respondent dit beschrijft, behoeft men
eigenlijk niet heelemaal als ernstig te
beschouwen. i
Hoe moeilijk het echter is pin \vat
krom is ook maar eenigzins recht te
praten, blijkt weer uit hetgeen Bernar
dino Machado over die schermutseling in
Lakinaras heeft beweerdLakmaras
Nederlandsch gebied ten Westen van de
vormt des malle verbinding tusschen het
z.g. groote grens en het naar het Zuid
oosten in het Portugeesch gebied uit
stekende Nederlandsche (in beginsel aan
Portugal afgestane) landschap Maoeka-
tar. Lakrnaras is sedert de bekrachtiging
van het tractaat van 1904 onbetwist Ne-
derlandsch gebied.
Men weet reeds, dat de controleur
van Beloe, Seyne Kok, terugkëerende
van een tocht naar Maoekatar bij Kota.
Lakmaras en op den berg Boeloe, het
•grenspunt waar het Portugeesch gebied
met Lakinaras en Maoekatar samenkomt,
Portugeesche versterkingen aantrof. De
Portugeesche commandant verklaarde
den bouw dier versterkingen door te be
weren, dat de Nederlandsche troepen de
grens van Lakmaras en Maoekatar over
schrijdende, het Portugeesche gebied
hadden geschonden. Als men nu op eigen
gebied met geweervuur wordt bestookt,
minister Bernardino Machado spreekt
niet tegen, dat de Portugeesche neger-
soldaten, het eerst hebben gevuurd
dan is het toch zeker geen overijling
te noemen als aan dat vijandige optre
den kort en goed een einde wordt ge
maakt.
Overigens spreken de verdere uitla
tingen van Bernardino Machado voor
zich zelf. Wij kunnen rustig de verschij
ning van het dezer dagen aangekondig
de Oranjeboek over Timor afwachten,
dan zal ook wel uit de overgelegde stuk
ken blijken wie de Nederlandsche regeë-
ring verzocht heeft, het geschrevene en
gesprokene in de Timor-quaestie geheim
te houden.
Land- en Tuinbouw.
De Nederlandsche Landbouw in 1910.
Nummer vier van de Verslagen en Me-
dedeetingen van de Directie van den
landbouw bevat het verslag óver den
landbouw in Nederland over 1910.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
Tengevolge van den regenrijken zo
mer van 1909 verkeerde de bodem in den
herfst van dat jaar in een ongezonden
toestand en daar ook in de maanden
September en October het weer veelal re
genachtig was, had de herfstbestelling on
der ongunstige omstandigheden plaats.
Van eene behoorlijke, deugdelijke grond-
bewerkipng was dikwijls geen sprake en
ook het zaaien zelf moest veelal geschie
den bij regen en in een natten bodem.
De winter van 1909—1910 kenmerkte
zich door hooge temperaiuur, weinige da
gen met vorst en grooten regenval. In
Friesland en langs de groote rivieren
stonden groote gebieden in Februari on
der water. Voor zoover deze landerijen
met gras bezet waren, heeft deze hooge
waterstand echter betrekkelijk weinig
schade veroorzaakt, aangezien de maand
Maart bijna voortdurend droog was en er
gunstige winden heerschten, zoodat men
spoedig van het overtollige water was
verlost. Langs de groote rivieren, met
name in Gelderland en Noordbrabant is
echter menig stuk winterkoren, ten ge
volge van den hoogen waterstand iin den
winter teloor gegaan. Van veel groote
ren omvang was echter de nadeeiige in
vloed, dien de natte winter zonder vorst
op de structuur van den bodem, welke
tengevolge van den voorafgaanden re
genrijken zomer en de onvoldoende be
werking in den herfst toch reeds in een
ongezonden toestand verkeerde, heeft uit
geoefend. Op de zware en laaggelegen
grondsoorten was deze ongunstige toe
stand van den grond de hoofdoorzaak
van de onbevredigende resultaten, die
men daar met de teelt van vele akker
bouwgewassen heeft verkregen. Doch
ook op de andere gronden heeft de na-
deelige invloed van den slechten toestand
van den ondergrond zich gedurende den
geheelen zomer doen gevoelen.
