Uit de Pers. DE TWEE_VRIENEEN. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van Zaterdag lü Mei no. 1089. KAMEKOVERZICH i I TW EEDE KAMER. pgnsionneering gemeenteambtenaren. Het Concertgebouw. Nu men gisteren zoo vlug de verschil lende amendementen heelt afgehandeld, is het vrij zeker, dat er heden over het wetsontwerp betrefilende de pensionnee- ring van gemeente-ambtenaren zal ge stemd worden. Dub wat de Kamer in deze laatste dagen afhandelt, is er een sprekend bewijs xoor* dat Z1i' veel ^an dpen. als zii maar wil. Ook al zou het geheele menq, hetwelk heden de Kamer is voorgezet (een gansohe reeks kleinere 'ontwerpenwaarbij! op voorstel van ijverige Kamerleden nog is gevoegd de suppletoir e Wjaterstaalsbegrooting 1913, o.a. betreffende de Waalbrug te Nijmegen :n de afwaterinig van 'Friesland, mits- ;aders het voorstel-Vliegen nopens de 'erlenginig van den stemmingsdag (van 8 uur v.m.—8 uur mm.;, mei afgewerkt zijn, in ieder geval mag de beknoptheid der sprekeis van liniks als iets ongewoons m deze wetgevende periode beschouwd worden, iets bijzonder merkwaardigs. Zeer veel leden zijn er echter de laatste dagen niet tegenwoordig. Over de motie- Mar chant,. om een subsidie van flO.OOU aan het Concertgebouw te Amsterdam toe kennen, had staking van stemmen (34 jen 34) plaats. Twee stakingen dus op^één dag. Maar er is heden oók zóó dikwijls gestemd. Ware de heer Arts, die lin de jongste avondvergadering de motie heeft 'bestreden, 'n minuut eerder ter ver gadering gekomen, dan had hij zichzelf 'n >U! ovatie en de Kamer een nieuwe stemming 'gespaard. Alle 'Amsterdamsche afgevaar digden stemden 'natuurlijk vóór! Ei )e strijd der R.K. Bloemist arbeiders De geestelijke adviseur van den R, K. lloemistwerkliedenlbond „St. Dieusdedit", e Zeereerw. heer L. v. d. Bieig, schrijft fa|ii de N. Hlaar l. Cri een tweetal arti- iar elen onder Ibovenstaanden titel. Wij ontleenen daaraan het volgende Na eerst te hebben gewezen op de )nl óór-geschiedenis van dezen strijd en op et streven naar een collectief arbeids vervolgt de Eerw. schrijver: „Het collectief arbeidscontract bracht óóveel moeilijkheden mee, dat het niet stand kwam; maar de belangrijke «nsverhoioging kwam: Hillegom ging j$ lorop; Haarlem en omstreken volgden, Meen loopt daar nog een klein verschil ver de vraag, of deze verhooging voor wee of voor drie jaren de werklieden il binden; het is echter mijne zekere erwachting, dat de heeren patroons met jaren zullen tevreden zijn, aangezien er -jaoovele bloemistwerklieden nu reeds dat edioogde loon genieten zonder eeni- verbintenis van tijd. Er waren thter plaatsen, waar de patroons van een veiihoo.ging wilden weien, en andere aatsen, waar dë patroons wel verhoo- rig aanboden, maar niet de belangrijke, elke de werklieden om zulke ernstige "r i'billijke redenen vroegen. Zoo ontstond »r sommige plaatsen de moeilijke aag: Wat moeten we doen? Oeen en- :1e vereeniging dacht er natuurlijk aan jgj a nu maar de staking te proolameeren, ^aar in overleg met het bondsibestuur w erd de eene conferentie, na de andere houden, de gemaakte moeilijkheden be en gewogen, nog eens en nog :as een beroep gedaan op geest en hart :r patroons, maan... de gevraagde loons- ^.rhooging kwam niet of slechts gedeel- m' lijk. Na alles, wat ze te gelijlk met de onsvenhooging gevraagd hadden, ter ^ille van de patroons te hebben prijsge ven, meenen nu de weiiklieden