BUITENLAND. DE TWEE VRIENDEN. BINNENLAND. 4e Jaargang. No. 9G5. Bureau OUDE SINGEL 54, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week, t\ .10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, t 1.30 per kwartaal. Franco der post 1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2'/s cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. Djnsdag 10 December 1912. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 15 een ingezonden mededeeiingen van 1—5 regels f 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiën: gevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop (geen handels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere repel meer 5 cent; aangeboden betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Een illusie. In de Tweede Kamer trachtte gisteren burger Vliegen den heer Drucker de il- Busie te ontnemen dat de S. D. A. P., indien ze eens geheel „revisionistisch" Iwerd, ooit in een gewone radicale her vormingspartij zou kunnen veranderen. IDe revisionisten, zoo verklaarde de heer iVliegen (die zelf tot die groep behoort) zijn het met de Marxisten volkomen eens Omtrent uitgangspunt en conclusie. Al- Been in den daartusschen liggen den ge- Idachteugang verschillen zij. Anti-kapita listisch is de eene groep precies evenzeer lals de andere ten de heer Drucker behoeft Üus niet te hopen op de vergroeiing van ide sociaal-democratie tot een radicale, hervormingspartij. V' cl, wel, zijn revisionisten en Marxis ten het eigenlijk zoo roerend eens! Maar •waarom vervolgen zij elkaar dan soms !te vuur en te zwaard? A propos, hoe zouden, de Marxisten denken over de luiting ten gunste van het kapitaal, door Iden lieer Schaper onlangs gewaagd toen hij het had over de belemmeringen, wel ke z.i. de Tariefwet den ondernemers in den weg zou leggen? Dat behoort ze ker tot den tusschenliggenden gedachten gang, welke er eigenlijk minder op aan komt. Hoe 't zij, het laat ons natuurlijk koud, lof de sociaal-democratie al dan niet ver burgerlijkt, want haar actie zal er geen greintje meer door naar de rechterzijde komen. En hoe harder men links onder ling harrewart, hoe liever. Wij moeten op onze beurt den Kamer- ovefzichtschrijver van het H b 1 d. een il lusie ontnemen. Hij 'gelooft met den heer Vliegen, dat een „verburgerlijking" van de sociaal-democratie, althans in ons land vooreerst niet is te wachten, en licht dat als volgt toe: „Want daarvoor staan onze S. D. A. P.'ers nog veel te veel onder de zweep van Domela Nieuwenhuis c.s. Van het rrrrevolutionnaire moeten ze 't nog hebben En zoo lang ze 't nog niet kunnen stellen buiten de rollende r's, zoo lang gullen ze niet, als in Zuid-Duitschiand bruikbaar zijn als politieke bondge nooten." Ho, geachte overzichter! Ge zult in '13 eens zien, welke geschikte bondge- nooten die rrrr's-voerders voor de uwen zullen wezen. Het concentratieprogram iwil wel niets van hen weten, indachtig het oude gezegde: „bij elkaar deugen ze niet." Er hoort echter bij deze zegswijze nog een stuk aan, dat juist in '13 goed .van pas zal komen, n.l.„van elkaar imeugen ze niet." Ge zult eens zien, welke prachtige toepassing dit bij de stembus zai vinden, 't Zal rrrroerend zijn! KAMEROVERZICHT. TW BEDE KAMER. Kleingoed. 't Was gistermiddag en -avond alte- Inaal kleingoed, waarop de Kamer ons vergastte. FEUILLETON. 