11 BUITENLAND. De Oorlog. 6e JAARGANG. No ig46 3)e Êcicbcli^6ou^cmt BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. - Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bjjonze agenten II cent per week, fl.45 per kwartaal. Franco per post fL65 per kwartaal Afzonderlijke nummers 21/2 cent, met GeiKastreerd Zondagsblad 5 cent DONDERDAG MAART. 1915. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels f 0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen Handel8-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. 't Potje staat te vuur. Bij 't Partijbestuur der „S. D. A. P." waren eenige tientallen moties ingeko men, waarin verbaasde ,,bewusten" hun afkeuring uitspraken over de sinds den oorlog door „de" partij nieuw ingesla gen banen. Mr. Troelstra betoogde in zijn brochure, quasie ter inlichting van buitenstaanders geschreven, dat al die moties maar van de Congrertafel moesten worden geveegd,, want de hooge oomes der Partij wisten het heel goed. Thans hebben die hooge oomes een stelletje moties klaar gemaakt, waarin zij zichzelf gelijk geven. Luister: Part ij leiding. Het congres dat zoet moet wezen overwegende enz. „keurt de door de partijleiding gevolgde gedragslijn goed en verklaart, dat, zoo lang deze toestand voortduurt, dezelfde gedragslijn moet worden gevolgd." Mi 1 i t a r i s m e. Het Congres dat kalm moet afwachten van oordeel enz. „spreekt het vertrouwen uit, dat, zoodra het oogenblik daartoe zal zijn gekomen, het Partijbestuur een internationale be handeling dezer vraagstukken tijdig en breed zal doen voorbereiden." Vre desactie. Het Congres dat Schaper ter wille moet zijn verklaart enz. „dat de Partij de mogelijkheid van samenwerking met andere naar den we reldvrede strevende krachten in het volk moet openlaten." Neutraliteit. Het Congres dat ook neutraal behoort te blijven „spreekt zich uit ten gunste der meest strike neu traliteit en eischt van allen, die een ver antwoordelijke positie in de Partij be- kleeden, zich daarnaar te gedragen." Oorlog s_l asten. Het Congres dat geduld moet leeren oefenen „be sluite, zoodra de partijleiding den tijd daartoe gekomen acht, een krachtige agi tatie te beginnen, ten einde de dekking van de lasten uit den oorlog voortvloeien de te verkrijgen door een heffing van het kapitaal, zooals die reeds namens de par tij in de Kamer is verdedigd." Economische toestanld. Ja, hierbij mag wat meer van leer worden getrokken, want nu geldt het niet zoozeer de hooge partij-oomes dan wel de regee ring, die maar een breeöen rug moet heb- ben. En zoo wijdt deze motie breed uit over allerlei maatregelen der overheid om te concludeeren, dat er afdoend steun moet worden verleend en dat prijsstijging der levensmiddelen enz. behoort te worden tegengegaan. Boem! Als de „bewusten" zich nu maar 't meest aan deze practische motie verga pen, loopt de rest misschien wel los. Het mode potje staat aardig te vuur, nietwaar? Het potje wordt al flink warm, liet vuurtje wordt goed gestookt, als de inhoud nu maar niet overkookt of aan brandt. Enfin, we zullen zien. Een 0uil8ch communiqué getuigt dat een stellig einde werd gemaakt aan de Fransche pogingen tot doorbreken in Champagne. De Engelsche torpedo jager „Ariel" heeft de Duitsche duikboot „U 20" in den grond geboord. Van het Westelijk Oorlogs terrein. Officieel wordt gisteren uit het Duitsche hoofdkwartier gemeld: Op het Westelijk oorlogstooneel werden de krijgsverrichtingen door sneeuw en sterke vorst beperkt, in de Vogezen zelfs bijna verhinderd. Slechts in Champagne wordt de strijd voortgezet. Bij Souain bleven de Beiersche troepen na een langdurig handgemeen overwinnaars. Noordoostelijk van Le Mesnil drongen de Franschen op sommige plaatsen tijde lijk door tot in de Duitsche linies. In ver bitterde gevechten van man tegen man met de Fransche reserven, die te hulp snelden, doch door den Duitschen tegenaanval ver hinderd werden in te grijpen, wierpen de Duitschers de Franschen ten slotte uit de stellingen. Met de heden en de laatste dagen ge melde gevechten is de winterstrijd in Champagne ten einde gebracht, zoodat