4 El: Ingezonden Mededeelingen 734 In ieder hulsgezin is plaats voor Volksdrank i.s3tyeede Blad, behoorende Ó.70! IJ ij De Leidsche Courant van Voensdagl2Febr.no. 1016, KAMEROVERZICHT. TV\ tLD,: KAMER. Risico-ov&rdraeht. Wordt steeds moeilijker te gissen, kcurle't zal afloopen met de amendemen- Jr. fsi n Treub en De Visser. Toch is de ee,njj jvestie, wanneer het zal afloopen, bijna nog meer belang. Ér is nu yjjf dagen ,er beraadslaagd, en.... zal er vandaag, zesden dag, een einde aan komen? De heeren Treub en De Visser hebben derden termijn gesproken. Dat was n recht, daar zij hun amendementen verdedigen hadden. Anders was het et den heer 'Patijn, die zijn politieke irtstochtelijkheid wel wat beter had urnen bedwingen. De heer Treub was er uitvoerig, maar kon Joch nog niet les zeggen, wat hem op het hart lag, iar de heef Duys, voor wien lyj een straffing klaar had, niet aanwezig was. at krijgen we dus vandaag, en 't zal (inaar we van den vrijzinnig-democra- chen afgevaardigde gewoon zijn, niet o heel zachthandig toegaan. Over de amendementen zelf gespro- n: de minister heeft ze niet „onaan- indijk" verklaard, maar wel heeft hij lidelijk te kennen gegeven dat de aan- ning er van hem zeer onaangenaam u zijn. Hij wil echter de vgrantwoon- ilijkheid in deze aan de Kamer over- ten. Dr. Nolens, die verklaarde nu eerst ■t woord te kunnen voeren, omdat hij >or ongesteldheid verhinderd is _ge- eest in de Kamer aanwezig te zijn, ieft duidelijk zijn meening over de nendementen te kennen jgegeven. Wij bben, aldus spr., vóór ons een inge- kkeld ontwerp, dat door de besprekin- ngen in de Commissie reeds herhaal- lijk gewijzigd Is en ipder, die aan het iderzoek deelnam, weet hoe moeilijk :t is, %nog met nieuwe denkbeelden te iinen, met andere stelsels. Wij heb- in nu eenmaal een stelsel en moeten armee rekening houden dat stelsel dat alle verzekerden hTij één in- tuut verzekerd zullen zijn: daan- zijn alle premies berekend. Spr. ven-* last zich ook over het voorstel, om :t eens te probeeren met risico- rerdracht ,waar het gaat om uitkeering in en aanspraken van een millioen per- men. Wij hopen met dr. Nolens, dat it plan van den minister door de Ka- er worde aangenomen. Uit de Pers. Onze nijverheid is te beperkt. Aan een vlugschrift van het Voof-Ta- efwet-Comité onder bovenstaanden ti- het volgende ontleend. Meer nijverheid moet er in ons va- irland komen 1 Wij zijn geen stilstaand, aar een sterk wassend volk. Bedroeg is zielental in 1880 nog slechts 060,5 92, in 1910 was 'dit reeds geklonk en tot 5.945.155. Onze economische toekomst moet larom fvooral jgezochtIn uitbreiding van ïze nijverheid. Op een breede industfieele ontwikke- vjQt echter in Nederland nog niet wijzen. De vooruitgang def laatste iren wordt volstrekt niet geloochend, at ook onze industrie thans van de x>g-conjunctuur in het buitenland voor- eelen geniet, spreekt wel van zelf. Maar onze nijverheid niet zeer omvang- jk is, dat het productievermogen van volk niet geheel benut wordt, dat ve- hier te lande geen loonenden arbeid innen vinden, blijkt overtuigend uit de )lgende feiten. Een groot aantal Ne- erlandsche werklieden gaat jaarlijks aar het buitenland. Men zie slechts de ïiciëele cijfers, verzameld door het entraal Bureau voor de Statistiek. Jaan- jks worden afgegeven plm. 30.000 na- onaliteits-bewijzen. Hoeveel arbeiders gaan bovendien niejt F I- E T O N. |3) Wiat zou zij er mee doen Sedert de terechtstelling van haar va- er en haar moeder en s edert het arrest ras uil gesproken, dat hun goederen ver- fUrd verklaarde, leefde zij in de meest olmaahe onverschilligheid omtrent haar fgen lot. Eenige dagen later had zij in haar ge- angenri een dagblad uit Rennes gevon,- pn, d daar door een onbekende hand" fas n crgelegd. Zij ias daarin „Den dag na de gevangenneming van pn voormaligen graaf en gravin de rémaz n en hun dochter Rose, beschul- 'gd v, n deelname aan de samenzwering Ipgen i - Nationale Conventie, verna men w,, dat een schip gestrand is