Uit Stad en Omgeving. tot vestiging der vreemde industrie ook op Nederlandsch gebied, om dan de concurrentie met de Nederlandsche in dustrie te kunnen volhouden. Indertijd verplaatsten zich ook b.v. uit Tilburg naar FrankrijkNederlandsche industrieelen en fabrieken met hetzelfde doel. De Tarief- wet beteekent voor Limburg een ver meerdering van werk en een opbloeien der industrie, die hier door den vrijhandel totaal geknakt en vernield is. De politie te Delft. In de jongste zitting met gesloten deu ren van den gemeenteraad heeft een van de leden, uit naam van den hoofd inspecteur van politie, een door dezen onderteekende nota overgelegd, behelzende mededingen over ernstige wanverhou dingen, welke zouden bestaan in de hoo- gere rangen van het politiecorps. De blirgeineester heeft daarin aanlei ding gevonden een voorloopig onder zoek in te stellen, waarbij! hij aan den hoofd-inspectcur een verhoor afnam, waarin dc klachten opnieuw werden be vestigd. Aan genoemden hoofd-inspecteur is daarna, op zijn verzoek, een maand da delijk ingaand verlof verleend. De burgemeester zal, als het onder zoek gesloten is, het dossier in handen stellen van den officier van justitie te 's-Gravenhage. De Bakkerswet. Door het Bestuur van het Bakkers comité is een adres aan de Tweede Kamer gericht, waarin zij op reeds be- 'kende gronden de Kamer verzoekt, het wetsontwerp tot beperking van den nacht arbeid in broodbakkerijen en van den arbeidsduur der bakkersgezellen niet aan te nemen, LEIDEN, 15 Mei. De Bakkerij-tentoonstelling. Wij hc hedenmiddag eens een Kijkje geno.1 het Bondsgebouw waar morgen de nationale bakkerij-tentoonstel ling wordt geopend. Allen waren nog druk aan den arbeid om de tentoonstelling gereed te krijgen. Alen was bezig met het opstellen van standen, het monteeren van machinerieën, het in elkaar zetten van vitrines, kortom met al die werkzaamheden die ^erricht moeten worden om morgen keurig voor den dag te komen. Op 't oogenblik kan men zich moeilijk een juist denkbeeld vormen, hoe de ten toonstelling er bij de opening zal uitzien. Daarvoor ligt alles nog te veel in chaoti sche wanorde dooreen. Maar dit toch staat vast, dat zij een bezoek overwaard wezen, zoowel voor vakgenooten als voor leeken. De mannen van het vak zullen een aan tal machinerieën in werking vindra, die die hun bij de broodbereiding van dienst zijn. Er wordt o.a. opgesteld een comple te weeg- en kneedmachine en arldere krachtwerktuigen. Grondstoffen en ingre diënten bij het brood-, koek- en beschuit- bakken worden in allerlei soorten aange troffen, terwijl andere standen weer het 'afgewerkte product vertoonen. De brood fabriek De Vereeniging heeft al een zeer eigenaardige, in 't oog loopende reclame ontworpen. Een groote korenmolen staat boven dc vitrine, waarin de producten der onderneming worden geëxposeerd. Een aardig denkbeeld is de uit suikerwerk vervaardigde oven van de firma de Boer, dre door den veelzeggenden naam „Ide- aal'4 wordt aangeduid. Wij willen echter de tentoonstelling niet vooruitloopen, te meer omdat er over de verschillende inzendingen eerst pas iets definitiefs te zeggen valt, als zij gereed is. De groote zaal en de conversatiezaal zijn geheel ingenomen. Er is met de plaats ruimte gewoekerd en letterlijk geen plek je is onbenut gelaten. Het podium wordt in beslag genomen door een collectieve in zending van de Broodbakkerspa'troonsver- eeniging. In de conversatiezaal zullen het hoofd zakelijk de voortbrengselen der koek- en banketbakkerskunst zijn, die de aandacht