IJitkeering van f600.- No. 622. 24 Onze GRATIS- Ongevallenverzekering. Aymar. BUITENLAND. 3e Jaargang. Bureau OUDE SINGEL 54, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. t)it blad verschijnt elken dag, uitgezonderd zon- en feestdagen. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering jn het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco ier post f 1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 21/, cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. i I Dinsdag October 1911. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 15 regels f 0.75, elke regel meer 15 een ingezonden medëdeelingen van 15 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop (geenhandels-advertentiën) 1—5 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden betrekkingen 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Heden is door ons aan Mej. de Wed. J. NOORDOVER te Wasse naar, wier echtgenoot het ongeluk had, verleden week Maandag op de landgoederen van H. M. de Konin gin, bij het opruimen van door den storm ontwortelde boomen, door een boom verpletterd te worden, een uitkeering gedaan van Zes Honderd Gulden. DE DIRECTIE. Leiden, 24 October 1911. V Merkwaardige dingen. In ons blad werd reeds een kostelijke bloemlezing gegeven van de alles be halve malsche oordeelvellingen der vrij zinnige Kameroverzichtschrijvers aan 't adres der socialistische veelpraters. De Telegr.aaf vergeleek ,Ter Laan zoowel bij een krassende fonograaf, die uit den treur.e de buren met hetzelfde 'deuntje verveelt, als met een lekkende .waterleidingkraan, die je zenuwachtig maakt. De andere bladen waren minder beeldrijk, maar even scherp in hun cri- tiek. En allen waren ze het er over eens, dat de roode heeren onbehoorlijk lang spraken. Als ze wereklijk obstructie voer den, konden ze 'i niet langer maken. Let nu echter eens op als de verkiezin gen weer komen. Denk maar niet dat de vrijzinnigheid Ier toe zal medewerken, om die spreek machines te, weren. Nu worden ze kwa lijk bejegend, dan met gejuich binnen ge haald. Is dat niet merkwaardig? .Wat ook merkwaardig is: dat mr. tTroelstra, toen hij vorige week voor 't 'eerst sedert het herstel van den parlemen tairen vrede het woord voerde, het niet jnoodig vond, ook maar met een enkele frase de scheldwoorden terug te nemen, door zijn fractie aan 'tslot der welbe kende herriezitting naar de rechterzijde geslingerd. Rechts heeft men met kalme waar digheid het geschil beëindigd, het be ueden zich achtend op den smaad in te gaan. Wel gaf dr. Nolens in zijn orgaan terloops te kennen, dat de beleedigingen pit vrije beweging behoorden te wor den téruggenomen. De roode fractie denkt er echter niet Over, zulks te doen. Zij meent zich alles te kunnen veroorloven. 't Is merkwaardig. Laten we ter dege op deze dingen let ten, \vant in het vergeetboek moeten ze niet raken. In onze driestar: „Leerzaam verschijn sel", sloop gisteravond een hinderlijke FEUILLETON. 'Naar het Fransch. 22) „Gij lijdt", zeide deze hen\, toen Aym'ar zich naar zijn kamer wilde bege ven, „die slechte man van gisteren heeft p verdriet veroorzaakt". Het medelijden van die goede ziel be- Svoog den- joneglinghet ongeluk maakt ,pns gevoelig voor het minste bewijs van belangstelling en toegenegenheid. Ik1 vrees, dat wij weldra van elkan- kler moeten scheiden, juffrouw Arnold, zeide hij haar. Ik wist wel, dat ge het hier zeer slecht had, hernam de arme weduwe beroefd. Mijn verlangen zou toch geweest pijn, hier te blijven, want ik' voorzie, dat imijn toekomstige positie nog veel las tiger en onaangenamer wezen zal. Maar waarom veertrektgij dan? Omdat ik moet. t De \veduwe boog het hoofd, de ellen- 0e had haar sinds lang ingelicht omtrent 0e wreede wet der noodzakelijkheid. Mijnheer Gonae verwachtte Aymar Iffiet Jcyendig ongeduld. drukfout. [Het