RONA Van Houtens Cacao Ingezonden Mededeelingen. Liefde en Haat. Uit de Pers. Gemeenteraad van Wassenaar. 1518 Met zorg bereid uit gezonde en krachtige Cacaoboonen, vandaar de echte, pittige Cacaosmaak- Tweede Blad, behoorende bij DeLeidscheCourantvan Woensdag 20 Maart no. 744. KAMEROVERZICHT. TWEEDE KAMER. De Vogelwet. Heeft de Minister de grondgedachte Van zijn Vogelwet prijs gegeven? Wanneer men den heer Tydeman hoort oreeren, zou men geneigd zijn deze vraag 'bevestigend te beantwoorden. Bij zijn oorspronkelijk wetsontwerp immers be toogde de Minister, dat alle in het wild levende vogels moeten worden beschermd 'terwijl Z.Exc. later het ontwerp aldus wij zigde, dat persé schadelijke vogels in de bescherming van wet niet zullen deden. Maar hiermede is de Minister niet tot het stelsel van de bestaande wet terugge keerd. Want de lange lijst van onbe schermde vogels, die wij nu kennen en .waardoor de tegenwoordige wet prao tisclr tamelijk onuitvoerbaar werd, zal Minister Talma niet aan de nieuwe wet toevoegen. Hij blijft vasthouden, dat alle vogels nuttig kunnen zijn, doch dat zij naar ge lang van plaats en omstandigheid schade kunnen aannemen en vandaar het stelsel der vergunningen oin deze schade te voor komen door de vogels te dood en. De er varing evenwel leerde, dat er vogels be staan die ouder elke omstandigheid aan land- en tuinbouw schade berokkenen. In plaats van nu een omslachtig stelsel van vergunningen voor het dooden deze. wei nige altijd schadejjjke vogels in te voe ren, verklaart de Minister zc eenvoudig „vogelvrij." Hield men aan het systeem-Tydeman vast, dan zou de wét aan soepelheid niet .winnen, tir zouden wel evenveel schade lijke vogels worden geschoten maar be langhebbenden moesten telkens vergun ning aanvragen. Deze last wil de Minister den menscku besparen. l>c lijst die bij algemeenen bestuurs maatregel wordt vastgesteld, is boven dien niet groot. De Minister heeft ze wel niet officieel overgelegd, maar de Kamer leden konden ze inzien, en toen is uitge lekt, dat zeven vogelsoorten zoo berucht zijn, dat ze voor plaatsing op de „zwarte lijst" in aanmerking komen til. i huismusch, ringrausch, Vlaamsche gaai, sperwer, raaf, aalscholver cu ekster. De Minister won niet groote meerder heid het pleit; het amendement-Tydeman iwerd met 55 tegen 8 stem men verworpen ;eu art. 1 niet 57 tégen 6 stemmen goed gekeurd. Bij art. 2 hebben de vogelbcschermers .onder aanvoering van den heer Rink een succes behaald. Hij wilde behalve het vangen, dooden, ten verkoop voorhanden [hebben enz. van beschermde vogels ook verbieden net voorhanden hebben van ihuideu of vleugels. Tot welke consequen tie zou dit verbod wel voerenDc grond gedachte is sympathiekde heer Rink wil ingaan tegen de dwaze en wreede mode ivau dames om veeren en geheele vogel- ilijken op haar hoeden te dragen. Maar niet alleen de leveranciers,, ook dc dames zelve zouden worden getroffende minis ters zouden met hun bepluimde steken er eveneens tegenloopen enz. Doch wie kan zeggen, of de vleugels van vogels afkom stig zijn? De heer Lieftinck beweerde onder luid gelach, dat men van kippen- en ganzenveervn papagaaien en spreeuwen maakt. Y>c heer Rink wijzigde daarom op advies van den heer Kooien zijn amendement ad- dus, dat gesproken werd van het ten .verkoop voorhanden hebben van vogel- huiden, en ondanks de bestrijding van de Commissie van Rapporteurs werd dit amendement aangenomen met 33 tegen 23 stemmen. Wat het rapen van kievitseieren aan gaat, heeft <!e Minister water in den wijn FEUILLETON. ROMAN UIT WESTFALEN. 