I Van Houten s
Rona
I Cacao i
Een Martelaar.
2618
Derde Blad, behoorende
bijDeLeidscheCourantvan
Zaterdag 11 Mei no. 788.
Uit de Pe7sT~~
Volkswelvaart en Belastingen.
Onder dit opschrift heeft de Tar i ef-
yereeniging twee zeer lezenswaar
dige brochures uitgegeven. Aan de eer
ste ontleenen wij het volgende:
De te verwachten buitengewone stij
ging der staatsuitgaven (voornamelijk
tengevolge van de sociale maatregelen)
waarmede de gewone stijging der in
komsten geen gelijken tred kan houden,
maken het dringend noodzakelijk naar
middelen tot versterking van die inkom
sten uit te zien.
In stede van naar nieuwe belastingen
te zoeken of de opbrengst van bestaan-
ide door verhooging van druk' te ver
meerderen, is het veel doelmatiger dé
volkswelvaart te vergrooten en te ver
sterken, om zoodoende middellijk de
jopbrengst der belastingen te verhoo
gen-
Twee hoofdbronnen van volkswelvaart
in Nederland zijn handel en nijverheid.
De handel is feitelijk geen zelfstan
dig bedrijf, doch is geheel afhankelijk
van het binnenlandsch verbruik en van
'de binnenlandsche voortbrenging.
De tweede hoofdbron van volkswel
vaart, de nijverheid, bezit alle verysch-
ten, die voor een reusachtige uitbrei
ding noodzakelijk zijn. Het schier onbe
perkte voortbrengingsvermogen en het
het onbegrensde afzetgebied van de nij
verheid in het algemeen, gaan in Ne
derland gepaard met voldoende kapi
talen en een voor de nijverheid gunsti-
jgen loonstandarad (gevolg van den in
vergelijking met andere landen betrek
kelijk lagen levensstandaard en over
vloed van werkkrachten.)
Ook andere omstandigheden, zooals
het voor zwaren arbeid geschikt klimaat
de voor invoer van grondstoffen en hulp
middelen en voor uitvoer van voort
brengselen gunstige ligging van Neder
land, de aanwezigheid der voor in- en
uitvoer en binnenlandsche verzending
noodige en geschikte verkeerswegen en
vervoermiddelen, kunnen mede werken
om der nijverheid de.zoo zeer noodige
groote uitbreiding te geven.
De oorzaken van den geringen bloei
,en de weinige ontwikkeling der Neder
landsche nijverheid zjjn gemakkelijk aan
te wijzen. De scherpe mededinging der
vreemde nijverheid, die hare waren, door
Overproductie tijdelijk goedkoop gewor
den, op de binnenlandsche markt brengt
en bovendien de, op z'n zachtst .uitge
drukt, wonderlijke voorliefde der Ne
derlanders voor vreemde voortbrengse
len, maken het voor de inlandsche nij
verheid bijna ondoenlijk den voor de
goedkoopere voortbrenging noodigen
omzet te bereiken.
Bescherming der inlandsche nijver
heid door invoerrechten op vreemde
voortbrengselen kan alleen de belem
meringen, die hare ontwikkeling stuiten,
wegnemen..
Het heffen van invoerrechten heeft op
de voortbrenging en op het verbruik
zeer veel invloed, doch die invloed is
verschillend naar gelang van den aard,
van het te beschermen bedrijf en in ver
band met verschillende omstandigheden.
Kan een bepaald artikel onder dezelf
de gunstige of betere omstandigheden
jn onbeperkte, althans meer dan vol
doende, hoeveelheid hier te lande wor-
!den voortgebracht, en is de onderlinge
mededinging der inlandsche voortbren
gers sterk genoeg (of kan deze sterk
genoeg worden) om den prijs op ge
wone hoogte te houden of te brengen,
dan is ongetwijfeld heffing van invoer
rechten op dergelijke artikelen bevor
derlijk aan de nijverheid, zonder nadee-
Üg te zijn voor het verbruik en de ver
bruikers.
