LAATSTE WEEK f 16.75 ADVERTENTIEN. ALBERT RIEL 00RL08S-VARIA. RIJPWETERING. H.H. Raadsleden. Een meening over de hedendaagsche oorlogvoering. De gep. luitenant-generaal C. D. H. Schneider, oud-minister van oorlog, schrijft aan de „Nieuwe Crt.": Hoewel men zich langzamerhand gewent aan den vreemden toestand, dat twee le gers van een gehalte, zoo voortreffelijk als dat der Verbondenen en dat der Duit- schers, nu nagenoeg zes maanden op het Westelijk oorlogstooneel, bijna onafgebro ken, in een lange lijn, gedekt door loop graven en versterkingen, tegenover elkan der staan de laatste drie maanden kan men wel zeggen zonder eenige wijziging van beteekenis in het door elk hunner be zette terrein zonder dat nog in al dien tijd een beslissing van beteekenis in de een of anderen zin is aangebracht vraagt menigeen zich toch ongetwijfeld af waaraan deze wijze van oorlogvoeren, zoo geheel afwijkende van de oorlogen van lateren tijd, wel is toe te schrijven. En het is merkwaardig dat ook op het Oos telijk front de strijd in de laatste maan den al meer en meer het karakter van een positie-oorlog aanneemt. Detze gedachten hielden ook mij bezig toen ik mij herinnerde in de „Deutsche Revue" een artikel aangetroffen te heb ben, waarin dit vraagstuk behandeld en een verklaring daarvoor gegeven wordt. Bedoeld artikel is getiteld: „Der Krieg in der Gegenwart" en zou, naar verzekerd wordt, van de hand zijn van een geachte en hoogst bevoegde persoonlijkheid, die vroëger een zeer hooge betrekking in het Duitsche leger bekleedde. Men beseft dat het Duitsche standpunt alzoo op den voor grond staat. Hoewel onder de opmerkingen en be schouwingen, in bedoeld artikel voorko mende, er zijn welke niet nieuw en meer bepaald aan de militaire lezers bekend zijn, kwam het mij niettemin, zoowel met het oog op de omstandigheden en toestan den van het oogenblik, als met den inhoud en de autoriteit van den schrijver, niet geheel te onpas voor een resumé van het opstel weer te geven. Dë schrijver vangt zijn artikel aan met de opmerking dat d,e vrede van Frankfort slechts in schijn een einde heeft gemaakt aan den oorlog tusschen Duitschland en Frankrijk. Hoewel het zwaard in de schee- de bleef, duurde de latente oorlog toch voort en had inmiddels van weerskanten een rustelooze strijd plaats tot vervolma king der legermachten, zoowel in tacti- schen zin als op materieel gebied. Dit duurde zoo lang totdat er, schijnbaar al thans, niet meer te verbeteren viel. Het streven naar volkomenheid van de draag bare vuurwapenen en het geschut ging zóóver totdat men ten slotte in het bezit was van wapenen van nagenoeg gelijke waarde, het geweer zoo bestrijkend en de kogel zoo klein mogelijk en het geschut met een juistheid en snelheid van het vuur als tot nu toe onbekend. Hiermede was nu wel de grens van het denkbare be reikt, doch, zooals zich begrijpen laat, geen overwicht van den een op den ander verkregen. Intusschen brachten de ontzaglijke vor deringen op technisch gebied ook groote nadeelen en moeilijkheden mede. Het is duidelijk dat het vernietigen van den vij and een reuzenschrede vooruitgekomen v/as, maar hoe men zelf de vernietiging door den tegenstander zou ontgaan, bleek een moeilijk vraagstuk, ja zelfs werd een geheele verandering der tactiek noodzake lijk geacht. De bestaande formatiën qn aanvalsvormen, hoezeer dan ook reeds vroeger gewijzigd, bleken toch niet lan ger te kunnen worden toegepast. Zelfs ti- railleurzwermen werden door snelvuur spoedig geheel vernietigd. Slechts door ge bruik te maken van dekkingen, als hoo rnen, huizen, terreinplooien enz. kon de infanterie, tegenover de gedekt opgestel de vijand vooruitkomen en op die wijze, van