schen. De Mongoolsdhe vorsten hebben zich onafhankelijk verklaard op aansto ken of misschien alleen maar met instem ming van Rusland. Maar nu haast Rus land zich China den goeden raad te ge ven die onafhankelijkheid te erkennen. Ook de verdere gang van zaken in China schijnt den Russisch en beer niet koud te laten. Aan alle kanten heeft hij zijn net ten gespannen, als er nu maar wat in wil vliegen. Dit is de politiek van het beschaafde Europa. V. Weekqraatje. 't Zou lreel goed kunnen gebeuren, flat ge den een of anderen dag in de trein of in de tram, bij den barbier of in het: koffiehuis, of waar ook, een kennis ont moette, die u vertelde, dat het tegen woordig met de eeuwige zaligheid van de Roomsche politieagenten en veld wachters slecht gesteld isEn als ge bij die vreemde mededeeling 'n paar oogen opzet, zal die „geleerde" je de zaak liaar-fijn uitleggen. „Die Paus, zie- je, dia heeft gezegd, dat iedereen, die een geestelijke voor de wereldlijke recht bank aanklaagt, jn den ban is. En als nu een politieagent b.v. 's avonds een ka pelaan ziet fietsen, wiens lantaren is uit gewaaid, mag hij dien geestelijke niet be keuren. En, als dat aan het hoofd van de politie bekend wordt, zal die man een flinke reprimande krijgen, of.... worden ontslagen. Is dat 11 jet erg, niet verschrik kelijk? Zoo'n Pat|s toch! Ik ben zelf ook Roomsch al lees ik geen Room sche courant maar. van ai die nieuwe maatregelen begrijp ik niks, geen zier." En als die aangesprokene niet alleen gabon neerd is op onze courant, maar die ook leest, zal hij den man kunnen vertellen, dat van al die verschrikkelijk heden niets waar is, absoluut niets. Wat is er dan gebeurd Zonder in finesse te treden daar houd ik trouwens 's Za terdagsavonds niet van zal ik liet u heel in 't kort vertellen. De Kerk wenscht, dat geestelijken geoordeeld, en, zoo noodig, gestraft worden door hun geestelijke overheid. Dat is altijd zoo ge weest, en hij die medewerkte om tegen dien regel in een geestelijke voor een een .wereldlijke rechtbank te doen ver schijnen zondigde. Nu heelt «de Paus, om de wet kracht bij te zetten, bepaald, dat hij, die ecu geestelijke dwingt voor de rechter te verschijnen, in den pan is. En.... de veld wachters, politieagenten, enz. dwingen niet, maar zijn z e 1 f'ged wongen dooi de wet. Doen ze oók geen zonde Ook niet. De Kerk wil haar wetten (niet de wetten, die God zelf gegeven heeft) niet verplichtend stellen, als iemand er een groot tijdelijk nadeel dooi\beloo- "peinou. Eu.;., eeii veldwachter of een politieagent zou veel kans hebben z'n broodje te verliezen! Dus: „het liberale alarm is loos", be sluiten wij met Mr. Aalberse. Met die conclusie zijn we het eens. Wat kun nen die lezers van liberale of neutrale bladen er toch rare dingen uitflappen We zullen cr nu niet meer woorden aan besteden, maar mocht u over deze kwestie of 'n andere! meer willen weten, och, schrijf dan even een brief kaartje aan „Jan" per adres: Leidsciie Courant; die krijg ik dan wel in han den. Of ik zoo geleerd ben? Nu, zóó geleerd niet, maar ik weet toch veel. Die geleerdheid krijg je vanzelf, als je in een courant schrijft, heusch waar. De redacteurs en medewerkers van groote bladen weten alles, letterlijk alies. Maar.... nu ja, eigen roem riekt. Laten we maar gauw van dat chapiter afstap pen. Een bezonder belangrijke gebeurtenis van deze week is het schrijven van de vijf bisschoppen over de vakorganisa tie. De lezers kennen het natuurlijk. En nu, om met de woorden van mr. Ruys