92) Ook' Dirk Tweehuis had dezen morgen .ervaren, welke macht de openbare mee- 'rdng' is. W i is waar had men nog niet aangedurfd zich in de kerk van hem af te zondere; daarvoor was hij heer- boer en man maar toen hij van de hoogmis ir de herberg van Rothmann binnentrad, las hij wel leedvermaak en afkeer op de gezichten der talrijke aan wezigen, maar geen deelneming. Het ge sprek wilde niet vlotten en 'i was er zoo 'kalm, alsol de menschen nog baden. De 'boeren, die wat verderaf stonden, mom pelden jets en keken Tweehuis veelzeg gend aan. De lui, die aan tafel waren ge zeten, maakten vandaag merkwaardig veel haast mei heengaan en eenige heerboe- ireit, met wie hjj anders op vriendsc'iappe- •lijken voet verkeerde, lieten hem links liggen. Aanvankelijk geloofde Dirk aan toeval en zette er zich over heen. Doch hoe lan ger hij de menschen gadesloeg, des te mismoediger werd hij. Want het was dui- Wcfijk, dat de aanwezigen njets met ,lieni gedaan. Er waren in de Kamer drie stroo- niiugeude Minister wilde het rapen toe staan tot en met 25 April; de heer Hu- genholtz tot en met 30 April, en de heer van Foreest tot en met 4 Mei. Men heeft er uitvoerig over gediscussieerd en het slot van het liedje was, dat de heer Hugenholtz zijn amendement zag overge nomen, waarna de. heer van Foreest het zijne introk. In het debat kwam uit, dat sommige landbouwvereenigingen allerzonderlingst optreden. Op een conferentie aan 's Mi nisters departement was de vereen, tot ontwikkeling van den landbouw in Hol land's Noorderkwartier, volgens zeggen van den heer van Foreest door een vol komen incompetenten secretaris vertegen woordigd, terwijl een afgevaardigde van de Friesche Maatschappij van Landb. aan vankelijk voor een eind termijn van 15 April stemde, terwijl zijn vereeniging la ter met kracht aandrong dezen op 25 April te stellen. Bij den aanvang der vergadering werd medegedeeld, dat men de volgende week tnct de Bakkerswet hoopt te beginnen. Waarom tegen de tariefherziening. Als antwoord op deze, ook in ons blad reeds meermalen beantwoorde vraag, le zen wij in de (a.-r.) R o 11 e r d a m nie r Veel aandacht hebben wij gewijd aan de verdediging van de voorgestelde ta riefsherziening. Wij ineenen ons te mo gen vleien met de gedachte, meermalen argumenten te hebben aangevoerd, die van het goed recht der voorstanders van bescherming overtuigden. Waarom ecliter zoo vroeg ons meer dan cén lezer waarom, niettegenstaan de aannemelijke gronden voor de verde diging dezer zaak kunnen worden bijge bracht, zoo groote tegenstand? Vanwaar die ongekende felle agitatie? Waarom schaart de linkerzijde zich één en onver deeld onder de banier der vrijhandeia- ren? We verstaan die vraag ten voile en zullen trachten cenigc redenen tot ver klaring van dit verschijnsel aan te voe ren. Op den voorgrond mag dan wel wor den gesteld de erkenning, dat de voor standers van bescherming voor een goed deel de publieke opinie tegen zich heb ben. Onbegrijpelijk is dit niet. Vrijliandel is een der voornaamste leer stukken van de liberale volkshouishoud- kunde. Toen op het eind der 18e eeuw de leer ingang vond, dat bij onbelemmerde wer king van het eigenbelang een heerlijke harmonie zich zou openbaren, ëisclite de ze theorie der staatsonthouding ook, dat de overheid zou afzien van elke bescher ming der binnenlandsche voortbrenging door belemmering van den invoer. Bij ongestoorde werking der maat schappelijke krachten zou de hoogste welvaart worden bereikt. Met vrijhandel