Bij nog te geringe voortbrenging is
het te verwachten, dat de prijzen in
het begin door heffing van invoerrech
ten zullen stijgen, daar de vraag alsdan
het aanbod overtreft, doch dit is slechts
FEUILLETON.
(NAAR HET DUITSCH.)
24)
Zoo stonden de zaken, toen Albertus,
meegesleept door den hartstocht voor
jOdelinde, besloot een huwelijk te ver
haasten, dat hem bevrijdde van een voog
dijschap, hem de vrijheid terugschonk en
hem Veroorloofde de kroon van Beieren
,te plaatsen op het hoofd van de eerzuch-
tigste der meisjes, de heerschzuchtigste
der vrouwen. Vanaf dit oogenblik toonde
jjohanna zich zeer tevreden. Zij deelde
met vreugde mede, dat Otfried haar echt
genoot zou worden.
Isabella had deze vereeniging ge-
jvvenscht, welke wel is waar zeer nede
rig was voor de hoogc geboorte van
hare dochter, maar van den anderen kant
£eer geschikt was om twee wezens, van
jieerzucht ontbloot, gelukkig te maken.
Het schijnt, dat Johanna, van hartstoch
ten verschoond, ontvankelijk is voor ern
stige genegenheid. Hetgeen ik verza
meld heb met betrekking tot dat voorge-
'fioinèa huwelijk, de getuj^vuissen der
tijdelijk, daar een 'winstgevend bedrijf
onmiddellijk ondernemingsgeest prikkelt
en kapitalen lokt, waardoor de voort
brenging grooter wordt en het aanbod
vermeerdert, terwijl ook de vergroote
mededinging den prijs nog meer drukt.
Bij de vaststelling van een tarief van
beschermende rechten is het van overwe
gend belang ten opzichte der belasting
van ieder artikel afzonderlijk na te gaan,
welke de gevolgen kunnen zjjn voor de
voortbrenging en het verbruik.
In het algemeen schijnt een goed in
gericht 'tarief te moeten voldoen aan de
volgende eischen.
Geheel vrij moeten blijven grondstof
fen (als ijzer, koper, graan, ruwe katpen
onbewerkte wol, enz.) en hulpmiddelen
der nijverheid (als steenkolen), die hier
te lande niet of slechts in beperkte hoe-
veelheid kunnen worden voortgebracht,
of die door gebrek aan voldoende mede
dinging in de voortbrenging, vergeleken
bij het buitenland, te hoog in prijs zijn.
Vrij moeten ook blijven alle levens
behoeften, genotmiddelen, ja zelfs weel
deartikelen, 'welker voldoende en goed-
koope voortbrenging niet verzekerd is
of waarvan de prijs door te weinige
mededinging niet laag genoeg is, tenzij
de eischen der schatkist dwingen ook
van dergelijke weelde-artikelen een ma
tig invoerrecht te heffen.
Alle andere voortbrengselen, zoowel
z.g. fabrikaten als halffabrikaten moe
ten belast worden.
Halffabrikaten, zooals garen, staal, die
dus grondstoffen zijn voor een anderen tak
van nijverheid, mogen slechts dan be
last worden, indien daardoor geen groo
te noch bestendige prijsverhooging te
verwachten is.
Bij het beschouwen van het bestaan
de tarief springt de tweeslachtige rege
ling dadelijk in het oog. Het tarief is
deels fiscaal, deels zwak beschermend.
Zonder bezwaar zouden de meeste be
schermende rechten verhoogd kunnen
worden. Bestaat er gevaar, dat de bin
nenlandsche nijverheid bij sterke verhoo
ging der rechten niet aan de vermeerder
de vraag zou kunnen voldoen of is de
mededinging niet groot genoeg, tenge
volge van welke omstandigheden de prij
zen zouden stijgen, dan lijkt het wen-
schelijk, de rechten niet dan geleidelijk
te verhoogen in verhouding tot de stij
gende voortbrenging en scherpere me
dedinging. Op deze wijze kunnen zwak
ke bedrijven worden gesteund en feite
lijk opgekweekt, zonder nadeel voorde
verbruikers.
