BINNENLAND. Ook minister Poincaré heeft gisteren in de Fransche Kamer over den buitenlandschen toestand gesproken. „Wij zijn nog steeds van meemng", zoo zeide hij, „dat slechts gemeenschappelijk optreden kan leiden tot oplossing van moeilijkheden. Wij zetten de besprekingen voort in volko men overeenstemming met onze vrienden en bondgenooten. Wij achten continuï teit in de buitenlandsche politiek beslist noodig en wij willen, dat uit de regeling van de incidenten zal blijken, hoe hecht onze betrekkingen met onze vrienden en bondgenooten zijnd' Vervolgens zette hij uiteen wat Frank rijk bij de wording en gedurende liet verloop van den Balkanoorlog heeft ge daan in het belang van den vrede. Poin caré wees er op, dal Frankrijk, dat zoo groote belangen heeft in de streken, die door de Balkanstaten bezet zijn c:i die misschien geheel of gedeeltelijk losgerukt zullen worden van Turkije, er nooit aan lieert gedacht, zijn belangen in de Balkan- quaestie op te geven. „Wij zijn", zoo vervolgde Poincaré, „de grootste schuld eis diers van Turkije en achten het ge- wenschlv dat het aandeel, door elk der Baikanstaten bij te dragen in de Tui k- sche openbare schuld, wordt vastgesteld. De mogendheden zoeken reeds naar een re- Mvaardige regeling van de quaestie. Wij zijn van plan onzen moreelen, tra- ditioneelen invloed in Turkije te hand haven en wiilen geen enkel middel, dat dien invloed kan bevorderen, laten varen. Wij hebben er de Balkan-mogendhcden vriendschappelijk op gewezen, dat wij moreele en materieele rechten hebben, die wij geëerbiedigd wenschen te zien en wij zullen waarschijnlijk onder den ecnen of anderen vorm speciale verdra gen over onze wettelijke belangen moeten aangaan met de vier verbonden mogend heden. Tot dusverre waren de mogend heden het er over eens, dat uit de mili taire operaties geen voldongen feiten mogen voortvloeien, en zij hebben het gelukkige denkbeeld gehad geen enkelen afzonderlijken maatregel te treffen en geen besluit te nemen, dat niet voor herroeping vatbaar is. Het heugelijk feit, dat de Europeesche vrede gewaar borgd,^, is hoofdzakelijk te danken aan de voortdurende wisseling van gedachten tusschen de kanselarijen gedurende de jongste weken. Alleen op een gemeen schappelijke conferentie echter, waar alle problemen in onderling verband zul len worden beschouwd, zal vermoede lijk een oplossing gevonden kunnen wor den voor alle punten van geschil tusschen de groote mogendheden en de geallieer den of tusschen eenige groote mogend heden onderling." Pofncaré verklaarde vervolgens van meening te zijn, dat Griekenland zich spoedig bij den wapenstilstand zou aan sluiten, en hij sprak de hoop uit, dat de gealieerden zullen zoigen, dat de moreele positie, die zij zich in Europa hebben veroverd, geen schade zal lijden door betreurenswaardige verdeeldheid. Wijzend op het voortdurend streven van de regeering naar vrede, gaf hij vervolgens te kennen, dat zij vastbesloten is Frankrijks rechten te doen eerbiedigen en de nationale waardigheid te vrijwaren voor eiken aanval. Over het in den Duitschen Rijksdag gehouden Jesuiten-debat is de indruk van de „Germania" de volgende: „Het Centrum is weder hard gewor den en zijn kiezers zullen het daarvoor door een verdubbeld vertrouwen en met geestdrift dankbaar zijn." Inderdaad kan dit krachtig positie- nemen van het Centrum niet anders dan uit het hart van het Katholieke volk gegrepen zijn. De verklaring, die Spahn aflegde, luidt in zijn geheel als volgt: „De wet van 4 Juli 1872, betreffende