Tweede Blad, behoorende
bij De Leidsehe Courant van
Zaterdag 18 Nov. no. 643.
KAMEROVERZICHT.
TWEEDE KAMER.
De Indische Begrooting.
We moeien ons nu gaan haasten met
tfe afdoening van staatsbegrotingen.
(Gisteren begonnen we met de Indische,
ld. i. ruim een week later dan verleden
Ijjaar. De tijd is krap toegemeten om vóór
(Kerstmis klaar te komen 't zal haastwerk
'zijn, want al heelen er geen belangrijke
Zaken voor de algeme-ene beschouwingen
ite wachten, als de leden van de Kamer
eenmaal aan het redeneeren slaan, kent
hun breedsprakigheid geen einde. De so
cialisten hebben b.v. dankbare onder
werpen in de zeeliedenstaking to Ain-
eterdam en de weigering van Minister
(Heemskerk om het petitonnement per
soonlijk in ontvangst te nemen; de Jibe-
'iralen gooien daarbij wel een duit in het
llzakje en zetten dc viering van het kies
rechtverbroederingsfeest met vrijzinnig-
democraten voort ,enz
Zoover zijn we echter nog niet. We zijn
pas aan de Indische begrooting en ach
tereenvolgens hebben Indische „sterren"
Sin 'i parlement geschitterd.
Dc Kanter, van Lènnep, de Meester,
$cheurer, Boogaardt, van Hoogstraten
'zijn aan het woord geweest om voor
'Indische belangen 'n lans te breken. Heb
ben de heeren de Kanter en de Meester
■Zich in hoofdzaak bepaald tot financieele
'beschouwingen, die een optimistischen
'ondergrond hadden, bepleitte de heer van
iLennep decentralisatie ,en bracht hij hul
de aan het be'.cicl van gouverneur-gene
raal idenburg, de heeren .Scheurer en Bo
gaardt hebben naast materieele zaken-ook
!en voornamelijk besproken de geestelij
ke belangen van de Inlandsche bevolking.
Van dat standpunt bezien .waren de
redevoeringen van beide laatstgenoemden
'ons 't dierbaarst. Het. was de fout van de
i.Nederlandsche regeering, aldus dr. Scheu
rer, dat zij wegen en bruggen en andere
in a t e r i e e 1 e voordeelen gaf aan dé be
volking, doch niet den godsdienst van
(den overheerschei". De ontwikkeling van
'den Javaan moet niet geschieden op neu
traal terrein, zonder de religie. Men heeft
jWestersche cultuur in het Oosten ge
bracht, maar wat beteekent dit zonder
godsdienst? De rijke ervaring, .waarover
"dr. Scheurer bezit deden hem staaltjes
vertellen, wat de Westersche „bescha-
vings"-arbeid zonder ,God uitwerkt. Als
'de Javaansche jongeling vloekte, gaf hij
l'als erklaring, dat dit de adat is van -den
[{Westerling. 'Is het Westersche .cultuur,
["vroeg dr. Scheurer scherp, als ik 's nachts
Haar de kampong geroepen, in de socië
teit nog de Europeanen zag drinken en
"spelen
Indië moet gekerstend worden naar de
roeping ons door God gegeven. Daar
mede alleen wordt de inlander gebaat;
bi) moet niet gebracht worden in de hand
j'yan het ongeloof. De xegeeriiig behoort
'alles te verwijderen, wat die kerstening in
den weg staat.
In gelijken geest sprak de lieer Bo-
Hoe zij, bij wie pastoor
Bertins kerkte, gestraft
werden.
-I!..