zullen vragen. Hier zuilen staaltjes van groote meesterschap in dit vak te bewon deren zijn, maar van dit alles was begrij pelijkerwijze nu niets te zien. Met de op stelling wacht men zoo lang mogelijk. In een hoekje bij het buffet is de tom bola,een tombola die er wezen mag. iWat al mooie prijzen werden door een vaardige dameshand keurig gerangschikt, zóó mooi en aanlokkelijk, dat iedereen die de prijzen ziet, een lootje wil koopen, vooral daar de opbrengst ten goede komt aan liefdadige doeleiinden. De prijzen be staan uit de meest uiteenloopende voor werpen; zij zijn alle aan de commissie ge schonken. Mevr. de Gijselaar schonk bijv. verschillende keurige handwerken, leder een moei zelf maar eens naar de collectie gaan zien. Gedurende den duur der tentoonstel ling worden de concerten gegeven door de Harmonie St Gregorius en de dames- en heeren-zangvereeriigingen St. Cecilia, die daarvoor een plaats zullen innemen op de tribune. Een electrische piano zal overdag voor de noodige muzikale afwis seling zorgen. R.K. Vacantie-kolonies. Hedenmorgen te 9.18 vertrokken een 10-tal kinderen naar Egmond aan Zee tot een verblijf van 4 weken in de R.K. Vacantickolonie. De kinderen werden uit gezonden door het Plaats. Comité voor R. K. Vac, Kol., alhiejr en gingen pp reis onder geleide van een der bestuur leden. Ouders en familieleden waren bij het vertrek aan het station aanwezig ep mochten getuige zijn van den opgewek- ten geest, welke onder de jeugdige ko lonisten he er sch te, op wier gelaat te le zen was, dat blijde dagen van ongekend genot hen te wachten stonden. Moge zonneschijn en zacht weder-het verblijf dier zwakke en herstellende kleinen be gunstigen, opdat ze gezond en versterkt naar lichaam en geest alhier mogen te- rugkecren. Naar we vernemen zal bin nenkort nog een tweede groep vanwege het Comité naar de boschkolonie te Heerle-Wouw (N.Br.) worden uitgezon den. Kindervrienden, steunt dit schoone werk, met uw bijdragen. Bij de batterijen van het 2e reg. veld-artillerie alhier zijn gisteren de mili ciens der lichting van 1907 voor de helft voor herhalingsoefeningen onder de wa penen gekomen; de andere helft komt al daar op van 10 Juni tot 5 Juli. ROOMSCHE AGENDA. Donderdag 3 uur. Bondsgebouw, Rapenburg 10. Opening der Bakkerij tentoonstelling van St. Hubrecht. Tot en met 27 Mei. Bondsgebouw Rapenburg 10. Bakkerij-Tentoonstelling. TER AAR. De raad dezer gemeente zal vergaderen op Dinsdag 21 Mei des voormiddags om 11 uur. Onderwerpen ter behandeling zijn o.a.Rekening der gezondheidscommissie over 1911. Af- en overschrijving op de begroöting 1911. Aanbieding van het gemeenteverslag over 1911. Herziening der jaarwedde van den veldwachter. Vaststelling der belooning eener tijdelijke onderwijzeres. WOERDEN. Bij kon. besluit is be noemd tot ontvanger der registratie en domeinen alhier de heer J. C. Bemer, thans ontvanger der registratie en do meinen te Zevenbergen. GEWESTELIJK GEMENGD, 'n Lastige wandeling. Men schrijft uit Aalsmeer aan de „Mrbd." Een aardig melkmeisje in onze ge meente was Zondagavond de aanleiden- de oorzaak, dat er in de Verlengde Dorpsstraat een volksoploop ontstond, 't Zal zoo ongeveer negen uur geweest zijn, toen de schoone met haar gaiant, een jongeling uit 't Oosteinde, langs on ze straten wandelde. En dat scheen lang niet naar genoegen van enkele jonge lui van 't dorp. Dan is het nog al eens de gewoonte, dat zoo'n vreemde het kwaad te verantwoorden krijgt. Zoo ook nu weer. Nauwelijks de Kerkbrug ge passeerd, werd hij aangevallen, en