de orde van het gezelschap van Jezus, bevat een aanval op de Katholieke Kerk en de Staatsburgerlijke rechten der Ka tholieken in Duitschland. Het klooster lijke leven en de werkzaamheden der orden behooren tot het wezen der Ka tholieke Kerk. De orde van het Gezel schap van Jezus, de Congregatie der Lazaristen en der Dames du Sacré Coeur zijn door de Katholieke Kerk erkend. Derhalve is het verbod tot optreden op godsdienstig gebied voor de leden van deze orden een beperking van het leven der Katholieke Kerk en een beïnvloeding van de vrije godsdienst-uitoefening der Katholieken, die in het rijk vol- en gelijk gerechtigd zijn. De tegen de Jezuieten, vroeger en nu, uitgebrachte beschuldigingen van immo raliteit, van Duitsche nationaliteit- en cultuur-vijandigheid zoowel £ls van ver storing van den godsdienstvrede, zijn onwaar. Het Duitsche episcopaat, dat be voegd is de Jezuieten te beoordeelen, heeft hun, evenals in 1871, ook nu weer betuigd, dat zij uitblinken door de onaan tastbaarheid van hun levenswandel, door hun wetenschap en niet minder door hun ijverige en gezegende weflezaam- heid vöor "het heil der zielen. De bekendmaking van den Bondsraad van 28 Nov. 1912 kwetst door het ver bod van priesterlijk optreden der leden van de orde d*e gewetensvrijheid van alle Katholieken, welke de Sacramenten van hun Kerk naar hun keus van diie priesters moeten toebediend hebben, aan welke zij hun vertrouwen schenken. De Bondsraad heeft den aanval, die in $le uitzonderingswet tegen de orde van liet Gezelschap van Jezus reeds gelegen was op de burgerlijke en kerkelijke vrij heid nog verscherpt. Onder deze om standigheden kunnen wij ten opzichte van den rijkskanselier en den Bondsraad geen vertrouwen hebben, dat de behoef ten van de Katholieken in Duitschland bij hen een rechtvaardige behandeling zullen vinden. Wij zullen onze houding in verband daarmede regelen." Men ziet, dit kan niet anders betee- kencn dan oorlog, en we verwachten, dat de regeering eenigszins zal moeten inbinden, wil zij niet haar werk door het Centrum onmogelijk gemaakt zien. UHMENGD Kolonel Archibald Grade uit Was hington, die bij de Titanic-ramp gered werd, is gisteren in een hospitaal te New-York overleden. Toen het water het dek bereikte en eeii ontploffing dreigde, was hij over boord gesprongen cn had zich aan een wrakhout vastge houden totdat een terugkeerende red dingsboot hem om zes uur 's morgens opnam. Kolonel Grade is den schok, bij deze ramp opgedaan, nooit geheel te boven gekomen. Bij de groote uitbreiding van de Engelsche oorlogsvloot wordt het steeds moeilijker voor de bemanning te 'zorgen. Daarom wil de regeering den dienst aantrekkelijker maken door de soldij te verhoogen. Zij heeft daartoe het voorstel bij het Lagerhuis ingediend. In het geheel zal de verhooging onge veer 386.500 pond sterling in het jaar bedragen, waarvan ruim 35.000 pond voor de officieren. De „Köln. Ztg." verneemt uit Boe karest: Naar verluidt, heeft de Roe- rneensche regeering vier oorlogs schepen aangekocht, twee in Engeland en twee in Duitschland.