Uit het bovenstaande blijkt, dat de
.wintergewassen goed door den winter
gekomen zijn. Slechts sommige perceelen
waarop de planten door het hooge water
gedood waren, en enkele in Groningen
waar zaaizaad van onvoldoende kiern-
kracht (ook een gevolg van den regen-
rijken zomer van 1909) was gebruikt,
moesten worden omgeploegd.
Akkerbouw. Hoewel het weer in
1910 voor den akkerbouw op de klei
over het geheel verre van gunstig is te
noemen, was het toch in vele opzichten
belangrijk beter dan in 1909. Dat de re
sultaten van het akkerland dus afge
zien van de veehouderij op 'deze grond
soort weinig beter, van sommige ge
wassen zelfs nog slechter, waren dan in
1909, moet dan ook in de eerste plaats
worden tloegeschreven aan den ongezon
den toestand van den bodem.
Op het zand, waar de inkomsten groo
tend eels uit de veehouderij moeten ko
men, waren de resultaten van het bedrijf
goed. Wel is waar gaf de rogge veel
minder hooge opbrengsten dan in 1909
'en leverden ook de aardappelen maar ma
tige opbrengsten, doch dit werd meer
dan goed gemaakt door den rijken oogst
van voedergewassen, de hooge prijzen
'der veehouderijproducten en de lage prij
zen van de aan te koopen voedermid-
delen.
1 Ook op de veenkoloniale dalgronden
waren de financieele resultaten gunstig
te noemen.
Ten aanzien van Z u i d-H o 11 a n d
wordt nog medegedeeld: Was de veehou
derij Ln 1910 zeer voordeelig, de akker
bouwgewassen gaven niet meer dan mid
delmatige uitkomsten. Granen en peul
vruchten lieten in opbrengst dikwijls te
vvenschen over en dit kon door de gun
stige financieele resultaten van den aard-
appelbouw niet worden goedgemaakt.
Omtrent de uitkomsten uit de teelt der
verschillende gewassen verkregen, valt
nog het volgende op te merken:
T a r w e. Door den ongunstigen bo
demtoestand ontwikkelden de granen zich
in den zomer weinig naar wensch. De
kwaliteit was vrij goed. De prijs was over
het geheel lager dan in de voorgaande
jaren, tengevolge van de meer gunstige
graanoogsten in bijna alle landen, waar
door een ruinn aanbod van granen was.
Stroop rijzen. In tegenstelling met
het graan waren de prijzen van 't stroo
zeer hoog door de kleine oogsten, door
den levendigen exporthandel en de ster
ke concurrentie van de cartonfabrieken
onderling. Sommige fabrieken hadden
echter ernstig met gebrek aan grondstof
te kampen.
Rogge. Was 1909 een buitengewoon
rijk roggejaar, van 1910 valt dit niet te
zeggen. De opbrengst viel algemeen te
gen. Ook de kwaliteit leed nogal door
het ongunstige oogstweer. De prijs van
de rogge was over het geheel laag, doch
voor de zandstreken, waar het graan ge
heel op de boerderij vervoederd wordt,
speelt dit geen rol.
Haver. Van den naverbouw waren de
resultaten over 1910 aanmerkelijk beter
dan in 1909, toen vooral de kwaliteit zeer
inferieur was. De prijs van haver was
aanvankelijk laag, doch liep later iets op,
zonder echter den stand van het vorige
jaar te bereiken.
Erwten. Vertoonde de erwtenbouw
in de laatste jaren eene neiging tot uit
breiding, in 1910 was de met erwten be
zette oppervlakte kleiner dan in het vo
rige jaar. Behalve aan de lagere prijzen
der karwij (waarvan erwten de meest ge
bruikelijke dekvrucht vormen) moet dit
zeker ook worden toegeschreven aan de
slechte resultaten, in de laatste jaren in
de streken, waar de cultuur algemeen "is,
verkregen.
Over het geheel was de erwtenoogst in
1910 nog iets slechter dan in 1909. De St.
JanszLekte trad hevig op en het resultaat
was, dat het gewas zeer geringe opbreng
sten gaf, terwijl ook 'de kwaliteit dikwijls
slecht was.