's Middags, toen het „politiek debat" over de staatsbegrooting aan de orde was, spraken twee socialisten: Helsdin- igen en Vliegen over de arbeiders in de Rotterdamsche haven, over de heere- boeren in Friesland, over de landarbei ders, over het Argentijnsche vleesch, Marxisme en revisionisme, belastingen cn geldnood der groote steden enz. Maar een groot politiek debat bleef achterwe ge .'t Was pcutervverk. De socialisten raaskalden op de regee ring, die in de slof bleef hierin, en laksch was daarin, en die toch zoo bitter weinig uitvoerde. Doch deze critiek heb ben wij al te vaak gehoord om er nog waarde aan te hechten en bovendien heb ben de socialisten nooit hard meege werkt, öm het goede dat de regeering wil, tot stand te brengen. Bij de landbouwbegrooting was het 's avonds een geheel ander stel spre kers, dat het woord voerde. De agrari sche specialiteiten wisselden nu elkaar af om de dierbare landbouwbelangen te bepleiten. Zoo waar bleek hun aantal sinds het vorig jaar weer gestegen. De heer de Jong, oud-openbaar onderwijzer, ontpop te zich als zoodanig. Hij praat even dar tel mede over subsidies aan de boeren leenbanken als over de staatspensionee- ring. Hij heeft verstand van het onder wijs en van het mond- en klauwzeer; hij is propagandist voor de Tariefwet en kenner van boerenbelangen. Toch maar 'n aanwinst als een parlement zoo'n veelzijdig man krijgt, aan een won derdokter gelijk, bekend met alle maat schappelijke kwalen! De strijders voor de boerenleenbanken hebben althans dit succes bereikt, dat Minister Talma de geopperde bezwaren nader zal overwegen en zal nagaan in hoeverre er aanleiding bestaat het op richtingssubsidie nog eenige jaren te be houden. De slagers althans de goede onder hen zullen met instemming het op komst zijnde wetsontwerp betreffende eene algemeene rijkskeuring van vleesch begroeten. Over mond- en klauwzeer sprak o.a. de hee'r Vorsterman van Oijeji. Hij was niet erg barmhartig tegenover de vee houders en bepleitte geen vergoeding te geven bij het dooden van vee, als de wetten waren overtreden. Hiervoor had de Minister geen ooren; wel was hij be reid zooveel mogelijk overleg te plegen met de belanghebbenden, op welk over leg cle heer de Monté verLoren had aangedrongen. Mijnheer Duijs misgunt den Prins het genot in de bosschen op de wilde zwij nen te schieten. Deze moordpartijen mo gen niet geduld worden. Natuurlijk klopt hij met dergelijke onzinnige wensciien aan doovemansdeur aan. Ten laatste praatten de heeren nog wat over het Haagschc Bosch en begaven zich vervolgens huiswaarts om het moe de hoofd ter ruste te leggen. 62) Zij bedekte het gelaat met de handen. Eerlijk Ja, dat was zij. 'Ook braaf en oprecht. In haar hart leefde een herinnering voort, een droevige herinnering: die aan 'den man, wiens naam zij zooeven had uitgesproken Jean d'Argouges. De familie d'Argouges bezat, tijdens de omwenteling van 1789, een kasteel, idat op korten afstand van Piancoët was gelegen, in welk dorp Jeanne was op gevoed in een druk bezochte herberg aan den weg van Saint-Mal,o naar Brest. De markies d'Argouges was een der rijkste grondbezitters van 'Bretagne. Reeds hoog bejaard toen de revolutie uitbrak, was hij uitgeweken naar Beie ren, om daar, kort na zijn vlucht, te sterven in het dorp, waar hij een schuil plaats had gevonden. Hij liet slechts één zoon na, Jean 'd'Argouges, die bij den dood van zijn •vader £5 jaar oud was, ALGEMEEN OVERZICHT. Rondom Skoetiari blijft nog altijd het oorlogskanon donderen, omdat de com mandant daar, voordat hij een officieel bericht van zijn regeering heeft gehad, niets van een wapenstilstand wil geloo- ven. Inmiddels overtrekken de onderhan delaars der velschillende partijen naar Londen voor de vredesonderhandelingen Voor zijn vertrek ontving de President der Skoepsjtina, Nikolitsj, gevolmachtig de van Servië bij de vredesonderhande lingen, een bijzonderen gedelegeerde van Havas, wien hij mededeelde, dat de ge delegeerden der Balkanstateu zich tot het sluiten van den vrede zullen bezig houden met de regeling der grenzen van de gebieden, die door Turkije aan de bondgenooten zijn afgestaan. Dit is een netelige quaestie, zeide hij, maar die vergemakkelijkt zal worden door het ver langen der verbonden staten om tot een bevredigend resultaat te komen, zonder