DINSDAG 13 OCTOBER. I9I4. BUITENLAND. De Oorlog. BINNENLAND. Nederland en de Oorlog. DE VLIEGMACHINE. e JAARGANG. No. 1522 e £eicboKe0ou/taiit BUREAU: STEENSCHUUR 15, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. -- Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN De ABONNEMENTSPR'JS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het 'ILLUSTREERO ZONDAGSBLAD voor Leiden 10 cent per week f 1.25 per kwartaal; bij onze inten II cent per week, f 1.45 per kwartaal. Franco per post f 1.65 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1-5 regels f0.75, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1-5 regels fl.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Aanvragen om Dienstpersoneel van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Aanbiedingen van Dienstpersoneel, Huur- en Verhuur, Koop- en Verkoop (geen Handels-Advertentiën) van 1-5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent. De algemeene toestand. Naar den uitslag van den grooten slag Frankrijk is aller verwachting gespan- n. De beslissing is nog altijd niet ge ilen, maar de toestand begint zich toch >1 duidelijker af te teekenen. de officieele Fransche communiqués irdt verklaard, dat op enkele deelen van front kleine voordeelen zijn behaald dat overigens de bondgenooten zich in stellingen handhaafden. Dat is na- urlijk juist, maar toch zou men uit en- Ie zinsneden, zoowel uit de Fransche als de Duitsche officieele mededeelingen maken, dat de algemeene toestand op westelijk oorlogsterrein langzamerhand langrijk gewijzigd is. De Duitschers ongen meer en meer op naar de kust Noordzee Antwerpen is reeds in hun zit en al zijn ze er hier niet in ge- :agd het Belgische veldleger gevangen nemen, zoodat van een Sedan hier ze niet gesproken kan worden, hun op togen in het zuidwesten van de Antwerp- le stelling heeft dan toch geleid tot de inijding van een belangrijk deel der^ Igisch-Britsche strijdkrachten, dat op derlandsche gebied is ontwapend en ge- erneerd. En intusschen zetten de Duit iers hun pogingen om de Belgische jrmacht zeewaarts te dringen door en ig hun oprukken naar de Belgische jrdzeekust in de richting Ostende met le kracht worden verwacht. En in het irden van Frankrijk en in zuidwest ziet men eenzelfde beweging. De alerie-operatiën bereiden hier 't ter- n voor een Duitsche bezetting voor en ;ens 'n officieel Duitsch bericht heb- deze operation der ruiterij westelijk Rijssel al reeds" belangrijk succes be- Zoo breidt zich het slagfront in ord-Frankrijk steeds meer uit en terwijl eerst scheen alsof die uitbreiding >ral het gevolg was van de pogingen bondgenooten tot een omtrekkende be ging om den Duitschen rechtervleugel te snijden of althans door een verbre- ig der cornmunicatiën tot teruggaan te ingen, krijgt het nu meer en meer den lijn alsof hier in het noorden een doel- vuste Duitsche beweging wordt onder- nen ten einde de kust te bereiken en Fransche legerfront zich dus te doen rekken. De Duitschers in België. iisteren hebben de Duitschers Gent in :it genomen. De troepen waren afge- kken, zoodat zij op geen tegenstand itten. lan de hand van het ,,Vad." geven wij r het volgende overzicht van den toe- nd in België: De gevechten bij Sel'zaete, aan de iuwsche grens, waar (naar men zegt) 000 Belgische soldaten over onze gren- vluchtten, ontwapend en geïnterneerd rden. Tot deze gevechten behooren die lke geleverd zijn te Wachtebeke (6 K.M. W. van Selzaete), te Moerbeke in het land van Waes, te Saffelaere (ten \V. van Lokeren), te Desteldonk en te Exaerde, in diezelfde buurt. Langs dezen weg zal waarschijnlijk Brugge worden bezet. Een bericht van gisteravond uit IJzendijke meldt, dat de Duitschers reeds te Eecloo (halfweg SelzaeteBrugge) waren. 