- Deze schepen ter waarde van ongeveer 25 miilioen frs. zuilen reeds in liet einde van deze maand te Konstantsa aankomen. Een ernstig spoorwegonge luk wordt wederom uit de V. S. ge meld. Bij een botsing tusschen twee treinen op den Pennsylvania spoorweg bij Jonesville in Ohio zijn tien personen gedood en acht doodelijk gewond. Koninklijke Besluiten. Bij Kon. besluit is benoemd in de orde van Oranje-Nassau, tot ridder J. Schwarz afdeelingschef bij de Maatschappij tot Expl. van Staatsspoorwegen; is benoemd bij den marinestoomvaart- dienst tot officiermachinist 2e kl. de hoofdmachinist F. A. Bouman; zijn bij het personeel van den genees kundigen dienst van het leger in Ned. Indië benoemd tot officier van gezond heid 2e kl. de artsen E. Bentum en E. Treffers; is aan J. Pottinga Szn. eervol ont slag verleend als burgemeester der ge meente Iioogeveen. Soemba Blijkens een uit Ned.-Indië bij het Departement van Koloniën ontvangen te legram is bij een overvalling in West- Soemba (residentie Timor en onderhoo righeden) een Europeesch militair bene den den rang van officier zwaar ge wond. Bij die overvalling zijn bovendien gesneuveld twee, en gewond zes inland- sche militairen, ook beneden den rang van officier. Bewaarschool-onderwijs. De Nederlander meldt, dat de minister van binnenlandsche zaken dezer dagen een voor-ontwerp van een wet, regelende het bewaarschoolonderwijs, om advies heeft gezonden aan verschillende on- derwijsvereenigingen. Dit voor-ontwerp gaat uit van het denkbeeld, dat de zorg en de kosten van het bewaarschoolonder wijs op de gemeenten moeten gelegd worden; voor zooveel het bijzonder on derwijs is zullen die kosten voor de ge meenten niet hooger dan 75 procent mogen zijn, terwijl de overige kosten door dè oprichters moeten worden ge dragen. Deze regeling zou ook gelden voor de bouwkosten. De Oranjebüoem. De Ned. Krijgsman deelt thans mede, dat de totale opbrengst van de op 31 Augustus 1.1. gehouden verkoop van de Oranjebloemen ten bate van de Christ, militaire tehuizen f 18.725,41 heeft be dragen, waarvan f 4788.43 voor aankoop van de bloempjes en onkosten af moest. Bestrijding van het Bioscoop-gevaar. Het Centraal Bureau der K. S. A. schrijft: Steeds luider gaan er stemmen op, om meer afdoende maatregelen ter be strijding van het bioscoop-gevaar. Gelijk wij vroeger reeds mededeelden, was dit vraagstuk bij het Centraal Bureau voor de K. S. A. te Leiden in studie. Thans kunnen wij mededeelen, dat deze voorbereiding in zooverre beëindigd is, dat de richting, welke zal worden inge slagen, is kunnen worden vastgesteld. De bestrijding van het bioscoop-gevaar moet langs twee wegen plaats hebben de bestrijding der verkeerde films en het waarborgen van goede bioscopen. Wat het eerste punt betreft, de beste bestrijding van verkeerde films is het be schikbaar stellen van goede. Hiermede is het Centraal Bureau voor de K. S. A. begonnen; het zal zich een groote voor raad goede films aanschaffen, welke het voor de gewone huurprijzen voor bios copen beschikbaar stellen zal, per week of per avond. Tevens geeft het bij de oprichting van nieuwe bioscopen, bijv. in verenigings gebouwen, gratis advies over de aan te schaffen machines, enz. Wat het tweede punt betreft, nl. de vraag, hoe te waarborgen, dat in bios copen uitsluitend goede films worden ge geven, ook dit vraagstuk hoopt het Cen traal Bureau tot een goede oplossing te brengen. Dit hangt echter samen met eenige moeilijke kwesties over merken recht, zoodat daaromtrent op d i t oogen- blik nog geen definitieve mededeelingen kunnen worden gedaan. Doch wat het eerste punt betreft, het verkrijgbaar stel len van goede films, hiermede is men gereed. Wat geeft het? Op militair gebied wordt ten onzent die vraag nog al eens gedaan en her haald. Het „Friesch Dagblad" ontleent met het oog daarop, een lesje aan de Balkanoorlog. Wij laten het hier volgen Wal geeft het? vraagt Jan Moedeloos en laat den kop hangen. Wat geeft