30
BUITENLAND.
BINNENLAND.
3e Jaargang.
No. 879.
3)c ftzidóche SouAont
Bureau OUDE SINGEL 54, LEIDEN.
Interc. Telefoon 93S. Postbus 6.
DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAG, UITGEZONDERD ZON- EN FEESTDAGEN.
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering
en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week,
t 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco
per post 1.50 per kwartaal.
Afzonderlijke nummers 2Vs cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent.
Vrijdag
Augustus
1912.
De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 15 regels f 0.75, elke regel meer 15 cent
ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis
bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte.
Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop
(geen handels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden
betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent.
V Tegen Katholieke vereènigin-
gen.
De vereeniging van politie-b'eambtem
jte Leiden zal een, krachtige organisatie)
.worden, tenzij „de groove vereeniging
Zich splitst in verschillende kleinere ver-
'eenigingetjes."
Wia dit geschreven heeft, kunnen, we
(nog buiten, beschouwing latejn, maar voor
'in ieder, die eenigszins met de toestan
den te Leiden, op de hoogte is, zal het
duidelijk zijn, dat de schrijver van, deze
fwoorden de nog jeugdige R. K. Po-
ïitiebeambtenvereen,iging „een veeg uit
'den pan/' heeft willen geven, voor 'n
ieder zal het duidelijk zijn, dat de schrif
ver hier partij kiest voor ééne ma
nier van, vereenigen, n.l. het vereenigen
pp neutralen, grondslag, en dus de
imeening van de Katholieken, dat zij zich
op confessioneelen grondslag ver-
leenigen moeten, niet erkent. Dat is zijn
zaak, zal de lezer zeggen. Als de man er
voor is, dat slechts ééne vereeniging be
staat, de neutrale, en, de Katholieke of
landere confessioneele vereênigingen als
Wit de booze beschouwt, laat hij dan
ikleur bekennen, dan weten we tenmin
ste met wien we te doen, hebben. Juist,
we weten dan, met wien wij te doen
hebben, met een, vijand v&n Katholieke
pf andere confessioneele vereenigingen.
Maar nu... wie heeft die boven, weer
gegeven en, aangehaalde woorden ge-
Schreven? Wij vinden ze in hetneu
trale hier ter plaatse verschijn en,d dag
blad. Het neutrale, dus kleurlooze, blad
heeft kleur bekend, het is n„l. tegen
Andere, dan, neutrale vereenigingenhet
(neutrale, dus partijlooze blad, heeft zich
partij gesteld.
De bewering zelf kunnen we nu weer
niet gaan, weerleggen, we hebben dit
i.L Woensdag npg gedaan. Maar deze
vraag: meent de schrijver ernstig dat
er zoovele „kleine vereenigingetjes" zul
len ontstaan? Als zij die Jiet tot hun
plicht rekenen, dat te doen, zich veree-
nigen, op confessioneelen grondslag, zul
len we dan. meer dan hoogstens drie)
vereenigingen hebben En kunnen die
drie vereenigingen, de neutrale, de chris
telijke en de Katholieke, niet krachtig
(federatief samenwerken,?
't Was ons alleen, te doen aan te too-
nen„ aan welken invloed wij het te dan
ken hebben, als ons Katholiek vereeni-
gingsleven, niet bloeit, zoóals dat te
wenschen, is. 't Zijin niet enkel socialisti
sche geschriften of slechte lectuur ,die
een nadeeligen invloed uitoefenen. Wij
hebben hier een, andere vijand gesig
naleerd.
Gebrek aan argumenten.
Gisteren hebben we ronduit onze mee-
Tiing gezegd over het min-gelukkige feat
.der voortzetting thans van den „Oranje-
bloem"-verkoop, ditmaal een woordje
(aan 't adres der Haagsche „jonge vrij
zinnigen", die den drijfveer, welke tot
dien verkoop leidde, verdacht trachtten te
maken.
De heertjes hebben een vrij fel mani-
festje rondgestrooid, waarin zij niets meer
of minder zeggen dan dit: die verkoop is
ook alweer politieke scheurmakerij, want
FEUILLETON.