op het int van loousvenhooging te mogen en moeten vasthouden, en wel om de ilgende redenen: le. Zij vragen alleen wat rechtvaardig en bdlijlk is, en hoogst noodig voor hun huisgezin. Het publiek mag zelf oordee- len. Voor Haarlem en omstreken wordt een loon gevraagd van f 12 per "week gedurende de zomermaanden, en f 11 per week gedurende de wintermaanden. Voor Limmen wordt gevraagd ,f 11 's zomers en f 10 's winters. ,Wie durft beweren, dat zulk een loon ormoodig is, komt in tegenspraak met de patroons zelf, die volmondig erkennen, dat dit loon nog te Weinig is. De gevraagde loonsverhooging blijft dan ook gehandhaafd; 2e. omdat de werklieden bij het mee- rendeel der patroons den vasten wil heb ben waargenomen om dit billijk verzoek toe te staan. Het zal toch voor iedereen begrijpelijk zijn, dat om die enkele om willige patroons de werklieden hun billijk en ernstig verzoek om loonsverhooging mogen prijsgeven En teindelijlk 'blijven zij1 hun verzoek om loonsverhooging handhaven 3e. omdat de werklieden begrijpen, dat een te groot verschil van loon op de verschillende plaatsen een eerlijke con currentie voor de patroons onmogelijk maakt en een gezonde en voldoende loom regeling voor de arbeiders in het alge meen tegenhoudt. Zooveel jaren reeds hebben zij onder vonden, dat op dien laatsten titel loons verhooging werd geweigerd, dat zij zich niet langer daarbij kunnen neerleggen. In één woord: we mogen zeggen, dat de rechtvaardigheid volstrekt niet ge schonden wordt bij deze geheele actie voor loonsverhooging. Maar de liefde, waar blijft ze? Moet daarmee geen re kening gehouden worden? En me dunkt, dat er velen zijn, die «de actie der bloe- mistwlerkiieden niet in strijd vinden met die rechtvaardigheid, doch wel met de naastenliefd e." Schr, meent echter, dat de actie ook niet in strijd is met de naastenliefde» „Bij de vraajg, of de blóemistwerklieden bij hunne actie voor loonsveihooging wel genoeg rekening hébben gehouden met de naastenliefde, dienen wijl vooraf te zeggen, wat volgens de leer van Leo XIII z.g., in de encycliek ^Rerum Nova rum,, verkondigd,, 'n rechtvaardig loon is. Het loon moet toereikend zijin om een spaarzamen en rechtschapen arbeider te onderhouden. Diat levensonderhoud van den arbeider omvat niet alleen alles, wat hij noodig heeft om zich te voeden, te kleeden en te wonen gedurende de dagen, dat hij' werktmaar ook, dat hij iets kan wegleggen voor de dagen van ziekte, ir validiteit en werkeloosheid. En hierbij moet men in aanmerking nemen, dat algemeen is aangenomen, jlat het loon van den spaarzamen arbeider eerst dan voldoet aan de eischen der rechtvaardigheid, als het voldoende is Om eene familie met een gemiddeld aantal kinderen te onderhouden. Wie dus vraagt om lin den zomer f 12, in den win.ter f 11of zooals te Limmen in den zomer f 11, dn den winter f 10 te mogen verdie nen, 'kan gerust zijn, dat hij' in deze tijden volstrekt niet boven het rechtvaar dige (minimumloon gaat! Maar .als nu een of ander artikel in het bloembollenbedrijf, b.v. de tulpen, in minder gunstigen toestand verkeert, gebiedt dan de naastenliefde niet om van de vraag na^ar dat rechtvaardige mi nimum loon voorloopig af te zien Ik antwoord: neen! Omdat ieen of ander artikel in het bloembollenbedrijf een crisis doormaakt, kan'toch niemand beweren, dat op het oogenblik het bloembollenvak in een at- gemeene crisis'verkeert! Wielnu, ooik