ging men dwepen. Daar door zou alleen vrede en welvaart onder de volkeren worden gebracht. Onberekenbaar groot nu is de invloed dezer liberale economie geweest De professoren aan onze openbare uni versiteiten hingen haar onvoorwaarde lijk aan en ze scherpten het hunnen leer lingen in hoe alleen bij vrijhandel baat is te vinden. Die studenten traden straks op als mannen in het maatschappelijk leven en op hun beurt verbreidden zij weer in hun kring den lof der protectionistische zotheid. Hoogëre Burgerscholieren wor den reeds ïu de beginselen van den vrij handel geconfijt. De groote pers is van gelijken geest bezield. In onze Kamers Van koophandel en fabrieken leeft dezelf de gedachte. Schier heel ontwikkeld Ne derland is opgevoed ïn de leer van 'de al zégenende kracht van den vrijhandel. Het is fatsoenlijk, eerbaar en verstandig, vrijhandelaar te wezen. Slechts enkele oorspronkelijke geesten wisten zich aan die macht van opvoeding en overleve ring te onttrekken. Heel Neerland is vervrijhandelaard. Men voelt wat reuzenworsteling het is tc doen wilden hebben. Was er weer wat tegen hem aan de hand? Daarover wilde hij zekerheid hebben. Flij nam Rothmann in een zijkamer inec en vroeg zonder dralen: „Zeg eens Rothmann, wat willen de mtmschen eigenlijk?" De waard bevond zich in een onbe haaglijk parket en gebruikte zooveel woor den, dat Dirk aanstonds begreep, dat Rothmann er zich uit wilde praten. De herbergier had reeds de knop van de deur in de hand om weer zijn plaats ach ter het buffet in te nemen, toen Dirk hem met groote vastberadenheid in den weg trad. „En ik wil weten, wat dat alles bedui den moet, Rothmann, jij moet fiet mij zeggen; ik verlang het van jon." „Kun je dan heelemaa! niet gissen, waarover de menschen praten?" zei Roth mann ontwijkend. Dirk Tweehuis brak zich het hoofd. Hij had al lang vrede gesloten met zijn buren en zijn schulden konden toch geen oor zaak zijn dat men hem uit den weg ging. „Neen, ik weet het niet." Dan zal ik hem een licht opsteken, dacht Rothmann en begon te verteilen't was hetzelfde wat reeds jaren geleden als gerucht de ronde deed. Ditmaal was cr geen twijfel meer mogelijk, want hij, die Dirk in stilte had gadegeslagen en hem had betrapt, jvas bereid zijn bevies om tegen deze enorme machten in, an dere gedachten te doen postvatten. Immers houdt nog eene andere Neder- landsche eigenschap dien ommekeer te gen. Wjj zjin conservatief. Velen zien met angstige spanning het nieuwe tegemoet. In de onzekerheid wat de toekomst bren gen zal, wordt dan maar liever het zekere bestaande verkozen. Zoo gaat er Invloed uit van hen, die Neerland's verval al haast komende profeteeren. Merkwaartfig is de periode van 1830 1845 in Neerland's geschiedenis. Het was het tijdvak van voorbereiding voor de spoorwegen.; Welnu, de|somberste profetiën zijn toen over het lot' van ons vaderland gedaan. Het regende strijdschriften tegen de spoorwegen. Neerland, Rotterdam vooral met zijn waterwegen, zou onherroepelijk ten ondergang gedoemd zijn. De spoorwegen kwamen. En Neerland, Rotterdam bleef. Zoo zal het ook met de tariefsherzie- ning gaan. Maar met dat al vindt de kleine klasse van burgeren, van geïnteresseerden bij den buitenlandschen handel, wier belan gen geschaad kunnen worden, in Neer land een vruchtbaren bodem voor zijn on heilspellende en hartaangrijpende leer stellingen. Geen gelukkig voorbeeld. Wij lezen in het Geldersch Dag blad: In den Amsterdamschen Raad heeft Prof. Fabius Woensdag o. m. het volgen de gezegd: Men meent misschien