de Beerenbroeck te spreken „De bisschop pen hebben gesprokenVoorwaarts, marsch Onze moed is versterkt en ons vertrouwen bezield om krachtig voort te werken tot ontplooing van het volle Roomsche leven en beleving van de z u i- ver Roomsche beginselen in Roomsche Vereenigingen. Roomsche vereenigingen zijn geen katholiek op heel de we reld zal dat tegenspreken in theorie (om niet te zeggen „principieel") de beste, en in onze streken en dat zal nu ook geen enkele katholiek durven tegenspreken ook practisch de beste. Maar, jongen, jongen, wat maakte ik me van de week boos. Ziet 'ns hiérde bisschoppen hebben dat woord niet ge schreven om aan anderen gelegenheid te geven zichzelf een pluim op den hoed te zetten, ,en hun tegenstander in een hoekje te duwen. E11 nu las ik dezer da gen een plaatselijk blad uit den- omtrek, dat van het bisschoppelijk schrij ven 'ns lekkertjes profiteerde om tei wijzen op z'n eigen juist inzicht dat vind ik nog zoo erg nietals je in het publiek optreedt, kan je het soms met de nederigheid zoo nauw niet nemen, en zelf-respect, op gepaste wijze geuit, strekt tot eere maar erger is het, dat dit blad zoo 'n triomphantelijken toon aan sloeg tegen hen, die, naar het meende, den toestand niet zoo ernstig hadden in gezien als de Bisschoppen, en voor die strooming naar Christelijke vakvereeni- gingen (in tegenstelling met Roomsche) niet gewaarschuwd hadden. Als jeiederen dag op je teenen gaat staan om je wijs vinger naar een grooten man op te steken, rekt je jezelf op het laatst zoo uit, dat je zelf groot wordt. Werkelijk waar, 't is een pracht-toer, ook op geestelijk gebied! Nu en dan lees ik zoo iets, waarvan je wel zoudt durven wedden, dat de schrijver, toen hij zijn gedachten ver eeuwigde, zijn snor a la Wilhelm 'ns flink opdraaide of in elk geval (er zijn zoo veel mannen zonder snorren) door een of andere gestie toonde zich te „voe len". Hoe heel anders klinken die woor den, waarmede de Paus zijn toespraak tot de neiuwe kardinalen besloot„ge looft mij, dat het zoo is, want ik ben in deze dingen bevoegd om mede te praten." Zoo treffend-eenvoudig! Hij, de Opperpriester Maar, waarachtig, nu ben ik zelf aan het standjes-geven, 't Zit er toch zoo diep in als 't er op aankomt, vlekken in anderen te zien, willen we O. L. Heer den baas af zijn! Wat zouden er 'n sollicitatie-brieven naar de hemel ge- s stuurcl worden, als O. L. Heer een ad vertentie plaatste voor iemand, die ge schikt is de minste fouten in anderen te zien, vooral in geloofsgenooten. Salaris naar bekwaamheid. Vereischte: 'n scher pe menschen-kennis, juist en zuiver oor deel, 'n zeker zintuig, waardoor men het verkeerde in anderen aanstonds voelt. Uit het kleinste dorpje zou er een solli citatie komen! Wat, wat zegt u? Of ik ook zou solliciteeren Foei, hoe kunt u zoo iets veronderstellen! Ik zal maar gauw op wat anders overspringen. H.H. D.D. Hoogwaardigheden de Bisschoppen zeggen in hun schrijven, dat door het vereenigen in katholieke organisaties volstrekt niet „de samen werking met andere vereenigingen voor bepaalde wenschelijlc geachte doelein den, in zoover de Katholieke beginselen dit toelaten, onmogelijk gemaakt of be- moeielijkt wordt." En nu is juist verle den Zondag door een Roomsche orga nisatie een besluit genomen, dat een mooie illustratie bij deze woorden is. De R. K. bond van Spoor- en Tramwegper soneel „St. Raphael" heeft verleden Zon dag te Rotterdam haar 3e maandelijk- sche vergadering gehouden, en op die vergadering is, mede tengevolge van het krachtig pleidooi van den algemeene ad viseur, het besluit genomen om met d:e Ned. Vereeniging van Spoor- en Tram wegpersoneel samen te werken inzake het loonpetitionnement bij dé Staats spoorwegen. Een mooi voorbeeld van sa menwerking! En nu kiint u in de cou rant van eergisteren lezen, dat het be stuur van den Prot. Chr. Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel eene zelf standige actie wil voeren voor loons- verhooging. Ik neem dat dot menschen volstrekt niét kwalijk', ieder is heer en meester op eigen terrein! Ik wil maar zeggen: die Roomsche vakvereenigingen zijn toch zoo verschrikkelijk niet, ze zijn niet te bang en te schuw en te onverdraag zaam om met anderen samen te werken, zooals men dat soms wil voorstellen, 'n Ander voorbeeld: Laatst pleitte het Ka tholieke blad „Het Huisgezin" voor een samenwerking tusschen Katholieke en openbare onderwijzers om loonsverhoo- ging te Icrijgen. Loonsverhooging duürteze praten er bijna ieder en ge meenteraad uren over vol, en voorname lijk over de vraag, of..,., er eigenlijk wel een duurte van levensmdidelen bestaat! Tweede Blad, behoorende j i»ij De Leidsche Courant van Zaterdag 9 Dec. no. 661. KAMEROVERZICHT. TWEEDE KAMER. 9e algemeene beschouwingen geëindigd Het incident Kuyper- de Waal Male- fijt De sociale wetgeving. De Kamer is gisteren met de algémee,- jle beschouwingen klaar gekomen. De meeste sprekers, die in eerste instantie Ft -woord voerden, repliceerden zonder Iets nieuws te berde te brengen, zoo- idat, ware er niet geweest het incident jKuyper-de Waal Malefijt over de on derwijspolitiek in Indië, de discussies intets belangrijks zouden hébben opge leverd. Zelfs niet door de geestige wijze, Svaarop Minister Heemskerk den grappi- jgen heer Roodhuijzen terecht zette in zake de benoeming van een schoolopzie ner te Den Helder. Deze schoolopziener >-natuurlijk een A. R., anders zou de linkerzijde er geen drukte over maken h—heeft een briefje met verschillende taal fouten geschreven ter verdediging tegen Ide errtiek op zijne benoeming uitgeoe fend. Wegens de fouten werd hij onge- schilct-voor't ambt-geoordeeld en werd zijn aanstelling als eene partijbenoemingge- qualificeerd. De heer Roodhuijzen kreeg echter ziju froeven thuis. Als iemand naar derge lijke dingen moet worden beoordeeld, dan had de Minister nog een appeltje te schillen met den heer Roodhuijzen. iDe Minister haalde '11 paar staaltjes v.ui iRoodhüijziaansChe beeldspraak aan, die Donderdag sprak van „het branden van ziju vingers bij het te paard stijgen op leen artikel", van een „trekken" van een Rubicon en van „garool", toen hij niet •wist of hij moest spreken over „parool" of „gareel". „Is de geachte agevaar- digdè van den Briel wel geschikt voor ■schoolopziener?" vroeg de Minister on der daverende hilariteit. Het incident Kuyper-De ,Waal Male fijt, waarvan men de bijzonderheden in óns verslag vindt, jaagde heel wat stof op en veroorzaakte veel beweging. In 't wezen van de zaak bleken de Minister en de leider der A. R. partij 't met el kaar'eens te zijn. Het verschil loopt Over de toepassing en hierover schijnt dr. Kuyper een andere meening te heb ben dan de heer de Waal Malefijt. Hoe echter zij, de heer Kuyper is todh wel i\vai erg hardhandig in zijn critiek te !vvei'k_ gegaan.Meer matiging, vooral, waar Het een geschilpunt tusschen partij- Igcmoten betreft, ware gewenscht ge lwee st. Minister Heemskerk koestert de hoop dat nog in dit zittingsjaar _(dus vo >r September 