naam hun het boutje voor den inond wegkaapt. „Twee honden vechten om een beenV. Weekpraatfe. Ik wil niet gaarne in herhaling verval len, dit zou mijnen lezers niet aangenaam zijn, ^alweer hetzelfde", hoort men dan. Dit verwijt hoor ik liever niet en daarom is ook herhaling voor mij zelf onaange naam. Maar toch ik ben bang, dat ik on danks mij zelf in die fout zal verval len. Ja, als het ook zoo warm is, dan is niemand geschikt tot een dragelijk werk, en in plaats van werken zucht men maar om de warmte. 'i Is te warm om te wer ken, 't is te warm om te spreken, ja, zelfs 't is te warm om te praten. Als ik eens nadenk, kan ik niet begrijpen, hoe ik het vóór twee weken reeds over de warmte kon hebben, 't was toen nog koud bij hetgeen nu geweest is, men had toen misschien nog met een overjas kunnen loopen, terwijl het deze weck toch wel noodig werd niet alleen overajs maar ook colbert, jacquet of gekleede jas uit te laten, en zich slechts te toon en in een vest mei hagelwitte overhemdsmouwen. Ja, de records, daar is de wereld vol van, die zitten te broeien in de lucht. Records op allerlei gebied. Vooral luchtrecords, records in snel vliegen, records duurvlie- gen, records afstandvliegen, nu ook nog het warmterecord, en dan zal het slot wel zijn, dat we het zoo warm krijgen dat we ze allen zien vliegen. We moesten dat verdere record slaan maar afschaffen, wie weet waar het op uitdraait, 't Is er te warm voor, en we maken het nog warmer ermee. Doch cm nu eens verstandig te praten (wat, zooals ik zeide, in de warmte een hecle toer is, want men krijgt zoo nu en dan last van bevliegingen), die warmte brengt heel wat beroering, ik zou haast zeggen werk in de wereld. Zoo bv. zullen heel wat mensehen de warmtestuipen krij gen, die moeten zorgen voor de levering van ijs. Ijs is op het oogenblik natuurlijk de eisch. Een ieder wil, moet en zal ijs hebben, en zij die het moeten afleveren, zijn de dupe, zc mogen den hemel dan ken dat het materiaal nogal koud is, maar als ze zich voor hun klanten niet inspan nen cn warm maken, wordt hun natuur lijk een zeer koele ontvangst bereid, waar over ze zich misschien nog opwinden en warm maken. Als hel eenigszins kan laten de patroons in de verschillende zaken het personeel in de vroege mor genuren werken, dan kunnen ze 's mid dags in de brandende zon „uitblazen". Maar ofschoon vele menschen nu al over de warmte klagen, toch, dunkt me, zou het nog wel wat warmer kunnen wezen, we hadden dan groote voor deden. Luister. Voor de huismoeders is de warmte thans even ondraaglijk als vcor de huisvaders, maar als het nu nog wat warmer werd, dan konden tenminste de huismoeders nog ervan profiteeren. Eten koken is een warm baantje, vooral thans, bij stijging V3n temperatuur be staat er echter kans, dat de groenten enz. reeds gekookt en gestoofd zijn als ze van het land komen. De huisvaders krijgen het dan wel warmer, maar de huismoe ders behoeven zich niet meer in te span nen, en een man mag toch wel iets voor z'n vrouw over hebben. Vervolgens Maar neen, genoeg- Ik krijg het nu al te benauwd, als ik aan de op het land gekookte groenten denk. Je kan veel beter denken aan een koelkamer, een zwembad, een ijskast, desnoods aan de Noordpool, jammer dat er nog geen ge regelde scheepvaartdienst met de Noord pool is, anders zou menigeen daar zijn zomervacantie door gaan brengen en zou menig hotelier daar goede zaken kunnen doen. Onwillekeurig denk ik hierbij aan onze eeuw van reuzeniritvindingen en ont dekkingen. Vroeger zou