2. De gevechten bij Quadrecht (men denke s.v.p. niet aan een drukfout voor Atrecht), Melle, Oordeghem en Schoon- aarde. Quadrecht ligt op het ontmoetings punt van de spoorlijn AntwerpenGent, en BrusselGent. De andere plaatsen lig gen aan of nabij de Schelde. Bij de hier geleverde gevechten, ging hetdus om de wegen naar Gent. Gisteren zijn de Duit schers er in geslaagd diewegen te forcee- ren, nadat zij Zondag waren teruggewor pen. 3. Gevechten in de buurt van Ouden aarden en Kortrijk, en wel bij Sotteghem (halfweg tusschen die twee steden), bij Ronse (Renaix), 12 K.M. van Oudenaar den, aan den spoorweg van laatstgenoem de stad naar Gent, bij Geeraerdsbergen (Grammont) 5 K.M. ten Z. van Sotteghem, Hemelverdegem en Maria Lierde aan den spoorweg van Gent naar Charleroy. Deze gevechten hadden blijkbaar ten doel de wegen af te snijden, die de vluchtende Belgen zouden kunnen gebruiken om van Gent naar het Zuiden (Kortrijk, Yperen, Charleroi) te komen. 4. Het gevecht bij Lissewege (2 K.M. van Zeebrugge), dat van belang is, omdat het ons bewijst, dat de Duitschers de kust hebben bereikt en waarschijnlijk de reeks badplaatsen (van het N. naar het Z.: Ileyst, Blankenberghe en Ostende) weldra zullen bezetten of reeds bezet hebben. De toestand te Antwerpen. De straten in Antwerpen, die het meest geleden hebben, aldus wordt aan De l ijd'" gemeld, zijn Plantaanlaan, Jordaanstraat, Boulevard Leopold, Hertoginnestraat, Me- chejsche Steenweg. De van Breestraat staat voor een deel in brand, de Lange Leem- straat tot aan den Mechelschen Steenweg staat in volle vlam en is niet te blusschen, daar er geen water is. Er wordt gespoten met water uit de Schelde. Dit water is zout en vernielt de stoommachines. De Volkstraat, Kronenbur gerstraat, Zuiderlei, Friêschestraat, Ver- bondstraat, Kloosterstraat, jCbggijnen- straat, Justitiestraat, Kampierstraat tot aan de R.-K. kerk zijn gespaard gebleven. Ook zijn afgebrand de bureaux van net dagblad „la Metropole", Middenstraat, Bed- destraat, drukkerij Bellemans op de Eieren- markt. De Antwerpsche brandweer kan geen water krijgen. Duitsche ingenieurs zijn niet op de hoogte van het blusschen. Duitsche officieren heb ben aan de brandweer gewezen hoe ze dij den vloed van de Schelde uit de riolen wa ter kunnen oppompen met een stoompomp. De Antwerpsche Metropole, wier bureaux, gelijk hierboven vermeld wordt, zijn afge brand, is 7 dezer voor het laatst versche nen. Dit nummer bevat een verklaring aan de lezers, waarin dezen voorbereid worden op de mogelijkheid, dat het blad niet meer zou kunnen verschijnen. „Als soldaten van de pen, zoo wordt er in de verklaring ge zegd, beschouwen wij het als «en heiligen plicht ons blad te doen verschijnen tot op de laatste minuut en wij zullen niet in ge breke blijven. Het 'blad zegt verder o.m. het bijkans overbodig te achten te ver klaren, dat het er nooit in zal toestemmen onder toezicht der Duitschers te verschijnen en dat het dan zijn uitgave zou schorsen tot op den dag, waarop het weer zou kun nen schrijven wat het wenschte te kunnen schrijven. De Metropole eindigt zijn verkla ring aan aar lezers met den uitroep: „i^eve de Koning, leve het Leger, leve het Vader land. Leve het vrije en immer onafhanke lijke België". Het blad heeft thans opgehouden te ver schijnen. De Russen. Terwijl op het westelijk oorlogstooneel de beslissing meer en meer schijnt te naderen, terwijl men in Duitschland zich verheugt over den val van Antwerpen en leeft in de hoop nu ook weldra geheel België met de kust bezet te hebben, komt van het ooste lijk oorlogstooneel het bericht, dat de Oos tenrijkers er in geslaagd zijn de benarde vesting Prezemysl