1912) een belangrijk deel van de sociale wetgeving kan wor den afgedaan. Door deze verklaring was dr. Kuyper gerustgesteld en hij trok zijn ultimatum in. Wij willen hopen, dat dc verwachting van den Minister geen uto pie zal blijken te zijn. Minister Talma, uit zijn tent gelokt door den heer Patijn, verdedigde de techniek van zijn verzekeringsoniwerpen, die zoo slecht, niet is als de liberale re denaar wel wil voorgeven. Hiermede is het voornaamste van den dag van gisteren aangestipt. In den la ten namiddag werd nog begonnen aan iBinnenlandschc Zaken en 's avonds aan Waterstaat. Alle afgevaardigden heb ben bij laatstgenoemde begrooting trouw de districtsbelangen behartigd. De Week in Het Buitenland. Wat nu? vraagt men zich af na ken nis genomen te hebben van de krijgsver richtingen der laatste ,week iu Tripolis, die voor de Italianen zoo bijster goed '■zijn uitgevallen. Met krachtig opdringen hebben zij de .Turken uit de oase ver dreven, waarna zij, niet hun overmacht ,*($prukkend, dezen hun laatste stellingen, '«Vanwaaruit zij zoo lang de oase veront- cji'U.d hadden, ontnamen. Zoo heeft dus Italiaan nu een werkelijk succes be haald, en we laten nu in het midden 8>f zij door dapperheid en overmacht den Uit de Natuur. VIII. h De Mol. Dc betrekkelijk kleine, zwarte mol, is jvei aan bijna iedereen bekend, alhoe wel slechts weinigen over zijn leven en jjyerken meer weten dan dat hij gangen £n molshoopen maakt. De mol wordt niet grboter dan onge veer 15 c.M. Zijn geheele lijf, behalve de spits van zijn snuit, en de teenen der 'vingers is met een fluweelachtige huid bedekt, die voor bontwerk zeer gezocht 'is, en den mol daardoor aan veel ver volging door velletjeshandelaren bloot stelt. Geheel en al bedekt door de haren, liggen zijn twee kleine oogjes, die in verband met zijn onderaardsche leven in het donker slechts weinig gebruikt wor- 'lÜeii, maar toch tot het gebruik zijn ge- "j&chikt. De plaats waar hij zich ophoudt, geeft jfjij zelf zeer duidelijk aanbij het gra- -Vi". waartoe zijn schepvorm ige yooropo- Turk verdreven hebben, of dat deze we gens gebrek aan munitie hun positie heb ben moeten opgeven, maar daarmede ïs nog jyet gezegd", dat zij een beslissen ten slag geslagen hebben en dat we cr iets dichter tot den vrede door gekomen zijn. Immer» uit verschillende berichten blijkt, dat de .Turkeu zich in goede orde (de Italianen willen bet graag anders voorstellen) zijn teruggetrokken, iets waartoe zij, al» eerst iu de laatste linie bij wijze van reserve strijdende, genoeg- zameu tijd hadden. iW.el is waar zal bij de Arabieren de terugtocht niet zoo orde lijk zijn gegaan en zijn van dezen, zooals te begrijpen valt, de meeste dooden ge vallen, maar het middelpunt, vanwaar de organisatie uitgaat, de geregelde en goed gedrilde Turksche troepen, bestaan nog en dieze zullen, teruggetrokken op den Dzjebel.den Italianen nog Jast genoeg ver oorzaken. Nu echter dient de vraag gesteld te worden, of Italië nog eenige actie in de .Turksche wateren zal beginnen. Zoo als men weet, hebben .