9
BUITENLAND.
Ingezonden Medeaeelingen.
DAT IS DE CACAO
DE TWEE VRIENDEN.
4e Jaargang, l>0- yo^
3)e £cicbclic ©ou/tcmt
Bureau OUDE SINGEL 54, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIINT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN.
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevalien-verzekering
tn het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week,
fl.10 per kwartaalbij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco
per post 11-50 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 21/, cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent.
Maandag
December
1012.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 15 een
ingezonden mededeelingen van 15 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Kleine Advertentiën: gevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop
(geen handeis-aavertentiën) 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden
betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
V Salaris-meeting.
Onder groote deelneming is gisteren
te 'sGravenhage de aangekondigde sa
laris-meeting gehouden vanwege den
Bond van Nederlandsche Onderwijzers.
Reeds vóór den aanvang der verga
dering, welke op 2 uur des namiddags
.was gesteld, was het aantal belangstel-
stellenden zóó talrijk, dat de groote zaal
van het „Gebouw voor Kunsten en We
tenschappen" hen niet kon bevatten, en
men besloot daarom een tweede verga
dering gelijktijdig te houden in „Diligen-
iia".
De vergadering in het Gebouw werd
geleid door den ondervoorzitter van den
Bond, d en heer Zadelhoff, van Dordrecht.
Deze deelde mede, dat was ingekomen
een groot aantal brieven en telegram
men, adhaesiebetuigingen inhoudende met
het doel der meeting, uit binnen- en bui
tenland, o.a. uit Bulgarije. Vertegenwoor
digd was ter vergadering het Ned. In
disch Onderwijzers-Genootschap. Een
tiental Kamerleden was aanwezig en van
eenige Kamerleden waren mededeelingen
■van verhindering ingekomen.
Als sprekers traden op de heeren L.
(Wesemael, uit Sneek, en T. L. Ossen-
dorp, voorzitter van hef hoofdbestuur,
en voor de vergadering in Diligentia de
heeren Lamers, seer, van den Bond, en
[Van Det, red. v. 3. „"Bode".
Na afloop van beide vergaderingen
werd een motie aangenomen, waarin
wordt aangedrongen op een betere finan-
cieele regeling.
Dat in deze motie dc wenschelijikheid
en zelfs de.noodzakelijkheid wordt geuit
voor een hoogere salarieering dat is
volkomen juist gezien. Maar de „neu
trale" bond gaat verder en blijft pal
staan op zijn eenmaal ingenomen stand
punt, dat de door deze regeering voor
genomen voorloopige maatregel van
een kindertoeslag een spoedige afdoende
verbetering tegenhoudt. Dit standpunt ge-
tuigt, gelijk reeds meermalen ook door
onderwijzers zelf is betoogd, van door-
drijverij. Doch wij zouden dit nóg kunnen
verontschuldigen, als de bond niet ver-
jder ging en de kindertoeslag noemde
„vernederend en beleedigend voor den
onderwijzersstand". Waarom? Is een toe
slag, die wordt gegeven aan degenen, die
het meest getroffen worden door de lage
salarissen, niet als een „aalmoes" (zooals
in de motie staat), maar als een tege
moetkoming in wat hun rechtens toe
komt, omdat een definitieve regeling nog
niet getroffen kan worden, is zulk een
toeslag vernederend en beleedigend? Of
schuilt er misschien iets anders onder
dat heftig ageeren tegen kindertoeslag?
jWij weten het niet; alleen weten we dit,
dat door zulke groote woorden de in-
zich zeer gerechtvaardigde salarisactie er
niet sympathieker op gemaakt wordt.
Gelukkig, dat vele onzer Katholieke
onderwijzers zich ook bij die actie niet
laten leiden door den „Bond".
ALGEMEEN OVERZICHT.
Hadden de Grieken zich nu maar aan
gesloten bij den wapenstilstand dan was
er in den
Balkan-oorlog
een tijdperk van stilstand ingetreden.
Maar de Grieken schijnen vooralsnog
daarvoor niet veel te voelen. De bevel
hebber der Dardanellen rapporteerde,
dat Zaterdagmiddag een Gricksch eska
der van 6 schepen voor de zceengte is
gezien. Overigens blijven de geruchten
van aparte onderhandelingen tusschen
Griekenland en Turkije aanhouden. Deze
zouden, volgens de „Frankf. Ztg." te
Weenen binnenkort plaats hebben. Hoes
sein Hilmi pasja, den Turkschen gezant
te Weenen, moet volmacht zijn verstrekt.
In een bespreking van den toestand
zegt de Bulgaarsche „Mir"Wij hebben
den strijd voornamelijk uit deferentie
voor de groote mogendheden gestaakt.