Vervolgens daagden de schouten den
huisvader o.m van zijn 'doen nauwkeurige
rekenschap te geven, inaar op raad van
oudcro Katholieken kwam hij niet voor
den dag en poogde bij zijne afwezigheid
de huisvrouw zoo goed mogelijk heel die
zaak teverontscluildigen. Zij gaf de stel
lige verzekering en het was waar
dat volgens de afspraak eene vergade
ring van slechts weinig menschen be
legd zou worden, maar het volk was van
alle kanten naar het huis heen getoopen
op het onzekere gerucht, dat daar het Mis
offer zou worden opgedragen. Opdat men
nu niet ïn het onbehoorlijk nachtelijk uur
op de straten zou blijven tot ergernis
van voorbijgangers en buren, had zij die
'talrijke volksmenigte bij afwezigheid van
iden man ingelaten Maar tranen noch zuch
ten, noch woorden, noch redenceringen
mochten baten. Al te klaar bleek de mis
daad (althans 'indien het een misdaad ge
noemd moet worden meer aan God te
gehoorzamen dan aan de menschen of
[niettegenstaande de straffen van kerker
'jen van ballingschap de goddelijke gebo
den niet ie willen schenden). De namen
van huisvader en huismoeder werden dan
'•Opgeschreven. Je gelijk ging het bevel
'.om voor de heeren overheidspersonen te
'komen, zoo dikwijls zij zouden worden
gedaagd. .Toen hadden de schouten him
ambtswerk volbracht en gingen zij met de
soldaten Jieen. Twee dagen later kwam
pde openbare stadsbode in naam der over
heidspersonen gelasten, dat de huisvader
üen zijne vrouw voor schout en rechters
izoiiden verschijnen om zich betreffende
pde voornoemde misdaad (zoo zij zeiden)
pie verantwoorden. .Toen zij in tegenwoor-
Qdigheid van de schepenen en stadsover
sten waren gekomen, vroeg, na een barre
jjen nog wel openbare terechtwijzing van
t'den schout, de burgemeester-voorzitter,
fjhoc zij zoo stout en vermetel het hadden
i gewaagd de vaderlandschc wetten aan te
Aandien ,en ze met grppte ergernis te
gaarde De grondgedachte van onze Is-
lam-politiek is de erkenning van de Is
lam als de nationale godsdienst der Ja
vanen. Maar deze grondgedachte is on
juist. Onder de Soendaneezen, de Ma-
doereezen en de bewoners der kuststre
ken, vindt men Mohamedenen. Maar de
meeste Javanen belijden het Jiindoe-Ja-
vanisme, zijnde een Hindoe-Javaansch ani
misme.
De heer Bogaardt bestreed daarom uit
voerig de opvatting van den regeerings-
adviseur, dr. [Snouck Hurgronje, als zou
de heel Java Mohamedaansch zijn. Hij
meent, dat Idr. Snouck niet van partijdig
heid is vrij te pleiten, terwijl hij tevens 'n
juist 'inzicht in de zaken mist. Want eens
aangenomen, dat alle Javanen Mohame-
d'anen zijn, zou men dan gelooven dat
men zoo'n fanatieke bevolking kan be-
heerschen en rustig houden met een
macht van nog geen tien duizend man?
Lang stond de heer Bogaardt stil bij
d'e Mekka-bedevaarten, die gevaarlijk
voor do rust in Jndië zijn, omdat zij
niet uit religieuzen drang .worden onder
nomen, maar alleen als middel om zich
boven de rest der bevolking te verheffen.
Wie uit Mekka terugkeert is hadji, d.
w. z. vijand van het Nederlandsche gou
vernement.
Ten onrechte verzet men zich onder
dien invloed van de verkeerde theorieën
van den Leidschen hoogleeraar dr. Snouck
Hurgronje, tegen de zending en de zen
dingsscholen.
Zoo lang de zending op Java gedreven
wordt is er nooit een dissonant geweest.
Integendeel, het puikje van de bevolking,
de zoons van inl. hoofden, gaan bij voor
keur op de godsdienstige scholen. Het is
niet waar, dat de Javaan behoort tot een
anti-godsdienstig volk. Het doel der zen
ding is dan ook niet de deugden van den
inlander weg te nemen, .wel de ondeug
den. Zij wil de deugden doortrekken mei
den adel van het .Christendom.
De heer van Hoogstraten, de laatste
spreker van dezen dag, bracht warme
hulde aan het beleid van den gouver
neur-generaal, die het uitnemend voet
spoor van generaal van JHeutsz volgt.
Zijn d6 socialisten er anders zeer vlug
bij om bun bekende donderspeech tegen
het kapitalistisch bestuur van Jndië af
te steken, gisteren zwegen zij. Wel was
Vliegen in druk gesprek met van Kol,
die in een der zijloges zat, om van de
zen socialistischen kolonialen adviseur
de noodige 'instructies voor zijn rede te
ontvangen.
De Week
ïm tiet Buitenland.