verschijnsel der begeerte naar vormen "is niet van „gestadige neu traliteit", zooals er stond, maar van actualiteit. ,H„et verschil is niet gering. ALGEMEEN OVERZICHT. De oorlog begint den Italianen te ver velen, wat geen wonder is, als men de berichten der laatste dagen nagaat, waar uit blijkt, dat het hun blijkbaar niet voor den wind gaat. Italië wil nu een laatsten grooten slag voorbereiden om Turkije tot den vrede te dwingen. Daar dit echter niet in Tri polis kan gebeuren, want hoewel de Italiaan zich verbeeldt de zeegrens in zijn macht te hebben, even daarachter staat dé val voor hem klaar schijnt dit in de Aegeische zee te moeten gebeuren. Misschien doelt hierop reeds een bericht in de Messagero, dat Italiaansche tor pedobooten een blokkadelinie je heb ben gelegd van Lemnos tot Rhodus, wel ke blokkade bedoelt, te waken voor de veiligheid der troepentransporten van Italië naar Tripolis. Waar echter de Romeinsche bericht gever van de „Journal" zeer beslist zegt te kunnen tegenspreken dat er nog meer tröepen naar Tripolis zullen wor den gezonden, zal de aanwezigheid der Italiaansche vloot in de Aegeische zee wel een andere bedoeling hebben n.l. den grooten slag. Na den grooten zet van Italië, die een einde zal matten aan de krijgsbedrijven zal Italië een nota1 aan de mogendheden zenden, waarin dezen wordt medege deeld dat Tripolis en Barka voortaan Ita liaansche provincies zijn en vervolgens zal de wil der mogendheden zich te Kon- stantinopel doen gelden. (Wat de vredesvoorwaarden aangaat, kan de correspondent de beweringen daaromtrent van andere bladen o.a. de Temps, welke van een schadeloosstelling spreken, logenstraffen, Italië zal Turkije niets betalen. Italië zal er zich toe be perken'de lasten die op zijn nieuwe be zitting drukken, te aanvaarden en de schuid van beide provincies af te koo- pen. W,at de kwestie van de erkenning van de godsdienstige souvereiniteit van den Suitan aangaat, deze kwestie is zelfs niet onder de oogen gezien. Wat de finantieele kwestie! aangaat, verzekert de correspondent dat de Ita liaansche regeering geen plan tot het sluiten van een leening heeft. De kos ten van den oorlog bedragen ongeveer 5 miilioen lire per dag, waarvan op zijn hoogst 2 millioein voor de vloot. Italië beschikt over genoegzame hulpbronnen om het nog zeer lang uit te houden. Uit het voorafgaande blijkt echter, dat Italië niet van plan is, de onderneming die al veel m ens ch en levens heeft gekost langzamerhand lekt steeds meer over de Italiaansche verliezen uit, het getal der dooden en gewonden stijgt met den dag nog lang voort te zetten. Te eer niet daar men weet dat krachtigen te- Ik dacht dat je nooit kwam, zeide hij hem, indien gij bij mijn schoonzoon komt, zult ge wel stipter op tjjd imoeten zijn. Het is inderdaad een goede jongen, maar men moet hem blindelings gehoor zamen. In het begin heeft mijne dochter wel eenige moeite gehad, om ,er aan te gewennen, maar men went aan alles. Mijnheer Gonae en Aymar kwamen spoedig' bij den kaarsenfabrikant aan, daar hij in dezelfde straat woonde. In een donker kantoor, zwart van de rook> bevond zich een jonge, bleeke ma gere vrouw, geheel alleen, met drie of vier dikke boeken voor zich, die zij beur telings scheen te raadplegen. Het bin nentreden van haar vader, met Aymar, kon haar niet afleiden van haar arbeid, welke haar geheele aandadht in beslag nam. iWielnu, mijn kind, ziet gei mij |niet? zeide Gonae. Jawel, ik1 heb! u gezien, antwoordde zij jcortaf. |Wiat doet ge daar toch !Wiat ik doe, vervolgde de jonge vrouw, terwijl zij een der boeken toe sloeg, ik martel mijn lichaam en geest af, om te kunnen begrijpen, wat m;n man mij heeft uitgelegd, en ik kan ,er niet in slagen. Qedqjd, mijn kind, d,a,t zal kp- genstand wordt voorbereid. Naar n.l. aan de bladen uit Tripolis wordt gemeld hebben de