zou er minder goed zijn afgekomen, als hij niet zoo hard om hulp geroepen had, dat de bewoners uit de huizen kwamen, om, indien noodig, hem te ontzetten. Geluk kig hadden de vechtersbazen hun aanval reeds gestaakt, en was hij er met een paar onbeduidende schrammen afgeko men. De politie werd er bij gero-epen, en toen kon de jongeling met zijn meis je ongestoord verder wandelen, ,,'t Is toch lastig" zal het meisje wel gedacht hebben, „als er zooveel verliefd op je zijn Gistermorgen is de timmermansknecht J. Blaas, werkzaam bij den bouw van het station der H. E. S. M. te A a 1 s m eer, van een ongeveer 15 meter hoogen steiger gevallen, met het gevolg, dat de man na een paar uren overleed. Kerknieuws. De Zeereerw. pater Egbertus Smeets, overste van het college der paters Fran ciscanen te Quaracchi bij Florence, zal eerstdaags naar ons vaderland terugkee- ren. Pater Egbertus trad in 1889 in de orde der Franciscanen. Nadat hij aan de universiteit te Leuven gepromoveerd was als licentiaat in de godgeleerdheid, werd hij in 1901 door den Hoogwaardigsten pater generaal zijner Orde naar Italië geroepen, om aan het bekende college van den H. Bonaventura te Quaracchi werkzaam te zijn. Academienieuws. LEIDEN. Geslaagd voor het candidaat examen in de Nederlandsche letterkunde de heer G. Kalff Jz. (Leiden); theore tisch apothekers examen Mej. B. Cath, (Leiden). Bevorderd tot doctor in de rechtsweten schap op „Stellingen" de heer Cornelis Gerard van Eek, geboren en wonende te 's Gravenhage en na verdediging van een academisch proefschrift, getiteld „De Staat en de ouderdom in het vereenigd Konink rijk (1908), Old Age Pensionact". Mej. Theodore Gertrude Huët, geb. te Delft, wonende te Leiden. Onderwijs. Examens m. o. teekenen en boetseeren. Bij beschikking van den minister van binnen- landsche zaken, is bepaald, dat de commissie, belast met het afnemen van de akte-examens middelbaar onderwijs in het teekenen (Ma tot en met Mk) en in het boetseeren (O.) voorliet jaar 1912 zitting zal houden te Rotterdam en zijn oa. benoemd tot leden dc heeren P. J. Kramer, directeur der vakteejcenschool van de Academie van Beeldende Kunsten te Rotterdam en assistent aan de Technische Hoogeschool te Delft, wonende te LeidenW. C. A. Ridderhof, leeraar aan de school van het genootschap „Mathesis Scientiarum Genitrix" te Leiden. Examens L. O. AMSTERDAM, 14 Mei. Geëx. 8 candidate». Geslaagd de dames: W. M- Ar,laud te Water graafsmeer A. C. van der Roest, W. J, M. van Huystee, J. M. Wilhelmus, R. Petersen en A. W. G. Warning, allen van Amsterdam. BREDA, 14 Mei. Geëxamineerd 8. Geslaagd 6, nl. de dames A. P. L. Kramers, P. Roeleven, A. M. van der Riet te OudenboschM. H. I. Bloemsaat te OosterhoutA. F. Boelen te Oir- schot; H. C, M. Boesen, te Breda. 's-GRAVENHAGE, 14 Mei. Geëx. 8 manne lijke cand. Geslaagd: L. G. van Willigenburg, J. A. Santfort, W. A. ScliarwHchter, W. H. van Seben, W. F. E. Smelik, allen 's-Graven- liage en J. Schouten, Delft. HAARLEM, 14 Mei. Geëx. 8 mannel. cand. Geslaagd de heeren W. Koelman, Zaandam; N. F. Kooistra, Leiden P. Krabbendam, F. Kramer, A. M. Kroon, allen te Haarlem S. de Lange, te Leiden. UTRECHT, 14 Mei. Geëx. 8 cand. Geslaagd de dames P. C. van Balen, F. C. Brons-Middel beiden te Gouda E. ten Have, P. W. S. Neer voort en Y. A. de Wind, allen te Utrecht. V rij e- e n or denoefeningen. HAARLEM, 14 Mei Geslaagd: J, Greiner. Haarlem; R. Kramer, P. dc Jong, H, Korf, allen te Enkhuizen, "STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag 14 Mei. De