De Erfgenaam van hertog Jean.
NAAR HET FRANSCH.
31)
Mijn vader stond op en liep met be
zorgd uiterlijk op en neder in het ver
strek. Zijn herinneringen stemden over
een met die van moeder Crustaud. Hij
^herinnerde zich -volkomen, de enveloppe
pp de schrijftafel te hebben laten liggen,
jen ze er ook gezien te hebben gedu
rende het eerste gedeelte van het bezoek.
fïMen had er zich licht van meester
ilkunnen maken in het gedrang, dat plaats
had gehad, toen de troep zich naar het
liatelier begaf. Hoe meer inijn vader na
dacht, des te waarschijnlijker kwam hem
Ide diefstal voor, en zijn anders zoo goe
dig gezicht stond zeer norsch, toen hij,
na nieuwe onderzoekingen en nieuwe
overwegingen, met een diepen zucht ver
klaarde:
„In die zaak moet licht komen, en
zoo spoedig .mogelijk, al ware het slechts
om geen onbillijke vermoedens te blijven
koesteren. Het verlies van het geld kan
tne weinig schelen; m,aar uit moreel
de opbrengst strekt louter ten voordeele
der Christelijke Militaire Tehuizen.
Maar jongelui, als iemand een eerlijke
onderneming op touw zet, behoeft hij
■V>ch de opbrengst niet met z'n buurman
te deelen, al oefent deze een geestver
want vak uit. Hebt ge b.v. indertijd reden
gevonden om van uw torentje alarm te
blazen, toen de „Sobriëtas"-bloem louter
ten bate der R. K. drankbestrijding ver
kocht werd? Immers neen. Daar stak
dan ook waarlijk niets achter. Misschien
hebben eenigen uwer wel zelf zoo'n
blauwe knoopsgatversiering gekocht,
want ze flatteerde heel aardig. Maar
waarom dan thans zoo'n verre van vrij
zinnige drukte? Met den verkoop der
„Oranjebloem" wordt ook een uitste
kend doel beoogd, waar niemand iets
tegen kan hebben. Integendeel, wie zal
'tniet goedkeuren, dat men jeugdigen
militairen een tehuis biedt, waar omgang
en inrichting bezield worden door den
zelfden goeden geest, dien zij in eigen
kring leerden waardeeren? En wat steekt
er nu toch in vredesnaam voor politieks
achter, wanneer men daarvoor wat geld
tracht in te zamelen door langs den
openbaren weg een bloempje te ver-
koopen?
O ja, „zekere Juni-gebeurtenis" nadert
en dan moet men trachten overal poli
tieke munt uit te slaan. Maar dan ver
raadt het toch een leelijk gebrek aan
argumenten, als daarvoor zelfs een on
schuldige beweging als die der „Oranje-
bloem" dienst moet doen. Dit hadden de
Haagsche heertjes van te voren moeten
bedenken, maar daar zijn ze niet beza
digd genoeg voor.
ALGEMEEN OVERZICHT.
Ondanks alle officieele tegenspraak,
blijft het berichten stroomen over de
V redesonderhandelingen
Nu komt weer de „Echo de Paris"
beweren, op grond van inlichtingen, uit
diplomatieke kringen ontvangen, dat de
vrede veel spoediger te wachten staat
dan de Italiaansche bladen willen doen
gelooven. Immers, zoo zegt het blad,
in waarheid hebben de officieuse ver
tegenwoordigers van beide landen, die
eergisteren te Eirau en Lausanne bijeen
kwamen, in de moeilijkste kwesties een
oplossing gevonden. Zij zijn het nl. over
de volgende punten eens geworden:
le. Italië zal voorkomen, dat het Ita-
liaansch annexatie-decreet in het vredes
verdrag genoemd wordt; 2e. er zal een
wapenstilstand gesloten worden; 3e.