in zulk een geval mag het loon niet lager zijn ,dan het rechtvaardige minimum loon, een Joon dus, noodig voor het levens onderhoud. Want evenmin als de patroon verplicht is een hooger loon te betalen om de biji- zondere winsten, die hijl maakt (wat ook bij mijn weten nooit gebeurd is), evenmin mag ihij de arbeiders laten deelen in de toevallige verliezen,' die hij lijidt. Tot het wezen 'van het looncontract behoort het, dat de arbeiders gevrijwaard zijn voor risico. En dus mag de bloemistarbeider ook in deze omstandigheden zooder de naastend- liefde te schenden, ijveren voor deze ij FEUILLETON. =i' 8) En Vleiend klonik zijn stem toen Igj «rtging - Ja, op mjjn jyoord, het is hier onderschoon en men ziet hier een ware kat aan kunstvoorwerpen* schilder- 1 ukken 'van Wiatteau en Boucher, beeld- lüvvwerk van Lancret, maar niets is ook 'schoon voor een iooneelvorstin, de nige vorstinnen, die door de revolutie vv®et 'zijn onttroond. vl De twee dames putten zich uit in iendelij'kheden 'tegen haar bezoeker, die eh daarmee niet weinig gestreeld voelde. S Geinig vermoedde hiji, hoe zij1 met itn speelden, rdi Hetgeen zij wilden, was zich wapenen urn Schaffen tegen Hubert Nollan, en daar- lii e 'was Sicard het werktuig, waarom zij 'h, 'zoodra zij haar doel bereikt hadden, verder zouden bekommeren.. .Til Eenige oogenblikken brachten zijl door ider aangenaam gekout, waarhij Lydie kl ition 'ongemerkt het gesprek bïhcht op dokter en aan Sicard vroeg: Was hij niet een vriend van u, die dokter Nollan? Och, alleen maar een kennis. 'Waar hebt gij hem ontmoet? 'Bij de Nationale Conventie, bij de Jacobijnen, 'bjjl de Commune, waar hij1 zich voordeed als een overtuigd pariot, terwijl 'hij trachtte zich vrienden te maken onder alle personen van invloed, Hijl is een'volleerde intrigant, die zich jjiji alles kan aanpassen, kool en geit uitmuntend weet 'te sparen, zich hoedt tegen elk' gevaar en, als het noodig is, huilt met de wolven in het bosch. H;i) richtte zich nu uitsluitend tot Lydie Manon en ging voort: Zijn uiterlijk .heeft hij wel in zijn voordeel, 'dat kan niet ontkend worden, daadbij is hij zeer galant tegenover de dames, maar hij ^bedient zidh van "haar sledhts om zijn eigen belangen te dienen en door haar in aanzien te stijgen» 'Maar hebt gij er geen toespeling op gemaakt, dat 'hij todh één hartstocht had? Inderdaad. 'Sicard glimlachte boosaardig en voegde er bij: Dat is nu juist geen schoone blad zijde ,u.it -zijln geschiedenis. Reden te meer om het ons te ver tellen. loonsverhooging, pmdat hij zeker weet, dat hij niet meer vraagt, clan een recht vaardig maximum loon." (Hier is na tuurlijk bedoeld minimumloon. Red.L.Ct.) Sdhr. besluit: „W|e mogen dus gerust zeggen, dat de bloemistwerklieden een actie voor loons verhooging voeren, die niet in strijd is met de rechtvaardigheid, noch met de liefde. Kan de oorzaak, waarom zij in zulk een geval niet zoo gemakkelijk a.agen, ook ergens anders liggen? H et is een feit, dat vele beschuldigingen worden geuit tegen de werklieden in het bloembollenvak» Ze werken niet genoeg, gaan te veel naar de bioscoop, zijn niet eerlijk, erkennen geen gezag, treden op brutale wijze op tegen hun patroon, enz. enz» Zóó wordt er nu hier en daar ge zegd. z.eker, de blóemistwerklieden zijin men- schen, pn daarom zal er allicht hier en daar iemand onder iheri gevonden wor den. die zich schuldig maakt aan een of