27 BUITENLAND. De Oorlog. BINNENLAND. 6e JAARGANG. No. 1 56 3)e QakltehzQou/im BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Intero. Telefoon 935. - Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPRIJS bedraagt, bij vooruitbetaling, met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaalbij onze agenten II cent per week, ff.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2]/2 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. VRIJDAG NOVEMBER. 1914. D» ADVERTENTIEPRIJS hodraagt van 1-5 regel» f0.75, elke regel meer 15 cent Ingezonden mededeelingon van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, mot gratis bewijsnummer. BIJ contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 rowels 50 cent, Mere regal meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verluur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Advertontiën) van 1-5 regels 25 cent, iod.re rogol meer 5 cent. Godsdienst en Oorlog. Men herinnert zich, hoe bij den aan vang van den huidigen oorlog gesmaald werd en nu nog gesmaald wordt, dat zoo'n wereldoorlog kan uitbreken „na £0 eeuwen Christendom." Onzerzijds werd zeer terecht daartegen over aangevoerd, dat men min of meer on beschaamd handelt door het Christendom van den eenen kant zoo hardnekkig tegen le werken en het van den anderen kant ge brek aan invloed te verwijten. We dachten hier weer aan, toen we de circulaire lazen van den Franschen Mi nister van Binnenlandsche Zaken, waarin deze ,,voor het geval, dat bijzondere gods dienstoefeningen mochten gehouden wor den in de departementen, de autoriteiten uitnoodigt om, overeenkomstig de bestaan, de wetten, aan de ambtenaren, die onder hun bestuur zijn geplaatst, de officieele deelname aan die plechtigheden te verbie den." Als paticulier mogen ze er heen gaan, och, welk een goedheid maar als amb tenaren moeten zij toch vooral neutraal blijven. Heeft die minister in deze troebele tij den niets beters te doen dan 'n dergelijke voor alle geloovige krenkende circulaire te verzinnen! En zulks ondanks het feit, dat de katholieke geestelijkheid en religieusen op het oorlogsterrein kwaad met goed vergelden en hun vaderlandsche plichten uitstekend vervullen. Men ziet intusschen hoe weerzinwek kend het Christendom wordt belemmerd en vervolgd. En dan durft men het nog verwijten, dat liet den oorlog niet heeft weten te ver hoeden. 't Is om de vuisten te ballen van woede over dergelijke bodemlooze aantijgingen. Engelsch slagschip veron gelukt. De Britsche Admiraliteit lijdt opnieuw een verlies, thans is 't pantserschip Bul wark in de lucht gesprongen. De offici eele berichten spreken van een plaatselij ke ontploffing, maar een oorzaak weteu zij niet te geven. Ook wordt gezegd ,dat het materieel verlies niet zoo groot is. In derdaad heeft men te doen met een oud schip van 1899, maar daarentegen moest worden erkend, dat het verlies aan men- schenlevens ontzettend groot was. Van de 700 a 800 man werden er slechts 12 gered en het nieuwe onheil, dat de Britsche vloot treft door een onbekende oorzaak, kan niet anders dan een pijnlijken indruk maken op de openbare meening. Uit de bijzonderheden blijkt, dat men te doen heeft gehad met een zeer hevige ont ploffing. Men zie daarvoor onderstaande telegrammen. Dat men te Londen nogal eenige betee- kenis hecht aan de zaak, mag men mis schien ook afleiden uit het feit, dat de be treffende telegrammen 1 dag werden opge houden. Reuter seint althans, dat de te legrammen reeds Woensdag le Londen werden aangeboden. Londen, 26 November. In het Lagerhuis kondigde Churchill aan dat het pantser schip Bulwark in de lucht sprong. 