verstrekt kost slechts f 0.12 en 20 pond is genoeg. Tiet ligt voor de hand, dat de korven in het voorjaar veel meer waard zijn dan f 2.40, maar daaraan denkt de korfimker niet. Ik geloof vast, dat de bijen weten, dat zij op een g-oeden dag door den imker vermoord worden en dat zij hem daarom zoo steken, als hij aan de korven raakt. Wij weten alben, dat de korfimker hang is voor de bijen, want a's hij er wat aan doen wil, zet hij een kap op. Ik gebruik nooit een kap of handschoe nen en toch steken de bijen mij niet. Ik beschouw ze als onschuldige vliegen of mugjes. Om een rots. Hoe in de Vogezen gevochten moet wor. den om eiken duimbreed gronds," toont de beschrijving van den strijd om een rots blok, ergens in een Vogezendal. In de Vossische Zeitung leest men: De Franschen hadden blijkbaar gemerkt van hoe veel waarde ons het bezit van den rots was. Een vrijwilliger, die met doods verachting op zij van den steen kroop, zag plotseling op kleinen afstand Fran schen, die ijverig aan een loopgraaf werk ten. Deze loopgraaf leidde in de richting van de rots. De vijand wist hoe moeilijk ons terrein voor een operatie was, terwijl hij het voordeel had van dicht kreupel hout en een zachten bodem. Nu begon er een wedstrijd in het graven. Wie het eerst in liet bezit was van de rots, was meester van de hoogte. Daar men met ge weerschoten de gravers niet bereiken kon, werden handgranaten klaar gelegd. Maai de Franschen waren ons voor. Gelukkig ontplofte er slechts één van de drie slecht gemikte handgranaten, zonder ons scha de te berokkenen. Ons antwoord liet niet lang op zich wachten en had een betere uitwerking. De granaten raakten, want de Alpenjagers renden naar liet kreupel hout terug, waarbij zij nog krachtig be schoten werden. De loopgraaf naderde de rots tot op negen meter, toen de vijand weer met handgranaten begon te werken. Om deze doel te doen treffen, wierpen de Franschen eerst met steenen. Om een van deze steenen was een nummer van de Matin van 27 November gewikkeld, waar in het natuurlijk wemelde van Duitsche nederlagen. Maar de Franschen hadden weer geen geluk met hun granaten, die of niet ont ploften, of geen schade aanrichtten. Daar entegen werkte onze granaten zoo goed dat de Franschen langen tijd de lust ver ging de operaties voort te zetten. En zoo werd eindelijk het doel bereikt. De loop graaf ging tot de rots. Met zandzakken en stalen platen, waartegen de kogels van den vijand terug stieten, terwijl wij door de opengelaten gaten schoten, werd de rotsgroep uitgebouwd tot een bastion. Toen onze schutters van deze veilige stel ling met hun werk begonnen en onze pionoers hun hielpen met goed gemikte handgranaten, lieten de Franschen in de loopgraven alles in den steek, verdwenen in het kreupelhout en legden vijftig meter verder een nieuwe loopgraaf. Een gevecht onder den grond. Welke enorme eischen de mijnen-oorlog aan den moed en de zenuwen stelt, kan ook een leek begrijpen, aldus is in ver schillende Duitsche bladen te. lezen. Uren lang werkt de geniesoldaat in een nau we, lage gang, tein meter onder den grond, meer dan honderd meter dikwijls voor het eigen front, voortdurend in ge vaar, omdat de vijand hem steeds over vallen kan, of omdat hij het slachtoffer wordt van een tegenmijn. Het licht brandt slecht, omdat er niet voldoende zuurstof is. Met koortisachtiigen ijver werken de drie dappere mannen, die heel vooraan zijn. De vijand moet verrast worden, voor hij gelegenheid vindt zijn gang te bouwen onder onze loopgraven. Hoe gevaarlijk en zenuw-opzweepend