van houten s
OMA Cacao
Donderdag
December
1912.
BUITENLAND.
HEERLIJK
OPWEKKEND
4e Jaargang.
No. 961,
Bureau OUDE SIIVGEL 54, LEIDEN.
Interc. Telefoon 935. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHl|NT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN.
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week,
1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco
per post f 1 -50 Per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 21/, cent. met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent.
a
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 15 een
ingezonden mededeeiingen van 15 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Kleine Advertentiën: gevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop
(geen handels-advertentiën) 1—5 régels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden
betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
Sint Nicolaas.
Reeds dagen lang, als ge op den \va-
zig-mistigen achtermiddag of op den
klam-kouden avond een wandeling maak
te door de straten, was 't al beweging
en vroolijkheid, al leven en licht, dat u
tegenlachte en tegenstraalde. 't Licht
stroomde uit de winkels en over de
glimmend-natte steenen van de morsige
straten. Achter de ramen dier winkels
lag opgestapeld of liever op sierlijke,
kunstvaardige en de-aandacht-trekkende
.wijze geëtaleerd een keur van moois
en lekkers en... raars - b.v. zeep in den
vorm van suikerwerk en suikerwerk in
Iden vorm van zeep. De kinderen ver
drongen zich voor die etalages en ston
den pal en paf voor al dat heerlijks,
en staarden en staarden, alsof ze er een
beeld van moesten drukken in hunne
hersentjes om er thuis van te kunnen
vertellen en er van te kunnen droo-
tticn. En de grooten verdrongen zich
in de winkels, alsof het daar letterlijk
cadeau gegeven werd, alsof het geen
geld kostte.
Dat alles was 'n voorbereiding voor
den Sint-Nicolaasavond.
En die is nu als de lezers deze
courant thuis krijgen gekomen. Die
avond van echte, ^gezellige, gemoedelijke
huiselijkheid is gekomen.
De grooten worden dezen avond reeds
vei rast en staan blij-verwonderd, als ze
bemerken, hoe hunne huisgenooten of
vrienden met nauwkeurigheid hun wen-
sciicn en verlangens hebben bespied en
ze hebben ingewilligd. Zij staan blij-
verwonderd, als zij een surprise ont-
'/angen, die bevat een fijnen spot of een
aardige toespeling, of een vleiende
waardeering en er van getuigt,hoe anderen
hun intieme leven hebben gadegesla
gen
En de kinderenzij kunnen den
slaap niet vatten' en, als zij zijn inge
slapen, droomen zij van dien onbegrij
pelijk goeden Heilige, die hen morgen
ochtend verrassen zal.
Sint Nicolaas is een feest van vreugde,
een feest, waarop de menschen er naar
streven elkander gelukkig te maken.
Maarmaar er zijn zoovele armen.
Wij willen hier niet over uitweiden;
,wij zijn er van overtuigd, dat onze lezers
vandaag of morgen de armen niet zul
len vergeten.
Alleen dit willen we zeggen: als er
ooii een dag is, waarop men gemakke
lijk op uiterst kiesche wijze kan wel
doen, is het deze. Als er ooit een dag
is, waarop men met zijn gaven tot den
verborgen arme kan gaan, zonder hein
in zijn fierheid te kwetsen, is het deze.
En daarom mag en kan een rechtscha
pen mensch, een rechtgeaard Katholiek,
den arme vooral op dezen dag niet
vergeten
KAMEROVERZICHT.
TM EEDE KAMER.
Indische Begrooting.
Het loopende jaar schijnt onder alle
FEUILLETON.
DE TWEE VRIENDEN.
58)
Met een gebaar, dat Lydie Manon trof
door zijn tragische grootheid, met bit
terheid óp de lippen en verontwaardi
ging in de oogen, wierp hij den verra
der zijn stomme vervloeking tóe.
De kar reed voorbij, gevolgd door die,
.waarop een geheele familie werd ver
voerd, de d'Achets, ouden en jongen, ge
laten, bewonderenswaardig in hun moed
en fierheid.
Lydie Manon keerde zich om en zeg
de tegen Sicard:
Wat zijn zij schoon, die jonge
vrouwen. Het moeten monsters zijn, die
haar veroordeeld hebben.
Zij wees naar Hubert Nollan, die op
een zetel was neergevallen, zoo bleek
alsof hii door den bliksem was getrof
fen en ten derde male vroeg zij
Wat scheelt hem toch
Sicard antwoordde
Niets, een ontroering die gemakke
lijk te begrijpen is, ik heb u toch gezegd
'dat het landgenooten van hem waren,
zijn buren.