12 man werden gered van de 7 800. Het ongeluk wordt toegeschreven aan een plaatselijke ontploffing in het kruitma gazijn." Londen, 26 November. „Nader deelde Churchill mede, dat de Bulwark heden morgen te Sheerness in de lucht sprong. Het rapport van den admiraal spreekt de overtuiging uit, dat de oorzaak was een ontploffing in de kruitkamer. Het wa ter steeg snel en het schip was verdwenen toen de rook weg was. Het verlies van het schip is niet van groote beteekenis uit een militair oog punt, maar het verlies aan menschenle- vens is zeer belangrijk. Er zijn slechts 12 man gered." Londen, 26 November. „De ontploffing op de Bulwark was zóó sterk, dat al de schepen te Sheerness den invloed onder vonden. Dichte rookwolken stegen op van het pantserschip, dat in 3 minuten tijds zonk. De ontploffing werd gehoord op eenige mijlen afstands aan gene zijde van de •Theems." De Bulwark is 10. October 1899 van sta pel geloopen. De waterverplaatsing be« draagt 15,250 ton ,de snelheid is 18 knoo- pen. Zij was bewapend met vier 30.5 c.M., twaalf 15 c.M., zestien 7.6 c.M. en twee 4.7. c.M. kanonnen. De Duitschers in Frankrijk ën België. Hoe lang moeten wij dagelijks vermel den: Van het Westelijk front is weinig nieuws? Volgens een beschouwing in de ,Lokal- Anzeiger" mag men uit de (trouwens niet zeer groote) voordeelen, die de Bondge- nooten bij Langemark, ten N., en bij Zon- nebeke, ten O. van Yperen, behaalden, geen gevolgtrekkingen maken ten opzichte van het groote doorbraakplan der Duit schers. Als geheel beschouwd is dat echter ongetwijfeld het geval. De geheele strijd rondom Yperen, en tusschen die stad en de zee, maakt deel uit van dat plan. Het schijnt echter, dat het punt waarop de doorbraak gericht is, en dat beurtelings ten W. en ten O. van Yperen lag, thans gezocht moet worden tusschen Nieuwpoort en Dixmuiden, te oordeelen althans ..aar het gewicht, dat men hecht aan het van Duitsche zijde gemelde feit, dat het aan de Bondgenooten niet gelukt is, den voort gang van het werk, waarmede de genie daar bezig is. te verhinderen. De Russen. Wat het Oosten aangaat, is er geen een heid in de berichten te ontdekken. Volgens een telegram uit Berlijn schijnen echter de Duitschers en Oostenrijkers een geweldige overwinning op de Russische troepen te hebben behaald. Het communiqué van den Duitschm ge- neralen staf van gisterenmorgen luidt nl: In Oost-Pruisen is de toestand onveran derd. In de gevechten tegen de troepen van ge neraal von Mackensen bij Lcdz ,en Lowicz leden het eerste, tweede en ten deele ook het vijfde Russische legerkorps zware ver liezen. Behalve vele dooden en gewonden, ver loren de Russen hier niet minder dan on geveer 40.000 ongekwetste gevangenen, 70 kanonnen, 160 munitiewagens, en 156 machinegeweren. Dertig kanonnen wer den onbruikbaar gemaakt. Ook bij deze gevechten was de houding der jonge troepen, ondanks de groote of fers, allerschitterendst Wanneer na zulk een succes, het ons nog niet gelukt is een beslissende slag te slaan, dan is zuks te wijten aan het feit, dat nog andere sterke troepenmach ten der Russen van het Oosten en het Zuilen ingrijpen. Hun aanvallen werden gisteren evenwel afgeslagen. Dc eindbeslissing staat echter nog to wachten. Het Wolff-bureau voegt aan dit com muniqué toe, dat de succesvolle generaal von Mackensen dezelfde is, die zich, vol gens de berichten in