dit werk is, blijkt uit de volgende lotgevallen van Beiersohe ge nie-soldaten. In een der mijngangen hoorde men het werken onder den grond van de Fran- sche pioniers. De luitenant liet, omdat het geluid al van heel dicht bij kwam, de Duitsche pioniers weggaan, op twee man na. Met hen vatte hij post bij de bedreigde plaats. Hij liet stil de planken van den wand wegnemen, opdat de vijand niet on middellijk merken zou, dat hij gestooten was op een vijandelijke mijn-gang. Nu moest er kalm afgewacht worden, wat er gebeuren zou. Een uur later ongeveer kwam van den anderen kant een spade in de Duitsche gang. Tegenover de drie Duitschers stonden, vier, vijf verblufte Franschen. Onmiddellijk opende de luite nant het vuur. De Franschen, die niet vielen, gingen op de vlucht. Ongeveer ijf- tien meter van de plaats, waar dit gevecht geleverd werd, mondde de vijandelijke gang uit in de vijandelijke loopgraaf. Op het schieten renden uit zijgangen nog een paar Franschen aan, die echter door het vuur der Duitschers teruggedre- vn werden. Nu werd vlug, met de hulp van andere vrijwilligers, de Duitsche gang geladen en opgeblazen. En zoo werd bet den vijand onmogelijk gemaakt in de Duitsche loopgraven binnen te dringen. Aan eenige manschappen van hetzelfde Beiersche regiment is het gelukt, den Franschen acht meter onder dén grond een geladen mijn van 300 kilogram spring stof te ontnemen. Bi j het graven van een gang, welke dicht bij de vijandelijke loopgraven geko men was, meldde de soldaat, die in 1 et voorste deel werkte, dat van de linker zijde door een kleine opening versehe lucht in de gang drong. Dadelijk erd deze opening grooter gemaakt en men zeg nu een aantal kisten en kartonnen doozen. Het was springstof. De soldaten zochten de lont-geleiding op en maakten die on schadelijk. Daarvoor wa,s een arbeid van drie kwartier noodig en a! dien tijd wa ren de soldaten er zich bewust van, dat de vijand ieder oogenblik de lont zou kunnen aansteken en dat zij dan reddeloos verlo ren waren. De lading werd in de Duitsche mijngang overgebracht en de ledige ruim te met zakken zand weder gevuld, vaar- bij de lont zoodanig werd gelegd, dat de vijand de verwisseling van zijn Jading niet kon vermoeden. De gepantserde kruiser. Naar aanleiding van den ondergang der Lóón Gambetta heeft de maritieme medewerker een belangwekkende be schouwing over dit scheepstype, die de belangstelling van alle zeevarende mo gendheden verdient. Het oorlogslot, schrijft hij, is hard voor de gepantserde kruisers. Behalve Oosten rijk hebben a'le oorlogvoerende mogend heden reeds schepen van dit type verlo ren en wel in die mate, dat het verlies van gepantserde kruisers het percent van alle andere verliezen ver overtreft. Duitschland verloor de Scharnliorst, Gneisenau, York en Friedreich Carl, d. i. een verlies van 50 perc., als men de B.ü- cher ook tot dit type rekent, Rusland ver loor in October d'e Pallada, een van zijn 6 gepantserde kruisers of 16 perc. Enge land verloor de Aboukir, Cressy, Hogue, Good Hope en Monmouth op een totaal van 34, dus ongeveer 14 perc. Japan raak te door stranding in Februari de Asama kwijt en thans heeft Frankrijk een der gelijk schip verloren, hetgeen, daar het er IS bezit, maar 5 perc. beteekent. Vermoedelijk.zullen deze verliezen, gaat de schrijver voort, wel niet vervangen werden, want, sinds de geboorte van de Dreadnoughts is de gepantserde kruiper meer of minder overbodig type geworden, welker functies door den slagkruiser en den lichten kruiser overgenomen wor den. De