De dokter droogde zich het zweet van
het voorhoofd af en stond op
opzichten het record in breedsprakigheid
te moeten slaan.
We zitten nóg altijd in de Indische be
grooting. Nóg steeds hebben wij naar de
wenschen, verlangens, grieven en eischen
van de koloniale specialiteiten te luisteren,
die wij allemaal ook verleden, voorver
leden jaar en jaren achter elkaar al ge
hoord hebben!
De spraakziekte wordt inet den dag
erger. Vandaag is het reeds de 12e ver
gadering, aan de Indische begrooting be
steed! Verleden jaar werd ze in 10 ver
gaderingen afgehandeld, de omvangrijke
debatten over de kerstening van Indië,
de Islampolitiek, het boek van dr. Snouck
Hurgronje, de Minahassa-scholen en het
onderwijs inbegrepen. In 1910 had de
Kamer slechts 7 zittingen noodig!
De bedoeling van links schijnt te zijn
de begrootingen vóór Kerstmis niet af te
handelen. Rechts heeft dat in de gaten
en neemt daarom zeer beperkt aan het
debat deel, teneinde den opzet van links
te verijdelen.
Jammer genoeg heeft gisteren de heer
Bögaardt een vrijwel nutteloos debat uit
gelokt over het sorteeren van brieven
naar Indië op de mailstoomers. De afge
vaardigde van Breda meende, dat dit
overbodig was, en had daarom een amen
dement ingediend om dien post te schrap
pen. Hij liet zich evenwel door den Mi
nister overhalen op een toezegging tot
overleg ziju wijzigingsvoorstel naar de
prullemand te zenden.
De heeren Hubrecht, ter Laan en Ver-
hey hebben verschillende onderwerpen
besproken, die men in het verslag terug
vindt.
Avondvergadering.
Ambtenaars-belangen.
Vier moties tegelijk!
Er kan altijd nog sneer bij!
En dus zag de Kamer, behalve voor
vier moties-ter Laan, zich ook geplaatst
voor een vijfde motie, die van mr. Patijn.
'tWas waarlijk wonder, dat het daar
bij bleef.
Tijd in overvloed, niet waar, heeren van
links? De bëgrooting mag niet op tijd af
en vandaar moet er gerekt worden!
Van de redevoeringen wordt geen werk
gemaakt; men ontleent de argumenten
aan 'n brochuurtje, door de departe
mentsambtenaren dezer dagen onder de
Kamerleden verspreid.
Zonder zijn woorden overwogen te
hebben, spreekt inen er luk-raak op los
en praat tot 's nachts doof inet het resul
taat, dat men feitelijk den Minister in het
gelijk inoet stellen.
Wil de voorzitter de discussies laten
afloopen, dan komt een socialist gister
avond ter Laan met een motie van
uitstel.
Hij haalde evenwel een neus! Zijn
roode collega's lagen al te ronken en
niemand anders bleek geneigd het al te
ruwe obstructie-middel te steunen.
Toen moest ter Laan wel repliceeren.
Zoo'n rooic staat evenwel boven de wet.
Voor heni gelden geen afspraken, in
goed vertrouwen gedaan!
Een oogenblik later had hij al zijn
koelbloedigheid herwonnen.
Misleid door de schijnbare ongevoe
ligheid van Jean de Trémazan, van wiens
gelaat geen spier vertrokken was, toen
de kar met zijn ouders langs hem heéh
reed, zegde hij voor zich:
Ik bedroog mij, hij is het niet.
Toen hij trachtte hem weer te zien
stond de jonge man niet meer op de
zelfde plaats.
Snel had deze zich tusschen de me
nigte nieuwsgierigen geworpen, was de
rue Saint Florentin ingegaan, waardoor
hij een kortcren weg nam en bij het scha
vot kon komen, voordat de slachtoffers
van Hubert Nollan dit bereikt hadden.
Hij was sterk.
Met zijn krachtige armen had hij zich
een weg gebaand door de menigte toe
schouwers heen, die van alle kanten aan
stroomden.
Hij kwam achter de ruiters die opge
steld stonden rondom het afzichtelijke
werktuig, toen de hobbelende karren zich
aan den ingang van het plein, uit de rue
Royale vertoonden.