behandeling der Bakkerswet wordt voortgezet, doch voorloopig bij art. 1 lx omdat de Minister een wijziging hoeft ingediend op art. 6 en volgende (ontheffing in speciale gevallen van het verbod van nachtarbeid voor alleenwer- kende patroons), welke wijziging inmid dels gedrukt en rondgedeeld za! worden. Art. 11 nu bepaalt, dat voor de toe passing van de artikelen betreffende den arbeidsduur van den bakkersgezel, werk zaamheden van den bakkersgezel, be staande jn het rondbrengen van brood, steeds geacht moet worden te zijn verricht in de onderneming van het hoofd of den bestuurder, door of namens wien hem het brood is overgedragen. Op dat artikel is een amendement voor gesteld door de commissie van rappor teurs, dat bedoelt om de artikelen be treffende den arbeidsduur van den gezel niet van toepassing te doen zijn ten aan zien van een bakkersgezel, die, als het hoofd der onderneming een vrouw is, in haar plaats den arbeid in de brood- bakkerij leidt of die bij ziekte van het hoofd of den bestuurder dezen vervangt, indien zijn naam schriftelijk is medege deeld aan het districtshoofd der arbeids inspectie. Na eenig debat tusschen de heeren El horst (A.R.), Schaper (S.D.) en Minister Talma, wordt dit amende ment zonder hoofdelijke stem mingaangenomen. Daarop komt aan de orde art. 12, rege lende den arbeidsduur van den bakkers gezel. Het regeeringsontwerp wil deze aldus geregeld zien. dat óf tusschen begin en einde der werkzaamheden niet meer dan 12 uren liggen; óf anders zijn ar beidsdag in tweeën wordt verdeeld door een onafgebroken rusttijd van zóó langen duur, dat de tijd vóór en na dien rusttijd te zamen niet meer dan .11 uren is. Voorts mogen de bovenstaande tijden van 12 en 11 uren 16 uren zijn: a. op de dagen, waarop in de broodbakkerij jn den nacht bakkersarbeid mag worden ver richt; b. op de dagen, waarop in de broodbakkerij nachtarbeid mag worden verricht van 3 uur 's nachts af; c. op de- dagen, waarop in de broodbakkerij nacht arbeid wordt verricht ten hoogste drie nachten in een kalenderjaar, doch in eiken nacht niet meer'dan 3 uren; d. op vijf tien andere dagen in het jaar. Eindelijk bepaalt het regeeringsartikel dat als onafgebroken rusttijd niet mag gelden de tijd, dien de arbeider moet doorbrengen in de inrichting waarin de broodbakkerij gevestigd is. Op dit regeeringsartikel verdedigt de heer Schaper (S.D.) eenige amende menten, strekkende tot invoering van den maximalen 10-urigen arbeidsduur op ge wone dagen en van den ,15-urigen op Za terdag, met bepaling tevens, dat de werk zaamheden op één dag zoodanig moeten geregeld zijn, dat tusschen begin en einde van de werkzaamheden niet meer dan 12 uren liggen. Het regeeringsartikel toch laat volgens spr. ruimte om den arbeids dag van den gezel in tweeën te verdeelen en spr .vreest daarvan het gevolg, dat de bakkersgezel in liet midden van den dag geruimen tijd vrij zou zijn, •echter ten koste van voldoende nachtrust. De overige amendementen beoogen om den gezel voldoende rusttijden te ver zekeren. MinisterTalma bestreed het stelsel- Schaper als te ver gaande en het bedrijf te zeer bindende, vooral omdat $chaper den 10-urigen arbeidsduur wil doen vallen tusschen een tijdruimte van 12 uren tus schen het begin en het einde der werk zaamheden. Wat de heer Schaper be oogt met den Zaterdag komt neer op een 13-urigen arbeidsduur, want hij vraagt een 15-urigen arbeidsdag en daarvan moeten nog eenige uren rust af. En dit, niettegenstaande de eischen van den heer Schaper in 1910 niet zoo ver gingen als