men mij uitge lachen hebben, als ik zeide: „Ga de zomervacantie op de Noordpool door brengen". Die was immers nog niet ont dekt. Die toestand was nog zoo bij de laatste warme zomer, die we hadden, nl. in 1881. Doch de tijden veranderen, en wij met hen. En ik waarschuw een deder, die mij thans durft uitlachen, als ik nu dien raad geef, Peary heeft im mers de Noordpool ontdekt. Óf liever het zou me koud laten uitgelachen te worden, want die lachers zouden juist bewijzen, dat ze van den toestand der geschiede nis heelemaal niet op de hoogte zijn. Enfin, dat zou ik hen met die warmte niet kwalijk kunnen nemen. STAN. Brieven uit de Veen. ui. Een Groentenveiling. Amice. Neen, heer redacteur, ditmaal ben ik als een Mummie, en of ge nu al knijpt of veelzeggende blikken op mij werpt, ik doe wat des Mummies is. Van de Veen wil ik spreken en van de veilingen, van de veilingen in hoofdzaak en hoe wij langs den geleidelijken weg der evolutie met eenige middelpunt vliedende schokken tot het devies zijn gekomen „Tuinders, vereenigt u'\ Ons gezegend Veentje met zijn teelt van peulen, doperwten, snij- en prinse- boonen, Augurken, die over de geheele wereld bekend zijn door de volmaakte hoedanigheden die ze kenmerken, om bv. jets te noemen: doperwten, waar haalt men betere, fijner van smaak en vraagt aan onze'grootmoeders in heel het land of zij niet ajtijd „Veensche snijboonen" moesten hebben voor den inmaak, dat was je snijboon geen betere ter wereld, dat was malsch, een lekkernij. Ge zult zeggen „grootmoeders" ja ze ker de moeders gaan thans naar Wouter- lood een busje koopen, weten dus van geen inmaak meer af. Van oudsher werden de Veensche pro ducten peulen en boonen met de schuit naar Amsterdam gebracht, alwaar bij verkoop de prijs bindend was voor alle andere plaatsen, zooals Rotterdam, Delft, Maassluis, 's-Gravenhage, waarmede der halve de commissiekoopers voor die plaatsen rekening hadden te houden. Amsterdam locatum, dat is de prijs. De doperwten werden gewoonlijk bij contract verkocht aan de fabrieken te Leiden en ook wel elders. Ze wejden met groote pramen bij de tuinders opge haald en als de schipper zijn vracht had, vertrok hij naar de Sleutelstad. Na de peulvruchten de augurken toen ter tijd gesorteerd in fijn, basterd, grof en bommen. De bommen gingen in hoofdzaak naar Duitschland, de andere soorten werden verkocht aan de inzouters die hier na mens principalen alles wat zij machtig konden worden in versche wijnvaten pe kelden en kuipten, in goede jaren wel van 20 tot 30.000 vaten. Eer het echter zoover was, kwamen de „Heeren" bijeen om den prijs vast te stellen en die was dan voor zekeren tijd van kracht om dan nog eens halver wege den oogst, nadere prijzen te maken, naar gelang de vooruitzichten, waarmede dan het seisoen afgeloopen was. Het was dan in dien tijd 's avonds als de tuinders van het land kwamen een loopen en draven om er zooveel mogelijk te krijgen. Pramen volgeladen kwamen dan aan de Kuiploodscn waar het dan een ge hamer en gekuip was van wat blief je me. Kwam dan de Zaterdag, dan was het hoogtij in de Veen. De kooplieden van wijd en zijd trokken het dorp bin nen torschende reuzenreiszakken met klinkende rijksdaalders en wat er verder in de portefeuille stak was niet te gissen, want toen ter tijd bestonden de Röntgen stralen niet. Van de bommen nog een woord (groe ne komkommers), dat ze naar Duitsch land gingen. Tot mijne bevreemding ziet men ze in onze steden weinig. Ik zag onlangs op den Stationsweg te Leiden een