Ui. de Pers. BINNENLAND. Tweede Blad, behoorende bij De Leidsche Courant van YVoénsdag 5 juni no. 807. KAMEROVERZICHT. TW EEDE KAMER. De Arbeidersziekteverzekering Duys is gisteren aan het woord ge- jveest; dus was het een onvruchtbare dag. Da vergadering, die pas om half twee aanving (want de Kamer had den voor middag besteed aan afdeeiingsonderzoek), hield zich eerst eenigen tijd bezig me; conclusies over verzoekschriften, waar van men de strekking en het resultaat elders in ons blad kan lezen. Toen begon Duys te praten, praatte den heelen middag door en was om half vijf nog niet gereed. Veel zaaks heeft hij biet gezegd, laat staan dat hij wat nieuws tc berde bracht. Hij bestreed den heer {Tydeman en diens aanbeveling van de vrijwillige gesubsidieerde verzekering, ging dr .de Visser te lijf, omdat deze een boek van dr. Möller citeerde, welke schrij ver volgens Duys een „leugenpiet" is, en Stelde ten slotte de redevoering van dr. Kuyper in een bespottelijk daglicht. De Zaandamsche jongeling had zelfs zooveel eigendunk, dat hij voor de onbe nulligheden, die hij verkocht, de aandacht der Kamer durfde opeischen. Gedachtig aan het spreekwoord: ee:: brutaal mensch heer; de halve wereld, v, K hij om 4 uur zijn rede afbreken, omd i de rechterzijde heel weinig beiangsteliir. voor zijn woor den toonde. isof de Kamerleden niets janders hebben te verlichten dan te luisteren naar een speech voor een socialistische vijf-cents meeting! Terecht werd de Voorzitter boos over zoo'n onuitstaanbaar optreden. Hij riep Duys voor de zooveelsie maal, tot de orde en was absoluut niet van .plan de vergadering te verdagen voor half vijf. Hoopte de president, dat Duys dan zou zijn uitgerateld Helaas, ook om half vijf was ,Duy!s piet klaar. Vandaag m .ten wij weer naar hem luisteren. De socialisten werken welphard aan de sociale wetgeving -ede.'door vWoorden en afbrekende -critiek! Maar niet door daden. Daarentegen houden zij de daden Öoor h un woorden te n. Bij de alge- liieene beschouwngein hebben drie so cialisten reeds het woor gevoerd. Duys 'sprak 4 uur, Schaper 1- uur, Troelstra 3 uur en nu nog eens Duys. 't Is wel erg machtig. En al dat ge- redevoer geschiedt niet om afwijkende pic-eningen toe te lichte in, de socia listische pa tij is het verboden er een eigen meening op na te ouden, maar ff: leen oin het standpunt der socialisten te ontvouwen. Als dit geen geheime tegenwerking Is Een uitvlucht. Men zal zich herinner,.dat bij de be handeling in de Tweede Kamer der ar- beidswet-ncvelle door mr. Aalberse een. jh men dement was ingediend, strekkende '/om den arbeid der gehuwde vrouw op fa brieken en werkplaats te verbieden. Tegen dezen bij uitstek socialen maat regel verzetten zich toen de socialisten en bloc, en geen hunner gaf aan dit amende- jment zijn stem. „Het Volk" heeft nu weer een nieuw argument gevonden om de tegenstem der Kamerbroederen goed te praten, zegt de 'Maasbode. Heel gewichtig komt ze met statistieken aandragen, ten bewijze, dat in de laatste ,il0 jaren de loonarbeid der gehuwde Vrouw is afgenomen, als wilde ze leggen, dat dus een verbod als door het ^amendement-Aalberse bedoeld overbo dig was. En dan speelt zij deze troef uit; „Men kan gerust zeggen, dat, met de In onze arbeidersklasse daaromtrent heerschende opvattingen, slechts vrouwen, die dien arbeid absoluut moe FEUILLETON. Een Martelaar. (NAAR JiET DUITSCü.) 