de eenheid te verbreken, waarvan zij de noodzakelijkheid konden waardeeren bij hetgeen zij reeds bereikten. De onder handelingen zullen worden geleid in een geest van verzoening, zonder voorwaar den te stellen, die wij weten, dat door Turkije moeten worden geweigerd. De •vredesonderhandelingen kunnen niet over haast worden afgedaan. Wij zijn besloten de besprekingen te voeren zonder over haasting en met geduld, en alle aan dacht te wijden aan de voorstellen, die ons zullen wordtn voorgelegd. Een Jaelangrijifc punt i§, te weten of Turkije ervan overtuigd is, dat zij later de worsteling onder gunstiger omstan digheden niet kan voortzetten. Van deu anderen kant kan zij zich wel rekenschap gegeven hebben van de onvruchtbaarheid van verderen tegenstand, doordat zij ge vraagd heeft over den vrede te onderhan delen en in de voorwaarden van den wa penstilstand getreden is, welke voorwaar den de belegerde plaatsen in den gevaar- vollen toestand laten. Er is echter daar naast aanleiding om te gelooven aan de oprechtheid van de bedoelingen van Tur: kije en wij vertrekken met vertrouwen en hoop, dat wij zullen slagen. Toch is men op de Porte en in mi litaire Turksche kringen van meening, dat de vrede, die nu staat gesloten te worden, niet blijvend kan zijn, „omdat geen van beide partijen volkomen versla gen is." Nazim-pasja«moet in den mi nisterraad verklaard hebben, dat Turkije zijn oorlogstoerustingen niet kan staken, indien de vrede op den grondslag van de thans ingenomen militaire stellingen tot stand mocht komen. Een hervatting van den oorlog in het voorjaar zou bijna ze ker zijn, omdat niemand met den tegen- woordigen toestand genoegen neemt. In de kringen van de Porte meent men te weten, dat de Drievoudige Enten te bij de Balkanstateu geijverd heeft voor staking van de vijandelijkheden, om in den winter geen oorlog tc moeten voe ren. Ook in diplomatieke kringen is men Vurig en vol moed had de jonge man, na zijn vader te hebben begraven, zich gevoegd bij het leger der prinsen, dat een inval in Frankrijk deed, doch ver slagen en verstrooid werd in Champag ne, t erwijl 't de torens van Chalons reeds voor zich zag. Bij die nederlaag van de uitgewekenen moest Jean d'Argouges den dood ge vonden hebben, ten minste men had se dert niets meer van hem gehoord. Geen enkele tijding. Deze d,ood, waaraan men onmogelijk meer twijfelen kon, had veel rouw ver oorzaakt ouJer zijn vrienden in Bretag- ge, maar droeviger dan de anderen was het hart van Jeanne Lcgner daardoor getroffen. Zonder nu juist een schoonheid te zijn, zag zij er toch bekoorlijk uit op haar 20e jaar, frisch als een pas-ontloken roos in haar Brctonsche kleedje, dat haar zoo bevallig stond, onder haar muts, uit wel ker plooien de weelderige aschblonde lokken te voorschijn krulden. - Haar oogen waren zoo blauw als een zomerlucht, haar tanden wit als paar- len, hetgeen nog des te sterker uit kwam door haar kersroode lippen. Jean d'Argouges reed dikwijls te paard door den omtrek en kwam dan altijd langs de herberg, inaar Tiij zeker wist dat hij het lieve meisje aan haar met klimop begroeide venster zien zou. Het- verdere laat zich wel raden. Groeten en glimlachjes werden gewis seld; weldra hield de jonge man zijn paard in en opende het meisje haar venster om wat te praten met den knap pen ruiter, totdat op een prachtigen avond in Mei, terwijl de maan helder scheen uit 'n onbewolkte lucht, zij elkaar eeuwig liefde en trouw- gezworen hadden. Zij beminden elkaar eerlijk en oprecht. Hun geluk was van korten duur. Weldra was 'het uur Van scheiden daar. Hoe treurig en hoe heangst waren zij bij hun laatste samenkomst. Zij hadden elkaar niet weergezien. Geen blief had zij van hem ontvangen. Eindelijk kwam de verpletterende tij ding van de nederlaag 'der uitgewekenen. Jean d'Argouges 'had zich