Sedert we de laatste maal onzen blik
over de landen rood gus en -nog- verder-
lieten gaan, is er niets noemenswaardigs
gebeurd en wanneer men het aantal re
gels ziet, die er des ondanks over volge
schreven zijn, moet an en het zonde vinden
van het papier en de inkt die er aan ver
morst is. Dit is natuurlijk, achteraf be
keken, ons oordeel.
Inderdaad zijn we echter iederen dag
blij nadere bijzonderheden te vernemen
over de diverse gebeurtenissen die ons in
spanning houden, al is die blijdschap ook
meestal getemperd door de wetenschap
dat den volgenden dag weer andere be-
schendcii. De katholieken wisten niet
welke verontschuldiging zij zouden in
brengen en overdekt met schaamte uiter
mate, hadden zij geene .woorden, waar
mede zij aan de rechters voldoening kon
den geven. "Na velerlei ondervraging werd
ten laatste gelast heen te gaan. Den vol
genden Zaterdag zouden zij het vonnis
der rechters vernemen.
Heel dien tusschentijd liet ik niets on
beproefd om aan mijne schapen in hunne
bedruktheid ten minste eenige goede
diensten te bewijzen door middel van mij
en mijne vrienden. Persoonlijk bezocht
ik de aanzienlijke Katholieken der stad
en de Fransche kooplieden mijner ge
meente en verzocht hun alle mogelijke
moeite te willen doen bij de overheidsper
sonen, opdat zij ten minste ietwat ge
nadig met onze katholieken zouden han
delen en hen niet tot altijddurende bal
lingschap zouden veroordeelen, vooral
omdat onze menschen huil Jiulsgezin met
d'agelijkschen arbeid mpesten onderhou
den en nimmer iets dergelijks bij hen
was voorgevallen en zij ook in de toe
komst dat niet zouden bestaan. Maar
onze zorgen waren vergeefsch on d'esmee
kingen bij d'e overheidspersonen nutte
loos, zooals (tegen de verwachting van
alle katholieken) de uitkomst bewees.
Want op den bepaalden dag luidde de
openbare stadsklok, terwijl oen zeer groo-
te volksmenigte aanwezig was het was
namelijk marktdag en de schouten en
schepenen en de overheidspersonen van
anderen rang bestegen hunne plaatsen
bij de vensters. En door een stadsschrij-
ver .werd uit een vooruitspringend ven
ster openlijk en met duidelijke stem het
vonnis gelezen, dat nagenoeg in deze be
woordingen vervat was: „Dat meester
N. met zijne huisvrouw N., wegens schen
nis van de wetten der Hoogmogende
Staten, on wel omdat zij het hadden be
staan eene i>aj>istenvergadering, nog wel
des nachts, oo dat en dat uur. te beleg
gen, vóór zonsondergang, op last van
schout -en overheidspersonen, als ballin
gen d'e stad moesten verlaten en yóór het
vertrek tweehonderd gulden aan den
schrijver moesten uittellen, behalve nog al
de kosten van het gerecht enz." Tegen de
verwachting van alle katholieken, vooral
van ,d<5 Fransche kooplieden» idje erg hun
richten komen die de vorige gladweg
tegenspreken en ons alzoo niet wijzer
maken dan .we zijn.
Zoo met den. oorlog tusschen Italië
en Turkije. Hoevele malen is al niet ge
meld, dat Italië, teneinde den Turk nu
eens afdoend te dwingen den vrede te
sluiten, een krachtige vloot-operatie zou
beginnen in de Aegeïsche zee daar eeni
ge eilanden zou bezetten, die het later
weliswaar zou moeten terug geven, om
daardoor den Turk wat steviger de duim
schroeven aan te zetten. Maar hoe dik
wijls het ook diet veel ophef verkondigd
is, hoe dikwijH ook de Italiaansche oor
logsschepen bij de Turksche kusten ge
signaleerd zijn, van een bombardement of
blokkade hébben we nog steeds niet ge
hoord.
De Turk schijnt er zich trouwens niet
bezorgd over te maken, vooreerst hierom
niet, dat die eilanden grootendeels door
Grieken bewoond worden en dus even-
tueele schade door anderen geleden
wordt, en vervolgens in de overtuiging
dat de mogendheden ter bescherming
hunner onderdanen, die daar in groote
menigte wonen, ook nog wel een woord
je zullen meespreken. Waarschijnlijk is
dit laatste dan ook wel de hoofdzakelijke
reden, dat de Italiaansche vloot nog
steeds niet van zich heeft doen hooien.