groejitenvenfer die waarachtig bom men op zijn wagen had, a 2 cent per stuk rente hij, had echter geen aanloop, ofschoon 't smoorheet was. Ik vond ech ter dat die venter op den verkeerden .weg was, verbeeld je op de stationsweg met bommen. Ik dacht man je hebt van Mer- curius niet veel meegekregen in je her senpan Ga naar de fabrieksbuurten, waar de hard zwoegende man, een fris- sche hap vvaardeeren zou en in een om mezien zou je ze kwijt zijn. Die sappige malsche bommen! Het is zeker onbekend maakt onbemind. Neen dan zijn wij veen- ders er beter achter zelfs de kleinste peuter eet ze met huid en haar en ook de volwassene schilt zoo'n groene komkom mer en nuttigt die met smaak. En de schooljongens... .als koek gaan ze naar binnen. Laatst zag ik er een, die ivvas aan het eten, had een born in zijn twee de hand zijn blouse leek wel een zwem gordel, allemaal bommen; in zijm mou wen staken eveneens bommen en ver moedelijk had hij er nog een paar in zijn pet bovendien. Geen bezwaar hoorop de keper beschouwd, niets dan gefiltreerd water, beter dan het water in een klomp uit de sloot, l3st hebben ze er niet van geen ziekte, wel brengt het op ander gebied veelvuldige werkzaamheid mede. Dat was het verleden. Zacht aan kwa men de moderne denkbeelden zich baan breken. Wij kregen het verenigingsle ven „de Veiling'Thomas a Kempis zegt ergens in Zijne navolging dat het ijzer daar het vuur moet gaan, etc. Zoo met onze verenigingen die ook door het vuur moesten, alvorens gezonde toestanden konden ontstaan. Bij de gebruiken der Hindoes behoort dat bij het sluiten van een huwelijk het hoofd van den Bruidegom met een doek wordt gedekt, die eerst verwijderd wordt bij het einde der plechtigheid als wan neer hij zijne verbazing Iaat blijken dat hij voor 't eerst de bmid ziet. Symbolisch gebruik, dat gedekt zijn en ik dacht daaraan bij het schrijven over de tuinaersvereenigingen, de veilingen en aankleve. Dat was in den beginne het on derwerp bij uitstek maar het ging niet zoo als in het versje „Lieve schipper haal mij over", voelangels en klemmen iai over vloed, maar onze brave tuinders gaven het niet op. Eendracht maakt macht ont stond en was in dei strijd. „Tuindersbe- lang" kwam als vervolg en eindelijk de coöperatieve groentenveiling. Uit den chaos waren dus drie vereenigingen ont staan, drie besturen, drie lokalen, drie veilingen. Waarom niet één? Hier denk ik weder aan den sluier. Deze drie vei lingen hebben allen iets gemeens en zijn toch werkelijk te onderscheiden. In Tuin- dersbelang huldigt men het m. i. ver keerde systeem van gelijktijdig veilen en te koopmanschappen, water en vuur op dat gebied in een hand schijnt mij niet het juiste standpunt, de kooplieden zijn over dat systeem niet best te spreken. Ais een goede noot valt echter te constateeren dat zij dit jaar met haar veilingslokaal met annexe kantoorlokaal, los- en laad plaats, pakkerij, goede verlichting, is ge reed gekomen. Van de moedervereeniging Eendracht maakt Macht, mag ik méedeelen, dat zij een heel warm veilingslokaal bezit maar voor haar veilingen de electriciteit ter hulpe heeft geroepen, waardoor alle zit plaatsen genummerd en electrisch ver bonden zijn met de cijferplaat, een druk van den vinger en het nummer ver schijnt op het bord en staat de wijzer stil, dus nimmer verschil bij het „mijn" roe pen, drukken er twee tegelijk, dan geeft dat het bord ook te aanschouwen. Heb je nog de vereeniging „Coöpe ratieve groentenveiling", die werkt inde open lucht. De afslager slaat op een