Vlas. Tengevolge van de hooge vlas-
prijzen in het vorige jaar is de inet dit ge
was bezaaide oppervlakte, die in de laat
ste jaren sterk was afgenomen, weder be
langrijk uitgebreid. Terwijl in 1907 nog
16.81 S H.A. met vlas waren beteeld, be
droeg deze oppervlakte in 1909 nog maar
10.050 H.A. In 1910 waren wederom
11.148 H.A. met vlas bezet.
De met den vlasbouw verkregen re
sultaten zijn goed tot zeer goed te noe
men. Tengevolge van de ongunstige bo
demstructuur was de opbrengst niet
groot en bleek zij later nog algemeen te
gen te vallen. De hoedanigheid was aan
vankelijk zeer goed, maar door de vele
regens Ln Juli heeft ook deze dikwijls vrij
wat geleden. De boeren, die reeds op
stam per H.A. verkochten, besomden
hooge prijzen met het oog op de goede
vooruitzichten van den oogst en zij, die
later per K.G. verkochten, ontvingen zul
ke hooge prijzen dat ook voor hen, on
danks de lagere opbrengsten, het resul
taat zeer goed was.
Aardappelen. De opbrengst liep
aanmerkelijk uiteen al naar de verbouw
de soort en de grondsoort. Zooals ge
woonlijk in minder gunstige jaren heb
ben de nieuwe soorten over het geheel
betere uitkomsten gegeven dan de oude
afgeleefde, die aan de slechte invloeden
minder weerstand hebben kunnen bieden.
Voorts werden algemeen met het bespui
ten met Bordeaux'sche pap zeer goede
resultaten verkregen. Dooreengenomen
kart men opbrengst en kwaliteit vrij goed
noemen. De prijzen waren echter zeer
hoog, zoodat de cultuur in de meeste ge
vallen zeer goed loonend was. Deze gun
stige toestand van de aardappelmarkt
moet worden toegeschreven aan het mis
lukken van den aardappeloogst in Frank
rijk, waardoor dit land groote partijen
moest invoeren.
Suikerbieten. De opbrengst aan
bieten was nog al uiteenloopend en,
hoewel beter dan in 1909, toch niet meer
dan middelmatig te noemen. Het suiker
gehalte was echter bepaald hoog. Daar
de prijzen van de suikerbieten hoog wa
ren, zijn de financieele resultaten van den
hietenbouw goed geweest.
Over de veehouder ij vermeldt 't
verslag de volgende bijzonderheden
Rundvee. Het jaar 1910 liet zich in
de eerste maanden niet bijlzonder gun-
itgi voor den veehouder aanzien. De
onvoldoende hooioogst van het vorige
jaar maakte den aankoop van groote hoe
veelheden krachtvoeder noodzakelijk. De
grasgroei was het geheele jaar door vol
doende. Neemt men daarbij in aanmer
king, dat de prijzen van vee, boter en
kaas hoog was, zoo kan men het jaar
1910 met recht tot de voorden veehouder
en zuivelbereiding zeer gunstige rekenen.
Gezondheidstoestand. De pes
simistische voorstellen, dat de veestapel
ernstige gevolgen zou ondervinden van
de vele regens en den hoogen waterstand,
in 1909, waardoor weinig en slecht hooi
werd gewonnen, is niet uitgekomen.
Het mond- en klauwzeer kwam in drie
stallen slechts voor. Zeer talrijk waren
daarentegen het aantal gevallen van
miltvuur.
Handel in vee en vleesch. Door
drieërlei oorzaken waren de 'veeprijzen
in 1910, vooral in het tweede gedeelte van
het jaar, zeer hoog. ln de eerste plaats
was in 1909, met het oog op den slech
ten voederoogst, meer vee dan gewoon
lijk verkocht, zoodat door vele veehouders
in 1910 moest worden bijgekocht of, zoo
dit al niet het geval was, toch minder
kon worden verkocht dan gewoonlijk.
Voorts was, zooals reeds werd opgemerkt
de grasgroei zeer ruim, zoodat er voed
sel in overvloed was. En ten slotte kwam
er flinke vraag uit het buitenland.
De uitvoer van slachtvee zoowel als
van melk- en fokvee was belangrijk klei
ner dan in 1909 en ook nog dan in 1908.