geen nieuwe successen van de Franschen het eindresultaat maar eenigszins kunnen veranderen. Het gevecht ontstond, gelijk reeds op 17 Februari wérd medegedeeld, met de bedoeling van het Fransche leger bestuur om de in het Masqerisoh -aicrK in net nauw gebrachte Russen m een poging om door te breken, zonder vrees voor de offers welke dit zou kosten, en waarvan het doel was de stad Vouziers, verlichting te brengen. De bekende uitslag van het gevecht in het Masoerisch gebied toont, dat deze be doeling geenszins is bereikt, maar ook de poging tot doorbreken zelf, mag thans volkomen en jammerlijk mislukt worden In strijd met alle mededeelingen in de officieele Fransche communiqué's is het den Franschen nergens gelukt ook slechts het geringste noemenswaardige voordeel te behalen. De Duitschers danken dit aan de held haftige houding hunner troepen in Cham pagne en aan de omzichtigheid en volhar ding van hun leiders, in de eerste plaats van Generaal-Oberst Von Einem zoowel als van de bevelvoerende generaals Rie- mann en Fleck. In dag en nacht onafgebroken gevechten hebben de Franschen sedert 10 Februari achtereenvolgens meer dan zes legerkorp sen en ontzettende massa's zwaar geschut en munitie van eigen en Amerikaansch fa brikaat en meer dan 100,000 schoten in 24 uren tegen een door twee zwakke Rijn- 1 andsche divisies verdedigd front gewor pen. Onwrikbaar hebben de Rijnlanders en de tot hun steun samengetrokken gar debataljons tegen de zesmaal zoo groote legermacht, die aanstormde, niet alleen standgehouden, maar haar herhaaldelijk door hevige tegenaanvallen teruggedreven. Zoo is het verklaarbaar, dat hoewel het hier ging om gevechten van'zuiver verde digenden aard, toch meer dan 2450 onge- wonde gevangenen, onder wie 35 officie ren, in Duitsche handen zijn gebleven. Weliswaar zijn de verliezen der Duit schers, die zich bevonden tegenover een dapperen tegenstander, zwaar en over treffen zij zelfs die, welke de totale Duit sche troepenmacht, die deelnam aan den strijd aan de Masoerische meren leed, maar deze offers werden niet vergeefs ge bracht. De verliezen van de Franschen bedragen zeker het drievoudige van de Duitsche, d. w. z. dat men ze op meer dan 44,000 man moet schatten. Het Duitsche front in Champagne neemt een vaster positie in dan ooit. De Fransche pogingen hebben geen in vloed kunnen oefenen op den loop van za ken in het Oosten. Een nieuwe roemrijke bladzijde heeft de Duitsche dapperheid en taaiheid verworven, die gelijkstaat met die, welke tegelijkertijd in het Masoex%che gebied werd behaald. Een Fransch communiquévan gisteren bevestigt de beteekenis der vorderingen in Champagne. Een zeer hevige tegenaanval werd van nacht met kracht afgeslagen. De Franschen wonnen eenig terrein op den langen weg van Perthes naar Tatur. In de Argonnen bij Fontaine Madan konden de Franschen hun loopgraven voorwaarts verplaatsen op het gedeelte tusschen Four de Paris en Bolante. De Duitschers namen bij een tegenaan val van de Franschen het veroverde ge bied, maar de Franschen slaagden er in dit te heroveren. De Duitschers deden een tweede» tegen- aajiuAl Mot - Van het Oostelijk Oorlogs terrein. Officieel wordt uit Weenen bekend ge maakt: Aan het front in Russisch Polen wordt nog steeds hevig gevochten. In West-Galicië werd het door onze troe pen ten zuiden van Gorlisj veroverde ge bied nog uitgebreid en een aan het geno men terrein grenzende loopgraaf stormen derhand genomen, waarbij 200 man krijgs gevangen werden gemaakt. Nu het uitzicht wat minder belemmerd was heeft onze artillerie in eenige sectoren van het Karpathenfront merkbaar succes gehad. Uit een dicht voor onze stelling liggende linie, die door vijandelijke infanterie bezeit was, werd deze door het flankeerend vuur van onze artillrie oip de vlucht gedreven. De vijand leed daarbij zware verbliezen. Bij de verovering van een stelling aan dit front werden 300 man gevangen genomen en werd veel oorlogsmateriaal buit ge maakt Voor onze stellingen in Zuidoost Galicië is "het in het algemeen rustig. Ten noorden van Nadwonna is een aan val van een niet talrijke vijandelijke