de eene dekking in de andere over gaande, den strijd hervatten totdat ein delijk de laatste aanval zonder dekking moet geschieden. Is het dan echter niet mogelijk vooruit te komen, dan is het noodzakelijk dekkingen te maken, loop graven als in den vestingoorlog en kan dit niet bij vollen dag geschieden, dan moet het des nachts Dlaats hebben. Men begrijpt dat hierbij, trouwens voor zoo veel mogelijk gedurende den geheelen aon- val. de artillerie immer de behulpzame hand biedt. Evenwel behoeft ook zij meer dere dekking dan voorheen en bedient zij zich dan -ook, als de strijders in de mid deleeuwen, van schilden, destijds tegen pijlen en werpspiezen dienende, thans te gen infanterievuur en kartetsen. De krijgvoering krijgt zoodoende vanzelf, als een gevolg van de verbeterde vuurwape nen en het daardoor noodzakelijk streven naar dekking, onder bepaalde omstandig heden meer het karakter van den vesting oorlog, waarbij, wil men het aantal strij ders, vergeleken bij vroeger, niet vermin deren, de grootere onderlinge afstand, welke vereischt wordt, leidt tot verbree ding van het front; en zoodoende is dan het grootere gevechtsfront ontstaan en wordt tevens de hedendaagsche wijze van oorlogvoeren, waarbij de wederzijdsche le gers in versterkte loopgraven tegenover elkander staan, verklaard. Een grooter gevechtsfront en meerdere dekking, deze laatste zoo dicht mogelijk bij de vijandelijke stelling, deze zijn alzoo de voornaamste eischen, door de zoozeer ver beterde vuurwapens in het leven geroepen. Nu heeft wel de Russisch-Japansche oorlog bewezen dat de open aanval op het vijan delijk front, in weerwil van alle bezwaren, toch kan gelukken, doch tevens is meestal gebleken dat 'het gevolg slechts gering is. De vijand wordt in zoodanig geval wel te ruggedrongen, maar de aanvaller is zeer verzwakt en men mag er bijvoegen, bij een krachtige verdediging soms bijna vernie tigd, en de verdediger hervat na eenigen tijd zijnerzijds den aanval en zoo wordt de veldtocht slepende gehouden. Zulke oorlogen, zoo vermeent voorts de schrijyer, zijn evenwel onmogelijk bijaldien het bestaan van de natie op een onafge broken voortgang van handel en nijverheid gegrond is ën het tot stilstand gebrachte raderwerk door een snelle beslissing weer in gang gebracht moet wórden. Een uit puttingsstrategie is niet mogelijk, oordeelt hij, wanneer het onderhoud van millioenen de opbrengst van milliarden eischt en hij voegt er bij, de wel niet te weerspreken stra tegische regel, dat, om een beslissende uit komst te verkrijgen, een aanval van twee of drie zijden, n.l. tegen het front en tegen een of beide flanken, noodzakelijk is, wel ken aanval hij evenwel alleen uitvoerbaar acht voor de partij welke over grooter ge tal beschikt. Dat de veldslagen der toe komst met de groote massa's, welke er aan deelnemen, verscheidene zooal niet veertien dagen als bij Moekden, zullen duren, meent hij wegens de op een grootere uit gestrektheid gebezigde ma¥sa'§, le moe ten aannemen. Doet dit alles niet denken aan hetgeen wij bij den tegenwoordigen oorlog te zien krijgen? En doen de beschouwingen van den schrijver, eenige jaren geleden geschre ven, niet denken dat heden over het ge heel gehandeld wordt naar hetgeen men mag aannemen dat toen reeds de plannen waren? Ook de versterking der oostelijke grens van Frankrijk wordt besproken. Frank rijk toch, zegt de schrijver, bouwde een bijna niet onderbroken barrière langs de boven-Moezel en de Maas tot dekking van zijn geheele oostelijke grens tusschen Zwit serland en België. En hij laat er op volgen dat de beste wijze om zich hiertegen te verdedigen, is de aanval, welk middel voor Duitschland moet