Wij hebben afgezien van verdere over
winningen en van nog meer roem voor
onze wapenen, alleen om den toestand
voor de groote mogendheden gemakkelij
ker te maken en ze niet mede in .den
oorlog te wikkelen. Wij hopen, dat de
verbondenen voor deze zelfbeperking bij
de aanstaande vredesonderhandelingen
van de zijde der mogendheden alle moge
lijke faciliteiten zullen ondervinden. Wij
hopen, dat de op het Congres van Ber
lijn begane fout niet herhaald zal wor
den, zoodat te Londen alle quaesties,
die de toekomst en den vrede zouden
kunnen bedreigen, met den steun der
mogendheden geregeld zullen worden.
Mochten wij in onze verwachting bedro
gen worden, dan, wij willen het niet
verhel en, zullen wij den oorlo ot zijn
logisch einde voeren. Dan echter
Europa alle moreel recht verloren heb
ben, om zich te mengen in de zuive
ring van den toestand, zooals die door
de nieuwe offers en de nieuwe overwin
ningen geëischt zal worden.
Volgens den correspondent van de
„Frankfurter Ztg." te Begrado, staat
inen ook in Servische regeeringskringen
op het standpunt, dat de verbonden Bal-
kanstaten wel is waar tegenover Turkije
op het behoud van hun veroveringen
zullen staan, maar dat land geen verne
derende eischen zullen doen en van de
noodzakelijkheid zijn overtuigd, met Tur
kije, hun onmiddellijke buur, in goede
verstandhouding te leven.
Het Jezuietendebat
is Zaterdag beëindigd met een rede van
den Centrumsafgevaardigde Gröber die
met enorm feiten-materiaal de onhoud
baarheid der Jesuietenwet bewees. Wij
zullen strijden, zeide hij, zoolang tot de
rechtvaardigheid zal overwonnen heb
ben."
Dit wijst allerminst op een verzoenlij-
ke houding van het Centrum die naar we
hópen de actie tegen de gehate uitzonde
ringswet met kracht zal doorvoeren tot
een goed einde.
Iets is reeds gewonnen, daar de Staats
secretaris van Justitie, Lisco, verzeker
de dat de toepassing der wet dezelfde
blijven zou en er geen verscherping zou
komen.
Intusschen is in Freiburg den Jesuit
Cohausz, die daar een serie lezingen zou
houden, door de Badensche regeering
verboden daarmee voort te gaan. Zijri
laatste voordracht heeft aanleiding ge
geven tot een geweldige manifestatie ten
gunste der Jesqiten en tegen de wet.
Een groote menigte vergezelde pater
Cahausz na het vervullen van zijn spreek
beurt naar den trein en bracht bij zijn-
vertrek geestdriftige hoera's op hem uit.
Naar aanleiding der debatten schrijft
nog de „Osservatore Romano"
„De voortdurende, niet verminderde
vijandschap tegen de Jezuieten in
Duitschland, is een droevig verschijnsel
in - de Duitsche wetgeving. Een inter
pretatie, die om een zekere klasse van
geestelijke burgers vrijheid te verleenen
of te onthouden, onderscheid maakt tus
schen stille H. Missen en Hoogmissen en
tusschen plaats en tijd der godsdienst
oefening, is toch waarlijk niet ernstig op
te nemen.
„Maar zelfs afgezien daarvan, is de
principieele tegenstelling en het gebrek
aan logica in de Duitsche Jezuietenwet
maar al te duidelijk. Inplaats van hen
eenvoudig als priesters in hun land te
laten leven, wordt hun de uitoefening
van hun functies, die, zooals het be
dienen van de H. Sacramenten met 't
priesterschap zoo nauw verbonden zijn,
verboden."
„Derhalve zou het evenzeer om de
waardigheid als om de consequenties, er
uit te trekken, en om het feit, dat alles
wat het karaktet -van een uitzonderings
wet heeft buitengewoon hatelijk is in een
beschaafd land te wenschen zijn, dat een
einde kwam aan een toestand die zoo
ongewoon, zoo beleedigend voor een
achtenswaardige klasse der bevolking is
en zoo grievend voor alle katholieken
van Duitschland."
De Mongoolsche kwestie
wordt critiek. De Chineesche bladen zijn
door de regeering uitgenoodigd geen be
richten óver Chineesche troepenbewegin
gen te publiceeren. Zooals men weet zijn
naar Mongolië zoowel Chineesche- als
Russische troepen gedirigeerd.