dat ik onbe- bekend ben in werkmanskringen, maar dat kon wel eens tegenvallen. Ik sprak dezer dagen nog een timmermans knecht, die ongetrouwd was en bij zijn vader inwoonde, terwijl een derde zoon als metselaar 15 gulden inbracht, zoo dat het gansche gezin van 5 personen (er was nog een dochter) f49 verdien de. Hier heeft men dus een antwoord op de vraag hoe men het moet aanleg gen oni meer te verdienen. Het ware goed als men fulke denkbeelden eens meer tot den werkman bracht, maar dat vinden sommigen minder in hun eigen belang. Wat 'n wonderlijke redelivering! Hoe kan iemand het „er op aanleggen" om drie volwassen zoons te hebben, die meeverdienen? En hoe zal het gaan als die zoons trouwen en zich zelfstandig vestigen Dan is het natuurlijk met dat hpoge gezinsin komen gedaan. Het is bovendien nog de vraag, of die metselaar altijd zooveel verdient. Er moet ook rekening gehouden worden met tijden van werkloosheid. Neen waarlijk, Prof. Fabius heeft al- thans met d i t voorbeeld in elk op zicht een uitzonderingsgeval niet be wezen, dat hij met de toestanden oj) de hoogte is. De socialisten en de armenwet. Er zijn graden van waardeering. De heer Vliegen zeide, van de Armen wet sprekende, in de Tweede Kamer, dat de „codificatie van gewijzigde toestan den," die de Donderdag zonder hoofde lijke stemming aangenomen Armenwet brengt, naar zijn oordeel althans hem „betrekkelijk koud heeft gelaten." Het Marxistisch Weekblad bij blad van „Het Volk" is veel zuiver der in de leer. De heer Sannes vindt blijkbaar, dat de heer Vliegen er veel te koud onder gebleven is. Hij schrijft: Inderdaad, het ontwerp als zooda nig, dat niet veel meer .geeft dan een samenvatting van den bestaanden toe stand, kan ons koud laten. Maar dat is juist een reden om.... warm te worden, warm tegen de bezittende klasse, die zóó de slachtoffers van haar maat schappelijk stelsel beharidelt. Aanwij zing van den schuldige: het kapita lisme hem aanklagen en aansprake lijk stellen zijn woorden van Christe lijke barmhartigheid of menschlieven- de weldadigheid uiteenrafelen en de klasse-daden ervoor in de plaats stel dingen met een duren eed te bevestigen. Dirk TweehuLs was doodsbleek gewor den. Het bloed kookte in zijn aderen en hij beefde van woede en toom. De adem werd hem bijna afgesneden. O, zoo hij den kerel had, den ellendeling, den las teraar! Met beide handen zou hij hem worgen „Wie heeft dit gezegd?" „Karei Plemping!" Hij had dezen naam verwacht, met on twijfelbare zekerheid. Hij schokte door een. Al het kwaad, dat hem in deze on gunstige jaren had getroffen, hing min of meer met dezen naam samen. Vloek over dezen schurk, die hem het laatste, doch ook het hoogste, ontstal, wat hij bezat, zijn goeden naamGod moest hem neppen, dezen duivel in menschen- gedaante te ontmaskeren Rothmann had reeds lang de kleine kamer verlaten, toen Dirk er nog zat. Hij was daar alleen, terwijl woeste ge dachten door zijn hoofd joegen; hij smeedde wraakplannen tegen een boos- aardigen en geniepigen vijand. Zijn ziel was als een woestenij, waaruit het ge huil van hongerige roofdieren krijt; zij was gelijk aan een door de zon uitge droogde heide, waarop een vermetele den brandfakkel wierp. Zijn geest was over stuur en geen andere gedachten hielden hem bezig als die aan wraak, la dien Jtasgtead verliet hij de herberg. lenallen die behooren tot de arbei dersklasse, wien steeds het gevaar bo ven het hoofd hangt te zullen afdalen tot de armen, inzicht geven in het wezen van en hen daardoor mobiel maken tegen