leger macht afgeslagen. Tegelijkertijd werden op een andere plaats verscheiden bataljons, die tegen ons front ageerden, teruggewor pen. Bij de vervolging werden 190 man krijgsgevangen gemaakt In de Boekowina is in den laatslen tijd niets voorgevallen. Aan den noordelijken oever van do Proeth bij Tsjernowitsj hebben slechts wei nig beteekenende schermutselingen plaats gehad. Het Russische communiqué uit het Hoofd kwartier zegt: Over het geheele Iróïit van de Memel tot den Weichsel was de strijd gisteren zeer hevig. In de streek van Augustowo is de slag genaderd tot twee wersten van het station te Augustowo. De aanval der Duitschers op den weg Kolon- Lamsja werd afgeslagen. Ten zuiden van Khoyele bracht de vij and groote troepenafdeelingen in de ge vechtslinie. Op den 'linkeroever van den Weichsel, en de streek van de Pilitza is de strijd afwis selend aanvallend en verdedigend. Wij maakten er gevangenen en namen mi trailleurs. In de Karpathen, in de streek van Bali- grod, gaat de offensieve Oostenrijksche be weging voort ondanks de ontzettende ver liezen. Na een wanhopigen strijd nam de vijand op 7 Maart bezit van het grootste deel van de hoogte 992, nabij Koziofka, maar giste ren werd onze tegenaanval met succes be kroond. De vijand werd teruggedreven uit alle in bezit genomen loopgraven. Onze aanval noordwestelijk van Novo- miasto gaat voort. De strijd in de Dardanellen. Gaat te land de strijd niet hard vooruit, in de Dardanellen mag men dat evenmin verwachten, zegt de „Times". De opera ties der vloten in de zeeëngten behooren tot de moeilijkste die men kent, en zij kun nen slechts zeer langzaam, stap voor stap, vooruitgegaan. Wij zijn er van over tuigd^ vervolgt het blad, dat wij succes men toe bij elke mijl die wij in de Darda nellen vooruit komen, en het moeilijkste deel der taak is nog niet begonnen. Tot nog toe heeft de aanval aan de geallieer den niet veel verliezen gekost, en wij zou den waarlijk gelukkig zijn, zoo de verlie zen ook in de toekomst niet aanmerkelijk grooter worden. „Maar de resultaten, die wij kunnen bereiken zijn zoo groot, dat zij wel den prijs dien wij kunnen geven, waard zijn." De „Times" verheugt zich, dat nu ook een Russische kruiser zich bij de verbon den vloten heeft aangesloten, wijl het wenschelijk is, dat Rusland aan de on derneming deelneemt. Te zijner tijd za\ Rusland een grooter deel van de onderne ming moeten doen, als eerst de Dardanel len geopend zijn. Maar men kan er zeker van zijn, dat het mogelijk is door de Dar danellen te breken, zegt de „Times." De weg van de Aegeische zee naar de zee van Marmora kan slechts met geduld en moeite, mijl voor mijl, worden afgelegd. Maar het blad zegt ten slotte nog eens: „Wij keuren het voorbarige enthousias me af, bij de beschieting der Dardanellen, wijl Engeland nooit moet vergeten en zich steed6 duidelijk voor oogen stellen moet, dat de hoofdzaak voor de geallieerden in Frankrijk en Vlaanderen nog moet wor den begonnen. Geen geestdrift over cenig nieuws in een ander deel van dezen we reldoorlog mag bij ons een valsch optimis me doen ontstaan betreffende de onvol tooide taak, die voor onze deur ligt." En zoo keeren de gedachten telkens weer terug tot de plaats, waar ondanks den economischen strijd en de afsnijding van den levensmiddelentoevoer, toch de bet- slissing zal moeten vallen: op het westelijk oorlogstooneel. De neutralen De Duitsche diplomatie schijnt met groot succes te hebben gewerkt, 't Wordt toch dagelijks waarschijnlijker, dat Grie kenland, Italië, Bulgarije en Rumenië de gevreesde vier neutralen zich onzij dig zullen houden. Aan de „Voss. Ztg." wordt uit Rome ge meld: Tegenover de nieuwe geruchten van meeniri/gs ver schillen tusschen, Salan- dra en Giolitti verzekert de „Messagero" dat volkomen overeenstemming tusschen alle ministers en den Koning heerscht. Deze 'laatste laat zich dagelijks rapport uitbrengen over den internationalen toe stand. De „Lok. Amz." verneemt uit Athene: De hier uit Sofia en Boekarest ingekomen telegrammen, welke bijna alle duiden op de afwijkende houding door Bulgarije en Roemenië