hoofden van de stammen der Kibboe en Toearegs zich ingevolge een oproep van de sjeichs der Senoessi be reid verklaard om zich ter beschikking te stellen van het vaderland ten behoe ve van den Heiligen Oorlog. Wat daarvan te verwachten is, doet reeds vermoeden het volgende bericht in de „Berl. Lok., Anz." over een slachting van Christenen gedurende het bombardement van Ben- gasie. In den nacht van Woensdag ipp Donderdag van de Jaatste week, kort nadat de Italiaansche oorlogsschepen de eerste schoten hadden gelost, liet de aan voerder der Senoessi door eenige hon derden van zijn lieden de inrichting van de Katholieke missie omsingelen. Pa ter Umberto bood zich aan om pile mar telingen te ondergaan, indien men de genen die onder zijn hoede stonden, wil- te sparen. Hij werd door een zwaard slag gedood. Zijn lijk' werd yerminkt. Daarop ondergingen alle bewoners van het huis hetzelfde lot. Naderhand bega ven de Senoessi zich naar het Katholieke kindertehuis en doodden daar pater Jo zef van de congregatie van de Heiligen Camillus en richtten een verschrikkelijk bloedbad onder de 10 tot 12-jarige kin deren aan. Deze jongens e'n meisjes wa ren kinderen van slaven, die met de grootste gei del ijk offers waren vrijge kocht. Verschillende Europeanen, die tot bescherming van de beide inrichtin gen waren toegesneld, boetten hun moed met den dood. Laat ons daarom hopen dat een krachtig optreden van Italië! een eind aan dezen krijg maakt, die' vele onschuldigen met een gruwelijken dood bedreigt. Uit de berichten der laatste dagen over den opstand in China vait op te merken, dat de zaak der op standelingen er lang niet slecht voor staat. De Chineesche vloot in de wate ren van Hankou is verdwenen, of on bruikbaar wegens de gezindheid der matrozen ,die veel voor de opstandelin gen voelen, en de beide admiraals heb ben een wanhopig telegram naar Pe king gezonden van den volgenden in houd. „In den avond van den 18den (Woens dag) arriveerde een tweede bezending troepen uit Peking aan het station aan de rivier bij Hankou. Nog yoor zij alle uit den trein waren, werden zij aangeval len door 2000 a 3000 opstandelingen. Generaal Sjangpiou voerde de (trouw- gebleven) troepen uit Hoepé, Hoenan en Honau aan. De rebellen verloren 200 a 300 man aan dooden, van wie de mees ten zonder staart waren. De rege'erings- troepen veroverden zes groote kanonnen en verloren 20 man aan dooden. Gedu rende dit gevecht leidde' admiraal Sats- jenping de actie der vloot, om te belet ten-dat de rebellen versterking ontvin gen van troepen, die uit Woetsjang de' ri vier overkwamen. De oorlogsschepen konden echter niet actief deelnemen aan den strijd op den Hankou-oever daar er mende klok van de groote kerk is niet in één dag gemaakt. Beveel geduld aan hem, die mij bn- ophoudellijk' barsch behandelt en verne dert ik heb het niet meer. Zwijg toch, hernam mijnheer Gonae binnensmonds, wij zijn niet alleen. Vroeger trachtte ik zijn ongel ijk te verbergennu is het ptij onverschillig, dat iedereen het weet. De vrees eene fout te maken in deze verwenschte boe ken maakt mij voortdurend opgewonder en ontrooft mij zelfs mijn slaap, want ik weet, welke tooneelen ik te duchten hefb.. Ziellier de nieuwe kantoorbediende, waarvan ik je man gesproken heb, zei mijnheer ,Gonae duidelijk te kennen go- vend van onderwerp te willen verande ren. De jonge vrouw Wierp op' Aymar een doffen, koelen blik. Indien gij Mijnheer Krüff kunt vol doen, zeide zij hem,, dan zult gij meer geluk hebben dan uwe voorgangers. Gij zijt vandaag al te onredelijk, hernam de vader pp ontevreden toon. De binnenkomst van den fabrikant had meer invloed pp de vertoornde echtge- noote, dan al de vaderlijke berispingen zij ging naar den donkersten hoek vanl het kantoor en zei geen woord meer. INa fta^weljjkg |d,en groet van Ajmar kans bestond