te bevrijden en de Kus sen terug te dringen. Dat is ongetwijfeld een belangrijk succes voor de Oostenrijksch- Duitsche legers. De Russen, over een reusachtig men- schenmateriaal beschikkend, kunnen zich echter de weelde van dergelijke nederla gen veroorloven, het onmetelijke rijk brengt telkens weer nieuwe troepenmach ten naar voren en tegenover deze gewel dige massa's van alle kanten aandrin gend op 't zoo uitgestrekte front langs de Duitsch-Oostenrijksche grens, zullen de Duitsch-Oostenrijksche strijdkrachten een zware taak hebben, hoezeer ook de nu en dan behaalde successen de moed der ver dedigers mogen aanwakkeren. Verschillende Oorlogs berichten. Oorlogsschatting van Antwerpen? De correspondent van de Daily News" be weert volgens een telegram aan het ,,HbL" dat de Di itschcrs van Antwerpen een oorlogsschatting van een half milliard mark eischten. In Galicië. Het Aftonbladet van Stock holm heeft uit Weenen bericht ontvangen, dat de Russen alle versterkingen bij I em- berg in de lucht hebben laten springen en niet alleen de hoofdstad van Galicië ge heel hebben leeggeplunderd, maar ook de andere door hen bezette streken. Dit wordt als een duidelijk teeken beschouwd, dat zij de hoop hebben opgegeven om van uit Polen, waarheen zij thans over de heele linie terugtrekken, nog eens te kunnen wederkeeren. Men schat dat reeds 300,000 man in noordelijke richting bij Toma- schow, Umopol en Zamosz en verder naar Cholm en Lublin over de grens zijn te ruggetrokken. De Koningin van België in Engeland. De directeur van de Belgische strafkolonie te Hoogstraten heeft, naar men ons uit Breda schrijft, bericht ontvangen, dat de Belgische regeering reeds van Ostende naar Bordeaux is vertrokken, terwijl de Koningin in Engeland moet zijn. Dit wordt bevestigd in een bericht in de Londensche Observer, die meldt dat de Koningin reeds Vrijdagavond te Folke stone is aangekomen op weg naar Londen. Koning Ferdinand 1 van Roemenië In den namiddag had Zondag in de zaal der Kamer van Afgevaardigden te Boekarest, in tegenwoordigheid van de koninklijke familie, van wereldlijke en geestelijke grootwaardig- heidsbekleeders en van het corps diplomatique de plechtigheid plaats, waarbij Koning Ferdi nand I den eed aflegde op de constitutie. Na de eedsaflegging hield de Koning een toespraak, waarin wordt gezegd: het voorbeeld van dengene, dien wij allen als een vader betreuren en de overtuiging dat het alleen door een ononderbroken voorwaarts streven mogelijk is de levenskracht van ons volk te verzekeren, zal voor mij dc leidster zijn van mijn bemoeiingen voor de ontwikkeling van dezen staat voor mijn geheele leven; Gedurende zijn gelukkige regeciing, die de trots van onze geschiedenis vormt, vond de eerste koning van Roemenië, telkens als groote gebeurtenissen hem dezen plicht oplegden, zijn machtigsten steun in dc eendracht, waar mede alle Roemenieërs zich schaarden om den troon. Ik ben overtuigd, dat de Roemeniërs, door dezelfde hooge vaderlandsliefde bezield, ook in de toekomst aan de kroon en het land de eenheid in gedachte en daad zullen weten te geven, die het eenig onderpand is van een gezonde nationale ontwikkeling. (Bijval). De Almachtige, die na zoo vele zware be proevingen den arbeid van hem zegende, die voor het welzijn van het land zorgde, zal hetgeen met zooveel moeite is opgebouwd, niet laten vergaan. Met liefde voor dit volk en rusteloozen arbeid hoop ik als goede Roemeen en als koning mij te wijden aan mijn dierbaar land. Geestdriftige bijval volgde op deze rede en onderbrak die herhaaldelijk. Luide bijvals- roepen klonken ook voor de koningin. De voorzitter der vereenigde zitting van beide Kamers Pherakyde, wijdde hierop den koning