ervaringen in dezen oorlog doe men hem geheel ten doode. Oorspronkelijk was toch zijn bedoeling niet de aanval op oorlogsschepen van den vijand, maar op zijn koopvaardijvaa/tui- gen. Op de handelswegen lag zijn wiu'k. Thans is gebleken, dat hij voor dat werk niet deugt. Hij was niet sterk genoeg om he»t met de Duitsche vechtschepen aan te binden en zijn meerdere kanonnenm icht kon zelden gebruikt worden, terwijl zijn pantser onnoodig was. De Fransche vliegerbommen. De Fransche vliegerbom is van boven van een door vier houten schijven bevestigd bjwidvatse) voorzien, en hangt aan een val scherm van wit linnen. Dit moet den val vertragen, om te verhinderen, dat het pro jectiel niet reeds gedurende het vallen ten gevolge van den grooten weerstand der lucht ontploft. Handvatsel en bom .zijn rood geschilderd. Het eigenlijke projectiel bestaat uit twee in elkaar geschoven cylinders, tusschen welke zich ijzeren kogeltjes van ongeveer zes millimeter bevinden. De binnenst cy linder is met de springstof (pikrine) gevuld. In het midden er van is een buis, lien m.M. in doorsnede, aangebracht, waarin zich kruit bevindt. Op deze buis plaatst de vlie genier of zijn begeleider kort voor het naar beneden werpen de lont-patroon. De vliegerbommen, die gewoonlijk 35 c.M. lang zijn en een breedte van ongeveer 9 c.M. bezitten, zijn van uierst hard metaal vervaardigd, dat bij het uiteenspringen bui tengewoon scherpe kanten krijgt, zoodat men de stukkon der ontplofte hummen bijna niet aanraken kan, zonder zich te kwetsen. Een droeve uittocht. Een Britsch officier uit Yperen schrijft, dat voor hem het meest droeve gevolg van den Duitsehen aanval zonder eenigen twij fel de a'igeheele ontruiming der stad door de burgerbevolking is geweest. Zaterdag en Zondag voerden de Duit schers zwaar geschut aan en begon een allerheftigst, bombardement. De granaten- hagel deed op vele plaatsen brand uit breken en he.t werd spoedig duidelijk, dat het eenige heil voor de burgers in een haastigen vluclit gelegen was. Derha've verlieten de 12,000 inwoners, overschot van de 18,000 de stad en vluchtten naar Po- peringhe. Het tooneel langs den weg was vrea&e- lijk. Het gedonder der kanonnen, het bar sten der kartetsen, de ammomitie-coton nes en motors op weg naar liet front ga ven een levendig beeld van den ernst der worsteling, om den verloren grond aan den vijand weer te ontrukken. Het gezicht van de gewonden, vervoerd in motor-am bulances of schrompelend langs den weg met verbonden hoofden en ledematen of uitrustend op de stoepen van de huizen, was akelig genoeg maar ten minste een te verwachten oorlogsbeeld. Veel hartverscheurender echter was het schouwspel van de heele bevolking, vluchtend voor lijfsbehoud met hun scha mele have. De volgende beschrijving geeft voor on ze grensbewoners niets nieuws, na hetgeen zij in de Octoberdagen zagen. Het was een weldadig gezicht, vervolgt de1 schrijver-, de sympathie, en de hulp vaardigheid van den Britschen soldaat te zien. Zij hielpen ijverig bagage en kinde ren dragen en zelfs de gewonden hielpen nog kinderen voort. Waar moet al dat ongelukkige volk heen De 7 mijlen tusschen Yperen en Po- peringhe zijn niet de grens van hun tocht. Waar moeten ze verder heen? Alle ge houwen en huizen zitten vol met troepen. En te midden van dit onbeschrijflijk tumult was een boer kalmpjes bezig met het ploegen van zijn akker en het scheen of hij alleen niets merkte van wat er gaande was. De kozak en zijn paard. Dè oorlogscorrespondent van het „Berli ner Tageblatt" in de