vrijstaan, omdat anders toch de tegenstander achter zijn versterkin gen het gunstige oogenblik om aan te val len, zou kunnen afwachten! Hierbij ware dan gebruik te maken van de projectielen met een tot nu toe onbekende uitwerking „aan welke geen muurwerk en geen ge welven weerstand bieden, kortelings ge vonden en in gebruik gesteld." Hiermede meen ik afscheid te mogen nemen van het belangrijke en wellicht te weinig opgemerkte tijdschriftartikel en laat de beschouwingen van politieken aard, waarmede de schrijver besluit, buiten ver dere beschouwing. Intusschen ligt, na de voorafgaande bespreking van de wijze, waarop tot nu toe de oorlog, vooral op het Westelijk, doch ook op het Oostelijk front, hoofdzakelijk is gevoerd, de vraag voor de hand: Hoe lang zal die toestand nog duren? Hierop zal op dit oogenblik wel niemand een antwoord kunnen geven. Nochtans ont breekt het niet aan voorteekenen, die wij zen op groote gebeurtenissen in een kort verschiet, waardoor aan den stilstand in de krijgsvoering in Frankrijk en België een einde zou komen. Wat leert het Christendom over den oorlog Pater Cohans S. J. sprak eergisteren in de groote zaal van „Monopol" te Berlijn voor een talrijk publiek over de vraag: „Hoe oordeelt het Christendom over den krijg?" „Was sagt das Christenthum über den krieg?" De vraag laat zich onderverdeelen in de volgende vragen: hoe oordeelt het Christendom over het geoorloofde van dien oorlog? hoe over den oorsprong van den oorlog? en hoe over de waarde en de beteekenis van den oorlog? Is oorlog volgens het Christendom ge oorloofd? Tolstoi zegt daarover dat het geen bij Mattheus staat geschreven over het beginsel „oog om oog en tand om tand". Christus geen oorlog wil, dat het Chrirtendom de godsdienst des vredes is, de godsdienst van vergiffenis, van lijd zaamheid en verdragen. Anderen zeggen weer: het Christendom is do godsdienst van vrede en liefde: Christus vzei tot Pe trus „steek uw zwaard in de scheede!" Allereerst mag mén de woorden niet uit zijn verband rukkeiv en geen teksten uit hun verband nemen, om er mede te be wijzen wat er niet in ligt. In 't eerste ge val richtte Jesus zich tot de letterknech ten, die meenden, dat alles tot in het kleinste moest vergolden en gewroken worden. Toen zei Jesus, dat het oude be ginsel van oog om oog niet meer gold in d© Nieuwe Wet. Maar tegen den oorlog zelf heeft Hij zich nimmer gekeerd. Hij heeft met klem den laster bestreden enz., maar nergens lezen wij, dat Hij den oor log heeft verworpen. Integendeel, ontleent Jesus juist aan den oorlog allerlei gelijke nissen. Steeds haalt Christus het Oude- Testament aan. Wij lezen, dat groote heilige mannen: Abraham, David, Gideon, Mozes, oorlog voeren. Doch geen woord van afkeuring komt uit Jesus' mond. In tegendeel: deze mannen worden geprezen. Het Christendom veroordeelt op zich zelf zonder meer dus den krijg niet, al blijft het waar, dat het Christendom den oor log zooveel doenlijk tot de kleinste afme tingen poogt terug te brengen. Wanneer is nu de krijg geoorloofd? Oor log moet gevoerd worden door den opper sten, reclitmatigen gezagdrager, en om een rechtvaardige zaak. Het ware onchriste lijk indien enkelen slechts in 't land' op oorlog aanstuurden. Onrechtvaardig is een loutere veroveringsoorlog. Wij hebben echter de overtuiging, dat onze vorsten rechtvaardig en christelijk hebben ge handeld, om den krijg te voorkomen en niet dan noodgedwongen het zwaard heb ben getrokken. Wat nu is in den krijg geoorloofd? Als wij die berichten lezen van de handelingen van sommige mogendheden, dan zou men denken, dat in den oorlog alles geoorloofd ds! Evenwel zijn in" den oorlog ongeoor loofd: leugens, meineed, en de