Ook van het eigenlijke oorlogsiooneel
hooren we niets bijzonders. ,Het bericht
toch der laatste dagen, dat de Turken,
die zich reeds zoo mooi in de oase inge
vochten hadden, deze mooie positie zou
den opgeven om terug te trekken in de
woestijn 'is toch te belachelijk om waar
te zijn. Veeleer is daarentegen aan te ne
men dat zij steeds meer aanvallcnderwijze
optreden, iets wat ook zou op te maken
zijn uit een telegram van heden, dat in
da jongste gevechten (waar we notabene
niets van gehoord hebben) aan beide zij
den ernstige verliezen geleden zijm. En
fin, de waarheid zal wel eens aan het
licht komen.
Ook uit (China veel geruchten maar
weinig betrouwbaar nieuws. Joean-sji-kai
weet blijkbaar zelf ook niet wat hij wil
of hij doet maar zoo om alleman te vriend
te houden. We hooren immers zoowel dat
hij wil trachten de monarchie staande te
houden, alsook dat hij voor een republi-
keinsche regeeringsvorm te vinden zou
zijn waarvan hij zelf het hoofd zou wor
den. Wat dat laatste aangaat is niet goed
aan ie nemen, dat de rebellenleiders hier
voor te vinden zouden zijn, vooral niet
dat Lijoéënghoeng, die zich nu al zoo
lang en met zulk een succes heeft weten
te handhaven iegen een sterke regeerings
troepenmacht, zijn positie zou prijs ge
ven zonder de meest gunstige voorwaar
den voor zich zelf te bedingen. Maar ook
mst de talrijke_prOYmcies in Midden- en
Zuid-China dte "zich autonoom verklaard
hebben is ernstig rekening te houden.
Terwijl het ons dus niet mogelijk voor
komt dat de troon voor de huidige dynas
tie behouden zal kunnen blijven, geloo
ven wij dat de oplossing alleen gezocht
en gevonden zal kunnen worden in een
statenbond van het vereenigde China.
Voor Portugal ïs deze week in zooverre
gelukkig geweest dat ze er nu ten minste
weer een ministerie hebben. Dat heeft
anders moeite gekost, ze zijn als het wa
re bij elkaar geraapt .waarna de heeren
best gedaan hadden, om verzachting te
vragen, werd zulk een streng vonnis ge
veld, dat zeer vele burgers in verslagen
heid bracht. Want zij vreesden bij de
minste vergadering, die zij zouden hou
den, balling te zullen worden en als zoo
danig te worden afgekondigd. Maar met
een gelaten gemoed droegen de gevon-
nisde katholieken dat ongelukkig Jot, en
dienzelfden dag vóór zonsondergang wer
den zij tot groote schade voor hun tijdelij
ke welvaart ballingen en deden hun de
vrienden uitgeleide tot aan de stadspoort
waar niet zonder tranen het laatste vaar
wel beteekend' werd. Hadden echter de
schouten mij gevangen, dan zouden zij
veel strenger en onmenschelijker met mij
gehandeld hebben; maar Hem, die de
zijnen uit allen druk .weet te bevrijden,
behaagde het mij te ontrukken aan hun
ne handen. .Wil ik echter in waarheid,
zooals mijn plicht is, mijn ambt vervullen,
dan moet ik elk uur en elk oogenbiik
bij dag en bij nacht zulk een geval, geluk
kig voor mij en roemrijk, met voorberei
den geest verwachten, zooals blijken zal
uit het volgende gevaar, .waarvan ik ga
verhalen.
Toen onze ballingen twee dagen later
heimelijk in de stad waren gekomen om
op de aangelegenheden van huis en ge
zin althans eenige orde te stellen. Voor
al ook onder de dienstknechten, wier ge
tal niet gering was, kwam ik, om eenigs-
zins hunne droefheid te lenigen en mijne
bedroefde schapen te verstrooien, dien
zelfden dag in het schemerdonker bij
hen, overtuigd' dat mijne tegenwoordig
heid hun veel vreugde zou geven. Wij
spraken dan samen in het binnenvertrek
over verschillende dingen en naar zwak
vermogen poogde ik hunne droefheid tc
verzachten. Daar opeens snelt met groo-
ten haast tot ons een der dienstknechten,
een beste Katholiek, wien van ontstelte
nis des geestes bijkans èn woorden ont
braken èn adem. Ik vroeg hem, waarom
hij zoo in de war was. Nadat hij een wei
nig bekomen .was, zeid'e hij: „Ach eer
waarde, twee schouten, begeleid door
soldaten, zijn in de buurt Ik zelf heb hen
in het donker ontdekt, en zij komen recht
hierop aan. (Wee mijl Wat te doen!