Turkije zal een bijzondere erkeniing van
zijn suzereiniteit over Tripolis eischen;
4e. Italië zal toestemmen, dat deTurken
zich in een streek van Cyrenaica ver
eenigen, waar zij vanaf den wapenstil
stand tot 't sluiten van den vrede kunnen
verblijven; 5e. Italië zal een hooge scha
devergoeding betalen aan de z.g. domein
goederen in Tripolis; 6e. Italië zal na
afloop der vijandelijkheden de eilanden,
die het in de Aegeïsche Zee bezet heeft,
ontruimen, zoodra de voorwaarden daar
toe zijn vastgesteld.
oogpunt is het feit van gewicht. Léon,
ga jij de zaak aan broeder Regimbertus
vertellen, terwijl het nog tijd is om raad
te plegen, en spreek er met nilemand
over. Er moet vooral voorzichtigheid,
kieschheid en, zoo noodig, toegevend
heid getoond worden."
De rol beviel me te goed om me
niet te haastenzonder goed te luisteren
naar de aanbevelingen mijns vaders, ging
ik al heen.
Evenwel waren reeds bijna alle leerlin-
gen naar huis teruggekeerd, toen, ik in
de school aankwam. Ik had den tijd
gehad om mijn kleine toespraak in,een'
te zetten, en mijn, mededeeling, in de'
aandoenlijkste termen, gedaan, maakte
een pijnlijk-levendigen indruk op den
Broeder-overste, die ontsteld uitriep
„Een dief onder onze kinderen
Neen, dat is niet mogelijk.... Ik sta voor
allen in als voor mij zelven, behalve...."
Hij weifelde, inaar ik begreep zijn ge
dachte.
„Broeder Cisturnus, ga, als ik u ver
zoeken mag, broeder Claudius ontbie
den," ging broeder Regimbertus voort.
Broeder Cisturnus, schier bezwijlmend,
zoozeer was hij geschokt 'ging zijn
collega halen. Op zijne beurt op de hoog
te van het gebeurde gesteld, had broeder
Claudius eerst een ooeenblik van, piin-
Ook de „Corriera della Sera"- geeft
nu toe, dat er in Zwitserland onder
handelingen begonnen zijn. Volgens het
Milaneesche blad zouden die onderhan
delingen sedert veertien dagen gevoerd
gevoerd worden, voor Italië door den
vroegeren minister Bertollini en den be
kenden Venetiaanschen koopman Volpi,
voor Turkije door de gezanten van dat
rijk in Sofia en Cetiinje: Fahr-eddin bei
en Nabi bei, Volgens de Corriera della
Sera" gaan de onderhandeling nog niet
zoozeer over bindende overeenkomsten,
maar hebben er meer voorloopige bespre
kingen plaats met het doel eikaars stand
punt te leeren kennen. Vandaar dat de
oorlog voor het oogenblik wordt voort
gezet, zonder rekening te houden met
liet samenkomen der woordvoerders.
Van die voortzetting merken we anders
niet veel, of het moest zijn uit het jongste
bericht, dat een Italiaansch pantserschip
met 4 kruisers en een torpedoboot voor
Beiroet zijn aangekomen.
Wat den oorlog in Tripolis aangaat,
valt echter te vermelden, dat de com
mandant, generaal Caneva, gisteren naar
Italië vertrokken is, om daar zijn verlof
door te brengen. Hieruit zou men kunnen
ebsluiten, dat de Italianen op dit oogen
blik de operaties willen opschorten en
op een waepnstilstand wachten.
De Marokko-kwestie
dreigt weer op een geschil tusschen
Spanje en Frankrijk urt te loopen.
Minister Poincaré heeft gisteren met
Geoffray, den gezant van Frankrijk te
Madrid, die tijdelijk te Parijs vertoeft,
gesproken over de houding van den
Spaanschen consul te Mogador, die kort
geleden tusschenbeide gekomen is ten
gunste van den pretendent El Heiba, ten
gunste dus van iemand, die tegen het
Fransche gezag strijdt, den heiligen oor
log tegen Frankrijk uitgeroepen heeft en
negen Franschen te Marakesj gevangen
houdt. De houding van den Spaanschen
consul heeft der Fransche regeering reeds
aanleiding gegeven door haar zaakgelas
tigde te Madrid opheldering daaromtrent
te laten vragen. De „Temps" meent te
weten, dat de Fransche regeering thans
vastbesloten is de SpaansTftie regeering
tot een krachtige tusschenkomst bij haar
ambtenaren te dwingen, zodat dezen bun
anti-Franschgezind optreden staken.