Tot welke hoogte de rechten kun
nen en mogen worden opgevoerd hangt
voornamelijk af van het voortbrengings
vermogen der inlandsche nijverheid. Re
kening kan en moet ook worden ge
houden met de zwaarte der invoerrech
ten op Nederlandsche voortbrengselen jn
andere landen. Zijn die rechten zeer hoog,
dan kan als tegenmaatregel belasting of
verhooging van belasting op de voort
brengselen van die landen plaats hebben,
wat aanleiding kan geven tot overeen
komst tot verlaging der rechten aan beide
zijden.
De voordeelen, welke een goed in
gericht stelsel van invoerrechten voor
de nijverheid oplevert, zijn talrijk.
De nijverheid zal een veel hooger
vlucht kunnen nemen. De belemmerin
gen, die haren groei hebben teruggehou
den, n.I. de abnormale mededinging van
het buitenland en de dwaze bevoorrech
ting der uitheemsche nijverheid, zullen
grootendeels worden weggenomen, ter
wijl door den grooteren omzet, vermin
derden kostprijs, verminderde vervoer
kosten en een betrekkelijk lagen loon-
standaard goedkoopere voortbrenging
mogelijk wordt, waardoor ook in het
buitenland een grooter afzetgebied te
veroveren valt.
Met den vooruitgang der nijverheid
houdt ook de volkswelvaart gelijken
tred. De oorzaak der in Nederland heer-
schende chronische werkloosheid vervalt
zoodat duizenden Nederlanders, ook die
thans in den vreemde hun brood zoe
ken te verdienen, in het vaderland werk
en een goed bestaan vinden kunnen,.
Het aantal Nederlanders alleen in
Duitschland bedraagt een kleine 100000.
Ook naar andere landen in en buiten
dienaren en een zeer nauwkeurig onder
zoek bewijzen mij, dat het jonge meisje
Otfried beminde, en zij zich gelukkig
achtte hem te huwen. Plotseling en op
ruwe wijze veranderde alles. Graaf Bo-
ceslaus keerde als gezant naar Henegou
wen terug, en bracht het verzoek van
Karei IV over. De verblinde Albertus
gaf uit hoogmoed zijn toestemming.
Daarenboven verbeeldde hij zich, dat hij
gemakkelijk spel zou hebben met de be
sluiten, angstvalligheden en beloften zij
ner dochter. Hierin vergiste hij zich zeer.
Johanna, die niet de mniste waarde
hechtte aan het koningschap, liet de hei
ligheid van den eed gelden, en gaf het
besluit te kennen haar woord gestand te
doen. De herinnering aan Isabella, den
graaf voor den geest teruggeroepen,
pleitte te harer gunste; maar andere re
denen dwongen Albertus om Wenceslaus
tot schoonzoon te verkiezen. En die re
denen waren niet gering. Immers, wan
neer men slechts regeerend vorst is, zou
het zeer gevaarlijk zijn den gekozene van
het Heilige Rijk tegen zich te Jiebben.
Hiervan zou bijna zeker het gevolg zijn,
dat ook de kronende handen zich vijan
dig tegenover hem stelden, daar de keur
vorsten meestentijds gereed waren de
partij te omhelzen van den op. den „Kö-
fligstühl" ge wijden, m,as.
Europa verhuizen velen. Zoo vertrekken
jaarlijks uit Nederlandsche havens 3 of
4000 Nederlandsche landverhuizers. Het
aantal jaarlijks afgegeven nationatiteits-
bewijzen bedraagt ongeveer 50.000. Bo
vendien vinden duizenden arbeiders, die
aan of nabij de grenzen wonen, goed
betaald werk in de aangrenzende landen.
't Valt niet te ontkennen, dat er ook
schaduwzijden zijn aan te wijzen.