ander der genoemde gebreken. Maar mag men daarom de geheele klasse dier werklieden beschuldigen? Al deze per soonlijke fouten en gébreken heboen niet het verzoek om loonsverhoug.ng niets tc maken. En daarom wil ik hier openlijk verklaren, dat ik het ontslag van a.bei ders om bovengenoemde reden tijdens eene actie om iloonsverhiooging minstem genomen altijd onpracLsch vind. Jie pa Iroons hebben natuurlijk hel recht 0111 hun werklieden te ontslaan om wettige redenen; maar 'dit te doen tijdens een actie terwijl ze ongetwijfeld dikwijls ja ren reeds die fouten in hun werklieden hébben moeten opmerken, heeft altijd den schijn van wraakneming en verbit tert steeds. En nu tot slot het volgende: Het spijt me, dat in deze actie som mige voormannen van den Bond „St Deusdedit" zijin beschuldigd van „socia listisch drijven", zoódat ze bijl velen voor roode heethoofden doorgaan. Daarom verklaar ik hier openlijk na 10 jaar met hen_gearbeid te hebben, dat zij mijn volle vertrouwen nog bezitten, dat hun werken allen lof verdient en dat ik alle vakbonden zulke degelijke, prin- cipieele en volgzame voormannen toe- wensch." Geen schitterend figuur. Het Centrum schrijft: Het „Vaderland" had een grooten) mond tegen den Minister van Binnen.- landsche Zaken opgezet, omdat deze zou geweigerd hebben een vergadering in, den Haag tot feestelijke herdenking der 50 jaren oude wet op het M. O. bij te wonen, en een verzoek om vacantie te geven op den herdenkingsdag, zelfs niet eens beantwoord had. Het Unie-liberale blad, dat al feller van toon wordt, sprak zelfs van een/ „hondsche minachting", welke de minisn ter voor ons middelbaar onderwijs en voor de huldiging van Thorbecke zou hebben getoond. We zullen schreef het blad hier wel te doen hebben met een op zettelijke manifestatie van den Pre mier. Dieze bewindsman, die trots zijn eed op de Grondwet en dus ook qr art. 192 daarvan, verklaard heeft, dat hij zich gelukkig zal achten, als' de laatste openbare school van den Ne- iderlandschen bodem zal zijn verdwe nen .beeft ook den mannen van het (M.l O. willen laten weten, dat, als hef aan hem lag, de openbare Middelbare; School denzelfden weg zou moeten i gaan. Wat blijkt nu echter vraagt vhet Centrum. Primo, dat tot den minister is gec richt een gedrukte uitnoodiging om dei feestelijke bijeenkomst op Zaterdag j.l. bij te wonen. Zijne Excellentie heeft daarop schrift telijk doen weten, dat hij tot zijn leed-' .wezen Verhinderd wa!s !die bijeenkomst bij1 te wonen. Die minister vertoefde in het» buitenland. i Aanwijzing van een vertegen woo rdin ger was niet gevraagd, en lag daarom' jblijkbaar niet in de bedoeling. Diit is één. t En wat het niet beantwoorden be Ik weet niet of ik dat wel doen mag. Lydie Manon knipoogde hem aanmoe digend toe en drong aan: Komaan, mijn waarde, gij brandt van verlangen om het ons te vertellen, evenals wij om het te ihooren. Gij wilt het dus? Ik verzoek u er immers om? Goed dan, ziedaar wat ik weet. Te Lamballe zou iedereen u kunnen vertel len hetgeen ik u thans neggen zal. Va der Noliet, die algemeen voor leen braaf man doorging, beheerde het vermogen van een aantal brave familiën in Bre- tagne. Onder deze familiën was er een, waar zijn zoon bijzonder goed ontvan gen werd: de Trémazan's. De graaf de Trém^zan woonde op een oud kasteel,, dat er tamelijk indrukwekkend uitzag, en La Guyonnière heette. Het land is wat woest en