verleiding daartoe, de verspreiding van valsche be richten, verraad, desertie, bedriegen, trouwbreuk, plundering van vreemd pri vaat eigendom zonder noodzaak. Geoor- Loofd is de inbeslagname en beschadiging van Staatsgoederen. Doch liet privaat eigendom moet zoo veel mogelijk geëer biedigd. Ongeoorloofd is voorts het ver moorden van onschuldigen, vrouwen, kin deren en grijsaards en niet-militairen. Anders verhoudt zich'echter de quaestie, wanneer, zooals bijvoorbeeld in België, zelfs meisjes, vrouwen en grijsaards in hinderlaag schieten. Dan worden zij ook als soldaten beschouwd en nog te zwaar der bestraft, omdat zij verraderlijk han delen. Ongeoorloofd is dan ook liet franc- tireurs-wezen. Hoe denkt het Christendom over den oorsprong van den oorlog? Is God de oor zaak? Wil Hij den oorlog? Men bedenke, dat de mensch' een vrijen wil heeft, die door de erfzonde ten kwade is geneigd. De mensch heeft een vrijen wil, waarmede hij zijn eeuwigheid moet bewerken. God laat dus gewoonlijk den oorlog toe, duldt hem, Hij Iaat de menschelijke vrijheid zich ont wikkelen, vaak om den mensch te straf fen, zooals de H. Schrift zegt. Vanzelf komen we aldus tot de vraag: Hoe denkt het Christendom over de waar de en de beteekenis van den oorlog? Men heeft tegenstelling meenen te .zien tusschen de houding des Pausen en andere kerke lijke autoriteiten. De Paus wil - den vrede en anderen beweerden toch dat de krijg een zegen-is. Daarop is te antwoorden, dat op zich zelf de oorlog een verschrik king is, maar zelfs kan die verschrikking die op zich zelf te weren is, zijn verschil lende goede zijden hebben. De oorlog is een ramp, maar die ramp, dit lijden in Christus' gejast gqdragen, voert ons tob Hem op, richt onze gedachten en strevin gen hooger. Alle lichtzinnigheid lijkt ons ijdel. De krijg is voor de boozen een straf gericht, voor de goeden een vagevuur. Land en Tuinbouw. Bestrijding van het mond- en klauwzeer. De Bond van Zuivelfabrieken in Noord- Holland heeft, naar aanleiding van de besprekingen op de vergadering van Zui velfabrieken den 3en Februari te Alkmaar gehouden een stemming o-nder de ter ver gadering aanwezige zuivelfabrik anten uit geschreven over de volgende motie: De besturen der zuivelfabrieken in Noord-Holland, vertegenwoordigd op de. vergadering, gehouden te Alkmaar don 3den Februari 1915, inzake de verplichte pastourisatie der wei, kennis genomen hebbende van de discussies dier vergader ring zijn van oordeei, dat de invoering van verplichte pasteurisalie der wei, ter bestrijding van liet mond- en klauwzeer, wegens te groote practische bezwaren on uitvoerbaar is en dat het doel daarmede beoogd, naar alle waarschijnlijkheid te bereiken is door de wei in goed verzuur den toestand af te leveren bij welke wijze van doen zij tevens nog eenigen tijd in de fabriek gehouden wordt, waardoor het mogelijk wordt, zoo noodig maatregelen te kunnen nemen voor de afgifte van de wei bij het voorkomen van mond- en klauwzeer. Van de 52 aanwezige fabrieken betuigen 49 hare instemming, terwijl 3 groote fa brieken zich er tegen verklaarden. Verder is ook het oordeei gevraagd \an de niet ter vergadering aanwezige fabrie ken leden en niet-leden over de ge noemde motie in eenigszins gewijzigden vorm, wat den aanhef betreft, doch ove rigens van geheel gelijke strekking. Aan deze motie betuigden 44 fabrikanten instemming terwijl 5 fabrieken zich er te gen verklaarden. Van deze 5 fabrieken zijn 2 fabrieken van melkproducten, een kleine, die zon der moeilijkheden de pasteurisalie kan uitvoeren en een Ikleine fabriek die de wei verkoopt aan de melicsuikerfabriek te Uit geest en slechts een onbeduidende hoe veelheid, wei overhoudt