de Fransche oers in Augustus zou gezelfmoord hebben. Lees hierna nu eens het yolgende: Het communiqué van den Russischen genera- len staf meldt: In den slag bij Lodz, welke zich verder ontwikkelt, blijft het voordeel aan onzen kant. De Duitschers pogen thans om den te rugtocht van hun troepen, die in de rich ting van Bresiny waren doorgedrongen, te vergemakkerljijke|n. Zij trekken thans terug in het gebied van Strykoff onder zeer ongunstige omstandigheden voor hen. Op het Oostenrijksche front heeft onze actie succes gehad. Bij de gevechten van den 25sten maakten wij 8.000 gevangepen, waaronder bijna twee heele regimenten met commandanten en officieren. Verschillende Oorlogs berichten. Moorden te Tabriz. De „Terdjuman i Hakikat" bevestigt het bericht dat te Ta briz tweeduizend Russen door inlandsche Perzische stammen werden vermoord. De graanoogst in Canada. Besloten is, het volgend jaar de met koren bebouwde oppervlakte in Canada met 45 pet. te ver meerderen, teneinde het rijk, wat de graanopbrengst betreft, zoo onafhankelijk mogelijk te maken. „Een Pastoor op een kanon gebonden?" De weleerw. Kruisheer fr. F. Richter shrijft aan de „Tijd": Eenigen tijd geleden ging er onder bo- venstaanden titel door de kranten een be richt over een zieken pastoor op een ka non gebonden. Ziehier de ware toedracht der zaken: De weleerw. Kruisheer G. Beukers, van Schiedam, was 's morgens op assistentie in een dorp bij Diest. Eén boer zat in de kerk, de andere boeren durfden niet ko men, daar de Pruisen rondom de kerk la gen. De eerw. Kruisheer wilde zelf de kaar sen aansteken, daar er geen koster te zien was. Ilij had juist dat wapen in zijn hand, toen de Duitschers binnenkwamen. De Kruisheer werd govangen genomen. Ook de pastoor werd in de pastorie ingerekend. Doze kon echter niet loopen, daar Z Eerw. aan heupzickte bedlegerig was. De pastoor kreeg nu een plaats op een kanonwagen. (Dus niet boven op 'n kanon). Nadat men twee uur aldus met hem gehost had, werd hij door een dokter onderzocht Uit het onderzoek bleek, dat de pastoor werkelijk ziek was. Hij kreeg zijn vrijheid weer, maar moest maar zien thuis to komen. De Kruisheer werd meegevoerd naar Diest. In Diest was de groote kerk tot ge vangenis ingericht. De zeereerw. Ivruisheeren van Diest maakten er werk van hun medebroeder te bevrijden, maar er hielp niet aan, hij bleef krijgsgevangene. Eerst na drie da gen kreeg hij zijn vrijheid weer. De rede van dit alles was deze: „Er wa ren seinen gegeven" vanuit den toren. Het feit was echter simpel, dat een van ie vier raampjes door den wind was opgewaaid. Dat waren „seinen'". Het raampje werd uit den toren geschoten. Tweeduizend Russen vermoord. De „Terdjumani Hakikat" bevestigt, dat in Tabris tweeduizend Russen door Perzen zijn vermoord. Bomaanslag te Calcutta. Een bom ont plofte in bet bureau der recherche en ver wondde ernstig 2 inspecteurs. De moor denaar werd vervolgd en wierp nog een bom, waarbij een inlandsch politie-agent werd gedood en twee anderen werden go- wond. Oostenrijkers en Serviërs. Officieel «Ti; dl van het Zuidoostelijke oorlogsterrem h:l volgende uit Weenen gemeld: Omlrent dert gisteren een bepaalde vooruitgang op de gevechten aan de Koloebara valt re- te teekenen. In het centrum van het vij andelijke front is de sterke stelling bij La- zaatsj door dc, door hun durf roemvol be kend staande regimenten 11, 73 en 102 stormenderhand genomen. Hierbij zijn 8 officieren en 1200 manschappen gevangen genomen, alsmede 3 mitrailleurs