toen, want toen stelde hij zich tevreden m et een 15-urigen arbeidsdag. De Minister handhaafde dus zijn eigen stelsel, dat gematigd is en het bedrijf jn de gelegen heid stelt zich aan te passen aan den nieuwen toestand. Na ;rqpliek trok de f'j?er Schaper een zijner amendementen in, nadat de Minister met nadruk verzekerd had, dat de rusttijden in de wet voldoende waren verzekerd. Hierop werd gestemd over de amende menten-Schaper. Dat betreffende den 1 (burgen .arbeids duur en een 12-urigen arbeidsdag werd verworpen met 48 tegen 15 stemmen. Dat betreffende den 15-urigen arbeids duur op Zaterdag werd verworpen met 49 tegen 16 stemmen. Het derde amendement (onderbreking van den arbeidsdag door een of twee rusttijden van gezamenlijk 2 uur wordt verworpen met 48 tegen 17 stemmen. Artikel 12 wordt hierop z. h. st. aan genomen, evenals verschillende andere artikelen. Hierna wordt weer terug ge gaan naar art. 6. De wijziging welke de regeering daaraan heelt aangebracht, komt hierop neer dal de dispensatie van het verbod van nachtarbeid voor alleen- werkende patroons, indien zulks kan ge schieden zonder bezwaar voor anderer belangen, verleend kan worden alleen door den burgemeester den Commissa ris der Koningin of den Minister en welvoor de eerste maal voor niet lan ger dan één jaar, voor de volgende ma len voor niet langer dan drie jaren, doch in ieder geval kan worden ingetrokken indien blijkt, dat het hoofd of de be stuurder van het bedrijf in den regel met hulp van cén of meer anderen bak kersarbeid verricht. Beroep op den Minister blijft open. Van de beslissingen van den burgemees ter of den Commissaris der Koningin. De heer Schaper (S.-D.) hoewel erkennende dat de aangebrachte wijzi ging het artikel verbeterd beeft, hand haafde zijn principieele bezwaren. De heer Limburg (V.-D.) gaf den Minister nog een wijziging van redac- tioneelen aard in overweging. De heer Borgesius (U.-L.) erken de ook dat in de door den Minister aan gebrachte wijzigingen iets goeds is ge legen, maar betoogde, dat zijn hoofdbe zwaar tegen bet artikel was gebleven. Spreker achtte het verkeerd, dat een burgemeester vergunningen kan ve»Iee- nen of weigeren. Ook had hij er bedenking tegen, dat het artikel de arbitraire macht van den Minister, waartegen gisteren zulk een felle oppositie was gericht, intact laat. Immers Minister zal in hoogste ressort besluiten. De heer De Savornin Lobman (C.-H.) betoogt, dat onze nationale wel vaart ten gronde zal gaan als een Minis ter moet beslissen of al dan niet de con currentie geschaad zal worden door een ontheffing van het verbod van nacht arbeid. Maar toch zal spreker vóór het artikel stemmen, omdat de Minister, die een studie van dc zaak heeft gemaakt, dezen maatregel nu eenmaal noodig acht, en spreker er niet toe wil medewerken om een wet slechter te .maken dan zij al is. Maar vvèl zal art. 6 nu voor spreker een rede te meer zijn, om tegen de ge- heele wet te stemmen. De heer Bos (V.D.) wil niet mede ken tot een maatregel, waardoor de broodnijd, die in het bakkersbedrijf toch al zeer groot is, nog sterker zal worden. De Minister van Landbouw, Handel en Nijver h eid, de heer Talma, verdedigt nader de regeling en zet uiteen, dat men wezenlijk geen fatale invloeden heeft te vreezen bir de te nemen beslissingen over ontheffin gen. Overigens strekt deze bepaling der wet zich slechts uit over een kleinen kring. Na nog eenig debat komt het gewij zigde artikel in stemming ra wordt aan genomen. Staande de vergadering wordt nu in gediend een amendement van de heeren Thomson, Verhei], Eland, Dolk, De Jong (Hoorn), De Jongh, Van Doorn, Roes- singh, Jannink, ra Goeman Borgesius, allen unie-liberalen, om in tc voegen een artikel 6ter, beoogende toe te staan dat nachtarbeid mag worden vericht in een onderneming, waarin dezelfde arbeider nooit langer dan tra hoogste 6 nachten in drie weken des nachts en per etmaal nooit langer dan 8 uren bakkersarbeid verricht. Dc Voorzitter achtte dit weliswaar een herleving van het amendement Goe man Borgesius betreffende het drieploe- grastelse!, dat eenige dagen geleden is ingetrokken, maar had toch geen for meel bezwaar oin het amendement toe te laten, omdat over dat beginsel door in trekking van het amendement nog geen beslissing is genomen. De heer Thomson (U.L) sloot zich hierbij aan. In het debat zal dan ook niet worden teruggetreden De voorstellers beoogen uitsluitend de Kamer een uit spraak te laten doen over een zaak, waar over zij nog geen uitspraak heeft gedaan. De heer Snoeck Henkemans (C. H.) acht het thans door de heeren Thom son c.s. voorgestelde een zoo groot voor recht voor de allergrootste bakkerijen, dat zijn zij, die een zuiver drieploegen- stelsel van 8 uren in het leven kunnen; roepen. Spr. wcnscht daartoe niet mede te werken. Wel wil spr. een drieptoegen- stelsel, wat ook door kleinere bakkerijen kan worden benut, en daarom stelt hij op hetzoo even in gediende amendement een subamendement voor, dat beoogt dat nachtarbeid wordt toegestaan jn eene onderneming waarin dezelfde arbeider per etmaal nooit langer dan 9 uren bak kersarbeid verricht, en hovendie-\ hetzij in den nacht, nooit langer werkt dan 2 uur, hetzij nooit mee. dan 6 nachten in drie op elkaar volgende weken nachtar beid verricht. (Er ontstaat een debat of dit sub-amendement toelaatbaar is, als zijnde niet inede-onderteek'end door 9 andere leden. Intusschen verzamelt de heer Snoeck Henkemans bandteekenim ESP-1 De heer Schaper (S. D.) betoogt, dat er reden is het amendement Thom son aan te nemen, nu de nachtarbeid toch door aanneming van het desbe* treffende amendement De Geer voor dfl gemengde bedrijven is toegestaan. Nadat Minister Talma het amende* ment-Thomson onaannemelijk verklaart had, werd het sub-amendement Snoectf Henkemans verworpen met 45 tegen 34 en het amendement Thomson c.s. ver? worpen met 52 tegen 28 stemmen. Ten slotte komt in behandeling liet slotartikel 36. (Deze wet treedt in wer king op een door Ons te bepalen dag, doch jiiet binnen zes maanden n.a den dag harer afkondiging.) Dc heer Goeman Borgesius (U. L.) vindt dezen termijn te kort met het oog op het aanpassen der piaetijk aait deze wet. De Minister verlenge dezen termijn bijv. 2 jaar, wat niet te lang is. De heer Duy m a e r van Twist (A. R.) acht ook voor eenige artikelen een overgangstermijn noodig (voor de re geling van den arbeidstijd.) Minister Talma wil, zoo noodig de invoering wel enkele maanden verschui ven en verandert „6 maanden" in „één jaar". Dc heer Schaper (S.D.) juicht dit uitstel allerminst toe, maar zou het nog verkeerder vinden, wanneer dc regeling van den rrhridsduar afzonderlijk zou geschieden. Art. 36 wordt z.h.st. aangenomen. De eindstemming zal na Pinksteren plaats hebben. Hierop komt 111 behandeling de inter pellatie van den iieer Treub (V. D.) tot de ministers van Financiën en van Wa terstaat na2r aanleiding van de conclusie van het financieele gedeelte van het onder zoek der Staatscommissie, dat de Staat op het Spoorwegkapitnal in 1909 ruim 6 miilioen heeft ingeteerd en van 1S91 