^jj wel in de Roode Zee wat schoten gelost en een paar .Turksche scheepjes in den grond geboord, maar daarmee achten zij dan dan ook hun actie in die richting ge ëindigd en zijn de lichten op de kusten van Erithrea weer ontstoken. Ee'nter blijft nog- altijd de kwestie der Darda nelles Maar ook deze zaak heeft twee zijden. .Wij wezen er reeds een vorige maal op hoe Rusland zich ten zeerste voor dit geval interesseert en tracht hier uit voordeel te behalen. Naar deze week verluidde, was Rus land een diplomatieke actie begonnen 0111 de Dardanelles geopend te krijgen voor zijn oorlogsschepen. E11 ofschoon dit ge rucht, dat, zooals wij vorige week meenen aangetoond te hebben, nog zoo dwaas niet is, aanstonds is tegengesproken, blijft toch do kwestie tussciieu de Porte en Rusland. Do Porte heeft inmiddels bij de mogendheden om hun meening iu deze doen vragen, en met ongeduld wacht men vooral het antwoord van En geland af. Heimelijk vreest men 111 Turk sche regeeriiigskringen, dat de kwestie der zeeëngten een annex vorint van de .RussischrEngelsche overeenkomst over Perzië. Daar is Rusland's opireden ook een zeer vreemde, en ofschoon het den lezer niet veel zal inieresseeren, dagelijks van liet geharrewaar daar op de hoogic te worden gebracht, za! een liieenzcding der kwestie wel niet onaangenaam zijn. Zooals den lezer bekend is, vermoedde inen, dat Rusland de hand had in de pogingen van den ex-sjah om zicli weder van da regeering meester ie maken. Dit kan echter niet positief w rden aange toond. .Toch scheen Rusland naar een rprion tf< zoeken om zich wat ineei met de zaken in Perae (waarover liet tocli al met Engeland een soort engelbewaar der speelde) te bemoeien. Da gelegen heid hiertoe deed zich vrij spoedig voor. Sedert eenigen tijd is liet beheer der Perzische financiën door de regeering op gedragen aan een Amerikaan, Morgan Shuster, dia zich voorbeeldig van die taak kweet en aati vele verkeerdheden een eind maakte. Bij het beslag leggen op de goederen van den broer van den vroegere» Sjah protesteerde Rusland, echter, omdat hierbij bijzondere Russische belangen koude» gemoeid ziju. Daar dc Pers, mteneude in eigen huis te 111 ogen doen wat hij wilde, dit protest voor ken nisgeving aannam, volgde hierop een ul timatum, wederom gevolgd door een dito van verscherpten inhoud, terwijl te gelijkertijd troepen werden gezonden. Engeland, dat. zooals men weet, met Rusland Perzië in invloedssféereu ver deeld heeft en dat in 1910, naar men zich nog wei herinnert, een poging waag* de om den Pers nog iets meer onder den duim te krijgen, schijnt pok nu ac- coord te gaan met Rusliandsl optreden, althans heeft niet geprtesteerd en ook zijn meening iu deze nog niet duidelijk uitgesproken. Wel is er veel over een samengaan der beidé rijken gesproken cu over een verdèeling van Perzië, maar dit laatste bericht wijst men met verachting als lasterlijk terug. Toch lijkt het er wel iets op of men het spelletje, dat nu in Afrika uitgespeeld schijnt, omdat daar niets meer in te palmen valt (ge steld dat Italië zijn zin krijgt) zal voort gezet worden in Azië. Ook in het troebele water van don Chineeschen opstand zit de Rus te vis ten uitermate geschikt zijn, moet hij voortdurend de losgewoelde aarde ver wijderen, en doet dit door ze naar het oppervlak te brengen, waar de opgewor pen aarde de bekende molshoopen vor men. Het voortdurende graven van den mol berust op zijn grooie vraatzucht in den tijd van 24 uur verslindt hij meer dan zijn eigen lichaamsgewicht, terwijl hij liet geen twaalf uur zonder voedsel uit kan houden. Zijn voedsel bestaat voornamelijk uit regenwormen en insectenlarven, die hij onder den grond vindt, verder eet hij ook kevers, vooral de zoo schadelijke mei kevers, terwijl ook pissebedden en slak ken hem welkom zijn, en de muizen die in zijn bereik komen ook verorberd wor den. •Uit de samenstelling van zijn voedsel, met'uitzondering der regenwormen, uit schadelijke dieren