Wat den toestand in Marakesj aangaat,
wordt zoo goed als niets bekend wegens
de onmogelijkheid om de verbinding met
de stad te onderhouden. Echter meldt
de „Morning Post" het volgende:
Boodschappers, die het vijfvoud van
het gewone bodenloon ontvingen, heb
ben te Mogador brieven uit Marakesj
aangebracht, waarin gemeld wordt, dat
honderden oproerlingen te Marakesj de
eigendommen van de Europeanen zoo
goed als die van de inboorlingen plun
deren. Het komt er onophoudelijk tot
botsingen, waarbij geschoten wordt, tus
schen gewapende plunderaars onderling
of tusschen dezen en de inwoners der
stad De zee.r groote Joodsche bevolking,
die in de Jodenwijk is opgesloten, ver
keert in een beklagenswaardigen toe
stand, want zij verkeert in de onmogelijk-
lijke aandoening, maar vervolgens sprak
hij met beslistheid:
„Er is hier een vergissing in, het spel."
Die loochening van, onze scherpzin
nigheid 'kwetste mij diep. Mijn pralend
gewicht deed me genoegen vinden in
dit kleine drama, waarin ik een, zoo voor
name ról speelde, en mijn, afkeer van
broeder Claudius deed me bijna een
schandaal verlangen dat hem onaange
naam zou zijn.
„Houdt u ons dan voor lasteraars
vroeg ik scherp.
„Neen, zeker niet, maar iedereen, kan
zich vergissen."
„Verklaar ons dan, hoe de bankbil
jetten hebben kunnen verdwijnen?"
„Daar weet ik niets van; maar wèl
weet ik, dat geen enkel van, onze kinde
ren ertoe in staat is, ze te hebben] ont
vreemd."
„Geen enkel vroeg ik' op spottenjden
toon. „Daar is er minstens wel één,
voor wien ik niet borg zou staanu on
danks zijn bekeering sinds korten tijd."
Broeder Regimbertus en broeder Clau
dius keken elkander aan, en schubden
bezorgd het hoofd.
„En toch zeg ik „neen,", hernam broe
der Claudius„ofschoon de schijn te
gen hem is, Pierre heeft dat niet ge
daan."
Tieid om zich van levensmiddelen te voor
zien.
GEMENGD.
Volgens het Nowoje Wremja komt
Sa son of, de Russische minister van
buitenlan,dsche zaken, na Londen en Pa
rijs ook te Berlijn, waar hij den, rijks
kanselier en, den minister van buiten-
landsche zaken, zal spreken.
De Koln. Ztg. verneemt uit Bern,
het program van de reis van den D u i t-
schen keizer in Zwitserland.
Voor den 3den en 4en September blijft
het als vroeger vastgesteld. Donderdag
den 5den komt de keizer met een extra
trein op het manoeuvreterrein. Dienzelf
den dag voor den middag, keert hij naar
Zurich terug. Tot Vrijdagmiddag blijft
hij daar. Dan gaat hij naar Bern, des
avonds vertrek vandaar naar Konstanz.
De nationale inschrijving voor de
Fransche militaire luchtvaart
heeft tot dusver 3.768.058 fr. opge
bracht.
De Duitsche revisionistische socia
list Heine heeft op een, vergadering van
socialisten te Dessau een, eigenaardige
verklaring afgelegd. Alleen een domme
droomer kan meenen, dat, als de oor
log is verklaard, een algemeenjie
staking dien, nog voorkómen kan.