klei ne verhevenheid en het bestuur is ge borgen in een kiosk, alwaar ijverig wordt gepend en gerekend. Dat is de groote combinatie van de mannen van stavast, die van het oude niets loslaten, alvorens over eenige winters ijs te zijn gegaan. Vast staat hunne overtuiging als een phalanx en moderne opvattingen zullen daar niet gemakkelijk wortel schieten. Het is daar als met de oude garde van Napoleon waarvan de historische woor den zijnZij sterft maar geeft zich niet over. Amice, dat zijn nu de algemeene be schouwingen, zooals men in de Tweede Kamer zegt. Wij beginnen nu met de ar tikelen (in dit geval „eenig artikel".) Zoo'n veilingavond is een echt leuk zaakje voor physiologen, een terrein om van te watertanden. Laten wij trachten hiervan een flauwe schets te geven. Het zonnetje van dit jaar was ons Veenders eene openbaring. Voorheen sprak Napoleon 1 reeds van de zon van Austerlitz, wij spreken nu met recht van de zon van Roelofarendsveen. Warm hoor. Alles rustig op het mid daguur in onze buurt. Men hoort de vlie gen gonzen en lastig zijn ze. Ze zitten op handen, hoofd en aangezicht, een neemt plaats op mijn pen en laat zich rus tig meevoeren. Alles wat handen heeft, rept zich op de akkers. Geen sterveling te zien. Opeens leven en beweging. Stoere mannen niet pramen komen hex tooneel verlevendigen. Zij trekken de Veenwe- tering langs hier en daar stil liggende ten einde de snijboonen en augurken ^scheep te zetten. Hei aantal zakken is' groot want die onsterfelijke zon stooft de boel gaar dat het niet bij te loopen is. Bla zende en puffende raken de- pramen top vol cn dreigen te zinken onder hunne vrachten. De dragers zijn vroolijk ge - stemd en voort gaat het naar de veilings terreinen, en het eenige wat inen in spanning hoort is, hoe zal 't vanavond af- Icopen, zooveel duizenden zakken gurken Zeker een fameuze daling „van Graf en Bommen", of wel: zullen de prijzen van Zaterdag 5 Aug. zich staande houden, en de goudader zich nog dieper uitstrek ken? Eindelijk zijn al die duizenden en nog maals duizenden manden en zakken ge deeltelijk gelost, of wel in pramen gebor gen gedeeltelijk berghoog langs huizen en langs den openbaren weg opgestapeld. Het gaat tegen zessen. Reeds begin nen kooplieden van hemde en ver aan te komen. Auto's snorren voorbij, gevuld met kooplui, rijtuigen volop, fietsen, kooplui te voet. De besturen loopen met gedenkwaardig gewichtige gezichten rond secretarissen ziet men met groote boeken en lijsten rondgaan, noieerend wat er te veilen valt. Koopers dagen op in zwer men, het zijn de bezoekers van de Lan- geraarsche veiling, allen per rijwiel. De drukte neemt toe. 't Is Maandagavond 7 Augustus. Reeds lang was bekend, dat tengevolge van het drooge weer de aiigurken.oogst in Duitschland totaal mislukken zou en onze Germaansche vrienden hun salat en essiggurken bij ons zouden koooen. Zij waren er dien avond in grooter getale dan ooit te voren. ,Het was een echt internati onaal gewtemel. Duitschers uit Leipzig, uit Berlijn, uit Remscheid, uit Worms, ze kwamen tot van de grenzen van Oos tenrijk. En 't waren mannen van stavast, hoor, echte zware buikige pootige „kerln" ze mochten er zijn, en hunne portefeuilles niet minder, 't Leek wel, of we reeds door den Pruis ingeslokt waren. Heftig ge- sticirleerend en 't refrein fürchtliche hö- he Preisen, salatgurken essiggurken, so- viel wagons, soviel sausende Ballen. Kcopers uit Rotterdam, den Haag, Delft, Noordholland, Langeraar, kortom wat au gurken verhandelde; was present