Aymar. BUITENLAND. BINNENLAND. 3e Jaarna"?. No. 615. ^)c £ctdóeke Gou^ouit Bureau OUDE SINOBL 54, LEIDEN. Interc. Telefoon 935. Postbus 6. DIT BLAD VERSCHIJNT ELKEN DAO, U1T0EZ0NDERD ZON- EN FEESTDAGEN. DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt met GRATIS POLIS Ongevallen-verzekering en het GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD voor Leiden 9 cent per week, 1.10 per kwartaal; bij onze agenten 10 cent per week, 1.30 per kwartaal. Franco per post 1.50 per kwartaal. Afzonderlijke nummers 2cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 5 cent. Maandag 16 October 1911. De ADVERTENTIEPRIJS bedraagt van 1—3 regels 0.73, elke regel meer 15 cent ingezonden mededeelingen van 1—5 regels 1.50, elke regel meer 30 cent, met gratis bewijsnummer. Bij contract aanzienlijke korting. Groote letters naar plaatsruimte. Kleine Advertentiëngevraagde betrekkingen, huur en verhuur koop en verkoop (geen handels-advertentiën) 15 regels 25 cent, iedere regel meer 5 cent; aangeboden betrekkingen 1—5 regels 50 cent. iedere regel meer 10 cent. Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. V Niet nakaarten. Nu zijn de bladen zoowaar aan 't twis ten over de vraag, of verleden Woensdag in de Tweede Kamer door de socialisten dan wel door de rechterzijde de overwin ning is behaald. Zijn er geen gewichtiger dingen aan de orde Hoofdzaak is, dat de obstructie werd bezworen. In het openbaar geschiedde dit op zulk een gladde wijze, dat de zaak blijkbaar achter de schermen was voorbe reid. 't Was de première van een zorg vuldig ingestudeerd „spel van het parle ment". Natuurlijk hgpen we degelijke premières niet meer opgevoerd te zien in onze volksvertegenwoordiging, maar men kan er van op aan, dat bij deze gelegenheid de regie geducht aan den arbeid is geweest. Wat stonden immers de partijen vijan dig tegenover elkaarEn in welk eeii ommezientje was de vrede hersteld. Als verstandige mannen hebben de heeren van het Binnenhof ingezien, dat vóór alles pais en vrede behoorden te heerschen en daarop hebben ze aange stuurd. Buitenstaanders komen thans zeggen 't had zoo en zoo moeten gebeuren, want nu is het net.... en dan volgt de opinie over de min of meer richtige verdeeling der vredeslauweren. Uit onze kameroverzichten is gebleken, hoe wij oordeelden over de oplossing van het geschil. We houden ons daarbij en komen er niet op terug, ondanks alle twistgeschrijf, overtuigd als we zijn hiervan: had de vrede op andere wijze hersteld kunnen worden, dan zou 't stel lig geschied zijn. Men kan er toch op aan, dat in de clubvergaderingen de qiriestie van alle kanten bekeken is. Wat thans in de pers hier en daar wordt aan gevoerd, en meer dan dat, zal in diel bijeenkomsten lang en breed onder 't oog zijn gezien, maar men kwam er wellicht ook na ruggespraak tot het resultaat: zoo moet het gaan. En zoo is het gegaan, want alles liep even vlot van stapel. l.aten we daar nu genoegen mede ae- mcn. De zaak. waar het om ging: het her stellen van den geregeldcn gang der .werkzaamheden is bereikt. Nu niet na kaarten, want dan loopt men gevaar, den herstelden vrede weder te verstoren. Gewichtiger dingen heeft de Kamer te doen dan twisten over het aandeel in het vredeswerk. In 't belang dier gewichtiger dingen is men er elkaar te gemoet ge gaan, wars van gelijkhebber ij. Nu heeft weliswaar in „Het Volk" mr. Troelstra terstond een overwinnhgs- hymne aangeheven, welk forsch uitge- stooten gezang weerklank vindt tot bui ten den kring, waarvoor het bestemd was laten we daarnaar niet luisteren en laten we er ook geen compositie eigener maaksel tegenover stellen. M Er zijn gewichtiger dingen aan de or de. FEUILLETON. \'aor het Fransch. 