Worden wij door een inval bedreigd
dan zal in alle standen der samenleving
het instinct van het zelfbehoud alle theo
rieën en de vurigste vredelievendheid
op zij schuiven.
Te Wanne bij Bochum, is een ze
kere Hausner gevangen genomen, onder
verdenking dat hij voor 12000 M. aan
een vreemde mogendheid de spoorweg
regeling voor de mobilisatie van,
het Duitsche leger heeft willen
verraden.
Naar de Times uit Andriëwitsa ver
neemt, hebben, de opstandeli ngen
uit Berane den pasja geantwoord,
dat zij alleen vrede kunnen sluiten, als
er gelijke rechten aan, Christenen en Mo-
hamedanen, worden verleend. Zij verlan
gen voorts dat de verbrande huizen en
schuren herbouwd en alle schade zal
vergoed worden, op kosten van den staat
dat de officieren aan, de grens terug
geroepen zullen worden en dat de on
schuld der Serviërs zal erkend en hun
godsdienst geëerbiedigd zal worden,.
Dinsdagmorgen hebben de troepen
van Said I d r i s het kamp van het
Arabische hoofd Hib Nihegi op 20 K.M.
noordwaarts van Zora aangevallen. Het
gevecht viel gunstig voor de 'troepen,
van Said Idris uit. De Turken haddein
50 dooden verscheidene hoofden en par
tijgangers van, Hib Nihegi werden ge
vangen, genomen.
Uit Keulen wordt aan de Lokal-
Anzeiger geseind: „De Pruisische doua
ne heeft, om het smokkelen van
sacharine tusschen Nederland en
Duitschland tegen te werken, het toe
zicht ove rde spoortreinen, die over de
grens komen, aanzienlijk scherper ge
maakt. De spoorwegbeambten, hebben,
last de tolbeambten bij de visitatie te
helpen. Spoorwegbeambten,, die smok
kelaars betrappen, krijgen belooning in
geld.
Zijn stem was angstig, smeekenjd, diep
ontroerd.
Ik zag dat ik den spijker op den kóp
had geslagen, en met het wreed genoe
gen van een slechten triomf, ging ik
voort
„O, dat zou van hem hoegenaamd niet
te verwonderen wezen. Dat kind heeft
altijd een slechten aard gehad, en het
zou zeker zijn eerste vergrijp niet zijn."
„Hij is nog hier" zei broeder Regim
bertus met een diepen zucht, „en het
eenvoudigste is hem te ondervragen."
„Gaan we niet zoo haastig te werk,"
hernam broeder Claudius levendig. „Zou
men niet eerst nog eens nadenken, zoe
ken, informeeren, alvorens een zoo ern
stige aantijging te doen?"
De Broeder-overste krabde verlegen
z'n hoofd.
„(Men kan niet te voorzichtig zijn in
zulke zaken," merkte broeder Claudius
zeer zenuwachtig, op. „Denk om de mo
gelijke gevolgen van een, lichtvaardig
uitgesproken vermoeden, aan de veront
waardiging van het kind, als het onschul
dig is, en als het schuldig is, wat ik
niet geloof, aan de uitersten,, waartoe
zijn wanhoop het zou kunnen brengen."
„Als hij onschuldig is, zal hij zich
rechtvaardigen," zei ik brutaal, „en als
hij schuldig is, dan kan 't me weinig
Koninklijke besluiten.
Bij Kon. besluit zijn benoemd bij het
personeel van. den geneeskundigen
dienst der landmacht tot paardenarts 2e
kl. de veeartsen H. J. Weekenstroo en
T. D. Sigling
is aan de officieren machinist le kl.
H. J. A. Lagaaij en G. P. W. van der.
Klugt eervol ontslag verleend
zijn bij den Marine-stoomvaartdieinst
bevorderd tot officier-machinest le klasse
G. A. Gall en K. C. W, E. Hantzsch;
is aan den, luit. ter zeer 2e kl. in
Oost-Indië T. C. baron van Aerssen
Beijeren van, Voshol, eervol ontslag ver
leend
zijn bevorderd tot luit. ter zee 2e
kl. de adelborsten le kl. L. A. C. M;
Doorman, J. W. Langeler, K. W. F. M.