De nadeelen, zoo betoogen de tegen
standers van bescherming, zijn zoo groot,
dat zij de voordeelen overtreffen. Zoo
zullen de prijzen stijgen, trustvorming be
vorderd worden, de uitvoer van voort
brengselen, vooral van de Nederlandsche
landbouw en veeteelt, naar andere landen
door tegenmaatregelen belemmerd wor
den, waardoor landbouw en veeteelt en
handel zullen verkwijnen, wat de volks
welvaart aanzienlijk zal doen minderen.
't Zijn waarlijk geen bemoedigende
voorspellingen, 't Opmerkelijkste is even
wel, dat die bedenkingen veelal komen
van lieden, die volstrekt geen bezwaar
hebben tegen fiscale rechten, tegen rech
ten dus, waaraan juist de voornaamste
der genoemde nadeelen eigen zijn.
Worden fiscale invoerrechten geheven
op artikelen, die daarvoor vatbaar zijn,
dan is verhooging der prijzen (met het
bedrag van het recht) te wachten, waar
door de binnenlandsche verbruiker wordt
getroffen, hetgeen vooral de mingegoe-
den bezwaart. Ook de i.nvoerhandel lijdt
schade door de vermindering van het
verbruik, niet alleen van de belaste goe
deren, doch ook van andere, die de ver
bruiker door de duurte der belaste waren
niet kan koopen.
Bij heffing van beschermende rechten
is de uitwerking geheel anders. Bij het
heffen van een zeer laag recht is het te
verwachten, dat de buitenlander het ge
heel of althans ten deele voor zijn reke
ning neemt, daar hij vreezen moet door
de mededinging van de jnlandsche voort
brengers zijn omzet te zien verminderen.
In zoodanig geval zullen de prijzen wei
nig of niet stijgen, omdat de inlandsche
voortbrenging bij voldoende mededinging
geen reden voor prijsverhooging heeft en
daar niet toe zal overgaan om den voor
sprong op de buitenlandsche niet te
verliezen.
Is daarentegen het recht hoog, dan is
veelal het gevolg, dat de prijzen stijgen,
doordat de buitenlandsche voortbrenging
het recht niet of niet geheel op zich kan
nemen, daat in dat geval geen winst kan
gemaakt worden, terwijl de voortbren
gingskracht van het inlandsch bedrijf
meestal nog niet groot genoeg is, om
het ontoereikende aanbod voldoende aan
te vullen. Een verhooging van de prijzen
is dan te verwachten. Deze verhooging
is evenwel niet zoo groot als het bedrag
van het recht, daar anders de buitenland
sche voortbrenging weder even sterk zou
gaan mededingen, ja sterker, door het
betalen van een gedeelte van de belas
ting. Men kan bovendien aannemen, dat
deze prijsverhooging van niet zeer langen
duur is. De binnenlandsche nijverheid zal
haar voortbrengingsvermogen spoedig
trachten te verhoogen, om aan de ver
meerderde vraag te kunnen voldoen. Zoo
lang door haar daaraan nog niet geheel
kan worden voldaan, blijven de prijzen
hoog en zijn de winsten zeer groot.
Om te bewijzen, dat beschermende
rechten de prijzen der levensbehoeften,
dus den levensstandaard verhoogen,waar
door ook de loonstandaard ongewoon
hoog wordt opgevoerd, beroept men zich
van de zijde der vrijhandelaars dikwijls
op den hoogen loon- en levensstandaard
in de landen met beschermend stelsel,
bij voorkeur op Duitschland, doch dit
beroep gaat niet op, daar de hooge levens
standaard in die landen hoofdzakelijk het
gevolg is van de agrarische of van de
fiscale invoerrechten.
Vooral Duitschland heeft, om zijn land
bouw te beschermen, den invoer van
levensmiddel-en belemmerd door het hef
fen van invoerrechten op die waren, die
binnenslands niet voldoende kunnen
worden voortgebracht, zoodat die rech
ten een fiscale werking hebben.