Zij bedroeg 63.054 st. slachtvee (tegen
83.100 i<n 1909) en 24.080 melk- en fok
vee (tegen 25.900 in 1909). Het grootste
gedeelte, resp. 62.939 en 22.339 sc., ging
naar België. Volgens de Belgische sta
tistiek bedroeg de invoer van rundvee
uit Nederaind iu België 58.586 st., zoo
dat pl.m. 25.000 st. vee door België naar
Frankrijk, Spanje, Italië en Zwitserland
zijin geëxporteerd.
Oostenrijk kocht, vooral in Friesland,
veel gebruikskoeien. De vraag naar Ne-
dcrlandsch fokvee voor Zukl-Afrika was
in 1910 niet minder levendig dan andere
jaren. Rusland nam in 1910 slechts weinig
vee. Zweden was het grootste deel van
het jaar wegens enkele hier te lande
voorgekomen gevallen van mond- en
klauwzeer voor ons vee gesloten. Naar
Brazilië, dat ieder jaar meer begint te
nemen, gingen in den zomer van 1910
eenige heel goede zendingen fokvee,
vooral stieren. Uit verschillende aan
vragen blijkt, dat in de Vereenigde Staten
van Amerika groote lust bestaat om fok
vee uit ons land in te voeren. Niet on
vermeld mag blijven het succes, behaald
door de inzendingen van Nederlandsch
vee (6 stieren en 10 vrouwelijke runde
ren )op de internationale tentoonstelling
te Buenos-Aires.
De uitvoer van versch rund- en kalfs-
vleesch bedroeg volgens de Nederland
sche statistiek in 1910 15.934.000 K.G.
tegen 16.823.000 K.G. in 1909. Hiervan
ging naar Engeland 9.652.000 K.G. tegen
10.439.000 K.G. in 1909 en naar Duitsch
land 5.396.000 K.G. tegen 5.869.000 K.G.
in 1909.
In Zuidholland werden in 1910 weer
enkele nieuwe controle- en fokvereeni.
gingen opgericht, zoodat het aantal dier
vereenigingen thans 27 bedraagt. De
Rijkslandbouwleeraar voor deze provin
cie merkt in verband met de fokkerij het
volgende op. Meer en meer kan men
de uitkomsten van het stelselmatig fok
ken aan eigen praktijk toetsen en dit
stelselmatig fokken wordt door het voort
durend toenemen der fokvereenigingen
in hooge mate bevorderd. Het gevaar
van te eenzijdig fokken in de melkin
richting zal voortdurend bestreden moe
ten worden. De goede fokdieren brengen
zeer hooge prijzen op en ook dat moedigt
de fokkers in hooge mate aan. Ook in
het afgeloopen jaar zijn een paar goede
fokdieren uit Friesland ingevoerd, of
schoon men daarvan eenigermate terug
komt, nu er meer in de provincie ge
fokte dieren ter beschikking komen, die
in den regel sterker gevoed, in de jeugd
zwaarder en vroeger rijp zijn dan het
Friesche fokvee. Men vreest, dat men
door het invoeren van Friesch fokvee
dieren krijgt, welke te fijn van beenen
blijven.
Boter. De welige grasgroei, alsmede
de goede oogst der andere voederge
wassen heeft gunstig op de meJkgift ge
werkt. Het aantal boterfabrieken, daar
onder begrepen de kaasfabrieken en melk
inrichtingen, die eene eenigszins belang
rijke hoeveelheid boter maken, bedroeg
958, waarvan 620 met stoom werkten
en 338 met handkracht werden gedreven.
De hoeveelheid boter, vervaardigd in
stoomfabrieken, steeg van 33.133.00 K.
G. in 1906 tot 42.295.900 K.G. in 1910,
terwijl de in handkrachtfabrieken berei
de hoeveelheid daalde van 6.241.000 K.G.
in 1906 tot 3.972.600 K.G. in 1910.
Het aantal coöperatieve fabrieken be
droeg in 1910 680, waarvan 379 met
stoom werkten en 301 door handkracht
werden gedreven. Het aantal niet-coöpe-
ratieve fabrieken bedroeg 278, n.l. 241
stoom- en 37 handkrachtfabrieken.