tot 1909 bijna 45 miilioen. Spr. begon met te critiseeren de een zijdige samenstelling van de Staatscom missie. waaruit ten duidelijkste bleek, dat de Regeering geen onpartijdig onder zoek naar de spoorwegovereenkomsten wenschte, zulks niettegenstaande de Ka mer duidelijk had uitgesproken, dat er zou worden ingesteld eene Staatscom missie, welke, geheel los van de inzichten der Regeering zóu komen met een ob jectief onderzoek naar de spoorwegtoe standen en een advies of er, en zoo ja op welke wijze, verbetering was aan te brengen. Des te opmerkelijker, omdat zij komt van zulk een eenzijdige commissie, is daarom de critiek, welke de Com missie uitoefent op het spoorwegbefeid in het financieele gedeelte van haar rap port, waarin zij zegt dat geen rekening wordt geliouden met verschillende afschrij vingen, zoodat zij tot de conclusie komt, dat, indien van 1890 tot 1907 wèl met die afschrijvingen rekening ware gehou den, er op dit oogenblik ruim 30 miilioen gulden minder zouden staan cp het spoor wegkapitaal dan thans. Spr. betoogt ver volgens, dat de spoot wegconiracten het tekort aan afschrijvingen, dat, buiten die contracten om reeds 15 miilioen bedroeg, hebben opgevoerd tot 45 miilioen. Op, deze wijze kan men niet langer bij de pakken neerzitten en toezien, dat hoe langer zoo meer ingeteerd wordt op het spoorw egkapitaal. Daarom richtte spr. de vragen tot de Regeering: of zij zich kan vereenigen met de rentabiliteitrberekening van de spoorwegen in haar geheel be schouwd, en zoo neen, welke verande ringen zij meent, dat er moeten worden aangebracht. Woensdag 11 uur voortzetting. Dan is de Regeering aan 't woord. Zitdag van Woensdag 15 Mei. Voortgezet wordt de behandeling der interpellatie-Treub. De M i n is t e r v. F i n., de heer Kolk- m a n, antwoordt op de eerste vraag tot de regeering gericht of zij het eens is met de cijfers en berekeningen der Staats commissie, dat hij zich in 't algemeen en in hoofdzaak met die berekeningen kan vereenigen. Spr. is het eens met de Staatscommissie dat als men de spoor wegen op zich zelve beschouwt, er veel wordt ingeteerd. Een vergelijking van de interingscijfers over de 19 voorgaan de jaren en die van 1909 gaat echter niet op, omdat dit een vergelijking is van ongelijksoortige cijfers. Dc intering is niet zoo sterk geweest als de heer Trcub berekende. Wat de andere vraag betreft, of er spoedig voorstellen te ver wachten zijn om aan deze intering van Staatsvermogen een einde te maken, zette de Minister uiteen, dat tegenover de intering bij de spoorwegen staat ka pitaalvorming op andere takken van den1/ Staatsdienst, en zoolang dit gebeurt is. er geen reden om middelen tot hersteli te zoeken en maatregelen te beramen) waardoor nog meer lasten op de tegen-) woordige belastingschuldigen zouden ge legd moeten worden. De Minister van Waterstaat de heer L. J. W. R ego ut, oordeelt, dat het rapport der Staatscommissie op iedcren onbevooroordeelde!! lezer een geruststellenden indruk moet maken ten aanzien van de richting van onze tegen woordige spoorwegexploitatie. Tegenover, de pessimistische voorstellingen van den heer Treub alsof wij maar aan het in teren zijn en een faillissement nabij is, plaatst spr. een minder zwart getinte voorstelling. Vooraf echter protesteerde spreker tegen de critiek door den heer( Treub op de samenstelling der Staats.-^ commissie. Spr. brengt dan ook tegen<7 over den heer Treub, wiens critiek een! twexle natuur en behoefte is ge\yprd£nj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 2