het kapitalismevoor de bestrijding van dit sociaal verschijnsel sociale middelen aanwijzen en voor zoover binnen het kapitalisme bestrij ding ondoenlijk is, het socialisme als den redder uit den nood stellen, dat was hier de taak der sociaal-de mocratische afgevaardigden geweest. Een dankbare taak! Inderdaad, zoo schrijft de Neder lander, een dankbare taak. En zoo goedkoopDe heer Sannes meent blijk baar dat iemand die honger heeft zijn maag wel vullen lean met theorie bijv. omtrent het wezen van het kapitalisme. De zoo gesmade Christelijke barmhartig heid heeft h;et toch altijd belter begrepen STATEN-GENERAAL. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 19 Maart. (Verv.) Aan de orde is de Vogelwet en wel art. 2 (verbod van vangen, dooden, verkoopen enz. van beschermde vogels) waarop de heer Rink 2 amendementen heeft ingediend: le. om in plaats van „ten verkoop voorhanden" te lezen: „voorhanden" en 2e. om ook te verbie den het vooriianden h'ebben, te koop aanbieden, verkoopen, afleveren of ver voeren van huiden of vleugels van be schermde vogels. Bij verder debat trok de heer Rink (U. L.) het eerste amendement in, waar na de heer Kooien (R. K.) als sub amendement op het nu nog overgebleven tweede amendement Rink voorstelde om vóór het woord „voorhanden l ebben" in te voegen „len verkoop". Minister Tal ma adviseerde den heer Rink ook zijn tweede amendement in te trekken. Nadat dc lieer Rink het sub-amende ment had overgenomen, werd het aldus gewijzigde amendement-Rink aange nomen met 33 tegen 23 stemmen. Op artikel 4 (kievitseieren) lichtte de heer Van Foreest (O. L.) een amen dement toe om het zoeken van kievits eieren toe te laten tot 30 April en het vervoeren en verkoopen tot 4 Mei. (Het ontwerp wil het zoeken toelaten tot 25 April en het vervoeren en verkoopen tot 27 April). De heer Hugenholtz (S. D.) verdedigde een amendement om hel zoeken van kievitseieren toe te laten tot 28 April. De heer Tydeman (O. L.) wilde den termijn voor den verkoop van het laatste raapsel op vier dagen stellen. MinisterTalma verdedigde het re- geeringsvoorstel dat steunt op deugdelijke adviezen van deskundigen. De rechten De wegen waren verlaten. Van den kerk toren klonk een zilverhelder klokje drie maal achter elkaar: het Angelus klokje. Dirk nam als van zélf zijn pet af maar een hartelijk gebed kon hij niet storten. Bidden was zich van het aardsche af- keeren, het hoofd buigen, het hart verhef fen, aan God zijn nood klagen en Hem om uitkomst verzoeken. Maar Dirk had verleerd zoo te bidden. In zijn binnenste behielden andere gevoelens de overhand andere woorden werden gesproken, dan die van onderwerping en berusting; an dere plannen gesmeedHij zou den el lendeling bespieden, dag aan dag. Hij was een jager en thans gold het wild voor de keuken van den duivel neer te leggen. Haha Met sombere vastberadenheid ging hij naar huis terug. Daar vond hij een vrouw, die met den dood worstelde. O God, nog een ongeluk meer. Was het de zwaarste beproeving, die hem overkwam? Zijn toornige gedachten be dwingend, begreep hij welke verplichtin gen op hem rustten jegens zijn vrouw, die aan zijn zijde was weggekwijnd. Hij spande zelf de pa a: a voer naar het dorp terug, o westelijke te halen, terwijl Jandirk naar'Bevergen zou gaan om den dokter te ontbieden. Dirk sloeg onbarmhartig op de paarden los. df£ daardoor .woest over den weg van den eigenaar om toegang tot zijn gronden te weigeren voor het rapen van kievitseieren blijven onverkort. Bij het verder debat nam Minister T a 1 m a het amend.