42) Wenceslaus had zich van lieverlede her steld. De afmatting had. naarmate hij yjneer tot zich zelf kwam, voor zijn beken- jjie woestheid plaats gemaakt. De schuldige gegrepen, liet vergif door Jfcen ander gedronken, het waren zooveel gingen, welke hem van zijn grooten angst fpevrijdden. Maar een terugblik op het ygebeurde, de gedachte vooral dat hij nau welijks een uur geleden een prooi des jjoods ,had kunnen zijn, dreven hem cr toe, in den wijn vergetelheid te zoeken. Hij hief dan zijn zilveren beker op cn ijbraeht dien ter hoogte van zijn mond. iv Mijn God, riep hij plotseling, terwijl ij ij hem op de tafel zette, gij roept niet jjneer: dc Koning drinkt. Nochtans, mij- '*ie heeren, is het thans het oogenblik en fovcnal om er bij te voegen „Leve de ko- ifngl'i In een minuut waren alle bekers ge- yuld Sfi ide kreten„Leve de koning, de ten verrichten om te Jcunnen Jeven, naar minder loonenden arbeid zouden zijn verjaagd." Hoe hebben wij het nu?, Past zulke overweging wel in het kader der alleen zaligmakende leer van Marx? Wat reactionair-burgerlijk klinkt zulke motiveering! De socialistische theorie toch is niet gewoon, dergelijke overwegingen te doen gelden. Zij schrikt er niet voor terug heel het maatschappelijk verband uit elkaar te rukken waar het de doorvoering geldt van hare eischen. Waarom dan ten aanzien van den ar beid der gehuwde vrouw van dit stand punt afgeweken? Ach, deze kwestie heeft een godsdien- stigen ondergrond, de Katholieke opvat ting van de roeping der vrouw. En als de sociaal-democratie gevaar loopt zich er aan tc bezondigen, dat het huwelijksleven naar Christelijk model zou worden hervormd, dan past zij daarvoor. Ze laat duizendmaal liever een ergerlijken misstand als deze rustig voortbestaan. En tracht zich dan te redden door een ultra-bo u rgeois-a chtige ui (vlucht De „roode" toekomststaat. Wie een kijkje wil hebben in den zoo hoog geroemden en idealen socialisti- schen toekomststaat, zegt het C e n t r u m, moet op het oogenblik maar eens gaan zien in de Antwerpsche havens, waar de socialisten den baas spelen en den werk gevers de wet willen voorschrijven, hoe bij het aanmonsteren van zeelieden ge handeld moet worden. Sterker staaltje van dwingelandij is mis schien nog niet vertoond. En als dit zoo al geschiedt op het oogen blik, behoeft men niet te vragen, wat een tyrannic en schrikbewind er zal heerschen als de roode heeren eens werkelijk de baas werden. Het geldt in de Antwerpsche havens; Alleen werk voor socialistische zeelieden en de kapiteins kunnen er beleefd om ko men vragen bij de roode aanvoerders. Hoe de zeelieden zelf behandeld wor den? Een maniefst van de zeelieden, die zich van den bond willen afscheiden, zegt het overduidelijk. De Bond was opgericht met een goed doel en ter verbetering van den toestand van de zeelieden. Maar wat is door het binnendringen van slechte elementen er van geworden? Deze meestal geen zee lieden regeeren als autocraten en be handelen de zeelieden als slaven. Vrijheid van handelen, van discussie bestaat niet meer. Alles wordt beslist tus- schen bestuur en een twintigtal rondloo- pende spionnen. Vele bedrogenen hebben het ware .ka rakter van het socialisme leeren ju zien en hebben den Bond den rug toegekeerd. Anderen, die het ook gaarne zouden doen, durven niet uit vrees voor broodroof en slaag. Bond van R. K. Kiesvereenigingen in Friesland. Zondag werd te Leeuwarden de 26ste algemeene jaarvergadering gehouden van den Frieschen Bond. Na opening door den voorzitter ver krijgt de secretaris van den Bond het woord tot het lezen der notulen. Daarna ontspon zich een nog al heftige discussie over hei oprichten van een R. K. dagblad in Friesland. De discussie werd afgebroken door de komst van den heer J. G. Suring, om te spreken over de „Fi- nancieele'gelijkstelling van bijzonder en openbaar lager onderwijs". Spr. begint