eenzaam, maar niet van schoon heid misdeeld.Die graaf de Trémazajii had een zoon en een dochter. De zoon ifsl omgekomen, verdronken naar men zegt in cden omtrek van Saint-Malo, toen hij uit Engeland terugkeerde, waar hij was gaan samenzweren met de prinsen; 3e dochter was bij haar ouders gebleven op het kasteel La Guyonnière. Ik heb haar gezien, een beeldschoon meisje, wat' droefgeestig en zeer trotsch, ma,ar met treft van het verzoek, om op 3 Mei va-^ cantie te geven aan de leerlingen van' de Rijks H. Bi. S. wordt de ware loop van zaken als volgt medegedeeld Het hoofdbestuur der vereeniginig' van leeraren heeft alleen gevraagd1 té' bevorderen dat zij, die de feestvergaJ dering wenschen bij te wonen, daarin! niet door ambtsbezigheden zouden 1 worden bemoeilijkt. Aangezien van zoodanige bemoeilijJ king niet is gebleken, en de minister met verloven tot afwezigheid voor een' enkelen dag geen bemoeienis heeft, bestond er niet de minste reden om in te grijpen, veel minder om te doen' •wat niet was gevraagd, en 3 Mei tot een vacantie-dag voor de Rijks H. B.' Scholen te verklaren. Ziedaar Het „Vaderland" maakt hier 1 re even felle als pnverdiende en ovt.-r4 haaste beschuldigingen, niet bepaald een' schitterend figuur. TocK verklaart de redactie, dei deze' „officieuze" tegenspraak Vg- inr druk" op haar maakt. Ja, a's men niet hooren wil1 De Week lu liet üu,len.and. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn, zoo plotseling pais en vrêe over de ge leele Balkan, geen dreiging meer voor inmenging van Oostenrijk met of zonder hulp van Italië en daardoor mogelijke oneenigheid in het Europeesch concert,! geen onderling geharrewar meer der bondgenooten, hetgeen doet vreezen dat zij ieder oogenblik elkaar in het haar kunnen vliegen, alles plotseling ten bes te gekeerd.... althans voorloopig, want het is toch niet aan te nemen diat zoo1 in eens bereikt zou zijn, waarnaar men' Vnaanden lang tevergeefs streefde. Koning Nikolaas is op verbluffendle wijze hierin voorgegaan. Kwam eerst bet grootste woord van zijn kant, dat hef bezit van Skoetari een levenskwestie1 Voor Montenegro, dat hij het ten koste van lles1 .zou bezetten, dat hij er de hoofdstad zijns rijks van zou maken, nu opeens tapte hij uit een ander vaatje. In hoeverre de stille drang der mogend heden op deze veranderde stemming!' van invloed is geweest zal Ide tjjd moeten leeren als we n.l. later zullen zien of Montenegro niet ruimschoots schadeloos gesteld zal worden voor de opgegeven winst, Die dreigementen van Oostenrijk schij nen echter zijn koude kleeren niet ge raakt te hebben. Tot de laatsten zet toch is zijn houding een doorloopende uittar ting van den grooten nabuur geweest en nog in zijn kennisgeving aan de mo gendheden dat hij een beslissing over Skoetari in hunne handen legde, vinniig- de hij nog dat zijn Waardigheid en die van zijn volk hen niet vergunden te wij- Jcen voor het afzonderlijk optreden van een mogendheid. Oostenrijk van 'zijn kant zal blij ge- 'iweest zijn dat aldus de voorgenomen 'Albaneesche expeditie met een sisser af liep, want achteraf bezien kan het dat land niet erg aangenaam geweest zijn dat op zijn herhaalde, doch waarsthijn-i lijk niet zoo bedoelde verzoeken, Italië toestemde tot een gezamenlijke actie in AJbanjë. Immers Italië wilde wel mee doen doch zou zich met het zuiden be zig houden. En waar we nog geregeld gezien hebben dat, wanneer