op de ptsen in het gezicht van Saint-Cast en >aint-Jacut-de-la-Mer. Het schip verging met man en muis Aan boord van il vaartuig, een kotter lie gebruikt werd om smokkelwaar in e voeren, bevond zich de zoon vun bo- 'enbedoelden Trémazan,. Jean genaamd, dagelijks over de grenzen heen en weer! Men informeere maar eens in on ze grensplaatsen 1 Blijkens een artikel in „De Tijdspiegel" van Juni 1910 gin gen in dat jaar dagelijks over dejgren- zen arbeidenuit Limburg meer dan 5000 personen, uit Oelderland ruimi 2000 en uit de Twentsthe gemeenten meer dan 4000 werklieden. Voor Gronin gen en Drente ontbreken dergelijke cij fers. Men mag daarbij stellig aannemen, dat sedert 1910 het aantal Nederland- 'sche arbeiders, die op deze wijze in den vreemde gaat werken, nog belangrijk vermeerderd is. Dan vergete men ook vooral niet, dat vele Nederlanders zich in Duitschland voor goed of althans voor zeer langen tijd gaan yestigen. Immers bij de volks telling van 1910 werden in duitsch land gevonden: 144.175 personen (man nen, vrouwen en kinderen) van Neder- landsche nationaliteit. In 1905 bedroeg dit aantal nog slechts 100.997. Maar, zegt men misschien, er ko men ook Duitschers hier te lande wo nen. Zeker, dat is zoo. Hun aantal is echter betrekkelijk gering. Volgens on ze volkstelling was het aantal Duitschers hier te lande in 1889: 28.667; in 1899: 31.815; in 1909: 37.732, waaronder na tuurlijk ook vfouwen en kinderen. Bo vendien lette men er op, dat de samen stelling.van deze laatste groep aanmer kelijk van die der eerstgenoemde ver- schilt. Hier vestigen zich veel Dfuit- sche handels-agenten, reizigers, musici, enz. Daarentegen zeer weinig werklie den. De Nederlanders die in iXiitschlancJ gaan wonen, behooren echter voor het overgrootste deel tot de arbeidende klas se in engeren zin. Ook in andere landen vestigen zich vele Nederlanders. Volgens de Annuaire Statistique waren, bij de volkstelling in 1900, 54,491 geboren Nederlanders in België. Volgens de jaarcijfers waren, einde 1909, daarentegen slechts 18.338 Belgen in Nederland. Wijzen al deze gegevens niet op eten chronisch gebrek aan loonenden arbeid hier te lande? -Voor ons volk gaat metterdaad op deze wijze een kapitaal aan "werkkracht en energie verloren. Het is dan ook eten hoogst bedenkelijk verschijnsel. Steeds werd, en terecht, het op groote schaal in het buitenland gaan werken be schouwd als bewijs voor de betrekkelijke armoede onzei natie. De openbare school vermoord. Wij lezen in het Huisgezin: „De openbare school vermoord." Zoo legt het Volk het voorgestelcfe artikel 192 der Grondwet uit. Men kan zich geen grooter onhandig heid der oppositie voorstellen. Welke tactische domheid drijft haar tot dergelijke bekentenissen. Waarom gooit zij het niet over een anderen boeg en tracht niet althans den schijn te redden. Waarom zegt ze niet: wij vinden dat alleen het openhaar onderwijs geheel uit de openbare kas behoort te worden on derhouden, en dat het bijzonder onder wijs tevreden mag zijn met de reeds aanzienlijke subsidie, die het ge niet? Een dergelijke uitspraak ware niet ver heffend, maar men gaf zich toch niet zoo onherstelbaar bloot als men 'thans doet. Nu erkent men, dat gelijke behan deling v,an het bijzonder en het open baar onderwijs den ondergang van het laatste* moet ten gevolge hebben. Niet w ij zeggen zulks, de voorstan ders der openbare school zeggen het. Zij voelen zich en hun instelling zoo zwak, dat gelijke concurrentievoorwaar den het schijnbaar zoo hechte gebouw op zijn grondvesten doet waggelen. Zij erkennen thans, dat de openbare school zoo weinig door de genegen heid en sympathie van het volk "gedragen Kvordt, dat het einde cfer fi-nancieele be voorrechting tevens het einde der school zelf beteekent. Het is een weergalooze domheid van de oppositie dit te erkennen. die uit Engeland terugkeerde, waar hij wapenen was gaan halen voor de Bre- tonsche oproerlingen. Ook hij is dus bij de scheepsramp omgekomen. Rose had zwijgend dit bericht