Een groot voordeel van beschermende
rechten is ook, dat overproductie van
de buitenlandsche nijverheid de binnen
landsche markt niet kan overvoeren. Op
De staatkunde onderdrukte dan ook
de laatste angstvalligheden van den graaf
en schonk hem den wreeden moed Jo
hanna zijn wil op te leggen. Deze ween
de.... Op het kasteel heeft men mij ver
haald, dat zij gedurende de acht dagen,
welke er verliepen tusscheii de verbre
king harer verbintenis met Otfried en
haar vertrek naar het hof van Karei IV,
oogleden had, rood van tranen... Er had
den samenkomsten plaats tusschen Jo
hanna en den aalmoezenier. Otfried, zegt
men, was bij de laatste tegenwoordig.
Eindelijk verliet zij Henegouwen als de
verloofde van Wenceslaus, koning der
Romeinen, en..." En.... herhaalde Hatto.
Otfried maakte deel uit van het gevolg
der vorstin.
Wat wilt gij zeggen?
Ik, ik beroep mij op hetgeen gij 'denkt,
heer.
Hatto gevoelde lust tegen den ellen
deling in harde woorden uit te vallen
maar {ie overtuiging, dat hij diens verder
felijke diensten niet kon ontberen, hield
hem daarvan terug.
Mauper had de oo'gen van een visch-
arendzijn blik doorboorde de duister
nis van den nacht. Hij hoorde en verza
melde datgene, wat Hatto zelfs niet ver
dacht wilde toeschijnen. Deze twee me-
oeplichtigen haatte,a jejkandgr met eeM
het eerste gez.clu lijkt die sterke daling
der prijzen door overproductie een voor
deel, althans voor de verbruikers. Op
den duur is dit evenwel niet het geval.
Overproductie zal bijna altijd tijdelijk zijn,
daar zij de prijzen spoedig doet dalen
tot beneden het peil, waarbij winst nog
mogelijk is.
Gevolg daarvan is dan altijd, dat bij
gebrek aan voldoende winst vele bedrij
ven, vooral de onbeschermde binnen
landsche bedrijven, geheel of ten deele
stopgezet moeten worden, en de prijzen
door verminderd aanbod spoedig (en na
tuurlijk hooger dan voorheen) stijgen.
Uiteraard is deze prijsverhooging vrij
langdurig, daar de binnenlandsche mede
dinging grootendeels vernietigd is en ook
uit vrees voor herhaling van overvoering
der markt niet zoo spoedig weder her
steld zal worden.
Een ander bezwaar, dat men tegen
bescherming aanvoert, berust feitelijk op
•een dwaling.
Vreemde landen zouden hunne rech
ten op voortbrengselen van de Neder
landsche nijverheid, landbouw en veeteelt
als tegenmaatregel verhoogen.
De ondervinding leert evenwel juist,
dat vreemde volken hun stelsel van in
voerrechten inrichten volgens hun .wel
begrepen eigenbelang. Het voorrecht be
handeld te worden op den voet der meest
begunstigde natie, heeft daardoor ook
meestal niet veel te beduiden. Integen
deel, juist door een beschermende han
delspolitiek zal men 'de gelegenheid heb
ben voor den invoer van Nederlandsche
voortbrengselen in een vreemd land meer
dere voorrechten te kunnen bedingen.
Zoo kan men de regeering van een
vreemd land beduiden, dat tot heffing
of verhooging van invoerrechten op ,de
voornaamste uitvoerartikelen van dat land
zal worden overgegaan, indien geen af
schaffing, althans verlaging, van het bui-
tenlandsch recht, b.v. op Hollandsche
kaas of boter, plaats heeft. Voor heffing
van invoerrechten als tegenmaatregel zijn
niet alle artikelen gelijkelijk geschikt.