Karpathen vertelt van een kozak, die voor hij als gevangene weg gebracht zou worden, eerst den geestelijke vroeg afscheid te mogen nemen van zijn paard. De geestelijke zei lachend: „Kozak, je bent niet goed wijs. Hoe wil je jouw paard vinden uit deze massa. Wie weet, of je paard er wel bij is?" „Ik weet, dat mijn paard er bij is. Hij, die het gevangen nam, vertelde me, dat ze het hierheen gebracht hebben... Ik zou zoo graag,.van mijn paard afscheid ne men." Intusschen zijn de gewonden aangeko men, onze en de Russische. Een korporaal van den geneeskundigen dienst is met de gewonden bezig. De veldgeestelijke zegt lachend: „Korpo raal, deze kozak zou graag van zijn paard afscheid nemen. Maar waar is zijn paard?" „Het moet hier ergens voor een wagen gespannen zijn, wanneer het niet reeds met den trein weg is." De geestelijke zegt iets tot den kozak, die uit het gelid treedt en zijn pet af neemt, Niet ver van de barakken ligt een wagenpark met oude Bosnische koetsiers, die er in de verte'met hun tot den grond hangende manels uitzien als kardinalen. De wagens zullen juist vertrekken en de kleine paarden met de trillende beenen likken de sneeuw. „Neem nu afscheid van je paard", zegt de onderofficier en de kozak rent tusschen de paarden als een opgejaagd hert heen en weer, tot hij stil houdt bij een wagen, waarvoor twee paarden gespannen zijn, een heel klein bruin paard en een iets grootero schimmel. De kozak slaat zijn armen om den dunnen langen hals van den schimmel, kust hem hartstochtelijk en lang. Dan grijpt de groote, krachtige man liet kleine, zwakke dier met. zijn rechter arm om den hals en streelt het trillende, afgetobde lichaam met de linkerhand. Hij neemt uit zijn zak een snee brood, bijt er een stuk af en geeft de rest aan den moe den schimmel. Vol liefde kijkt hij toe, hoe het dier eet, kust opnieuw den gerimpel- den hals en streelt weer. Nu is hij geluk kig. Hij maakt een buiging als een slecht komediant, diep en met de armen ver van het lichaam, tot het hoofd bijna de grond aanraakt, om zijn dank uit te drukken, dat hij van zijn paard afscheid mocht ne men. KERKNIEUWS. Z. D. H. de Aartsbisschop van Utrecht heeft benoemd tot kapelaan te Hoogland den Weleerw. heer L. J. de Wit, on tot kapelaan te Wegdam den Weleenv. heer ,W» Gi Weising. Ingezonden Mededeelingen a 30 cent per regel. Ernstige gevolgen. Lijdt gij aan rugpijn, hoofdpijn, dui zeligheid, prikkelbaarheid* slapeloosheid, vermoeidheid reeds 's morgens hij het op staan? Dit wijst er op, clat de nieren -niet meer geregeld de schadelijke onzudveiha- den uit het bloed afscheiden. De gevol gen hiervan zijn veisc-hillsnd naar gelang van het*gestel Aan den lijder, want de onzuiverheden tasten eerst het zwakste punt van het gestel aan. Bij eenigen tas ten zij de spieren en weefsels aan en ver oorzaken zij pijn in den rug, de zijden, de schouders, de armen of beenen, en zwel len de gewrichten op (rhcumatiek, jicht, ischias, zenuwpijnen). Bij anderen kris- ta.liseerer. dc onzuiverheden zich üi de nieren of blaas en vormen zij graveel, aangeduid door troebele of beslagen urine, bezinksel in liet water, hetwe-k de urinewegen aantast en leidt tot pijn In den onderbuik, voortdurende aandrang tot loozing, branderige pijn, verstopping der urinewegen en later tot niersteen. Ook 'kan het zich voordoen, dat het water niet wordit afgevoerd, wfardoor blazen onder de oogen, opzwelïihg der voeten, enkels, polsen, beenen, enz. gevormd wor- den (waterzucht), terwijl het ook kon voorkomen, dat het levengevend eiwit on