Karol een warm l(in memoriam" en verzekerde den nieuwen koning de toewijding der wetgevende lichamen. Stormachtige bijval klonk opnieuw, toen de koninklijke familie de zaal verliet. Kardinaal Mercier. Het bericht nopens de aankomst van kardi naal Mercier te Nijmegen berust op een mis verstand. Door een vergissing werd de pastoor van Hanswijck bij Mechcïen voor Z. Em. aangezien. Een vorstelijke gift. De „Avondp." meldt, dat een grootindus- strieel uit Oss f 100.000 heeft geschonken voor de noodlijdende vluchtelingen uit België. Graan. Wij vernemen, dat de Regeering tot dus verre voor 8 a 10 millioen gulden graan heeft aangekocht. Hierbij zijn de voorraden maïs enz. niet inbegrepen. De vluchtelingen naar België terug? De Regeering is met het Duitsche opper gezag in overleg getreden voor jjogingen om de vluchtelingen zoo spoedig mogelijk naar Antwerpen terug te sturen. Dankbaarheid der Belgen. Door de Belgische vluchtelingen in Roosen daal is aan H. M. de Koningin het volgende telegram verzonden: Mevrouw! Duizenden Belgische vluchtelingen, bijeen in het lokaal van de Kath. Kring te Roosen daal, brengen u hun innigen dank voor de goede ontvangst in het gastvrije Nederland. Gansch de bevolking is ons behulpzaam, in het bijzonder het Roodo Kruis, de dames en heeren van het Comité voor de vluchtelingen en de geestelijken. Wij smeeken Gods zegen af voor het Koninklijk Huis en het Neaer- landscho volk. Dit telegram werd onder ademlooze stilte voorlezen. Allen stonden op en riepen: „leve Koningin Wilhelmina, leve Holland". Britsche lof voor Nederlands goedheid. De „Daily Chronicle" zegt dat de gelicele wereld de buitengewone zelfopoffering en menschlievenden ijver moet toejuichen, die het Nederlandsche volk, zonder in het minst zijn neutraliteit te schenden, heeft aan den dag gelegd jegens de lijdende massa's die het plotseling in zijn midden vond. Nederland nam altijd een hooge plaats in op het terrein der maatschappelijke zoowel als der internationale liefdadigheid, het handelt ook nti zooals het vroeger altijd deed. Nog slechts weinige dagen geleaen heeft het de Britsche natie diep geroerd aoor zijn edelmoedige vriendelijkheid tegen do Britsche matrozen, die, van alles beroofd van zijn gastvrijheid afhingen en het zou ongetwijfeld juist zoo gehandeld hebben, als het Duitsche matrozen waren geweest. Voor de vluchtelingen. Een door de „Maasbode" gevormde ex peditie is Zondagmorgen met een aantal auto's volgeladen met eetwaren en kle dingstukken voor de Belgische vluchtelin gen naar de Brabantsche streken getrok ken. Aan een beschrijving van den tocht ont- leeenen wij: Voorbij Oudenbosch merkten we den re- gelmatigen trek van vluchtelingen, welke ons op allerlei atavistische vervoermidde len voorbijtrokken. Volgens aanduidingen waren de meeste van hen uit Stabroeck en Schooten. Bij een vrouw, welke met 0 kleintjes voorttobde, hielden we even halt om liaur de handen te stoppen met brood, chocola de en koekjes We trokken weer verder, terwijl de arme moeder ons een „God zal het u loonen" nariep. Onder Kalsdonk ontmoetten we een gan- sche kolonie van mannen, vrouwen cn kinderen. Meest waren het schippersge- zinnen, welke, uit Luik afkomstig, reeds twee maanden aan het reizen en trekken waren. Snel deelden we een aantal oor- logsbrooden uit, waarin aanstonds de grage tanden werden gezet. Ook kleeren voor mannen en vrouwen werden uitge deeld, die door hunne nieuwe bezitters met oogen vol blijdschap van onder tot boven werden bekeken. Bij het afscheid werd ons door den hoofdman der kolonie een eenvoudig, doch hartelijk: Bonjour zulle! nagestierd. In Roosendaal waren de straten opge propt met vluchtelingen, die allerlei huis raad