't Beste lijkt belasting van artikelen,
die ook door andere landen kunnen ge
leverd worden, zooals b.v. wijn of zuid
vruchten. De invoer kan dan door an
dere landen plaats hebben tegen dezelfde
prijzen en in even groote hoeveelheid als
voorheen, zoodat het land, tegen hetwelk
de maatregel is gericht, door de ver
scherpte mededinging van andere Janden
zijn uitvoer naar Nederland ziet vermin
deren, zonder dat dit nadeel voor het
verbruik en de verbruikers ten gevolge
heeft. In de meeste gevallen zal een ern
stige bedreiging met heffing of verhoo
ging van rechten voldoende zijn.
De Bakkerswet.
Naar aanleiding van het debat inde
Tweede Kamer, over de Bakkerswet,
schrijft het Centrum:
Krachtig bleek de minister te
staan in zake het patroonsverbod.
Dat een christelijke patroonsvereeniging
als „Boaz" eenparig om zulk een ver
bod had gevraagd en dat een man als
de afgevaardigde voor Enschedé, man
van beginsel en man van practijk, zich
eveneens beslist daarvoor verklaarde,
zijn bewijzen te meer voor het urgente
van dezen fel bestreden maatregel. Men
kan er zich dus alleen maar over ver
wonderen, dat het aantal dergenen, die
het z.g. „patroonsverbod" wilden uit
schakelen, nog zoo groot was.
De partijen vloeiden bij de stemmin
gen soms eigenaardig dooreenmaar in
elk geval is wederom uitgemaakt, dat
men Rechts niet minder voor sociale
wetgeving en voor dit ontwerp tot rege
ling van den bakkersarbeid en wering
van den nachtarbeid voelt, dan Links.
De liberale ochtendbladen constatee-
ren met zekere grimmigheid, dat de Re
geering een paar maal het pleit won met
de hujp der socialisten.
„Ook nu weer, evenals bij vorige ge
legenheden, is dus gebleken, dat de heer
Talma zonder hulp van Links, en voor
al van de sociaal-democraten, geen so
ciale wetten in de Tweede Kamer aan
genomen kan krijgen. De Rechtsche
meerderheid blijkt slag op slag daarover
te zeer verdeeld", schrijft het Hbl.
De conclusie is in haar algemeen-
doodelijken haat. Hatto betreurde de
groote sommen, welke de spionnendien-
sten van Mauper hem kosttende laat
ste herhaalde bij zich zelf, dat Hatto,
onbekwaam om iets uit zich zelf te ver
nemen, zijn rechtvaardige eerzucht in
den weg stond, en in het vertrouwen van
Wenceslaus een plaats innam, welke hij
waardig was te vervullen.
Een oogenblik heerschte er stilte tus
schen beide mannen, door de misdaad
aan elkaar verbonden.
Hatto wilde niets vragen.
Mauper was vast besloten geen woord
aan deze half vertrouwelijke mededeelin
gen toe te voegen.
Om aan dien pijnlijken toestand een
einde te maken, nam Hatto een beurs
pit zijn wambuis en wierp haar Maper
tamelijk verachtelijk toe. Deze, die met
gelijk munt wilde betalen, woog de
beurs op de hand en legde ze, in plaats
van haar weg te bergen, naast de flcscH
Tokajer op de tafel, alsof hij wachtte,
totdat het Hatto zou behagen haar te
verzwaren.
Zijt gij bij geval niet voldaan, meester
Mauper? vroeg Hatto.
Ik, heer, ik ben te .gelukkig: u een
dienst bewezen te hebben.
Gij noemt dat een dienst bewijzen
Zeker, ik geloof het stellig.
Ingezonden Mededeelingen.
JffKOOP VANDAAG BIJ«
HjUW WINKELIER EEN Él
gl Kg. 1.50Kg. - °"42^
heid minst genomen, overdreven. Maai;
wanneer er van verdeeldheid sprake kan
zijn, dan is die Links heel wat grooter
gebleken, dan Rechts. Er was van een
bepaalde leiding aan de Linkerzijde wei
nig te bespeuren, terwijl de Unie-libera
len vooral niet bepaald een schitterend
figuur maakten. Het is daarom op zijn
zachtst gesproken, zonderling, liberale
bladen indirect erop te hooren stoffen,
dat het de Linkerzijde bijna gelukt is
den heer Talma in de minderheid te
brengen, met het onvermijdelijk gevolg
dat de Bakkerswet van de baan zou zijn
geweest.