aangenomen, hebben aan de Grieksche oorlogspropaganda een heilza- men domper opgezet. Dit zal Goenaris bij het volgen van een vireedzame politiek te etade komen. Aan de „Voss. Ztg." wordt geseind uit Constantinopel: De „Tanin"-co respon dent te Sofia meldt aan zijn blad een on derhoud, dat hij had met den oud-minis ter Ljaptsjef, den leider der Russofiele democratische partij. Daaruit blijkt, dat zelfs Bulgaren geen geheim maken van de nachtmerrie, die ook voor hen de verwe- £|iSlau}s ...aajispraton op zeide Ljaptsjef, is bijzonder krijgslustig' en de missie voor generaal Pau moest wel schipbreuk lijden, daar de Bulgaren niet hebben vergeten, dat zij de verliezen in den tweeden Balkanoorlog geleden, vooral moeten wijten aan Frankrijk. Nu wekt het lot van Turkije bij de Bul garen zooveel belangstelling, als ging bet om hun eigen land. Als het kabinet Rado- slawof de Turkscbe oorlogsplannen hoeft ondersteund, dan heeft er toe bijgedragen dat het Dardanellcngevaar, dat ook Bul garije aangaat, daardoor is veroorzaakt. Over de relatie tot Roemenië zeide de zegs man der „Tanin", dat deze ook door een regeling van de doorvoerquaestie, die een zuiver handelspolitiek karakter draagt, waarschijnlijk niet zal worden verbeterd. In Roemenië is men Bulgarije destijds niet tegemoetgekomen en nu oefent de jongste rede van Sasonof daar invloed uit. Met de „Koningin Wilhelmina" naar Engeland. Een der correspondenten van de ,,N. Crt." schrijft uit Londen d.d. 4 Maart: Reeds eerder schreef ik dat het reizen naar Engeland moeilijk is, doch het wordt hoe langer zoo moeilijker. Voorheen kwam men te Folkestone aan en kon dan na het vervullen van formaliteiten doorgaan FEUILLETON. DE DUIKER. 5!) „Toch bleef hem nog een tamelijk moeie- lijk werk te doen; hij moest namelijk het luik openbreken van het ruim, waar het geld verborgen was. „Het eerste bezoek werd aan d'it werk besteed. „Rolert had bet geluk de plaats te vin den en de kracht ze te openen. ..He kisten waren op hun plaats. „Zij waren op elkaar gestapeld,- em Ro bert meende te zien, dat de onderste go- broken waren, en het geld daarvan ge deeltelijk ar uit was. „Dat kwam er weinig op -aan, want er genoeg om tienmaal de plannen, die bij in het hoofd had, ten uitvoer te bren- pn, cn hij was besloten een gedeelte van bet gold te nemen, om, wanneer hij Geor ge zou hebbom gered, met diezen later te- Hbg te komen. „Robert kwam naar boven en vertelde pn John hetgeen hij gezien had. John "hjfelde niet aan den goeden uitslag. „Hun eenige vrees was, in hun werk verrast te zullen worden; maar dat was amc-iijk onwaarschijnlijk, want de zeelie- vermodien de Sorelles, en. de duikers acht voorzichtio,Heidshalvte hun schuit ter een rotspunt gemeerd, om niet be- me,;kt te worden. „Zij berekenden, dat een week voldoende ««F °m vie,r of viïf -^sten op te halen, dui^VVas. o61106?' omdat elke kist tien- 011(1 guinje's moest bevatten.. „Met een. millioen kon Robert koopen wat hij wilde, indien het moest een vaar tuig om Morgan te bereiken. „Den volgenden dag was het de beurt van John. Hij dook en slaagde er in oen kist vast te maken. Deze werd voor het einde van detn dag opgehaald.. Het werk was echter zeer moeilijk ge weest, en verschillende malen had men er voor moeten duiken. „De tweede en derde kist bezorgden hun nog meer arbeid, hetzij omdatt zij op ten ongunstige plaats lagen, hetzij omdat de krachten van de duikers uitgeput geraak ten. „Robert aarzelde de vierdie op te halen, toen hij er aan dacht die kamer van den kapitein te gaan doorzoeken. Misschien kondien de kisten daaruit gemakkelijker gehaald worden, „Hij zelf ondernam deze nieuwe reis. „Hij Ibemerkbe nu, dat het fregat in tweeën was gebroken. „Het achterste gedeoltie, waar de kamer van 'den kapitein was, vormde op zich zelf een massa, en om die te bereiken moest Robert een kloof van eenige voeten breed te overtrekken. „Het gelukte hem uitstekend. „De kamer van den gezagvoerder stond open. „Op den grond lagen goudstukken. „Hij dacht bij zich zelven, dat de zee misschien eenige kiaben had geschonden en hij schreed verder. „Het licht, dat