voortsleepten. Sommige zagen wij met enkel een braadpan of melkkan in de handen. Dc hoekhuizen van de Hendrik Gerard Dircksstraat waren tot twee meters bo ven den beganen grond vol beschreven met verzoeken om inlichtingen. Een oud vrouwtje zagen we zelf met bevende hand op een vensterluik schrijven, dat zij zich te Roosendaal bevond. Het was een ken- FEUILLETON. )at, wat hem boven alles belang ïn- ezemt, kan niemand hem zeggen. )an vraagt hij met verlegen stem: - Is miss Kate niet hier? leen, ze is er niet. Niemand van degenen zich hier bevinden, heelt haar gezien, weet waar zij is. laar thans zet de kapitein voet aan wal drukt den overlevenden de hand, nscht hen geluk en ondervraagt hen En ook dezelfde vraag dringt zich ar zijn lippen. - Waar is de dochter van den comman- Qt? Waar is de commandant zelf?.. is mogelijk, dat deze mannen niet weten, t er van hen geworden is... !en enkele stem laat zich hooren. 0! De commandant is eergisteren ge- (rven; men heeft een briefje in zijn ka- gevonden, een briefje van den kapi- a, waarin stond, dat zijn lijk moest ver hei worden naar de machienkamer. ik order om de doodkist te maken... En arna kwam eensklaps het bevel om da- ijk de kazematten te ontruimen en ons grot in veiligheid te stellen. Men 'ft zelfs nog niet met de doodkist kun- beginnen... Het was waar, we konden langer op onze posten blijven, toen de 'anners zoo dicht bij waren. Zij zonden op korten afstand reusachtige ladin- granaten toe... Niets is daartegen be id, ziet ge, wanneer ge die vlak van vo ren krijgt!... Hebt ge onze seinen gezien? Help, ja, wij hebben het op 70 mijlen afstand gezien. —De telegrafist kwam op de gedachte met onzen laatsten reflector stralen de wol ken in te zenden; hij had gehoord, dat men op die manier heel ver kon seinen. Dus heb ben de wolken ze u toch toegezonden? Het is wonderlijk. Maar Maurice Rimbaut luistert niet meer; radeloos, omdat hij niets kan 'te weten Ko men, wil hij weer het fort binnengaan en trachten in de machienkomer door te drin gen, als hij een van de werklieden herKent die aan het bouwen van den aeroplaan hen- ben meegewerkt. Zijt gij het, Jackson; ge zijt er dus le vend afgekomen? Hij kan geen woord meer zeggen. Want de soldaat heeft hem herkend en vliegt hem letterlijk om den hals. Het is de Franschman! schreeuwt hij... ja, hij is het! O, ik wist het wel, dat hij aan zou komen, dat hij terug zou keeren! Ah, mijnheer, daar boven, toen gij opsteegt. Toen ik u met zulk een groote snelheid weg zag vliegen, dat ge in een oogwenk slechts een heel klein stipje waart, toen heb ik gezegd, hij zal ons allen redden! Alleen, neen, arme Jackson, want ge zijt nog maar met weinigen. O! mijnheer, deze vijf laatste dagen is het verschrikkelijk geweest! We haauen twintig dooden per dag... ivien zou gezegd hebben, dat de Japanners u voelden aan komen.., Maar is het mógelijk, dat niemand van u weet wat er van de dochter van den com mandant en haar oude gouvernante gewor den is?.... De juffrouw, men heeft haar niet meer gezien, zij was zoo geod voor de gewonden. Toen men order kreeg om zich in de grot in veiligheid te stellen, omdat men de Kruit kamer liet springen, heb ik haar niet met ons mee zien komen. Misschien heeft de ka pitein haar des nachts in ons bootje laten inschepen, gij weet wel, het kleine motor sloepje, dat achter een muur van steenkolen verborgen lag, de vloot van Midway, zooals wij" het noemden. Ja, ik ben daar straks voormj geko men, het ligt er niet meer. Dan zal het wel zoo zijn, als ik gezegd heb. Maar het was toch zeer gewaagd met de Japhnsche schepen zoo dicht bij ons en hun torpedo's die den heelen tijd rondom het eiland voeren! Was de kapitein bij u, toen de