buitge maakt. Ook ten Zuiden van het stadje Ljig gelukte het, de Oostelijk van de ge lijknamige rivier gelegen hoogten te ne men en 300 man krijgsgevangen te ma ken. De van Valjevo Zuidwaarts opge rukte colonnes staan voor Kozjeriet Nederland en de Oorlog. Bezuinigingbij inkwartiering. Door den opperbevelhebber van Land en Zeemacht is dezer dagen een maatregel genomen, welke noodzakelijkerwijze in de kringen der belanghebbenden veel ontstem ming moet wekken, zegt de „Tijd Deze autoriteit heeft n.l. bepaald, dat de gezinnen, die militairen in hunne huizen in kwartier hebben en zelf onmachtig zijn om dien militairen de npodige dekens voor ligging te verschaffen; voor de verstrek king daarvan van Rijkswege per dag zul len worden gekort. Het bedrag dezer kor ting is door den Commandant der Stelling Amsterdam bepaald op 2 of 5 cent, al naar gelang do kwartiergever al of niet meer, inenschen dan waartoe de wet hem ver plicht, in kwartier heeft. Hierover wordt geklaagd en wel om de navolgende redenen le. is de vergoeding ad f 0.80 per dag, welke men voor voeding en huisvesting van een militair ontvangt, jaren geleden vastgesteld, in den tegenwoordigen tijd reeds veel te laag; 2e. komt die verlaging nu, in dezen cri sistijd, terwijl vleesch, spek en andere le vensbehoeften zeer duur zijn, geheel te onpas; 3e. wordt door dezen maatregel hoofd zakelijk getroffen do kleinere man, die niet in het bezit der noodige dekens is, ja, soms hij, die van het Steuncomité ondersteund wordt, terwijl de meergegoede niet gekort wordt; 4e. zal het korten op de kwartiergelden hier en daar onwillekeurig ook een bezuini ging op het eten ten gevolge hebben, zoo dat dus de soldaat weer indirect de dupe wordt; 5e. de korting van 5 cent per «log is be slist te hoog, want zoodocide wordt ir. en kele weken de deken aan bet F'jk terug betaald, zonder dat de kw irui; 'ge.>r 'fo eigendom daarvan verkrijgt, wairop bij toch recht zou hebben. Een en ander klemt te meer, waar het huisvesten van militairen gedurende zóó langen tijd toch reeds een bijna ondmag- lijken last op de schouders der burgerij legt, terwijl ook wordt toegepast >le mant' regel van inhouding van kwartiergebb-n, wanneer een militair een of meer «'agon met verlof gaat. Ook deze maatregel is uit een billijkheids oogpunt slechts half te verdedigen, terwijl er een wettige grondslag o. i. geheel voor ontbreekt. Vele getroffenen, die daarover hun be klag doen, hopen dat op deze maatregelen, in de eerste plaats dien betreffende korting wegens dekens, spoedig zal worden terug- gekomen. Bezuinigen is natuurlijk, en vooral in dezen tijd, noodzakelijk, maar als er op dergelijke z.aken moet worden bezuinigd, wordt er door de getroffenen natuurlek eens rondgekeken of er geen andere uitga ven zijn, welke dan eerst onder handen moeten worden genomen. En dan vinden zij ze well Passen en toegangsbewijzen voor België. De Duitsche legatie tc 's-Graveuhagc deelt het volgende mede: Om de Ncderlandsch-Belgische grens to passecren is een pas en een toegangsbewijs vereiflcht. De passen worden in het algemeen voor Belgen cn buitenlanders geviseerd en do toe gangsbewijzen afgegeven door het Duitsche consulaat-generaal te Amsterdam en door den Duitschen consul tc Rotterdam. Slechts ingeval van een bijzondere aanbe veling worden door de Duitsche legatie pas sen naar België geviseerd en toegangsbewy- zen daarheen afgegeven. Aan Belgen, die dienstplichtig of tot het dienen in dc burgerwacht verplicht zijn, wor den voorloopig geen toegangsbewijzen af gegeven. Het verdient aanbeveling, dat dc passen aan de voorschriften voldoen die voor liet Duitsch-Nedcrlandschc verkeer zijn uitge vaardigd. FEUILLETON. In 's levens maalstroom. (Het auteursrecht van deze vertaling is voorbehouden). 