met '1 rapport der Commis sie voor Grondwetsherziening. Hij leest het artikel 192 der Grondwet voor. Dit is niet meer van onzen tijd, zegt spr.de macht der feiten heeft 't bewezen. En geen wonder, dat de Commissie een heel andere redactie voorstelt. Maar ook is ;t geen wonder, dat de linksche heeren der Commissie 't niet met het voorgestelde eens zijn, dat zij 'topenbare onderwijs als regel wenschen, en dat aan het bij zondere alleen onder zekere voorwaar den een geldelijke bijdrage kan worden verleend. Spr. eindigde zijn rede met te zeggen, getracht te hebben aan te toon en, koning drinkt!" daverden door de feest zaal. Alleen de koningin had er niet aan ge dacht, haar echtgenoot den gezondheids dronk te brengen. Wenceslaus had zulks gemerkt, zijn ge laat betrok nog meer. Drink dan, mevrouw, riep hij. Hij vulde zelf haar beker en reikte haar dien over. Met bevende hand nam Johan na hem aan, doch zij miste de kracht hem te ledigen. Met de doodskleur op het ge- laat en geheel verstijfd stortte zij ochter- over in haar zetel, stiet daarbij haar voor hoofd tegen de rugleuning en viel in be zwijming. Wenceslaus stond op om haar hulp te verleenen. Hatto plaatste zich nu tusschen den ko~ ning en Johanna. Veroorlooft uwe majesteit de vrou wen der koningin te roepen? vroeg hij. Wenceslaus gaf een teeken van toe stemming en trad terug tot bij het kiiiis- venster. Johanna werd naar haar vertrekken ver voerd. Toen zij tot bewustzijn gekomen was, drukte zij de handen tegen het voorhoofd en trachtte het gebeurde jn haar geheu gen terug te coep.en, .dat ons nog lang geen recht, dat ons grif onrecht geschiedt en dat hieraan alleen een einde kan worden gemaakt, wanneer 1913 ons de overwinning geeft. Na de pauze stelde het bestuur de volgende motie voor: „De 26e Friesche Landdag, gehoord de hierop betrekking hebbende discussiën, is van oordeel, dat de actie van het friesche comité, om te komen tot de oprichting van een dagblad voor cle Noordelijke provinciën, slechts zal mogen worden beschouwd als een enquête,waar uit zal blijken, of de oprichting kans van slagen heb be." Daar niemand zich tegen deze motie verklaart, wordt ze zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Daarna verkrijgt mr. A. baron van Wijnbergen het woord tot het houden zijner politieke rede. De traditie vereischt een politieke rede, zeide spr., hoewel er thans niet veel aan leiding toe is. Het volgende jaar ïs dat anders. Dan staat ons een driedubbele verkiezing te wachten. Wij verkeeren thans in het stadium van voorbereiding, en daarom is er alle reden ons af te vragen, wat is er voor te bereiden. Eenheid is dringend noodig. Verbrok keling zou ons schuldig doen zijn als de Fransche Katholieken. We moeten werken voor onze groote hulp: de pers, over de gansche linie, die zonder voorbehoud de coalitie steunt Geeft de wrijving op sociaal gebied tusschen de verschillende deelen van rechts geen reden van bezorgdheid, vraagt spr. Bij ons heerscht zeker geen slaalsche tucht als bij de S. D. A. P., wjer zeven mannetjes altijd gelijk stemmen. En bij de stemming over het pantserschip (een zuiver technische kwestie, bazuinde de linksche pers), waren allen van links, op een zieke na, aanwezig eti allen stem den tegen. En of men links de democratie vindt, zal de stemming van Woensdag leeren. Het zal dan wel blijken, dat de demo cratie van rechts meer doet dan die van links. Eenstemmigheid in alles is trouwens ook onmogelijk. Het verschil van meening raakt niet het beginsel, doch alleen de technische uitwerking van dit beginsel. Zelfs bij de eindoplossing van de school kwestie zal er nog wel