en een soeza als de Amsterdamsche beurshoek was er niets bij. De klok slaat, het is half zeven, de veiling begint. Gaan wij de electrische vei ling binnen. Alle plaatsen bezet, een hitte van 90 gr. in de schaduw. Hollanders en Duitschers schouder aan schouder in den strijd om salatgurken en essiggur ken. Het bestuur heeft op hare estrade plaats genomen, de controleur van de hoeveelheid zit op zijn tonnetje, de be diende staat gereed aan de electrische schijf met wijzer en getalle». De motor snort, de wijzer wordt geprobeerd of alles in orde is. Stil wordt het. Daar klinkt de stem van den voorzitter: 1 zak snijboo nen met de keus van 100 zakken, de eerste -maal voegt hij er dan bij het getal zakken dat geveild wordt. De wijzer begint zijn circusgang, in werking gesteld door het verzetten van eon handeL Hij roept of het stuivers of centen zijn waarvoor men koopt. Opeens klinkt de bel, de wijzer staat stil, en op het bord ziet men een nummer open, waaruit dan de koopers beekend worden. Volgen de prinsenboo- nen. Dat alles gaat echter in zekeren zin onverschillig voorbij. Opnieuw klinkt de stem van den voorzitter: 1 mand grof met .de keus van 200 manden,, er zijn er 3ÓUU. Nu breekt het pnysiologische oogen blik aan. Want al die Duitschers en al die Hollanders die moeten grof hebben. Allen zitten met gespannen aandacht, den vinger aan het electrische contact om af te drukken als het hun prijs is. Een houdt zijn schrijfboekje over de hand, op dat zijn buurman niet zien kan als hij de beweging maakt, een ander legt er zijai arm over, allen spiedende en acht ge vende. Op aller aangezicht is de vraag te le zen zullen ze nog hooger gaan dan 5 Augs. toen reeds meer dan 4 gulden per hal fmud hetaald was. Onophoudelijk ra telt de telefoon dan de een dan de an der wordt opgeroepen om wellicht nog een order te krijgen voor een wagon of tot hooger limite te gaan. Voort gaat de wijzer op zijn tocht zonder einde de bel klinkt S3 stuivers. Er ontstaat onrust beweging, op gaan de prijzen bij toover- slag 87 wordt er al betaald, de hoeveel heid grof is bijna geveild. Voor 't laatst roept de voorzitter nog 180: af gaat de wijzer, zal het record gehaald worden, 90 stuivers, de bel gaai ae hoogste markt voor grof en willicht voor het seizoen in gehaald f 4.50 voor een J/2 mud grof. Hoerageroep. Een prijs nummer bereikt bij zulke hoeveelheden. Komen aan de beurt de Bommen, het stippel met dezelfde belangstelling. De veiling is afgeloopen. Er ontstaat ge weldige drukte buiten het gebouw. De kooplieden als generaals aan het hoofd hunner troepen rukken nu vooruit met hun „volk" en gaan in het vuur, al die duizenden zakken worden overgestort in balen van 50 Kilo toegenaaid scheep ge bracht en met honderdtallen worden ze naar buiten gebracht, waar een vloot van motorschuiten, lastdragers, enz. gereed liggen de duizende balen te bergen. Jiet leven en de beweging is alge meen. Acytyleen-Iantaarns verlevendigen het geheel er wordt gewerkt als paar den, al het goed moet den volgenden morgen tc Leiden en Rotterdam overge laden worden in spoorwagons die dan den volgenden dag over geheel Duitsch land, onze Germaansche buren, van hun Salat en essiggurken voorziet. Sneller wordt er gewei kt, tot de laatste baal scheep is. Het werk is afgeloopen, 't Is middernacht. Wagenaar sluit en de rust keert terug. Tot morgen. Amice, groet en zegenen smakelijk bommenmaal. FLORES. Verslag der gemeente Leiden over 1910. (Vervolg.) II. Verkiezingen. Het aantal kie zers bedroeg volgens