Volgens de Nederlandsche statistiek be
droeg onze boteruitvoer in 1910 32.809.000
K.G. tegen 31.156.000 K.G. in 1909 en
33.072.000 K.G. in 1908, terwijl werd in
gevoerd 2.032.000 K.G., tegen 1.922.000
K.G. in 1909. Minder gunstig dan de
Nederlandsche cijfers zijn die van de
Engelsche, Duitsche en Belgische statis
tiek. Volgens deze gegevens heeft de
invoer van boter uit Nederland bedra
gen in 1910: in Engeland 7.850.000 K.G.,
in Duitschland 16.167.000 K.G. en in Bel
gië 4.740.000 K.G.totaal 28.757.000 K.G.
De boterprijzen waren in 1910 weder
om hooger dan in 1909.
Kaas. De totale kaasproductie be
droeg in 1910 in ons land bijna 84 mil-
lioen K.G., waarvan op de boerderij
41.854.200 en in fabrieken 42.118.000 KG.
werd bereid.
De kaasbereiding op de boerderij komt
nagenoeg uitsluitend voor in de provin
ciën Noord- en Zuidholland en Utrecht.
Zondert men pl.m. 1.500.000 K.G. Leid-
sche en Delftsche kaas uit, zoo bestaat
de op de boerderij vervaardigde kaas
geheel uit volvette of nagenoeg vette
kaas (Goudsdie en Edammer). De pro
ductie van Edammer kaas is reeds voor
het grooiste deel van de boerderij naar
de fabriek verplaatst.
Er waren in 1910 291 fabrieken waar
kaas werd gemaakt. Deels zijn dit boter
fabrieken en deels kaasfabrieken, waar
van sommige ook boter maken.
Was 1910 voor den boterproducent een
goed jaar, niet minder was dit het geval
voor den kaasberekier. De prijzen van
alle soorten kaas toch waren buiten
gewoon hoog.
Onze kaasuitvoer bedroeg in 1910 vol
gens de Nederl. statistiek 55.633.000 KG.
tegen 56.278.000 K.G. in 1909. De statis
tieken der drie belangrijkste landen van
invoer geven de volgende cijfers. België
10.124.000 K.G., Duitschland 13.093.000
K.G., Engeland 11.776.000 K.G.totaal
34.993.000 K.G.
K a a s c o n t r 1 e. Omtrent de kaas-
contrólcstations kan het volgende worden
medegedeeld. Bij het station Noordhol-
land waren op 1 Januari 1911 lid 22
boerderijen en 8 fabrieken. De hoeveel
heid kaas, in 1910 door de leden gepro
duceerd, bedroeg 1.229.000 K.G. Het aan
tal leden van het kaascontrölestation
Zuidholland nam in den loop van 1910
aanmerkelijk toe en steeg van 28 tot 92,
waarvan slechts één in den loop van het
jaar bedankte. De hoeveelheid door de
leden geproduceerde kaas bedroeg
648.000 K.G.
Gemengd Nieuws.
Een merkwaardig geval. Men
meldt aan de „A. Ct.":
Bij het 11e regiment infanterie heeft
zich het navolgende merkwaardige geval
voorgedaan.
Een vaandrig van het reservekader, dus
iemand die zonder nader examen be
noembaar is tot reserve-officier, wenscht
vrijwillig officier te worden en legt daar
toe examen af voor den cursus en slaagt.
Slechts aan één eisch moet nog worden
voldaan, nl. aan het examen voor vrij
willig sergeant
De vaandrig doet examen voor ser
geant enzakt op practischen veld
dienst en theoretischen velddienst, in-
wendigen dienst, wapen- en schietoefe-.
ning, gymnastiek en pionieren. Indien hij
geslaagd was, zou hij in October a.s.
zijn teruggesteld tot sergeant en in op
leiding komen voor den hoofdcursus om.
vervolgens tot officier te worden op
geleid.
"Nu hij gezakt is voor sergeant, blijft
hij vaandrig en wordt naar traditie binnen
eenigen tijd benoemd tot reserve tweede
luitenant. Alsdan zijn de sergeant-majoor-
instructeur, sergeant le klasse en ser
geanten zijne ondergeschikten.