het, of we al geld uitgeven \oor leger en vloot, we kunnen tóch nooit tegen onze groote naburen óp Dat kan best waar zijn. Maar zijn niet allerlei andere verwik kelingen mogelijk dan de strijd van het kleine Nederland alléén tegen een mach tigen buur En wat leert dan de ervaring Eén Griekschö torpedoboot bracht het lastigste Turkschp oorlogschip in de ha ven van Saloniki tot zinken. En cén Bulgaarsche torpedoboot stelde den Turkschen kruiser, die den linkervleugel van 't Bulgaarsche leger vóór Tsjataldja benauwde met één goed gericht schot, buiten gevecht. Laat men toch nooit vragen, wat het geeftMaar laten we onze uiterste krachten inspannen, orn leger en vloot in orde te hebben Dit laatste is volkomen juist. Als de zaken goed in orde zijn, hebben we niet alleen onzen plicht gedaan, maar heb ben we ook goede kansen om zelfs te gen machtiger vijanden staande te blij ven. De Balkanoorlog zit, in dit op zicht, voor alle kleine Staten, vol wijze lessen. KORTE KRONIEK. Naar de L. K. verneemt, is het ver boden in het vervolg meer dan 40 Mk. aan zilveren muntspecie van Duitsch land in Holland te brengen. Voor onze grensplaatsen is dat een groote last. Men deelt inmiddels mede, dat vanwege de Kamer van Koophandel te Venlo te bevoegder plaatse een request zal wor den ingediend. Gemeenteraad van Leiden. (Vervolg.) Aan de orde is: 8o. Voorstel tot onderhandsche op dracht van de levering van het drukwerk voor de gemeente aan Ed IJdo. De heer Zwiers zou niet gaarne zien, dat de gemeente het drukwerk tot tot te lage prijzen betrok. Spr. beveelt daarom nadere óverweging van het be staande tarief aan. De heer Bosch vindt het argument, dat de heer IJdo nu een maal voor het gemeentelijk drukwerk is ingericht, niet gewichtig genoeg om het contract onderhands te continueeren. Spr. -dringt aan op openbare aanbeste dingen, teneinde alle drukkers ih de ge legenheid te stellen naar een belangrijke leverantie mee te dingen. De heer P. J. Mulder sluit zich hierbij aan en wenscht openbare aanbesteding. De heer Aalberse bespreekt het adres en zegt, dat er een vreemd argument in hofspel is, nl. dat de heer IJdo te lage prijzen'- berekent. Spr. zoekt de opheldering hier in, dat er veel drukwerk misschien wordt gemaakt, dat niet in het tarief is ge specificeerd en waarvoor gewone prij zen worden berekend. De heer Fok ker meent, dat aan andere patroons gemeentelijk drukwerk wordt opgedra gen. Dit acht spr. niet vvenschelijk. De heer P e r a wijst op het beLang van een patroon om zeker groot werk te bezitten, dat de goede gang van zaken op zijn inrichting bevordert. De Voor zitter verdedigt het voorstel, wijzend op het belang der gemeente bij goed drukwerk enop de lage prijzen. Spr. weet niet, dat -anderen drukkers gemeen telijk drukwerk wordt gegund. Nooit is spreker gebleken, dat de heer IJd-o voor drukwerken buiten het tarief te hooge prijzen berekent. Het tarief zullen B. en W. t. g. t. overwegen. Het voorstel wordt goedgekeurd met 26 tegen 1 st., die van den heer P. J. Mulder. Qo. Voorstel tot het aangaan van eene overeenkomst met de provincie inzake den afstand van terrein ten behoeve van een gemeentelijke zweminrichting. B. en W. stellen voor een over eenkomst aan te gaan betreffende de oprichting van een zweminrichting aan het nieuwe Rijn-Schiekanaal nabij den 'Hoogen Rijndijk. De kosten zullen to taal pl.m. f 28.000 bedragen. Het jaar- lijksch tekort op de exploitatie wordt op f 1300 geraamd. De heer Hoogenboom maakt en kele opmerkingen van technische» aard, o.a. wat