de vastgestelde kie zerslijst 191011 voor de .Tweede Ka mer 6362, voor de Prov. Staten 6830 en voor den Gemeenteraad 5854. De kiezers voor. de Tweede Kamer werden onderscheiden in 5488 belas tingkiezers, 828 huurkiezers, 290 loon- en pensioenkiezers, 80 spaarbankkiezers en 176 examenkiezers. III. Gemeentebestuur. Bij Kon. Besl. van 19 Jan. 1910 werd tot Bur gemeester onzer gemeente benoemd Jhr. Mr. Dr. N. C. de Gijselaar die op l#Maart in functie trad. Op dien datum werd hij als zoodanig door den loco-burgemeester, den heer J. A. v. Hamel geïnstalleerd. Een zeer bekwaam ambtenaar zag de gemeente heengaan in den Secretaris Mr. M. C. de Vries van Heijst, dieden 21sten December .plotseling overleed. In de sa menstelling van den gemeenteraad kwam dit jaar geen verandering. Van de voornaamste besluiten door den gemeenteraad gedurende 1910 genomen stippen wij aan: het beschikbaar stellen van f 14000 voor de vernieuwing van de Piet Gijzenbrug, en van f 6000 tot ver breeding van den Rijnsburgerweg" voor de exploitatie der electriscne tram; het besluit tot aankoop van perceelen onder Oegstgeest tot een gezamenlijk bedrag van f 113.000; het beschikbaar stellen van f6500 tot ophooging van het Lu strumfeestterrein; het besluit tot het bouwen van een nieuwe school aan de Haverstraat, waarvoor f 55,000 en van de afdeeling voor jeugdige idioten nabij het gesticht Endegeest, waarvoor f210.000 werd beschikbaar gesteld; het besluit tot opheffing van den tol aan de Rijnsburgerweg voor welks onteigening f 8000 werd beschikbaar gesteld. Beschikbaarstelling van f1500 voor het inwinnen van deskundig advies om trent de inrichting van het toekomstig reinigingsbedrijf der gemeentehet be sluit tot toekenning van een subsidie van ten hoogste f 4000 voor de te houden landbouwtentoonstellinghet besluit tot oprichting van een electrischen klokken- dienst. IV. G e 1 d m i d d e 1 e n. Volgens de ge meenterekening over 1909 bedroegen de ontvangsten f 2.482.952.96V2) de uitga ven f 2.466.131.86, zoodat de reke ning sloot met een batig safdo van f 16.821.10. Uit deze rekening bleek voorts dat de gewone ontvangsten hadden bedragen f 1.351.197.12, en de gewone uitgaven f 1.339.493.36, zoodat het batig slot van dit dienstjaar, dat voor de gewone huishouding der gemeente kan worden gebruikt, bedroeg f 11.703.76. De buitengewone ontvangsten bedroe gen f L131.755.84'':>, de buitengewone uitgaven f 1.126.638.50, zoodat de bui tengewone middelen een nadeelig slot opleverde van f 5.117.341/2. Na aftrek van een bedrag van f 775.74 dat voor onbetaald gebleven posten gereserveerd moest worden, bleef een bedrag van f 10.928.02 als zuiver slot over 1909 voor de begrooting van 1911 beschikbaar. De begrooting voor 1910 werd vast gesteld op: gewone ontvangsten f 1.465.230, buitengewone ontvangst f 1.578.364, totaal f3.043.594. De ge wone cn buitengewone uitgaven werden tot dezelfde bedragen geraamd. Van de onderscheidene belastingen brachten op: 40 opcenten op de hoofdsom der belasting op de gebouwde eigendommen cn 10 opcent op de ongebouwde eigendom men f 44.439.80 Opcenten op de personeele belasting f 87.371.43 Plaats, directe belasting f 401.115.38 Uitkeering van het Rijk in gevolge de wet van 24 Mei 1897 f 126.092.31* Groenteveilingen i 272.18& Kaasmarkt f 421.55 Wekelijksche markten i 828.19 Kermis 9.325.85 Beestenmarkt f 18.723.12 Hout- en Turfschippers f 448.00 Havengeld f 12.010.15 Bruggeld f 1.138.42* Liggeld van vaartuigen f 1.482.00 Wecgloonen Gem.