Een noodlottig schot? Men
schrijft uit Grouw dd. 22 Aug.:
De burgemeester van Idaarderadeel,
wonende alhier, werd gisteren tegen den
avond met een treurig feit in kennis ge
steld, dat zich had voorgedaan in het
veld onder behoor van het dorpje Warga.
Gistermorgen gingen de 10-jarige S. van
Wijngaarden en de 12-jarige S. v. d. Meer
het veld in om op eenden te schieten.
Van der Meer had daartoe een revolver
met patronen uit de kast van zijln groot
vader genomen, bij wien hij inwoont. Zijn
vader vertoeft n.l. als melkknecht in
Duitschland. Terwijl de jongens al een
aardig eind de landen waren ingeloopen,
is toen een schot afgegaande kogel
trof den jongen Van Wijngaarden in een
der oogen en drong door tot in de
hersenen.
Nadat twee geneesheeren het slacht
offer hadden verboilflen, werd de knaap
naar zijn woning vervoerd, waar hij in
den namiddag overleed.
De burgemeester stelde een uitgebreid
onderzoek in, doch het leidde voorloopig
niet tot eenig resultaat Den 12-jarigen
Van der Meer werd een langdurig ver
hoor afgenomen.
De justitie is met het feit in kennis
gesteld.
Onthoofd. De Fransche wed
strijd-zwemmer Favier, die zich Zondag
naar een sportfeest te Vichy begeven
wilde, boog zich in den trein tijdens het
rijden te ver uit een coupé-raampje en
werd daarbij door een, van uit tegenover
gestelde richting komenden trein letter
lijk onthoofd.
Faillissementen.
Uitgesproken: H- H. J. van Eist, winke
lier in religieuze artikelen en kantoorbehoeften
te Haarlem. Curator: mr. A. H. J. Merens.
J. G, Holleman, koopman te Arnhem. Curator:
mr. A. W. baron Sloet. P. J. L. Koninckx,
koopman, te Helmond. CuratorP. Richelle.
Opgeheven: A. W. van Eekeren,vroeger
winkelier en koopman, thans timmermansknecht,
te Bergen op Zoom.
Geëindigd: A. Oosterom, koopman, te
Zeist. A. G. Meijer, manufacturier, te R'dam.
Stoomvaartberichten.
Het ss M a 1 a n g, van Rotterdam naar Java,
arriveerde 22 Aug. te Port Said. Het ss M e-
n a d o, van Rotterdam naar Java, arriveerde
21 Aug. te Sabang. Het ss Maartensdijk,
van Rotterdam naar Baltimore, arriveerde 21
Aug, te Boston. Het ss Gneisenau, van
Rotterdam naar Japan, arriveerde 20 Aug. te
Aden. Het ss Sindoro, van Java naar Rot
terdam, arriveerde 22 Aug. te Suez. Het ss
Ban da, van Amsterdam naar Batavia, arri
veerde 21 Aug. te Port Said. Het ss G r o t i u s,
van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 22
Aug, te Port Said. Het ss F 1 o r e s, van Am
sterdam naar Batavia, arriveerde 22 Aug. te
Port Said. Het ss Sumatra, van Batavia naar
Amsterdam, passeerde 22 Aug. Kaap del Armi.
Het ss Potsdam vertrok 22 Aug. van New-
York naar Rotterdam. Het ss Prins Frede-
rik arriveerde 21 Aug, van Amsterdam te
Paramaribo. Het ss P r 1 n s W i 11 e m V arri
veerde 20 Aug. van West-lndië 1c New-York
Het ss Eemland, van Amsterdam naai
Buenos Ayres, vertrok 21 Aug. van Lcixoes
Het ss Zeelandia, van Amsterdam naa»
Buenos Ayres, vertrok 2! Aug. van Lissabon
Het ss Koning Willem 111, van Amsterdam
naar Batavia, vertrok 22 Aug. van Southamton
Het ss A rn s t e 1 d ij k, van Baltimore naar Rot
terdam, passeerde 22 Aug. Scilly. Het ss H o
1 a n d a van Buenos-Ayres naar Amstcrddaiii
passeerde 21 Aug. Teuerif fe. Het ss P u I y p
hem us arriveerde 22 Aug. van Java te Am-'
sterdam.
Burgerlijke Stand.
LEIDEN. Geboren: Hendrik, z. van J. Zwar.