Naar uit Peking gemeld wordt, zijn de
Russen bereid, de soevereiniteit van Chi
na over Mongolië te erkennen, en hun
troepen terug te trekken, als met de Chi
neesche troepen, waarvan thans 2000
man in Kobdo staat, hetzelfde zal zijn
geschied. China staat op het standpunt,
dat Kobdo in het binnenland van Mon
golië ligt, terwijl de Russen dat ont
kennen. Zii zijn van meening, dat de
kwestie van het Altaidistrict (Oerga en
het district van de twee Khalkastam-
men) en een algemeene grensregeling de
voornaamste kwesties zijn, die te Peking
moeten worden opgelost. Voorts verkla
ren zij, dat de Russische vertegenwoor
diger Korostowitsi de grootste moeite
had gehad, om den Hoetoektoe (het
geestelijk hoofd) over te halen, niet ook
die wij' zoo lekker vinden en waarvan Moeder
zegt dat ze zoo voordeelig in het gebruik is.
Gij moet bepaald dadelijk een bus gaan koopen.
De naam is
¥an Houten's ItO NA.
FEUILLETON.
61)
Hij haalde de schouders op.
Vervolgens? herhaalde hö, wie kan
Weten wat er gebeuren zal? Mijn plaats
is te Parijs, waar ik een taak te volbrengen
heb, een taak van vergelding, waaraan
ik al mijn krachten wijden moet, maar
zal ik er den tijd voor hebben Wie kan
vooral onder de tegenwoordige omstan
digheden rekenen van heden op mor
gen
Dus gij zult terugkeeren
Ja, als ik kan, Jeanne, wanneer ik
niet in een valstrik wordt gelokt, wan
neer de ellendelingen, die ik wil be
strijden. mij niet eerst in de gevangenis
werpen, om mij daarna naar hetzelfde
.werktuig te sleepen, waarmee de hoof
den van mijn vader en mijn moeder zijn
afgehakt en dat alleen mijn zuster nog
heeft gespaard.
Wat zegt gij
De waarheid.
Wie zijt ge dan
Een voortvluchtige, die ongetwij
feld aan u het leven te danken heeft,
.want wanneer gij er niet geweest waart,
dan weet ik niet, wat ik gedaan izou
hebben.
Hij greep de handen van het meisje,
trok haar tot zich en zegde op een ge-
meenzamen toon, die Bretagners gewoon
zijn tegen elkaar aan te slaan
Zonder u ja zou ik mij verraden,
mijzelf overgeleverd hebben. Ja, ik zou
dien bloeddorstigen rechters mijn kreet
van verontwaardiging hebben toege
schreeuwd, ik zou dien Fouquier-Tin-
ville hebben gezegd, dat hij een mon
ster is en dat Robespierre, de zich noe
mende volkstribuun, wiens wil deze
moorden heeft doorgedreven, een tiran
is, erger dan alle andere tirannen, een
beul, die Frankrijk in een moordkuil
verandert. Gij hebt mij daarvan terug
gehouden en dat zal ik nooit vergeten.
Uw zachte oogen hebben mijn toorn ge
broken en mij tot het verstand terugge
roepen. Van dat oogenblik af bestaat
er tusschen ons een onverbreekbare band.
Als broeder en zuster zullen wij elkaar
met alle krachten steunen. Kinderen van
hetzelfde land zal één gedachte van ge
meenschappelijk welzijn ons vereenigen.
Gij zult mijn vriendin zijn. Wilt ge' dat
Ja, en toch weet ik niet, wie ge
zijt
Noem tnij Jean.
Gij hebt toch nog een naam
Ja-
Mag ik dien niet kennen
Ik zal hem u noemen.
Wanneer?
Als ik terugkom.
En wanneer gij niet terugkomt?
Denk dan maar, dat ik niet meer
ben, dat het noodlot mij heeft achter
haald.
Hij drukte zijn lippen op de handen
van het meisje, die hij nog steeds in de
zijne hield, en voegde er bij
En dat ik gevallen ben met de ge
dachte aan u en leedwezen dat ik u
mijn dankbaarheid niet zóó heb kun
nen loonen als ik dat gewild had. Thans
kunt gij mij nog een nieuwen dienst be
wijzen.
Welken
Hebt ge mij niet gezegd, dat er
nog woningen ledig staan hier in huis?
Ja.
Waar zijn die?
Hiernaast is een ledige woning
ongeveer gelijk aan deze.
Huur die voor .mij.
Hij haalde uit zijn lederen gordel,
die onder zijn kleederen verborgen en
goed voorzien was, een 30-tal goudstuk
ken, elk van 24 frank en gaf die aan
de kantwerkster.
Zij zette groote oogen op en vroeg
Goud? Wat moet ik daarmee doen
De huur vooruitbetalen en wat
het binnenland van Mongolië bij net ge
bied te trekken, dat zich onafhankelijk
heeft verklaard.