gestoord het lichaam kan verlaten (albu- minerie). Die eenvoudige verwaarloosde rugpijn kan dus ernstige gevolgen met zich brengen en onmiddellijke verzorging is derhalve noodzakelijk bij het opitrerlen der eerste verschijnselen. Foster's Rugpijn Nieren Pillen genezen de nieren en stellen haar in staa.t oir voortaan volkomen alle schadelijke stof fen uit het bloed te filtreeren, waardoor zij het kwaad in zijn wortels aantast ei en uitroeien. Te Leiden verkrijgb. bij D. M. Krui singa, N. Rijn 33, Reijst en Krak, Steen- straat 41 en D. cle Waal, Mare 56. (2272; Toezending geschiedt tg franco na ontv. v. post doozen. Eischt de echte Foster's Rugpijn Nie- r<?n ^>^en' weigert voorzien is van ne- venst. handelsmerk. Staten-Generaal. TWEEDE KAMER. Lichting 1916. Waar het zich laat aanzien, dat de wet, houdende bijzondere maatregelen met be trekking tot de lichting 1916, eerst zal kunnen tot stand komen, na«lat de keuringsraden hun zitting zullen hebben aangevangen en alsdan voor sommige militièpüchtigen een gedeelte van den termijn, voor het aanvragen van herkeuring gesteld, reeds verstreken zal zijn, terwijl ten aanzien van dezen de bedoelde termijn op zijn normalen duur bepaald dient te blijven, heeft de regeering, uit ovenvegiiïg ook, dat het bovendien raadzaam is eenige ruimte te laten tusschen liet in werking treden van de wet en de keuring van de personen, te wier aanzien de bedoelde termijn wordt verkort, bij nota van wijziging voorge steld te bepalen, dat met betrekking tot de ingeschrevenen, omtrent wie door den keu- ringsraad uitspraak wordt gedaan na 30 Mei 1915, in art. 61, eerste lid, der Militiewct in. de plaats van „tien dagen" wordt gelezen „vijf dagen." Rechtzaken. Knoeierij met aaiulcelen. Men meldt uit Arnhem: De rechtbank veroordeelde gisteren J. II. M., ingenieur te Nijmegen, wegens oplichting tot 1 "jaar, met last tot onmiddellijke gevangen neming. De eisch tegen bckl., die terecht stond we gens knoeierijen met aandeelen van de tram Utrecht—Gouda, was 2 jaar. Bekl., die op de publieke tribune aanwe zig was, werd daar gearresteerd. Marktberichten. PURMEREND, 4 Mei. Kaas. Aangevoerd 107 stapels, f4752de 50 K. G. Boter. Aangevoerd 1904 K.G. 11.301.40 per K.G. Vee. 488 runderen vet vee, f0,800,98 per K.G.; 2 paarden; 82 vette kalveren f 0,95—-1,15 per K.G.828 nuchtere id., f1224 per stuk; 319 vette varkens, 10,860,90 per K.G.177 magere id. f2028 per stuk; 381 biggen, f 1424 per stuk1920 schapen en lammeren. SCHIEDAM, 4 Mei. Moutwijn f 17—, Je never 1 21Commissie f 16Stemming prijsh. Spoeling fl.Graanspiritus f29. Melasse Spiritus f22.f30lluwe spiritus f l^A'15 SNEEK, 4 Mei. Boter. Aangevoerd 1/4 en 3/3 v. Prijs le keur fBij de vereeniging Fabrieksaanvoeren 1/3 en 7/6 v. f64. Notee ring van de commissie der vereeniging voor boter- eu kaashandelaren in Friesland: le soort f 64. Yec. Aangevoerd 596 koeien (25 vette), 21 kalveren, 000 nuchtere, l'O00, 501 schapen, 1240 lammeren 164 varkens 0biggen. Prijzen van vet vee per K.G. Varkens 3642 c.; Runderenc. biggen voor Londenc. Handel in melk- cn kalfkocien stadig, in schapen en lammeren behoorlijk, varkens en biggen gewild, rest prijshoudend. WASSENAAR, 4 Mei. Toiling. Radijs 2 c. a 0 c. p. bos, Raapstelen 2 c. per bos, Peen 0 c. per bos, Spinazie 10 c. a --- c., Bloemkool f0.12 a l'O.per 100, Aardappelen f0.ft fü.per kin. Zuring per ben 0.10 a 0.c. Rabarber 5 c. a 0 c. p. bos. Kropsla f0.ft f0.per 100. Seldery 0 en 0 c. Eieren per 100 f5,fö,50.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 2