82) Wat? zonder keukenmeid to zijn, vroeg juffrouw Hermine. Neen, antwoordde het kind, gnaar u te bedienen, te weten dat ik u nuttig ben en dat u, zonder mij, van uw dierbaarste gewoonten zoudt moeten afzien.- O, wat zou ik u goed oppassen, als gij ziek waart. Ja, zeide juffrouw Hermine, schert send, maar die voldoening hoop ik je toch nooit te schenken. HOOFDSTUK XXIV. Ziek. Wat is dat vermakelijk, juffrouw, zei- de MarceUe, haar koude handen diep in baar mof verbergend. Zij liep met haastige stapjes naast juf frouw Hermine, die tersluik een mand droeg, waarin groenten waren. De cotelet- ten waren toevertrouwd aan Marcelle, die ze droeg in een zak, die aan haar arm hing. Wat is vermakelijk? vroeg de oude juffrouw, wat haastiger loopend, want zij was koud. De sneeuw, die zoo om mijn ooren waait, 't Is alleraardigst, dat verzeker ik U- Vind u het ook niet? Ik vind dat het koud is en wilde, dat wij al thuis waren, antwoordde juffrouw Hermine. En tot overmaat van ramp, ben er haast zeker van, dat ik de ramen open heb gelaten, toen 'wij uitgingen. Ik begrijp niet, hoe ik dat heb kunnen ver geten.... Het huis zal bevroren zijn. Geef mij dö sleutel, dan loop ik voor uit om ze te sluiten, zeide Marcelle, de hand reeds ophoudend. Zij stonden stil op den hoek van een straat, terwijl juffrouw Ilermine in haar zak tastte. Zij zocht met zooveel haast, dat zij haar sleutelbos niet vinden kon. Na verschillende pogingen stak zij de hand nog eens diep in den zak, maar haalde die er met een ongeduldig gebaar weder ledig uit. De half gesmolten sneeuw, voortgejaagd door een ijzigen noordwesten wind, joeg in dikke vlokken om haar heen. Juffrouw Hermine, teri einde van haar geduld, ademde eens diep. 't Is toch wat! zeide zij. Nu vind ik hem niet. Op hetzelfde oogenblik ontmoette haar hand, die als vanzelf weder naar den zak was teruggekeerd, den sleutel. Hier is hij, riep de oude dame. Loop nu vooruit en maak een weinig vuur aan, want ik ben verstijfd van koude. Marcelle vertrok als een pijl uit den boog; juffrouw Hermine volgde haar lang zaam. Haar voeten waren als van lood; zij dacht nogal vlug te loopen mafcr schoot niets op. De wind joeg haar de sneeuw in het gelaat; herhaaldelijk moest zij stil staan om adem te scheppen; zij deed dit dan diep, de lucht flink in haar longen voerende; daarna hernam zij haar loop met een voorbijgaand gevoel van verlich ting, dat al spoedig in een smartelijke lus teloosheid overging. Niet zonder moeite bereikte zij het hek van den tuin, dat Marcelle voor haar open had gelaten. Zij drukte er tegen om het te sluiten en stond verbaasd over de zwaarte. Hoe heeft het kind het open kunnen krijgen, vroeg zij zich met verwondering af. Er lijkt ecu grenadier voor noodig als Rose om het in beweging te brengen. Haar gedachten vlogen naar Rose, dia pas drie dagen weg was, drie dagen, welke, ondanks den ijver van Marcelle, haar drie eeuwen hadden toegeschenen. Kvyam zij maar gauw terug! dacht juffrouw Ilermine. Ik ben het al lang moede. Zij trad het huis binnen en kreeg het aanstonds in de keel van de rook. De stem van Marcelle klonk als van den bodem ecner put. Kom niet in de eetzaal, riep zij; de wind sloat dc rook neder. Ik heb de kachel nog niet aan