onder hen bevonden en men wist niet wat er van hem geworden was, dus moest hij wel dood zijn. Toen, wanhopig omdat haar schoone droom zoo wraed vervlogen was, had zij Piancoët verlaten, waaraan Voor haar nu nog slechts treurige herinneringen waren verbonden en dat haar de bittere teleurstelling telkens weer in 'het ge heugen riep. Met een 'oude dame .was zij naar Pa an meening, dat er nu pas ernstige moeilijkheden zullen ontstaan. Met Drievoudig verbond is derhalve juist op tijd vernieuwd. Aan gezien het eerst in 1914 afliep en dus pas het volgend jaar had vernieuwd be hoeven te worden, blijkt uit de vervroe ging dat men eenigen indruk heeft wil len maken op de andere mogendheden, door te laten zien dat Duitschland, Oos tenrijk en Italië nog hecht aan elkaar vasthouden. De „Lok. Anz." schrijft dan ook: „Daar het thans bestaande tractaat no- epns het Drievoudige .Verbond tot 8 Ju ni 1914 geldig is, zou pas 8 Juni 1913 het tijdstip zijn geweest, waarop de drie erbonden mogendheden Italië, Oosten- ijk-Hongarije en Duitschland hadden moeten verklaren, of zij het tractaat wil den vernieuwen of opzeggen. Als nu reeds een half jaar voor het verstrijken van den opzeggingstermijn urbi en orbi verkondigd wordt, dat het verdrag we der voor zes jaar verlengd is geworden, dan ligt het voor de hand, dit met den tegenwoordigen politicken toestand van Europa in verband te brengen. De Bal kancrisis en de aanstaande vredesconfe rentie te Londen hebben stellig, zoo niet de vernieuwing zelve, dan toch de open baarmaking van de daad van de vernieu wing verhaast. Alle twijfel van zijn po litieke tegenstanders, die nog in den laat sten tijd tegen het voortbestaan van het Drievoudig Verbond trachtten te kuipen, is valsch gebleken, evenals alle gissingen die van een uitbreiding van het tractaat in maritiem en koloniaal opzicht spraken praatjes voor den vaak waren. „De ambtelijke tekst van de kennis geving verklaart uitdrukkelijk, dat het tractaat van bondgenootschap „zonder eenige wijziging" vernieuwd is. Dat dit zou geschieden, was voor de-kenners van den toestand geen geheim meer. De houding van Roemenië is gister weer eens wat verduidelijkt door koning Carol bij de opening van het parlement. „De voortdurend door Roemenië ge volgde politiek, zeide hij, is de traditio- neele politiek van gematigdheid en vrede, voor zoover zij te vereenigen is met de hoogste belangen van het Rijk." „Deze politiek heeft ons in staat ge steld vriendschappelijke betrekkingen te onderhouden met alle staten en heeft ons het bijzondere vertrouwen van de groote mogendheden deelachtig doen worden. Roemenië wenschte mede te werken tot localisatie van den oorlog cn heeft zich daarom onzijdig gehouden tegenover de oorlogvoerende staten. .Toch volgen wij met aandacht de ontwikkeling der gebeurtenissen, die tal van belangen van onzen staat nauw raken. Wij hebben het recht te hopen, dat deze houding van gunstigen invloed zal zijn op onze betrekkingen met de Bal- kanstaten in hun nieuwe organisatie en dat onze belangen geëerbiedigd zullen worden." Bij de regeling der kwesties, ontstaan door de Balkancrisis, zal ook Roemenië een woord meespreken. Het vertrouwen van de natie in de dapperheid der soldaten is ten volle ge- rechtvaardigd; het oosterleger is in staat aan dat vertrouwen te beantwoorden. Er zullen nieuwe kredieten voor het leger worden gevraagd. Door aan de regeering den noodigen steun te ver- 1 leen en. zult gij voldoen aan de gerecht- vaardigde verwachting van het land", i Als een bijzonderheid wordt nog ver meld, dat Danef, de president van de Bulgaarsche Kamer, bij de voorlezing der koninklijke boodschap tegenwoordig was. GEMENGD Dom Manuel, de vroegere ko« ning van Portugal, is gisteren te Berlijn, waar hij tijdelijk vertoeft, bij den Keizer en de Keizerin tafelgast