Doorman, P. de Booi, A. R. Meijer, C.
J. baron van Asbeck, M. C. de Jong,1
H. L. Timmers Verhoeven, G. P. Wou
ters, G. E. V. L. Beekman, G. A. Dag-
nelie, J. T. Stroeve, P. A. Willemsen,
N. A. Rost van Tonningen, J. P. Buys
E. J. Voute, D. J. baron van Lyndeny
J. P. Abbinga,. F. P. Snethlage, C.
Noyon, J. M. Luden, J. W. D. Kuyl,
L. F. Klaassen, J. Fruin, J. C. Knegt
mans, J. W. Henny, W. H. G. Palm,
en K. Muller, en tot officier van admi
nistratie 2e kl. de adjunct-administra
teurs F. A. Kuhn, J. W. Goossens en C.
A. Huijsman. j
De Prins en de ontginning.
Gisteren heeft Z. K. H. de Prins der
Nederlanden een bezoek gebracht aan
de bebosschingen, van den Staat nabijl
Kootwijk en Garderen, in hoofdzaak ge
legen onder de gemeente Barneveld. Hij
was daarbij behalve van zijn adj. Bijl de
Vroe vergezeld van zijn opperhoutvester
Tutein Nolthenius, den directeur-generaal
van den landbouw van Hoek, de burge
meester van Barneveld baron v. Nagell,
den inspecteur van de staatsbosschen v.
Dissel en den houtvester Hesselink. Het
is bekend, dat de Prins bijzonder veel
belang stelt in alles wat ontginning en
boschwezen betreft. Dit toont Z. K. H.|
door zelf op zeer groote schaal de be-
bossching van honderden H.A. heide ter
hand te nemen. Dat blijkt ook uit zijne
talrijke bezoeken aan ontginningenin
het bijzonder schijnt Z. K. H. zich te in
teresseer en voor de bebossching van de
uitgestrekte zandverstuivingen tusschen
Barneveld en Apeldoorn, e-en reuzenwerk1
dat de Staat zich hier tot taak1 heeft ge
steld. Jaarlijks komt de Prins den gang
van het ontginningswerk dn oogenschouw
nemen. Elk jaar hebben de frissche, jon
ge dennen, langzaam maar zeker, meer
veld gewonnen op het woeste terrein zijn'
meer kleurige arbeidershuisjes afwisse
ling komen, brengen in het landschap.
Een subsidie-quaestie.
In de gister gehouden vergaderinlg
van den Raad van State, afdeeling voor
de Geschillen van, Bestuur lichtte Prof.
schelen, wat hij doen zal."
„Zoo, waarlijk!" zei de Broeder, mij
strak aanziende. „Zou het u weinig kun
nen schelen, als er een ongeluk ge
beurd
De nadruk, welken hij op die laatste!
woorden legde, was zoo vreemd, dat
ik onwillekeurig sidderde. Vervolgens
kwam me het denkbeeld zoo ongerijmd,
de ontroering van den grijsaard zoo on
gegrond voor, dat ik, de schouders op
halend, opmerkte:
„Het belang, dat gij in uw gunsteling
stelt, voert u wel wat ver, Broeder. Dus
volgens u zou ik me moeten laten be
stelen, om de teergevoeligheid van dien]
kleinen deugniet te ontzien. Een dwaze
opvatting van de gerechtigheid
„De gerechtigheid vordert de kastij
ding van den, schuldige, als er een schul
dige is," antwoordde broeder Claudius
met vaste stem. „Maar naast de justitie
staat de goedheid, die nooit haar rechten
verliest. Men kan veroordeelen met
zachtheid, straffen met gematigdheid,
medelijden hebben met de slechten,- God
wil den dood des zondaars nietmnar
dat hij zich bekeere en leve. En wie' van!
oqs h^efj niet te eeniger tijd toegevend
heid en medelijden npodig gehad?"
(Wordt vervolgd.)