Want, vader, zij zullen u in het huis vin
den en 4e twee, die zij ja ballingschap
om de verschillende p .r. r .iiiie it
omgestaan. Zulks zóu men ten te uit
het eindelooze geschuild v v:randerin-
gen willen opmaken. ze heb
ben nutoch een ministerie, liet met
een ten doode opgeschreven. De presi
dent-minister had eergister rnooi verkla
ren dat het nieuwe ministerie zou be
ginnen met het bestudeeren van wetten
openz.; het zal wel bij liet bestudee
ren blijvep. Doch daarom niet getreurd;
de dichter zegt immers: „het pogen zelfs
is schoon jn 't worstelperk der eer."
Woensdag is ook de Belgische Kamer
met haar vergaderingen begonnen. Voor
dat de president-minister namens de ko
ning de zitting opende met een rede, die
volgens het gebruik belooft, wat we in het
nieuwe jaar aan nieuws :en verbeteringen
krijgen, tracteerde hij de Jiberalen op een
tegenvaller. Grooten ophef hadden deze
en hun makkers, de socialisten gemaakt
van den uitslag der verkiezingen voorde
gemeenieraden waarmee zij wilden bewij
zen dat de meerderheid des volks links
was. In vertrouwen daarop hadden zijde
regeering willen ontvangen met den kreet
„ontbinding" om bij nieuwe Kamerverkie
zingen hun geluk te beproeven. En daar
kwam nu plotseling de minister-president
verklaren dat de regeering zoodra zij in
het bezit js der uitkomsten van de volks
telling, bij de Kamer een voorstel tot
vermeerdering van het aantal zetels zou
aanhangig maken en voor nieuwe verkie
zingen de Kamers ontbinden.
Paf stonden ze, hun vertrouwen op Je
linksehe meerderheid scheen aanmerkelijk
verzwakt, enkabaal bleef ,uit. Zoo
zet men stoute kinderen recht. V.
Weekpraatje.
Het kan den beste gebeuren, zegt men
wel eens, nu, ik heb deze woorden in
de laatste dagen telkens in mijn hoofd^
en 't scheelt niet veel of een ieder, dien
ik ontmoet zou ik willen zeggen„Ja 't
kan den beste gebeuren."
Ik heb daar natuurlijk reden voor,
en die reden is, een ieder begrijpt het
terstond, ik ben er in geloopen, ik heb!
me blij gemaakt met een dooie musch.
Verbeeld je; ik hoor iets wat bijzonder
interessant is, iets nieuws, iets onge
hoords, ik maak me blij, tracht anderen, in
mijn blijdschap te doen deel en, (gedeel
de vreugd is dubbele vreugd) en een dag
je later, komt daar iemand me wijsmaken,
ja wijsmaken noem ik het, dat ik het iglad!
mis heb, dat ik er niets van wist, nu ja
ik wist er wel iets van, maar het fijne
toch niet, en omdat ik liet fijne Injet
wist, daarom wist ik er toch eigenlijk
heelemaal niets van. Ik beriep me na
tuurlijk terstond op het gezag van mijn
zegsman. D i e kon het toch wei weien",
zoo Iemand m o esT van de zaken op de\
hoogte zijn, 't kon toch niet ander9,
vooral als ik dacht aan de kennis va!n|
dien persoon ('t is een Jantje Wect-alles)
hij kon het niet mis hebben. En toch,
hij had het mis en toen dacht ikach het
is toch rnaar een mensch. Errare huma-
num est, werd er vroeger al gezegd, te
genwoordig zeggen ze het in 't Hol-
landscliDwalen is menschelijk, doch
de ouden (ze waren zoo-stom niet) zei
den er meer bij nl.perseverare diaboli-
curn en dat wil zeggen„in je dwaling
waanden, en zij zullen hen meevoeren
naar de gevangenis."