verschil bestaan over de vraag, hoe die dient tc wezen. Spr. wil waarschuwen tegen ééne zaak: dat ill. de sociale verzekering niet met onverschilligheid worde ontvangen. Lang genoeg is er om gevraagd, en .iet volk heeft getoond, ze te begeeren. Zeker, de verzekering eischt van allen •een stukje vrijheid. Maar wij doen niet mee aan de liberale vrijheidstheorie. Zoo moeten we ook, tcrwille der verzekering, zijn voor de tariefwet 'tEene sluit 't andere in. Laat 't volk dit goed begrijpen In 1913 zal de strijd weer zijn: rechts tegen linksvoor of tegen den Christus, als Zone Gods; of het gezag steunt op God, of niet. 't Zal kortom de strijd zijn, 'of in 'topenbare leven rekening zal ge houden worden met Gods bestaan. Den. strijd tegemoet getreden, opge weld onzen plicht gedaan, gearbeid en gebeden, opdat Hij ons werk moge ze genen, opdat Hij ons moge uitreiken de zegepraal! Deken Veithuyzen, de eere-voorzitter, sprak een hartelijk woord van dank aan de aanwezigen (er waren zeker een 700- tal personen) en aan de sprekers, waarna de voorzitter de vergadering met een kort woord sloot. STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 4 Juni Aan de orde is de conclusie van het ver slag der commissie over de verzoekschrif ten omtrent een adres van het hoofdbe stuur van den alg. bond van onderofficie ren der Kon. Marine en het korps mari niers om verhooging van soldijen, strek kende om ten aanzien van dit adres over te gaan tot de orde van den dag. De heer Bogaardt (R. K.) de voor zitter van de commissie, thans aanwezig verdedigt hare houding tegenover de aan vallen van den heer Hugenholtz. De com missie had besloten het adres neder te leggen ter griffie tot inzage van de leden. Door een vergissing van den rapporteur is voorgesteld over te gaan tot de orde van den dag. De heer Hugenholtz (S. D.) meent, dat nu het stuitende van de con clusie vervallen is. De heer Ankerman (C. H.) verklaart, dat er geen verband be- "stond tusschen zijn gesprek met den Mi nister en de conclusie van de commissie. De conclusie wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Een zelfde conclusie wordt voorgesteld ten aanzien van een adres van klerken bij de rijksbelastingen, eveneens om ver betering van loon. De heer Hugen holtz (S. D.) stelt nu weer voor: zen den aan den minister om inlichtingen. De conclusie van de commissie wordt echter goedgekeurd met 50 tegen 20 stem men. Omtrent een adres van marechaussees verzoekende terugbetaling van h. i. ver keerdelijk ingehouden bijdrage voor we duwen- en weezenfonds (zij zijn nl. in de positie geen vergunning voor huwelijk te kunnen krijgen wegens gebrek aan wo ningen voor gehuwden in de Jcazeniee- ring), wordt voorgesteld tot overgaan tot de orde van den dag. ff a een uitvoerig debat wordt een door den heer Ankerraa a (C. H.) namens de commissie nader gedaan voorstel, om den Minister een afschrift van het adres te zenden, opdat deze zelfstandig denoodige stappen kan doen, verworpen met 50 tegen .19 stemmen, waarna een voorstel van den heer Thomson (U. L.) om het adres naar de Ministers van Oorlog en Justitie ter fine van inlichtingen te zenden zonder hoofd, stemming wordt aange- n o m e n. Daarna wordt voortgegaan met de al gemeene beschouwingen van de wets ontwerpen tot regeling van arbei dersziekteverzekering. De heer Duys (S.D.) repliceert. Een groot deel van zijn rede is gewijd aan de wraking van het gezag van 'n Duitsch werk, geschreven door Müller, waarop de heer De Visser zich had beroepen. Herhaaldelijk maant de Voorzitter hem aan niet al te veel personaliteiten en hatelijkheden uit te spreken. De heer Duys beroept