geweest. De Koningin van Noorwe gen, die op het oogenblik in Engeland vertoeft, moet sedert drie weken het bed houden, na een succesvolle operatie. Naar de „Daily Mail" uit Calcut ta verneemt, is er sprake van dat Lord Hardinge, onderkoning van En ge 1 sch-I n d i het volgende jaar ont slag zal nemen en een politieke benoe ming in Engeland krijgt, en dat Lord Kit chener hem zal opvolgen. Het comité voor de Nobelprij zen heeft besloten, om dit jaar den vredesprijs niet te verleenen. Het bedrag wordt tot het volgend jaar bewaard. Volgens een door den Tsaar goed gekeurd besluit van den ministerraad, wordt Reval en de omtrek van die stad een basis voor het Russische le ger en vloot en Grodno een basis voor het leger. De Grieksche torpedo-ja ger Neo Genea heeft een Engelsdh- Egyptisch schip aangehouden, dat aanstalten maakte om 2000 Turksche soldaten in een baai van Chios aan land te zetten. De „Tribuna" bevat een tele gram uit Durazzo, meldende, dat dc pakketboot „Adriatico", behoorende aan een Italiaansche stoomvaartmaat schappij, en van Bari naar Valona ver trokken, gisteren is buit gemaakt door de Grieksche schepen, die voor het eiland Satteno kruisen. Het schip werd naar Korfoe gebracht. De „Tribuna" bevat verder een tele gram uit Korfoe, meldende, dat een Grieksche hulpkruiser de pakketboot „Adriatico" opbracht; de boot werd aan den commandant der haven uitgeleverd. Aan boord werd een strenge doorzoeking verricht en de equipage aan een verhoor onderworpen in tegenwoordigheid van den consul-generaal van Italië en den agent der stoomvaartmaatschappij. rijs gegaan en had daar alle verschrik kingen van de revolutie bijgewoond, de straatgevechten, de moorden, de terecht stellingen. De aanhoudende vrees waarin zij leef de, had de oude dame zes maanden ge leden doen sterven en toen was zij ge heel alleen achtergebleven. Met moeite verdiende zij haar brood. Al meer dan eens had zij zich afge vraagd of het niet beter was, naar Bre tagne terug te keeren, naar haar oom te Piancoët, die zooveel van haar hield en die nu kastelein was in de herberg Dc Moor. Zij had er niet toe kunnen besluiten. De herinneringen, voor haar aan Pian coët verbonden, waren te droevig. Nog zat zij in haar herinneringen ver diept, toen er aan haar deur werd ge klopt. Zij borg snel en geruischloos de 30 goudstukken, een klein vermogen, weg en ging open doen. Een bediende van gevorderden leeftijd net gekleed in een bruinen rok, maar zonder versierselen, want het was in die dagen gevaarlijk weelde ten toon te spreiden en knechts in rijke livrei te hou den, gaf haar 'n brief, dien zij gretig las Hij was van den volgenden inhoud: Koninklijke Besluiten. Bij Kon. besluit zijn benoemtf tot schoolopziener in het district Utrecht W. Jansen, schoolopziener in het district Mid delburg; in het arrondissement Tessel E. Radher te Beverwijk. Mijn lieve! „Gij weet hoeveel belang ik in u stel. Kom morgen bij mij. Ik heb u iets voor te stellen, dat u misschien wel zal aan staan. Uwe toegenegen LYtJlE MANON." De beroemde tooneelspeelster. Wat zou zij haar aanbieden? Het toeval had haar bijeengebracht. Zij had meermalen voor haar gewerkt Die tooneelspeelster was zeer goed hartig, steeds bereid om te helpen cn diensten te bewijzen. Het is goed, dacht Jeanne, ik zal er heen gaan. Kort daarop sliep zij in, vermoeid van dezen aan ontroeringen zoo rijken dag. II. HET LEDIGE HUIS. Jcan ue Trémazan was teruggekeerd naar het hotel waar hij was afgestapt bij zijn aankomst te Parijs cn had zich te bed gegeven, maar hij sliep niet. De vermoeienis had trouwens weinig vat op deze krachtige natuur, op dit wezen met stalen spieren, dat bovendien nog geprikkeld werd door de vrecselijke herinnering die hem vervolgde en waar van hij zich niet wilde ontdoen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 1