15) -- Door zoo goedaardig u handelen, moedigt men de misdaad aan, zeidc hij. Mijnheer Westner, goedzinniger ge stemd, t rachtte hem tot kalmte te bren gen. Komaan, waarde buurman, men moet niet voor alles den dood van den zondaar willen. Bedenk verder dat het een verloren toekomst is, een mensch verheft zich nooit meer, na zulk eene schande op zich te hebben geladen. Drommels, dat geloof ik wel. De strengheid der maatschappij moet aan vullen, wat aan de zwakheid der rech ters tekort schiet. Ik geloof, dat die ongelukkige erg ziek is, zie toch eens Sercey, hij kan niet loopen als men hem niet ondersteunt. Als men hem maar eens een oogen- biik de vrijheid geeft, zal hij wel alleen kunnen gaan. ALGEMEEN OVERZICHT. Van oorlogsbedrijven in Tripolis wordt in de laatste dagen niet veel gehoord. Of er echter nietsg eschied Wie zal het ons zeggen. De oorlogscorrespondenten im mers, door de verschillende bladen git- gezonden om ons van den stand van zaken op de hoogte te houden, werden eerst op de Italiaansche oorlogsbodems gehouden, tot werkeloosheid gedoemd, en nu zij met de troepen aan laad zijto gezet, is hen verboden de krijgsverrichtingen te volgen. Voor zoover nu uit aan stren ge censuur onderhevige telegrammen valt op te maken, staan deze op het punt tie; beginnen. Een koloane'van 10,000 man Italiaansche troepen wacht op het bevel om op te trekken, ten einde de Turken in hun versterkte stellingen aan te val len. De Turken moeten slechts over wei nig schietvoorraad en levensmiddelen beschikken, terwijl het heet, dat Moenir pasja zich met 1000 man op 100 K.M. van Tripolis bevindt en de uit ongeveer 2000 man bestaande hoofdmacht der Turken in de onmiddellijke nabijheid van Tripolis staat, waar zij versterkte stellingen heeft ingenomen. Moenir Pasja moet trachten in het binneland de Bedoeïnestammen tot te genstand tegen de Italianei op te zetten. Tot nog toe echter zonder resultaat. De kleine nachtelijke aanvallen op de Italiaansche posten houden steeds aan en nu komen ook uit Italiaansche bror berichten van verliezen, zij het dan slechts weinige. Nog een ander verlies wordt gemeld. De torpedobcot Treccia is bij slecht weer op een zandbank geloopen e:i vergaan de manschappen zijn gered. Behalve de landing-stroepen uit Italië gezonden is men bezig een ialandsche legermacht bijeen te krijgen en wel in Erythrea. De mobilisatie moet daar zon der moeilijkheden plaats hebben. Meer dan 10.000 man is er bijeenge bracht. Intusschen maakt ook de Turk zich op tot tegenweer. Volgens couranten be richten zou kapitein Dajmi uit Fessan te Djibeli aangekomen zijn met 20.000 man en er de aankomst van den hoofd-aan- voerder afwachten om naar Tripolis op te rukken. Eenige uit Egypte komende stammen zouden te Bengasi aangekomen zijn. V redesakkoorden zweven nog steeds door de lucht, of schoon ze nog maar niet tot goede har monie willen samenklinken. De Porie wil, zegt de Agence Ottomane, wel over vrede onderhandelen op den volgenden grond slag: Italië zou de politieke en godsdien stige souvereiniteit des Sultans in Tripolis en Barka moeten erkennen; Turkije zou zijnerzijds de Italiaansche belangen in die beide gewesten erkennen. Het is onnoodig te zeggen dat Italië van dergelijke voorwaarden niets hebben moet, ofschoon het toch ook bereid is over VII. EEN TROOSTER. Toen Aymar Koechier in de gevange nis was teruggeleid, werd hij onmiddel lijk naar de ziekenzaal gebracht IJlende koorts vertoonde zich weldra en bracht zijn leven in gevaar. In de zelzame oogen- biikken, dat zijn verstand helder was, weigerde hij hardnekkig al de geneesmid delen, die men hem aanbood; hij haatte het leven, hij wenschte te sterven. Leopold Davimari, met zijn onveran derlijke toewijding, bracht bij zijn onge- lukkigeu vriend al den tijd door, die de voorschriften van de gevangenis hem ver oorloofden, maar zeer dikwijls herkende deze hem niet of siiet hem toornig terug, nog vaker gebeurde het, dat Leopold van de lippen van zijn vriend slechts onsamen hangende gezegden opving; klachten, voortvloeiende uit de overmaat van zijn lijden. Daags na de veroordeeling van Aymar had Leopold zich naar mijnheer Koech ier begeven, ten einde ten minste