zich op den voorzitter van den Duitschen Rijksdag die uitdrukkingen toeliet, welke deze voorzitter afkeurde. De Voorzitter wenscht niet in zijn leiding te worden gecritiseerd op die wijze: elk parlement heeft zijn eigen zeden en gewoonten. De heer Duys gaat voort en richt zich tegen den minister, wiens rede hij van belang acht om hetgeen er niet in, werd gezegd. Het ontwerp is geioetst ook aan de gem een e gratie, waarover dr. Kuyper sprak, onchristelijk, mammonistisch. Woensdag zet spr. zijn rede voort. Gemeentezaken. Gemeenteraad. Voor de raadsvergadering van Donder dag is alsnog aan de orde gesteld: Na punt 3. Benoeming van eene onderwijzeres aan de school der 3e klasse no. 2. Benoeming van een onderwijzeres aan de school der 3e klasse no. 6. Na punt 13. Voorstel tot het verleenen van afschrij ving van plaatselijke directe belastingen, dienst 1911. Voorstel tot aankoop van het perceel Burgsteegno. 6 en tot beschikbaarstelling van de voor dien verkoop benoodigde gel den. Voorstel tot aankoop van het perceel Heerengracht no. 25 en tot beschikbaar stelling van de voor dien verkoop benoo digde gelden. Een nieuwe hulpbank van Leening. Eenigen tijd geleden deelden de Com missarissen der Gemeentelijke Bank van Leening aan B. en W. mede, dat het zeer noodzakelijk was verbetering te brengen in den toestand, waarin het hulpkantoor A aan het Utrechtscheveer no. .9 verkeerde. Van de in werkingireding dor nieuwe Pandhuiswet toch was eene belangrijke vermeerdering van het aantal belceningen Het eerste woord dat zij sprak was: Otfried. .Toen verscheen voor haar een bleek gelaat, dat het behangsel van haar bed tot nu toe had verborgen. .Wenceslaus was daar, om het ontwaken van de ramp zalige vorstin te bespieden. Otfried, sprak hij bitter. Het is aan hem dat gij het eerst denkt? Sire, antwoordde de koningin, gij zijt gered, maar hij, hij is zeker verloren. Gij durft er in mijn tegenwoordigheid bedroefd over te zijn? Waarom zou ik mijn genegenheid voor hem verbergen, she? Weet gij dan niet dat zijn vader den graaf van Henegou wer. het leven redde? Otfried is mijn broeder. Otfried is door mijn stervende moeder gezegend. Otfried was uw verloofde, Johanna. God weet, hernam de koningin, dat ik uw £chtgenoote werd zonder eenige bijgedachte, zonder spijt; zoo gij uw hart en uw geweten ondervraagt, zult gij mij moeten bekennen, dat gij aan de oprecht heid mijner genegenheid gelooft. Ik ben jaloersch, zeide Wenceslaus. Hebt gij daartoe het recht? Men heeft altijd het recht om te lijden. Dit lijden beJeedigt mij. &WCÊT. sprak koning, ZWfifiC jbij uw Ingezonden Mededeelingen. eeuwig heil, bij uw ziel, bij.... Ik zal niet zweren, antwoordde Johanna; gij antvingt mijn antwoord aan den voet des altaars, dat is voldoende; zoolang gij door uw argwaam haar krenkt, die u tot levensgezellin en tot eer van uw huis ge geven werd, zullen mijn eeden niets doen voor uw rust.... Ach, Wenceslaus, ver volgde- zij, had ik geen recht iets beters te verwachten. De koning leed zichtbaar. Een door Hatto ingeblazen argwaan folterde zijn geest. De herinnering aan de valsche woorden van zijn ouden gun steling hield zijn geest bezig. Zeer veel omstandigheden schenen voor de waarheid van Hatto's woorden te pleiten. Daarenboven zal de geringste gebeurte nis stof tot verdenking geven aan hem, die de vlam der jaloezie niet uit zijn geesi weet te verbannen. Dat was dan ook voor Hatto een reden om Wenceslaus hei voorval in Juliette's huis te herinneren. Die vraag of Johanna, koningin van Bo- hejmen, ;er toe gekomen was, ejm den vriend harer kindsheid, den metgezel barer jeugd, den verloofde, waarvan