1 fvM'/Janje Masje d. van.J. Gijsman en
-1 J. C. Stouten Jacoba Juriana Anthonia d
van A. J. Vreeburg en M. C. van den Berg -'
Pieter z. van P. Bankert en A. Kloek Geer-
truida Helena d. van C. J. Koning en G. H
Zwarts Wijntje Hendrika d. van W. Sernö
en E. A. Boere Elisabeth Johanna, d. van L
van Velzen en J. C. van den Eshof Roza
Josephien d. van A. van Gelderen en M. Koe-'
koek Geertruida Adriana d. van W. J. Be-
melman en C. C. van der Kroft Helena Ma-!
"•*1 d. I. Clania en S. E. M. Korenhof Neelja
van W. Vrijbloed en G. Stouten Jacob z.
van K. A. de Kater en C. v. d. Kaats Elisa-.
beth d. van K. A, de Kater cn C. van der
Kaats (tweeling) Matthijs Abraham z. van P
C. Susan en H. A. de Vries Petrus Johannes zi
Van t?*/-.Veen en S- de Clercq Johannes z,
van K. Ouwerkerk en E. van den Boogaard
Jan z. van M. H. de Bruin en M. M. Tiwren-
hout.
Overleden: P. Kok, z„ 18 d. A. Sleijscr-
Godefroy, v., 6o j. H. Hennink, m., 44 j.
C. M. v. d. Heijden-Langevcld, w., 65 j. h
de Kater, z.. 4 uren. E. de Kater, d„ 14 uren.
J. G. du Croix-Uiteuhout, v., 62 j. J. Boom.
z., 3 w. J, Zweistra, d., 17 m. M. C,
Pikaar, d., 3 m. M. Jongbloed, w., 74 j.
Opgave van Personen die zich
in Leiden hebben gevestigd.
M. Lagerenberg, Stille Rijn 6.
G. C. Nauta-van Wtngen en gez., Noord
einde 54.
J. M. Kouw en gez., Rapenburg 44.
L. de Hertogh en gez., Langegracht34,bleekers-
knecht.
Wed. van Beelen en gez., Oostdwarsgracht 25,
P. M. S. H. Pos, Haven 24.
B. Schekkerman, Steenstraat 26, modiste.
M. W. B. Voeten. Oude Rijn 70a.
M. Bon, Witte Singel 85, dienstbode.
C. Blom, Acad. Ziekenhuis, verpleegster.
J. Morra, Kort-Rapenburg 11, dienstbode.
Wed. van Eijsden en gez., 2e Huigdwars-
straat 11.
Wed. Butin Bik en gez. Boisotkade 6.
A. Besemer en gez., Heerenstraat 90, kleeder*
bleeker.
J. R. A. Franck, Vreewijkstraat 19.
G, Stegehuis, Morschstraat 43.
Chr. B. Licht en gez., Sehuttersstr. 3a.
E. Treffers, Oude Singel 24.
A. Lucasseij-Besemer en gez., Heerenstraat 99
Opgave van Personen die uit
Leiden zijn vertrokken.
P. I. Zandvoort, Gorinchem, Gorthuistraat.
P. J. Janssen, Sloten, Adm.de RuyterwegJ 5&
Wed. Burg-Scott, Ned.-Jndië.
P. Bolstier, den Haag, Douzastraat 20.
J. Kolff, Hummelo en Keppcl.
S. W. Drogt, Bergen op Zoom, Hoogstraat 322.
J. C. v. Ark, Gouda.
W. L, Langeveld, den Haag, Ravensteiiisü-, 193.
Tjalling J. Risselada, Nijmegen, Bijleveldsir.32.
Mej. C. v. Leeuwen, Tiel, St. Walburgstr. 112,
A. Bakker. Voorburg, Heerenstr. 96.
Fr. j. M. Ververs. Hillegom, Molenstr. 23.
Abr. Heiligers. Zevenaar.
D. Visser. Zoeterwoude.
Mej. C. Sc'niferli, Zoeterwoude.
Marktberichten-.