anders de regeeringstroe- pen te raken, die het station hadden her nomen, doch te zeer verzwakt waren door de geleden verliezen, dan dat zij het konden behouden. De vloot heeft gebrek aan steenkool en rijst. De kanonneerboot, waarop Joets- jeng zich bevindt, heeft gebrek aan rijst en petroleum. ,Wij wachten nu den dood af, en kunnen enkel een beroep doen op den troon om Jintsjang (den minister van oorlog) onmiddellijk met artillerie na,ar het zuiden te zenden." Het talmen van Jitsjang imet den op- marsch naar het zuiden en de blijkbare onwil van Joeansjikai, om den wellicht insolventen boedel te beredderen, geven den rebellen den tijd om zich nog ster ker te organiseeren en ook elders in Chi na door hun handlangers propagandfa te laten maken voor de Chineesch-inter- nationale beweging tegen de Mantsjoes. Reeds nu is de spoorlijn naar 't noor den van Hankou tot Kwangsojoei in het bezit der rebellen. De' laatstgenoemde plaats is van beteekenis, omdat ^ij in het Wei-jang-tsjang-gebergte gelegen is en een pas door het gebergte domineert. De troepen, die uit h,et Noorden komen, ter ontzet van Hankou, moeten dien berg pas door hetgeen waarschijnlijk ontzag lijk veel moeite en bloed zal kosten. En kele tientallen kilometers noordelijk van Kwangsjoei en eveneens aan den spoor lijn gelegen, ligt Sinjangtsou, de plaats die door den minister opperbevelhebber is aangewezen als punt van concentratie van de troepen uit het noorden. Voor de regeering hangt alles er van af, of Jingt- sjang er in zal slagen dien opmarsch van Sinjangtsou naar Hankou te volbren gen, zonder daarbij te groote verliezen te lijden en zonder dat zijn troepen de- serteeren. Dat de toestand ernstig is, blijkt ook' nog uit een aan de Britsche legatie te Peking' ontvangen telegram, meldend dat indien het niet binnen enkele dagen aan Jingtsjang geiukt een beslissende over winning te behalen, de gansche Janjgt- serail in opstand zal komen. Veel wordt er geklaagd over pnvol- doende bewapening en munitie. Men; schijnt bij de Chineesche intendance nog steeds aan knoeierij te doen, althans men hoeft niet ontplofte granaten gevonden, die inplaats van staal van hout waren, met een metalen bandje. Ook de ambu lancedienst is niet in orde, waarvoor men thans vrijwilligers oproept. Op Kreta begint het in de laatste dagen ook lyvëer te roeren. In de Kamervergadering van gisteren heeft de afgevaardigde Lionakis een voorstel gedaan tot invoering van de Grieksche grondwet, afschaffing van de ministerposten, overdracht van het be stuur van het eiland aan den chef der gendarmerie als koninklijk commissaris en deelneming van de afgevaardigden van Kreta aan de beraadslagingen van het Grieksche parlement. Michelidakis verklaarde, dat hij het in beginsel, met het voorstel eens was. Morgen zal ;er over worden gestemd. Op heel Kreta vindt het voorstel bijlval. beantwoord te hebben zeide hij hem, pon der hem aan te zien en een der boekiejn doorbladerend: Mijn schoonvader heeft u zeker met mijn condities in kennis gesteld, bevallen zij u. i Ja, mijnheer. Zes honderd gulden per jaar, en inwoning is veel voor u, die, eenige zaken er buiten gelaten, volstrekt geen kennis hebt van den handel. Ik versta de boekhouding. W-at beteek ent datGij kunt koopen noch verkoopen. Dat stem ik toe, maar als gij in den eersten tijd mijne gebrek aan ondervin ding.... u opvoeden dus Wat het bijhou den mijner boeken betreft, weet mijn schoonvader, dat ik gepoogd heb» mijn vrouw daarin te oefenen, maar men kan het evengoed met een gans probeeren. Mijnheer Gonae jx>ogde te-lachen bij het hooren dezer beminnelijke en geesti ge vergelijking. Ik zie dan ook geen enkel beletsel, vervolgde Kruff, zich ditmaal tot Aymar wendend, dat u verhindert, morgen reeds uwe betrekking te aanvaarden. Pardon, mijnheer, van mijn kant Zijn er beletselen. JaJ Werkelijk?, Er schijnen op Kreta belangrijke ge beurtenissen voor de deur te staan. In .Griekenland is men met een «o. ander geenszins ingenomen, naar blijkt uit door de regeering in de half-ambte* lijke „Patris" gedane uitlatingen. De pot* litiek, die de Kretenzers met de thans genomen besluiten inslaan, is te veroor- deeien en onverstandig. Voor den loop van de Kreta-kwestie, zoowel als voor andere kwesties van het Grieksche volk zijn niet de staatslieden van Kreta, maar is de Grieksche regeering verantwoorde lijk, en naar haar meening moesten zich de Kretenzers richten. Men kan aanne men, dat de laatste onrustwekkende be sluiten van de Kamer van Kreta hun oorsprong niet in Athene hebben en dat de Kretenzers zijn beïnvloed om de Grieksche regeering moeilijkheden in den weg te leggen. Griekenland vreest Tur kije niet, maar wel het optreden van de Kretenzers, dat de groote mogendheden zou kunnen ontstemmen tot schade van de Kreta-kwestie. Daarom wordt aan de Kretenzers nogmaals dringend kalmte en terughouding aanbevolen. Over den reeds vermelden brand te Konstantinopel wordt nog aan het „Berl. Tageblatt" ge seind: De nieuwe brand is gebluscht; het gevaar is geweken, gelukkig zonder dat er menschen bij om het leven zijn ge komen, maar zeer groot is de stoffelijke schade. Tweeduizend huizen zijn eem prooi der vlammen geworden en da schade wordt op ongeveer 200.000 Turk- sche ponden geschat. De brand brak uit in het huis van Sadyk pasja, in de wijk Enim bei. Daar in dit huis timmerlieden aan het werk waren geweest, vonden dp vlammen voedsel iii de krullen en spaan ders. De buitengewoon ingewikkeldestra- tenaanleg van deze wijk, waarin o.a. 60 doodloopende sloppen zijn, en het vol slagen gebrek aan water maakten het bestrijden van het vuur bijna onmogelijk. Eerst toen uit de naburige, aan de water leiding aangesloten stadswijken lange slangen er heen geleid werden, kon de brandweer optreden, om den brand te beperken. Om 9 uur waren er ruim 150 huizen door de vlammen (aangetast. Tegen middernacht beliep dit getal 200. Om streeks dezen tijd was men den brand meester en om 2 uur was hij volkomen gebluscht. Een groot deel van de huizen was bij eêïi Turksche maatschappij verzekerd. De bewoners van de verbrande huizen droe gen hun lot met hun gewone onver schilligheid. GEMENGD. De „Köln. Zig." schrijft naar aan leiding van de Marokko-quaestie, dat in zake de Fransche voorstelling van den stand van zaken, wel juist zou kunnen zijn, dat de onderhandelingen op een eind loopen en misschien reeds einde dezer week zullen zijn afgeloopen. Het begint er steeds meer op te lijken, dat men in wat de eene partij eischt en de andere aanbiedt, dank zij wederzijdsche concessies, zoo dicht tot elkaar is gena derd, dat nu nog slechts enkele punten Ik kan niet zoo plotseling mijn plichten als onderwijzer in den steek laten, een uitstel van acht dagen heb: ik! volstrekt noodig. En als het mij niet uitkwam, u dit te verleenen Dan neem ik deze betrekking niet aan. Aymar had aanstonds begrepen, dat het noodig was, intijds het hoofd te kunnen bieden aan dezen ruwent oubarm- hartjgen man, indien men niet volkomen; van hem wilde afhangen. Komaan, laat ons eens zien, er moet een middel zijn, om dit alles tfl schikken, zeide Gonae: Mijnheer Koech- ler, zoudt gij uw uitstel niet een wei nig kunnen verkorten, en van zijn kant zal mijn schoonzoon..... Ik, welzeker! of mijnheer vandaag komt, binnen acht dagen of heelemaal niet, dat is mij volkomen onverschillig; mijne zaak zal er niet minder slecht om gaan, denk ik. Neen zeker niet, maar je vrouw] zal wat rust kunnen nemen. Klaagt zij dan ergens over? Zij, neen, maar ik vind, dat ze een' weinig bleek ziet.... Jawel, als men zich daar ook pli mee op, mpet houden (Word£ vervolgd^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 1