GEMENGD
Het drievoudig verbond, het
tusschen de souvereinen en regeeringen
van Duitschland, Oostenrijk-Hongarije en
Italië bestaande verdrag van bondgenoot
schap, is zonder eenige wijziging her
nieuwd.
De Belgische Koning is ge
heel hersteld en heeft zijn dagelijksche
bezigheden hervat.
Volgens de „Köln. Volkszgt." heeft
de Centrum spart ij van den Duit-
schen rijksdag besloten tegen het Rijks-
petroleum monopolie in den te-
genwoordigen en ook in een anderen
vorm te stemmen.
De cholera breidt zich opnieuw
in Kon sta ntinop el uit. Gisteren
werden in de stad 50 gevallen geconsta
teerd, waarvan 48 met doodelijken afloop.
In den loop van een maand kwamen 1143
gevallen voor, waarvan 598 met doode
lijken afloop.
Drieduizend beambten van den En-
gelschen Noordooster-spoorweg
zijn in s t a k i n g gegaan, omdat dc maat
meubelen koopen naar uw eigen keus_.
Goed.
En wanneer ge zelf aan iets be
hoefte hebt, beloof me dan dat ge er
ook van zult gebruiken.
Ik beloof het u.
Ik zal u schrijven.
Zult ge mijn naam niet vergeten
Geen nood.
Hij wees op zijn voorhoofd:
Die staat hier gegrift: Jeanne Leg-
ner, van Plancoët.
Met een weemoedigen zucht zegde
hij:
Jeanne en Jean.
Hij herhaalde droefgeestig, als om el
ke gedachte aan een andere verbintenis
uit te sluiten
Broeder en zuster.
„Die woorden klonken zoo koud, maar
haar trekken drukten geen teleurstelling
uit, terwijl h ijer nog als een verklaring
op liet volgen
Mijn hart heb ik reeds weggeschon
ken, het behoort mij niet meer toe. Mij
blijft niets over dan een goede, eerlijke
vriendschap en die schenk ik aan u»
En nu, vaarwel.
Wanneer zal ik een brief van u
ontvangen
Zoodra ik u dien zenden kan en
ik zal onderteekenen: „Uw neef Jean".
err öoed.
schappij weigert een ontslagen machinist,
die door den politierechter wegens dron
kenschap werd veroordeeld, in zijn vorige
betrekking te herstellen. De dienst op den
spoorweg is tot op minder dan de helft
verminderd. Voor een aantal kolenmijnen
dreigt de noodzakelijkheid het bedrijf stop
te zetten.
De Londensche correspondent van
de Birmingham Daily Post verzekert ver
nomen te hebben, dat de Duitsche
Keizer zich tot Koning George ge
wend heeft en dezen te verstaan heeft
gegeven, dat hij gaarne, vergezeld van
de keizerin, een- bezoek aan Engeland
zou willen brengen.
Op den viaduct spoorweg te
New-York had Zaterdag een ernstig o n-
geluk plaats. Op een hoogte van 70 AL
ontstond een botsing tusschen twee trei
nen. Onder de passagiers ontstond een
vreeselijke paniek, daar de wagens in
brand geraakten. Duizenden verzamelden
zich in de groote opwinding in de stra
ten en aanschouwden den brand, die
in de hoogte woedde, zonder dat zij in
staat waren hulp.te bieden. Ten slotte
werd het vuur door employés van den
spoorweg gebluscht, zonder dat verdere
Nogmaals drukte hij zijn lippen op
de kLine, bekende handen van hetmehje.
Toen ging hij heen.
Zij bleef alleen op haar kamer, mei
het hoofd op de hand geleund, zitten
aan de tatel, waarop de dertig goud
stukken lagen, die glinsterden in het
licht van haar kaars.
Goudgeld, zoo zeldzaam in dien tijd
Hij is een edelman, dacht zij, zoo-
als M. de Balazé, die dood is, zooai
de graaf de Trémazan, misschien zijl
vader. Sprak men daarginder, te Plan
coët, niet over mijnheer Jean? Hij hee
.Jean, zooals de andere, dien ik ziet za
weerzien.
Zij peinsde voort.
Ja, hij moet het wel zijn, Jean d
Trémazan, van wien ik bij ons- thui
zoo dikwijls heb hooren spreken, ee
neef van de Balazé en d'Achet. Mee
hij niet gezegd, dat zijn vader en zij
moeder onder de veroordeelden waren
Jean de Trémazan, de vriend van "Je*
d'Argouges.
Zij herhaalde dezen naam verschcidei
malen en het hart vol toewijding, mor
pelde zij, alsof hij nog voor haar ston
Wees gerust, mijn vriend, Jeani
Legner zal u niet verraden. Een eerl
meisje! Heeft men u niet gezegd dat
dat ben?
(Wordt vervolgd.)