gelezen. Geen kreet had jij geslaakt. Alleen had zij de oogen gesloten om nog voor het laatst de trekken weer Ie zien van dien geliefden broeder, ^iie in haar hart „gegrift waren. Dat was de genadeslag. Nu was zij geheel alleen qp1 de we reld, nu had zij niets meer te hopen dan spoedig te sterven, ten einde hereenigd te zijn met hen, die haar dierbaar "Waren. Daarvoor bad zij tot God, iedeien dag, maar God verhoorde haarjrebed niet en thans zond Hij haar zeifs de vrijheid de vrijheid, waarmee zij - niet wist wal z zou moeten aanvangen. Zij betreurde het nu zelfs dat zij. i'Abbaye moest verlaten, waar z j ten minste een onderdak had. >vaar z zoo geen vrienden, dan toch kennissen ai! gemaakt, waarvan sommige haar lief ge worden waren. Onder dezen bevond zich een oude dame, de barones de Tn'vent, die nog in volkomen onzekerheid omtrent haai lot verkeerde, want zij was nog niet op geroepen om voor de revolutionnaire rechtbank te verschjjnen. Miaar in de onderwijskwestie heeft de linkerzijde steeds verregaand ^om ge- noeuvreerd en zoo is het geen wonder, d&t zij, dbor de ervaring niets wijzer geworden, eindigt met de grootste dom heid, welke zij nog ooit vertoond heeft. STATEN-GENERAAL. EERSTE KAMER. Vergadering van Dinsdag 11 Februari. Bij afwezigheid van den voorzitter den heer Schimmelpenninck, en het oud ste lid der Kamer, den heer Breebaart, wordt het presidium waargenomen door den heer R e n g e r s, die mededeelt, dat de voorzitter wegens lichte ongesteld heid is verhinderd zijn functie te ver vullen en hij zeif als oudste der aan wezige leden zijn plaats jnneemt. Voorgelezen wordt een schrijven van mevr. wed. Regout, waarin deze het overlijden van haax echtgenoot, den mi nister van Justitie mededeelt. De Voorzitter verheft zich van zijn zetel eveneens de andere leden en zegt, zeker te zijn, dat hij rekenen kan op aller instemming, wanneer hij een warm woord van hulde wijdt aan de nagedachtenis vgn den minister van Jus titie, den heer Regout. De overledene toch was een man, die in zeldzame ma te in zich vereenigde de eigenschappen van aangenaam karakter en uitnemende geestesgaven. Zijn werklust en zijn werkkracht deden nog veel van hem voor het vaderland .verwachten. „Zijn verdiensten als staatsman in den bree de uit te meten zoo vervolgde de voorzitter ligt niet op mijn weg. Ik zou trouwens slechts in herhaling val len van hetgeen door anderen „reeds qp meer welsprekende w.ijze is gezegd, maar wel kan Jk zeggen, Zeker te zijn, dat de Kamer het goed vond, dat in l\et schrijven, gericht gan de diepbedroefde weduwe is gewaagd van de karaktervast heid en de wegsleepende welsprekend heid van den overledene, waardoor hij een herinnering in de Kamer heeft ach tergelaten, die niet spoedig zal ver gaan" Ingekomen bleek o.a. ook de -brie£ waarbij de heer Havelaar verklaart ont slag te nemen als lid de Kamer. De heer Havelaar zegt in dat schrijven, dat "hij, hoewel hersteld van dg ziekte, die hem in den jongsten tijd verhinderde de Ka merzittingen bij te wonen, hij toch met het oog op zijn gezondheid en toege nomen hardhoorendheid meent zijn man daat niet meer naar behooren te kunnen vervullen. De Voorzitter zegt, dat de Kamer deze mededeeling wel met leedwezen zal hebben vernomen. Hij spreekt de beste wenschen uit vopr de -gezond heid van den heer Havelaar. Besloten wordt de rest van de be grooting in de afdeelingen te .behan delen, morgenochtend Je beginnen en voorts in openbare jitting bijeen te ko men op Vrijdag a.s. om 11 uur om een aanvang te maken met .de openbare behandeling van de Staatsbegrootingj Op verzoek van de Regeering zal de beraadslaging Zaterdag en zoo noodig Maandag worden voortgezet. TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag 11 Februari. Invaliditeits- en £>uderdom*s- verzekering. De behandeling wordt voortgezet van de artikeleH betreffende de risico-over dracht en de bekende amendementen- de Visser en Treub. De heer Goeman Borgesius (U. L.) verdedigt vooral tegenover den