Het was zeer waar, wat de knecht had
gezegd en ;dit gevaar was nog veel erger
dan het vorige, want er was volstrekt
geen plek om te ontsnappen. Bij die on-
verwachto tijding ontstelde ik eensklaps
ik beken het allerergst, en dat te
meer omdat ik niet wist waar heen ine
te wenden, minder nog de ballingen, die
biinuen met mij waren. Zonder toeven
liep Ik het vertrek uit, vloog naar de bin
nenplaats, waar Ik gelukkig een ladder
vond, en ïk greep die, klom op den muur,
maar wijl -er aan den anderen kant geen
ladder was, koos ik toen, om zoo gauw
mogelijk te ongaan aan het erger gevaar,
dat dreigde ,en me vanwege de schou
ten boven het hoofd hiing, een ander
dat minder was. Want, niet wetend waar
ik vallen zou, viel ik van den muur met
zwaren smak van het lichaam in het huis
daarnaast, en verbrijzelde alle aardewerk
voor de huishouding, dat beneden op
planken ongelukkig was neergezet, scha
len, schotels, potten en dergelijke din
gen van d'agelijksch gebruik. De huisva
der sliep reeds, maar van dat gedruisch
wakker geworden, sprong hij uit bed,
en alleen gedekt met liet onderkleed, liep
hij naar de binnenplaats, waar hij mij
vond staan. Verwonderd mij daar te zien
en niet wetend wat dat beduiden moest,
vooral In dat onbehoorlijk nachtelijk uur
ongeveer elf uren vroeg hij, waar
om Ik op den muur was geklommen, of
er iets viel te vreezen. Wat mij betreft,
was ik door dat geval zoo geweldig ont
steld en verward, dat ik hoegenaamd
geen antwoord op dat oogenbiik ge
ven kon. Ja ilc voelde zelfs de gekregen
wonde aan het scheenbeen jniet, welke ik
nog verscheidene maanden gehad heb
en waarvan ïk h^t ingeprente litteeken
nog vele jaren zal houden. Nadat wij bin
nenshuis gegaan w..ren, legde ik het on
voorziene geval uit en hoe ml), otn aan de
handen der schouten te ontkomen, geen
middel in de gedachte kwam meer voor
•de hand, dan tot hem te vluchten. Even
eens bood ik hem mijne verontschuldi
ging aan. Terstond stak hij licht aan, ten
einde wij «de schade van de gebroken
schalen en schotels in oogenschouw zou
den nemen. Wjj zagen dat al .het a^ir de-
volharden is duivelsch." Een ieder legt
deze woorden uit zooals hij wil, doch'
mij dunkt dat de bedoeling van deze
woorden hierop neerkomt, dat, wanneer,
je je dwaling niet herroept (als je ten
minste in de gelegenheid ben), wanneer
je geen ongelijk wilt bekennen, dat je
dan 'n echte satan bent, en 't aankijken
niet waard', 'de menschen moeten je dan
maar links laten liggen, zich niet met je
bemoeien, en 'die zich wel met je bemoei
en, nu
Vooral als je er nog anderen in hebt
laten vliegen is het dubbel noodig je|
dwaling te herroepen. En daarom eerlijk}
gezegd alle sympathie (ze was zeerf i
klein) voor mijn zegsman is verdwenen1,,
hij liet me er in Ioopen, Van een na
dere zijde hoorde ik dat ik het mis had*
en ofschoon ik daarna mijn zegsman nog
gesproken heb, en hij reeds wist dat
hij het mis had, en hij daarenboven niet
wist dat ik van andere zijde uit mijn
dwaling was geholpen, toch heeft hij
geen stom woord' gezegd. .Vindt u die be
handeling netejs? Neen?
Ik ook niet.
Docli misschien vraagt iemand w'at
doet zoo'n persoonlijke kwestie, van
iemand die er in heeft gezeten hier ter
zake? Ja, eigenlijk gezegd, dat zou ilc
ook wel eens willen weten. De eenige
verontschuldiging die ik ook voor dit
meedeelen heb, is het bekende: „Ge
deelde smart is halve smart", ik heb'
natuurlijk over dat zaakje de p... in en
ik hoop dat anderen daarvan wat over
nemen, dan raak1 ik het kwijt. j
Misschien is er echter iemand die in
dezelfde gemoedstoestand verkeert als;
ik (gezien ten minste de gebeurtenissen!
van deze week) en dan spreekt het van
zelf dat zulke personen wat opkikkeren
door bovenstaande ontboezemingen.