Mag- dalena in te lichten omtrent het voorge vallene, maar het treurig nieuws was haar reeds bekend. De vader van Aymar na den ganschen dag de grootste ang- teii te hebben uitgestaan door de onze kerheid, waarin hij verkeerde, had ,des den vrede t e onderhandelen op den vol genden grondslag: Onvoorwaardelijke afstand van Tripolis, maar erkenning van het gezag van den Sultan in godsdienstige aangelegenheden van Mohammedanen. Italië zal dan aan Turkije een flinke schadevergoeding be talen. Maar dat wil natuurlijk de Turk niet. Over wat hij wel wil kan ons de bij de opening der Kamer door Saïd pasja voor gelezen troonrede ook al weinig ophelde ring geven. Natuurlijk wordt de handel wijze van Italië daarin ten zeerste ge laakt, maar over eigen plannen is zij zeer vaag. In afwachting van het resul taat der stappen tot het bewerken een er verzoeuing, in afwachting van het resul- iaat der pogingen en der antwoorden van de mogendheden, zal de regeering niet minder voortgaan met de verdediging van de rechten en rechtmatige belangen van Turkije. De betrekkingen met de andere uk ;endheden en in hèt bijzonder met de naburige staten zijn vriendschappelijk en oprecht. Wij zullen aldus wordt ten slotte in de troonrede gezegd onze staatkunde handhaven, die daarin be staat, dat wij de rechten van anderen niet aanranden om de onze te bescher men. Alle berichten over de revolutie in China stemmen hierin overeen dat de vreemde lingen niets te vreezen hebben, maar ook hierin dat hij zich met groote snel heid uitbreidt ook in de Noordelijke pro vinciën. Te Tientsin en Paotingsoe is het reeds tot ernstige onlusten gekomen; in Pe king begint liet garnizoen onrustig te worden; de opstandelingen zijn in ver schillende provincies meester van den spoorweg en dwingen de machinisten dienst te blijven doen. De opstandelingen- generaal Liangkeng zegt, dat hij 25.680 grootendeels uitnemend geoefende solda ten onder zich heeft, en overvloed van geld en ammunitie. De regeering doet wanhopige pogin gen om den opstand meester te worden. Zij heeft haar beste troepen tegen de re- vol utionnairen gemobiliseerd, waarvan er 20.000 Europeesch-gedrilden zouden zijn. Slechts een klein deel hiervan echter zou Mandsjoe-soldaten zijn, en de rest Chinee- zen, op wier betrouwbaarheid men al lerminst staat kan maken. Volgens de re- volutionnaire leiders zou reeds de ge- heele 6e divisie van de uit Hoe-pei naar Tsjetsjoean gezonden troepen overge- loopen zijn. De Times-correspondent te Peking weet te berichten, dat over twee dagen een groote slag verwacht wordi. In geheel China staat het handelsleven stil. De Times-correspondent te Peking seint de volgende beschouwing over de kans op succes, dien de troepen uit het noorden, uit Peking naar Woetsajng on derweg, hebben om de opstandelingen ten onder te brengen. Zelfs de beste regeeringstroepen betoogt deze correspondent beschikken over onvoldoenden schietvoorraad, en daarom is het feit, dat het voornaamste avonds in de courant de vernietiging of de bevestiging van zijn vrees gezocht. Van toen af had hij geen enkel woord meer gesproken, en bleef in zijn kamer opgesloten, zonder zelfs het gezelschap te dulden van zijn pleegkind. Moge God medelijden hebben met vader en zoon, zeide Magdalena, terwijl zij den vrijen loop liet aan haar tranen. Indien gij het mij veroorlooft, ver volgde Leopold eveneens zeer bewogen, zal ik u over eenige dagen tijding bren gen van mijn ongelukkigen vriend. Zoodra hij u begrijpen zal, hernam Magdalena, zeg hem dan, mijnheer Da vimari, dat ik oprecht deelneem in zijn ongeluk, dat ik voor hem bid, dat ik met geduld na verloop van tijd de gevoe lens van zijn vader te zijnen opzichte hoop te verzachten. Ik zal het hem zeggen, vervolgde Leopold. Gebeden als de uwe moeten verhoord worden. Zoo zullen wij dan beiden, ieder op zijn manier, onze moeilijke taak vervul len, gij door uw best te doen den be- d roe venden toestand van den zoon te