Er hecrschte diepe stilte.
De gendarmen zelfs schenen somber
en in zichzelf gekeerd.
Men zag' vrouwen wuiven en werk
lieden het hoofd ontblooten voor deze
veroordeelden, die naderden, bloots
hoofds met vochtige oogen toen zij, niet
Voor hem bestaat niet het fiere: een
man, een man; een woord, een woord!
Men had in onderling overleg met alle
fractie-voorzitters 10 minuten voor de
replieken vastgesteld.
Tei Laan evenwel vertrapte het zich
hieraan te houden. Hij wilde en zou
langer spreken.
En wat nu die moties betreft: hij
was bereid ze in te trekken, mits hij
vannacht niet behoefde te repliceeren!
Wat zegt men van zoo'n comedie-
vertooning?
Maar alles wordt opgehelderd, als men
weet, dat het over de salarissen en de
rangen van het heirleger departements
ambtenaren ging.
En mijnheer ter Laan is afgevaardigde
van den Haag. Mijnheer Dolk evenzóó;
ook mijnheer Dolk sprak....
In het begin der avondzitting was het
wetje voor de terugbetaling van pensioen-
penningen aan vrouwelijke ambtenaren
bij het aangaan van een huwelijk aan
genomen.
Een alleszins rechtvaardige jnaatregel,
waarvoor hulde aan Minister Talina.
ALGEMEEN OVERZICHT.
Zonder de Griekë-j is, zooals reeds
gemeld werd,
de wapenstilstand
door de Balkanstaten met Turkije geslo
ten. Toch weet men nog niet uit welk
oogpunt men die afzijdigheid van Grie
kenland moet beschouwen. Men voor
spelt zelfs over de mogelijkheid van een
afspraak tusschen de Balkanstaten, waar
door het niet deelnemen aan de wapen
stilstand door Griekenland, een verzwa
ring der bepalingen daarvan zou betee-
keneu. De mogelijkheid schijnt toch nog
te bestaan dat Griekenland als nog toe
treedt. Uit Sofia wordt gemeld dat Grie
kenland zich een etmaal bedenktijd heeft
voorbehouden en zelfs in geval van niet-
toetreden aan de vredesonderhandelin
gen zal deelnemen.
De correspondent van de Daily Mail
te Konstantinopel, meldt nog, dat het
bericht van het sluiten van den wapen
stilstand te Konstantinopel Dinsdag
avond ten eeuemnale als een verrassing
kwam.
Om half negen had de grootvizier iiem
nog gezegd, dat hij voor den volgenden
dag geen nieuws verwachtte. Volgens
dezen correspondent beschouwt men te
Konstantinopel den wapenstilstand als
een van voorloopigen aard, die gesloten
is om te voorkomen dat door Grieken-
land's talmende houding, de onderhan
delingen zouden worden afgebroken.
Griekenland is nu voor een uitgemaakte
zaak gesteld en zal, zoo denkt men, zeer
spoedig wel volgen.
Het protecol
van den wapenstilstand luidt:
,,Ten einde de bespreking van vredes-
preliminairen mogelijk te maken, hebben
de Turkschc, Bulgaarsche, Servische en
bii machte elkaar te omhelzen wegens
hun gebonden handen, hun aangezichten
tot elkaar brachten en elkander kusten
en moed inspraken.
Zoo dicht bij hen kon Jean de Tré
mazan zich niet langen bedwingen hij
wuifde met zijn zakdoek als een vaan
del en zond hen zoo zijn laatsten af
scheidsgroet toe.
Terwijl hij tusschen de paarden door
gleed hoorde hij hoe zijn moeder, al
vorens zich aan den beul over te geven,
riep
Voor God en den koning.
Zij zag hem aan.
Hij stond op het punt naar haar toe
te snellen, maar een ijzeren wilskracht
weerhield hem daarvan.
Wanneer hij stierf, wat bleef dan nog
over?
Hij moest leven.
Met oogen gloeiend van haat zag hij
de bijl neervallen op de hoofden diCj het
een na het ander, iu de mand rolden hjj
zag het bloed dat het schavot over
stroomde, hetzelfde bloed als in zijn
aderen vloeide; met benevelden blik aan
schouwde hij de nog trillende lichamen,
die de beul voor hem opstapelde.
Toen alles gedaan was^ toen het laat
ste hoofd was afgehakt, de laatste ont
hoofde romp was geworpen op den vree-
selijken stapel van nog warme lijken,
.wierp hij zich met een sprong tusschen
Ingezonden Medeaeelingen.