heer Troelstra risioo-overdracht, zij 't dan ook niet eene onbeperkte en betoogt dat er aan dit stelsel ontegenzeggelijk voor- en nadeelen zijn verbonden. Maar de na deel en overdrijft men en men voert ook vaak als nadeel aan, datgene wat feite lijk niet anders is dan een volledjg ge bruikmaken van de vrijheid tot over dracht der risico. Daarom stelt spreker, naast de Vrijdag ingediende motie>-Troelstra, zijnerzijds de volgende motie voor: De Kamer, over- Rose moest vertrekken. Zij pakte haar kleederen en linnen goed met eenige gedachtenissen van haar ouders in een bundeltje te samen en stak haar geheele bezitting, uit enkele goudstukken bestaande, in haar zak. Toen zij aldus gereed was om de gevangenis te verlaten, naderde baar d$ baronnes de Trévent, omhelsde haar ^n drukte haar gelijktijdig een beurs en een papier in de handa terwijl zij haar toe fluisterde op den toon eener liefhebben de moeder: Neem dit, mijn kjnd, en denk aan mij. O! barones! Neem aan, ik wil het en wanneer ik de vrijheid nog terugkrijg, kom ua>» bij mij aan het adres dat gij kent. U Wanneer ik sterven moet, bid dan voor mij. Vaarwel, Rose! O! neen mevrouw, tot weerziens. God geve het. Zij wisselde nog een kus met de oude dame en ging heen. De poortwachter, die haar uitliet vroeg Verlaat gij ons, burgeres? Het moet. Gij moogt van geluk spreken. Och 1 Waar gaat gij heen? I Kt/IIO - 1 1 a lKt/l «0 Vm .0.M wegende dat het wenschelijk is te doen onderzoeken tot welke resultaten de ri sico-overdracht heeft geleid, verzoekt den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel eene Commissie te benoemen tot net instetlen van een dergelijk onder zoek. De heer Nolens (R. K.) voorstander van particulier initiatief en van risico overdracht evenwel en onder de voor waarde dat deze past in 't stelsel van het wetsontwerp, bestrijdt de amendev- menten-de Visser en Treub omdat hun stelsel tegenover de veilige financieele basis van den wiskundigen adviseur der regeering, een gevaar oplevert voor den fyi^ncieelen grondslag van de geheele invaliditeits- en ouderdomsverzekering. De Mi n i s t e r dupliceefend, bestreed uitvoerig het betoog van den heer Pa tijn. Tegenover den heef Teenstra zette de Minister nog eens uiteen dat het uitblij ven van een wefsontwerp-landbouwonge- vallenverzekering niet bewijst dat de regeering die zaak niet zou willen, maar wijl niet tot overeenstemming kon wor den gekomen met de belanghebbenden landbouworganisaties, die gehoord wer den, en wel op twee hoofdpunten nl. een billijke regeling Yoof hen die .piet bij de Landbouw Onderlinge verzekerd wa- <ren of willekeurig van verzekering bij die Maatschappij werden uitgesloten. Jntusschen zit _de Minister niet stil en heeft hij thans een naar zijn overtui ging billijke regeling ontworpen, waar mede men hem echter nog eenigen tijd moet laten. Omtrent de quaestie zelf van risico- overdracht of niet, is de Minister voor de zaak, maar hij vraagt zich af, of de stoornis, welke lie uitbrengen van de ii6ioo-overd:acht i.i hei stelsel z-^u brengen, niet te nadeelig is en hij is tot de overtuiging gekomen, dat inder daad die stoornis te groot is. Hij vreest vooral de nadeelige gevolgen van de selectie der risico's, welke door de risi co-overdracht mogelijk zal zijn. Wanneer taen de amendementen Treub zou aannemen, zou het onmiddellijk ge volg zijn, diat alle arbeid, tot nu toe aan het ontwerp besteed, vergeefsch zou zijn 'geweest. Natuurlijk zou dan de heele behandeling moeten worden verdaagd^ Een „proefnemen" met zulk een stelsel als de heer Treub en ook d'e heer De Ik weet het niet. Nu, dat komt wel terecht, men kan overal beter zijn dan in de gevangenis De poort viel achter haar dicht. Dit gebeurde ongeveer een uur, voor dat Pierre Lasson aan de pooit van de gevangenis 1' Abbaye klopte. Eenmaal nu buiten keek Rose om zich heen, in het onzekere welken weg zij zou inslaan. Zij was geheel onbekend in Parijs. Nog nooit was zij er geweest, toen zij er met haar ouders als