verzachten, ik, door te trachten den va der tot vergeving te stemmen. Gelooft gij, dat mijnheer Koechier mij zal willen ontvangen? Ik hoop het, wa,ut ik Jieb reje.ds opge- arsenaai yan China, in Han-jang: in de macht is der muiters, van zoo groote be- teekenis. De munt te Han-jang, met een aanwezigen zilvervoorraad van 2.000.000 taels, is eveneens den rebellen in han den gevallen. Deze successen zullen ook nieuwen moed schenken aan de opstan delingen in Tsjetsjoean, en de revolutio nairen zijn vol hoop dat zij de troepen in Honan (ten noorden van Hoe-pc) zullen kunnen overhalen, hun vaandels te ver laten. In Honan hebben zich 3000 soldaten bij de revolutionairen aangesloten. Het revolutionnaire arsenaal te Hankou le vert 25,000 patronen per dag; 140 stu\s veldgeschut zijn gereed. De buitenland- sche consuls hebben vrouwen en kinde ren aangeraden Hankou te verlate)*. De telegraaflijnen zijn in handen der reVo- lutionnairen. Als laatste troef heeft de rejjeering nu uitgespeeld de terugroeping van den afgezetten onderkoning Jocan-Asji-Kai aan wien nu opgedragen is den opstand te dempen. Tevens is een edict uitge vaardigd, waarbij vergiffenis wordt be loofd aan die muiters die, onder dwang, getreden waren in de rijen der opstande lingen, maar die mochten verklaren, dat zij berouw hebben over hiui daad. Ten slotte zij nog gemeld, dat het ook in Mandsjoerije blijkbaar gist: de onder koning van deze provincie, die te Tsitsi- kar was, heeft bevel gekregen zich on middellijk naar Moekden te begeven om daar de anti-dynastieke beweging te on derdrukken. Van de actie der Portugeesche monarchisten nog slechts dit. Parva Conceiro trok eerst westelijk op langs de grens. De monar chisten overnachtten te Verin. Zaterdag morgen zijn Couceiro en kapitein Cama- cho, de tweede aanvoerder der monar chisten, zuidelijk opgerukt, met het doel zich met andere monarchisten te vereeni gen, zoodat zij tezamen duizend man zul len sterk zijn. Men verwacht invallei van de monarchisten in de Sierra de Raya Seca of een poging om Braga te bezet ten. De noordcosthoek van Portugal is door de opstandelingen geheel verlaten. De groote macht der republikeinen is daar vereenigd en is er nutteloos. Te Chaves is het rustig, een voldoend aan tal republikeinsche militairen belet er een ijival van het noorden uit. Het congres zou gister beraadslagen over het wetsontwerp van den minister van justitie, strekkende tot het schorsen der bij de grondwet gewaarborgde rech ten, ten einde vertraging te voorkomen in de berechting van politieke gevange nen. De toestand schijnt dan toch min der mooi dan de regeering doet voor komen. GEMENGD. Tegen den tijd dat de Duitsche Rijksdag weer bijeenkomt, heeft de so ciaal-democratische partij betoogingen te gen de duurte beraamd. Dinsdag zullen zij beginnen. Het plan is om 78 volksver gaderingen te houden, eii in de sociaal democratische bladen worden met name merkt, dat hij over u spreekt, hij is u dankbaar, voor de toewijding, waarvan gij Aymar zoovele bewijzen hebt gege ven. Na een maand in hevig lijden door gebracht te hebben, kon men verandering bespeuren in den toestand van den ge vangene; eindelijk trad er beterschap in, maar indien den dood zijn prooi ontsnap te, het was helaas, opdat de zielesmart zich even spoedig weer van hem mees ter zóu maken. Toen Aymar op zekeren dag ontwaak te, zag hij bij zijn bed den aa'nioezenier der gevangenis, die hem gedurende zijne ziekte dikwijls had bezocht. Toen Aymar den ouden priester her kende, draaide hij het hoofd om, want de tegenwoordigheid van eiken vreemde ling stond hem tegen. Zich houdend, alsof hij deze weinig aanmoedigende ontvangst niet bemerkte, zei de geestelijke bezoeker hein „Ik zie met genoegen, mijn zoon, welke verandering er in uw toestand plaatsheeft gegrepen sedert den laalsten keer, dat ik hier ben gekomen. Ik hoop, dat ge- spoedig geheel zult hersteld zijn. Ik heb geen enkele reden om het zelfde te