betreft den hinder, die motor booten kunnen veroorzaken door water verontreiniging. De heer S ijts m a brengt B. en W. dank en hulde voor hun voor stel. De heer V ergouwen vraagt eeni ge nadere inlichtingen over het met de Leidsche Zwemclub te maken contract. De Voorzitter deelt mede. dat de £v\emclub haar diensten gratis bewijst. De heer Fokker meent, dat de heer Vergouwen totaal buiten de orde is. (Da verend gelach). De Voorzitter fs 't hiermede niet eens, terwijl wethouder Fischer den heer Hoogenboom toe zegt, dat zijn opmerkingen met den Pro vincialen Waterstaat zullen worden be- SDroken. De heer Hoogenboom is door deze toezegging niet 'bevredigd.-Spr. ziet voor zich zelf geen oplossing voor den hinder door motorbooten. Na du pliek van wethouder F i s c h e r, geeft de heer Roem in overweging, de zaak aan te houden, omdat spr. een definitie! antwoord van groot belang acht. Zoo'n antwoord kan wethouder Fischer evenwel niet geven. De heer S ijts ma wenscht nadere opheldering omtrent de waterverontreiniging door motorbooten. Wethouder Fischer vreest met. dat de inrichting door voorbijgaande motorboo ten onbruikbaar zal worden gemaakt. Dit is trouwens ccn kwestie van later. De heer Zwiers 'zegt, dat de Leidsche Zwemclub de Verontreiniging niet vreest. De heer 'Hoogenboom, voor de vier de maal het wóórd verkregen hebbende, ua de opmerking van den Voorzitter er geen duel van te maken, zegt, dat in Alphen groote kosten zijn gemaakt om den hinder der booten te ontgaan. Dc Voorzitter verdedigt het voorstel. Men kan wel allerlei opwerpingen ma ken, maar dan komt er nooit wat tot stand. Van verschillende kanten is de zaak bekeken. De Gezondheidscommissie adviseert ook tot goedkeuring 'der plan nen. De heer H e e r e s en de heer Fok ker merken od4 dat de bezwaren van w aterverontreiniging niet expressetijk on der de oogen zijn gezien. Laatsgenoemdc wil een nader onderzoek om de bezwaren te kunnen onderzoeken en wil zich geen mes op de keel laten zette» door de bewering, dat een beslissing meet wor den genomen in verband met het op maken van het bestek der provincie. De heer Zwiers zegt, 'dat het Rijn- Schiekanaal het beste water is uit den omtrek, geschikt voor de oprichting eener zweminrichting. De heer Korevaar deelt mede, dat de heer v. Eek het water rond Leiden onderzocht heeft én dat het water in het Rijn-Schiekanaal zeer goed voor de zwemplaats te gebruiken is. Spr. deelt daarom de aangevoerde bezwaren niet. Het voorstel wordt goedgekeurd met 24 tegen 3 st., die 'van dc heeren Roem, Fokker cn Hoogenboom. lOo. Vcórstel tot onderhandsche op dracht van het baggerwerk en de uitvoe ring va j b:,k )incnde werkzaamheden in de gemeente Leiden aan P. van Ulden. B. en W. stellen voor het bagger werk op te dragen aan den heer P. van Ulden tegen bijbetaling door de gemeente van f 7800 's jaars. Hierbij komen in behandeling de adres- san van de heeren G. J. Hoogervorst te Zoeterwoude, P. Reineveld te Voor schoten en Gebrs. Blok alhier, om ook voor deze aanbesteding in aanmerking te mogen komen. Door den heer Sijtsma wordt voor gesteld bepalingen voor minimuini-loon en maximum-arbeid in de aanbestedings voorwaarden op te nemen. Ten slotte is ingekomen een adres vah gelijke strekking als de bovenstaande van den heer De W,olf. Naar aanleiding van deze requesten deelt wethouder Fischer mede, dat het voor de gemeente van het grootste belang is, een pachter te hebben, wier gegoedheid voldoende is voor het uit voeren van het baggerwerk. De inlich