-Hugenholtz over, waarna de heer v. Foreest (O. L.) zijn amendement introk. Voorzitter de heer Jhr. B. P. S. Storm van 's Gravesande, burgemeester. Aanwezig 10 leden. Afwezig de heer J. Mansvelt. Ingekomen zijn: Een schrijven vanGed. Staten, houdende goedkeuring der be noeming van den heer J. Eggink tot tijdelijk gemeente-ontvanger. Een berede neerd verslag over volkshuisvesting. Ver slag van de gascommissie over 'tjaar 1911. Een verzoek van den heer A. L Visser om een boom te mogen rooien, staande voor zijn woning in de Lang straat Dit wo.rdt toegestaan onder de gewone voorwaarden. Een request van de bewoners van het Tuinpad om betere verlichting. B. en Wi» stellen voor dit verzoek in te willigen onder voorwaarde, dat de eigenaars voor hun huizen een stukje grond afstaan om den weg te verbreeden. De heer K u ij p e r wil wachten tot de nieuwe gasfabriek er is. Het is maar over één lantaarn. De Voorzitter wil 't afhankelijk stellen van den afstand van grond. Ongeveer 1 M. is voldoende. De Raad vereenigt zich met het voorstel van B. en W. Een request van eenige ingezetenen, steun verzoekend bij den Raad om des morgens een betere verbinding te krijgen met Leiden. B. en W. stellen voor een schrijven te richten aan de H. IJ. S. M. Nu zullen ze alleen op den toestand wij zen. In de volgende zitting zal het ver zoek nader besproken worden. B. en W. raden aan, geen grond meer te verhuren aan de heeren v. d. Barse laar, Westgeest en Gardien. De mest putten dienen zachtjesaan ontruimd te worden, wijl de grond noodig zal zijn voor de gasfabriek. De Raad besluit ua afloop van de drie maanden geen grond meer te verhuren. De bestaande regeling tot toelating van kinderen uit den Haag op school no. 2 wordt ook voor dit jaar gehandhaafd. Het kohier van de hondenbelasting wordt vastgesteld op f521. Eén waak hond blijft onbelast. Ook de veldwachters zullen worden aangeslagen in de belas- ting. Eenige af- en overschrijvingen wor den goedgekeurd. Het suppletoir kohier voor den H. O. wordt vastgesteld op f345,92. Dit kohier is noodig, wijl van eenige nieuwe perceelen de juiste huur waarde niet was opgeheven. De instruc ties voor den ambtenaar ter secretarie en den gemeente-ontvanger worden zon- renden. De menschen gluurden over de venstergordijntjes, sloegen de oogen ter neder en zeiden: „Hij haalt den pastoor, 't Moet wel erg met zijn vrouw zijn, maar dat behoeft ook niet te verwonde ren." De oude pastoor was spoedig klaar en terwijl hij met ontbloot hoofd op den groenen jachtwagen meereed, dacht hij aan de treurige praatjes, die door zijn parochie gingen. Och, arme man, wiens eer zoo meedoogenloos door het slijk werd gesleurd; moge God je helpen, dit alles te dragen. Moge God maken dat de lastertaal ontmaskerd wordt. Hij was een goed man, de oude pas toor, en hij geloofde heelemaal niet, dat de lieerboer van den Schoutenhof zoo slecht was als de menschen zeiden. Daar om bad hij voor hem. Toen dwaalden zijn gedachten af naar een stervende vrouw, en met tranen in de oogen verheugde hij er zich over dat hij niet vooraf vrede zou moeten stichten tusschen man en vrouw. Hierdoor werd hij versterkt in zijn ge loof aan Dirk's onschuld. Ook op den terugweg bestuurde Dirk zelf het paard. De pastoor nam naast hem plaats en begon te praten. Hij wildé het ijs in het gemoed van den boer breken en de oplaaiende vlammen van haat doo- ven, hij wilde troost brengen aan een on gelukkige ziel. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1912 | | pagina 5