voor veevoeder. Enkele fabrieken maakten bezwaren tegen het geruimen tijd bewaren van de zure wed, wegens onvoldoende bergruimte. Uit het ingestelde onderzoek blijkt, dat de bezwaren aan het pasteurise eren van de wei verbonden bijna algemeen worden gedeeld. Voor de Noord-Hollandsche fabrieken is dit te hopen, dat in verband met de moei lijkheden voor de uitvoering de paster.ri- satiie van de wei tot bestrijding van het mond- en klauwzeer niet verplicht word'., - Faillissementen. Uitgesproken: J. J. C. Woltering, koopman te Alkmaar, handelende onder den firmanaam Woltcring- Wackers. cur. mr. J. Verdam, te Alkmaar. D. G. Meijer, winkelier in kruidenierswaren en manufacturen, te Apeldoorn, cur. mr. G. A. Crol, te Apeldoorn. T. Homan, molenaar, te Noordhorn; cur. mr. Menno S. Klama, te Groningen. Geëindigd: Ph. H. van Noord, gewoond hebbende te Driebergen. D. Blankemeijer, koopman in galanteriën, te Rotterdam. Academienieuws. Leiden. Met gunstigen uitslag afgelegd het 2e Natuurkundig examen door den heer J. P. Vergouwen (Leiden); het candidaatsexamen Godgeleerdheid le ged. door den heer J. H. Groenenwegen (Leiden)het doctoraalexamen in de rechten, door den heer E. J. C. Greven (Zwolle)en het candidaatsexamen in de rech- j ten door den heer J. A. A. Blöte (Tilburg). Het Steuncomité te Zoeter- woude maakt bekend, dat op WOENSDAG 17 Febr. 1915, des yoormiddags te 3 uren voor Vrouwen verkrijgbaar worden gesteld tegen den prijs achter de Kledingstukken gemeld: 763 Vrouwen of kindercapes f2.- Vrouwenrokkcn1.80 Jongenspakken„5. En des nam.s 6 uur voor mannen: Overjassen f5. Colbertcostumes6.50 Broeken1.90 De Kleedingstukken, die van dege lijke stoffen zijn vervaardigd, zijn op Dinsdag 16 Febr. des nam.s vanaf 3 uur *e bezichtigen ten Raadhuize. Het Steuncomité voornoemd: A. A. v. GILS, Voorzitter J. HENGEVELDT, Secretaris, D. J. ROTTEVEEL, J. de GRAAF, Chr. S. DESSING, Penningm. Op Maandag 15 Februari, uitvoe ring in Café „Rustoord". Optreden van de Heeren: HELLMANN en v. LEEUWEN. Kaarton si 50 en 35 Cts. te ver krijgen bjj S. YAN BENTEN, en op den Speelavond d. 60 en 45 Cts. Aanvang 7 nur. (621) Een Dagmeisje, gevraagd. Zich aan te molden Maria Gondastraat 18d. 738 Tegen 1 April a.s. wordt in een ge- *in met kleine kinderen gevraagd, een net en degelijk R. K. Burgermeisje, als hulp in do Huishouding goede ge tuigen .vereischt. Briovcn onder J. C. S, aan li. K. Boekhandel JAC. v. VLIET, Lage Zijde, Alphen a/d R. 724 Gemeentelijke Kweekschool voor Onderwijzers(essen), lo LEIDEN. Ouders of Voogden, die hun kinde ren of pupillen wensclien fgeplaatst te zien als lvweekeling (vereischte leeftijd: vóór 1 April 14 jaar of als Aspirant-Kweekeling (vóór 1 April 12 jaar), kunnen hen daarvoor aan geven op Vrijdag 19 of Maandag 22 Febr. tusschen 6 en 7 uur in het ge bouw Papengracht 27. Geboortebewijs of trouwboekje mee nemen. 'v De Directeur, 739 C M. B. HOOGEVEEN. N.B. Deze advertentie wordt slechts eenmaal geplaatst. Gevraagd met Mei een 74ë R.K. Dienstbode, niet beneden 16 jaar, bij P. VERDE- GAAL, Bloemkweeker to Voorhout. Met Mei gevraagd een 746 R.K. Boerendienstbode, bij H. VAN DER HULST, Voorhout. Gevraagd: tegen Mei, een Boerendienstbode tegen hoog loon. Brieven bureau van de „Leidsche Courant" onder no. 608. Mevrouw DUYNSTEE, Noord Eindsplein 8a, vraagt met 1 Mei een R.-K. Keukenmeid, die goed kan koken en netjes wer ken en voorzien is van goede ge tuigen. Zich aan te melden Dins dag en Donderdag na 8 uur. (647) Mevr. WIJERS, Rapenburg 2, vraagt tegen 1 Mei of eerder een bekwumo 2e Meid. 727 Gevraagd met Mei a.s., eene flinke R. K. Dienstbode, B. H. STOCKMANN, Roelofurends- veea. 731 WINSTGEVENDE ZAAK. Door iemand met eenig kapitaal wordt voor directe over name, in de omgeving van Leiden, aangeboden een winst gevende zaak van BOUWKUNDIGEN AARD. Brieven Sranco onder letter V. P. 331. Alg. Adv. Bur. A. DE LA MAR Azn. Amsterdam. 