TER AAR. 22 Augustus. De prijzen aan de
Ter Aarsche augurkenveiling waren lieden voor:
fijn 1 f 8, fijn 11 fü,95 a f7,20, fijnb. I. f5.45 a
f 5,80, basterd I f 4,05 a f 4.20, grof I f 2,95 a
f3,30, grof II f 1,60. Stek f 1.45 a 11,55. Aanvoer
952 Vi H.L.
21 Aug. Op de heden gehouden veiling van dt,
Vcreeniging De Ter-Aarsche augurkenveiling t*
Ter Aar, afdeeling Nieuw Leuven, besteedde mei?
voor Eng. komkommers'lste soort f2,50 a 3,80,
dito 2de soort f 0.60 a 1,10.
De augurkenprijzen waren: Fijn f7.35a 7.65,
Fijnb. f 5,35 a 5,70, basterd f 4,25 a 5.grof
f 3.— a 3.25, groot grof f 1.40 a f 1.5c, stek
f 1.40 a 1.45.
ROELOFARENDSVEEN,22Aug. Coöperatieve
Vereeniging „Groentenveiling". De prijzen wa
ren heden voor: 2 halve H.L. fijn 1 f 7,70, 1
halve H.L. basterd I f 3, 1057 halve H. L. grof
1 f 3.10 a f f 3.40, 21 halve H.L, grof II f2.65
600 halve H.L. groot grof f 1.60 a f 1.90; 629
halve H.L. stek f 150 a f 1.60.
SNEEK, 22 Aug. Op de veemarkt waren
aangevoerd: 21 koeien f 100 270, 142 kal
veren f 10 a 45, 13 schapen f 16 a 28, 11 lam
meren f af—, 274 varkens f 20 a 85, 4
biggen f 0 a f 0 stieren en 1 paard.
Marktboter, lste keur f 59.50 aaanvoei
9/4 en 1/8 vn, Bij de Vereeniging: le keur
f 50.— a
Fabrieksboter. Aanvoer 5/3 en 35/6 vn. Prijs
f 62.50 a
Noteering van de commissie der Vereeniging
van boter- en kaashandelaren in Frieslandl
Boter eerste soort f 64,— Aanvoer 464 kilo.
MEPPEL, 22 Aug. Boterraijn. Aanvoer 2875
kg. Hoogste prijs f 1.56, laagste prijs f 1.53,
middenprijs f 1.54 per kiio.
PURMEREND, 22 Aug. Heden waren aange
voerd 146 stapels kaas hoogste prijs voor fabrieks*
f35.—, boeren- f 35.00, middelbare f34.—Han
del vlug.
Vee. 208 runderen, vel vee 68 a 82 c. pef
kg, 70 paarden, 86 vette kalveren f0.75 a 0.95
per kg., 259 nuchtere id. f 12.—a 26,—per stuk.
530 vette varkens 51 a 57 c. per kg., 27 magere
id. f 18 a 28, 330 biggen 7 a 12 per stuk. 229J
schapen en lammeren.
Hand elsbericliten
LONDEN, 21 Aug. Vleeschmarkt De aan voet
ter Central Meatmarket bestond heden uit 25(1
achter- en voorbouten uit Amerika, 6900 achter
en voorbouten uit Argentinië, alsmede 30 toij
Schotsche runderen. De handel is ter plaats*
geslachte runderen was redelijk tot iets flauwer*
prijzen De aanvoer van bevroren rundvleescii
overtrof de vraag en de prijzen waren flauw.
Schapen schaarsch en duur. Kalveren kalnv
Varkens flauw. Men noteerde per steen van 8
pd.runderen 2/0 a 4/8, Engelsche schapen 41*
a 4/10, Hollandsche schapen (kleine) 3/10 a 4/4
Engelsche en Hollandsche kalveren 4/0 a 5/Q
Engelsche varkens 3/6 a 4/0. Hollandsche var
kens 3/4 a 3/8. r- a
ROTTERDAM, 22 Aug. Koffie. Goed oró>
Java 47 c., g. o. Santos 37 c,
Suiker. Biet- kalm; per Aug. f 17J4
Oct./Dec. f 15% genoteerd.
AMSTERDAM, 22 Aug. Koffie. Goed ord
lava 47 c., good average Santos 37 c.
Suiker Biet- kalm; per Attgs. 17H pe(
Oct./Dec. f 15% geboden, per Jan./Maart
f 16He te koop en per Mei f 16'y% gedaan.