gevangenen werden binnengebracht. Alleen in de gevangenis had zij dpor haar gezellinnen het een 91 ander vanj de stad liooren vertellen. tegenover i'Abbaye was een straat, de rue de Busi, die z j inliep en toe< lij bij een bocht van die straat buiten- net gezicht der gevangenis kwam, haal de zij den brief uit haar zak, dSen de. barones de Trévent haar had gegeven. Hij was gericht aan de bu gei es Loui se, portierster van het huis n. 30 aarf de rue du Bac. De barones, wier echtgenoot was ge sneuveld in de gelederen der konings- gezinden, die, na uitgeweken te zijn, een inval had gedaan, maar door de' troepen der lepubriek waren terugge slagen in de Argonne en tusschen Croix- Visser wil, is niet mogelijk. Het ziou onverantwoordelijk zijn. De zaak is niet dat op zich zelf de vrijheid buiten d!e Rijksbank te gaan niet mag bestaany maar het instituut der risico-overdracht brengt hen die bij d'e Rijksbank zijn in slechter positie. De heer P.atijn (U, L.) vraagt nog bij uitzondering het woord, hoewel hij reeds tweemaal sprak en zegt diat tus schen den Minister en hem zoo groot verschil bestaat omtrent hetgeen fair is in een debat dat daarover elk debat vruchteloos moet zijn. Hij komt er tegen op dat de Minister den spreker en ande ren hier politiéke bijbedoelingen toe schreef. De heer D e V i s s e f (Chr. H.) merkt ten aanzien van de argumenten tegen zijh amendementen aangevoerd zij passen niet in den opzet van het ontwerp, op, dat men ditzelfde ook heeft gezegd van de risico-overdracht bij de ongevallen wet en toch heeft het Instituut daar zegenrijk gewerkt. Hij maakt nog een wijziging) in zijn amendement, waardoor zal worden voon* geschreven, dat de financieele gevolgen van de risico-overdracht steeds op de ba lans van de Bank moeten zijn aangege ven en de verliezen worden vergoed 'door den Staat. De heer Treub v(V.D.) verdedigt na der zijn amendementen, doch zal mor gen zijn rede voortzetten omdat de heer Duys niet aanwezig is en hij dpzen, welke eenmaal van meening is, dat uit het parlementaire leven een minimum van goede manieren moet worden ge bannen, in zijn tegenwoordigheid wil beantwoorden. Invaliditeits- en ouderdoms verzekering. In de artt. 34a, 34b en 34c, voorgesteld, bij vijfde nota van wijzigingen, heeft de regeerihg thans bij zesde nota van wijzilgingen eenige veranderingen aan gebracht, om tegemoet te komen aan tal van bezwaren, door de heeren Treub .en Goeman Borgesius- tegen den tekst geopperd, met name: dat de regeling, ,van de zekerheidsstelling niet goed was; Jat bij uitrekking van "de rekening van Jiet fonds de regeling moet worden ver duidelijkt voor de overneming door de Bank van verplichtingen tegenover de leden van het fondsdat de uitdrukking „voortdurend pensioen" niet duidelijk en Champagne en Saint-Renoy een bloe dige neerlaag hadden geleden, beval Ro se onder veel loftuigingen aan in de be scherming van burgeires Louise. Zij beschreef haar ongelukken, hoe haar ouders waren ter dood! gebracht, haar broeder verdronken, haar goederen verbeurd veiklaard. Rose aarzelde. Het stuitte haar tegen de borst hulp te gaan vragen aan een onbekende, te meer nu zij nog eenig geld haid, waarmee zij in haar eerste behoeften kon voor zien. Wellicht zou haar weldra worden ver gund om terug te keeren naar haar ge liefd Bretagne, waaraan zj' zoo gehecht was, waar zij nog vrienden h,ad die haar een schuilplaats zouden geven, totdat er rustiger tijden waren aangebroken en, wanneer dan de kloosters werdjen her opend wilde zij d;aar een toevlucht gaan zoeken om de wereld te vergeten, die tiaar niets dan treurigheid had,gebracht en haar einde af te wachten dat, naar. zij hoopte, niet zoo ver meer af zou "zijn. Zij stak daarom den brief weer in haaf 2jak en vervolgde haar weg, terwijl zij 'de huizen aankeek, en zocht of nergens een kamerke te huur was voor een prijs, die binnen het bereik van baar beperk te middelen lag. (Wordt vervojgi)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1913 | | pagina 3