men haar zoo ruw gescheiden had, uit haar geest te verbannen, martelde hem. De .sqhuld van .Otfried was. voor h|em het gevolg. De bergplaatsen voor de pan-, den zijn gehee! ongeschikt, terwijl de toe gang tot het perceel zeer gebrekkig is. Op drukke dagen moesten dan ook personen die van de bank gebruik maakten menig maal op de stoep biijven wachten, totdat zij konden worden geholpen en op de Zaterdagavonden en des Maandagsmor- gens moest in den laatsten tijd zelfs de bijstand van de politic worden ingeroepen teneinde de lossing en de beleening der panden in goede orde te kunnen doen plaats hebben. Afdoende verbetering van het pand acht ten Commissarissen ten eenenmale uitge sloten. Thans berichtten Commissarissen dat zij voor den koopprijs van f 10.200 tot 10 Juni a.s. in koop hebben het perceel .Hee rengracht no. 25, welk pand naar het oor deel van den Directeur van Gemeente werken met betrekkelijk niet hooge kos ten tot een geschikt hulpkantoor met wo ning voor den hoofdbeambte kan worden ingericht. De gevraagde prijs komt B. cn W. met Commissarissen niet bovenmatig hoog voor en zij geven den Raad daarom in overweging tot aankoop van dit perceel over te gaan. Voor de benoeming van een onder wijzeres aan de openbare school der 3d: klasse no. 2 (van der Werffstraat) worden voorgedragen de dames le. A. M. Gest- man, 2c. T. Overdiep, tijdelijk alhier en 3e. G. L. Mouwen, tijdelijk onderwijzeres te Noordwijkcrhout en voor de benoe ming van een onderwijzeres aan de. open bare schooi der 3e klasse no. 6 (Paul Krü- gerètraat) de dames le. M. H. B. Teeu- wen, 2c. S. M. Meijer en 3e. Chr. Meijer, allen alhier. B. en W. bieden den gemeenteraad een 2e lijst van aangeslagenen op het ko hier der plaatselijke directe belasting .1911 aan, die zijn overleden of de gemeente hebben veriaten. Voorgesteld wordt ai- schrijving op deze aanslagen te verleenen, B. en W. stellen voor van C. A. L Keuls, wij'nkooper alhier, aan te koopen het perceel Burgsteeg no. 6, ter groette van plm. 148 vlerk. M., voor de som van f 6750. Dit perceel grenst aan de Burcht en de Graanbeurs. B'.ijkt het derhalve met het oog op brandgevaar noodig een nieu wen toegang tot de Graanbeurs te ma ken, dan is het wel gewenscht, dat de go meente de beschikking over het perceel heeft. Rechtszaken. Kantongerecht te Leiden. De Kantonrechter veroordeelde: Wegens dronkenschap bij herhaling; J. L. te Leiden tot 3 d. Wegens dronkenschap: P. 3.- en D. Tx tot f3 of 2 d.; Ch. v, d. 3., J;. A., P* onbetwistbaar, en in die richting aan zjjn gedachten den vrijen loop gevende, kwam hij er toe ook aan Johanna's schuld te geliooven. Was Wenceslaus (djood, (dan icon de koningin zich ieen machtige partij vormen* Immers, men aanbad Jiaar in Bjöheinen; haar deugden verwierven haai de volks gunst; haar jeugd, ^schoonheid en hoe* danigheden, wélke haar de toejuichingen eener geestdriftige menigte verwierven, konden de prijs zijn van de goedkeuring van talrijke vrienden, die het iop zich wil den nemen voor Otfried partijgangers aan te werven. In een tijdperk, waarin de verkiezingen 'elkaar met zonderlinge snelheid en ge makkelijkheid opvolgden, kon het ge beuren, dat Notberg's zoon, de voor malige page, bijna een fortuinzoeker, zich! een kroon veroverde. In die eeuwen toch! waren het dikwijls de soldaten, die de koningen maakten. Een reeks van verschrikkelijke en snelle gebeurtenissen volgden elkaar als een! visioen in 's vorsten geest op. De vluch tige gedachte, dat Johanna medeplichtig kon zijn aan deze misdaad, vestigde zich in zijn geest. (Wordt .vervolgd,)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 5