hopen, hernam de gevangene bitter; ik wenschte, nooit ontwaakt te zijn uit deze yerdooving, die mij ten minste de vrouwen opgewekt om in de menigte komen. Het spoorwegpersoneel in Oosten rijk heeft besloten voorloopig het ver zet te schorsen, doch, mochten de bespre kingen, in het parlement niet tot een ge- wenscht resultaat leiden, het verzet on middellijk te hervatten. Jhiet spoorwegper soneel eischt dat de regeering 32 millioen kronen zal uitgeven voor de verbetering van zijn positie, terwjjl het regeeringsont- werp slechts 14 millioen kronen daarvoor in uitzicht stelt. Duez, de man, die, bij het beredde ren van de boedels der congregaties, zoo schandelijk heeft misbruik gemaakt van zijn positie en ontzaglijke sommen ver duisterd, waarvoor hij dan ook tot dwang arbeid veroordeeld is, zal binnen enkele dagen met een convooi dwangarbeider» naar Cayenne vertrekken. Bij een aardbeving, die te Catania (Sicilië) plaats had, zijn tien menschen gedood en vijftien gewond. Zeer sterke schokken zijn ook gevoeld te Giano (provincie Perugia), Macchia, (provincie Perugia) en Guardia Sanfra- mondi (provincie Benevento). Twee menschen zijn gedood. Eenige huizen zijn ingestort. De kerk te Macchia is inge stort. Te Giano is geen schade aange richt. De Spaansche Staatscourant maakt bekend, dat er een aanvullingscrediet van 24.942,169 peseta's geopend is ter be strijding van de kosten van den veldtocht die van Meülla uit ondernomen wordt. Koninklijke besluiten. Bij kon. besluit zijn benoemdbij den generalen staf, tot majoor, de kapitein D. G. van der Voort Maarschalk van dien staf in de Nieuwe Hollatidsche Waterli nie bij het wapen der artillerie, bij den staf van het wapen tot kapitein, de le luit. K. A. Pfeiffer bij het regiment veld artillerie, tot majoor, de kapitein A. L. Hesta van het 2e regiment veldartillerie bij het 4e regiment veldartillerie tot ma joor de kapitein J. A. de Bruijn, van het korps bij het 3e regiment vesting artillerie tot kapitein de le luit. E. W. J. Groen, van liet korps; tot le luit. de 2e luit. P. C. van Aken, van het korps; bij het 4e reg. vcst.-ari. tot kapitein de le luit. F. A. Paniiekoek, van het 2c reg. vest.art.- tol 2e luits. jhr. A. R> Clifford Kocq van Brcugcr, A. G. van der Hout en J. Biiller van het korps zijn benoemd tot ontvanger der regis tratie en domeinen te Oostburg, S. J. Smit, te Weert; tot ontvanger te Oos terhout, P. van der Brugge, thans te Zuidbroek is P. L. Honcoop, benoemd tot burge meester van Zuilichem is aan G. van Kregten, eervol Ontslag verleend als burgemeester van Sappc- meer. is de ritmeester P. H. A. Loopuijt, van het le reg. huzaren, ter zake van tijdelijke ongesteldheid op non-activiteit gesteld is de directeur van het post- en tele graafkantoor te Hulst, T. Kuiper, eervol belette mijn ongeluk te gevoelen. Gij wilt dus zeggen, hernam de oude priester inct zachtheid, dat gij óf uw leven óf uw verstand liever hadt verloren? Verwondert u dit? Gij zijt nog zoo jong, om zoo licht over het leven te denken. Dan zou ik niet langer te lijden hebben. Wat is het leven voor hein, die geen familie ineer heeft, geen vrienden, wiens dagen langzaam in ballingschap voorbijgaan, die al het mogelijke zal moeten doen om zich zelf te vergeten, want inijn naam roept slechts een be schamende herinnering op. Indien ik jong was, zooals gij, in dien ik misdaan had zooals gij, zou ik zoo de toekomst niet beschouwen. War zoudt gij dan doen? vroeg- Aymar, trachtend zich op te heffen. Na de rechtvaardige straf doorstaan te hebben, door de wet mij opgelegd, zou ik niet vluchten; een veel edeler verlangen, dan de duistere ballingschap zou mijn hart vervullen. Ik zou wen- schen, dat de getuigen van mijn mis slag ook getuigen zouden zijn van mijn oprecht gemeend berouw en van mijn voornemen alles weer te herstellen. Zij zouden uwe goede bedot ónj| toch niet gelooven. {Wordt vervo'gdjj,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 1