De heeren moeten nu maar niet meer
komen met de verzekering dat zi? het
zijn, die de beste waarborgen bieden
voor sociale wetgeving en dat men
Rechts reactionair is. Op een belangrijk
punt aanvaarden zij de leiding van een
lid der door hen zoozeer gesmade chris-
telijk-historische fractie. Had het van de
Unie-liberalen en vrijzinnig-democraten
afgehangen, de wiet zou zijn gevallen.
Dit is het marquante feit. Dat de
zeven sociaal-democraten zich ver
standiger toonden, en ditmaal meer
tot samenwerking bereid, is geen reden
om van hun votum een grief fee maken
tegen Regieering en Rechterzijde. Wan
neer er hker een grief te makjen valt,
dan richt die zich veeleer en zeer krach
tig tegen de beide groote fracties der
vrijzinnigheid.
Land- en Tuinbouw.
De Koolraap.
De koolraap komt zoowel in den land-
als in den tuinbouw voor, daar ze zoo
wel voor het vee als voor de keuken
wordt geteeld. Van de gewone koolraap
groeiende onder den grond komen
de grove soorten voor veevoeder, de
fijnere voor groente in aanmerking.
Zoo is b.v. de Engelsche gele roodkop
een soort, die voor den veehouder sterke
aanbeveling verdient en tevens voor de
keuken zeer geschikt is. Onder de boven
den grond groeiende, welke ook bekend
zijn onder den naam van raapkoolen,
koolrabi's of glaskoolrapen, heeft men
witte en blauwe soorten; de eerste zijn
meer gewild en inzonderheid is de
Weener witte voor de consumptie een ge
zocht soort.
Koolrapen kan men telen in eiken turn,
mits deze vruchtbaar zij. Men verbouwt
ze dan ook zoo goed op het zand als
op de klei, en zelfs op pas ontgonnen
heidegrond. Zwarte, humusrijke grond is
zelfs minder geschikt, daar dan het loot!
zich te veel ten koste der wortels ont
wikkelt. Een flinke, krachtige bemes
ting, inzonderheid ook met mineraal
voedsel, is evenwel noodzakelijk. Een
combinatie van stal- en kunstmest is zeef
gewenscht. Ooik kan kunstmest alleen
aangewend worden. Enkel stalmest is
niet verkieslijk; waar deze in ruime mate
wordt toegepast, krijgen de koolrapen
los vleesch en zijn ze oo.k minder duur
zaam. Paardenvleesch vermijde men voor
al om 't ongedierte. Per Are (100 vierk.
Meter) geve men aan het land, waarop
Zoodat ik uw schuldenaar blijf?
Hierop ben ik trotsch.
Dat versta ik niet, zeide Hatto, vuur<
rood van gramschap, terwijl hij met de
vuist op tafel sloeg.
Het zal toch noodzakelijk worden dat
wij elkaar verstaan, anders....
Wat verstaat gij daardoor?
Behandelt gij mij als vriend?
Als vriend?....
Of betaalt, gij mij als bezoldigd man?
Ik wil u niets schuldig zijn.
Regelen wij dan onze zaken.
Stel uw voorwaarden.
Zonder deze beurs te openen weet itë
haar inhoud.... Nu, ik heb drie paar
den moeten doodrijden op den weg tus
schen Praag en Henegouwen, het ge
weten koopen van drie kamervrouwen'
van Odelinde, twee wachters dronken
maken, gedurende een maand haar kei
zerlijke majesteit laten bespieden.... Alles
te zamen, heb ik juist het dubbele be
steed evenwel blijf ik als altijd de toe
gewijde dienaar van heer Hatto.
Hatto doorzocht zijn zak: doch hij
vond er geen enkel goudstuk in.
Haast u niet, heer, ik heb vertrok
wen. i
(Wordt yeryolgd)<