op die diepte nog vol doende was, werd hoe Tanger mindler naar gelang hij meer .daalde, en weldra had hij eenige moeite zich te ricMen. „Verscheidene malen bukte hij om naar de kisten te zoeken, maar hij had bijna needs de gdheele kamer doorloopen zonder iets anders te v indien dan meubelen en •hij wilde het werk opgeven, toen zijn han den een lang rond voorwerp aanraakten. „Robert betastte het, Hij meende eerst dat het een kolom was. Maar neen, dat kon tniet. „Hij huiverde.... „Hij had een menschielijk been aange raakt. „Hoezeer gewend Robert ook aan zulke ontmoetingen was, deze vervulde hem in hevige mate met sohrik en afschuw. Bij de halve duisternis zag hij op het hoofd van het lijk een soort metalen helm glan zen. „Robert had dten moed het voorwerp van meer nabij te beschouwen. „Zijn voorhoofd stiet tegen een glazen plaat. „Het was het lijk van een duiker. „De hand hield nog toet koord vast. „Men was hom dus voor geweest, en de schat was reeds gevonden door een onge lukkige die er den dood gevonden had. „Waarschijnlijk was de' luchtbuis gebro ken, maar waarom hadden do makkers van dein duiker het lichaam dan niet op gehaald. „Robert kreeg achterdocht. „Hij onderzocht de buis, die aan den helm bevestigd was. „Het was duidelijk te zien, dat zij afge sneden was en niet gebroken. Het kon slechts door menschenharwlen gedaan zijn. „Er was geen twijfel meer mogelijk. „De ongelukkige waa omgekomen a2s slachtoffer van den wraak of hebzucht zijner gezellen. Robent meende de misdaad niet meer te zullen ontmoeten e<n daar vond hij haar weder op den bodem der zee... op de So relles!.... „Bij het gevoteil van weerzin, dat zich van hem meester maakbe, volgde weldra eenige (ongerustheid. „Van wïie kon dat ilijk zijn?... „Wie had het geheim geraden van den schat van de Avenger? „Niettegenstaande zijn weerzin, bond Robert het lijk vast aan een touw cui gai het teeken tot opstijgen. „Toen hij de schuit bereikt en zich van zijn helm ontdaan had, ontstelde John van zijn bleek gelaat en vroeg, wat er ge schied was. „Robert was bijna niet in etaat tie ver tellen, wat hij gezien had. „Toen John Slopbh het zoo wat begre pen had, was hij zeer ongerust. „Robert en hij durfden elkaar hun ge dachten niet toevertrouwen, maar dezelfde angst gneeD beiden aan. „De onzekerheid was be wreed. „Robert deed een krachtige por' op zich zelvieai en beval John Slough iiet li chaam op be halen. „De oude Slough gehoorzaamde, en een koud zweet bevochtigde do slapen van Robert, toen hij het Lichaam uit het water zag komen, rechtop, als een vreeselijke verschijning. „Hij was te bewogen om John Sdough te helpen en terwijl de oude man den helm losschroefde, welke het gelaat van dien drenkeling bedekte, stond die vadier van George met de hand tegen het hart, dat dreigde te bersten. ..Eensklaps si!aakte John Slough eon kreet. „Ga heen, meester, kijk niet, in 't he melsnaam, kijk niet!" „Tegelijkertijd ontrukte hij het lijk aan den blik van Robert, door or zich over to buigen. „Doch Robert duwde hem tor zijdo cn viel op de knieën. „Daar zag hij toet lijk van zijn Gooi ge, zijn welbeminden zoon. „De geopende oogen schenen den vader aan te staren en hein te verwijten, dat hij zijn zoon niet had weten te verdedigen. „Robert viel achterover alsof hij getrof- lien was door een hamerslag. Toen hij we der bij kennis kwam, bevochtigde John Slough zijn gelaat met zeewater. „Robert zag hem met verwarden Mik aatn. „Doch daar kwam hem weder de werke lijkheid in den geest. „Waar is hij?... Waair is hij?... Ik vil hem zien!" riep hij uit „Zijn oude vriend ondersteunde hem en toonde hem een menschelijke vorm, welke zichtbaar was onder oen zeil, dat er bij wijze van een laken over gespreid was. „De krachten begaven hem wieder c-n nogmaals viel hij neder. „Groote tranen biggelden langs de wan gen van den ouden zeeman, en aan de be weging zijner lippen kon men zien, dat hij bad. „Hoeveel uren er aldus verliepen? Robert heeft het nooit yeweten, maar toen hij bij kwam, stond de zon aan de kimmen. (Wordt vervolgd.).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 1