Misschien zeg ik daar, neen 't is"
zeker dat menigeen er in gevlogen is
precies als ik. We hielden er een goede
kennis op na, van wien we dachten dat
hij van alles op de hoogte was. Ik moet
er bij vertellen (eerlijkheidshalve) dat ik
den man slechts van naam kende, ik
sprak hem zelden, toch zullen er velen'
geweest zijn die druk met hem conver
seerden.
Doch wat nooit gebeurde is nu ge
beurd, deze week sprak ik hem /ik ge
loof voor de 2e maal van mijn leven) en
toen kwam hij me gauw vertellen dat we
voortaan op d'e dagen voor groote feest
dagen ,dus op vigiliedagen, die we steeds
heiigiden door vasten en onthouding.dat
we op die dagen niet meer door de vas
ten en onihoudingswet gebonden zijn.
Eerlijk gezegd toen hij me dat vertelde
was ik blij (want een mensch is maar eert
mensch, en al zien we dat de deugd vanj
versterving schoon is, toch laten we lie
ver 's morgens onze beterham niet
staan). Niemand zal me dus kwalijk ne
men dat ik blij was. 's Morgens geen hon
ger meer hebben, en 's middags een stuk
je vleesch, niemand kan daar tegen heb-
-ben. Doch den volgenden dag begon
het al mis te .worden, ik heb hem toen
niet gesproken maar een kennis had van
hem de wijsheid op gedaan, dat dezes
bepalingen alleen voor het aartsbisdom
Utrecht golden. Dat was dus de eerstel
.strop, ik wist echter niet dat er een.
nog grootere zou volgen, en wel dieni
werk verbrijzeld was, en bij denzelfden
aanblik bemerkte ik rechts een open put,
ongeveer vijftien of twintig voet diep, ge
vuld met regenwater, zooals dat gebrul-
kelijk is ïn Holland. Honderd, ja duizend
malen heb ik de beschermende hand van
mijnen God bewonderd, welke mijnen
ondergang voorkwam om niet Jn voor
noemden put te vallen en te verdrinken.
Terwijl ik dit schrijf en dat alles me voor
den geest roep, weet ik niet wat dame
ik brengen moet aan die beschermende
rechterhand. .Want toen dat plaats greep
was ik door den val zoo verbijsterd, dat
ik voor zoo overgroot een weldaad niet
voldoenden dank gebracht heb aan God
den Gever van alie goed. Daarom stort
ik nu het binnenste mijns harten in lof
prijzing uit; en, zoolang ik leef, zal ik, op
Gods bijstand vertrouwend, nimmer die
genade vergeten.
Wat moeite echter, wat beleid en zorg
ik persoonlijk en door mijn beste vrien
den heb aangewend bij de heeren over
heidspersonen, de man, die de vergade
ring jn zijn huis had opgenomen, kon
het vonnis der ballingschap niet ontvluch
ten. Een geheel jaar en eenige dagen,
bleef hij balling, voordat hij vrij werd,
zooals dat voorzeid had een uit de over
heid, wiens naam ik verzwijg; een aller-
grimmigst vijand van dc Katholieken, die
hun ondergang scheen gezworen te heb
ben en, als hij niet in den raad geweest
was, zouden de schouten genadiger met
onze ballingen gehandeld hebben. Maar
ik heb waargenomen wat de aandacht
en opmerkzaamheid ten zeerste waardig
iSjidat namelijk jn datzelfde jaar die over
heidspersoon met zijne vrouw uit dit le
ven Is heengegaan. Het is eene. misdaad
lichtvaardig te oordeelen. Ook zou ilc
daarover mijn beslist vonnis niet willen
vellen. Maar iik kan toch in die gebeur
tenis vermoeden, dat naar Goddelijk
raadsbesluit degene die onschuldigen tot
ballingschap veroordeeld had, in datzelfde
jaar met den dood gestraft Ls. En aan
stonds na zijn verscheiden .werden on
ze katholieken jn de stad teruggeroepen,
waar God hun voor de geleden schadd
dubbelen zegen schenkt. Dit js voldoende
betreffende de eerste vervolging vanwe
ge jd'e schortten. Q,