734 Gevraagd: met Mei a.s. een flinke Dienstbode R. K. bij Th. WAAYER, Boterhandcl Wil8vcen. 761 Wordt gevraagd een flinke Boerendienstbode, bij Th. HARTVELD, Landbouwer te Sassenhoim. 668 Direct of met Mei gevraagd een R. K. Boerendienstbode, tegen hoog loon bij M. VERWOERD Noordzij te Bodegraven. (488) Boerenknecht. Tegen 1 Mei a.s. wordt gevraagd, een R. K. Boerenknecht, beneden 20 jaar bij P. VAN BOHEEMEN Pz., te Stompwijk. 735. Tegen 1 Mei gevraagd een R.-K. Boerenknecht, goed kunnende melken bij Th. STRAATHOF, Zoeterwoude (Wei- poort).(648) Boerenknecht. Tegen 1 Mei a.s. gevraagd een R.-K. Boerenknecht of Arbeider, bij L. H. DE BRUIJN, Landbou- wer te Stompwijk.(C17) Met Mei gevraagd een R.K. Boerenknecht, goed kunnende melken, bij H. VAN STIJN Pz. te Voorhout.663 Terstond of mot Mei gevraagd een R.K. Boerenknecht, goed kunnende melken, bij 715 J. J. MOOYMAN, Zoeterw. (Vliet). Nette Wasschen gevraagd. Stoom wasscherij „Molen- zicht". H. J. FOL. Maresingel 71a. LEIDEN. 737 Modes (Hoeden). Eenige nette leerlingen kunnen ge plaatst worden, om in 't vak te worden opgeleid. GEZ. BERTELS, Mare 52. 740 Aan de N. V. v/h VAN EGMOND Co., Kunnen direct bekwame 755 Grofsmidbankwerkers Draaiers, en Schavers geplaatst worden. Een wegens i'nruiling ter OPRUIMING. M. Langezaal Zn. 727 Hooigracht 110. der aanbieding van: Fluweel, Velvet 45 cts. Zijde Fluweel 35 cts., Geplet Bruin 25 cts, Lichtgrijs 25 cts. SPOT SPOT GOEDKOOP!!! Kom zie en oordeel In de bekende Rijwielzaak van 74'J A. FAAS. past op UEd. Gelegenheidskostumes. Met ds grootste gelegenheid, wanneer U het aller beste aan heeft, kunt U ongedeerd gaan zitten op de LEEREN KUSSENSTOELEN van de 6 Stuks, BIJ 7« 36 MARE 36 TEL. 829. Naaimachine. Te koop een prachtige, splinter nieuwe origineele, Hoogarm-Naaima- chine fijne kast en alle apparaten, voor f25. Gratis onderricht 5 jaar schrif telijke garantie. Adres: Sigarenmaga zijn STEENSTRAAT 6, vlak over Boerhaave. 597 H. Spekslagors. Ik heb voor aanstaanden Dinsdag nog eenige varkens af to gcvcu, vanaf heden tc bevragen. BERGERS, Haar lemmerstraat. Ook te koop een meug- bak, inhoud 100 kilo. 756 Er bieden zich aan met Mei, 2 nette R. K. Dienstboden, helder kunnende werken en v.g.g.vA Br. fr. lett. A. JAC. v. Vliet Alphen, L. Z. V. G3. 725 Hooi- en Stroohandel, Warmond. Prima Paardenhooi tegen f24.p. duizendpond, gesneden hooi tegen f16.p. duizend pond. Pakstroo f 14. p. duizend pond. Nog voorhanden best Koehooi.J.G. VAN TONGEREN. 236 Er biedt zich aan een Boerenarbeider, goed kunnende melken en rijden. Brieven aan den agent van „Do Leidsche Crt." te Sassenhonn. 667 Aangeboden: 747 puikbe8te zandaardappelen, (bravo's) door TH. v. d. ZON, te Voorhout. Grond en Puin verkrijgbaar aan dc Kweekschool voot Zeevaart alhier. 742 Er biedt zich aan een los Werkman, ook goed bekend met dc Veensche tuinderij. Brieven bureau van „De Leidsche Courant" onder No. 694. RIJWIELEN. Te koop een mooie hocrenrijwicl met nieuwe banden, frccwiol niet rem. Geheel gesloten kcttiugka*^ verder compleet ook met lamp, voor slechts f28. 1 beste gebruikte voor f15, tevens een nieuwe öamesrijv/icl voor f22. Adres: Sigarenmagazijn Steenstras! 6. vb1- 703 Voorschoten. Ondergeteekcnde beveelt zich weder beleefd aan voor het leveren van le kwaliteit Tuin- en Bloemzaden, welke geregeld bij mij vcikrijgbaar zijn. A. J. DUIJNHOVEN, Kweokery Francken Zn. 690

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1915 | | pagina 6