-waag 3.950.4 8* Leges ter plaats. Secr. 3.133.39 Belasting op honden f 4.872.00 Museum van schilderijen in de Lakenhal f 514.70 Vergun ningrecht i 10.496.S7* Heffingen aan het openbaar slachthuis f 48.497.66 Schoolgelden Lager Onderwijs f 37.931.68 Middelbaar onderw. f 16.585.00 Gymnasium f 10.575.00 Bewaarschool f 1.479.80 Kweekschool v. Onderw. f 2.014.66* Herhalingsondenvijs f 314.55 Gebruik v. gemeentew. 4.801.12 Het primitief kohier der plaats, direc te belasting werd vastgesteld op een be lastbaar inkomen van f S.446.915.00 ver deeld over 9041 aanslagen. Het percen tage werd daarbij bepaald op ,4.90. Op het forensenkohier kwamen 162 aansla gen voor, w.o. 95 van personen te Oegst geest, 4 te Leiderdorp, 38 te Zoeter- woude, 4 te Katwijk, 16 te 's-Graven hage, 1 te Haarlem, 1 te Hazerswoude, 1 te Noordwijkerhoiit, en 2 te Voorscho ten. De twee suppletoire kohieren be droegen resp. f 7.758.26 en f3.972.86. De belastingopbrengst van alle kohie ren werd geraamd op f 431.349.17 waarvan op 1 April f 401.118.45 ge ïnd was, terwijl afschrijving was ver leend wegens reclames, overlijden of ver trek tot een bedrag van f 20.347.07. De netto ontvangst der plaatsel. di recte belasting bedroeg in 1903 f 150.819,11 heffingsperc. 2 35 1901 147.080,57 2.25 1902 213.067,77 3.25 1903 246.126,04 3.72 1904 286.020,69 4.25 1905 285.520,40 4.11 1906 292.413,55 4,09 1907 310.543,79 4.25 1908 369.821,71 5.03 1909 367.998,22 4.62 Het totaal bedrag der gemeenteschuld was bij den aanvang van het jaar f 3,094.800, waarvan f 47.800 werd af gelost zoodat einde 1909 de gemeente schuld f 3.047.000 groot was. De opbrengst der rijksbelastingen was over de twee afgeloopen dienstjaren. 1909 1910 Grondbelasting hoofdsom f 112.970.65 114.302.63 Opcenten prov. f 13.556.48 16.002.36 gemeente f 87.032.08 44,439.80 Personeel belasting hoofdsom f 111.690.70 113.218.28 Opcenten prov. f 10.052.17 12.452.31. gemeente f 87.033.08 87.371.43 Op 31 December 1910 bestonden 123 tap- en slijtvergunningen, 38 tapvergun- ningen, 10 slijtvergunningen, 2 bijzonde re vergunningen, en 12 logementsver gunningen. In den loop van 1910 werden verleend 2 tap- en slijt, 3 tap- en 2 slijtvergun ningen en ingetrokken 10 vergunningen. Vervallen zijn 1 bijzondere vergunning, door het niet tijdig betalen van het ver gunningsrecht, 3 tap- en sliitvergunnin- sen door overlijden van den vergunning houders. V. Gemeenteeigendommen, werken en inrichtingen. Blijkens; het bij het gemeenteverslag gevoegde! verslag van het bureau van Gemeente werken werden aan verschillende ge meente-eigendommen min of meer be-- langrijke herstellingen verricht O. M.' werd het stadhuis, alsmede de toren van een electrische lichtinstallatie voorzien en een electrische illuminatie van dei; hoofdlijnen van het middendeel van het raadhuis aangeschaft. De oude school aan; de Haverstraat werd afgebroken en een begin gemaakt met den bouw van een nieuwe. Ten behoeve van den electrischen tramaanleg werden de Utrechtsche,, Hoogewoercfs-, Rijnsburger- en Poelbrug versterkt, de laatste tevens verbreed. Int plaats van de oude Blauwpoortsbrug diej afgebroken is, bouwt men een electrisch bewogen rclbasculebrug, terwijl aan ver-; schillende bruggen herstellingen wegens' breuk of slijtage werden verricht. De toestand der singelwegen was oven het algemeen gunstig te noemen, 0?-. schoon door de meeste singels over hon^ derden meters sleuven werden gegra ven voor het leggen van gas-, electrische-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1911 | | pagina 6