een mo gendheid zich opoffert om ergens orde te 'lerstellen, het heel moeilijk is ze fer daarna weder vandaan te "krijgen, zou het voor Oostenrijk al een heele leelijke geschiedenis zijn geweest wanneer Ita lië zich in Wiallona genesteld had'. M.en\ herinnere zich nog maar eens de ge-< belgd'heid van Oostenrijk, toen de hertog der Abruzzen zijn vlootbetoqging voor) Preveza hield in het begin van het Tri- polis-oorlog. In zOoverre is dus nu allesi ten beste geschikt, al kan Oostenrijk het nog niet goed verkroppen dat niieii een zijner officieren is opgedragen dei leiding der internationalen bezetting v^ry Skoetari op zich te nemen, .doch de En-t gelschen vlootvoogd daarmee belast is; Waarschijnlijk ook om de openbare een gest^late als een Juno en een frisch en blozend gela,at. Men zegt dat dokter Nollan (Smoorlijk verliefd op haar was. Zij was 20 jaar, hij 35zijl een eenvou dig landmeisje, dat Zoogoed als niet van 'de wereld kende, hij begaafd met een helder verstand, zeer ontwikkeld en< daarbij eigen gemaakt met de verfijnde manieren van het leven te Parijs', miaar Koch (slaagde hij er niet in haar te be hagen. Haar ouders hadden veel vriendB schap voor dokter Nollan en vertrouwL den hem volkomen, mejuffrouw de Trd- mazan Ldaarentegen scheen schermer te zien dan zij en wantrouwde hem. Sicard voegde er de opmerking bij': Zij had gelijk en de gebeurtenissen hebben dit duidelijk bewezen. f JHoe dan'? Door een intrige, zoo misdadig als ooit in het' brein van een eervergeten 'schurk is opgekomen. Oriep Lydie Manon uit, als om den ijver van den verteller aan te vluren •maar Sicard; die haar bedoeling vei^- keerd begreep, antwoordde op stroeven tooni Gij hebt mij de waarheid gevraagd, gij zult haar kennen, al zult gij daardoor ook ondervinden, dat gij uw vriendschap aan een onwaardige hebt verspild. meening gunstiger voor zich te stemmen heeft Montenegro toch, ondanks zijn', voortdurende vijandelijke houding tegen Postenrijk, aan dat land voldoening ge-i geveri in zake de kwestie van den dood) van den Franciscanerpater Palits, welke naar het schijnt door Oostenrijk wel wat overdreven was en in zake den gedwon gen bekeeringen. Zij het dan na langi aarzelen en tegenstribbelen heeft Mon tenegro toch aan alle eischen toegegeven Voor verwikkelingen aan ciien kant heeft men dus zooals nu de zaken er voor staan doch iedere d^g kan op den Balkan nieuwe verrassingen baren geen verwikkelingen te vreezen. Ook schijnt de oneenigheid over het bezit van het veroverde land tusschen Bulgarije en Servië wel los te zullen loo- pen. Rusland's bemiddeling, voor het gen val men het onderling niet eens zou (kunj nen worden, is door beide partijen aan genomen en de mogelijkheid van een nieuwen Balkanoorlog onder hen die tot nu toe bondgenooten waren is voorloo pig bezworen. Wanneer nu nog de Balkanstaten hun goedkeuring hechten aan het ontwerpi voor de vredesvoorwaarden door degie- zantenconfèrentie uitgedacht, dan zou de geneele zaak in orde zijn. Het is echten te verwachten dat nog wat tegengestrib beld zal worden, vooral door Grieken land, doch waarsclhijhlijlk zullen ook dan de laatste bezwaren wel uit den wgg .te ruimen zijn. In ieder geval schijnen we nu wel zeker op weg naar den eindelijken vrede te zijn. Eindelijk! V. j ,JS b <M a 't Is soms opvallend, welk een schen- pe tegenstelling de uitlatingen van een ,of anderen liberalen persman vormien