tingen, die B. en W. hebben ingewonnen omtrent de gegoedheid van drie der adressanten, zijn van dien aard, dat zij voor opdracht niet in aanmerking kunnen komen. Gebr. Blok zijn in de gelegenheid gesteld een aanbieding te doen en toen hebben zij een bedrag gevraagd van f 15.000. Tot dergelijke som kon geen sprake zijn hen voor dit werk in aan merking te doen komen. In het concept- contract met den heer Van Ulden zullen nog eenige wijzigingen worden gébracht betreffende desinfectie en loon en ar beidsduur. De heer Vergouwen gaat niet met het voorstel van B. en W. mede, dat, naar spr. meent, niet heelemaal in den haak is. Zoo is aan verschillende per sonen wel een contract ter inschrijving aangeboden, maar niet allen hetzelfde contract. En later zijn bovendien wijzi gingen aangebracht van groot b.elang. 't Geraamde bedrag ad f45.000 voor de oprichting van een bagg.erstaal acht spr. te hoog. Het kan best wat minder; men behoeft er geen soep van te eten. Spr. wijst op de wijzigingen in het contract, dat :Gebr. Blok is gegeven (voor wie spr. trouwens niet als page wil optreden. Gelach) en dat nu den Raad ter goedkeu ring is aangeboden. V.erschillen bestaan er b.v. wat het personeel aangaat, dat 10 man in het oude en 8 man in het nieuwe bedraagt, wat het aantal schuiten betreft enz. Spr. wenscht een ander onderzoek, ook Wat betreft de vraag van gemeentelijke exploitatie, waarvan een der deskundigen een beslist voorstander is. Spr. deelt ook het bezwaar niet, dat er geen goede baggerstalen beschikbaar zijn. Hij wil het land aan de Stinksloot daarvoor bestemmen en de begraafplaats voor cadavers opheffen. Deze cadavers kunnen verbrand worden. Spr. gelooft niets van de b.ewering van B. en W., dat een baggerbedrijf niet dan met ver lies kan worden geëxploiteerd. Daaren tegen; spr. heeft altijd vernomen, dat 't Daggeren voordeelig is. Spr. tracht uit voerig aan te toonden, dat de bagger geen verlies oplevert. In dit verband wijst spr. ook op de vel.e overtredingen door baggeren. Spr. hoopt, dat B. en W. het voorstel zullen terugnemen om een nader onderzoek in te stellen. De heer Sijtsma wijst er op, dat de deskundigen ook van oordeel waren, dat het baggerwerk zich zelf kon bedruipen. Spr. sluit zich bij den aandrang van den lieer Vergouwen aan en betreurt, dat de wethouder de adressanten financieel on machtig heeft verklaard. Spr. herinnert, dat 10 jaar geleden tegen Gebr. v. Ulden bezwaren voor de opdracht der reiniging zijn gemaakt wegens de vele boeten. Spr. acht gemeente-exploitatie 't beste; gaat dit niet, dan wenscht spr. openbare aanbesteding. De heer Pc ra sluit zich bij de vorige sprekers aan en wenscht voor anderen de inschrijving alsnog open te stellen. De heer A a 1 b e r s e wijst op den ver keerden indruk, door het adres van Gebr. Blok gewékt. Spr. gelooft, dat aan alle inschrijvers dezelfde voorwaarden aan vankelijk zijn gesteld, dioch dat later onderhandelingen zijn gevoerd met hen, die de laagste aanbieding deden. Spr. wenscht daarom vergelijking van de oor spronkelijke inschrijvingsbedragen. Ver volgens betoogt spr., dat de Raad voor een moeilijke beslissing staat. De zaak is door B. en W. voorbereid en de naam is genoemd van den laagsten in schrijver. 