bestaande volgt reeds hoe nuttig de mol zidli anaakt, in zoover hij echter niet sdhadelijk is, door zijn gra ven. Wanneer hij namelijk in een sier- tuin of in teelland terecht komt, dan k&ö zijn nut mental niet qo wegén tegen de schade die hij door 't loswoelen der jonge planten veroorzaakt. Op weiden, bosschen is hij eéhter zoo nuttig, dat wij hem als onzen bondgenoot ijverig moeten beschermen. Om een stuk grond van mollen vrij te houden, bestaat echter een zeer doeltref fend en weinig kostbaar middelmen grave oin deze een greppel ter diepte van 60 centimeter, die men met distels doorntakken, scherven of andere prikke- lige en hoekige voorwerpen vult. Men kan er dan van verzekerd zijn, dat geen mol zich door die verschansing heen zal werken. Is de mol eenmaal op een ter rein, dan behoeft men slechts een flesöh met den hals naar boven in een mols hoop te plaatsen, om hem te verjagen. Het gehoor van den mol is buitenge woon goed ontwikkelddit behoeft ons ook niet te verwonderen, daar 't een al gemeen waargenomen verschijnsel is, dat bij alle wezens (ook bij de men schen) waar een der zintuigen weinig of niet ontwikkeld is, de anderen juist meer dan normaal ontwikkeld zijn. L)oor dit scherpe gehoor, is de ra^ol in staat de nadering van vijanden te be speuren en te maken dat hij zoo spoe dig mogelijk wegkomt. Ook de reuk van den niol is in over eenstemming hiermede sterk,ontwikkeld, wat hem bij 't opsporen van zijn prooi in 't duister natuurlijk zeer goed te pas komt. De mol kan ook zwemmen, echter doet hij dit slechts zeldzaam en alleen dan, als hij over een water wil gaan, dat te breed of te diep is om er onder door te kunnen graven. Overeenkomend met zijn leven, is de mol een bloeddorstig dier, dat geen ander bij zich duldt, ontmoet hij een soortgenoot van 't zelfde geslacht, dan begint een verwoede strijd, die pas met den dood van één van hen, of ook wel van beiden eindigt. Het schijnt edhter dat in den paartijd zij wat kalmer van gemoed zijn. Heeft mannetje na lang zoeken bij de mollen, zijn in tegen stelling met de menschen, de vrouwen weinig talrijk het wijfje zijner keuze gevonden, dan graven zij een nest, dat meestal meerdere uitgangen heeft, cq BastaIk ga er nu niet over kletsen. Misschien 'n andere keer. Toch, 'n enkel Woordje. Ik zou het wel van de daken willen roepen, voor al na de insinuatie van een z.g. katholiek in een groot liberaal blad, gericht aan Ihet adres van onze Bisschoppen: Laat todt die klare en heldere taal van ons Epis- copaat voor ons zijn een lichtbaak 'om te zien het doel van ons streven, en een' prikkel om voort te gaan met groote! schreden op den eenigen ,weg, die on» leiden kan tot betere toestanden Room sche, zuiver-Roomsche organisatie! En zoo eindig ik, gelukkig niet op een dak, maar rustig bij de kachel het praat je, dat ik de eer had met u te houden. Tot de volgende week. JAN. Brieven uit Zoeterwoude. XII. Met belangstelling las jk, dat van re- geeringswege een ondèrzoek wordt inge steld naar de .werking eener ongevallen verzekering jn een paar gemeenten van Zuid-Holland. ,Want nu blijkt al, dat de Minister met deze onderlinge verzeke ringen althans rekening houdt en ons- vertrouwen, dat wij onze eigen verzeke ring kunnen houden, ook wanneer het landbouwbedrijf in de Ongevallenwet wordt opgenomen, is door deze daad van den Minister versterkt Zooals jk reeds vroeger zei: er zullen dan aan. de be staande organisaties wel eischen .worden gesteld, maar nu reeds mogen wij ver wachten, dat deze