kunnen krijgen. Ondanks deze waarschuwing stak juf frouw Herminc toch het hoofd door de deur en zag Marcelle op de teenen voor de kachel hurken, het hoofd zoo dicht nabij het smeulende vuur als maar mogelijk was. Met haar handen was zij bezig een stapeltje houtjes op te bouwen en ging daarmede voort, hoe de wind haar ook den rook in het aangezicht blies. Eindelijk hief zij het hoqfd op, wischte haar betraande oogen af met de hand, die het minst zwart was en zeide met een lieftalligen glimlach tot juffrouw lier- mine: Ga u nu maar naar uw kamer, juf frouw. de kachel zal wel gauw aan wezen. Zonder te antwoorden ging juffrouw Hermine de trap op, zich er over verwon derend, dat zij zich aan de leuning moest vasthouden. Haar kamer binnentredend, waarvan het venster eerst vóór eenige oogenblikken gesloten was, en waar dus een ijzige vochtigheid hecrschte, rilde zij van het hoofd tot de voeten en liet zich op haar chaiselongue neervallen, zonder den moed te hebben, zich van haar voch tige kleederen te ontdoen. De houtjes hadden geen vlam willen vatten en van tijd tot tijd kwam een dikke sneeuwvlok er zich tergend van uit de hoogte op neer zetten.... Juffrouw Ilenuine gevoelde een vreem de gewaarwording haar gansche wezen doortrekken en haar tanden klapperden zonder dat zij 't zelf wist .Zij vergenoegde zich er mede, haar doorweekte voeten on der haar japon op te halen en zoo ineen gedoken wachtte zij met zekere onverschil lige berusting dc hulp af, die wel etns komen zou. Die hulp liet zich intusschen lang vach ten en verscheen eindelijk in de cers.ion van Marcelle, die een komfoortje in de hand droeg. Lieve Hemel! riep zij uit, wat rehoelt u, goede vriendin? Gij zijt zoo rood, o zoo rood en gij kijkt zoo vreemd, tegelijk le vendig en neerslachtig.... Gij hebt het ze ker erg koud; maar ik heb hier een goe-J komfoortje Marcelle knielde neer voor dc chaise longue, deed omzichtig de doorweekte laar zen en de vochtige kousen van haar vrien din uit, en wikkelde haar voeten in een servet, dat zij boven het liomfoort ge warmd had. Daarna zag zij juffrouw Her mine aan met dien lieven glimlach, die op zich zelf eèn verkwikking was. Gij moet u uilkleeden, juffrouw, en naar bed gaan; dan zal ik een lekker kop thee voor u zetten... goede Lede thee.. Wilt u het niet beproeven u uit te kleedcn? Lieve Ilemel, dat die kachel ook niet aan wil gaan. Er is wel vuur in geweest, muar 't was niet dc moeite waard. De inhoud van het komfoortje werd leeg gegoten in de kachel, waarna na eenige moeite de kolen werkelijk begonnen tc glimmen cn ccri aanhoudend geknetter, aantoonde, ciat de weerbarstige schoor steen eindelijk naar rode luisterde. Kom, mijn beste juffrouw, zeide Mar celle met haar overredende stem, ga nu naar bed. Ilclp mij dqn, vroeg juf'romv Her- mine met een vreemde, goderr-i ie stem. liet meisje haastte zich; onder haar han dige vingers gingen de haken en band jes spoedig los, do kleed'.'t-n vieJm achter elkaar op den grond en juffrouw Ilertnino lag tc bed voor zij het wist. Bij dc aanra king met dc lakens huiverde zij weder cn Marcelle hooide dat vreerelijke klapper tanden, zoo verschrikkend, omdat het bij na altijd het begin is van ccn ernsiigo ziekte. Zij verspilde echter geen wjorUoi^ maar liep naar de kachel, waaicj z'j lrodj uit voorzorg 'n ketel wtacr lntj gv/et Dit water riekte wel een weinig naar de rock, maar 't was nu niet de tijd, o:«\ op zulk* kleinigheden te lc-tt-n. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 1