't Is -onbiHijk tegenover hem, thans een openbare aanbesteding te houden, waardoor de heer Van Ulden in een onvoordeelige positie komt. Spr. zal stemmen voor het voorstel van B. en W. De heer Korevaar, die de eerste onderhandelingen leidde, gaat de geschie denis van dit voorstel na en bestrijdt den heer Vergouwen, wiens gegevens die van belanghebbenden zijn, waarop de Raad geen beslissing lean nemen. Aan Gebr. Blok is een concept-contract ter goedkeu ring aangeboden met de bevoegdheid tot liet aanbrengen van wijzigingen, ten einde event, bezwaren uit den weg te ruimen en zoodoende een voor de ge meente zoo voordeelig mogelijk contract te bereiken. Zoo is gegroeid het con tract met den heer van Ulden. Spr. komt op tegen de verdachtmakingen in hef adres van Gebr. Blok. Alle belangheb benden zijn in de gelegenheid geweest mee te dingen. Waarom wil men open bare aanbesteding? Spr. acht deze niet in het belang der gemeente en betoogt, dat het verschil tusschen de onderhand sche inschrijvers altijd groot genoeg blijft. De heer Vergouwen dient met de heeren Zwiers en v. d. Eist een motie in, waarin een nader onderzoek wensche- lijk wordt geacht en punt 10 dus van de agenda wordt afgevoerd. Spr. acht het beste het baggerwerk in eigen ex ploitatie te nemen. De Voorzitter merkt bij interruptie op, dat reeds vroeger tot verpachting is besloten. De lieer Vergouwen wenscht in ieder geval onderzoek, of openbare aan besteding gewenscht is. Wethouder Fischer verdedjgt nader het voorstel, de openbare aanbesteding bestrijdend, omdat dan allerlei kleine aannemers mededingen en het cijfer van den heer Van Ulden bekend is. De heer Fokker bestrijdt uitvoerig het praeadvies en dient, mede namens de heeren Roem, Sijtsma en Botermans, een motie in, strekkend tot publieke uit besteding van het baggerwerk en het opnemen van bepalingen betreffende mi nimumloon en maximum arbeidsduur in de voorwaarden. De heer Per& neemt aan, dat B. en W. de zaak in alle eer en deugd hebben behandeld (gelach) en dat zij zich in niets te buiten zijn gegaan (gelach). Spr. con stateert, dat geen aanbesteding plaats ge had heeft naar vaste gegevens en wraakt in dit verband het woord „verdachtma king", door den heer Korevaar gebezigd. Spr. is voor uitstel. De heer Aalberse betoogt, dat de Raad is gesteld voor een fait accompli. Hij kan nu wel het beleid van B. en Wv afkeuren, maar hij zou immoreel han delen na publicatie van den prijs een openbare aanbesteding te houden. B. en W. zouden in de toekomst geen voor- loopige onderhandelingen meer kunnen voeren. Spr. acht verwerping van het voorstel in het nadeel der gemeente. De heer Korevaar constateert na drukkelijk, dat aan alle gegadigden in eerste instantie dezelfde voorwaarden zijn gesteld. B. en W. handelen in het belang der gemeente en niet in dat van hen, die baggerstalen exploiteeren. Er is herhaal delijk geaboucheerd inet dc gegadigden. Spr. sluit zich overigens bij den heer Aalberse aan. De motie-Vergouwen wordt verwor pen met 16 tegen 10 st., die van de heeren Botermans, v. d. Eist, Fokker^ Heeres, P. J. Mulder, Roem, Sijtsma,Ver gouwen, Zwiers en v. d. Pot. De motie-Fokker, door den voorsteller aldus gewijzigd, dat alleen sprake Is van publieke aanbesteding, wordt verwor pen met 17 tegen 9 st., die van de heeren Botermans, v. d. Eist, Fokkerj P. J. Mulder, Pera, Roem, Sijtsma Zwiers en van der Pot. De verder behandeling van 'dit punt< nl. dc voorwaarden van "het concept- contract, wordt aangehouden. Ho. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de aanschaffing van een tweede verdamper-reservoir en bijbehoo« rende werken ten behoeve van de koel<( inrichting van het Openbaar Slachthuis1* Goedgekeurd. 12o. Voorstel tot beschikbaarstelling

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 2