met den toon, die over het algemeen aani de andere zijde wordt aangeslagen. Men weet, dat Donderdag een griffier der Tweede Kamer, mr. Arntzenius, die toen. 25 jaren als zoodanig in functie w,a.s, werd gehuldigd. Aan die huldiging deed ook mede de parlementaire medewer-i ker van de „Telegraaf" en uit zijn \v,aar- deerend artikel in genoemd blad knipL pen we het volgende zinnetje. „Zelfs een zoo goed, een zoo ,in alle opzichten voor zijn taak berekend /pre1- si dent, als de lieer Van Nispen tot Siö- venaer (het mag aan 't eind van dit tijd perk wel eens worden getuigd, wat een voortreffelijk, krachtig leider mr. Van Nispen is!) ziet men toch, in moeilijL ke oogenblikken, den griffier wel advies -.vragen, wanneer deze het hem reeds niet toegefluisterd heeft.7 7 In alle ojazichten voor zijn taak beL rekend...... £en voortreffelijk krachtilgi leider.... En dominé van Hoogenhuyze (een van degenen, die zich van de Chr. Historische partij hebben afgescheiden) roept er schande over, dat men een( Roomsche Voorzitter van de Kamer heeft gemaakt. Er is niet veel verloren aan degenen, die naar aanleiding van de vernieuwing Idler coalitie de Chr. Hist, partij 'den rug hebben toegekeerd. 7t Waren elementen drie er eigenlijk niet in tehuis behoor den. B'aron Van Wijnbergen heeft dat in zijn Donderdag te Leiden gehoudle|i rede nog eens nadrukkelijk geconsta teerd. D|at is 'n mooi succes geweest idien avond 1 Eerlijk gezegd, ik had ej geen oogenblik aan geloofd, dat de groote StadsgehoorZaaal zoo vol zou loopen op een avond, waarop er 'alleen ernst te genieten viel, geen spel of muziek. Wieer een bewijs er voor, dat de saaiheid ik zal het kind maar bij zijn naam noe men dat de saaiheid en dorheid en droogheid der Leidenaars waar het er om gaat hen voor de niet alledaagsche de hoogere dingen in vuur en gloed te zetten, meer en meer tot het verleden gaat - behooren,' 'binnen niet al te lan gen tijd onder de dingen van vroeger moet gerangschikt worden. Hoe dat te vgrklaren is? Ach, laat ik 'maar eens zeggen, wat me op het hart ligt en aan mijn liefde voor dc Katholieke _pers een kleine voldoening geven. Mr. Aalberse opende de vergadering van 1.1. Dondier- derdag met dè aanwezigen te bedanken dat zij aan den oproep in de „Leidlsche En hij ging voort: Diaar wa.ren [in den omtrek van LamB balle eenige gelukkige familiën, brave anenschen en die rijk of minstens welge steld waren. Ik heb hen gezien .en weet wat zij1 waard waren. Zij waren geen aanhangers van den nieuwen regeeringsi1- vorm, integendeel, zij waren koningsge zind, gehecht aan hun oude traditiën, (geA woonten en geloof. Hoevelen zijn er (niet zooals. zij. ,D|aar [was ook een rentmeester, een braaf man, achtenswaardig grijsaard die de vermogens beheerde dier familiën en hun onbeperkt vertrouwen genoot. Diie man had overal den naam1 van bei- proefd eerlijk te zijln, maar tot zijn ongeluk had h.ij een Zoon, dje -weinig op hem geleek en die het 'geld, dat zijn vader in de provincie zoo moeizaam had verdiend, te Parijs met handenvfol om zich heen smeet. „'Dieze zoon, die de .zaken van zijn» vader kende evenals alle geheimen der familieën, waar hij met vriendschap én hartelijkheid werd ontvangen, had een middel bedacht om1 zich van een om metelijk fortuin meester te maken, welk (middel maar al te doeltreffend is ^geble ken. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1913 | | pagina 3