ontplof fing plaats had? Neen, hij zelf heeft de lont in het kruit gestoken. Hij was er zeker van, dat hij niet meer zou terugkeeren, want hij fiëeft ons allen vaarwel gezegd. En later, een paar minuten voor twee uur 's nachts, is hij ons komen zeggen dat wij beter deden met niet in de grot te blijven, maar ons achter de rotsen te verbergen, wat wij toen henoën gedaan. Een andere soldaat herneemt met een stem, die beeft van aandoening, nu hij de zelfde emoties als toen weer gevoelt: 't Is verschrikkelijk, mijnheer, wanneer men van minuut tit minuut wacht, dat de boel in de lucht zal vliegen, daar vlak u! Op zoo'n oogenblik denkt men alleen aan zichzelf, weet ge... En toch is het niet zoo vreeselijk geweest als wij hadden gedacht. Behalve twee kameraden, die door de rots blokken zijn verpletterd, zijn we er goed afgekomen en de arme miss zou bij ons meer in veiligheid zijn geweest dan op het water. Want het is zeker, mijnheer, dat /e het water opgegaan is. En Jackson ver neemt: Ja, 't is zeker: Heaft, die het sloepje bestuurt ,is er niet meer en gisterenavond heb ik hem nog levend hier gezien... Daarna breekt de man den loop van het gesprek af en zich tot commandant Heuzey richtend zegt hij: Maar, commandant, het zou ons alien groot genoegen doen, als we een stukje kon den eten en vooral zoo we iets te drinken konden krijgen, want sedert zes-en-dertig uren hebben we geen druppelwater over onze lippen gehad. Scheept u m^ar gauw in, mijn jongens, de sloepen liggen klaar om u naar boord te brengen. Dus, meent ge dat er in net fort zelf niemand meer is.'... Ge zult er slechts eenige Japanners ver morzeld vinden liggen. Er waren er een twintig, die hier om het iort rondslopen, toen de kapitein de lont in het kruit stak. Weet gij, hoe men hier naar boven komt, waarde ingenieur, vroeg de kapi tein met onvaste stem, want de angst over het lot zijner nicht ontneemt hem alle vreugde over zijn schitterend wapen feit. Ik kom er juist vandaan. Dus ge hebt het vaandel daar weer ge plant? Dat ik dat al niet eerder vermoedde. Het is de vlag, die ze zelf geborduurd heeft. Arme kleine, ik had haar er al aan zien beginnen. Wanneer ik daarboven eens een kijkje heb genomen, zal ik naar alle richtingen sloepen uitzenden. Het is te laat, commandant. Ze is ze ker in de handen der Japanners gevanen. Het is verschrikkelijk. Het is het ergste wat ons kan overkomen. Het einde van den zin gaat verloren in een smartelijk snikken. De hoop, die straks was, verdwijnt nu geheel en al. De zon staat reeds hoog aan den hemel als de commandant van dc Colorado boven op het fort staat en met zijn zeekij ker in de hand den horizon langs tuurt. De Montana is juist aangekomen en twee Amerikaansche torpedoverniclers stoo- men in westelijke richting om den ontred derden Japanschen kruiser op te pikken. De zee is kalm er murmelt zachtjes haar eentonig lied. Als gouden slepen vertoonen zich de voren, die de boegen in het water maken. In het Oosten benevelen grijsachtige rookwolkjes het rein azuur des hemels en kondigen de komst aan van de tweede ui- visie kruisers, die zich naar het bevrijde fort spoeden. Heel ver naar het Zuiden ziet men zwarte stippen langzaam heen en weer bewegen; zonder twijfel Japansche torpedovernielers, die schepen, welke voor den commandant onzichtbaar zijn, verkennen. Aan den voet van het fort ligt de Kost bare steenkool opgehoopt, waarvoor deze vesting is gebouwd en daarna is beschoten, waarvoor deze menschenlevens zijn opgeof ferd en deze schepen zijn bijeengebracht, ter verdediging. Tot op het laatste oogenblik hebben do soldaten van Midway gehoopt haar te be houden» (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1914 | | pagina 1