eischen aan den be- staanden toestand zullen aansluiten, na tuurlijk voor zoover zulks mogelijk is. Meer mogen we op 'toogenblik zeker niet verlangen. Een ander goed nieuwtje kwam uit Duitschland, waar een geleerde de tong- blaarbacil ontdekt zou hebben, 'tls niet de eerste maal, dat de een of andere ont dekking in verband met de bestrijding der gevreesde veeziekte wordt gemeld. Een nadere bevestiging bleef echter ge woonlijk uit. Toch ben jk geneigd, dit laatste bericht te gelooven. Laten we er eens het beste van hopen. Dan hebben wij het vooruitzicht, bij nieuwe gevallen een methode van bestrijding toegepast te zien, waarvan men de doelmatigheid eerst door proeven bewezen heeft. Dan zullen de belanghebbenden zeker gaarne medewerken, juist omdat zij van het rede lijke der maatregelen óveriuigd zijn.Want nu moge men den boeren allerlei tegen werking en wetsontduiking verwijten en hun op grond daarvan de geheele mis lukking der pas toegepaste maatregelen in de schoenen schuiven, 't ligt toch voor de hand, dat een bestrijding, waarvan de wetenschappelijke grondslag ont breekt, in de lucht hangt en niemand be vredigt. Eerst als bewezen js, dat riïen op den goeden weg is, kan men op loyale medewerking rekenen en mei suc ces de ziekte bekampen. Zóó is het met meer besmettelijke ziekten gegaan. Mocht het bericht omtrent de ontdek king van de baccil juist zijn, dan vertrouw ik, dat maatregelen worden voorgeschre ven, die allen bevredigen, niet alleen den heer Th. Wesselingh en zijn uitnemend inaar weinig talrijk gezelschap, maar ook de breeüe scharen van belangheb benden, die in deze zaak nu nog toi de ontevredenen behooren. We zitten midden ju het vergader- seizoen. Zoo hield de heer Engels een politieke rede voor de leden der Jonge Garde (afd. Dorp). Zoo vergaderde de Kiesvereeniging over een concept-regle ment voor de Centrale. Uit het verslag van cfeze laatste ver gadering is reeds gebleken, dat zij een eigenaardig verloop had. De geschiedenis is zóó. Nadat een commissie uit liet C. B. het concept ontworpen had, werd dit door het C. B. zelf gewijzigd. Tevens advi seerde het C. ,B. de omlijnde artikelen weg te laten. Liet. men de?é er in, dau zou men bij candidaatsteitiag voor Ka mer en Staten de stemming houden in de afdeeliug-en, zou dus ieder Jid aan de candidaatstelling direct medewerken; liet men de omlijnde artikelen weg, dau zou de candidaatstelling evenals vroeger .j— voor 1909 via de afgevaardigden ter Centrale Vergadering geschieden. Nu hebben we in o:ize afdeeling twee leden van het C. 3-, nl. de heeren A. A. dat zij met hooi en zachte plantendeelen bckleeden. In dit nest worden dan een vier of vijftal buitengewoon hulpbehoe vende jongen geboren, die door de bei de ouders met veel zorg en toewijding worden groot gebracht, wat dit zeggen wil, kan men eerst begrijpen, als men weet dat de jongen al even vraatzuchtig zijn als de ouden, terwijl het wel min stens zes maanden duurt, eer zij zelf in hun onderhoud kunnen voorzien. De vijanden van den mol zijn legio', op de eerste plaats de mensch, die hem' zoowel in domme achtervolgingswaan- zin, als om zijn vel, achtervolgt; yer- der de .wezels, de hermelijnen en bun- sings. Ook de vossen en egels maken ijverig jacht op hem. Waar de mol zich echter veelal zoo verdienstelijk maakt, ware het te wen- schen, dat hij althans van de menschen een betere behandeling mocht onder vinden. Moge dit stukje daartoe bijdra gen. H.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 5