IS STEEDS EEN KOP
Montenegrijnsche regeeringen een wa
penstilstand gesloten voor onbepaalden
tijd. Wanneer de twee partijen het niet
eens mochten worden over de vredes
voorwaarden, zoodat de oorlog weder
hervat zou moeten worden, moeten de
oorlogvoerenden elkander 48 uren voor
den aanvang der vijandelijkheden daar
van kennis geven.
Door de generale staven van beide
partijen zullen neutrale zones worden
vastgesteld. Montenegro zal voor dit
doel speciale gedelegeerden zenden naar
Skoetari, Bulgarije naar Adrianopel, Ser
vië naar het westerleger en deze zullen
met de Turksche gedelegeerden de noo-
dige schikkingen treffen."
De bepalingen zijn, volgens de „Agen-
ce Bulgare" als volgt vastgesteld.
Ie. De oorlogvoerenden blijven in hun
de gendarmen, die na afloop van het
werk des doods, de gelederen verbra
ken en, tegenover de menigte, die uit
eenging om het bloedige schouwspel te
ontvlieden, de op hem gerichte blikken
trotseerende, naderde hij het schavot,
vyaarop hij had willen sterven en doopte
zijn zakdoek in het bloed, dat er vanaf
droop op het zand van het plein.
Vervolgens, zonder zich te bekomme
ren om de menigte van ruiters, nationale
garden, beulsknechten cn nieuwsgieri
gen, die hem verwonderd aanstaarden,
zond hij een kus aan hen. die niet meer
waren, vouwde het bloedige relikwie en
verborg het aan zijn hart en riep met
luide stem:
Gij zult gewroken worden
Niemand dacht er aan hem te grijpen.
De terechtstelling van die 12 slacht
offers, geofferd op het altaar der revolu
tie, had de krachtigste geesten verward
en alle toorn verlamd.
Niemand gevoelde zich meer veilig.
Gendarmen, beulen en toeschouwers
dachten er slechts aan naar hun kazerne
of woonplaatsen terug te keeren en zich
te verwijderen van. dien bloedstroom,
waarin zelfs de menschelijke rede scheen
te verstikken.
Hij verdween.
Eenige uren later, bij het vallen van
den avond, op het kerkhof van dc Made-
leine4 waar het medelijden van een vva-
stellingen.
2e. De belegerde vestingen wordeu
niet van nieuwen leeftocht voorzien;
3e. De aanvoer van levensmiddelen
voor het Bulgaarsche leger zal over de
Zwarte Zee en over Adrianopel geschie
den en wel van den tienden dag na de
sluiting van den wapenstilstand af;
4e. De vredesonderhandelingen zullen
den 13den dezer te Londen beginnen.—.
De internationale verhoudingen
zijn er, zoo begint men nu te meenen,
door de rede van von Bethmann Holl-
weg, niet beter op geworden. De Fran-
sche bladen vooral beginnen een pessi-
mistisclien toon aan te slaan, en ook in
Rusland is men van meening, zeg* de
„Frankf. Ztg." dat de toestand plotse
ling aanmerkelijk verergerd is.
ker hem vergund had te komen, kalmer,
het oog gericht op den weg dien hij
nu had te volgen, op de zending, die hij
nu te volbrengen had, was hij neerge
knield op het pas gevulde graf, dal de
stoffelijke overblijfselen omsloot van
hen, die hij had liefgehad.
Alleen in deze omgeving, liet hij zijn
tranen den vrijen loop.
Hij hoorde voetstappen achter zich.
Het was de doodgraver die hem kwam
zeggen
-- Wij' moeten sluiten, het is tijd, ga
heen.
Met een snelle beweging wiesch hij
zijn tranen af, als schaamde hij zich
over zijn zwakheid.
Hij stond op.
Een soort van geestvervoering, waarin
hij verkeerde, gaf aan zijn trekken iets
bovennatuurlijks.
Op het graf, dat hem heilig was, nam
hij een besluit.
Hij zou een eed doen.
Met plechtige stem zegde hij:
Mijn Qod, wanneer Gij rechtvaardig
en wanneer Gij goed zijt, en ik geloof
daaraan, schenk mij dan het leven en
de kracht om voor elk der slachtoffers
die hier rusten, het bloed van een beul
of een verrader te doen vloeien.
(Wordt vervolgd.)